NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DINSDAG 8 JUNI 1928 worden tevreden gesteld, maar niel de Chineesche geloschie er. Deze voelt er niet voor om bezit te nemen van den grond, is in den regel zijn cen ten kwijt en heeft ze langs een omweg, onvrijwillig .afgedragen aan de roode elementen. Op deze wijze werd alleen in de af- deeling Tjilegon een bedrag van f 11.645 aan ae kas van de commu nisten toegevoegd. Opiumaanhaling. Naar de Sumatra Post van 12 Mei meldt heeft de chet der opiumre cherche j.l. Zaterdag op het van Singa pore aangekomen s.s. Perak een hoe veelheid opium aangehaald van twee tail. Nu gaat het in dit geval niet zoo zeer om het kwantum der smokkel waar dan wel om de geslepenheid, waarmede de smokkelaars te werk gaan. Men had bericht gekregen, dat op de Perak opium aanwezig zou zijn. Direct bij aankomst werd een onder zoek ingesteld, waarna men de hand heeft kunnen leggen op een paar dood* fewoon uitziende schoenen, die onbe" eerd op het dek stonden. Bij nader onderzoek bleek, men het heulsap te hebben verborgen in een opening, die in de hakken was aangebracht. De smokkelaar zelve heeft zich hoogstwaarschijnlijk tusschen de pas* :c.giers verborgen en het raadzamer - .en zijn schoenen met op te vra gen. Hij 'is in elk geval nog steeds onvindbaar. Hollandsche jongolui voor Indië. In het verslag over 1925 van het Informatiebureau der Vereeniging Oost en West wordt o.m. het volgende mede gedeeld: „Zonderen wij de Hollandsche sollici tanten uit, die voor- de een of andere bureau-administratieve betrekking op handelskantoren in 'Ned.-Indië een werk kring zochten en zich daarvoor om ad vies bq *het Informatiebureau aanmeld den, dan kan ten aanzien van de overige Hollanders, n.l. de sollicitanten voor een betrekking bij cultures in den meest uitgebreiden zin, verklaard worden, dat zij meerendeels niet aan de vermelde ei- schen voldeden en alleen 'n heenkomen zochten naar Oost- of West-Indië, om dat de malaisetoeetand in ons land hen ter verkrijging van een levenspositie daartoe dwong. Zij behoorden grooten- deels, evenals in de vorige jaren, tot de weinig ontwikkelden, voor zooveï zq slechts lager-, enkelen Mulo-onder wijs hadden genoten. Onder hen kwamen ook weer, meer dan in 1924, -gestudeerden voor aan onze hooge en middelbare scholen, die in ons land vergeefs hadden beproefd een pas senden werkkring te vinden. De betrekkelijk vele buitenlanders, grootendeels van Tschecho Slowakeische nationaliteit, die zich in 192 s hoofd zakelijk schriftelijk tot het Informatie- Bureau wendden, ten getale van 159 (mondeling 5, totaal 164) in 1924: 145 behoorden weer voor^ het meerendee! tot de categorie der intellectueel ont wikkelden, als ingenieurs, doctoren, apo thekers, technici, bedrijfsleiders van fa brieken, handelaren, enz., waaronder ook weder, zich gewezen officieren be vonden, die zich gaarne bij het Indische leger of bij de politie ingelijfd zagen, niettegenstaande tot hen moet zijn door fedrongen de bekendmaking, dat voor en geen gelegenheid bestaat om voor den Indiscnen dienst te worden uitge zonden. In aansluiting hiermede vestigt de lei der van het Informatie-Bureau, de heer H. J. A. Rapdt van Oldenbarnevelt, de aandacht op het werk, door de arbeids beurzen in Indië verricht, om werklooze daar verblijvende en' behoeftige Euro peanen aan den arbeid te helpen, zoo mede op de actie van Indische vakver- eenigingen tegen het doen uitkomen van Hollanosche jongelui door Indische werk gevers zoolang nog geschikte krachten