CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN I ADVERTENTIE-PRIJS
7d# JAARGANG
ZATERDAG 31 JULI 1926
NUMMER 1887
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal i 2.50
Per week r 0.19
Franco per post per kwartaal i 2.90
Oit nummer beslaat uit TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
De beul der revolutie.
Uit Moskou werd dezer dagen be
richt het overlijden van den beruchten
Dzj erzinski, den vroeg er en leider van
de Tsjeka, het bekende bloedige insti
tuut tot bestrijding van tegenrevolu-
tie en speculatie.
De ovenedene, ook wel als de beul
der revolutie aangeduid, had veel or
ganisatorisch talent, maar hij ging bij
ide uitvoering van zijn plannen met
zulk een fanatieke gestrengheid en
met zoo afschuwelijke wreedheid te
werk, dat men den dood van vele dui
zenden aan hem toeschrijft en aat zijn
naam een afsohrikwekkenden klank
heeft verkregen.
'Hij was 'n beul. maar volgens Georg
Popoff die indertijd een boek over de
Tsjeka heeft geschreven, de eerlijkste
en onbaatzuchtigs te beul van de we
reldgeschiedenis. Type van een koel
overleggend, rustig en wreed hande
lend fanaticus.
Hij wordt geteekend als" een man die
lachend duizenden doodvonnissen on
derteek en de.
En dat niet omdat hij bloeddorstig
en wreed van aard was het tegen
deel was veeleer het geval maar uit
plichtsgevoel. Omdat de revolutie het
eischte.
Het verdient de aandacht dat pre
cies hetzelfde ook getuigd wordt van
•de leiders van het schrikbewind gedu
rende de Fransche revolutie.
In zijn „Ongeloof en Revolutie" wijst
Groen van Prinsterer er op, dat men
de terroristen, ten onrechte beschrijft
als zedelijke wangedochten.
Zeker, er waren ellendelingen bij
wie bloeddorst en eigenbaat den toon
gaf, wien het minder om verwezenlij
king van begrippen dan om botviering
van begeerlijkheden en driften te doen
was. en op wie de naam van monster
en van duivel in menschengedaante
ten volle toepasselijk is.
Velen heeft ook de vrees om het
slachtoffer van eigen oogluiking te zijn
de a n g s t, tot wreedheid geleid; „men
moest of geguillotineerd worden of
zelf guillotineeren." Om niet van harm
hartigheid te worden verdacht, werd
men moordziek.
Maar zoo was het niet met mannen
als Danton, Marat en Robespierre, den
leidsman bij uitnemendheid, de ziel
van het Schrikbewind.
Men heeft Robespierre voorgesteld
als een losbandig en zedeloos mensch,
een wreeden volksmenner, godlooche
naar, die door vertooning van zede
lijkheid en Stoïcijnsche onverwrikbaar
heid zoowel als door schitterende ta
lenten, den rang verkreeg, welken
misdaad, vereenigd met ^enie, in da
gen van verwarring en van opgewon-
derheid der hartstochten bereikt.
Groen van Prinsterer betoogt echter
dat geen enkele trek van dit portret
gelijkt.
Robespierre was niet een zedeloos
mensch.
Vergelijkenderwijs muntte hij door
ingetogenheid uit. Zijne onbaatzuch
tigheid was voorbeeldig. Hij werd te
recht de onverkoopbare genoemd. Hij
geloofde aan de deugd, aan de onster
felijkheid, aan God en er is geen grond
om te onderstellen dat hij wreed van
inborst was.
Hij was ook geen held. Klein van
gestalte en van nature- lafhartig, nam
hij, in dreigend gevaar, de vlucht.
En toch was hij een dwingeland als
schier niemand voor hem geweest is.
Toch heeft hij het bloed bij stroomen
doen vloeien en deinsde hij voor geen
terechtstellingen, hoe bloedig en af
schuwelijk ook, terug.
Hoe dit te verklaren?
Hoe dit raadsel op te lossen?
De oplossing, zegt Groen van Prin
sterer, ligt in het geloof aan de re
volutionaire theorie. In het vasthou
den aan de revolutionaire begin
selen.
