Dit nummer bestaat uit TWEE Biadeu.
EERSTE BLAD.
De flatwoning.
CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN I ADVERTENTIE-PRIJS
STADSNIEUWS.
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
7de JAARGANG
DONDERDAG 2 SEPTEMBER 1920
NUMMER 1915
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaali 2.50
Per week 0.19
Franco per post per kwartaal I 2.90
Het is geen wonder, dat men van
de zijde, waar alleen met de economie
gerekend wordt, waar de meer ideëeie
behoeften en met name de beginsel-
bezwaren voor bet gezinsleven, veel
miinder tellen, de oplossing van de
>e*\ oningmoeilijkheden in de flatwo
ning zoeKï.
Men bereikt daarmede, dat men on
afhankelijk wordt van dienstboden
De huishoudelijke bezigheden worden
tot oen minimum beperkt. Men kan
profiteeren van wat moderne woon-
techniek en hyglène aanbieden tegen
een niet te hoogen prijs, omdat de wo
ning (of liever dat deel van het ge
heel) die men bewoont, niet grooter is
dan het strikt noodige, tejwi.il de fi-
nancieele lasten daarvan gemeen
schappelijk gedragen worden.
Nieuw is dit woontype niet. Reeds
in de 16e eeuw vond men in Engeland
en Schotland flatwoningen voor de
burgers in navolging van de inrich
ting van paleizen en kasteelen. waar
in voor de families der hofhouding
afzonderlijke woonruimten waren in
gericht.
Tot voor een dertigtal jaren heeft
dit woningtype echter weinig toepas
sing gevonden. Eerst met het in ge
bruik nemen van liften, centrale ver
warmingen. warmwaterinrich tingen
en dergelijke, kwamen de voordeelen
-van dit woningtype tot hun recht.
Het groote genot en de voordeelen
van de moderne bouwtechniek en hy
giëne, individueel nog slechts voor de
•zeer gegoeden in hun woningen te be
reiken wordt thans voor den flatbouw
onder veler her eik gebracht.
De levenswijze in een flat is te ver
kiezen hoven het leven in hotels of
pensions, waartoe ten gevolge van de
dienstböaenmoeilijkheden thans zoo
veel families genoodzaakt zijn.
In ons land is het, meenen wij Den
Haag geweest, dat baanbrekend op
trad. Het eerste flatgebouw, eenige
jaren geleden opgericht, is daar ge
volgd door een viertal complexen, op
verschillende punten van de stad,
waarvan enkele reeds in gebruik zijn.
Reeds nu meent men te kunnen
vaststellen, dat de flatwoningen niet
worden betrokken door de menscben
die men hoopte te trekken. Men geeft
daarvan nu nog de schuld aan het
uit Amerika en Engeland geimporteer
de type, en eisoht daarom van onze
architecten dat zij voor onzen Ne der -
landschen volksaard iets nieuws zul
len scheppen.
Wij gelooven niet, dat het gemak
kelijk gaan zal ons Hollanders te
overtuigen van het ideale der flatwo
ning. Hoe aanlokkelijk ook moge zijn
de centrale verwarming, de centrale
keuken waar men alles halen kan, de
over het algemeen comfortabele in
richting, zelfs de mooie omgeving, de
flatwoning blijft voor ons gevoel toch
min of meer de hotelkamer, waarin
wij rusten en slapen. Zij verkrijgt niet
dat intieme dat voor ons gelegen is
in de vrije woning. In de flatwoning
is ons gezin een deel van het geheel.
Met dat geheel moet gerekend wor
den. Het individueele gaat gedeelte
lijk -verloren.
Maar voor ons Christenen heeft de
flatwoning nog een ander bezwaar.
Observator wees er ons nog kort ge
leden op, dat een huisvader met vijf
kinderen in Den Haag geen woning
kon krijgen. De buiseigenaren vonden
dat gezin te groot.
Nu was bet daar nog alleen de huis
eigenaar, die over dat gezin zijn af
keurend oordeel uitsprak, maar in 'n
flat zijn het bovendien nog de mede
bewoners. Wel foei, stel ie voor, Mijn
beer en Mevrouw zitten rustig in fiun
„home1' en dan zouden de kinderen
van de buren mogen storen. Neen,
geen kinderen in de flat. of hoogstens
een of twee, die kunnen tenminste be
hoorlijk opgevoed worden. Maar drie,
vier. vijf of meer kinderen, neen dat
gaat niet.
