v. ESCH, DoÉersleeg 5, NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DyNUEiHDAU 6 Mil ISHö TWEEDE BLAD. lil IE BUM ZEGSEN. Ziekteverzekering. In de politieke verklaring, waarme de het kabinet-De Geer zijn werkzaam heid aanving, werd aangekondigd, dat zou worden aangestuurd op Unificatie van de Sociale verzekering. Omtrent de invoering der wettelijke regeling van de ziekteverzekering, in 1913' reeds opgenomen in het Staatsblad werd echter geen woord gezegd. Hierin, merkt de „Nederlander" op, lag iets vreemds. Niet alleen omdat wij weten, dat Mi nister SlotemaKer de Bruine zich steeds een voorstander toonde van Talma's Ziektewet; maar ook, omdat het bevor deren van eenheid in de soeiaie verze kering eigenlek slechts zin heeft in ver band met de eisciien eener goede ziek teverzekering. Wij nemen voorshands aan, dat het Kabinet twee voorzieningen uniiiceermg der sociale verzekering en invoering der wettelijk geregelde ziekte verzekering, zoo onafscheidelijk aan el kaar verbonden acht, dat het afzonder lijk noemen van de ziekteverzekering overbodig voorkwam. Uiteraard werd met des te meer be- langstelliing uitgezien naar het ant woord van den Minister, van Arbeid op ,Üe niet onbelangrijke vragen aangaande de ziekteverzekering in net Voorloopig .Verslag over Hoofdstuk X. Dit antwoord was in zekeren zin zeer bevredigend, maar aan het slot kwam iets, dat onzekerheid gaf en boven dien ontbrak eik antwoord op .een klaar gestelde belangrijke vraag. De minister verklaarde onomwonden dat hij de ziektewet Talma wenschte in te voeren, behoudens eenige aan te brengen „verruiming van het veld van bewegingsvrijheid van de in de maat schappij opgekomen bijzondere zieken geldregelingen." Dit scheen een stevige toezegging. Maar aan het slot werd de hand iets teruggetrokken door de waarschuwing: „Alvorens eenige toezegging te doen be treffende de onderhavige verzekering, wenscht ondergeteekenae echter nader ingelicht te zijn omtrent de lasten, wel ke invoering dezer verzekering voor het bedrijfsleven zoude medebrengen". Tegen dit uitstel, hoe logisch net ook schrjne, rijst toch eenig bezvvaar. Waar om V Omdat tot oeantwoording der ge stelde vraag twee gegevens noodig zijn: ten eerste het bedrag, dat door de wet telijk geregelde ziekteverzekering zal worden gevorderd ten tweede net be idrag, dat thans, .in velerlei vorm, aan de ziekteverzekering wordt besteed. Het eerste bedrag is "globaal te bere kenen, zoodra men het slechts eens is over het te volgen stelsel. Een ziekte verzekering b.v., die over de geheele linie samenvalt, met de bestaande invali diteitsverzekering, *zai uiteraard een la ger kostenbedrag ^eisciien, dan een an der stelsel niet ^afzonderlijke registree- jing der verzekerden. Hoe dit zij, de vermoedelijke totaaluitgaven voor eene algemeene ziekteverzekering zijn te be rekenen. Maar of eenige zekerheid zal zijn te krijgen omtrent het cijfer, thans bij fondsen en kassen, krachtens con tract en uit vrjje beweging, aan de ziek teverzekering besteed uat wagen wij te betwijfelen. Wij hopen, dat de Minister bij het naderend mondeling overleg met de Ka mer, op dit punt eenige nadere gerust stellende mededeeling kunne doen. Men vergete niet, dat, bij groote onzeker heid omtrent feitelijke gegevens, een ruim veld openligt voor gevaarlijke gis singen. Uit het Sociale Leven. Het conflict in Engeland, Door het Dagelijksch bestuur van het C. N. Y. is gisteren in antwoord op het voorstel van