Hij had zijn leven gewijd aan begin
selen, volgens hem niet enkel waar en
goed en nuttig, maar die in staat zou
den zijn om overal het einde van alle
ellende en het begin van een onver
stoorbaar geluk te kweeken.
Dfc rechten van den mensch waren
gepredikt en die rechten moesten tot
toepassing worden gebracht, met ver
nietiging van alles wat daaraan in den
weg stond.
Ket optreden van mannen als Ro
bespierre, was een uitvloeisel van hun
beginsel. En hunne gruwelijke ban
delingen mogen niet worden toege
schreven aan ellendige hartstochten,
maar alleen aan hunne stellige over
tuiging, dat alleen op die wijze het be
lang van de mensohheid werd gediend
en de triumf van de door hen beleden
beginselen bevorderd.
UE COURANT
BUREAUHooigracht 35
Leiden
TeL 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
De mannen van het schrikbewind
zoo betoogde Groen op een andere
plaats, werden door vergelijkenderwijs
edele beweegredenen geleid.
Er was bij ben philantropische on-
meiischelijkheid. t
Wreedheid is immers niet altijd
wreedaardig; strengheid is vaak on
misbaar. De heelmeester moet een
vaste band hebben. Hij mag niet uit
misplaatst medelijden een bedorven
lid, gevaarlijk voor bet ganscke li
chaam, sparen. Kortstondig en heil
zaam is de smart.
Zoo beschouwde Robespierre zijn
taak. Later zou er plaats zijn voor vre
delievendheid en zachtmoedigheid,
maar eerst moest al het verkeerde wor
den uitgebannen en de toepassing van
de revolutionaire leerstellingen, zooals
die door mannen als Rousseau waren
gepredikt.
Het optreden van figuren als een
Robespierre en Dzjerzinski heeft ons
wat te zeggen.
Wij zien daaruit hoe groot, hoe ont
zettend groot, de kracht is van de re
volutionaire theorieën.
De beul der revolutie is een natuur
lijke vrucht van de revolutie-beginsel.
Volkomen terecht heeft Groen van
Prinsterer er de aandacht op geves
tigd, dat de schuld van de gruwelen
van het Schrikbewind in de eerste
plaats moet worden gezocht bij hen,
door wie het geloof aan de Openbaring
geschokt werd, en die zich tot de af
goden eener eigen schepping nebben
gewend.
Dat moge ook in onze dagen van
revolutionaire woelingen, nu de revo
lutie-theorieën met meer kracht dan
ooit tevoren worden gepropageerd
niet worden vergeten.
De afval van Hem die gezegd heeft:
„Ik ben de weg, de waarheid en het
leven" is de oorzaak der Revolutie; de
werkzame belijdenis van den eer.ïgen
Redder het middel van herstel en be
houd."
Krankzinnigen-verpleging.
De heer J. ter Laan heeft Donder
dag in de vergadering van de Staten
van Zuid-Holland nogeens duidelijk
iaien uitkomen van hoe groote betoe-
kenis he,t is, dal do rechterzijde in Je
Staten de meerderheid heeft
Het gfng over een voorstel van Ged.
Staten om gelden ter leen te verstrek
ken voor den bouw van een krankzin
nigengesticht onder Noordwijk aan de
Vereen, der Zusters van Liefde te
V enray.
In Zuid-Holland wordt n.l. het sy
steem gevolgd om geen eigen krank
zinnigengestichten te onderhouden,
maar de krankzinnigen die verpleging
behoeven in particuliere inrichtingen
onder te brengen.
Dit heeft tweeërlei voordeel.
In de eerste plaats dat de patiënten
verpleegd worden in een omgeving die
het meest voldoet aan hun godsdien
stige behoeften. Patiënten van I'rot.
Christelijken huize kunnen in Chris
telijke inrichtingen worden verpleegd,
Roomsche patiënten kunnen in R.K.
gestichten worden ondergebracht en
Zij die daarop prijs blijken te stellen
maar hun aantal is betrekkelijk ge
ring kunnen in een meer neutrale
omgeving worden opgenomen.
De ongelukkige lijders kunnen wor
den verpleegd in een inrichting, waar
ze zich zooveel mogelijk thuis gevoelen
Een tweede voordeel is dat de ver-
pleegkos'ten betrekkelijk laag zijn.