Daarom ook is de flatwoning een
gevaar voor onze menschen.
Zelfs ook al zou het mogelijk zijn
om een flat te doen bewonen door en
kel menschen van Christelijke belijde
nis, dan nog meen on wij dat er een
verkeerde stimuians zou uitgaan tan
deze samenwoning, welke alleen
schikt is voor gezinnen van ongeveer
geliike samenstelling.
Wij kunnen dan ook onmogelijk de
flatwoning als een ideaal begroeten.
Zij zal voor enkelen geschikt zijn
maar niet voor het doorsnee Neder
landsche gezin. Met al zijn geriefelijk
heden en gemakken maakt dit soort
woning een te groote inbreuk op ons
volkskarakter en met name is zij een
gevaar voor het Christelijk gezin
Vatten wij onze beschouwingen van
IDSGHE COURANT
BUREAUHooigracht 35
Leiden
TeL 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
Gewone advertentiën per regel 227» cent
Ingezonden Mededeellngen, dobbel Uriel.
Bij contract, belangrijke redactie.
Kleine advert en tiin bij vooruitbetaling
van ten hoogete 30 woorden, worden dage»
lijk» geplaatst ad 40 cent
Maandag en vandaag samen, dan is
de slotsom:
le. dat er reden is om ook inzake
de uiterlijke en innerlijke eischen on
zer woning naar bezuiniging te stre
ven;
dat deze bezuiniging moet be
staan in werkelijke versobering, niet
in het nastreven van het z.g.. gemeen
schappelijk dragen door samenwoning
in flatgebouwen.
Nog op een omstandigheid willen
wij wijzen.
Opzichzelf beschouwd, zoo zegt de
heer Van der Kaa, wiens prae-advies
we Maandag aanhaalden, is de eenige-
zinswoning niet duurder, eerder goed-
kooper dan een gelijkwaardige wo
ning in een meergezinshuis. Dat komt
natuurlijk omdat een huis van' groo-
tere afmeting meer kosten eisclit aan
hechtheid'en uiterlijk schoon dan een
klein huis. De beteekenende bezuini
ging wordt yerkregen door het getal
woningen zoo groot mogelijk op te
voeren door bezuiniging op den grond
prijs.
Wanneer nu de grondprijs toch al
hoog is en bovendien nog belangrijk
verhoogd wordt door werken voor op
hooging en fundeering, kan het een
eisch van economie zijn om tot meer-
gezinswoningbouw over te gaan.
Maar tot den bouw van meergezins-
huizen mag alleen in die gemeenten
worden overgegaan, waar de kosten
van ophooging en fundeering per wo
ning zoo hoog zijn, dat zelfs, wanneer
de ruwe grond ongeveer tegen land-
bouwwaarde zou kunnen worden ver
kregen, de bewoner een belangrijk
grooter deel van zijn inkomen aan
huur zou moeten besteden dan in de
overige gemeenten. Doch ook in die
steden zal het zeker niet noodig zijn
om in alle wijken tot dien bouwtrant
over te gaan. Het gemeentebestuur
heeft daar een ernstige taak om ten
goede te helpen door wetgevende be
palingen.
Onze taak op woningbouwgebied is
nog lang niet ten einde.
Evenmin is bet vraagstuk van be
woning opgelost. Terdege moeten we
ons rekenschap geven of onze woon
stand in overeenstemming is met den
welstand dien we van God verkregen.
ANTI-REVOLUTIONAIRp KIESVER
EENIGING.
Afscheid van den heer R. Zuidema.
Gisteravond vergaderde in de bo
venzaal van „Amicitia" de Anti-Revo
lutionaire Kiesvereeniging.
De voorzitter, de heer R. Zuide
ma, opende de vergadering met ge
bed, las een gedeelte van Joz. 24, heet
te vervolgens de aanwezigen welkom,
die ondanks het warme weer in groo-
ten getale waren opgekomen.
Dit is een verheugend teeken, want
inzonderheid ook hier in Leiden is
het zoo noodig, dat we schouder aan
schouder staan. De toestand voor on
ze partij is tamelijk ongunstig Eener-
zijds zijn er de socialisten, die vooral
de arbeiders in onze partii track ttcu
te overtuigen, dat hun plaats is ach
ter de roode vaan. Aan de andere zij
de zijn het de Staatkundig-Gerefor
meerden, die het op onze meest prin-
cipieele menschen gemunt hebben,
terwijl de christelijk-historischen hun
best doen, de meening te propageeren,
dat de belangen der Ned. Herv. Kerk
alleen bij hen veilig zijn.
