NIUEWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 5 OCTOBER 1926 TWEEDE BLAD. WAT OE BLADEN ZEGGEN. Eel zilveren getij. Ter gelegenheid van het zilveren feest van den heer Znlstra, hoofdredacteur van de Nieuwe Prov. Gron. Courant. Bchrjjft de heer Colijn een waardeerend woord. Vele dingen, zegt de heer Coljjn, kan een mensen leeren; ja, nagenoeg alles. Maar er is één beroep, dat hq niet leeren kan; althans niet zoo leeren, dat hij er een „baas" in wordt. Dat is het iournalistenberoep. Men kan wel eiken dag een courant vullen, en den man die dat doet pleegt men ook wel journalist te noemen, maar het is zeer goed denkbaar, dat men de waarheid dan benaidert op dezelfde tvijze als een verkeerd geplaatste kilometer- paal dat doet. Een journalist is een bijzonder wezen Het beet kan men hem nog met een predikant vergelijken. Die moet eiken Zondag twee preeken leveren; dat is 104 per jaar, ongerekend de feestdagen. Of zijn eigen zielstemming daarop aan gelegd is, er wordt niet naar gevraagd. Althans gemeenlijk niet. De gemeente verwacht de preek te bestemder tijd en zelfs wat men noemt een mooie preek Van de zorgen in het eigen leven, in die van het gezin van den dienaar des Woords bemerkt men liefst niet te veel als hij op den kansel staat. Zoo gaat het nu ook met den journa list. Eiken dag moet hij schrijven. Hn is wel eens een keer niet gedispo- leerd, hjj zou wel eens liever niet de pen hanteeren, maarer moet copie zijn. Het blad moet op tijd gedrukt en verzonden en de lezers wenschen te weten althans zeer vele lezers noe zij de volgende 24 uur over een zaak moeten denken. Daarom, lust of geen lust, inspiratie of niet, er moet geschreven worden. Dat is het algemeene beeld van een journalist. En nu is het dit{ wat iemand lot een „echten" journalist stempelt, iat hij dat doen kan op een wgze, alsof hij altijd met lust en liefde de pen voert. De brekebeenen in het vak senrij vên een enkele maal misschien wel eens goed, de rasechten journalist is altijd te lezen, zelfs als hij niet veel te zeggen heeft. Zulk een journalist nu is onze Zijl stra. Maar met aanduiding van deze bijzondere gave is hij nog maar half feteekend; of beter nog, slecht getee- end. Juister ware het om'ze zeggen: zoo zou hij het ook kunnen. Maar nu is de merkwaardigheid van Zijlstra juist nierin gelegen, aat het bij hem zoo uiterst zelden voorkomt, dat hij schrjj- ,ven moet zonder eigenlijk iets te zeg gen te hebben. Hij heeft, practisch ge nomen, altijd wat te zeggen. Te zeer verwonderd moeten wij daar over ook alweer niet zijn. Een diep le vend Christen van Gereformeerden hui ze ziet in onze dagen zooveel om Zich heen gebeuren, dat hem stof tot over denking biedt, dat hij meer last heeft van tijdsgebrek dan van mangel aan jchrijvensstof. En dus geeft Zjjlstra aan zijn jour nalistiek werk inhoud en voortreffe- lijken vorm tegelijk. Veel meer zeggen kunnen we er thans niet van. Ook hierin volgen we de va- derlandsche gewoonte, dat we de men- schen liefst niet te veel prijzen bij hun leven. Maar wat we op een dag als deze toch niet mogen terughouden, en waar aan ik uiting geef voor mezelf en voor heel ons antirevolutionair volk, is het gevoel van dankbaarheid, dat ons ver vult voor den zegen, dien God aan ons in Zijlstra's werk heeft willen sche^- Voor de provincie Groningen, waar hij 25 jaar, ook door uw blad, heeic mogen meewerken aan de A. R. actie. Maar daarbuiten ook, althans in de laatste jaren, toen