De particuliere inrichtingen werken
veel goedkooper, zoodat de financieele
risico voor de provincie veel geringer
is. Provinciale inrichtingen Noord-
Holland weet er van mee te praten
zijn enorm dure inrichtingen, die er
niet weinig toe meewerken de provin
ciale opcenten hoog te houden.
De heer ter Laan echter verklaarde
van de particuliere inrichtingen niets
te moeten hebben.
Smalend spak hij van de „sectever-
pleging" die door de provincie niet in
de hand mag worden gewerkt.
Zijn ideaal het ideaal der socia
listen is de particuliere inrichtin
gen te vervangen door Provinciale ge
stichten, met al dé financieele en an
dere lasten daaraan verbonden.
Gaan, wat volstrekt niet onwaar
schijnlijk is, het volgend jaar de Sta
ten om, dan kan er wel op worden ge
rekend, dat ook ten opzichte van de
krankzinnigenverpleging een nieuwe
koers wordt ingeslagen.
Voor ons een reden temeer om met
alle macht te ijveren voor het behoud
van de redhtsche meerderheid in de
Staten van Zuid-Holland.
Y Verkiezingen Eerste Kamer
Wat de liberalen ook gedroomd zullen
hebben, zeker niet dat zij uit handen
van leden der H.G.S. en der Staatk.
Geref. partij een senaatszetel zouden
ontvangen.
En zoo is het toch gegaan gisteren
in de Staten van ZuiddHolland.
Het lid, behoorende tot de H.G.S.
verleende ddrecten steun; met den heer
Braat stemde hij op de lijst van den
Vrijheidsbond, en de Staatk. Geref. le
den werkten indirect mede tot de ver
vanging van een Antirevolutionair
door een liberaal.
Het was mede aan hun optreden te
danken dat het ,.Volk" kon juichen gis
teravond over „een liberale zege in
Zuid-Holland."
Het is wel een treurige houding hier
door de Staatk. Geref. Statenleden aan
genomen.
Zij hebben toch met voorbedachten
rade gehandeld
Toen de stemming begon, waren zij
nauwkeurig van den stand van zaken
op de hoogte.
Zij wisten da-t, hunne stemmen geen
effect zouden sorteer en.
En zij wisten ook, dat door de af
wezigheid van een der A.R. leden en
de afspraak tusschen de Vrijheids-
bondsche fractie en den hëer Braat,
de liberalen een der A.R. zetels zouden
bezetten.
Verrassingen waren hier buitenge
sloten.
En toch hebben zij niet geaarzeld
hunne stemmen waardeloos te maken
en daardoor een der A.R. leden van
de Eerste Kamer te doen vallen.
Welbewust hebben zij er toe meege
werkt de liberalen aan een zetel te
helpen en de macht van de linksche
partijen in de Eerste Kamer te ver
sterken.
Aan den kop van het .orgaan der S.
G.P. staan vermeld de woorden: „tot
de wet en tot de getuigenis."
Het zou interessant zijn te vernemen
hoe de daad van gisteien met doze
woorden in overeenstemming is te
brengen.
STADSNIEUWS.
Pensioenactie vail de gepens. oucl-
marinemannen van vóór 1918.
Onder leiding van den heer J. de
Groot uit der llaag werd hier gidCr
ayon 1 een vergadering gehouden «ran
de Le.dsche afdeeling der georgani
seerde cud-morinemannen van Vóór
1918. De vergadering was in ho Li-
zaak gewijd aan een bespreking van
den toestand waarin de ongeveer 700
te Amsterdam, Rotterdam, den llaag
en Leiaen wonende oud-marineman
nen zijn gekomen uoor de aanneming
van de moti-Joekes tn de Tweede Ka
mer (gelijkstelling van de vóór ea na
1920 gepensionneerde Indische m i li-
tairen) en van de wet-van Gijn,
waardoor zij worden verwezen naar
't gereorganiseerde Kon. Nat. Steunco
mité, terwijl hun jongere collega's, die
na 1920 werden gepensionneerd, zich
meer dan ruim kunnen bewegen door
dat hun pensioen 3 H maal zoo groot
is als dat van hen, die enkele jaren
vroeger werden geboren.
De voorzifter, na de verschillende
afgevaardigden te hebben verwelkomd
hield een toespraak ter opening, die
neerkwam op den eisch: geen steun,
maar recht.