Die strijd is evenwel niet het erg
ste, wat ons kan overkomen; erger
is dat wij zeiven onze grootste vijan
den zijn.
Spr. herinnert in dit verband aan
het voorgelezen hoofdstuk van Jozua.
Telkens weer, ondanks de zegeningen
die het volk Israël van God ontving,
viel het van den Heere af. en ditzelf
de verschijnsel zien we ook bij de
voormannen, des volks. Zoo is 't zelfs*
met Paulus. die oen vermaak had in
de wet Gods naar den inwendigen
mensch, maar toch moest betuigen,
dat hij het goede, dat hij wilde, niet
deed.
Ook in ons leven zien we dat tra
gisch conflict. Wij belijden in ons pp-
treden als antirevolutionaire partij:
wij willen den Heere dienen. Doch
dan geldt ook van ons het woord van
Jozua: Gij zult den Heere niet kunnen
dienen, althans niet in eigen kracht.
Dat daarom uit ons hart de bede op-
stijge: „Och, schonkt. Gil ons de hulp
van uwen Geest, Mocht die mij op
mijn paan ten leidsman strekken.1'
Wanneer we zoo de wintercampagne
ingaan.-kunnen we Gods zegen ver
wachten (applaus).
Spr. richt zich vervolgens den
heer A. Mulder, wethouder, tl., «lezer
dagen jubileert en het feit herd
dat hij 25 jaren deel van den ra: ui
maakt. Spr. wenscht hem toe. d. t hij
nog vele jaren zijn arbeid zal lui "ti
voortzetten.
Het nieuwbenoemde raadslid, den
hqer A. J. Schoneveld wenscht spr.
toe, dat hij vele jaren in den raad
onze beginselen zal mogen propagee
ren. Ten slotte heet spr. het nieuwe
lid dea* Kiesvereeniging, den heer D.
Huinink welkom, die ook spr.'s op
volger is als redacteur der „Nieuwe
Leidsche Courant."
Spr. wenscht hém toe, dat Gods ze
gen in ruime mate op zijn arbeid mo
ge rusten.
Vervolgens leest de secretaris, de
heer G. Kuyper, de notulen der vo
rige vergadering, die behoudens een
enkele wijziging, op verzoek van den
heer Nielsen, worden goedgekeurd.
De heer J. Mulder rapporteert
namens de in de vorige vergadering
benoemde commissie, dat de boeken
van den penningmeester in orde zijn
bevonden.
De beer J. v. d. Steen deelt mede,
dat hem een voorstel bereikt heeft,
den beer Mulder, in verband met zijn
25-jarig jubileum als eerelid der Kies
vereeniging te benoemen, waarmee de
vergadering door applaus instemming
betuigt.
De beer A. Mul der dankt voor de
tot hem gerichte woorden van geluk-
wensch van den voorzitter en voor de
hem ten deel gevallen onderscheiding
Als spr. terugziet op de 25 jaar, dat
hij deel van den raad heeft uitge
maakt, denkt hij er aan hoe hij zijn
intrede in den raad deed te minden
van een geleerd gezelschap van pro
fessoren, doctoren en meesters in de
rechten, al heeft spr. later wel inge
zien, dat hij daar niet al te hoog te
gen behoefde op te zien.
Spr. heeft in de verloopén 25 jaar
den geheelen raad rechtsomkeert
zien maken. Wel zitten wij met een
klein clubje, doch spr. heeft zich
steeds gedragen gevoeld door iie sym
pathie van de leden der kiesvereen.
De voorzitter liee<t vervolgens
nog het in de vorige vergadering ge
kozen nieuwe bestuurslid, den beer
Rh. J. de Leeuw hartelijk welkom,
alsmede -eenige aanwezige gas een, on
der wie de beer W. Warnaar.
Op voorstel van den heer de Jong
wordt besloten aan /«.Exc. Min. Coiijn
in verhand met zijn benoeming tot
commandeur in de orde van den Ned.
neeuw, een eenvoudig, hartelijk, ge
steld telegram te zenden.
liierna neeft de verkiezing plaats
van een nieuw bestuurslid, in de va
cature, ontstaan door net vertrek van
aen voorzitter naar "Goes.
