BINNENLAND. Ons Babbelhoekje. V NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 24 JULI 1926 flE flUiflEll .ZE6BEH. De balans opgemaakt. De Tweede Kamer ging een paar weken geleden op reces en hoewel het ieinde der tegenwoordige zitting eerst Op den laats ten Zaterdag voor d.en iderden Dinsdag in September valt, zoo werd toch met het intreden van de vacantie der Kamerleden de eigen lijke parlementaire periode voor dit jaar afgesloten. Het is toch niet te verwachten, 'dat !de Tweede Kamer nog vóór het nieu we zittingsjaar zal bijeenkomen. En zoo de zaken staande, zal nie- 'mand zich er aan kunnen stootenA zegt Ide „Waarheidsvriend", als wij nu ireeds de balans van den arbeid, van het Kabinetjde Geer gaan, opmaken. Zooals wel vanzelf ^preekt, nemen wij bij het vaststellen van de rekening van het Ministerie in acht, dat het eerst midden Maart zijn parlementaire Werk aanving. Maar wanneer wij' ook dat doen, kunnen wij het voetspoor van „De Ne. jderlander" niet volgen, als dit Chris- iHistorisch dagblad verklaart, 'dat de daden van het nieuwe Kabinet van idien aard waren, dat ze in groote mate het vertrouwen van het volk wekten. Op welke daden hier het blad het ioog heeft, zegt het niet. Wij voor ons staan tegenover het (MinisterieJde Geer üets anders. Hét hééft voor ons niet die bekoring, wel ke hét voor anderen schijnt te heb ben. iWij noemen slechts twee dingen. In de eerste plaats het Zondag aan) Zondag rijden van pleiziertreinen, te- gein verlaagd1 tarief, waartegen een) protest, dat uit de Kamer kwam, zelfs niet hielp en een bezwaarschrift van! het frotestantsch-Christelijk Spoor wegpersoneel geen indruk maakte. En in de tweede plaats het op Zon- (dag reizen van den heer L'ambooy in' zijn kwaliteit als Minister van 'Oorlog. Tot tweemaal toe maakten de bla den daar melding van. Zelfs bij een van die gelegenheden reikte de Minis ter te midden van een juichende me nigte in Limburg namens de Regee ring een decoratie uit. In een Parlementair Kabinet zon zoo iets niet geschied zijn'. Daartegen' zou wel zijn gewaakt. En nu noemden wij nog maar en kele feiten, die de aantrekkelijkheid Van hét Ministerie voor ons niet groot 'maken. Ten aanzién van de b'evof dering vanl het geestelijk l'eyen van! tras volk en van de handhaving der christelijke 'grondslagen op staatkundig en maat schappelijk terrein, zijn wij er met het nieuwe Kabinet niet op vooruitgegaan 'Heel wat werk, dat een principieel' karakter draagt, blijft liggen en! van !de totstandkoming daarvan zal ook in devolgende jaren wel' niets komen. Wij noemen b'.v. hét ontwerp-Zon- Idagswet, dat gereed is, maar niet in! behandeling komt; de afschaffing van! 'de Staatsloterij, op welker afschaffing hoop was, doch welke weer naar dé vérre toekomst wordt verschoven; dé afschaffing van 'dén vaccine dwang, waarvan voorshands wel niets zal ko men; het verbod van lijkverbranding, dat voorloopig wel tot de vromé wen- schen zal blijven béhopren. En zoo meer. •Het régeerbeleid is van de chris telijke zone haar de neutrale zone over gegaan. Hoe dit allés ons christelijk volk 'tot vertrouwen, laat staan tot groot vertrouwen zou kunnen stemmen, is ;ons niet duidelijk. Evenmin begrijpen wij' „De Neder lander", als het blad verder uitroept jdat ons volk vol moed de toekomst tegengaat. Wij hebben den moed nielt; wij1 mis' sen hem; maar misschien ligt dit in de andere geestesgesteldheid, die ons' leven beheerscht. Wij zijn van andere mentaliteit. [Voor ons wekken de daden van het Kabinet.de Geer althans tot op he