Hij gaf daarna het woord aan den
heer Hendriksen uit Amsterdam, alge
meen voorzitter, die verslag uitbracht
van de audiëntie bij Minister de Geer,
in verhand met de door dezen bewinds
man in October 1922 gedane toezeg
gingen en het feit dat Z.Exc. er des
ondanks toe heeft medegewerkt, dat
de wet-v. Gijn werd aangenomen, ter
wijl de oude voorwaarden betreffende
de oud-marinemannen met 30 effec
tieve dienstjaren (waarvan 15 in de tro
pen)) niet in de nieuwe pensioenwet
werden opgenomen (terwijl de koloni
alen alleen 15 jaar bij de Ind. land
macht hebben, gediend en hun positie
veel beter is geregeld).
De heer Hendriksen liet dit verslag
voorafgegaan van een algemeen over
zicht dezer zaak, waarin verschillende
scheeve verhoudingen werden ge
schetst. Als zoodanig signaleerde spr.
o.m. het feit dat hij als adjudant-o.o.
met ruim 30 dienstjaren, w.o 15 Indi
sche, geklommen tot den hoogstbereik-
baren rang in zijn klasse en deelgeno
men hebbende aan tal vam krijgsver
richtingen te land en ter zee. een pen
sioen geniet van f17, terwijl collega's,
die 10 jaar later gepensionn. zijn, f 57
genieten, en dat, terwijl Min. Colijn
erkent dat de militaire pensioenwetten
niet deugen, en de Ministers de Geer
en Lamhooy dat de pensioenen te laag
zijn, en de laats ten als eenig tegenar
gument aanvankelijk aanvoerden dat
er geen geld was. Toen erop gewezen
is, dat er nu wel geld was, heeft Min.
de Geer de tegenover spr. gedane toe
zegging, n.l. van te zullen medewerken
aan een nivelleering der pensioenen,
geloochend, en gezegd: gij hebt geen
recht. En Min. Westerveld heeft ver
leden jaar tot spr. gezegd: als jullie
niet lief blijft, al zitten wij op een gou
den berg, dan krijg jullie niets!
Wat het onderhoud met Min. de
Geer zelf betreft, maakte spr. er dezen
bewindsman vooral een verwijt van
dat hij de uitdrukkelijke gedane, ge
noteerde, en bij een interpellatie—
Snoeck Hienkemans feitelijk erkende
toezeggingen loochende, dat hij de
zaak der oud-marinemannen reeds als
afgedaan wenschte te beschouwen, dat
hij de hoofdbestuursleden op de laat
ste audiëntie bijna niet had willen te
woord staan, en dat hij, toen eenmaal
een gesprek was uitgelokt, hoewel de
tweede persoon in het Rijk, daarbij de
grootste onkunde had aan den dag ge
legd aangaande de verdiensten en het
lot der Marinenmannen, die voor 1918
met pensioen zijn gegaan, die, evenals
de kolonialen, 15 jaar in de tropen
hebben gediend, doch daarboven nog
15 jaar op het oorlogsschip hebben
doorgebracht in vaak treurige omstan
digheden ,en trots dit alles bii de In
dische militairen worden achterge
steld.
De spreker erkende tegenover den
minister niet steeds hoffelijk te zijn
gebleven, doch schreef dit op rekening
van Z.Ex. die het hem door zijn grie
vende bejegening onmogelijk had ge
maakt om eerbiedig te blijven.
Bij zijn oordeel over de regeering en
de Staten-Generaal zonderde de spre
ker de Soc. Democratische fractie niet
uit. Hij concludeerde uit het verloop
van de pensioenkwestie, dat de oud
marinemannen, dat zij bij het pleiten
voor wat hun recht was, altijd te eer
biedig geweest zijn, en dat het daarom
nu tijd is om onbeleefd te worden.
Mogelijk was het in verband hier
mede, dat twee verslaggevers van de
Tribune aanwezig waren, die met bij-
zondf.ren nadruk, naast de burger
lijke' pers werden verwelkomd.
Onder degenen die den oud-marine
man bij zijn pensioenactk tegenwer
ken, werden door <Jen spreker niet in
de laatste plaats genoemd de oud-In
dische militairen, die beweren dat de
marinemannen zich aan hun verdien
sten willen optrekken.