Gekozen worat de heer T. S. Gos-
linga, die de benoeming aanneemt.
De voorzitter wenscht den lieer Gos-
linga met zijn benoeming geluk.
Vervolgens beeft de verkiezing van
een voorzitter plaats. Gekozen wordt
de beer G. Kuyper, die de benoeming
aanneemt.
De voorzitter wenscht den heer
Kuyper geluk met zijn verkiezing en
ae vergadering met het feit, dat de
heer Kuyper de benoeming aanvaardt
Moge de kiesvereeniging onder zijn
leiding een tijdperk van bloei tege
moet gaan, zooals we nog nimmer ge
kend hebben.
'Hierna heeft de verkiezing van een
viertal leden van de Staten Kieskring
centrale plaats.
Gekozen worden de heeren H.
Lanibooy, J. Karstens, Mr. P G. Knib-
be, en J. B. H. Grotenhuis.
De heer G. Kuyp er wijst er naar
aanleiding van het in de vorige ver
gadering besprokene, op, dat percents
gewijs het aantal leden der kiesver
eeniging tegenover de uitgebrachte
anti-rev. stemmen in Leiden kleiner
is dan in de „ommelanden." Ook is
't in de stad moeilijker een behoorlijk
percentage leden op de vergadering
te krijgen dan op de dorpen.
Naar spr. gebleken is, heeft Leiden
in '23 40 pet. van de anti-rev. stem
men uitgebracht, tertwjjl het aantal
leden der kiesvereeniging maar 30 pet
is 'van dat der kiesvereeniging en in
ue Staten-centrale.
Spr. dient daarom de volgende mo
tie in:
De A.R. Kiesvereeniging „Nederland
en Oranje te Leiden, in vergadering
bijeen op 1 September 1926, besluit ter
kennis te brengen van bet bestuur
der Statencentr. Leiden dat door de
wijze waarop in 1923 de samenstelling
der candidatenlijst voor de Provinci
ale staten heeft plaats gevonden vol
gens haar oordeel aan de stad Leiden
niet die inyloed is gegund, waarop zij
volgens haar uitgebrachte stemmen tal
recht heeft. Dat een en ander het ge
volg is van de omstandigheid, dat in
een stad de verhouding tusschen uitge
brachte stemmen en aantal leden der
kiesvereeniiging ongunstiger is dan in
een dorp en dat bovendien de verhou
ding van aantal loden van de kiesver
eeniging en aantal ter vergadering
aanwezigen cok in een stad ongunsti
ger is dan in een dorp. Daar evenwel
de samenstelling van een candidaten
lijst een propagandistische waarde
heeft niet enkel voor de leden van de
kiesvereeniging, maar veel meer voor
hen die A.R. stemnm zonder lid te
zijn van de ki<-«vereen..vuig, daar komt
het haar voor dat waar de stad Lei
den bij de statenverkiezing van '23 40
pet. der A.R. stemmen uitbracht, haar
invloed bij bet samenstellen der can
didatenlijst daarmede in overeenstem
ming behoort te worden gebracht.
Dat bij de statenverkiezing in 23
1000 stemmen minder uitgebracht
werden te Leiden op de A. R. lijst,
dan in '25 bij de Kamerverkiezing, is
haars inziens mede te wijten geweest
aan de weinig propagandistische
waarde, die de candidatenlijst voor de
stad Leiden had.
In verband hiermede verzoekt zij,
dat haar afgevaardigden naar de Sta-
tencentrale gehoord zullen worden al
vorens de wijze van candidaatstelling
voor de Provinciale Staten vast te
stellen, c.q. alvorens de voorstellen
daartof ter goedkeuring naar de lo
cale kiesvereenigingen worden gezon
den.
De motie wordt zonder hoofdejijke
stemming aangenomen.
De heer A. Warnaar wiist er op,
dat de vorige maal de kiesvereeni
ging te Leiden te laat vergaderd heeft
en dat dit een van de oorzaken is
van de toenmalige samenstelling der
Statenlijst.
Vervolgens deelt de voorzitter
mede, dat evenals bij de vorige Ka
merverkiezingen ook voor de a.s. Sta
ten!- en Gemeenteraadsverkiezingen
tijdig gelegenheid zal gegeven worden
bij te dragen voor de kosten der ver
kiezingscampagne. De betreffende in-
teekenbil jetten zullen spoedig verzon
den worden.
