NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 25 SEPTEMBER 1926
Aan het einde der week
De nieuwe week is ingezet niét een
groote socialistische betooging, waar
aan naar schatting een 80- a 90.000 de
monstranten deelnamen. ,Voor ontwa
pening en medezeggenschap dit was
de leuze waaronder men optrok.
Een dergelijke massa-demonstratie
heeft ook ons wat te zeggen. Zij betee-
kent, of juister uitgedrukt, zij is een
symptoom van een ernstig revaar voor
ons volksleven.^
Dit gevaar ligt niet in de eerste
plaats in den strijd voor de genoemde
leuzen op zichzelf.
Ontwapening, mits niet opgevat als
het eenzijdig weerloos maken van een
enkele natie doch als vermindering
van bewapening door gezamenlijk
overleg der volken, is een ideaal, waai-
ook wij Christenen voor strijden moe
ten. En dat de socialisten, indien zij
verantwoordelijkheid dragen een an
dere gedragslijn volgen dan wanneer
zij oppositiepartij zijn, zien we duide
lijk in België, waar socialisten in de
regeering zitten en dat desondanks
een veel grooter leger en e>en veel lan
goren diensttijd heeft dan ons land.
En de andere leuze medezeggen
schap", i9 zoo vaag gesteld, dat wel
niet velen der demonstranten daarvan
een bewuste voorstelling zullen hebben
gehad. Medezeggenschap is een onder
werp, dat ook in onze kringen in den
laatsten t$d aan de orde is; het is nog
een probleem, waaromtrent men tot
klaarheid tracht te komen.
Neen> het groote gevaar is de toene
mende invloed, die uitgaat van een
partij, die met God en zijn geboden
geen rekening houdt en waardoor ons
volksleven hoe langs zoo meer ontker
stend wordt.
De revolutionaire geest van het „ni
Di.eu ni maitre" tracht steeds meer
de overhand te krijgen in alle geledin
gen der samenleving.
Daarvan zijn ook de treurige gebeur
tenissen te Assen een bewijs, al moe
ten wij niet alles op rekening van de
socialistische propaganda schrijven.
Vooreerst is ons volk in hart en nie
ren, niet anti-militairistisch (dit heeft
een politieken bijsmaak), maar anti
militair, zulks in tegenstel ling met b v.
de Duitschers van vóór den oorlog.
'Iedere Hollandsche jongen (uitzonde
ringen, die den regel bevestigen, daar
gelaten) gaat met tegenzin in dienst.
In specialen zin geldt dit van de her
halingsoefeningen, waar bovendien
meerderen hun betrekking door kwijt
raken. Heerscht er dan nog zulk een
ti-opische hitte als de eerste dagen de
zer week en zijn er officieren, die zeer
ontactisch optreden én zulke gefor
ceerde marschen commandeeren, dat
de menschen er bij tientallen ziek van
worden, dan is een uitbarsting niet
goed te keuren, maar toch zeker ver
klaarbaar.
Onze Koningin heeft j.l. Dinsdag de
Staten-Generaal geopend met een
troonrede, over welker nietszeggend
heid alle partijen het dezen keer roe
rend eens zijn. En ook begrijpt men
wel algemeen wat de oorzaak daarvan
is: het optreden van dit intermezzo4
kabinet.
Zij die verleden jaar de breuk in de
coalitie veroorzaakt hebben, hebben
wel een groote verantwoordelijkheid
op zich geladen; het ware te wenschen
in het belang van ons volk, dat de
partijen, die toch door hun beginsel
op elkaar zijn aangewezen, elkaar
weer vonden en weer een krachtig
kabinet, dat handhaving en. bevesti
ging der Christelijke grondslagen van
ons volksleven beoogt, zou optreden.
Doch het ziet er niet naar uit, dat
'dit spoedig geschieden zal en ook de
Troonrede heeft duidelijk te kennen
gegeven,, dat in den eerstkomenden tijd
de tegenwoordige toestand wel hesten
digd zal blijven.
