CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN ADVERTENTIE-PRIJS 7d# JAARGANG MAANDAG 3 MEI 1926 NUMMER 1812 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal i 2.50 Per week f 0.19 Franco per post per kwartaal 1 2.90 Oit nummer bestaat uit TWEE Bladen. EERSTE BLAD. V Absenteïsme. Over het absenteïsme van vele Ka merleden wordt weer ernstig geklaagd de laatste weken. De maandenlange vacantie heeft, naar het schijnt de werklust niet ge prikkeld. De opkomst der leden laat vaak al les te wenschen over W. F. merkt daaromtrent in „De Tijd" onder meer het volgende op: „Ik hoorde dezer dagen op de pu blieke tribune een opmerking, die nog al „ad rem" was. „De Kamerleden sprak een meneer tegen zijn gezel, „zijn wel geen ambtenaren, maar zij verdienen toch een behoorlijk salaris en hebben nog andere benijdenswaar dige revenuën, zooals bijvoorbeeld het vrije reizen eerste klasse, zoodat zij de honderd dagen in het jaar, dat zé bij elkander komen, wel aanwezig kunnen zijn," Ik kon met dien man meevoelen. Het was Donderdagmiddag. De man blikte neer op h'et treurige, verwaar loosde zaaltje, dat de Tweede Kamer herbergt, en hij zag een tiental leden, die met elkander stonden te praten, terwijl er een oreerde, waar niemand naar luisterde. Ik vond het reeds een toppunt. Maar het zou nog erger worden. Vrijdagmiddag tegen vijven was de groote exodus al begonnen. De heeren verlangen dan blijkbaar naar hun bit tertje of hebben het land aan kgude aardappelen. Men herinnerde zich de tijden van olim, toen mr. Kooien nog het presidium voerde en die Vrijdags middags placht te zegden om half vijf: „Met het oog op den Vrijdag sluit ik de vergadering." Maar zij konden en moesten weten, dat ook Kooien dat niet zou hebben gedaan, als er maan denlange gedwongen vacantie zou zijji geweest. En dat is nu toch het geval. Om ongeveer kwart voor zessen was de Kamer heelemaal leeg. Ik kreeg bezoek van een buiten- landsch journalist,-die het Holland- sch parlement eens wilde zien. Ik ge neerde mij. Maar bezorgde hem toch maar een plaats voor de gereserveer de Tribune. En wat zag deze vreemdeling? Een voorzitter onder zijn armzalig derde hands Vaz Dias-baldakijntje, omgeven van een paar griffiers. Hij zag een paar zielige hekjes, tusschen dewelke een stenograaf zijn plicht deed. Hij zag leege tribunes. Hij zag een leege mi nisterstafel. De aanwezige bewinds man zat in een bankje. Hij zag als de, vertegenwoordiging van het Neder- landsche Volk zegge en schrijve één, éen enkelen afgevaardigde, die zat te luisteren naar een redevoering van een lid der Kamer, die veel werk van zijn rede had gemaakt. De luis teraar was de vrijzinnig-democraat Joekes, de rfedenaar was de heer Bul ten, die ook maar niet één van zijn partijgenooten onder zijn gehoor heb ben mocht. Netjes. De vreemdeling zag ook nog volle tribunes der journalisten, die wel we ten, wat zij te doen hebben. Om half zeven werd het den voorzit ter dan ook te bar. De laatste luiste- ïaar maakte aanstalten, om.het par lement te verlaten. Dus sloot hij de vergadering maar, want hij kon den minister ten slotte niet laten spreken voor een Kamer, die geheel en al van leden was ontbloot. Mijn buitenlandsche kennis begreep niets van de zaak. „Is dat een parle ment? vroeg hij mij. En ik stond mot beschaamde kaken." Met den schrijver zijn wil het eens, dat het hoog tijd wordt, dat hierin verandering komt. Wij verlangen geen beroepskamer- ■eden, die alleen leven van en voor de politiek. En wij kunnen het verstaan, dat ■neer gewichtige bezigheden tot afwe zigheid nopen. Maar zóó gaat het toóh niet goed. Laat wie geen tijd heeft om in s lands vergadering aanwezig te zijn .ledanken. Maar laat men niet het parlement cot een aanfluiting maken, door het Kamerlidmaatschap te beschouwen een nietsbeteekenend bijbaantje. STADSNIEUWS. BUREAUHooigracht 35 Leiden Tel. 1278, Postgiro 58936 Postbox 20 HULDIGING DR. J. C. OVERVOORDE