Bij de rondvraag vraagt de heer
Kuyper het woord, die een harte
lijk woord van afscheid spreekt tot
den scheidenden voorzitter.
De heer Zuidema is uit het hooge
Noorden gekomen, is van Enkuuizen
naar Leiden gegaan, terwijl zijn in-
vloed steeds wassende was; nu gaat
hij nog verder naar het Zuiden, naar
Goes, waar hij zijn baton de maré-
chal zal krijgen, want verder Zuide
lijk te gaan is niet mogelijk, tenzij de
heer Z. het land zal verlaten, wat niet
waarschijnlijk is. Om den heer Z. in
zijn journalistiek werk tot volle ont
plooiing te brengen biedt spr. namens
een daartoe gevormd comité een twee
tal wenken van den Prins der journa
listen aan (Pro Rege en de Gemeene
Gratie), alsmede een beeltenis van
hem, naar de bekende plaquette. Spr.
dankt den heer Z. voor al het door
hem verrichte werk en bidt hem Gods
besten zegen toe.
De heer A. B. Mulder sprak na
mens de Geref. Schoolvereeniging den
vertrekkenden voorzitter toe, die ook
in den gemeenteraad een lans heeft,
gebroken voor het bijzonder onder
wijs, waarvoor Spr. hem dankt.
De heer W. Warnaar van Sassen
heim, president-Commissaris der
„Nieuwe Leidsche Courant" spreekt
namens Directie en Commissarissen
een woord van afscheid tot den heer
Zuidema. Toen u uit Enkhuizen hier
heen kwaamt, aldus spr. had uw
naam een goeden klank als journalist
en wij hebben ons niet vergist, toen
wij u tot hoofdredacteur van ons blad
benoemden. Dat de „N.L.Ct." er nog
niet beter voorstaat, heeft dan ook
een andere oorzaak: er zijn nog te
weinig personen, die de noodzakelijk
heid van een Christelijk dagblad voor
Leiden en omgeving inzien.
Wij prijzen u om uws werks wil;
zoowel in uw onderwijzende hoofdar
tikelen als wanneer gij uw zoeklicht
liet schijnen op de bestrijding onzer
tegenstanders of~ in gezelligen kout
aan groot en klein onze beginselen
propageerdet, steeds hebt ge er op ge
wezen, hoe arm de wereld is zonder
God en hoe 't den mensch niets baat,
indien hij de geheele wereld gewint
en lijdt schade zijner ziel. Daarom is
uw arbeid mooi: gij onderwijst begin
selen, die nooit zullen teleurstellen.
Ga in dat vertrouwen uw arbeid
voortzetten in de provincie, die tot
zinspreuk heeft: ,.Ik worstel en ont-
zwem." Gij zult daar misschien ook
wel met moeilijkheden hebben te
worstelen, doch eenmaal zult gij zijn
meer uan overwinnaar.
Moge het u welgaan in Goes; juist
omdat gij in Leiden in zoo velerlei
opzicht een ledige plaats achterlaat,
zal het u gemakkelijk vallen de le
dige plaats in Goes te vervullen. Mu-
ge God u en uw gezin zegenen en uw
leven vruchtbaar maken voor onsgan
sche vaderland.
Spr. twijfelt er niet aan, of de heer
Zuidema en z'n gezin zullen met genoe
gen aan hun verblijf in Leiden terug
denken. Wanneer de „N.L.Ct." finan
cieel zooveel in de melk had te brok
kelen als „De Zeeuw" kregen ze
den heer Zuidema niet, maar bleef
deze Leidenaar. Spr. verheugt zich,
dat de heer Zuidema thans zijn ar
beid onder betere omstandigheden
kan voortzetten, zoo is er een climax
in zijn leven, die een zegen is van
God. Spr. biedt den heer Zuidema als
blijk van belangstelling een mooie
eikenhouten boekenmolen aan.
Binnenland.
De „Heemaf" heeft het bemiddelings
voorstel-Van IJsselsteijn niet aangeno
men.
Buitenland
Een brief van den gewezen Dnitschen
keizer.
De Britsche mijneigenaren blijven
overzettelijk.
Ernstig spoorwegongeluk in Spanje.
Spanje krijgt geen vasten zetel in den
Volkenbondsraad.