den nog niet hét vertrouwen^ 'dat men verwacht. De balans staat er o.i. niet gunstig voor. Afdoor een achterdeur, „Na afloop van de (Kamer)zitting moesten de leden van het Kabinet ziv h door een achterdeur (uit het Ka mergebouw) verwijderen, daar de ont zettende menigte, die bij het Kamer gebouw was saamgescbooid. een drei ^cnde houding aannam",. In die woorden meldde de telegraaf ons het einde van het Kabinet-Herriot, dat Maandag gevormd was en Woens dag weer verdween. Het volk in Frankrijk, merkt de Stand, naar aanleiding hiervan op, begint blijkbaar onrustig te worden. In breeder kring dan elders zijn daar ook de kleinere luiden betrokken bij de voortdurende daling van hot ruil middel. Voor een paar maanden wezen we er in een onzer hoofdartikelen op, dat de ontnuchtering groot zou blijken in dien de waarheid een doordrong. Toen d. i. in April leefde in bree den kring onder het gewone volk nog d© hoop, dat de papieren frank zijn goudwaarde nog wel eens zou terug krijgen. Nu begint men blijkbaar in te zien, dat dit een volstrekt ijdeie hoop was en dat zelfs bet weinige, dat er van do oude spaarpenningen nog overbleef, mede staat te verdwij nen. Het is altijd een veeg teeken wan neer het volk zijn gedachten niet hóórt vertolken door zijn vertegenwoordi gers en zelf de stem moet gaan ver heffen. Het is dat vooral in Frankrijk. Als Parij9 verkouden is niest Euro pa. Dat was zoo in het verleden. En wij vreezen, diat het nog zoo i9. Daarom levert een financieele ineen storting in Frankrijk voor Europa meer gevaar op dan de Duitsclie cata strophe deed. De economische uitwerking ervan zal zich sterker doen gevoelen, en een politieke nawerking is geenszins uit gesloten. De dingen ontwikkelen zich in Frankrijk zóó snel, dat men het tempo zelfs in een dagblad niet meer kan volgen. Poincaré kreeg in dén nacht van Woensdag op Donderdag opdracht een Kabinet te vormen. Dat is het eenige wat we op het" oogenbldk dat we dit schrijven, nog weten. Wanneer het ge schrevene in druk verschijnt, is hij wellicht met zijn Kabinet reeds klaar en zal een nieuwe poging- tot stabili satie van de munt aanvangen. Poincaré zelf doorziet de beteekenis van het vraagstuk geheel en zijn' vroe gere minister van Financiën, Fran- Qois Morsal, is., een man van omvang rijke kennis niet alleen, cDoch ook eeii krachtig bewindsman. Nu men bij deze personen te land is gekomen, is er wel eenige 'hoop, dat de totale ineenstorting vermeden kan worden. Indien althans de Volksver tegenwoordiging niet opnieuw een spaak in het wiel steekt. Maar wellicht helpt hier mee, dat de leden van het Kabinet-Herriot door een achterdeur het Kamergebouw ver laten) móesten. Dat zal toch ook den Kamerleden wel wat te zeggen hebben Wegen verbetering in Zuid-Holland. In een artikel van de redactie van het weekblad „Bedrijfsauto" worden klachten te berde gebracht over de uit voering van besluiten der Prov. Sta ten van Zuid-Holland tot verbetering van verkeerswegen in Zuid-Holland. Reeds in 1908 ajdus genoemde re dactie besloot de provincie Zuid- Holland in principe, een plan te mak ken tot verbetering der. groote ver keerswegen in Zuid-Holland. In 1914 verschenen de algemeene beschouwin gen hierover in drukvorm en verscheen ook het eerste gedeelte van het rap port, betreffende het. land tusschen de stroomen. Eerst in 1918 verscheen het tweede deel, dat over de eilanden. De rest is tot heden, d.i. 18 jaar later, nog steeds niet verschenen. In 1922 werd besloten te gaan ver beteren de wegen, afgescheiden van de