daar te lande aanwezig zijn. „Met open armen" schrijft hq „worden reeds om bovenvermelde redenen de Holland sche jongelui in Indië niet ontvangen". De „N. R. Ort" teekenl hierbij aan- dat voor Hollandsche jongelui, die wat positiefs in hun mars voeren, die bereid zijn hard en onder vaak moeilijke om standigheden te werken en de zoozeer van de Nederlandsche afwijkende Indi sche levensomstandigheden met blijmoe digheid te 'aanvaarden, in Indië nog altijd loekomst is. Indië is echter se dert lang niet meer het land, waar ie mand de gebraden duiven in den mond vliegen. Aan nietsnutten heeft men er evenmin behoefte als in Nederland. Wie wat kan en wat wil, vindt er mooi voldoening schenkend en ook op den duur wel profijtelijk werk. Wie er heen trekt, omdat hq meent, dat men er niet kieskeurig is wat de arbeidskrachten be treft, zal er niet slagen en kans loopen om spoedig te bethooren tot de meest ellendige categorie van maatschappelijke mislukkelingen. Westersche paupers in een Oostersch land". GEMENGD NIEUWS. DE ROOFMOORD TE SPEKROLZER- HEIDE. Omtrent deze.i moord wordt nog uit 'Heerlen gemeld: Donderdagavond omstreeks 10 uur meldde zich bij den gemejente veld wachter te Valburg iemand aan, die om nachtverblijf verzocht. De veld wachter, die het signalement van den vermoedelijken dader van den moord op vrouw B. te Spekholzeirheide ken de, meende den bewusten man tegen over zich te hébben. Hij' stelde daarom den burgemeester van zijin bevinding in kennis, Deze heeft toen den man een verhoor al* genomen,, waarbii de onbekende mede deelde Arie Wakker te heeten en te Spekholzerheide als •boerenknecht te zij 11 werkzaam geweest. T,ocn de burgemeester het gesprek op den moom bracht, bekende de man de vrouw geslagen te hebben.. Daarop is de burgemeester met 2 veldwachters en den verdichte in een auto naar Kerkrade gereden. Daar werd den man wederom een verhoor afgenomen. Hij bekende nu den moorcT te hebben gepleegd. Hij zeide achter niet de bedoeling te heb ben gehad de vrouw te dooden, maar dat het hem slechts om geld 'te doen was geweest. Later in den morgen had in tegen woordigheid van den Officier van Jus titie en den verdachte op het terrein van het misdrijf andermaal een on derzoek plaats. Medelijden van een kat. Dr. A C. Oudemans doet in het jubi leumnummer van „Naturaeen mede- deeling over de individualiteit van katten. Het volgende voorval speelde zich te Grenoble af: „Vooral in dit warme weer kunnen standjes niet uitblijven. Zoo had dan ook plotseling een warm gevecht plaats tusschen een klein bruin hond je en een reus, die in het halfduister Wel een Duitsche dog van de grootste soort geleek. In een oogwenk lag het hondje, kermend, onder. Daar komt de kleine kat van het „Café Anglais", die eiken avond op den hoek van de Rue Poulat en de Rue de la Poste het straatgewoel be langstellend gadeslaa.t, met alle ha ren overeind in drie sprongen vlak vóór den grooten hond te staan; met één sprong vliegt ze hem in het ge zicht; in een ondeelbaar oogcnblik is ze teruggevlogen. Daar staat zij, on dei- het onbedaarlijk gelach der toeschou wers, met grooten bochel vóór den grco- ten hond en ziet het aan, dat deze den aanval niet in#den wind gadegesla gen heeft, het kleine hondje aan zijn lot overlaat, en naar de Rue de la Pos te afdruipt. Het kleine hondje verdwijnt, ais een pi.il uit den boog, eene andere richting mt. Maar, daarmede is poes niet tevre den. Die hoek van de Rue de la Poste is haar hoek. Langzaam, mat alle naren overeind, krommen