NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 7 JULI 1926
TWEEDE BLAD.
Op de Raadstribune.
De Leidsche Gemeenteraad is altijd,
onberekenbaar.
Als soms alles er op wijst, dat een
avondvergadering onvermijdelijk is,
komt men in een middagzitting ge
makkelijk gereed, en wanneer zooals
Maandag niemand op een avondverga
dering rekent, moeten 's avonds de
werkzaamheden worden voortgezet.
Aanvankelijk liep alles voorspoedig.
De ingekomen stukken, waarbij een
besluit van de Kroon, dat het Gemeen
tebestuur voor de zooveelste maal te
genover het'bijzonder onderwijs in het
ongelijk is gesteld, waren spoedig af
gehandeld, evenals een achttal agen
dapunten, die zonder eenige bespre
king den voorzitterlijken hamei* pas
seerden.
Het voorstel om aan de Leidsche
Zwemclub' een jaarlijksche subsidie te
verleenen ten behoeve van hare red
dingsbrigade, bracht den heer van Eek
in 't geweer, die zeer in den breede be
toogde, ten eerste dat de gemeente zelf
voor de redding van drenkelingen be
hoorde te zorgen en in de tweede
plaats, dat het voorgestelde bedrag on
toereikend. moet worden geacht.
Het kostte den voorzitter niet veel
moeite deze bzwaren te weerleggen.
Duidelijk werd aangetoond, dat de
Leidsche Zwemclub hier een werk ver
richt, en zeer goed verricht, waar
voor de gemeente zelf niet kan zorgen
en voorts dat de Zwemclub, 'die ook
nog andere inkomsten heeft, met het
voorgestelde bedrag tenvolle content
is. Het. debat over deze zaak was eigen
lijk van weinig belang, maar daarbij
kwam éém punt tel* sprake, waarop wij
hier gaame even de aandacht vestigen
Geklaagd moest namelijk worden, dat
het reddingsmateriaal vaak bescha
digd wordt niet alleen, maar ook van
de daarvoor aangegeven plaatsen ver
wijderd, wat tot ernstige ongelukken
aanleiding kan geven.
Laten ide ouders, de onderwijzers en
allen die dit lezen, hieraan aandacht
schenkeïi, en er zoo toe medewerken,
dat de reddingsmiddelen aan hun doel
kunnen beantwoorden.
Ook inet het voorstel intake de toe
voeging van een secretaris aan de com
missie van Advies vool* Sociale Zaken
liep het minder, vlot.
Bij de> behandeling van de begroo
ting vooir 1926 had de Raad een voor
dit doel. uitgetrokken bedrag afge
stemd, maar daarop werd nu terugge
komen, omdat naar de meening van
B. en W. een secretaris met juridische
ontwik) teling feitelijk niet gemist kan
worden
Van nommige kanten werd hiertegen
wel een weinig gesputterd, de gedach
te weird zelfs geopperd dat hier arbei
ders-vijandelijke bedoelingen in het
spel wnren maar het resultaaat van
de besprekingen was dat het gevraag
de beUrag werd toegestaan. Een an
dere i raag is nu, of het aan B. en W.
geluk] ten zal een jurist te vinden, die
voor i 309 per jaar het secretariaat van
deze commissie op zich wenscht te
nemei .1.
Zee r breedvoerig werd van gedach
ten g ewisseld over het voorstel inzake
het g roven van een cursus tot omvor
ming van opperlieden en grondwer
kers lot metselaars.
De heer van Stralen, die allerlei be-
zwaï *en ontwikkelde, als: dat hier van
dwaj og geen sprake mocht zijn, dat de
schl' Iderscursus een mislukking was
gew- eest en dat in elk geval overleg
met de vakorganisaties vooraf behoor
de 1 s gaan, wist zich daarbij zoo op te
win den, dat hij een goedkeurend knik
je J ireeg van den heer Knuttel.'
I» laar dat was dan ook zijn grootste
sn< :oes. Want duidelijk werd aange-
to< >nd, dat in bepaalde gevallen zeer
ze? ker pressie mag worden uitgeoefend
or q de menschen tegen zichzelf te be-
sc hermen, vervolgens dat de schilders-
01 jrsus een mislukking was geweest en
d at in elk geval overleg met de vakor-
g anisaties vooraf behoorde te gaan,
1 vist zich daarbij zoo op te winden, dat
aij een goedkeurend, knikje kreeg van
den heer Knuttel.