het N. A. S., om een gezamenlijke steunbeweging voor de En felsche arbeiders op te zetten, aan het estuur vaü het N.A.S. het volgende medegedeeld: „"Wij ontvingen Uw schrijven van 3 iMei j.l. In antwoord daarop deelen wij u mede dat wij afwijzend staa.11 tegenover uw plan om een gemeenschappelijke steun beweging door de gezamenlijke vakcen- tralen voor de Engelsche .arbeiders op te zetten. Het kan u bekend zijn dat een soli- dariteitsstaking zooals deze thans dooi de Engelsche arbeidersbeweging wordt toegepast, door ons principieel als strijd middel wordt verworpen. Het neerleg gen van den arbeid bij werkgevers, waar mede de arbeiders geen conflict hebben, achten wij een ontoelaatbare strijdme- thocfe. Het wapen der solidariteitsstaking aan te grijpen, speciaal in de vitale be drijven, als Spoorwegbedrijf, het Trans portwezen, de Eiectricitdtswerken, enz waardoor het geheexe economische le ven kan worden ontwricht en die. als zij enkele dagen duurt, het gansche maatschappelijk leven moet Ontredderen, achten wq in strijd met onze beginselen. Indien dit wapen toch wordt gehanteerd zal dit hem, die het gebruikt net scherp ste treffen* de arbeidersklasse zal daar van zelf de grootste nadeelen onder vinden. Een optreden als dat van de Typq- frafen, werkzaam bij de „Daily Mail" eeft ook allerminst onze instemmeng. Het goedkeuren van een dergelijk op treden zou toch beteekenen, dat door de arbeidersklasse de vrijheid van druk pers zou mogen worden aangerand. Consekwent doorgevoèrd, zouden de arbeiders dan slechts kunnen toestaan, dat alleen datgene gedrukt werd, wat hun welgevallig is. Wq kunnen ons voor stellen, dat U gezien de Russische praktijken voor een dergelijk op treden gevoelt en dat a een optreden als bij de „Daily Mail" met vreugde begroet, omdat het consekwent doorge voerd, moet leiden tot uw standpunt: de dictatuur van het proletariaat. Onze inzichten staan dan eenter lijn recht tegenover ekaar. Indien het confict in Engeland be perkt gebleven was tot de mijnindustrie had men op de sympathie üer Christe iijke arbeidersbeweging in ons land mo gen rekenen. De loonen zijn dusdanig, dat loonsverlaging zexer onr^ch.yaaiaig moet worden geacht. Een reorganisatie van het Engexsche mijnwezen is zeker noodzakelijk. De mijnwerkers mogen ver langen, dat zij niet de dupe worden van de misstanden, die ten dezen op zichte bestaan. Wij herhalen, dat, indien men zich beperKt had tot het mynconfact, men op onze sympathie had Kunnen rekenen. Nu men echter het wapen der suliua- riteitsstaking is gaan hanteeren, nu men als middel in uen strijd meen- inaa.re gelen te moeten toepassen <iie ten doei nebben opzetteiijK hui gcuaeie econo mische leven te cieSorgauisêcren, kunnen wij aan een dergenjne beweging onzen steun niet geven, moeten ij integen deel een dergehjK optreden vcruoruee len". De houding van de koopvaar dij - officier en. In een manifest aan de Neüerland- sche scheepsofficieren van de Veree- niging van Officieren ter .Koopvaardij te Rotterdam, lezen wij o.m.: We leven niet meer in 1911. ook niet in 1920. Wat toen is geschied, mag nooit meer plaats vinden. Het historiéch moment is daar dat we ons aan de zijde van de werkne mers niet meer aan den kant van het kapitaal stellen. Ook wii zullen geen onderkruipersdiensten verrichten. Ook wij brengen geen kolen naar Enge land. Wij zijn solidair met alle groe pen van werknemers. Leg oogenblik- kelijk het werk neer op die schepen, welke door