rug en dito staart, en met pooten, zoo stijf als stokjes, marcheert zij regelrecht naar d«-n grooten hond, dip daar nog steeds beduusd staat, alsof hij zijn zinnen, moet verzamelen, om eens goed te we ten. wat er eigenlijk gebeurd 1 s. Totdat de kat weer vlak vóór den hond gekomen is. Thans acht deze het geraden rechtsomkeert te maken, ten einde een tweede gevoelige aanraking met 18 scherpe katteklauwen te vermij den. De heldin wordt door kellner en publiek geaaid en geprezen". Een Paradijs voor oude vrouwen. Er woonde in New York een oude dame, die zélf haar boodschappen ging doen. En eiken morgen om pre cies vijf minuten over half negen kwam ze op denzelfden hoek van de zelfde straat een jonge man tegen, die op dien tijd naar zijn werk ging- Die jonge man, hoewel hij in New. York woonde en werkte, was nog niet zóó door het hurri-achtige leven van die groote stad in beslag genomen, dat hij alleen nog maar dacht aan de dol lars, die Jiij verdienen ging. Eiken morgen als hij de oude dame met haar boodschappentasch tegen kwam, ging hij beleefd op zij, om haar ge makkelijk te laten passeeren. De oude dame dankte hem dan met een hoofd knikje en een glimlach. De jonge man lichtte beleefd even zijn hoed, en ging verder. De oude dame was zoo getroffen door die, ook in New York ongewone beleefdheid op straat, dat zij den naam van den jongen man weten wou. En dien kwam ze te weten. En toen ze naam en adres van den jongen man wist, ging ze haar notaris opzoeken. Nu, onlangs, merkte de jonge man met eenige verwondering op, dat het oude dametje met haar boodschappen tasch, hem niet meer tegenkwam. Hij vroeg zich af: „Zou ze ziek zijn?" en er was werkelijk eenige zorg om het oude menschje in zijn hart. Een paar dagen daarna kwam hij de oorzaak te weteri van haar afwezig heid. Het oude dametje was gestorven, en, zoo schreef haar notaris hem, ze had hem benoemd tot universeel erf genaam van haar niet onaanzienlijk fortuin enkel als waardeering voor zijn beleéfdheid. De jonge man, in de wolken om dat zoo ganschelijk ongedacht hem toege vallen buitenkansje, sprak erover met familie en met vrienden. En natuur lijk kwamen de New Yorksche kran ten het ook te hooren, en allen maak ten ze melding van het aardige geval. Sinds dien tijd maken alle jonge, èn oude, mannen, onmiddellijk plaats zoodra ze een oude dame tegen komen. Zelfs vrouwen, meisjes en kinderen volgen dat voorbeeld. Je kunt nooit weten nietwaar?! Een journalist, nieuwsgieriger dan de overige, ging informeeren naar naam en adres van dat oude dametje. En toen bleek, dathet oude dame tje nooit bestaan heeft, en dat het hee- le verhaal verzonnen is door een „Ver- eeniging tot Bescherming van Oude Dames op Straat"! Maar de voorbijgangers blijven ho pen, en maken nog steeds beleefd plaats. De handige cha u fleur. Toen de heer C. S. eenige dagen ge leden met zijn motorjacht een reisie van Rotterdam naar Arnhem wilde maken, bemerkte hij reeds b het be gin van den tocht, dat er iets met den motor niet in den haak was. Naai de kapitein hem vertelde, moest dit mankement het gevolg zijii van het feknoei van den chauffeur van den eer S.A die aan .boord was geweest, zoogenaamd om den motor na te kij1- ken. De heer S., die zijh vrouw en doch ter aan boord had, moest in het Boe" rengat met zijn boot blijven liggen en kon eerst, ha de allernoodigste re paratie te hebben laten verrichten, den volgenden morgen zijn reis voort zetten. Eenmaal te Arnhem gearriveerd, werd vandaar uit, bloot toevallig om dat een