ik tgdelgk de hoofd redactie van „De Standaard" moest neerleggen, en ae zorg voor ons hoofd orgaan voor een zeer groot deel oj> hem neerkwam, En ook nu nog is hjj mjj een zeer gewaardeerd medewerker, bb wien nimmer wankeling is, a s het gaat iom het behoud onzer diepste levens beginselen. En als ik dan ook met een persoonlijk woord besluiten mag: ik. gun hem van harte aan de Nieuwe Prov. Groninger nogmaals 25 iaar; maar ook zal ik mij verblijden, maien ik het voorrecht heb ben mag, de van lieverlede gegroeide nauwere samenwerking tusschen ons bei den bestendigd te zien. KERK EN SCHOOLT ned. herv. kerk. Beroep en: Te Groningen, J. J. v. d. Wall te Breda. Te Burum, S. IJbe ma te Hgkersmilde. Te Groesbeek, toe flegging, J. A. Visscher, em. pred. te Leeuwarden, Te Schalkwijk, J. Jukema te Broek 0. Langendijk. Aangenomen: Naai' Maarssen, G. Benes te Monster. Naar Rheden lDe Steeg, J. H. Bruinink te MeppeL Bedank t: Voor Hattem, J. van Mastrigt te Harderwijk. Voor Vrees wijk, D. J. Lazonder, te Oppenhuizen. Voor Mijdrecht, S. C. Groene veld te lieer dam. geref" kerken. T weet a 1: Te Nieuwerkerk (Z.), R, Brouwer te Herwijnen en H. de Lange te Ooltgensplaat. Beroepen: Te Berlikurp, J. Meynen cand. te Raarn. N Bedank t: Voor Hilversum, Mr. W. S. de Vries te Tziftn. Voor Emmen, L. van Urk, te Sexbierum. CHR. GEREF. KERK. Beroep en: Te Fmneker, M. Hol- trop te Ulrum. Bedank t: Voor Biezelinge, T. A Bakker te IJmuiden. geref. gemeenten. Tweetal: Te Aagtekerke, J. Fraan je te Barneveld en B. van Neerboe te Terneuzen. Bedankt: Voor Barendrecht, J. D. Barth te Alphen aan den Rijn. DOOPSGEZINDE GEMEENTE. Beroepen: Te Helder, P. J. Smidts te Witmarssum. Bevestiging, Afscheid en Intrede. Ds. C. Fergus on, de 17de pre dikant der Haagsche Ned. Herv. Kerk, is Zondag door Ds. A. B. te Winkel'be vestigd met een predicatie over 2 Cor. 2:14a. Morgen (Woensdag) avond zal Ds. Ferguson in de Groote Kerk zijn in trede doen. Ds. L. M. v. Noppen, de nestor der Scheveningsche Nea. Herv. predi kanten, heeft Zondagavond afscheid ge nomen van zijn gemeente met een pre dicatie over 1 Petr. 1:24 en 25. Ds. J. Schrij v er, directeur der Weesinrichting „Neerbosch" hoopt 17 October te herdenken, hoe hij 40 jaar geleden in de Ned. Herv. Kerk te Slo ten (Fr.) de Evangeliebediening aan vaardde. Ds. J. Ubels nam Zondag 1.1. af scheid van de Geref. Kerk van Heem stede naar aanleiding van 1 Petr. 123 en 24. Ds. Ubels vertrekt 7 Jan. 1.927 met de „Insulinde" naar Batavia. Voor een overvolle kerk nam Zoh dagmiddag Ds. P. de Jong wegens vertrek haar Bunschoten-Spakenburg af scheid van de Geref. Kerk naar Alm- kerk, naar aanleiding yan 320 en 21. Ds. A. Keers hoopt-Zondag 7 November 1926 afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gera. te S tits werd en Zondag 14 November 1926 zijn intre de te doen te Breskens, na bevestigd te zijn door Ds. R. Bruins van Ooster- nieland. Ds. W. C. M e n s e is voornemens 31 Oct. a.s. afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gemeente te Hees en 7 Nov. d.a.v. intrede te doen te Loenen op de Veluwe, na bevestigd te zijn door Dr. P. Blaauw, van Eerbeek. Ds. J. .Enkela 'ar hoopt 7 Nov. afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gem. te Rijssen, om 14 Nov. d.a.v. in trede te doen te Ouderkerk a. d. IJssel. Bevestiger is~Ds. A. C. Enkelaar van Cand. W. Kremer hoopt 31 Oct. intrede te doen in de Chr. Gerei. Kerk te.Kornhorn. Bevestiger is Doc. F. Lengkeek