Maar dat was dan ook zijn grootste
succes. Want duidelijk werd aange
toond, dat in bepaalde gevallen zeer
zeker pressie mag worden uitgeoefend
om de menschen tegen zichzelf te be
schermen, vervolgens dat de schilders
cursus uitstekende reultaten heeft op
geleverd en eindelijk, dat nu de vak
organisaties in de Commissie hunne
vertegenwoordigers hebben, het geen
zin heeft de vakorganisaties hierover
nog afzonderlijk te hooren.
Van meer' belang was het bez,waar,
van den heer Huurman, die het onmo
gelijk achtte opperlieden en grondwer
kers door zulk een cursus tot metse
laars „om te vormen" een on-Neder-
landsche uitdrukking, waartegen te
recht door den heer Eerdmans wenl
gewaarschuwd. Het gelukte 'den wet
houder niet deze bezwaren geheel te
ontzenuwen.
De meerderheid van den Raad
plaatste zich echter op het standpunt
dat zulk een cursus in elk geval voor
ide betrokkenen van beteekenis kan
zijn, waarom het voorstel van B. en
W. dan ook werd aangenomen.
Het zullen allicht geen „volslagen"
metselaars zijn. die hier worden ge
vormd. Misschien brengen ze het, om
de terminologie van 'de vaklieden te
gebruiken, niet verder dan tot „candi-
daat-metselaars" „muurkrabbers" of
„duizendpooten." Maar ook dan zijn
voor hen de kansen om werk te krij
gen verbeterd en is het geld aan dezen
cursus besteed, dus niet weggegooid.
In de avondvergadering, die na de
langdurige debatten over de voorge
stelde punten onvermijdelijk bleek,
kwam allereerst aan de orde het bou
wen van een openbare lagere school
aan de Drifstraat.
De rechterzijde plaatste zich op een
royaal standpunt en wilde, waar deze
school noodig bleek, hare medewer
king niet weigeren.
Wel werden enkele opmerkingen ge
maakt, waaraan nog wel even aan
dacht mag worden geschonken.
Zoo werd opgemerkt, dat B. en W.
in 1924 beter hadden gedaan, overeen
komstig het advies van de PI. School-
comm. reeds dadelijk op de buitenwij
ken het oog te richten, wat vermoede
lijk in het financieel voordeel der ge
meente zou zijn geweest. Verder werd
verwondering uitgesproken over «Ie
spoed, die nu betracht wordt in tegen
stelling met de aanvrage van het be
stuur der Geref. Schoolvereeniging,
waarbij voortdurend geremd werd en
over het feit, dat onlangs aan den
Raad werd voorgespiegeld, dat aan de
school Lusthoflaan lokalen konden bij
gebouwd worden ad f5000 per lokaal,
terwijl de kosten nu op f 10.000 per lo
kaal worden begroot.
De wethouder, die met deze cijfers
had gewerkt, verklaarde niet in staat
te zijn de oorzaak van deze uiteenloo-
pende ramingen te kunnen aangeven.
Ten slotte kwam nog aan de orde
het verleenen van een bijdrage voor de
Chr. H.B.S. alhier.
Na wat daarover gisteren reeds in
dit blad werd opgemerkt, kunnen we
thans kort zijn, en zeggen we er alleen
van, dat het een allerdroevigsten in
druk maakte, dat deze zeer bescheiden
aanvraag door rechtsche wethouders
tot het einde bestreden werd en dat.
men alleen bereid bleek, eenige te
gemoetkoming, niet veel meer dan 'n
fooi, bij te dragen.
Bij de rondvraag werden, zooals dat
hier te doen gebruikelijk is,, de meest
uiteenloopende onderwerpen aan de
orde gesteld. Het schijnt soms een
soort sport te worden om B. en W. met
allerlei vragen te overvallen.
Geen wonder, dat de voorzitter zich
over zulk een handelwijze ontstemd
toonde.
Voor de eerste maal moest de Raad
hét stellen zonder de diensten van den
heer Brakel, aan wien eervol ontslag
werd verleend en wiens opvolger nu
voor het eerst in den Raad in functie
was.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Aangenomen: Naar Kloetinge, J.