Uit het grijs vérleden.
HET LOOFHUTTENFEEST.
Het Loofhuttenfeest, dat van 15 tot
21 of 22 Tisjri gevierd wordt, is het
laatste van de drie groote feesten der
Israëlieten. Evenals de beide andere,
het Paasch- en het Wekenfeest, heeft
het tweeërlei beteekenis: een econo
mische en een geschiedkundige.
Het valt in den herfst, einde Septem
ber of begin October; vandaar dat het
in de~ eerste plaats het karakter van
een oogstfeest draagt. In Jïïx. 34 22
heet het ,het feest der inzameling, als
het jaar om is", terwijl Ex. 23 10 het
iets uitvoeriger kenschetst: „het feest
der inzameling, op den uitgang des
jaars, wanneer gij uwen arbeid uit het
veld inzamelt". De laatste vruchten
van den oogst (ooft, olie en wijn) wor
den dan ingezameld; gelijk het Paasch
feest bij het begin van den oogst, zoo
wordt dit feest, precies een lialf 'jaar
later, aan het einde daarvan gevierd.
Het is het vroolijkste van alle fees
ten, omdat het staat in het teeken der
dankbaarheid voor den zegen, dien
God in het afgploopen jaar op den ar
beid der handen heeft geschonken. Ze
ven dagen moesten de Israëlieten in
tenten of loofhutten wonen: zij maak
ten die langs de strfLten, in de tuinen of
op de platte daken uit twijgen en palm
takken, en aan deze wijze van feestvie
ring ontleend het feest zijn naam. Dit
wonen in hutten is iets, dat met het
karakter van dit feest als herfstfeest
samenhangt. Nog heden ten dage, zoo
verhaalt een reiniger, verlaten bij den
wijnoogst de inwoners van Hebron de
stad en leven in de wijnbergen in hut
ten en tenten.
Gevolg van dit wonen in tenten is de
algemeene verbroedering: ,Gij zult op
dit feest vroolijk zijn, gij, uw zoon en
uw dochter, uw knecht en uw maagcf,
zoowel als de Leviet, de vreemdeling,
de wees en de weduwe, die in uw poor
ten zijn" (Deut. 16 14).
Behalve een oogstfeest is dit feest
tevens een historische herinnering
aan de omzwervingen do<?r de woestijn
toen Israël in tenten woonde en brengt
het de Joden de weldaden in gedach
tenis, die Jahweh het volk in die ja
ren bewezen heeft.
Hieruit vloeit voort, dat uit feest een
nationaal karakter draagt,, 'gelijk dan
ook in Lev. 23 42 uitdrukkelijk voor
geschreven wordt, dat allo inboor-
1 i n g e n in Israël in loofhutten "zullen
wonen, terwijl in het voorafgaande
vers met nadruk wordt verklaard, dat
zij het feest Jahweh, den Verbondsgod,
moeten vieren. Het is alzoo meer dan
een natuurfeest, het is het feest van
Gods uitverkoren volk.
Meermalen lezen wij in de Heilige
Schrift van de plechtige yiering van
het-Loofhuttenfeest. In den tijd van de
Richter en en de vroegere koningen ge
noot het een bijzondere populariteit; de
inwijding des Tempels had ^blijkens 1
Koningen 8 2 plaats „in .ie maand
Ethanim, op het feest, dat is in de ze
vende maand". Ethanim is de oud-Ka-
naaneesche naam van de maand
Tisjri en met „het feest" wordt liier
klaarblijkelijk het loofhuttenfeest be
doeld. Dit blijkt ook uit het slot van
dit hoofdstuk (vs. 65 en 66)): „Zoo
vierde Salomo te dier tijd het feest en
gansch Israël met hem, eene groote ge
meente uit heel het gebied van de Ha-
mathbaan tot de beek tegen Egypte,
voor het aangezicht van den Heere on
zen God. En op den achtsten dag liet
hij het volk gaan". Deze achtste dag is
de verbodsdag, waarvan ook in
Lev. 23 35 sprake is: een dag, waarop
zij geen slafelijken arbeid mochten ver
richten; dit is de 22ste Ethanim of Tisj
ri.