Ten slótte werd een motie aangeno
men, waarin met kracht wordt gepro
testeerd tegen hun uitsluiting uit 'de
marinepenisoeniwet 1922, waarin zij
volgens recht en billijkheid het eerst
hadden behooren te worden opgeno
men.
Patrimonium's jeugdbeweging.
Hedenmorgen zijn do „Patrimonium
padvinders" onder leiding van Vaan
drig Stokhuizen naar Bussum vertrok
ken qan daar gedurende een tiental da
gen een kamp te betrekken.
Te ongeveer 8 uur verzamelden zich
de deelnemers in het gebouw Patri
monium" waar nadat de laatste in
structies waren gegeven, door den lei
der een zegen werd gevraagd.
Daarna ging het per fiets over Lei
derdorp, Hoogmade, Ter Aar. over de
Loosdrechtsche plassen, via 's-Grave-
land naar Bussum, waar men te on
geveer 2 uur hoopte te arriveeren.
Op Donderdag 19 Augustus zullen de
gymnastiekafdeeling „Hestia" met de
jongste padvinders die niet konden
gaan kampeeren, een bezoek brengen
aan Haarlem en het Bloemendaal9cbe
strand.
„Patrimonium."
Door het bestuur van „Patrimoni
um' is aan den vertrekken den voorzit
ter, den heer Zuidema, ter herinnering
aan de aangename en vruchtbare sa
menwerking een fraaie foto in lijst
aangeboden.
Leidsche Burgerwacht.
De wedstrijden prijsschieten met
scherpe patronen 1926, worden gehou
den op de banen te Katwijk, alwaar
reeds vanaf 25 Juli de bepalingen de
zer wedstrijden ter inzage zijn.
I. Vrije baan (per serie van 3 schoten
a 15 ct.) baan 5, van 2.308 uur n.m.
en op baan 6 van 3,306,30 n.m. Ieder
lid van dé Burgerwacht ontvangt één
kaart gratis. Deze wedstrijd heeft
plaats op 14 Augustus a.s.
II. Pers. baan (alleen voor „trouwe
schutters" d.w.z. die schutters, die
minstens 8 "keeren gedurende Mei, Ju
ni en Juli 1926 aan de oefeningen heb
ben deelgenomen) op 7 Aug op baan
6, van 68 uur n.m. en op 21 Aug. op
baan 5, van 4,306,30 n.m. (5 patr.
2 liggende, 2 knielende en 1 staande
houding).
III. Veteranen-afd. (leden boven de
49 j.) op 7 Aug. baan 5 van 68 nm.
IV. Afd. A (voor die schutters, die in
1924 en 1925 reeds één of meer prijzen
hebben gewonnen) op 21 Aug. baan 6,
van 5,30—6 uur n.m.
V. Afd. B voor die schutters, die
geen prijs hebben gewonnen in 1924 en
'25, en wel op baan 5 op 21 Aug. van
6,308 uur n.m.
De 3 beste schutters van de wed
strijden III, IV en V schieten op 28
Aug. op baan 5 van 68 uur n.m. om
den „Pijnacker-Hordiik-beker."
Hoogenstraaten en Go.
In de jaarlijksche algemeene ver
gadering van aandeelhouders van de
N.V. Ned. Faibr. van Verduurz. Levens-
midd. v.h. W. Hoogenstraaten en Co.
werden de balans- winst- en verlies
rekening goedgekeurd. De directie
werd definitief benoemd en bestaat
thans uit de heeren P A. de Lange en
C. J. Verzijden, terwijl de commissa
rissen herbenoemd werden.
Aan het verslag over het boekjaar
Gewone advert en tiën per regel 22*/* cent
Ingezonden Mededeeüngen, dnbbeJ tariel
Bii contract, belangrijke redactie.
Kleine advert en tl ën bij vooruitbetaling
van ten hoogate 30 woorden, worden dago-
lijka geplaatst ad 40 cent
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
Binnenland.
De verkiezingen voor de Eerste
Kamer.
Met ingang van 1 October a.s. wor
den sommige posttarieven verlaagd
Buitenland.