van Apeldoorn. Ds. G. d e W ij k hoopt Zondag 7 Nov. afscheid te nemen van de Nea, Herv. Gem. te Kamperland, om Zondag 14 Nov. intrede te doen te Vla r';twedde,, na bevestigd te zijn door Ds. J. CL Wol there. Ds, G. Elshove. Na een gedwongen rust van maanden is Ds. G. Elshove, pred. bn de Geref. Kerk van Rotterdam, Zondagmorgen weer voor de Gemeente opgetreden. De prediker, die in de Hovenierskerk sprak, had tot tekst gekozen PhiL 320 en 21. Aan het einde van de godsdienstoefe ning zong de Gemeente hem de zegen bede uitPs. 134 toe. Zoodra de geneesheer het toestaat, hoopt Ds.- Elshove weer tweemaal op een Zondag te preeken. Ds. W. F. S. van Llngen. A.s. Maandag herdenkt Ds. F. W. S. van Lingen. pred. bij, de Geref. Kerk van Westervoort, zijn 35-jaxig© ambts bediening. Ds. v, L. werd 28 April 1891 candi- daat, om 4 Oct. van dat jaar te Lollum het predikambt te aanvaarden. In 1900 vertrok big naar Gerkesklooster> om op 1 Mei 1924" in zijn tegenwoordige ge meente intrede te doen. De afzetting van Ds. Sinelik. e lOmtrent de afzetting van Ds. E. L. Smielik door de classis Breukelen der Geref. Kerken wordt nog vernoimjen, dat hem de verklaring, is voorgelegd, die ook aan Dr. Geelkerken ter onder- teekiening is aangeboden, Ds. Smelik! weigerde deze te teekenen, doch bood de volgende verklaring aan: „Ondergeteekende verklaart hierbij1 bereid te zijn, zich aan de uitspraken der Asser Synode betreffende de vier in geding zijnde punten ambtelijk te; houden, in de verwachting, dat de Sy node zoo spoedig mogelijk een com missie benoeme, die de z.i. met dezel punten onmiddellijk samenhangende kwesties omtrent het boek Genesis in. vollen omvang zal onderzoeken". Met deze verklaring kon de classis zich echter niet vereenigen, waarop af zetting volgde. Ds. Smelik had tevoren nog eeiu aparte bespreking met een door de classis benoemde commissie bestaande uit Ds. Fernhout, Ds. Bruins, Dr. Kaa- ian, Ds. Verhoef, Ds. Meijnen en Ds. iWillemse. Deze fc^spreking leverde geen resul taat op. Ten Mibtte werd. om 2 uur adn Ds. Smelik medegedeeld, dat hij afgezet was wegens „zich niet «confor- meeren". Ds. Smelik 'protesteerde evenals te gen de schorsing thans ook wederom tegen de afzetting; beschuldigde de Synode van het lichtvaardig afwijzen' der ingediende bezwaren; dat ze tegeini de aanranding van Gods woord op kwam kan hij ten zeerste waardeeren, maar zij blijft ernstig in gebreke die» aanranding te bewijzen. Des avonds gaven zeer vele belang stellenden van hun medeleven blijk. Vrijdagavond had de consulent den kerk te Tieinhoven; Ds. Chr. Brums, ieen kerkeraad&vergadering bijeengeroel pen. Hier protesteerden drie broeders! vaji den kerkeraad tegen de afzetting van Ds. Smelik en, 'deelden mede hem als wettig dienaar der Woords te~er kennen. De scheuring in de kerk-was hiermede duse en feit geworden. Ds. Hi C. v. 'di. Brink uit Zandvoort heeft Vrijdagavond te Tienhoven ge sproken» over zijn sellersing en afzet ting. Spr. protesteerde in de zaak Ds. Smelik zeer ernstig tegen het optreden van de classis Breukelen. Ook Ds., tSmelik heeft nog het woord gevoerd) in deze samenkomst, die door plm. 150 menschen werd bijgewoond. Ds. Smelik heeft Zondagmorgen ge preekt voor een deel zijner gemeente.i dat hem trouw is gebleven. Hij trad! an een stal op en sprak naar aanleiding) Van 1 Kon. 18 :4l. Uit Tienhoven zelfl waren eenj twintigtal personen aan wezig. De meesten echter van buiten gekomen, uit