?„de JAARGANG
CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
Ëii nummer bestaat sit TWEE Biaden.
Belangrijkste nieuws in dit Nummer,
ÏMUMMER'187
ODBANT
DONDERDAG 15 JULI 1926
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal 2.50
Per week 0.19
Franco per post per kwartaal i 2.90
BUREAU: Hooigracht 35
Leiden
Tel 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
EERSTE BLAD.
V ColijnVandervelde.
Nu in België een socialistisch minis
ter wanhopige pogingen doet om den
franc te redden eri daarbij argumen
ten hezigt, die zóó" uit de redevoerin
gen v. d. heer polijn konden zijn overge
schreven, zit cle socialistische pers wel
een weinig verlegen met haar hou
ding, indertijd tegenover Minister Co-
lijn aangenomen.
Terwijl Minister Colijn op alle ma
nieren werd tegengewerkt, gesmaad,
gehoond en in een kwaad daglicht ge
steld, wordt Minister Vandervelde
vanwege zijn verdienstelijk pogen
want verder heeft hij het nog niet
gebracht geprezen.
Om zich een figuur te geven, en te
genover hen die'nog de moeite doen
over deze dingen na te denken, zijn
houding te rechtvaardigen, vraagt nu
„Het Volk" op hoogen toon:
„Waar ter wereld zijn de socialisten
die het staatsbankroet verkiezen bo
ven een vasten koers van het geld?
Laat de „Rotterdammer" ze aanwijzen
en wij zullen ze treffen met onze ver
achting."
Het is een handige poging om de
aandacht af te leiden, en de eenvou-
- dige lezers van de wijs te brengen,
maar eenige zakelijke beteekenis heeft
deze gemaakte verontwaardiging niet.
Of de socialisten ten onzent al of
niet het staatsbankroet verkozen ho
ven een vasten koers van het geld,
doet bier niets ter zake.
Feit is nu eenmaal, dat van die zijde
alle, maar dan ook alle pogingen om
de waardedaling van het geld te
voorkomen, stelselmatig en zonder op
houden werden tegengewerkt en dat
practisch en dat is hier toch de
hoofdzaakop een staatsbankroet
werd aangestuurd.
Minister Colijn heeft van de S.D.A.P.
niets anders dan tegenwerking onder
vonden.
De middelen, die hij wilde aangrij
pen, werden zonder uitzondering afge
keurd; zijn bedoelen werd verdacht
gemaakt.
Dat thans partijgenoot Vandervel
de met dezelfde argumenten door Mi
nister Colijn aangevoerd, den franc
tracht te redden, is voor de S.D.A.P.
een onpleizierige geschiedenis, en een
bewijs hoe men hier met de landsbe
langen en speciaal met de arbeiders
belangen heeft gespeeld.
'Practise h hebben de socialisten
hier te lande het staatsbankroet geko
zen boven den vasten koers van het
geld.
Inplaats echter van ze deswege mot
zijn verachting te treffen, gaat „Het
Volk" terwijl het erkent dat door het
kelderen van het geld allereerst de
armen worden getroffen, onvermoeid
door den heer Colijn als een vijand van
'de ware volksbelangen voor te steller».
V De leider trouw.
„Een en ander maal werden dsn
oud-minister Colijn aanbiedingen ge
daan, waarvan de .inwilliging gepaard
had moeten gaan met het verbreken
..van den .officieeien band, welke hem
aan de anti-rev. partij verbindt.
Maar de Leider bleef trouw en be
dankte voor Je lokkende uitnoodiein-
gen..We meenen ons niet to vergissen
als we beweren, dat vooral het gezant
schap bij de machtige republiek der
Vereenigrle Staten veel bekoorlijks
voor den heer Colijn'moet hebben.
Hèt leek inderdaad een ietwat stout
ondernemen, om den heer Aug. Philips
meer zakenman dan diplomaat, tot ge
zant te Washington te benoemen;
maai- de ervaring beschaamde de ver
wachting niet.
Naar den mensch gesproken, had
men thans hetzelfde mogen hopen. Dat
de heer Colijn in Amerika hoog aan
geschreven staat en niet in Ame
rika-alleen is door de feiten bewe
zen. Dat zijn internationale orientee
ring en zijn finahcieele bekwaamhe
den hem gezag verleenen, zal niemand
tegenspreken.