Dr. J C. Overvoorde, die Zaterdag «ijn 25-jarige werkzaamheid herdacht \ls Archivaris der gemeente Leiden ;n directeur van het Stedelijk Muse- im de Lakenhal, werd 's morgens in ien intiemen kring van personeel en nedewerkers aan het Gemeentear chief gehuldigd. De huldiging vond plaats in de werk kamer van den jubilaris in het Ar chiefgebouw aan de Boisotkade, welke voor deze gelegenheid door het perso neel feestelijk versierd was. Na met zijn echtgenoote te zijn ont vangen, werd Dr. Overvoorde toege sproken door den adjunct-archivaris, Mr. Dr. J. W. V e r b u r g t, die op merkte, dat dit geen officieele huldi ging was, doch meer de spontane uiting van hetgeen er leeft in den klei nen kring die geregeld met de» jubi laris samenwerkt in het Archief. Het is er spr. niet om te doen, een breed overzicht te geven van Dr. Over voorden's werk op het verbreede ter rein der Oudheiukunde. Voor ons is het van beteeeknis te weten waar het beginpunt ligt van dien arbeid, en dat is zeker hier, in de werkkamer van het archief. Hier staan de reeksen van geschriften, door den jubilaris bijeen gebracht. geordend en gecatalogiseerd. Dat heeft een jarenlangen ingespan nen arbeid gekost, en bij dien arbeid is Dr. Overvoorde ook die hem ter zij de stonden w.o er twee waren die dit. van het begin af hebben gedaan, tot zegen geweest. Spr. dankte voor de leiding en de samenwerking hier ondervonden en eindigde met den jubilaris hartelijk te complimenteeren, daaraan den wensch toevoegende, dat zijn arbeid zaam leven nog lang zou woraen ver lengd. Nadat een dochter van den oudsten ambtenaar, den heer de Bruyn, bloe men had aangeboden, nam Dr. Over voorde zelf het woord om hartelijk te danken voor de aangename wijze waar op zijn medewerkers hun belangstel ling deden blijken. Spr. zei bij al zijn arbeid het archief toch steeds als het eerste en voor naamste te hebben beschouwd. Ver der gedacht spr. de samenwerking die er» was, inzonderheid met de heeren v. Rijn en de Bruyn, later ook met de jongere medewerkers, Mr. Verburgten Mej. de Nie. In het bijzonder uitte spr. zijn waardeering voor de wijzè waarop gedurende zijn laatste onge steldheid het werk was voortgezet. Gij hebt mij door uw medewerking, aldus spr. de vervulling van mijn taak mo gelijk en aangenaam gemaakt. Hier is niet één man, die in een grooten stoel zetelt, terwijl de anderen wer ken, maar wij werken gemeenschap pelijk in het algemeen belang Spr. be sloot met den wensch, dat hij ncfg eenige jaren in den kring zou kunnen voortwerken. De officieele huldiging. Des middags om vier uur had in de Tentoonstellingszaal van de Lakenhal onder groote belangstelling de offi cieele huldiging plaats. Nagenoeg alle personen die op oud heidkundig gebied en wat daarmede in verhand staat een plaats van betee- kenis innemen waren tegenwoordig of vertegenwoordigd. Daarneveps werden opgemerkt tal van professoren, rechts kundigen, kunstenaars, nevens hooge- re ambtenaren van de gemeente. De tentoonstellingszaal had een on gewoon aanzien door de feestelijke groenversiering en tevens door de ex positie langs de wanden van de vele waardevolle schilderijen die onder het beheer van Dr. Overvoorde zijn aange kocht. Toen de jubilaris en zijn echtgenoo te waren binnengeleid, nam de voor zitter van de huldigingscommissie, weth. Aug. L. Reimeringer, het woord, om allen hartelijk welkom te heeten; in het bijzonder Dr. en Mevr. Overvoorde, die hij dankte voor hun bereidwilligheid om hier te komen. Spr. deelde mede, dat alle genoodig- den aanwezig waren en schelste dan de bedoeling van de commissie, n.l. de velen die dat wenschten, Dr. Overvoor de in deze voor h^in zoo bekende om geving een hulde aan te bieden. Meer bevoegden ,aMus spr., zullen de oud- heikundige beteekenis van uw werk schetsen; ik moge er mij toe bepalen u namens de commissie hartelijk te feli- citeeren en den wensch uit te spreken, dat u voor uw arbeid nog