groote plannen, n.l. Rijswijk—de Vink, RijswijkHoek van Holland met een zijtak naar Delft, Rotterdam—Gou da, LeidlschendamMoordrecht, Hilli- gersberg—Kruisweg, Bodegraven Gouda, Delft—Zegwaard (waarvan een stuk is aanbesteed), den Barendreeht- schenweg en den Boonsweg (welke ge reed zijn), Rhoon—Hoogvliet, Gouda Bergshoepsche Veer. Dit plan om vatte 130 K.M. weg. Hiervan is thans 4.8 K.M. gereed. En er werd beslopen, in 1922, dit plan in vijf jaar te doop voltooien. Bovenstaande mededeelingen ont- leeneïi we aan „de Bedrijfsauto'waar van de redactie voorts nog opmerkt: „Dit besluit van de Prov. Staten nail gevolgd moeten worden door een voor stel van Ge dep. Staten van Zuid-Hol land met een volledig plan tot uitvoe ring, waarbij de noodige credieten werden aangevraagd. Tot heden, 1920, d.i. bijna vijf jaar daarna, dus tegen het tijdstip dat de wegen al zoo goed als voltooid hadden moeten zijn, zijn deze voorstellen nog niet aan da S La ten voorgelegd. Want in de stukken voor de zomer- zitting van de Prov. Staten op 23 de zer komen de voorstellen dienaangaan s de niet voor. En vóór einde 1927 moe ten nog pl.m. 125 K.M. weg gereed zijn! Rest die a.s. winterzittihg in December Maar, dan móeten ze) toch, indien in December ingediend, nog goedgekeurd, de maatregelen tot uitvoering moeten genomen worden hetgeen ook tijd kost. Waar blijft het gezag.der Fr^t, Staten wanneer dusdanig wordt omge sprongen met genomen besluiten Centralisatie van het Middenstands- ere dietwezen. Wij vernemen dat bij beschikking van den Minister van Financiën inge steld is een commissie, welke zal moe- ten adviseeren ovér de vraag, of hét wenschelijk is, en zoo ja, op welke wij zè, het middenstandscredietwezen te centraliséeren. In deze commissie zijn benoemd: tot lid en voorzitter, mr. dr. A. A. v. Door- ninck, thesaurier-generaal aan het De partement van Financiën; en tot le den de heeren: mr. J. W. Beyen, direc tem- der Javasche Bank, Amsterdam Ed. G. Schürmann, voorzitter van den Ned. Middenstandsbond; C. J. G. Struy eken, voorzitter van den R. K. Midden standsbond; dr. J. van Beurden, gees telijk adviseur van dien bond; C. van den Heuvel, lid van de Tweede Kamer mr. dr. C. F. Schoch, directeur der Su- rinaamsche bank, Amsterdam. De heeren Beyen en Schürmann ver tegenwoordigen in de commissie de algemeene middenstancj^credietban- ken, de heeren Struyckén en Van Beurden de R.-K. „Hanze"-banken, dé heeren Van den Heuvel en Schoch de Christelijke „Boaz"-banken. Ckr. GereL Jongelingsbond. Naar wij vernemen zal de jaarlijk- sche bondsdag van den Bond van Chr Geref. Jongelingsvereenigingen in Ne derland Woensdag 11 Augustus a.s. in de Chr. Geref. Kerk te Utrecht gehou den worden. De voorzitter, Ds. II. Janssen, leger- en vlootpredikant in algem. dienst, zal de openingsrede houden, getiteld „Conservatief? De morgenvergadering is gewijd aan h^^^udeliike zaken. In db mid dagvergadering komen een drietal voorstellen van de J. V. te Enschedé aan de orde, alsmede een reLeraaat Ds. L. H. v. d. Meiden, van Dor drecht, redacteur van „Lmtor et Emergo", het orgaan van den bond, ge titeld: „Schriftgezag". In de avondvergadering, die om half acht aanvangt, zal Ds A. M. Berkhoff van Amsterdam, de opwek kende rede houden, getiteld: „Hoog spanning". De plassen rondom Reenwijk, In het verslag der commissie van rapporteurs over de provinciale be- grooting van" Zuid-Holland en de Mem. van' beantwoording daaromtrent, dee- len Ged. Staten in antwoord op. een vraag-naar den stand van het vraag stuk - der