Het congres der Britsche mijnwer
kers-gedelegeerden besluit een refe
rendum uit te schrijven over de voor
stellen der geestelijkheid.
De Belgische ministers Vander velde
en Francqnl te Parijs,
De Fransche Kamer heeft een voor
stel aangenomen, waarbij alle amende
menten op de financieele voorstellen
niet ontvankelijk verklaard worden.
Polncaré zou denken over de stich
ting eener nationale tabaksmaat
schappij.
De aardbeving langs de Fransche
kust
Duitschlands toetreding tot den Vol
kenbond in September verwacht.
1926-26 wordt het volgende ontleend:
Het liguddo maken der gelden, be
legd in huizen, word geheel en in ef
fecten voor zoover mogelijk doorge
voerd.
Waar onze voorraden in het afge-
loopen jaar zeer verminderd waren,
werden in 1925-26 bijna driemaal zoo
veel grondstoffen verwerkt als in het
voorafgaande jaar.
Onze omzet was belangrijk grooter
dan verleden jaar. ondanks de ver
laagde invoertarieven op conserven en
den lagen frankenikoers, welke teza
men groote buitenlandsche goederen
voorraden in ons land brachten.
Het bedrijfsresultaat is, dat na nor
male afschrijving een netto winst kan
worden bepaald van f 19.433, tegenover
een bedrijfsverlies het vorig jaar, zon
der afschrijving, van f34.782.
De Jan Steententoonstelling.
Gisteren is de Jan Steententoonstel
ling bezocht door de(n) 17500ste(n) be
zoeker (s<ter), n.l. Jonkvrouwe L. C. E.
de Brauw uit den Haag. Haar werd
een exemplaar van het werkje van
Prof. Martin ter hand gesteld.
De oommissie voor de Jan Steen-ten
toonstelling in het Stedelijk Museum
„De Lakenhal" heeft besloten, bij
wijze van proef te beginnen met Dins
dag a.s. de tentoonstelling op Dinsdag
en Vrijdag van 's middags half zes tot
half acht open te stellen tegen betaling
van 25 cents entree.
Mocht deze proef slagen, dan stelt
de directie der tentoonstelling zich
voor, om tot aan de sluiting toe, iede-
rtn Dinsdag en Vrijdag van half zes
tot half acht n.m .entrée te verleenen
tegen den prijs van f0.25.
Eervol ontslag.
B. en W. stellen den Raad voor aan
den heer J. Mullemeister op diens ver
zoek eervol ontslag te verleenen als
leeraar in de Staatswetenschappen
aan de H.B.S. met 5-jarigen cursus en
de H.B.S. voor meisjes.
De heer Mullemeister is benoemd
tot leeraar aan de Hoogerburgerscho-
len te den Haag.
Verder wordt voorgesteld aan Jen
beer G. N. Munk, op diens verzoek
eervol ontslag te verleenen als genees
heer van de gestichten „Endegecst"
enz.
B. en W. stellen den raad voor aan
mr. E. Schotman (die tot secretaris
van Leeuwarden .is benoemd) op diens
verzoek eervol ontslag te verleenen als
secretaris van het college van curato
ren van het gymnasium aldaar.
Bank van Leening.
Ter benoeming van een Commissaris
der Gem. bank van leening wegens pe
riodieke aftreding van Prof. Blok
wordt door Commissarissen het vol
gende dubeltal aangeboden: 1 Prof. Dr
P. J. Blok, 2 de heer B. J. J. N. Troost.
Benoemingen.
B. en W. stellen den raad voor de
tijdelijke aanstelling van mej. W. H.
Nederhoed als leerares in Engel-
sche taal en letterkunde aan de H.B.S.
voor meisjes met een jaar te verlen
gen; den heer J. H. Wattez, leeraar
in hand- en lijnteekenen aan de H.B.S.
met 5-jarigen cursus gedurende den
cursus 1926-27 opnieuw tijdelijk te be
lasten met het geven van onderwijs in
rechtlijnig teekenen aan de H.B.S voor
meisjes; en den heer F. J. W. M u g g e
sinds 1 Sept. 1926 aan te stelten tot
amanuensis le klasse bij het onder
wijs in de natuur- en scheikunde en
de natuurlijke historie aan de H3.S.
voor meisje*.