lang ge- spaart zult blijven. (Applaus). Hierna nam prof. Martin, direct, van het Mauritshuis te s-Gravenhage het woord om den jubilaris namens de huldigingscommissie toe te spre ken. Hij herinnerde er aan, hoe mr. Over voorde niet alleen aan twee werkkrin gen in Leiden: die van gemeente-archi varis en van directeur van het Stcd. Museum de Lakenhal zijn krachten heeft gewijd, doch hoe hij ook aan een groot alg. Ned. belang: het behoud en de beschrijving onzer oude monumen ten ,ii Ned. en daarbuiten, zijn volle liefde en werkkracht heeft gegeven. Spr. ging na, hetgeen mr. Over voorde in het archiefgebouw aan de Boisotkade ordenend, aankoopend en beschrijvend heeft verricht. Hij prees Overvoordes voorbeeldigen catalogus van de prentenverzameling der ge- Vervolgens komende tot het gemeen te-museum, herinnerde spr. w moeilijk te bepalen karakter van mu- sea als de Lakenhal °e beide vr*gen, die zich bij ziJn op treden-voordeden: Zal de coilef-tïo schilderijen van oude en modern: en ::?6hMeeSt0rS worden uitgebreid? aün hit museum ook deelnemen aan het moderne kunstleven?, heeft hovi"?-'S voor zicllzeiven dadeinh bevestigend beantwoord. In de eerste Plaats heeft hij-in tijden toen ne^ een svsteemusedmprogramina s dacht teVhi,,. °ntworPen, volgens het welk hij veelal met hulp van particu Iteren aankocht. De resultaten zien w> om ons heen: Werken van Jan smen Jan von Goyen, Brekelenkam, Dou' Steenwijk, \V. v. d. Velden e.a worden' 200 is de «"de Leidsche school in Leiden zelf allengs door be- cügd Ook meiIdrierijen verte8enwoor- °q. uok met de moderne ipirufs-i schilderschool is dit het geval. In de tweede plaats zorgde mr Over voorde er voor, dat steeds, waneer een histohsche gebeurtenis van liete=- worden herdacht, een ten toonstelling op touw werd gezet liet stS 'S d<>- Lemhrandt-tentoon- stelling geweest in 1906. Maar ook la ter Wen er van beteekenis lsraiis aan uatfedachtenis van Jozef Spi. wil niet stilstaan hij de gciuk- houri Sri Hg van den museum-in- wn In Jubilaris verricht?. Hij wil alleen zeggen dat het resultaat is niet een reusachtige oudheidkamer collectie" °nderÜ°Udende historische 111168 kon uiet tot stand komen arbeM* Zr 3811 '6 sluilen aa" deQ arbeid der voorgangers en zonder de specialisten op verschillende gebieden te raadplegen. Het strekt den jubilaris tot eer dat bij aldoor het contact met de specialisten heeft gezocht, mr n eindl8de met den wensch dat mr Overvoorde m zijn beide luncties nog veel genoegen in zijn Werk mocht vinden. (Langdurig applaus) v^ShV?°rziiter van de commissie voor het oud-archief, maar meer sdc- ciaal als hoofd dere gemeente trad hierna de burgemeester, j h r. de G ij s e 1 a a r naar voren. .pVl kunt erop rekenen, zoo richtte hij zich tot den jubilaris, dat het ge meentebestuur volkomen instemt met- het zooeven gesprokene, en dat het met dankbaarheid ziet hoe gij met talent6" 8roote werkkracht uw talenten in het belang van de kennis i I nf® geschiedenis hebt be- rt k„ S' met mv echtgenoote die dikwijls een trouwe helpster bleek hartelijk gelukgewenscht. En dan vervolgde spr., ben ik hier nog in eeen andere kwaliteit, ik ben n.l. gemachtigd u het cadeau van de commissie te overhandigen, beslaande door den kunstenaar Zwollo vervaardigden legpenning (met het beeld van den jubilaris) vei-ezeld v-Mrrtetrtd00nden heer-Grevenstuk ver- vaardigde album. t.i®Pr-eidd'8de met den jubilaris har- ik te danken en den wensch dat de standdinmit 6" vriendschappelijke ver- dm a 1g n?g Jaren zouden voort- urnen. (Applaus). Prof. Dr. W. v. d. Pluym, uit Am- eSHMaCht VerVoIeens den dank en de hulde over van de NerirrtunH srhPt°tUdH eidkundige vereeniging. Spr schetste den jubilaris als den varier ,XdeZ\bfSCheiden bee°nnen, maar ater zoo belangrijk in omvang en be teekents toegenomen vereeniging en dankte Dr. Overvoorde zoowel voor hetgeen hij speciaal voor haar als voor en de bewoade- nng der oudheidkunde, ook