kleindochtertje hier in de stad jarig was, het huis van den schoon zoon van den heer 3- door hem opge beld en in het telefonische gesprek deelde de dochter haar vader mede, dat zij!n auto, een Protos, in de buurt heen en weer reed. Had vader den chauffeur soms eenige opdracht ge geven Op het ontkennende antwoord was de schoonzoon een onderzoek 111 de garage gaan instellen en toen bleek dat de chauffeur J. G. op eigen gele genheid den wagen uit de garage had gehaald en aan de heeren T. en B. had verkocht voor f 800. De politie werd gewaarschuwd en heeft den auto, waarvoor kort geleden nog een bod van f 2500 was gedaan, 111 beslag genomen. De wagfen is verze"; geld en in de garage van de heeren T. en B. ondere politietoezicht ge plaatst. De chauffeur, die natuurlijk zooda nig aan den motor van het jacht had gemorreld, dat langaur.g oponthoud voor de.i heer S. er he^ gevolg van moest zijn, waardoor hijzelf meer vrij spel had, had bovendien nog i öo on der zijn berusting. Met dn geid en de opbrengst van den wagen is hij verdwenen. Edelachtbare discussie. In den raad van Kortenhoef is de na leving van de hondenbelasting ter sprake gekomen. De veldwachter, die blijkbaar het recht tot meespreken ui de discussie heeft, verklaarde: „Ik zal alle honden, die ik zie, bekeuren, maar dan moet er ook zonder aanzien des persoons mee gehandeld worden als ik hier kom er mee". De heer Van Doorn, vindt die hon denverordening flauw. „Stel dat je nu een zoet hondje hebt dat om 9 uur 's avonds binnen moet zijn. De heer Bakker wist nog iets an ders, waar ook eens op gelet dient te worden. Arie de Ronde heeft zijn ter rein afgerasterd met prikkeldraad. Toen hebben er verscheldenen aan dat draad zich opgehaald en daarom is hem gezegd dat hij' vóór lederen draad een lat moest spannen Maar Arie de Ronde is een Drutale man, én wat deed-ie nou, hij had al een stuk land genomen, dat hem niet toekwam en nu maakte hij de palen met de latten weer een stuk verder. Daar moet iets tegen gedaan worden". De heer Van Doorn: „Dat zeg je nu omdat het Arie de Ronde is. Maar kijk is verder in de gemeente Krijn Voorn doet het zelf ook en die heeft in '25 zelfs de verordening helpen maken". De heer Voorn: „Nou maar De heer Van Doorn: „Jij' moet als raadslid het voorbeeld geven". De heer Voorn: „Als niemand het doet, doe ik het ook niet". De heer Van Doorn: „Dat is toch niet netjes". Voorzitter: „Nou, heeren, we zul len ze aanschrijven en dan proces'ver. baal opmaken". Stem: „Maar dan allemaal". De heer Bakker: „Maar de.ik er om, ik kom over een dag ot drie hier om te informeeren of het gebeurd is". De heer Van Doorn meent eöhter, dat het bij Arie de Ronde zoo erg niet is met dat prikkeldraad. De heer Bakker: „Nou, maar er zijn veel klachten gekomen van lui, die hun jas scheurden". De heer Van Doorn; „Dan moeten ze maar midden op den weg loopen". Auto-ongeluk. Een ernstige aanrijding had Zaterdag te Lisse plaats. Toen een auto, waarin prol. van Slochteren was gezeten, de oprij laan van de Bloembollenschool aldaar uitreed, hoorde de Chauffeur de nade rende stoomtram met aankomen. Toen hij deze op het laatste oögenblik ont waarde, gaf hij onmiddellijk vol gas, waardooi hij voorkwam, dat de auto in de flank werd gegrepen. Zij' werd evenwel nog van achteren door de tram aangereden. Het chassis werd van voor tot achter geheel openge scheurd. Prof. van Slochteren kreeg een kwetsuur aan het hoofd, terwijl de chauffeur verscheiden kneuzingen van niet ernstigen aard opliep. MUSSOLINI OVER DE