Later geraakte dit feest in vergetel
heid doch na den terugkeer uit de bal
lingschap werd het onder leiding van
Ezra en Nehemia weer met grooten
ijver en vroolijkheid op de in de wet
voorgeschreven wijze gevierd (Ezra 3
vers 14 en Nehemia 8).
Ook in .het Nieuwè Testament lezen
we va^ het loofhuttenfeest, en wel in
Joh. 7: Op den laatsten lag van het
feest, den 22sten Tisjri alzoo, had des
tijds een bijzondere plechtigheid
plaats, de uitgieting van het water. Een
der priesters daalde gedurende het
morgenbrandoffer naar de bron van
Siloam af om een gouden vat met wa
ter te vullen, waarna dit -loor den
iloogepriester onder trompetgeschal
en groot vreugdebetoon des volks op
het altaar voor het aangezicht des
Heeren werd uitgestort. Dan placht
men te zingen het lied uit Jesaja 12 3
6:
„En gij zult water putten met vreug
de uit de fonteinen des heils, en zult
zeggen te dien dage:
Looft den Heere, roept zijnen naam
aan, 4
Ma^kt onder de volkeren Zijne daden
bekend,
Vermeldt, dat zijn naam werd
verhoogd
Zingt den Heere want verheven daden
heeft Hij gedaan,
Bekénd zij dit op de geheele aarde I
Juich en jubel, gij burgerschap van
Sion
Want groot is in uw midden de Heilige
Israëls".
En het was op dezen dag, den groo
ten dag van het feest, dat Jezus op
stond en luide uitriep: „Indien iemand
dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke.
Wie in Mij gelooft, zooals de Schrift
zeide: uit zijn binnenste zullen stroo
men vloeien van levend water".
DAMRUBRIEK.
Coirespondenitie-adres: 211 Vaiken-
boschkade, Den Haag.
Probleem no. o.
Van: Joh. Westerhof te Appingedam.
Wit begint en wint.
Stad: Zwart UI en 1 dam) 5, 6, 7,
8, 11, 12; 17, 19, 24, 30, 37 en 1 dam
op 46.
Wit (11) 15, 16, 27, 28, 35, 36, 38, 39,
40, 45, 47.
Spelopeni/igen.
Vooral beginnende damspelers schui
ven er in 't begin van een partij maar
op los, zonder zich genoeg rekenschap
te geven hoe. zij door al dadelijk de
opening zwak te spelen, feitelijk de
partij reeds verloren hebben of de
kiem ervoor gelegd.
Vandaar dat we aandringen op een
naspelen van de door ons te geven
aanvangszetten jèn een studie van het
waarom met analys'es uit het Damspei.
De eerste partij werd gespeeld tus-
sclien de bekende dammers H. J. v. d.
Broek uit Rotterdam met Wit tegen
L. de Beer uit Amsterdam.
1 3a—28 18—23
2 39—33 12—18
3 44—39 12
4 21—27 17—21
5 5044 17
O 37—31 20—24
2126 is sterker. Nu zwart veld 26
niet wil bezetten, ligt het voor de
hand, dat wit laat volgen:
7 31—26 14—20
beter dan 11 of 1217, waarmede zw.
zich zelf opsluit.
8 26:17 11:31
9 36:27 7—11
10 41—37
Wit brengt eerst zijn linkervleugel
in slagorde en wacht het tegenspel af.
11—17
1217. 812, 2^—8 gaf beteren stand.
114641 17—21
12 41—36 2—7
2025* mag niet, dan volgt wit 21
22, 34—30, 40: 7, 28—23, 33: 31 wint een
schijf.