Hilversum, Utrecht, Breukelen, Amersfoort, Baarn en zelfs! uit W.eesp. De diensten in de GerefoVmeerde) Kerk te Tienhoven werden Zondag ges leid docfr Ds. Fernhout, van Loenen- V reel and, de praeses der buitengewo ne Generale Synode 'dei? Geref. Ker ken, consulent van Tiemhoven. De ochtenddienst droeg, in verband met de afzetting van Ds. Smelikeeru bijzonder karakter. Ais voorzang werd gezongen Ps. 68 14, terwijl' voorgelezen werd Job. 14 121'29. Vóór in gebeid te gaan moest Ds. Fernhout hierop namens kerke raad en classis een droevige mededee- ling doen. Hij las hierop vroor het af- ziettingsbesluit waarvan de hoofdin houd is: „De classis, gehoord de ouderlingen der Kerk van Tienhoven, en de rap porten van den consulent en de depu- taten ad hoe, waaruit blijkt dat alle vermaningen aan Ds. Smelik om zich van zijn dwalingen te bekeeren vruch teloos zijn geweest gehoord de ver klaring van Ds. Smelik, dat hij de, ihem voorgelegde verklaring niet wil teekenen, besluit met diep leedwezen op grond van art. 79 en 80 D1.K.1O. en in verband met art. 53 Ds. Smeliki te ontzetten uit het ambt, met de béde, dat de Heere hem alsnog de 00 gén opene en van zijn dwaling doe terugv keerem". Ds. Fernhout sprak hierop een kort woord tot de gemeente. Na een ontroerend gebed liet De. Fernhout zingen Ps. 89 7 en 8. Hij! bepaalde hierop de* aandacht der ge meente bij Openbaringen 3 10 en 11, waarbij fnj1 'den geheelen brief aan dei gemeente van Filadelfia op den toe stand der gemeente toepaste. Medegedeeld werd, dat volgende week in den dienst des Wooras zal' voorgaan Ds. v. d. Meulen, van Soest. De catechisaties zullen hervat worden. Ook wekte de kerkeraad op, zulks naar aanleiding van een verzoek, toe te tre den, voor zoover mogelijk, als lid der J.V. Nazang was Psalm 99 :8. Zak-Bijbel-Bond. De* jaarvergadering van den Zakbijbel bond, werd hedenmorgen om 11 uur gehouden in het hoofdaepot, 3de Wete ringdwarsstraat 20^ te Amsterdam, d. w. z. in het zijzaaltje der Weteringkerk. Daar kwamen aan de orde de versla gen van binnen- en buitenland, alook die der afgevaardigden uit de afdeelin- gen. Den avond te voren, Maandagavond om 8 uur, werd een w^jdingsstond ge houden in het lokaal tegenover de We teringkerk, n.1. 3de Weteringdwarsstr. no. 15. Bjj beide samenkomsten hadden be langstellenden vrijen toegang. Geref. Zendinösbond. De 49ste algemeene ledenvergadering van den Geref. Zendingsbond wordt Don derdag 28 October in het gebouw voor Alg. Chr. Sociale Belangen te Utrecht gehouden. Als punten van behandeling staan op de agenda verslagen en verkiezingen BINNENLAND. Bevoegdheid Tandtechnlci. Verschenen is de Memorie van Ant woord nopens het, wetsontwerp tot her ziening van de wet van 29 Juni f925 (regeling van de bevoegdheid der tand technici). De minister betoogt daarin o.m., dat in dit revisievoorstel be zwaarlijk een precedent zal kunnen worden gezien, waar immer» de om standigheden in dit geval van zulk een bijzonderen aard zijn. Intusschen komt de minister aan het ten dezen geuite bezwaar tegemoet door een wijziging voor te stellen van den considerans. Deze verandering wordt bij nota van wijziging aange bracht. Voor wijziging van strekking of be doeling van de wet van 1925, welke al gemeen juist wordt geacht, bestaat, naar de meening van den minister, geen aanleiding. De vraag of eventueels schade, die geleden mocht worden door hen, die zich de verleende bevoegdheid zullen zien ontnemen, vergoed moet