droogmaking van de Reeu- wijksche plassen en naar den - afloop, der droogmaling* van -den polder de Broekvelden en Vettebroëk, mede, dat over een door -het gemeentebestuur van Réeuwijk - Opgemaakt plan van droogmaking overeenstemming is be reikt In Mei 1926 hebben Ged; Staten een schrijven gerichtaan den Min. van Binnenl. Zaken en Landbouw, wiens medewerking met bét oog op' - den Rijkssteun in verband met de werk loosheidsbestrijding noodzakelijk is, met voorsteller ^gesproken omtrent de eventueele uitvoering van de droog making. Van den minister is nog geen antwoord ontvangen. Naar aanleiding van die vraag om trent den afloop van de droogmaking van den polder de Broekvëlden en Vet tenbroek deeleh Ged. Staten mee, dat het normale peil van dén polder in de wèek van 14 tot 19 Juni bereikt werd en in de week van 28 Juni-3 Juli de dijkstichting geheel gereed kwam In den polder is men bezig de dichtgaan de waterleidingen op te graven en de akkers weder gelijk te maken, ten einde voor den bouw geschikt, te maken Werkverschaffing in Zuid-Holland. Ged. Staten van Zuid-Holland deé- len t. o. v. de verruiming van werkver schaffing in die provincie o.m, het vol gende mede: In 1926 zijn door of met steun van 3 provincie veel werken uitgevoerd. De verbetering der wegen verschaft aan velen werkgelegenheid; zij zal in 1927 worden voortgezet. Een aanvang zal worden gemaakt met de werken van de nieuwe verbinding tusschen den Hollandschen IJssèl en de Gouwe Voorts wordt eraan herinnerd., dat in de Biesbosch thans 700 personen werkzaam zijn, w.o. 400 werkloozen. Gelden om de werkverschaffing te subsidieeren zijn niet op' de begrooting uitgetrokken, omdat de staten zich in liun vergadering van 19 December heb ben vereehigd met het afwijzend voor stel van Gèd. St. t. a. v. een desbe treffend verzoek van B. en W. van Schoonhoven. De Glindhorst. De Minister van Justitie bracht Don derdag een bezoek aan de Stichting „De Glindliorst". Daarbij rondgeleid door den Directeur werden achtereen volgens bezocht de school voor L. O., de Landbouwschool, de Bedrijven en enkele tuinderijen. De Minister liet zich van alles nauwkeurig op de hoog te brengen. HOE LANG MOETEN WIJ ONS ETEN KOKEN? van even gakookt bóven langt gekookt voedsel niet moet gezocht worden ia' de vitaminen, maar in iets anders, dat nog onbekend is. Of hij hiermee gelijk iheeft, kan betwijfeld worden, maar doet ook weinig ter zake. Bij het mesten van varkens doet izioh hetzelfde vraagstuk voor: het zou best mogelijk zijn, dat deze dieren be ter gedijen 'met rauw of even gekookt dan met gaar voedsel. Friedberger is [bezig, dit te onderzoeken'. iMen heeft het in allerlei bOieken; als een vooruitgang van de beschaving geduid, dat wij ons meeste voedsel niet meier in raüwen, maar in ga&opk- Iten toestand nuttigen; Bij physiologj- sche proeven in de vorige eeuw scheen (dit koken ten goéde te komen aan de .betere 'vertering; jdaaibij wurden scha ndelijke bacillen eiüinge\vandswurm£<| bij het koken gedood,' zcq'dat het ko ken van het voiedsel wel .een bijzon der nuttige maatregel scheen'. In iden laatsten tijd heef ft men bij) het onderzoek van de. vitaminen ge merkt, dat' gekookt' voedsel -in, som mige opzichten achterstond bij rauwe spijzen. Bij, het koken wórden n.l. de vitaminen beschadigd. Prof. Friedber- ger te Berlijn heeft nu nog eens on derzocht, hoe het staat mét hot li chaamsgewicht van ratten, die met ge woon eten uit een restaurant gevoed worden; een andere serie dieren werd (daarnaast met heLzelfde