13 37—31 21—26
Nu is deze zet niet goed. Zwart's
rechtervleugel is tamelijk verzwakt.
Daarom 'had de schijf op 21 moeten
RECLAME.
KENNISGEVING.
Bij dezen berichten wij onze geachte Cliëntèle, dat ons
Magazijn Nieuwe Rijn 87 verplaatst wordt naar
iSreesfiraaS 39. - De opening onzer nieuwe Magazijnen
heeft plaats a.s. Dinsdag; 28 Sopt. 5 uur n.m. - Ons
Magazijn Nieuwe Rijn 87 wordt Maandagmiddag te
1 uur gesloten. - Telefoonn. blijft No. 35.
Hoogachtend H. G. v. LUIJKEN.
blijven staan. Een aanval met 2429
en 20: 29 was zeker te verkiezen.
14 42—37
Sterk. Deze zet wijst reeds aan, dat
vroeg of laat een aanval op den zwak
ken rechtervleugel van zwart plaats
zal vinden.
7—11
10—14 is sterker. Veld 7 moet bezet
blijven om den bedreigden vleugel te
verdedigen.
15 47—42
De schijven staan nu in slagorde en
wit wacht het gunstige oogenblik af,
waarop- de aanval met succes kan ge
schieden.
1014
16 34—29!
2722, 31:22 verliest een schijf aan
zw. door 23—29, 24—30, 20:27, 26:17.
23:34
17 39:30 20—25
18 44—39 25:34
19 40:20 15:24
20 39—34 5—10
21 43—39 18—23
In dezen stand niet sterk. Alweder
gaat een schijf van den zwakken kant
naar het midden.
22 49—43
Een belangwekkende stefhd, voor wit
voordeelig, ziehier enkele varianten:
34—29, 39:30, 28—22, 27—21,
14—20. 23: 34, 20—25 a), 25: 34, 26: 39,
38—33, 32:5.
a) 2025 kan dus niet, waarna'wit
zich nestelt op 25 met'goed spel.
VARIANT II.
.3429, 39:30 en wederom bezet op
1015, 23:34. Wit vak 25.
VARIANT III.
27—22, 31—27, 37—31, 42:31 op
12—17, 17—21a), 8—12, 26:37,
met uitstekend spel voor wit.
RECHTZAKEN.
KANTONGERECHT LEIDEN.
n de meeste der 22 openbare zaken,
die op de rol stonden, waren getuigen
gedagvaard waardoor een vlotte gang
van zaken niet werd bevorderd.
De eerste, die voor den kantonrech
ter ver>cheen, was C. V uit Z eg-
waart beschuldigd een koe te heb
ben laten vervoeren, die lijdende was
aan tonghlaar.
Getuige, de heer Sperna Weiland,
bevestigde de duidelijk waarneembare
aanwezigheid van genoemd euvel.
Beklaagde bepleitte evenwel dat de
koe zoo gezond als een wis eh was ge
weest, zoodat de conclusie voor de
hand lag, dat 't euvel op reis tot open
haarheid was gekhrnen. Hij had zulks
in Leiden ook geconstateerd en het
ook willen aangeven.
De ambtenaar heugde daarop, dat
bekl. het ziektegeval aanstonds had
moeten aangeven. Hoewel bekl. van
zijn goed recht overtuigd was, de kan
tonrechter dacht er anders over en
eischte f 6 boete subs 4 dagea.
Nogmaals kwam diet zaakje voor te
gen A. J. V "SSt L, e i d e n, die niet een
vrachtauto, rijdende op den Oude Rijn
een timmerman wat werk had be
zorgd door een luifel te kraken.
Als getuige werd nu gehoord de heer
J. P. Meershoek, die de schuld aan be
klaagde weet.
Eisch f 6 of 6 dagen.
Dezelfde V. kreeg daar vlak boven
op -ook nog 3 maal 4 voor heL over
treden der arbeidswet, .,3 madl 4 is 12
plus 6 is 18"' zei de kantonrechter.