A. Raams te Rijswijk (Gld.). Naar Oos-
terhont (N. Br.), D. P. Brans te Soest
Bedankt: Voor De Lier (toez.), F.
W. J. C. Hanselaar te Zevenbergen.
Voor Den Bommel, D. Th. ICeck te Gar
deren.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Overschild, cand. J.
H. Antumatil te Enumatil. Te St. Jap.
Parochie. Hijlaard en Westbroek, cand
A. Dondorp te Utrecht. Te Hilversum
A. M. Boeijinga te Sassenheim. Te Bun
schoten-Spakenburg, A. J. W. Esselink
te Eindhoven.
Aangenomen: Naar Brouwersha
ven, Jon. de Boer, cand. te Zwartsluia
Bedankt: Voor Borssele, Drieber
gen en Sellingen, Joh. de Boer, cand.
te Zwartsluis.
EVANG. LUTH. KERK.
Beroepen: Te Hilversum, P. Boen
dermaker, em. pred. bij het Herat. Ev.
Luth. Kerkgenootschap.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE.
Aangen o me n: Naar West-Terachel
ling, 0. T. Hylkema, prop. te Amster
dam.
Bedankt: Voor Zaandam, S. I. v.
d. ileulen te IJ tens.
Beroepingswerk.
De vorige week deelden we het gefor
meerde drietal voor de vacature, ont
staan door de 17de predikantsplaats bjj
de Ned. Herv. Gem. te 's Gravenhage
mede.
Alhoewel Ds. J. W. Groot Euzerink
te Leiden in het kiescollege 3 stemmen
meer had dan Ds. Ferguson te Dur-
gerdam, vernemen we, dat het toch
geen twijfel zal leiden, of Ds. Fergu
son zal worden beroepen, wijl de ver
eeniging „Volhouden" en-de Chr. Jon
gemannenvereeniging ter plaatse een
vrij belangrijk' kapitaal beschikbaar ge
steld hebben om daaruit mede het trac
tement te betalen, mits Ds. Ferguson
de uitverkorene wordt.
Het ligt in de bedoeling dat Ds. Fer
guson eventueel met het Jeugdwerk bo-
last zal worden en geen wpk zal krijgen
Bevestiging, Intrede, Afscheid.
Met een predicatie over Hand. 2.;
vers 24 en 25 heeft Zondag Ds. S. J.
Koster intrede gedaan brj de Geref
Kerk van Wons, na door Ds. S. Grot-
neveld van Terneuzen met een predicatie
over Matth. 2819b te zijn bevestigd.
De gebruikelijke toespraken volgden
Ds. A. C. Slot e make rdaBrui
ne heeft Zondag van de Ned. Herv.
Gem. te Terkaple afscheid genomen me*
een predicatie over Efeze 3:17.
Aan het einde werd Ds. S. toegespro
ken door Ds. Zoete, Ds. Jansen, Ds. t
Bruggen en de heeren Ce Vries var,
Akkrum en Houwen van Akmarüp.
Ds. M. Niemejjer Ph. Szn.,
nam Zondag j.l. wegens vertrek naat
Werkhoven afscheid van de Ned. Herv,
Gem. te Wilsum met een predicatie ovei
Daniël 9:9.
De scheidende leeraar werd toegespre
ken door den consulent Ds R Hielkema
van Kampen, waarna de Gemeente hem
Ps. 134:3 toezong.
Ambtsjubileum.
Vandaag is het 25 jaar geleden, dat
Ds. C. J. v. Paassen zrjn intrede deed
bij de Ned. Herv. Gem. te Haarlem
Dé jubilaris, die nu 35 jaar in het
ambt staat, diende eerst de Ned. Herv
Gem. te Langweer en te Meppel.
Ds. G. Elshove.
Ds. G. Elshove, predikant bij de Ge
ref. Kerk van Rotterdam, is gisteren
voor herstel van krachten naar net bui
tenland vertrokken.
Centrale diaconale conferentie.
Het Comité der Centrale Diaconale
Conferentie der Geref. Kerken bericht
te aan de Diaconiën, dat de 37e Confe
rentie D. V. op 15 Sept. a.s. te Am
sterdam zal gehouden worden.
Punten ter behandeling worden vooi
20 Juli e.k. ingewacht aan het adres
van den ïen secretaris M. C. Wijnbeek
te Baarn.