éten; gevoerd, nadat dit verscheidene uren bij 10Ü [gr. was verwarmd. Daarbij bleek nu in de eerste plaats, dat de ratten, 'die met het kort, gekookte voedsel gevoerd waren, veel meer in gewicht toenam men, dan zij 'die het overgare eten te nuttigen kregien. Dat was in het licht der vitaminen bezien, niet verwonderlijk. .Veel vreem der echter was het, dat da ratten van het overgare eten belangrijk meer ateni en niettemin toch minder zwaar wo gen. Een rat behoeft van rauw resp. kort gekooktvoedsel veel minder te gebruiken dan van zeer gaar gekookt eten. Friedberger heeft zoowel met jonge als met volwassen ratten gewerkt en bij beide kreeg hij' hetzelfde resultaat. Zouden deze proeven ook gelden voor menschen, dan zou daarbij in de eerste plaats blijken, hoe verkeerd het is, het eten langen tijd warm te houden, zooals dit vooral in restau rants wel gebeurt. Maar bovendien] moet men zich afvragen of men niet weer moet terugkomen tot het rauwe voedsel. Hierbij niet gerekend de ge vallen, waarin koken gewenscht is, b.v. om bederf te voorkomen. Groenten lechter kunnen met succes in vele ge- vallén rauw worden genuttigd, wor teltjes, slade enz. In het licht van deze Droeven zal men zulks moeten bevoraeren. Friedberger meent, 'dat het voordeel Beste jongens en meisjes, 'k Denk, dat wanneer jullie deze bah- belboek kragen, je allemaal- wel vacan tie hebt. De meesten van -jullie gaan dan af en toe uitstapjes maken of uit logee- ren, want allen waren jullie den laat sten tj'd vol vacahtieplannen. En nu het aan de uitvoering daarvan toe ia, vertellen jullie hm er zeker wel wat van, dan weet ik tenminste, of je ple zier hebt in je vacantie. Nu ga ik maai eerst de briefjes beantwoorden. „Blondkopje".' Ja, dat kan een heel aardig tochtje worden. Als het nu maas mooi weer is die .dag he. Later vertel je er mij zeker wel meer van he? Zoo hebben ,iullie repetitie? Ga je overt Dat vond jje zeker wel een prettige vi site h,e? „Hessie". 'k Heb je heusch niet ge zien, meisje. Waar.was je dan? Dus je vindt het prettig ,om thuis te helpen? Ga je nog uit? „Blondje en Zwartje". Dus jullie heb- ben een uitstapje gemaakt naar Am sterdam? Ben je naar een museum ge weest, dat je boeken mee moest nemen? Pat kon ik piet goed begrijpen, dus daar wil ik volgende week graag wat over hooren. „Sneeuwklokje". Dat is best. Ik oen heel nieuwsgierig.of je overgaat. En van je rapport veijtel je mjj zeker ook wei wat. Heb je nog plannen voor de va cantie? 'k Vindt het erg~»rettig, dat het boek zoo in je smaak valt. „Margrietje". Ja, dat wenschen alle kinderen, dat het in de vacantie maar mooi weer zal zün. Ga je nog uit, Mar grietje? Tot hoelang krijg je vacantie? t Gaat nu toch al beter met de raad sels he? „Boonistruik en Denneappel". Zoo, dus jullie schelen maar een nalf jaartje En beiden op dezelfde school? Je zult wel veel samen zjjn, denk ik. Ja, die mijnheer ken ik wel. Leuk he, zoo met je beidjes uit logeeren te gaan. „Junior". Dank voor je ansicht. Het bewijst, dat je mij' toch niet vergeet Ben je druk aan het uitgaan, of komt dat later pas? Grie". 'k iVind het erg prettig, als ie briefjes er Woensdagsmiddags zijn Pan behoef ik mij met het antwoorden niet zoo heel erg te haasten zie je. Nee, dat is geen erg lange vacantia. In de stad krijgen de kinderen langer. Ja, dat hoop ik voor jullie, dat het mooi weer is in de vacantie. „Rie". Dat zal een heel1 aardig tuin tje zijn, denk ik. Zorgen jullie er zelf heelemaal voor? Dat is een drukke tijd he, als jullie aan het bollenpellen zijn? Gezellig in huis als er een jongen is, vindt je niet? „Iris". Ja, ik heb je al gemist, maar 'nu begrijp ik hoe het kwam, dat je er niet wasi. Je vertelt mij zeker wel, of je overgaat? En dan maar fijn genieten in de vacantie. Uit logeeren gaan en zwemmen, nee maar, het kan niet opy „Lindebloesem". 