WETENSCHAP „La Science et la Vie heeft haar me- derwerker, Pierre Chaulaine naar Ro me gezonden om Mussolini te inter viewen over de beteekenis der weten schap. Mussolini maakte eerst bezwa ren, hij was op dit terrein niet tot oor- deelen bevoegd, maar ten slotte wist de correspondent den dictator toch aan het praten te krijgen. Is Uwe Excellentie van meening, dat de wetenschap het lot der menschheid kan verbeteren? was de eerste vraag, die de correspondent stelde. Men kan op een dergelijke vraag geen antwoord geven, aldus Mussoli ni, zonder daar een anderen factor bij te halen n.l. den tijd. Voor ons, die thans leven, voor onze kinderen, mis schien nog voor hun kinderen, is de wetenschap ongetwijfeld een bron van welzijn. Zij beheer9chte de economi sche ontwikkeling, die de massa's wel vaart brengt. Zij verleent aan de sta ten onafhankelijkheid. Dit is aldus bedoeld. Neem Italië als voorbeeld: de tegenwoordige industrie heeft veel steenkool noodig, onze bo dem bevat deze niet. Wij moesten ze dus in Engeland koopen. De weten schap zal ons echter, vóór 20 jaren verloopen zijn, in staat stellen het zon der steenkool te doen. In dit land zijn prachtige bronnen van witte steenkool De trein, die u hier gebracht heeft, loopt van Bardonnèche tot Genua over een geelectrificeerde lijn; weldra zal men andere lijnen electrificeeren en ik denk, dat er over 10 jaar geen enke le locomotief meer met steenkool ge stookt zal worden. Maar ging hij verder, ik heb u ge zegd met den tijd rekening te houden Wanneer men niet vraagt of de weten schap zegeningen kan brengen in een periode van 10, 20 of 50 jaar, maar in een tijdsverlobp van 5 ét 6 eeuwen, dan heb ik geen antwoord. Dan zwijg ik, en wil alleen er op wijzen, dat in de geschiedenis de volken, wier cultuur het-meest intensief was, het meest we tenschappelijk zoo ge wilt, zijn afge gleden in toestanden van diepste de cadentie. Leidt de wetenschappelijke vooruit gang der menschheid niet naar den ondergang door de ontwikkeling va*i het individualisme? Ik weet het net, ik zou u moeten vragen over DUO jaar eens terug te willen komen, lachte Mussolini. Gelooft Uwe Excellentie, dat de ont wikkeling van het wetenschappelijk onderwijs een zedelijke verbetering van het menschdom ten gevolge heeft? Ik geloof 't niet. De mensch kan ze delijk enkel zich verbeteren door in keer, door meditatie. Land- en Tuinbouw. Invoer van geslacht vee in Engeland. In verband met den ernst van den toestand, ontstaan door het verbod van invoer in Engeland van geslacht vleesch, hebben de laatste dagen be sprekingen plaats gehad in het depar tement van binnenlandsche zaken en landbouw met belangstellenden bij den vleeschuitvoer, producenten enz. Dr. Ten Sande, inspecteur van den veeartsenijkundigen dienst in algemee nen dienst, die zooals gemeld, in op dracht van minister Kan naar Londen is vertrokken in verband met deze aangelegenheid, werd gisteravond uit Engeland te Den Haag terugverwacht. Vernomen werd nog, dat juist in deze dagen twee leidende personen in Engeland op het gebied waartoe de on derhavige zaak behoort, overleden zijn, n.l. sir Stewart Stockman, chef van den veterinairen dienst, en de heer Leishman, voorzitter van de com missie inzake het mond- en klauw zeer. Het stoomschip „Schokland" dat een week geleden met ruim 300 ge slachte varkens naar Engeland ver trok. is met zijn lading te Rotterdam, de haven van afvaart, teruggekomen, omdat de varkens in Engeland niet gelost mochten worden. Naar het „Hbld." verneemt, had de „Schokland" bijna uitsluitend Belgi sche varkens aan boord. Er waren slechts een tiental onder die op het Rotterdamsche abattoir geslacht wa ren. De directeur van het Rotterdam sche slachthuis en de inspecteur van het veeartsnei.jkundig toezicht in het ressort Rotterdam, hebben zich aan boord van het schip begeven tot het instellen van een onderzoek. Van Dr. Westholz, directeur van het Rotterdamsche openbare slachthuis, vernam het blad omtrent zijn bezoek aan de „Schokland" dat dit schip 271 varkens aan boord had, waarvan 10 die op het Rotterdamsche abattoir voor export naar Engeland geslacht waren. Bij deze laatste was geen spoor van mond- en klauwzeer te ontdekken Onder de uit België afkomstige var kens waren echter verschillende met mond- en klauwzeer. De bewering van den Engelschen minister van Land bouw, dat een spoor gevonden is, dat leidt naar het Rotterdamsche abat toir, is dan ook bezijden de waarheid. Voorts vernam het blad nog, dat de uit Engeland teruggezonden Belgische varkens op last der Regeering in ver zegelde wagons van Rotterdam naar België teruggezonden zullen worden. Landbonw-Emigratie naar Znid- Afrika. De Nederlandsche Zuid-Afrikaan- sche Vereeniging verzocht ons mede te deelen, dat het bericht in het „Han delsblad" van 31 Mei j.l. en 6ok door ons overgenomen uit „The Cape Ar gus" en vermeldende de rampspoedige ervaringen van enkele Engelsche oud officieren in het opzetten van een land bouwbedrijf met zout gegeten moet worden. Het bericht behoeft onze landbou wers, die er over denken zich in Zuid- Afrika te vestigen, neit af te schrik ken. Het verhaal van de ,,Cape Argus" geeft, moet niet als iets bijzonders op gevat worden. Het is niet de eerste maal dat de En gelschen zonder eenige kennis van den landbouw hun geluk in Zuid-Afrika hébben beproefd en teleur gesteld wer den in hun verwachtingen. Het zou niemand in Nederland ver bazen, wanneer iemand, die niet het minst verstand van den landbouw beeft, een boerenbedrijf ging opzetten en dit mislukte. Vele Engelschen zijn in de fout ver vallen grond te koopen, dien zij tevo ren nooit gezien hadden. Het zou ons niet verbazen, of met de personen uit het verhaal van de „cape Argus" is dit eveneens het geval. Wanner onze landbouwers kennis maken met de plannen die de Nederlandsch Zuid- Afrikaansche Vereeniging voor land- bouw-emigratie naar Zuid-Afrika heeft zullen zij zien: le. dat geen aanbiedingen van grond eigenaars gédaan worden, noch zullen gedaan worden. 2e. dat enkel bona-fide landbouwers menschen, wel met eenlg kapitaal doch in de eerste plaats met de gron dige kennis van hun vak, wordt aan geraden emigratie te overwegen. Geen oud-offieieren of in het algemeen men schen die wel het veneisrhte k.ipttnai, doch niet de vereisehte kenrus bat ten. Voor sommige maatschappijen, die grond verkoopen, zijn zulke men schen vaak meer een last dan eon voordeel. Algemeen is de klacht, wij moeten alles voor ze doen. Ze kunnen niets. Om met succes te kunnen boeren is nog iets meer vereischt dan 2000 dol lar en een militaire carrière in Britsch Indië. Gelukig, dit wordt over de ge heel e wereld erkend, bezitten onze Ne derlandsche landbouwers - dit „iets meer",in ruime mate. Voor den geschoolden Nederland sch en landbouwer, die over ee'nig ka pitaal beschikt is er een groote toe komt in Zuid-Afrika mits hij de raad gevingen die hem van betrouwbare particuliere en officieele zjjde gegeven worden, opvolgt, zich niet in avontu ren begeeft, en eerst een behoorlijken leeftijd op daartoe