De schorsing van Ds. van Duinen.
Gisteren kwam de classis Haarlem
der Geref. Kerken bijeen onder pre
sidium van Ds. Brussaard te Bloemen
daal, ter nadere behandeling van de
zaak van Ds. van Duin.
De vergadering der classis duurde
tot 's avonds 9 uur. Den geheelen dag
werd Over de kwestie Ds. van Duin
gediscussieerd. Behalve de synodale com
missie van advies, was ook de commis
sie der provinciale synode aanwezig
wier tegenwoordigheid vereischt wordt
als het gaat over de afzetting van eelt
predikant.
Naar gemeld wordt, was het resultaat
van de langdurige en zeer bewogen
zitting, dat de schorsing van Ds. van
Duin, die eerst tot 3 Juli was uitge
sproken, voor onbëpaalden tpd werd
verlengd.
De kwestie Ds. H. C. van den Brink
van Zandvoort komt in de volgendeven
gadering van de classis aan de ordn
De eerste volledig bevoegde Javaan-
sche predikant.
Dr. H. C. Rutgers deelt in zjrjn brie
ven over zijn Indische reis in ,,De
Standaard'' enkelebijzonderheden over
het examen, van den eersten Javaan
sohen predikant mede. die we hier laten
volgen.
Volgens de regeling zou het examen
afgenomen worden door den Javaatv
schen Kerkeraad van Djokja in samen
werking piet alle missionaire predikan
ten.
De vergadering werd geleid 'door den
voorzitter van den Kerkeraad. Rader.
Samuel. Aanwezig waren icleden van
den Javaanschen Kerkeraad, de acht
missionaire predikanten, de directeu;
der Keucheniusfchool en natuurlijk ook
de examinandus zelf, Mas Sopater.
Het examen werd geheel in het Ja-
vaansch afgenomen. Nadat Raden Sa
muel voorgelezen had de geschiedenis
van Salomo's vraag om wijsheid en had
laten zingen, ging hrj voor in ge
bed, waarna hij het woord gat aan Da.
D. Bakker, dié de eerste vakken zon
examineeren. Het examen loopt ovei
de gewone vakken van het Nederlandsch
peremptoir examen, zooals dogmatiek.
Oude e». Nieuwe Testament, Kerkge
schiedenis, preek, en wanneer de eens
examinator na de andere aan het woord
komt en men de slagvaardigheid zïeV
waarmede de candidaat antwoordt, dan
behoeft men geen Javaansch te kenner,
om den afloop van het examen te be
vroeden.. Het was dan ook voor den
toeschouwer geen verrassing, toen hij
bjj de beraadslaging aan het einde vet
nam, dat er met algemeene stemmen be
sloten werd den heer Sopater tot de bo
diening des Woords en der Sacramenten
toe te laten.
Zoo werd Donderdag 29 April voor
de Kerk van Djokja een eedenkwaardi
ge en blijde dag, want op dien dag werd
zjj de eerste gemeente voor Midden-
Java, die een eigen Javaanschen pre
dikant ontving.
Hierbij valt nog op te merken, dat de
Geref. Zending op Midden Java, even
als andere Zendingsorganisaties, wel
reeds Goeroe's Indjil d.i. godsdienst
onderwijzers had, maar thans aldaar
volledig bevoegden tot den Dienst des
Woords, naar Geref. Kerkrecht, wor
den opgeleid. Mas Sopater is daarvan
de eerste.
Uit het Sociale Leven.
Chr. Politieambtenaren.
Het referendum onder de leden van
iden Bond van Chr. Politieambtena
ren heeft tot resultaat opgeleverd, da-:
237 leden zich vóór en ööO tegen aan
sluiting bij het C. N. V. verklaarden,
.terwijl 317 leden zich onthielden van.
stemming.
Van aansluiting zal dus in de eerste
jaren wel niets komen.
Het Hoofdbestuur schrijft naar aan
leiding hiervan:
„De uits.ag der gehouden stemming;
bracht aan het licht, dat de groote,
meerderheid onzer leden er nog niet
voldoende van doordrongen is, dat aan;
sluiting bij onze strijdende broeders op;
het breede terrein 'der vakorganisatie
principieel geboden, en, willen wij
mede invloed uitoefenen r.o.v. de grsoi-
t-e, algemeene, voor alle groepen van
meer ot 'minder beteekenis lijnde pun
ten van sociale en vak-actie practisehj,
noodzakelijk is.