worden, kan de minister niet bevestigend beant woorden. Zij, die schade zullen hebben geleden, kunnen naar zijn meening al leen zijn die personen, die eerst thans zich hebben geïnstalleerd en die niet slechts in 1913, maar zelfs in 1925 hun beroep dus niet maakten van de uit oefening der volledige tandprothese. Wat dé vraag betreft, of de ge wraak te ministerieele beslissingen al of niet overeenkomstig het advies van den directeur-generaal van de volksgezond held zijn genomen, merkt de minister op, dat het hier geldt een zaak van in ternen aard, waaromtrent hij het ant woord moge schuldig blijven. In een utvoerig betoog verdedigt de minister dan den voorgestel den titel van tandheelkundigen, voor de gelei delijk uitstervende groep der gedeel telijk bevoegden, welke titel hem alles zins juist en billijk voorkomt De minister heeft er geen bedenking tegen, alsnog een poenale sanctie te stellen op het onbevoegd voeren van den nieuwen titel of op het voeren van een afwijkenden titel. Bij Nota van Wijziging wordt een aanvulling van het derde lid van het artikel voorge steld, waarbij de strafmaat van art. 9 van de wet van 1876 (geldboete van ten hoogste f 100) is overgenomen. Centrale Bond voor Inwendige Zending en Christelijke Philantropische Inrichtingen. Dezer dagen heeft het Bestuur van den Centralen Bond voor Inwendige Zending en Christelijk Philantropische Inrichtingen onder léiding van Dr. de Visser vergaderd. In deze vergadering heeft Dr. Norel wegens zijn a.s. vertrek naar Leeuwar den, ontslag genomen als directeur. Ter gedeeltelijke voorziening in de ze vacature werd tot directeur van het Centraal Bureau benoemd de heer Jhr. H. C. T. v. Lennep, do tegenwoordi ge adjunct-directeur, terwijl Dr. Norel bereid werd gevonden, tijdelijk als ad viseur aan den Bond verbonden te blij ven. Bij deze regeling blijft, zooals van zelf spreekt, de vacature van Dr. Norel voorloopig gedeeltelijk onvervuld. Daarom blijft de hoop bestaan, dat het op den duur den Centralen Bond finan cieel mogelijk zal zijn een daarvoor geschikt persoon aan te stellen. Invoerverbod van textielgoederen. Het hoofdbestuur van den Alg. Ned. Bond van Texteilarbeiders „De Een dracht1' heeft aan het Comité van Ver weer uit de Nederlandsche textielin dustrie medegedeeld, dat de moderne organisatie niet bereid is medewer king te verleenen aan een actie ter verkrijging van een invoerverbod' voor textielgoederen. STADSNIEUWS. Burgerlijk Armbestuur. Verschenen is het Verslag van het Burgerlijk Armbestuur over -het jaar ,1925. In het bestuur kwam in dit jaar geen verandering; de leden, Mej. O. Korase en de heer J. Karstens, die volgens rooster met ingang van 1 Jan. 1925 verplicht warén at te treden, werden herbenoemd. Ook in het personeel in vasten dienst van het B. A., kwam in 1925 geen ver andering, terwijl aan het losse perso neel gedurende de maanden half Maart en April nog 2 armbezoekers werden In den gewonen gang van zaken werd in 1925 geen verandering gebracht; de aanvrage om onderstand moest, evenals vorige jaren, indien mogelijk, pèrsoon- ljjk geschieden; bestond de kans, dat men door een particuliere instelling vab weldadigheid geholpen zou worden, of dat de een of andere kerkelijke gemeen te de behulpzame hand zou bieden, dan werd de aanvrager daarheen venvezen, en eerst daarna werd onderzocht, ot de hulp van de gemeente nog noóiig was. Was eenmaal ondersteuning toege zegd, dan werd een ondersteuningskast