We gelooven clan ook zeker, dat de
oud-Minister, ware hij geen partij lei
der geweest, zonder dralen aan boord
gestapt zou zijn om de Nederlandscbe
belangen met vreugde en toewijding
bij de over zees che republiek te behar
tigen.
Dat hij niet ging, maar bleef, geeft
liem recht op den dank van alle anti
revolutionairen in den lande; en "waar
„De Standaard" dit moeilijk kan uit
spreken, zij bet ons bij dezen geoor
loofd om den dank van dit volksdeel
te vertolken."
Met deze opmerkingen van onze
„Rotterdammer" betuigen wij gaarne
onze instemming. 1
De trouw van den heer Colijn, die
het weinig dankbare en hoogst moei
lijke leiderschap van de veelgesmade
A.R. partij verkiest boven de schitte
rende aanbiedingen hem van verschil
lende kanten gedaan, zal door ons
anti-revolutionaire volk ongetwijfeld
worden gewaardeerd.
De leider bleef trouw.
Laat daartegenover staan een welge
meend en krachtig» den leider trouw!
STADSNIEUWS.
Het religieuze leven van liet kind.
Over dit onderwerp hield de heer
Van der Baan een inleiding voor de
zomervergadering van de af cl. Leiden
van de Ver. van Chr. onderwijzers, die1
Zaterdagmiddag in het kasteel Oud-
Wassenaar gehouden werd.
De geruchtmakende Zwolschc rede
van Prof. Cramer heeft in de-kringen
van het Chr. onderwijs groote veront
waardiging gewekt. Inleider kan Jaar
geheel inkomen en voor een deel is hij
het eens met de bezwaren, die men-te
gen die rede heeft ingebracht. Aan den
anderen kant meent hij echter, dat de -
critiek van Prof. Cramer op ons onder
wijs in Bijbelsche Geschiedenis toch
wel eenig recht van bestaan beeft. De
practijk leert, dat maar al te vaak veel
te groote waarde wordt gehecht aan
dingen, die voor de godsdienstige' op
voeding zoo goed als waardeioos zijn.
Daartoe moet gerekend worden het
van buiten leeren van rijtjes namen
en andere „wetenswaardigheden" uit
den Bijbel en ook het onderwijzen van
allerlei voor het kind onbegrijpelijke
dogma's, als b.v. cle algemeene en cle
bijzondere genade, het genadeverbon»d
en het werkverbond, bet priesterschap
naar de ordening van Melchizedek, eJd.
Naar Pestalozzi's woord staat derge
lijk onderwijs gelijk met het bouwen
van de graven der profeten, die men
zelf gedood heeft.
Erger nog is 't, als aan 'tkind ge-
leerd wordt, óf althans de indruk ge
geven, dat Go>d de vijand van d^ri
mensch zou zijn. Er is gezegd: Wij wil
len Jezus op school'. Maar vraagt men
zich bij het kiezen van onderwerpen
uit het Oude Testament en bij de be
handeling daarvan, wel steeds af, of
de kinderen daardoor m aanraking ge
bracht worden met Jezus?
Vrijwel algemeen wordt tegenwoor
dig aangenomen, dat cle mensch van
nature religieus aangelegd1 is. De taak
van de opvoeding is, de ontwikkeling
van dezen religieuzen aanleg te bevor
deren. Wie meent, door het intellectu
alistisch onderwijzen der Christelijke
geloofswaarheden het kind godsdien
stig te kunnen opvoeren, bevindt zich
feitelijk geheel op de lijn van Rous
seau, die ook in de religie iet9 zag, dat
van buiten kon worden aangebracht.
In de religie zijn niet de denkbeel
den, de voorstellingen de hoofdzaak,
maar de gesteldheid des harten, de
verhouding tot God. Nergens komt dat
beter uit, dan in liet religieuze leven
van het kind. Veel gemakkelijker dan
de volwassene kan het kind afstand
doen van onhoudbaar gebleken religi
euze voorstellingen, zonder dat er-
lijk het ware religieuze schade üidt
Komendé tot de vraag, op welke wij
ze het kind religieuze ervaringen op
doet, merkt inl. allereerst op, dat hst
kleine kind zich uitsluitend afhanke
lijk gevoelt van zijn ouders. Later ont
dekt bet, dat de macht der ouders
niet onbeperkt is. Daardoor en ook
door het waarnemen van de macht en
de schoonheid der natuur, en van Je
stem van het geweten ontwikkelt dit
lagere en natuurlijke gevoel van af
hankelijkheid zich langzamerhand tot
het hoogere en geestelijke, tot het zielig
gebonden-weten aan God, tot de religie
Van zeer veel belang zijn ook de
religieuze ervaringen, die het kind
doormaakt als het luistert naar het.