Ons Hoofdbes-uur betreurt dimaar
heeft allerminst het gevoel, een fiasco-
geleden te hebben; Het'stelt de een
heid in eigen organisatie op té iiooi-
gen prijs, dan dat het een bestuit tot
aansluiting bij het C~ N. V. zou willen
lorceeren".
Tevens dcet liet Hoofdbestuur uit
voerig mededeeling van de gevoerde
coreicspondentie met den Chr. Bond
van Posipersoneel over de e vent u cel e
oprichting van een Centrale van Cnr.
lOverheidspefsoneel en merkt daarbij
op:
„Uit dit standpunt van ons Hoofd
bestuur vloeit voort, dat onzerzijds
geen steun-kan worden geboden aam.
een streven tol oprichting eener ge
heel zelfstandige Centrale van Chr.
organisaties van Overheidspertoneel.
Een andere vraag is eenter, of 'het
niet gewenscht zou zijn er naar te
streven, dat, als tijdelijke maatregel,
om den overgang naar het C. N. V";
te vergemakkelijken, voor bepaalde,
nog niet bij het C. N. ,V. aanges.o-
ten organisaties van Overheidspcrsor
neeL de gelegenheid wordt geopend,
zich in het bestaande „Permanent Co
mité" te doen vertegenwoordigen.
Mogelijk, dat in deze richting de
gewenschte eenheid te spoediger is te
Herstellen of te bereiken".
Uit de Metaalnijverheid.
.Volgens de „N. R. C." heeft het
Idagelijksch bestuur van den Metaal-
bond aan den Nederlandsen en Mctaaf-
bewerkersbond meegedeeld, gee.iénéi
nut te zien in een bespreking over de
afsluiting van een coLecueve arbeids-
lovereeukomst, wanneer in een derga-
lijke overeenkomst moeten v-orkjrmen
individueele minimum-Iconen en be
voegdheden van vertegenwoordigers
der werklieden in de leiding van dei
bedrijven.
Ned. Grafische Bond.
Een voorstel van het hoofdbestuur
om den gesalarieërden bestuurder
Compeer oneervol te ontstaan, werd
met algemeene stemmen aangenomen.
Besloten werd, op voorstet van de aid..
Rotterdam, om voorlojpig niet o>er te
gaan tot aanstelling van een tweedon
vrijgestelde. Een voorstel van de afd.
"Leiden om, met andere organisaties in;
het grafisch bedrijf ie trachten, maat
[regelen te nemen, opdat drukwerk
voor vakcentrales, DesLUurdcrsboad.il,
enz. niet meer op ongeorganiseerde
drukkerijen wprde vervaardigd, werd
aangenomen.
WAT IS EEN EERBAAR GEWAAD?
Over dit onderwerp schrijft Ds. J. J.
Knap in „Oude Paden" o.m. het vol
gende:
't Is een kleed, dat de naaktheid be
dekt.
Hiermee is het voornaamste püut
aangewezen, zooals het in de Heilige
Schrift te lez enstaat. Zoolang er geen
zonde in de wereld was, Bestond er
geen behoefte aan een kleed. De eerste
menschen droegen er geen en behoef
den er geen te dragen. Niet alleen om
dat er in het pardijs nog geen koude
was, waartegen zij hun lichaam moes
ten beschermen, doch vooral omdat er
niet de minste booze lust in hun hart
woelde, daar zij in absoluten .zin heilig
waren en de zondige hartstochten nog
niet kenden.
Terstond na den val we/d dit anders
Zij vlochten uit innerlijk instinct de
groote boombladeren tot lendetnschor-
ten samen, omdat de schaamte in hun
ziel brandde. Maar deze dekking was
ten eenenmale ontoereikend. G»od zelf
hing hun een vacht om de sch«ouders
en sprak het daarmee uit, dat de
mensch, die zondaar geworden was,
gekleed moet zijn en wel zóó gekleed,
dat zijn naaktheid er door bedekt
wordt.