reeds als Ve™ari1S Tan Dordrecht, heeft gedaan, vervolgens kwamen de concierge en suppoosten van de Lakenhal bij mon de van eerstgenoemde, den heer M B^roekhuijzen hun hulde aauhie- „,Me' eenige welgekozen woorden overhandigde de heer B. een fraaie bloemenhulde, gevat in een lSde- eeuwsch glas, waarin een bekwaam glaswerker een toepasselijke inscriptie had aangebracht. Spr. deelde mede dat dé onderdirecteur, de hr. A. Coert hij dit werk zijn waardevolle medewer- ki"? ,had verleend, en sprak den wensch uit dat het beroemd geworden museum nog lang de leiding van Dr (T:tVe°r /on m°gen genieten. Ook deze speech werd gevolgd door een krachtig applaus. Daarna kwam Dr. Overvoorde zelf aan het woord. Spr. zei wel Iets huldigfngsplannen te hebben vernomen, maar toch geheel verrast te zujn door den prettigen vorm waarin had" ingleed® m be,^^"inj Na hartelijk te hebben gedankt voor de geschenken, en de gesproken woor den, gaf spr. een belangwekkend over zicht van zijn voorbereiding en voor naamste gebeurtenissen, naar hij op merkte, om te laten zien dat hij steeds onder gelukkige omstandigheden had mogen arbeiden. Reeds op het Eramiaansch Gymna sium te Rotterdam, aldus spr., wist mijn leeraar, later de hoogleeraai Prof. v. Heiten, mijn liefde op te wek ken voor de Vaderlandsche Geschiede nis. Eveneens gewaagde spr. met waar deering van het onderwijs onder de Professoren Fockema Andrea en Buys, en later te Heidelberg genoten, voordat spr. werd benoemd te Utrecht. Daar leerde hij werken onder Mr. Mul ler, den archivaris, en zag hij hoeveel kennis, hoeveel organisatorisch talent en hoeveel toewijding noodig was oiu met vrucht een archief te heheeren. Voor heel zijn leven is de opleiding daar van groot gewicht geweest. In het vervolg van zijn rede schetste spr. zijn 9-jarigen arbeid als archivaris te Dordrecht, waar hij door het orga- niseeren van tentoonstellingen en zijn zitting hebben in de commissie voor „Oud-Dordrecht" in. aanraking kwam met leidinggevende figuren en ook met jonge kunstenaars, die zijn gevoel voor schoonheid zeer hebben ontwikkeld. Tevens gevoelde spr. toen de noodza kelijkheid van een centraal punt voor de oudheidkunde en deed hij van daar uit met goed gevolg pogingen om een hond te vormen. Toen kwam de overgang naar Lei den. Want al was Dordrecht rijk aan oudheidkundige gegevens, het spreekt vanzelf dat een Universiteitsstad op dit gebied meer kan doen dan een han delsstad. Toch mocht spr. zeggen, dat het Leidsch archief hij de eerste kennis making niet meeviel. Zijn voorganger, mr. de Bie had teveel onvoltooid, te veel plannen onuitgevoerd moeten laten. Aanvankelijk maakte spr. bezwaar om behalve als archivaris, ook reeds dadelijk als directeur van de I#kenhal op te treden; het personeel van de La kenhal bestond toen uit zegge één con cierge. Maar nadat spr. den heer Broekhuyzen had leeren kennen, zei hij: het zal wel gaan. De Lakenhal beschikte over slechts zeer geringe middelen. Wel had de Harteveld-zaal verruiming gebracht, maar toch ontstond er na verloop van tijd weer ernstige opeenhooping. Zeer verblijd was spr. met het legaat-Pape, waardoor aan zijn plannen een begin van uitvoering kon worden gegeven. Met het gemeentebestuur en de 2 commissies heeft spr. in beide functies steeds aangenaam samengewerkt. Ook in de nevenfuncties ondervond hij veel medewerking. In het slot van zijn rede pleitte spr. meer zorg voor de monumenten, o.a. door de invoering van een monumen tenwet, waarvan «spr. in Italië zeer gun stige resultaten heeft gezien. Zoo blijven er dus nog verschillende wenschen over, maar dat scherpt juist den strijd, en wat zou het leven zijn als er niets meer te verbeteren viell Wees ervan verzekerd, zoo be sloot Dr. Overvoorde, dat deze dag in aangename herinnering zal blijven en dat hij mij aansporen zal om in het belang der oudheidkunde voort te gaan. (Applaus). Terwijl de muziek speelde werd hier na de thee rondgediend, waarmede de officieele huldiging geëindigd was De receptie die volgde, was zeer druk bezocht. Van de gebouwen van den Lakenhal woei Zaterdag, evenals van het ar chief gebouw den geheelen dag de drie kleur. Jubileum 3-Oct.