J. P. v. d. S., smid, zonder vaste
woonplaats had liefde opgevat voor
een jeugdige schoone uit Noordwijk.
Hij vervoegde zich in drie verschil
lende naéhten aan het huis zijner ge
liefde en wist door op de ruiten te tik
ken en gerucht te maken de aandacht
te trekken zi#*vr geliefde, maar ook
van zijn- schoonouders, die daar niet
van waren gediend, zij gaven de zaak
"aan. Ze werden nu als getuige gehoord
Tegen den smid werd 2 maal f 15 of
2 maal 10 dagen geëischt.
N. v. d. M., veehouder te Leider-
dorp waS verzocht voor cie boetehank
te verschijnen wegens het feit, dat zijn
twee varkens hadden -geloopen in
buurmans aardappelenveld.
Twee getuigen de geplaagde West-
dijk en brugwachter Buur bevestigden
het verbaal, terwijl een getuige a de
charge v. d. Leeuw niet vee; tot ont
lasting van beklaagde wist bij te bren-
gei.. De aangevoerde spitsvondigheden
mochten beklaagde voortoopig niet ha-
ten. De man hoorde f 10 of 10 dagen te
gen zich eischen.
Een paar artisten w.aven er met de,
auto op uit en hadden hun visfchtuig
meegenomen met het doel onderweg
een vischje te verschalken.
Op een mooi plekje werd uitgelegd,
maar dat mooie plekje was verboden
vis ch water.
De ambtenaar vroeg tegen deze on
fortuinlijke visschers f 1, waar de kan
tonrechter meteen f 0.50 van maakte,
met teruggave van het inbeslag geno
men vischtuig.
J. S. te Heemstede, die in de
buurt van Leiden een karweitje had,
had twee arbeiders daarbij te lang la
ten werken, die nu als getuigen dit be
vestigden. Dit kostte den patroon, op
verzoek van den ambtenaar 18 m. f 3.
Vervolgens kwamen een serie ver
keersovertredingen aan de orde.
A. C. te Lelde n, die in de Vrou-
wensteeg tusschen een hondenkar eI*
een groentenwagen door wikle lavee-
ren, had daarbij het ongeluk de groen
tenwagen aan te rijden, waardoor déze
de voorpui van een zich aldaar bevin
dend café beschadigde, f 5 of 5 dagen.
P. V. die a tors et a travers zijn on
schuld staande hield,- was beschuldigd,
in de Kraaierstraat stilstaande met
zijn auto plotseling vooruit te zijn ge
reden, waardoor een wielrijder wei' l
aangereden, f 10 of 10 dagen. -
'F. V. wilde op de Breestraat ter hoog
te van Maison Bernsen de tram pas-
seeren, maar tornde daarbij tegen een
handwagen op. Na getuigenverhoor
vroeg de ambtenaar f 6 of 6 dagen.
Aan het begin der Steenstraat had
een aanrijding plaats tusschen twee
auto's. Bekl. R. R. uit L ei d en en ge
tuigen beweerden beide door den an
der aangereden te zijn, waarop de zaak
uitgesteld werd tot 29 September om
andere getuigen te hoor en.
P. v. H., te L e i d e n, had een stuk
tramrail vervoerend hij „Zomerzorg"
zoodanig met zijn wagen gereden, dat
een rijwiel beschadigd werd. f 5 of 5 d.
Leidsche I» enkrassen.'
1 'Amice,
De Septembermaand is in veel op
zichten een bijzondere maand.
De vacantiestemming, die in bet
laAtst van Augustus soms zwaar kom
(drukken, komt dan tot ontspanning.
Je zult zeggen, amioe, daar komem
!de klaagtonen al weerl
Laat ik je gerust stellen. Klagjen zal
ik niet. Ik constateer alleen een feit.
|Het is inderdaad zoo, dat eind Augus
tus heel' wat menschen naar het edndei
van de vacantie verlangen.