vervoer van kolen e.d. het Engelsche werkgeversdom kunnen steunen. Massa-ontslag bij de Hol!. Stoom boot Mij. Naar wij vernemen, heeft de direc tie van de Holl. Stoomboot Mij. te Am sterdam haar vaste personeel tegen Zaterdag over een week ontslagen, tenzij voor dien dag de dienst op En geland kan worden hervat. Het be treft hier ongeveer 150 bootwerkers. Het R.K. Werkliedenverbond. Het bestuur van het R.K. Werklie denverbond heeft zich Woensdag be raden in verband met het groote ar beidsconflict in Engeland. Nadat het bestuur over de kwestie had beraadslaagd werd vergaderd met vertegenwoordigers van de meer di rect bij de kwestie betrokken bonden In den middag werd een vergade ring gehouden met vertegenwoordi gers van alle aangesloten Vakbonden Het bepalen van een definitief standpunt zal geschieden in overleg met het Internationaal Christelijk Vak verbond en de verschillende vakinter nationales. Werkloosheid en Arbeidsbemiddeling. Op Zaterdag 24 April j.l. waren bij 203 organen der openbare arbeidsbe middeling in gemeenten met 5000 of meer inwoners als werkzoekenden (hetgeen niet altijd beteekent, dat zij werkloos zijn) de volgende aantallen mannelijke personen ingeschreven: a. bewerking van diamant 450; b. boek- en steendrukkerij enz. 800; c. bouwbedrijven waaronder 450 metse laars bijna allen in de groote ge meenten; 400 schilders waarvan 230 in Amsterdam en Rotterdam; 1825 timmerlieden waarvan 1300 in de vier groote gemeenten 1675 opper lieden en 2625 grondwerkers) 8800; d. bewerking van stroo. hout, kurk Amsterdam 435 's-Gravenhage 75, Rut terdam 125. Zaandam 110, 1200: e. ver vaardiging van kleeding en reiniging Amsterdam 100, Utrecht 35. 450; f. be werking enz. van leder (waarvan pl.m. 100 in Noorcl-Brabant, de overigen in het Noorden, grootendeels in de groote steden 400; g. bewerking van metalen en scheepsbouw (waaronder 1350 te Rotterdam. 3000 te Amster dam, 400 te ^s-Gravenhage, 450 te Utrecht 175 te Dordrecht) 6^00; h. tex tielnijverheid (waarvan 80 te Ensche dé en Lonneker en 2n5 te Tilburg) 600; 1. voedings- en genotmidde en (waaronder pl.m 1400 sigarenin lus- trie) 3b00; j. kantoorpersoneel (bene pens pl.nj. 875 vrouwen) 2o00. to:aai 25 700.. Bovendien stonden .ingeschreven 27000 andere mannelijke werkzoeken den, nagenoeg allen tot de meer on geschoolde beroepen of de losse werk lieden behoorend, en die men voor een goed deel niet onder de geheei werkloozen kan rangschikken. KERK EN SCHOOL. NEL HEK V ivx-.RK. Beroepen: Te Zwolle. C. D. van Noppen, predikant der Ver. .Gemeente belang te Zwolle; Te Ouderkerk a. d. IJssel J H. F. Remme. te Amster dam; Te Gorssel (toez.), D. Kuilman te Borne; Te Barneveld vac.-B. v. d. Wal), G. AIers te Nieuw-Lekkerland. GEREI' KEKKEN Beroepen: Te Serooskerke, P. van Dijk te Zaamslag. Bevestiging, Intrede, Aischeid. Ds. B. S. Dijkstra hoopt Zdn- dag a.s. afscheid te nemen van de Ned. Herv. Gem. te Holl. Veld (Z.O.) en Zondag den 2C Juni d.a.v. zijn in trede te doen te Sloten. P. ten Have. candidaat te Die ren. hoopt Zondag 30 Mei a.s. zijn in trede^ te doen in de Ned. Herv. Gem te Ootmarsum, na bevestigd te zijn door ds. D. Tromp van Lemele. Bercepbaar. Het Herv. Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland heeft den heer P J. van Veen, theol. cand. aan de R.U te Utrecht en wonende te Rotterdam tot de evangeliebediening in de Ned. Herv. Kerk toegelaten. Emeritaat. Het Provinciaal Kerkbestuur van Gelderland verleende op zijn verzoek eervol ontslag tegen 7 Juni a.s. aan den heer M. C. van W ij h e Pred. te Barchem en tevens de bevoegdheid die Art 20 v.h Alg. Reglement aan emeriti verleent. Ds. Joh. Rauws. De welbekende Zendingsdirector, hoopt 2 Juni a.s. den dag te herden ken, waarop hij vóór 25 jaar predi kant werd bij de Ned. Herv. Gem. te Aduard, waar hij tot 1905 arbeidde. Daarna stond hij te Beilen om in 1908 zijn Zendingdirectorschap te aan vaarden. Van deze 25 jaar heeft hij ruim 18 jaar de zending gediend. Kei zal dien dag zeker niet ontbreken aan bewijzen van belangstelling. RÜCLAMJL. IJZERSTERKE PANTOFFELS me! lederen zool en hak a i 1.5& p. paar (iYMHaSMKSCKQtdN ïanaiSScls. p.p. naast de Stad Parijs. De Synode der Ned. Herv. Kerk. Het Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland heeft tot lid van de Algemeene Synode der Ned. Herv. Kerk benoemd den beer J. D. J. Iden burg, ouderling te Amsterdam, en tot diens Secundus den heer mr. L. M. de Jung Schouwenburg ouderling te Am- dam. Chr. Nat. Zsndingsfeest. Op 't Chr. Nationaal Zendingsfeest, dat Woensdag 7 Juli op Beeckestyn' bij Velsen gehouden wordt, zal de gastheer jbr. mr. J. W. G. Boreel van Hcgelanden een welkomstwoord spre ken. Daarna zal de openingsrede ge houden worden door dr. J. Th. de Vis ser. Dr. M. J. A. de Vrijer. Herv. pred te Amsterdam zal een slotrede spre ken Pinksteren eii zending. De Protestantsche Zending verheugt zich over toenemende belangstelling. Dat men mee liet Zen uiligs werk meer en meer rekening houden gaat blijüt uit alles. De beteekenis van de Zen ding voor de Gemeenten in tiet Vader land wordt algemeen erkend. De uut- vangsien van ue Samenerüenue Zen- dings Corporaties Zendingsoui eau Oegs geest) over het eerste k«vartaai 192ó gaven, hoewel up 1 April iyüb reeds een belangrijke aciitersiana ge constateerd werd, den indruk dal de offervaardigheid eenig^zins gelijken tred ging houden mei die toeneming 111 ua langstelling. Na 1 April is er evenwel een bede a kelijke inzinking in de ontvangsten gekomen engevolge waarvan de aan vankelijke vooruitgang vergeleken bij net voorafgaande jaar, veranderd is in een teruggang, net gevolg is, dat de zorgen drukken dat belemmerin gen in den weg gelegd worden welke niet moesten.. niet mogen bestaan. De niet -financieele zorgen aan den arbeid verbonden, de problemen op he. Zen dings veld# de vraag hue ie vol doen aan de bede om zendelingen ei! voorgangers de ernstige verliepen die de Zending in den laatsten tiiu gele den heeft door het overlijden van jon ge mannen en vrouwen ziin van dien aard, dat de Christelijke Gemeenten zich beijveren moeten uat althans de financieele lasten de taak niet ver zwaren Wat gevraagd wordt voor de Zen ding is als men een vergelijking aan-Iur t met hetgeen men voor eigen uenoeien voor gedistilleerd voor ta bak en sigaren voor zomer-ui'.stapjes etc uitgeeft uiterst weinig. De Pinksterdag komt in zicht met de Zendingsgedachte het gebed voor den uitbouw der Chr. Kerk. hij komt daarom ook met zijn Pinkster-collecte Worde evenwel bedacht dat de Zen- dingsarbeid de dagelijksche voorbede behoeft, en dat slechts dan voorzien wordt in de behoeften als ieder van het zijne afstaat wat mogelijk is. Mo gen velen zich gedrongen gevoelen den veelomvat4enden arbeid die in het Zendingsbureau te Oegstgeest ge concentreerd is. in deze zorgvolle da- iren krachtig te steunen. M. O.-examen:: voor Ned.