aanschouwelijk voorstellen van de Br,-
beische Geschiedenissen. Door zijn fan
tasie doorleeft het kind zelf de gebeur
tenissen van het. Bijbelverhaal, liet
maakt ze tot deel van eigen leven. De
emoties die -daardoor in Tiet hart van
de kinderen gewekt worden, geven
just, aan het vertellen van de Bijbel
sche Geschiedens zoo groote waarde.
Grooten. steun vinden wij daarbij in
de wijze waarop de Bijbel ons Gods
Openbaring geeft, n.l. niefc in een ab
stracte deer of stelsel, maar in conci'o-
toïi 'vorm, door een reeks van perso
nen, met wie het kind kan meeleven.
De voorstellingen, die het kind zich
vormt omtreht God, den hemel, de hel,
de afgestorvenen, zijn vooral geken
merkt. door het concreet karakter,
waardoor ze vaak kinderlijk-anthropo-
morphisch zijn. Dit maakt, ze echter
niet tot onwaarheid.'Men zou ze kun
nen vergelijken met de onbeholpen
brabbeltaal. Waarmee het kleine kind
toch ook de werkelijke dingen - aan
duidt. Wij moeten het kind echter lee
ren verstaan, dat bet. centrale in de
religie is de innerlijke beleving, en dat
onze voorstellingen, ook ónze kosmo-
logische, ook onze dogmatische voor
stel Ingen aan de betrekkelijkheid on
derworpen zijn. Dan zullen ze ook op
later leeftijd van onhoudbaar gebleken
voorstellingen afstand kunnen dóen,
zonder ciat hun godsdienstig leven
daar schade van ondervindt, dan zal
hun geloof niet staan of vallen met
mm opvatting van b.v. het scheppings
verhaal.
Het gebedsleven van het kind is ge
kenmerkt door zijn uitwendigheid.
Hoewel dit uitwendige gevvoontegebed
niet geheel waardeloos is, moet toch
getracht worden het kind te leiden tot
een spontaan, eigen gebedsleven.
Daarbij zal dan tevens blijken, dat
kinderen ook in hun godsdienstige
uitingen zoo goed als geheel worden
beheerscht door het eigen belang. Van
daar dat het eigenlijke bidgebed wel
bet dichtst bij 'de kinderlijke psyche
staat. Verder-af staat het gebed met
zónde-belijdenis. Alleen het enkele ver
grijp, de corfcrete verkeerde daad
wordt door bet kind als zonde gevoeld.
Hier komt het ten zeerste aan op tact
volle leiding. Met algemeene termen
over de zondigheid van den mensch
kómt men er niet. Niet minder ver
keerd is het, liet kind angst aan te
jagen, voor het alziend oog van God
of voor de he*l.
Wanneer een kind werkelijk iets
verkeerds1 beeft gedaan, dan tra elite
men het te brengen tot belijdenis van
schuld en zonde, ook in zijn verborgen
gebed.' Zoo zal bet langzamerhand
kunnen komen tot een inroepen van
Gods hulp in den strijd tegen de zonde.
(Wij ontvingen van de. te Wasse
naar gehouden vergadering van Chr.
Onderwijzers bóven staand verslag
wat wij zeer op prijs stellen'waarin
.echter- van de gevoerde discussie geen
melding wordt gemaakt.
Toch kunnen wij niet aannemen dat
de referent gesproken heeft als tolk
van onze Chr. Onderwijzers en dat de
hier ontwikkelde denkbeelden zonder
tegenspraak zijn aangehoord. Mis
schien is er iemand onder de aanwe
zigen, die omtrent de gevoerde discus
sie nog iets kan meedeelen!
R e d a c t ie.
De H. T. M.
Naar wij vernemen zal omstreeks
October de Raad van Beheer der H.
T. M. het drietal H. T. M.-vertegen-
woordigers kiezen voor den Raad van
Beheer van het riiëuwe gemengde
trambedrijf.
Wanneer intuschen B. en W. van
's Gravenhage de zés leden van de zij
de der gemeente voor dezen laatstge
noemden raad eerder benoemen, zal
de H. T. M. met het aanwijzen harer
eden niet lang op zich laten wachcen.