Den heer J. Karstens is het een
persoonlijke behoefte, nu we gaan
scheiden, zijn groote erkentelijkheid
en dank aan den heer Zuidema te ba-
tuigen voor de aangename wijze, waar
op hij in de afgeloopen 6H jaar, voor
de .N.L.Crt." met hem heeft mogen
arbeiden.
De geschiedenis herhaalt zich nu:
de koning is dood, leve de koning. In
den weg der voorzienigheid hebben
we een plaatsvervanger voor den heer
Zuidema gevonden in den heer Hui
nink, wien spr. Gods rijken zegen toe
wens cht.
De heer T. S. G o s 1 i n g a, voorzit
ter van de Ver. voor Fröbelscholen in
Leiden, dankt den heer Zuidema voor
de wijze, waarop hij den arbeid dier
vereeniging in zijn persarbeid, en ook
een enkele maal al9 lid van den ge
meenteraad heeft gesteund. Wij heb
ben elkaar gevonden, juist in den ar
beid voor het Christelijk Onderwijs,
zegt spr.
De heer F. Eikerbout spreekt
namens de rechtsche raadsfractie den
heer Zuidema toe. 't Spijt ons, dat de
heer Zuidema,die zooals het „Leidsch
Dagblad" opmerkt als leider van de
a.r. raadsfractie optrad, van ons he-
nengaat. Door zijn v^lzijdige kennis
had hij een helderen kijk In verschil
lende aangelegenheden.
Waar de Heere u in Zeeland roept,
aldus spr. stelle Hij u tot een rijken
zegen voor die provincie, waar nog
zooveel conservatisme heers cht en
waar nog heel wat te veroveren valt,
voor men ook daar het koningschap
van Christus erkent ten opzicht© van
het sociale leven.
Moge God u kracht en wijsheid ge
ven om daar uw arbeid voort te zet
ten.
De heer D. Huinink vraagt aan.
het bestuur van de kiesvereeniging
en in 't bijzonder aan den voorzitter,
waar het contact tusschen de kiesver
eeniging en de courant thans verbro
ken is, dit te willen herstellen en le
vendig houden door de hartelijke sa
menwerking tusschen beide organen.
Spr. is door den heer Zuidema wel
kom geheeten als hoofdredacteur; hij
heeft er groote behoefte aan, gesteund v
te worden door het gebed en het me
destrijden voor onze beginselen; zoo
alleen hoopt hij ten naaste bij de
plaats van den heer Zuidema te kun
nen vervullen.
Spr. wijst op de gezegende climax
in diens leven van de Veluw9Che bla
den, waaraan de heer Zuidema zijn
persarbeid begonnen is naar de „Vrije
Westfries" t© Enkhuizen, daarna naar
de „N. L. Crt." en thans naar „De
Zeeuw." Spr. is verheugd, dat zijn ide
aal uit vroeger jaren, zich geheel te
mogen wijden aan de uitbreiding van
Gods Koninkrijk, thans vervuld wordt
Moge God den heer Zuidema met zijn
echtgenoote. di© hem steeds tot steun
is geweest bij zijn arbeid en zijn kin
deren, in zijn nieuwe woonplaats na
bij zijn en zegenen.
De heer J. P. Mulder, vice-voor-
zitter van het bestuur der Ghr.-HBS.
dankt, den heer Zuidema voor den
steun, dien het Chr. M.O. van hem
heeft mogen ondervinden.
De heer J. v. d. Steen richt zich
als vriend tot den heer Zuidema. dien
spr. heeft leeren kennen als een een
voudig man, die nooit zichzeivo ge
zocht heeft. Spr. wenscht hem toe, dat
hij met blijdschap zijn weg mag rei
zen en dat God hem moge bijstaan in
zijn arbeid.
De heer H. Lambooy dankt al»
voorzitter van de anti-rev. propagan-
daclub „Dr. A. Kuyper" den heer Zui
dema hartelijk voor de sympathieke
wijze, waarop hij steeds met hem
heeft mogen samenwerken.
De heer Zuidema beantwoordt
de verschillende sprekers. Spr. kan
nipt uitspreken wat er leeft :n zijn
hart. Hij heeft de laatste dagen zoo
veel bliiktn van vriendsohap, belang
stelling en liefde ondervonden, dat hij
er klein onder wordt. Hem vervult
een gevoel van groote dankbaarheid,
dat hij Leiden op deze wijze zal kun
nen verlaten.
Spr. heeft met de kiesvereeniging
wel eens moeilijke tiiden doorge-