-Indië. De Minister van Koloniin maakt be kend, dat op nader te bepalen data in de maand Juni as. ge'.egenheii zal be staan tot het afleken van de examens ter verkrijging van de akten van be kwaamheid, tot het geven van middel baar en lager onderwas in Nederlandsch Indië in de land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indi: en in de inheem- sche talen van den Oosfc-Indischen Ar chipel. Zij, die aan deze examens wenschen wenschen deel te nemen, gelieven daar van voor 18 Mei 1926 schriftelijk ken nis te geven aj?.n: a. den heer rof. Dr. C. Snouck Hur- gronje te Leiden, voor wat betreft de examens voor de middelbare acten. b. het Departement van Koloniën (9e af deeling, onderaf deeling AkB.), voor wat aangaat de examens voor de lagere akten. STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Vergadering van gisteren Regeling van werkzaamheden. De VOORZITTER stelt voor in de week ng Hemelvaartsdag ook Dins dag- en Donderdagavond te vergade ren. Ajdus z. h. s. besloten. Bïotie-Eieznstra, Gestemd wordt over de motie van orde van den heer Hiemstra c.s. betref fende verhooging van de normen voor loonsbepaling bij de van Rijkswege ge subsidieerde werkverschfafingen. De heer WEITKAMP (C.-H.j ver klaart te zullen tegenstemmen op grond van de mededeeling van den minister betreffende de loonen. De motie wordt verworpen met 53 tegen 22 stemmen, die van de so*.-.- dem., L. de Visser (comm.) en L'>eraU- ker (R.-K.j. Bïoiie-Gerhard. In stemming komt de motie-Gcr- hard c.s., om de regeering uit te noodi- gen de vereischtë voorstellen aan haar voor te leggen, om ingaande 1 Januari 1827 den 7-jarigen leerplicht te her stellen. De heer SURING (R.-K.) heeft be zwaar tegen het voorstellen van een datum. De heer VAN GIJN (V.B.) zal tegen stemmen, omdat de minister van Fi nanciën in deze mede heeft te oordee- leu. De i notie wordt verworpen met 46 tegen 31 stemmen, die van de soc.- dem., vrijz.-dem., de Visser (comm.), Arts (R.-K.V.P.) en Bulten (R'.-K.). Zeebrieven, Zeerecht. Vervolgens komen aan dc orde de wetsontwerpen: le nieuwe wettelijke regeling van zeebrieven; 2e. wijziging van verschillende wetsbepalingen in verband met de wet van 22 Dec. 1924, Stbl. 573 (Zeerecht), die na korte be spreking worden goedgekeurd. Interpellatie-Heemskerk Hei ontslag van minister Van Koyen en het optreden van den heer Lambooy. Aan de orde is de interpellatie van den heer Heemskerk n. a. v. het ver zoek om ontslag van den heer Van Royen als minister van Oorlog a. i. van marine en over het optreden van den heer Lambooy. De heer HEEMSKERK (A.-R.) be toogt, dat hij zijn interpellatie houdt afgescheiden van de vragen van den heer Van Gijn. Er is in de pers be weerd dat deze ministerwisseling een tegemoetkoming beteekent aan par tijen ter rechterzijde. De anti-rev. fractie is echter met deze wisseling van portefeuilles niet ingenomen. Geen van de leden der fractie heeft zijn stem uitgebracht tegen de Marine- begrooting, ondanks het terugnemen van den pest van onderzeebooten en torpedojagers. Men gunde minister Van Royen echter gaarne den tijd voor zijn overwegingen. Het toestaan van een begrootingspost, is een m a c h t i-, ging aan den minister om het geld uit te geven, geen verplichting. De mi nister had dus den post wel kunnen handhaven; hij was echter nog een vreemdeling op politiek terrein. Onze houding jegens minister Van Royen was een welwillende. De kwestie der oprichting van een departement van Landsverdediging en der splitsing van de marine, gaf den heer