Daar wil' ik. nu eens niet over kla
gen, maar integendeel het als een ge
lukkig verschijnsel beschouwen. De
mensch is op het werken aangelegd.
{Werken kan een genot zijn. Een van
de grootste sociale ellenden is dan
ook de werkloosheid. .Wanneer de va
kantie lichaam en geest gesterkt heef tl
is het een gelukkig verschijnsel, dat
'de mensch weer naar zijn arbeid ver
langt.
Dat de vacantia zwaar drukt, komti
Ook nog van iets anders.
Ons gejaagde, spannende leven, heeft
behoefte aan ontspanninng. Met dank
baarheid wordt daarvan dan ook ge
bruik gemaakt. Maar door de groote
spanning reageert ons leven daarop
ook heel sterk.
Die ontspanning moet vooral niet te
lang duren, dan geeft zij een leegte,
die geen genot meer is.
Ons leven is gewoonlijk zóó vol, dat
iwe een lange rustpoos vaak als eon
leegte gevoelen» inplaats van als «en
genot.
Zoo is het als 'tware een verade
ming als in September het volle leven;
weer komt.
We hebben in onze stad in Septem
ber, als een van de teekenen van die
ontspanning, den aanvang van 't Aca
demiejaar. De overdracht van het Reo
toraat is nog altijd een feit van be
teekenis in de academie-wereld. Wiji
zien "nieuwe studenten, maai' ook
nieuwe Professoren verschijnen. Zoo
is September voor Deidein in zijn aca
demie een maand van niet geringe
beteekenis.
Maar in September hebben we ook
den aanvang van 't parlementaire jaar.
Vooral in de Pers heeft dat een voor
name beteekenis. De komkommertijdj
is dan ten einde. De couhanten ko
men weer vol te staan van allerlei
politieke gébeurtenissen, van voorne
mens der r egeering en van critiek of
goedkeuring, al naar miate men de ge
dane voorstellen ziet gaan in de' lijm
van eigen gedachten, ot daaraan tegen
gesteld.
De derde Dinsdag van September
is op politiek gebied wel de reveille.
Met de troonrede vangt het krijgs
mansleven van den politieken dag aan.
Ik vind het altijd jammer, amice,
dat die troonrede zoo spoedig weer.
vergeten wordt.Ze is toch eigeniijlq
een program voor een heel jaar. Maari
zoo vaak gebeurt het, dat iii heel het
jaar net gedaan wordt of er geen
troonrede is geweest.
Komt .het misschien ook dakrvan,. 1
dat de eene troonrede zooveel punten
.van de andere ais het war© overneemt
Maar't is waar ook, zoo'n parlementair
jaar is zoo gauw orn en de praatgrage
Volksvertegenwoordiging verwerkt
ook niet veel'.
Zou het misschien daarvan komen,
dat de Regeering dezen keer zoo wei
nig te vertellen had? Ik herinner me
nog, dat Dr.- Kuyper eenmaal' eens!
in de caricatuur als voerman met de
JNfederlandsche Maagd op de kar werd)
afgebeeld. De menschen langs den weg
riepen hem toe: Baas, wat rijdt jij de
juffer in een sjofel spulletje. Ik ge
loof, amice, dat we in dien tijd met;
zoo'n sjofele rit gehad hebben als
dezen keer.
Maar ik iftoet toch nog iet3 an
ders opmerken. Ik sprak daar straks,
van een politieke reveille. Dat doet
me terugdenken aan m'n militairenj
diensttijd. Toen hadden we kamera
den en zoo zullen er nog wel zijn
die de reveille nog geen leven genoégj
vonden, maar die den dag, aanvingen;
met allerlei luidruchtige grimassen, alsi
om te toonen, dat ze wakker waren.
Wat wonder-veel lijken daarop toch
onze S.D.A.P.ers.
Wat een kabaai voor en op zoo'n,1
roode Zondag. Ieder moet zien en hoo-
ren, dat ze toch heusch wel' wakken
zijn.