De nieuwe raad van beheer zal aan
stonds voor veel werk van administra
tieve'n aard komep te staan.
Als een belangrijk 'punt noemen we
de contracten, die op 1 Januari ein
digen. Zullen deze worden verlengd,
of niet? Mogen met nieuwjaar de
tramkaartjes nog het opschrift H. T.
M. dragen? Andere kleine zaken, zoo
als b. v. de initialen op de uniform-
knoopen en op de haltehorden, kun
nen natuurlijk het beste geleidelijk
gewijzigd worden.
'We kunnen dan ook veilig aanne
men, dat naar het uiterlijk op 1 Jan.
geen verandering van bedrijf te con
state er en zal zijp. De raad van beheer
van het gemengd bedrijf zal tevens
van den raad van beheer der H. T. M.
overnemen en voortzetten de onder
handelingen tot voltooiing van de bui
tenlijnen, t.w. de doortrekking door
Delft via Westvest en Phoemxstraat
langs het stadion naar de Rotteriam
scho Poort en het verkrijgen van een
eigen baan in Leiden langs de Mare-
dij'k. het Schuttersveld, de Beesten
markt en de Turfmarkt, waai' ze aan
sluit op de bestaande sporen in de
Haarlemmerstraat.
Het wachten op het aanstellen van
den nieuwen raad van beheer is op de
formeele toestemming van den Minis
ter van Waterstaat om de concessie
der intercommunale lijnen over te
dragen aan het gemengde bedrijf.
Chr. Kweeksohool Leiden.
Uit de lijst der leerlingen, die van
de eerste tot de twééd e klasse bevor
derd werden is de naam 'van J. M.
Kncytters,' die mede bevorderd werd.
uitgevallen.
Overgangs-examen H. B. S. Meisjes
met 5 en 6-j. cursus.
Bevorderd van de le naar de 2e kl.:
A. Beyershergen, A. Bon, A. Brou
wers, J. van Dam, M. Huizinga, M.
Persant Snoep, D. Riemens, E. Verwer,
B. Wezelenburg, en D. Wicherink.
Niet bevorderd 5.
Van de 2e naar de 3e klasse;
L. Baumgarten, M. Baumgarten, C.
Boertee, G. Bouthoorn, J. Burgers dijk,
R. Eilders, L. Fontein, W. de Gelder,
M. van Goor, E. Gooszen, W. van Haaf-
ten, S. Hermanides, C. Horst, A. Jon
ker, C. Kortmann, E. Locher, M. van
Lokhorst, M. Lyklema, T. Moolen-
burgh, W. Nykamp, E. den Ouden, J.
Ouwerkerk, C. E. van Raadshooven, G.
van RaaJdshooven, M. Rückert, A van
Rynbach, C. Verbeek, G. Verlare, Y.
Viersen, en A. Wattez. Niet bevord. 4.
Van de 3e naar de 4e klasse:
J. Bloemink, M. Duyverman, P. de
Gooyer, I. Janssens, E. van Nes, J. Se-
ret, en E. Steyns. Niet bevorderd 1.
Van klasse 3B naar klasse 4B.
N. J. Goekóop, S. Goekoop, R. Gocfc-
hart, H. Jagers, P. Keesom, A. Kissing,
J. Kortmann, P. Persant Snoep, J.
Pynacker Hordijk en A. Savalle.
Van klasse 4A naar klasse 5A.
E. Boertee, A. van Buuren, G. jlos,
A. van Mels, G. Mulder, A. Riemens,
H. Spaargaren en A. Zeegerman. Niet
bevorderd 1.
Van klasse 4B naar klasse 5B:
G. Beyers bergen A. Keesom er^ L.
Pohlrpann.
Van.klasse 5B naar klasse 6B:
J. Beyershergen, R. Bruynzeel, J.
Koolhaas, E. Oort en L. Susan. Niet
bevorderd 2.
Het diploma voor volledig onderwijs
van de M.M.S. met 5-j. cursus werd
uitgereikt aan de volgende leerlingen
van klasse 5A:
A. E. Hermanides, A. Monhemius,
C. J. Sypkens en M. Zwikker (loffelijk)
Gemeentelijke Kweekschool voor
Onderwijzorstessen).