door de regeering ingestelde opleidingsplaatsen wil door maken, of zich gezamenlijk met an dere Nederlanders groepsgewijze ves tigt, na eveneens, maar. dan in de om geving waar hij zich gaat vestigen, 'n opleiding in den Afrikaanschen land bouw te hebben ontvangen. Een onlangs verschenen brochure zet de voordeelen van groepsemigratie uiteen en bevat de officieele regee- ringspublicatie, waarin in het kort de procedure wordt uiteengezet op welke wijze van de Unie-regeering steun bij landaankoop kan worden verkregen. Deze brochure is aan het Secretari aat der Nederlandsche Zuid-Afrikaan- sche Vereeniging, Keizersgracht 141, Amsterdam, gratis verkrijgbaar. l-fliw II I - I UI— RECHTZAKEN. De vechtende journalisten. Voor den Haagschen Politierechter Jhr. mr. Feith, heeft gisteren terecht gestaan Jonkheer R. F. Groeninx van Zoelen, 38 jaar, van beroep journalist, wonende te 's-Gravenhage, aan wien ten laste is gelegd, dat hij te 's-Graven hage op of omstreeks 24 November '25 opzettelijk na daartoe in kalm beraad en na rijp overleg het voornemen te hebben opgevat en het plan te hebben gemaakt ter uitvoering daarvan ge welddadig M. van Blankestein met de hand of de vuist een slag of stomp te gen het hoofd heeft gegeven en waar door deze pijn heeft geleden en boven dien voornoemden van B'ankestein in het aangezicht heeft gekrabd, waar door hij bloedend werd verwond en pijn ondervond. Het O.M. werd waargenomen door mr. Hermans. Verdachte werd bijgestaan door mr. A. H. Kramp, advocaat te 's-Graven hage. Vooral van de zijde van de pers bestond voor deze zaak groote belang stelling. Zoowel van de zjjde van het O.M. al9 van die van de verdediging wa ren verschillende getuigen gedag vaard. Na het verhoor eischte het O.M. f 100 boete of 20 dagen hechtenis. De politierechter, uitspraak doende, veroordeelde verdachte tot f100 boete subs. 50 dagen hechtenis wegens mis handeling met voorbedachten rade. Scheepstij dingen. HOLLAND-AMERIKA LIJN. BILDERDIJK, R'dam n. Baltimore, 5 v. Antwerpen, p. 6 (7 u. n.m.) Lizard EEMDIJK, R'dam n. d. N. Pacific, 8 V. Cristobal. LOCHGOlL, 3 v. Tacoma n. R dam. ROTTERDAM, 5 v. New York n Rot terdam. RIJNDAM, New York n. R'dam, 6 (12 u. 's mldd.) 355 mijl v. Scillv. STADSBIJK, 5 v. R'dam te Boston. VEENDAM, 5 v. R'dam te New York. CARDIGARSHIRE, 7 v. R'dam n. d. Noord-Pacific. EDAM, R'dam n. New Orleans, 8 V, Tampico. LOCHKATRINE, v. d. N. Pacific n, R'dam, 5 te Londen. STOOMV. MIJ. NEDERLAND. BINTANG (thulsr.) pass. 8 Perim. BOETON (uitr.) 6 v. Antwerpen. JOHAN DE WITT, 6 v. Batavia te A'dam. KANGEAN, 6 v. Hamburg te A dam. KONINGIN DER NEDERLANDEN (thuisr.) 7 te Suez. KRAKATAU (uitr.) 7 te Genua. RADJA, 6 v. Bremen te A'dam. SAPOERA (thuisr.) 7 te Suez. BALI (uitr.) 4 v. Colombo. EEMLAND (thuisr.) 4 v. Las Palmas. KON. HOLLANDSCHE LLOYD. IJSSELDIJK (uitr.) pass. 6 Vlissingen n. Antwerpen. ORANIA (thuir.) 6 v. Las Palmas. ROTTERDAMSCHE LLOYD. DELI, 6 v. R'dam te Hamburg. MODJOKERTO (thuisr.) 6 te Londen. TOSARI (thuisr.) 6 te Londen. TAPANOELI (thuisr.) 6 te Marseille. TAMBORA (uitr.) 6 te Batavia. DJAMBI (uitr.) p. 5 Serrat. TOBA (uitr.) 4 v. Djibouti. BANDOENG (thuisr6 v. Port Said. BLITAR (uitr.) pass. 5 Aden. INDRAPOERA (uitr.) pass. 6 Aden. INSULINDE (uitr.) pass. 8 Finisterre. PATRIA (thuisr.) 5 te Marseille. HOLLAND-AFRIKA-LIJN. HEEMSKERK, 8 v. Delgoabaal n. KLIPFONTEIN, 7 v. Hamburg te Ant werpen. SALABANGKA (thuisr.) 6 te Antwerp, IJSSELDIJK (uitr.) 6 te Antwerpen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 6