'Had je het zoo druk'! Pat Ss best 'höör, dan volgende week maar een lange. Tante Francien is nog al geduldig en zalavel een weekje wach- ten. „Moeders Meisje", 'k Denk, dat je wel heel hlh zult zijn als het vacantie is, meisje. Dan geen proefwerk meer, geen school, dan alleen maar uitgaan Van ja rapport hoor ik zeker nog jvel he? „Zeesterretje". Nog al zoo'n ijverig meisje, dat het- zoo druk heeft met haai lessen. Best, van jou dan volgende week ook maar een lange brief. BoscHviooltjé". Nü, de vacantie is nu toch al heel dicht bil, i3 niet' Hier in de stad krijgen deze week de laatste scholen vacantie. Vond je het prettig zoo'n extra vrije dag? „Waterlelie". Fietstochtjes maken is prettig he? Maar als men van die onver wachte buien krijgt, dan valt het niet mee. Je schijnt,'t al aardig goed te ken- nen. Ja, met mooi weer is het heerlijk aan de zee. „Korenbloem", 'k Vind je rapport prachtig hoor. Zooveel achten. Je gaat vast over. 't Ging deze week best met de raadsels. Leuk, dat gg in Leiden gaat logeeren. Als het dan maar mooi weer is he? i „Blondine". Wat is dat 'een fpn uit- sfapie geweest, dat jij maakte. Ln wat heb ie veer' gezien. Nee. daar ben ii: .og noolV. geweeflt. Leuk. itat >s 'een foto hebt van jullie clubje. Ja, ik had de ar.ctcht 's avonds al. Zeg, Bfai'din'e -geet mö Nietje niet meer moet Vertel je" mii dat volgende week eens? „Batavier en Klaproos". Zoo, dus da delijk maar uitgaan. Dat begint al' goed voor jullie. Vond je de raadsels zoo mak kelijk? Dus je vindt het prettig, dat weer een verhaaltje in de courant staat „Reseda en Rozeknopje". Ja, 't is een paar dagen wat warm geweest. Maar nu is het weer minder mooi he? In de va cantie hopen alle kinderen op mooi weer dat spreekt vanzelf. „Wilgenkatje", 't Was wat een gezel- lig brielje, dat je mij schreef. De mees te kinderen verlangden al lang naar een verhaal. En nu is er weer een. Je mag mn heusch ook op gewoon schrijfpap'er schrijven, dat geeft niets. W^t je mis schien ook, waarom Anemoon niet meer schrijft. Dit is nu al de der Je ke.-r dat ik haar mis. „Zilverblondje". Je wenscli wordt nu gauw vervuld he? 't Is bijna vacantie !nE Prettig, om uit logeeren te gaan, vindt je niet? Dat moet ook niet. Als de raad sels zoo erg moeilijk zijn, i3 het niet zoo aardig voor jullie, 't Is wel leuk iu Rijswijk, 'k Ben er ook wel eens ge weest. De oplossingen van de vorige week zijn: 1. Even naar Pieck. Groote keuze in manufacturen. Onderdeelen: Pieter, Kraai, Zuur; Veen, Francina, Groot, Een, Cent, Mi nuut, Koe. 2. Matrozen. .3 Enkhuizen, .Weenen, Zandvoord Loenen. 4. Snoek, Baars, Voorn, Zeelt, Bot Rookvleesch ookvleesch. hier volgen de nieuwe raadsels. 1. Ingez. doc-r Sneeuwklokje. Mijn geheel bestaat uit 37 letters en is een bekend spreekwoord. Een 3. 27. 8. 25 gebruikt men in een kamp. E611 Zj32>5 is 3011 verscheurend dier. 1 4, 13, 11, 26, 2 is een naburig land. Een 33, 14, 20, 16, 6 is een boom. 9, 34, 29> 13 is uiet schoon. Een 25, 23, 15, 37, 17, is een familie lid. 36, 2, 4, 5. 17, 9, 7, is, 3° is een stad in FneslandT 37. S, 34, '4, 2I, '9 is sen meisjes naam. Een 18, 10, 24, 22 is een viervoetig dier. 28, 31, 35 is N. D. G. 2. Ingez. door Hessie. Welke ring is niet rond. 3. Ingez. door Blondine. Mijn eerste lettergreep is een metaal, mijn tweede een lichaamsdeel van een dier, mijn geheel is de naam van een vogel. 