Bevorderd zijn van klasse I naar II:
Jongens: P. Bedijn, J. A. Brinks, W.
G. van Dissel, E. J. B. Janzen, T. de
Jong, P. N. Paats.
Meisjes: H. Dirkse, G. Duijvetter, A.
van Egmond, J. C. Hooftman, S. J.
Hoope, G. van Kalkeren, M. Koolhaas,
A. W. S. van der Lelie, J. van Noord,
J. B. van Weerden. Niet bevorderd 5
leerlingen.
Van klasse II naar III:
Jongens: B. H. Bakker, D. F. Bent-
scliap Knook, W. M. Broering, H. van
Hest, F. II. Th. Jasperse, A. D. Rovers,
N. van Veen, J. Viersen, C. D. Vinke,
J. B. Volkers, G. van der Wegen en
J. Wolfslag.
Meisjes: L. C. Bokslag, A. Bouman,
E. G. L. Engelen, C. Mol, L. Prevo, F.
M. J. Badema'kers, G. M. Saraber, M.
A. W. van Sermondt, M. H Singerling,
P. J. Verberg, W. Waringa. Niet be
vorderd 2 leerlingen.
Van klasse III naar IV:
Jongens: J. M. Goddijn, W. F. Louw-
rier, W. H. van 'der Nat, J. M. Snijders,
en P. de Vrind.
Meisjes: R. Bosman, W. van Duuren,
H, F. Haalebos, A. Hiemstra, G. J.
Kloots, C. A. K. Mazurel, M. H. C. Mon-
tanus, N. Paats, M. P. Ie Poole, J. J-.
C. Schuit, M. W. F. Stol, J. C. G de
Tliouars, C. P. C. Verheul, D Vermond,
en G. Walenkamp.
De dames E. W. Engelen, S. van
Tuinen, M. M. Westerman Holstijn cn
R. D. J. Visscher alhier slaagden te
Rotterdam voor het examen nuttige
handwerken.
Mej. E. B. liet, terwijl zij in de
Leeszaal Reuvens was, haar rijwiel
even onbeheerd staan. Toen zij terug
kwam, was uit het daaraan hangend
tasehje een bedrag aan geld van f2
ontvreemd.
Door de politie is aangeliouuen
en ter beschikking van de Justitie ge
steld, de beurtschipper W. J. van M.
te Warmond, verdacht van verduiste
ring van f 150 ten nadeele van G. W.
Z. alhier.
- Bij de politie zijn inlichtingen te
bekomen betreffende een herdershond,
reu, die bij gemand alhier is komen
aanloopen.
Door W. H. C. is bij de politie
aangifte gedaan, dat uit zijn pakhuis
aan de Nieuwstraat voor f40 aan zeep
is ontvreemd.
Door K. L. is aangifte gedaan, dat
zekere S. op den openbaren weg met
harde voorwerpen naar hem gegooid
beeft. Hij heeft hem niet geraakt, doch
de bos sleutels kwam in een partij
porselein terecht, dat daar niet tegen
bestand bleek.
Op het Plantsoen hij Musis Sa
crum had een botsing plaats van een
tweetal wielrijders, P. F. B. en A K.
van wie de eerste met groote vaart
uit de Plantage kwam rijden.
Beiden hadden schade aan hun fiets
die van K. zal door B. vergoed worden.
Gistermorgen liep bij de R. K.
Meisjesschool in de Haarlemmerstraat
een wiel af1 van een groenten wagen,
waardoor de straat den aanblik van 'n
eigenaardige groenten tuin kreeg. Het
verkeer had eenige stagnatie.
Ook bij de Vrouwensteeg kreeg
een wagen, met vleesch geladen, last
van de warmte: een wiel vloog er af.
Er was spoedig een auto" ter plaatse,
waarop het vleesch werd overgeladen.
Mej. Jos. Spendel is in Den Haag
geslaagd voor de acte nuttige hand
werken.
Voor het examen acte L. O. slaag
de aan de R. K. Kweekschool te Bergen
mej. J. W. M. v. d. Drift alhier.
BINNENLAND.
Staatscommissie voor het Muntwezen.
Verschenen is het advies aan H. M.
de Koningin van de Staatscommissie,
ingesteld bij Kon. Besluit van 6 April
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentien per regel 22'/t cent
Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief»
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent.
Binnenland.
De Christelijk Sociale Conferentie te
Lunteren.