Van dat oogenblik af aan is het dek
kende kleed onafscheidelijk met ons
verbonden. Onze menschenwaarde en
menscheneer hangt er aan, het is een
deel onzer persoonlijkheid geworden,
en ieder wiens hart niet verval9cht is,
maar die nog zuiver voelt, beseft uit
nemend, dat zijn kleed geen aanhang
sel is van ondergeschikte beteekenis,
maar dat zijn eere als mensch voor
een groot deel schuilt in de welvoeg
lijkheid van zijn kleed.
Wie half-gekleed door bezoek thuis
verrast wordt, trekt zich onmiddellijk
terug om eerst zijn toilet te voltooien.
Het gezonde levensinsinct zegt hem,
dat hij in overhemd, al is het smette
loos wit, eenvoudig ontoelaatbaar is.
Zucht om indruk te maken ligt er niet
in. IJdelheid evenmin. Het is de inge
boren levensdrang van den gevapen
mensch, die ons vanzelf naar het dek
kend kleed doet grijpen, wanneer wij
in relatie met anderen tredeD.
't Is dan ook geen toeval, dat de wil
de horden, die zoo goed als geheel bui-
FEUILLETON.
Uit spannende dagen.
(Een Vlaamsch verhaal).
17)
„Dood, dood!" huilde de jongeling,
terwijl hij het lijk van zijn knieën glij
den liet.
„Dood, dood!" herhaalde hij nog eens
met onheschrijfelijken afschuw, en hij.
sloeg zich de twee handen voor het
aangezicht.
„Maar wat beteekent dit toch, Brm-
no?" vroeg de knecht. „Ik zie wijn, een
ontstopte flesch. Is hij van dronken
schap gestorven?"
„Hij wilde mijn vader vermoorden"
zuchtte Bruno.
„Welnu?"
„ik heb hem gedood."
De knecht bleef een wijl sprakeloos
9taan, als ware hij met versteendheid
geslagen geworden. Het gezicht der
overvloedige tranen, die onder Bruno's
handen over zijn wangen vloeiden, de
den den ouden man uit de bittere over
weging opstaan. Hij sprak met schijn
bare koelheid:
„Nu, Bruno, stil u. Wat gij gedaan
hebt, moest gij doen. Beter is het, dat
de FVanschman het leven verlieze dan
uw vader.Maar weet gij wat hier
het ergste is? De soldaten uit „de
Arend" zullen hun kameraad missen
en ongetwijfeld nog dezen nacht naar
hem komen zoeken. Zij weten, dat het
hier was, dat hij den wijn halen zou."
Geen antwoord ontvangende, ging
de knecht bij het lijk op de knieën zit
ten, plaatste de lamp op den grond,
aanschouwde met aandacht het leven
loos gelaat des korporaals, legde het
001* op zijn borst, luisterde een wijl en
stond weder op.
Dan naderde hij tot zijn jongen mees
ter en sprak met benauwdheid:
„Bruno, gij moe#t opstaan ut uw wan
hoop. Dit lijk moét oogenblikkelijk ver
awijnen, het leven' uwer ouders en het
uwe hangt er van af. Zoo de soldaten
uit „de Arend" hier kwamen, wij zou
den geen tijd hebben" om hun dooden
makker te verbergen."
Bruno liet de handen van voor zijn
oogen wegvallen en zag met ijseüjke
strakheid het lichaam aan, dat op den
rug voor zijn voeten lag en nu, beter
verlicht, zijn bleek en aschvervig ge
laat hem scheen te toonen.^
De jongeling beefde schrikkelijk en
sqlieen in de beschouwing des doods
den roep zijns knechts vergeten te heb
ben. Eensklaps galmde een zeker ge
rucht als van verre menschenstem-
men over het dorp.
- „Ach, Bruno, Bruno!" smeekte de
knecht, „daar zijn ze! Gauw, gauw, rei
uw vader, spaar het leven uwer moe-
'der!"
„Wat moet ik doen?" vroeg de jon
geling met zinneloozen blik.
„Neean het lijk hij de schouders; hef
4bet op! hooger! Nu, volg mij
Bruno gehoorzaamde bewusteloos
en hielp den knecht het lijk de achter
deur uitdragen. In de duisternis strui
kel'de de ontstelde jongeling als een
dronken mensch.
Op het einde van den hof, in een een
zamen hoek, lag een depe sterfput, die
het water uit huis en stallen qntving;
deze plaats was rondom begroeid met
dichte vlierbosschen en ander heester
gewas.