uitgereikt, 'waarop vermeld stond het bedrag van den onderstand, naam a» adres van den bedeelde met het bedee- lingsnummer. Op vertoon van deze kaart werd iederen Maandag de ondersteuning uitgereikt. De duur'van den onderstand was niet altijd gelijk, variëerend van 3 wekeQ tot 3 maanden toe; deze naar gelang van de oorzaak van het verzoek. Werd de ondersteuning gevraagd we gens ouderdom, dan werd bijna altijd 3 maanden toegezegd, omdat men meest FEUILLETON. Door leed en strijd. ia» -* „Nu dadelijk, van nacht reeds" ant woordde Dafnutitch. „Hoe gelukkig, dat ik juist hiier kwam. Onze officie ren gaan allen naar het bal bij den gouverneur en wij zijn. van plan het er eens vg.n te nemen. Maar eerst zult ^gij uw vadértje zien, hoor! Alleen moet gij een bak gereedschappen heb ben of iets dergelijks." „Kan dit dienenj" vroeg Michaël, 'n welgevulden zak over zijn schouder werpende. „In orde" hernam de cipier, „maar spreek tegen niemand, ook al vraagt men u wat. Men zal u voor Mitiushka, den zoon mijner zuster en van haar eersten man, houden, die eens met zweepslagen gestraft is geworden, om dat hij met een Stundist gesproken had. en die nu niemand meer ant woordt of hij moet weten wie het is. 5ftjn moeder Matriona heeft twee man nen gehad, maar ik kan u dat nu niet alles vertellen. Binnen een uur moet ik weer op mijn post zijn. Zeg Marko- vin Yetrovitch, dat gij een korte poos uitgaat voor zaken, maar noem hem mijn naam niet. En kom nu mee, neef Mitiushka." Vol blijde verwachting volgde Mi- chal Dafnutitch door de straten der stad. De wind was doordringend koud maar hij voelde het niet. ~De sterren fonkelden aan de smalle strook lucht, die hij tusschen de daken der huizen kon zien, en het scheen hem toe alsof zooveel vriendelijke oogen van uit den hemel op hem neerzagen. Weder had hij de vreemde gewaarwording alsof zijn moeder bij hem was, alsof zij naast helm liep, en hem, hoewel vooi; anderen onhoorbaar, vermaande tóch niet bevreesd te zijn. Toen zij aan de gevangenis gekomen warén, liet de deurwachter, die bezig was niet een tweeden bewaker kaart te spelen, hen binnen, ternauwernood een blik op Michaël slaande. Het licht der lamp brandde flauw, en de man was blijkaar verlangend de mooie troe ven, die hij in de hand hield, uit te spelen. De smalle deur in de groote poort, waardoor zij toegang tot de ge vangenis verkregen, viel met een dof fen slag achter hen toe, waarna de zware grendels weer toegeschoven wer den. Michaël ging met zijn geleider door lange, donkere gangen en twee maal een smallen trap op. Op de hoog ste verdieping gekomen, bevonden zij zich andermaal in een nauwe, door een enkele olielamp karig verlichte bovengang, waarop aan be>ide zijden tal van kleine ceJlen uitkwamen. Hier ontmoetten zij weder een bewaker, die Michaël wantrouwend aanzag. „Ga door, Mitiushka" zeide Dafnu titch. Daarop zijn ambtgenoot der zih de nemende, fluisterde hij dezen in: „Hij brengt levensmiddelen voor de ketters, zij hebben rijike en aanzienlij ke vrienden in de stad vrienden, die goed betalen, weet ge, ik heb gezegd dat mijn neef Mitiushka het een of an der ter verkwikking hierheen brengen kon. Er is ook een flesch vodka bij, zooals gij die nog nooit geproefd hebt; natuurlijk voor mij: die arme ketters drinken geen vodka. Ik kan er van watertanden. Wij zullen de flesch maar dadelijk opentrekken, dan krijgt gij meteen uw deel. Maar eërst zal ik clien knaap zoolang uit den weg rui men. Kom