De 52ste jaarvergadering vanf
„Jachin".
De schorsing van Ds. v. d. Brink te
Zandvoort.
Het advies van de Staatscommissie
voor het muntwezen.
Buitenland
Financieele maatregelen der Belgi
sche regeering.
In Frankrijk is een commissie van
toezicht op de beurs ingesteld.
De samenzweerders tegen Kemal
pasja terechtgesteld,
Een nieuwe bemiddelingspoging La-
zake hei Bzitsche mijnconflict.
I, Minima
1921, No. 19 met opdracht te dienen
van advies over de vraag of de toe
stand op het gebied van het Muntwe
zen in Nederland en Nederlandscli-
Indië wijziging van de desbetreffende
regelingen in het bijzonder met be
trekking tot de bestaande eenheid
van munt noodig of wenschelijk.
maakt, en zoo ja, welke wijzigingen,
zulks met mecledeeling van haar ge
voelens over de daarmede samenhan
gende vraagstukken.
Deze Commissie bestaat uit de hee-
ren: Mr. G. Vissering, President van
de Nederlandscbe Bank, Voorzitter; P.
Bredius, Directepr der Twentsche
Bank; Prof. Mr. G. YV. J. Bruins, Gede
legeerde bij de Duitsche Rijksbank; F.
de Fremery, Directeur der Deli-Bala-
via Mij.; Mr. J. Gerritzen, oud-Direc
teur der Javasche Bank; Mr. P. Hof
stede de Groot, Directeur der Amster-
damsche Bank; Mr. W. M. J. Lutter-
veld, Lid van het Bestuur van de Ver-
eeniging voor den Effectenhandel,- te
vens secretaris; Mr. W. Suermondt
Lzn., Commissaris van de Nederland-
sche Bank; en F. P. J. Vester, Direc
teur der Nederlandscbe Handel Mij.
Het advies luidt, volgens de samen
vatting door de Commissie bij haar
verslag van hare bevindingen ge
voegd* als volgt:
„le Handhaving van de bestaande
eenheid van munt in Nederland en in
Inaië ten opzichte van de gouden mun
ten.
2-e. Opheffing van de bestaande een-
beid van munt van rijksdaalders en
guldens, doch die wijziging geleidelijk
toepassen bij hermunting van afgesle
ten stukken en nieuwe aanmuntingen.
Maatregelen ter voorkoming van
schade voor Indië uit ontmunting van
niet onder vigueur van de lndis:he
Muntwet 1912 gedane aanmuntingen.
3e. Verlaging in Nederland van den
rijksdaalder en gulden tot een betaal
middel rtot beperkt bedrag, aanvanke
lijk tot een bedrag van ten hoogste
honderd gulden voor iedere munt
soort.
4e. Afschaffing in Nederland van
het halve guldenstuk.
5e. Aanhouding van het NeJu'land-
sche, en van het Nederlandsch Indi
sche muntfonds en blijvende storting
daarin van alle aanmunting3W'nsten
en van gekweekte renten.-
6e. Intrekking zoowel voor Neder
land als voor Indië van de wet van 27
November 1919 (Staatsblad No. 7oój
betreffende de verlaging van het ge
halte van grove zilveren munten tot
720/1000.
7e. Indien wordt besloten tot hand
having van klein papiergeld, de voh
gens de geldende noodregeling be
staande ongedekte zilverbons te ver
vangen door een beperkten omloop
van goudcertificaten van 2& gulden
in Nederland en van 2^ gulden en
van één gulden in Indië, gedekt door
goud of goudwissels voor de volle te
genwaarde.
8e. Het muntloon te brengen voor
rekening van den Staat. Aan de Ne-
derlandsche Bank door de Regeering
vrijstelling van betaling harer biljet
ten in gouden munt te verleenen en
betaling in gouden baren toe te staan,
wanneer bijzondere omstandigheden
daartoe aanleiding geven. Temeer de
genoemde vrijstelling mogelijk te
maken, indien de Wetgever er niet toe
mocht overgaan het muntloon voor re
kening van den Staat te brengen.
9. De beslissing, of Indië een eigen
muntinrichting in het leven zal roe
pen, moet aan Indië worden overgela
ten; vooralsnog is die maatregel niet
aan te bevelen".
Bij het advies en het. verslag van
hare bevindingen doet de Commissie
als bijlagen gaan hare briefwisseling
betreffende de uitvoering van de wet