Van Royen aanleiding om heen te gaan. Heel duidelijk is het antwoord van de Regeering op de vragen van den heer Van Gijn niet. Er is ook tegen strijdigheid. Het vorig kabinet, waarin de heer Lambooy zitting had, kondig de aan samenvoeging van Oorlog en Marine; ook wilde men komen tot splitsing der marine. De heer Lambooy was hier meer voor dan de heer Van Royen, die nog wilde overwegen. En nu treedt de heer Van Royen af en komt Lambooy terug. FEUILLETON. Dg lotgevallen van Mn f-ox 31) Bij 'de herhaalde en strange var- hooren, waaraan Mr. Flamstead werd onderworpen, gedurende den tijd dien hij als bet ware op de pijnbank door bracht. en die strekte om de schuid- eischers geheel en al nek and te ma ken mat de waarde zijner goederen en de 0 vergif te daarvan, bleef het aan do gevolmachtigden niet verborgen dat "ie ontzettende rijkdom van den klokkenmaker, bij niet-wadarverschij ning van dezen, aan Mr. Henry Flam stead incest vervallen. Dit veerde de hebzucht van Mr. Pepper tot den hoog sten trap. Juist alsof de landerijen, 700 er eerlijk mede gehandeld werd, nie. men dan voldoende geweest zou- 'den zijn om al de schuldeischers te bevredigen hield hij hun voor, hoe wenschelivk en rechtvaardig het zijn zou, dat 7..ij dit geld ontvingen. Geluk te het, dan werden allen tegelijk be taald en Mr. Henry Flamstead kon aj zijn landerijen behouden. Ilij ried hun daarom aan, geen verkoop te doen plaats hebben, vóór dat er een poging gedaan was om zich van dit geld te verzekeren, maar dat do renten er van moesten worden ingevorderd om de interesten der schuld te betalen. Nadat dit plan was goedgekeurd 'spoedde Mr. Screw Pepper zich ter stond naar Londen en stelde daar ai de kunstgrepen zijner wel spreken - heid en list in het werk, om de ban kiers die het geld administreerden, over te halen het aan de schuldei schers af te staan; maar tevergeefs. Daarop begon hij een proces tegen hen, om hen er toe te dwingen, bij zijn pleidooi aanvoerende de lange afwezigheid, en, naar menschelijkc berekening, volmaakte zekerheid van den dood des klokkenmakers. maar ook hier slaagde Jiii niet beter; het bankiershuis beriep zich op de duide lijke en eenvoudige woorden waarin de- acte van in-bewaring-gèving was gesteld, en de rechtbank vereenigde zich hiermede. Mr. Screw Pepper hier schipbreuk lijdende, gaf het echter niet op maar trachtte op een andere wijze zijn oog merk te bereiken, om zich van clen schat meester te maken. Hij poogde Mr. Henry Flamstead over te halen afstand te doen van zijn recht op her. geld, door hem voor te houden, dat dit 'de regeling zijner zaken zeer zou vergemakkelijken en het behoud van zijn geheele bezitting ten gevolge heb ben. Mr. Screw Pepper toonde zich zoo verheugd over de zekerheid die hij had, dat dit geld eenmaal het eigendom zou worden van Mr. Henrv Flamstead dat hij zeide er voor te durven instaan, dat alle schuldei schers er toe zouden overgaan hunne vordering om thans voldaan te wor den, te laten varen, zoo Mr. Flam stead hun een apotheek op die som geven wilde, en dat zij dan hun tijd zouden afwachten, volkomen gerust gesteld door deze dubbele zekerheid Hoe groot Mr. Flamstead's verlan gen ook ware om zijn landerijen te redden zoo was zijn wantrouwen te gen Mr. Screw Pepper toch te sterk om hem in zulk een overeenkomst te deen treden. Hij zeide dat de landerij en meer dan voldoende waren tot ze kerheid van hetgeen er op gevestigd was; dat niets gemakkelijker te bewij zen