hier, Mitiushka" riep hij, stilhoudende voor de deur van Alexis' cel; ,,'tis een goeie jongen, en zooals gil weet, spreekt hij met niemand." Met deze woorden duwde hij Micha el in de cel en sloot de deur achter hem toe. In de kleine, vierkante ruim te was geen spoor van licht, alleen bevond zich boven in den muur vlak tegen den zolder een kleine vierkante opening, waardoor men een handbreed van de lucht en twee of drie sterren onderscheiden kon. Michaël hoorde de stem zijns vaders'an de duisternis. „Wie is daar?" vroeg de gevangene. „Ik ben het, vader" riep de knaap; „ik, Michaël!" Al tastend in de duisternis vonden vader en zoon elkander eindelijk. Spra keloos vielen zij in elkanders armen. Nog noodt had Michaël zulk een ge waarwording van verrukking, van rein, overweldigend geluk geivoeld. Iiij vergat voor een oogenblik, dat hij zich in de gevangenis bevond. Zij waren weer bij elkander hij en zijn vader. Maar weldra herinnerden zich beiden hoe kostbaar de oogenblikken waren. Zij zetten zich op de houten bank, die tegelijkertijd tot zitplaats en tot leger stede diende, en Michaël deelde zijn vaJder in korte woorden mede hoe hij daar gekomen was. Er was zooveel te zeggen en de tijd.was zoo kort! Alexis gaf Michaël eenige berichten omtrent de gevangenen voor hunne bloedver wanten thuis en boodschappen voor onderscheiden vrienden te Kovylsk, die hun invloed zooveel mogelijk ten behoeve der gevangen Stundisten ge bruikten. „Wat mij betreft" zeide hij op rustigen toon, „mij wachten vroeg of laat Siberië of de Kaukasua. Is het vroeg, voordat gij vijftien jaar zijt, dan kunt gij vergunning krijgen om als mijn kind met mij mee te gaan. Tati- ana zal met Sergius en Marfa Khari- tou Koudraty mogen vergezellen Maar wij zullen Velia en de kleine Clava moeten achterlaten. Men zal ons de kinderen, die men ons-ontnomen heeft nimmer meer teruggeven." „Vader Cyrillus zorgt voor de bedde meisjes alsof het zijn eigen kinderen zijn" zeide Michaël. „Ja, dat is een groote troost" ant woordde Alexis. „Maar ach, mijn jon gen, zij zullen opgebracht worden in de leeriinren. die wii verfoeden, waar voor wij zelfs den dood willen onder gaan. Maar wij moeten haar in Gods hand laten. Hij heeft ze meer lief dan wij ze kunnen liefhebben. Wanneer men ons echter eenige jaren gevangen houdt, zooals men dat sommigen on zer broederen gedaan heeft, dan zijt gij en Sergius te. oud om ons te ver gezellen, en dan!" „Wij zullen u volgen, waar gij ook heen gaat" viel Michaël hem in de rede, „al moesten wij ook den langen weg stap voor stap afleggen. Paraska bespaart eiken kopek, dien zij krijgen kan, om naar haar man te Irkoetsk 'te gaan. Als een vrouw dat doen kan, dan kunnen wij bet ook. Al gingt gij naar het andere eind van de wereld, wij zouden er u wel weten te vinden." Wederom sloeg hij de armen om dep hals van zijn vader en legde het hoofd op diens schouder. O. indien hij daar slechts kon blijven_en zijn gevangen schap met hem deelen! Omstreeks dien tijd waren z*n oogen aan de duisternis gewend geraakt en kon hij flauw de omtrekken van h^t gelaat zijns vaders onderscheiden. Hij vertelde hem toen van het ge voel, dat hij had gehaid; alsof zijn moe der naast hem ging, toen hij zich naar de gevangenis begaf. „En waarom zou dat geen werkelijk heid geweest zijn?" zeide Alexis; „voor zeker i9 hare liefde voor ons nu nog grooter dan toen zij hier aarde was."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5