4. Ingez. door Wilgenkatje. Welke vischsoorten staan hier? Rattob, Gont, Pinlag, Flet, Lakeb- juwa. 5. Ingez. door Pionier. Wat staat hier? Hs Es Ts Bs Os Ss Cs Ha. ANECDOTES. Ingez. door Sneeuwklokje. Wim, die ilen gehöelen^ dag van alles agt zegt 's avonds bijHet uitklee» als hrj een gat in zg'n kous_ zieti oe, waar is dat stakjéj nu, dat in dat gat "heeft gezeten?". Ingez. door Hessie. 1 Onderwijzer: „Wie heeft het Suezka- naal gegraven, Hendrik". Hendrik: „De polderjong'ens, mijn- heer". Voor het geval, dat jullie het met al lemaal gezien hebben, vestig ik er .18 aandacht op, dat er weer een verhaal begonnen iB. Dat wilden jullie immers zoo graag? Nu eindig ik maar met vele grieten van je TANTE FRANCHES. TINE EN DOBA. En nu was de kleine Tin© ai tol een groot meisje opgegroeid. Een halfjaartje geleden had zfr met een uitstekend getuigschrift de dag school verlaten. Sinds dien was ze t moeder thuis om het huishouden te ren. Maar sindsdien had Tine ook eenige zorg aan vader en moeder getfevem. Toen zn de school verliet, ze hes nog .ju alles met vader en moedor eens geweest. Ze had geen begeerte gehad nog langer op school te olijven, •en ze. vond het heerlijk, bij moeder thïias t© zjjn. Maar 't had slechts kort geduurd* Toen ze een maandje thuis was, had moeder, ook zonder oat Tine iets zev gemerkt, dat het haar kind niet ».urg beviel, zoo den geheelém dag thuis te zijn. Een beetje kon moeder dit wea begrjjpen. Tine miste den omgang me^J hare vriendinnen. Daarom had moedor uitgezien naar een school, waar hei meisje 's middags heen kon gaan om het naaien te leeren. Die school was spoedig ,gevonden ett Tine was erg ingenomen met moeders plan. lederen middag, van twee tot vyf uur, behalve 's Zaterdags, gfng ze ntl! naar de naaischool van üe .dames Oost* veen. Nu was ze weer veel vroolijker ux huis, moeder merkte niets meer van da stille buien, die ze eerst gehad had. Maar moeder merkte wel iets a.udera. Langzamerhand was er een vei^andé Hng bjj haar Tine ontstaan. Was vroeger altijd met alles tevreden go* weest wat moeder voor haar maakte ol kocht, tegenwoordig gebeurde het naë*1» malen, dat zrj vroeg: ,,Moet ik die jui-IÉ aandoen?" of: „Moot ik die hoed nogai^ rdgeu 1 Dan bekeek moeder de jurk of den hoed, waarover het ging,en daarna keek ze haar dochtertje aan. Meestal was het dan: „Maar Tine, ho©, kom je er bijl Die jurk of die hoed zjjn nog heel goéd te dragen. Hoe kam je toch zoo veran* derd?^ Eigenlijk wist moeder het wel. t Was <de omgang met de meisjes, die Tine zoo veranderd deed zjjn. Want heel dikwqls kwam Tine thuis met verhalen o vet de naaischool en telkens was het dan: ra Steenbergen had weer een nieuwe jurk aan moe", of: „Truida heeft gezegd dat ze mijn hoed zoo leelijk vond". i Ze had er wel 'eens_ met vader over gesproken, om hun kind weer van de naaischool af te nemen. Maar vader had „Laten we dat niet doen, vrouw. kunnen Tine toch niet altijd thuis hoe den. Met de moeilijkheden, die er in 't leven zjjn, zal ze toch eenmaal* ia aanraking komen, daarvoor kunnen wij haar niet bewaren. Ze moet leeren zelf standig te worden. Wij kunnen alleen bid den voor ons kind; dat de Heere haaa ook b;j het opgroeien zal leiden in Zijne wegen en haar verre houden van nei der zonde". Zoo bleef Tine dus op de naaischool. ;viaar moeders oog waakte..*. 'Wordt vervblsdl. j,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 7