Ik hoorde dezer dagen', amice, ik
kan natuurlijk vodr de waarheid met
instaan, omdat ik het ook al weer
uit de derde hand «heb, dat men in die!
kringen toch wel wat geschrokken is
van het gebeurde in Assen. Als het er
op aankomt, zijn de S.D.A.P.ers nefl
zoo bang voor werkelijke revolutie als
wij, daarom komt het mii niet onge
looflijk voor. Het is hun niet om het
eigenlij Ice conflict te doen, maar alleen,
om een pakkende leuze, waarmede ze
de massa bereiken. Een botsing ais
te Assen, en zooals te Ede ook bijna'
gekomen was, breekt hun actie af,
omdat ze al te duidelijk demonstreert
hoe gevaarlijk de theorie is.
Ik ben straks begonnen met de op
merking, dat September de maand!
van het begin der actie is op school'-4-
gebied en op politiek terreifl. Dat-
merkt men ook aan allerlei vergade
ringen, ,die zoo de een na de anderel
beginne.!, te komen. Zoodra er weer
wat avonden komen tracht men dei
menschen bijeen te krijgen.
Wie hadden deze week er hier al een
proefje van. De .Vrouwenbond en de!
,Chr. Oraiijevereeniging hadden een
Juliana van Stolberg-avond georgani
seerd, dien we als een schitterende in
zet van een actie voor een grootsche
huldiging, van deze stammoeder der
lOranjes mogen beschouwen.
En dan zijn ook de bazaars alweer
begonnen. Als we van dat goede maar
•piet te veel krijgen. Het is nog steeds!
de beproefde manier om geld los te
krijgen; djpi knijpt met wel rijn oogen,.
maar'niet de hand met de beurs dicht.
Als één organisatie in Leiden het
in September druk heeft, dan is het
wel ae 3 October vereeniging. Het
Leidsche féést bij'uitnemendheid moert,
dan worden voorbereid. Het belooft
dit jaar wel wat bijzonders. Het ge
vaarte, dat aan den Hoogen Rijndijk;
verrijst, ziet er nog wat chaotisch uit.
maar toont toch wel iets bijzonders,
te zijn. In een gp$ie week kan er nog
heel wat gebeuren; volgende week Za
terdag zal 't wel klaar zijn.
Daar vlak in de buurt kwain deze
week eein ziektegeval voor, dat een.
ernstige waarschuwing inhield. Geluk
kig heeft de Geneeskundige dienst met
het Bestuur der Leidsche Zwemclub
direct ingegrepen en is een mogelijk
gevaar voor massa-infectie door de
zweminrichting voorkomen. Wat is
zoo'n gezondheidsdienst toch een ze
genrijke instelling, vooral in gevalled
als onlangs bij ae spoorwegramp en
in zijn preventieve werking zooals hier.
Of het tengevolge van het gure weeil
van de laatste dagen kwam, weet ik
niet, maar opmerkelijk leek liet mijl
toe, dat reeas zooveel kachels wor
den versjouwd. Ik zou zoo zeggen,
houdt die meubels nog een beetje vèr!
borgen; de zomer is toch al zoo kort.'
Ik zag een heele kar vol afladen bijj
het politiebureau in liet Stadhuis, lkl
weet niet of die bestemd waren vooil
de vertrekken door de politie inge-
momen. Als dat zoo is, amioe, dan.
zou ik zeggen, wat jammer, dat het
nieuwe gebouw nog met klftar is; 'cis;
zoo toch allicht dubbel werk.
Zoo vaak ik langs dat nieuwe po
litiebureau kom, vraag ik mij af, of
die schuttmg nu nooit verdwijnt. Ik
meen dat de tijd voor de oplevering,
van het werk toch al lang verstreken
was. Is dat misschien al weer een be
wijs, dat uitvoering in eigen beheen
toch niet is aan te bevelen
VERITAS.