De knecht ging in de richting van
dien put; op zijn boord liet hij het lijk
ten gronde zakken en zeide zeer stil
tot den jongeling, die hem sprakeloos
had gevolgd en geholpen:
„Bruno, arme jongen, ga, verberg u
en wees moedig. Om zijn eigen leven
te verdedigen, om zijn vader te redden
mag men dooden
„Dooden! Ik heb een mensch ge-
doo'd!" zuchtte Bruno met sombere
£tem.
,Ga" sprak de knecht, „laat mij nu
alleen: het overige zal ik bezorgen.."
En hij duwde zijn jongen meester
met zacht, geweld van het lijk weg.
Bruno verwijderde zich langzaam
door de 'duisternis; onderweg bleef hij
met het hoofd tegen een boom staan
en overwoog wat hij gedaan had. De
gedachte, iemands leven te hebben be
nomen, ,hij mocht dan schuldig zijn of
niet, folterde zijn jeugdige, zijn bemin
nende ziel op een vervaarlijke wijze;
en, huiverde hij somwijlen zoodanig
dat hem de leden trilden als van een
koortsige, het was niet van schrik,
maar van afschuw voor zijn daad en
vooi* zich zeiven.
Eindelijk verliet hij den boom en
wierp zich met snelle stappen vooruit,
als iemand, die tot iets besloten heeft.
Hij naderde bij een kleine muur, legde
zich piat op den grond en kroop door
een gat, dat aan 'den voet van een lee-
men muur was gemaakt.
Dan, over een hoop mutsaards klim
mende, kwam hij ónder het rieten dak
op een plaats, waar vele stroobusselen
uitgespreid lagen.
„Zijt gij het. Jan?" vroeg een zwak
ke stem uit de diepste duisternis.
Een lichte angstschreeuw sprong op
uit Bruno's boezem; een tranenvloed
borst uit zijn oogen; bij liep vooruit,
viel in den diepen hoek der schuur ge
knield neder, boog het hoofd op de
borst van dengene, die gesproken had,
,en riep met snijdende wanhoop:
„Vader, eerwaarde, ach, ik heb een
mensch vermoord!"
III.
Niemand had gedurende den akeii-
gen nacht in het huis van den notaris
kunnen slapen: dit verstaat zich lich
telijk.
Allen lagen verpletterd onder den
schrik der benauwdheid; de knecht al
leen had eenige kalmte des gemoeds
behouden. Hij was Bruno gaan opzoe
ken, om hem bij zijn ouders te doen
komen, en had het huis verlaten, om
in het schaarhout nevens de dorps-
baan zich te verbergen en aldus den
«enigen wag ai te spieden, waarlangs
de soldaten uit „de Arend" de woning
zijns meesters konden bereiken.
De nacht ging eindigln; reeds be
gon een lichte tint het oosten te ver
ven; nog een half uur. en de dag zou
de duisternis vervangen.
Nu zat Brunio met zijn vader en zijn
moeder op een bovenkamer. De vrouw
lag met het hoofd op de tafel en stort
te overvloedige tranen; de notaris zat
nevens haai* en poogde haar te troos
ten. De jongeling, met den rug tegen
den stijl van een bed leunend, blikte
strak ten gronde en scheen in wanho
pige overweging verzonken. Van tijd
tot tijd liep er een huivering over zijn
leden; dan klemden zijn vuisten zich
akelig te zamen, en zijn tanden kraak
ten hoorbaar.
Eensklaps hief de vrouw het hoofd
op en luisterde sidderend op een ver
gerucht.
„Daar zijn ze! Daar zijn zei" gild*
zij met de handen boven het hoofd
ik sterf van angst!"
„Gij bedriegt u, Maria, gij hoort
niets" sprak de notaris met slecht ver»
borgen angst. „Laat ons hopen op God*
goedheid: misschien zal 't beter gaan
dan wij vermeenen."
„Zwüg, o zwijg, gil pijnigt mii zoo
ijselijk"' kreet de bange vrouw. i,Waar-
om verbergt gij mij uw eigene vreee?
Uw aangezicht is bleek en gij heeftl
Bruno verdwaalt, hij is bijna zinne
loos! Ach, ik weet wel wat on* be
dreigt
1 Wordt. wrvolQd}.