was, dan dat. in weerwil van de hooge gerechtskosten welke er bij ge komen waren, de interesten nog ge regeld konden worden uitbetaald; en dat de mijnen, daar gelegen en die neg niet ontgonnen waren, twintig of dertig duizend pond waard waren. Hij verlangde dat het vonnis waarbij hij failliet verklaard was. zou worden op geheven. en beweerde dat niets dan de leugenachtigste en bedriegelijkste voorstelling der zaak hem in den toe stand gebracht had, waarin hij ver keerde. Mr. Screw Pepper nam den schijn aan alsof hij dit aanmerkte als een bedekte verdenking tegen de oprecht heid van zijn raad en tegen de billijk heid van zijn gedrag, en werd er slechts meer door verbitterd en lasti ger. Maar de waarheid was, dat hij zeer teleurgesteld was ih ziin hoop om beslas te kunnen legg^i op des klokkenmakers schatten en besloot een geduchte wraak te nemen over den tegenstand dien Mr. Henry Flam stead hem bood. Daarop begon hij een s.elsel van vervolging tegen Mr. Flam stead, waardoor hij noopte ten laatste uiens moed te zullen neerbuigen Hij bewerkte dat Mr. Henry telkens voor de gevolmachtigden geroepen werd, waar hij hem door de smadelijks.e .'n gtstrengste verhooren noodzaakte al les te openbaren, waar deze inquisi teurs goedvonden naar te vragen. Hij vorderde zelfs dat Mr. Flamstead het horloge hetwelk hij droeg, dat fraaie horloge, het geschenk zijns ooms hem n egens zoovele aangename herinneringen dubbel dierbaar zou overgeven. Mr. Flamstead, neerge drukt onder dien last van onverdien de beleedigingen en bittere zorgen, smeekte dringend dit te mogen be houden, en toonde opnieuw met de on wraakbaarste bewijzen aan, dat de landerijen meer dan genoegzaam wa ren om alle schulden te voldoen, en beweerde dat het onrechtvaardig was, hem van dit kleinood te berooven. Maar Mr. Screw Pepper ontkende de genoegzame waarde van de landgoe deren en zeide, dat het horloge van te groote waarde was. om het te mo gen laten in de handen van een bank roetier. Met de gehoorzaamheid van een kind gaf Mr. Henry Flamstead het dierbare geschenk af, en had nader hand het bittere verdriet er Mr. Pep per mede te zien pronlsen. Maar de bittere kelk was niet gele digd en werd den ongelukkige nog meermalen aan de lippen gezet Het was tijd, zeide men het landgoed te veilen. Dit werd in de dagbladen aan gekondigd, bij verkoop-biljetten be kend gemaakt en der familie bevolen het kasteel te verlaten. Vergeefs zou den wij trachten hun ongelukkig lot te sciiiideren. Waarheen zouden zij hun toevlucht nemen, als zij met ge broken harten hun oude woning ver lieten, het verblijf van zoo vele ge slachten hunner voorouders, waar zij zo menigen vroolijken dag hadden be leefd? Mr. Flamstead sloeg voor te verhuizen naar een kleine boerderij, in de nabijheid van het landgoed; ver zocht dat te mogen voorzien met het noodzakelijkste huisraad uit het kas teel en dat hem een som zou worden toegelegd tot onderhoud van ziin huis gezin, totdat alles arfgeloopen zou zijn, verzekerende dat er nog een niet on aanzienlijke som voor hem zou over blijven. Dit verzoek werd bepaald afgewe zen. Men gaf hem te verstaan dat al les verkocht moest worden, boerderij zoowel als huisraad, alles, en dat men hem niets voor ziin onderhoud kon toeleggen zoolang men niet verzekerd was dat er een overschot zou zijn. Het ontvangen van dit antwoord verpletterde allen. Volslagen onder gang en gebrek gaapten hun aan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5