-Vereeniging. Op 13 Mei a.s. zal het 40 jaar gele den zijn, dat de 3-Oct.-Vereeniging werd opgericht. Naar wij vernemen hebben eenige vooraanstaande personen het plan op gevat om de burgerij gelegenheid te geven het bestuur op den jubileumdag gezamenlijk een hulde aan te bieden Broodfabriek ,De Zeeuw". In de Vrijdag gehouden algeme^ne vergadering van aandeelhouders der N.V. Broodbakkerij „De Zeeuw"* werd besloten na goedkeuring van de balans en verlies- en winstrekening, het divi dend vast te stellen op 6 pet. (v. j. 7 pet.). Tot commissaris werd herbe noemd de heer J. de Rooy. Chr. Zangvereeniging „Hosanna". De Christelijke Zangvereeniging op Geref. grondslag „Hosanna", die ver leden jaar is opgericht met het doel om medewerking te verlecnen in het belang van verschillende Chr. doel einden, zal zich eerstdaags weer eens in het openbaar laten hooren De vereeniging heeft zich sedert haar oprichting gestadig uitgebreid en heeft thans een ledental waarmede wel ieta ia te prestoeren. Gewone advertentiën per regel 22'/. cent Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief. Bij contract, belangrijke redactie. Kleine advertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage- lijks geplaatst ad 40 cent Belangrijkste nieuws in dit Nummer. Binnenland. Mr. J. Schokking is tot lid der Twee de Kamer benoemd verklaard. De huldiging van Dr. J. C. Overvoor de te Leiden. Te Amsterdam en te 's-Gravenhage moet de gemeentelijke inkoms abe- lasting worden verhoogd. Bnitenland. In Engeland is tegen morgen de al- yemeene werkstaking aangekondigd. De Britsche regeering heeft den „na- tionalen noodtoestand" afgekondigd. Het ligt in de bedoeling een uitvoe ring te geven ten bate van het fonds voor de radio-telefonische uitzending van predicaties vanwege de Gerefor meerde kerk alhier, en wel in het kerk gebouw aan de Heerengracht, op Woensdag 26 Mei a.s. Voor dezen avond is een aardig pro gramma opgemaakt, dat een goeden avond doet verwachten. De koorzang van de uitvoerende vereeniging zal worden afgewisseld door solozang, en tevens door' een bespeling van het fraaie nieuwe kerkorgel, waarvoor de vereeniging in correspondentie is met mannen van naam op dit gebied. Waarschijnlijk zal Ds. Bouwman, voorzitter van het radio-comité, een inleidend woord spreken. Binnen kort hopen wij omtrent de uitvoering nadere bijzonderheden te kunnen vermelden. Stads-Evangellsatle Morschweg 59. Men schrijft ons: Zondagmorgen was de zaal van ons gebouw geheel gevuld. De eerste proef werd genomen met het opvangen van een radio-preek. Precies 10 uur begon Ds. Nome's van Delfshaven met het uitspreken van het votum. Woord voor woord kon duidelijk worden verstaan. Van het begin tot het einde werd de spreker met groote belangstelling gevolgd. Hij wees zijne hoorders op de nood zakelijkheid om Jezus te volgen naar aanleiding van den tekst uit Luk. 9 57 tot* 62 waarin drie personen Jezus' roepstem wilden volgen. Deze keuze moet echter zijn: a. weloverwogen; b. zonder uitstel; c. onvoorwaardelijk. Het greep ons onder deze rede aan, hoe Go'd ook deze pracht-uitvinüing wil aanwenden om Zijn Evangelie uit te dragen. Moge het Hem behagen, er Zijn rijken zegen over te gebieden. Nog enkele malen zal deze proef her haald worden. Eerstens Woensdag a.s., dan zal het programma van de Chr. Radio-Ver- eeniging kunnen worden beluisterd. Tweedens Zondag 9 Mei 's avonds 6 uur dan hoopt Ds. Rullman van Utrecht een radio-preek uit te spreken. Ten derde Woensdag 12 Mei wan neer nog eens het programma der Chr. -Radiovereen. wordt opgevangen. En waarschijnlijk ook Hemelvaarts dag 's morgens. Op de Woensdagavonden ontvangen we ook gaarne onze kerkmenschen om zich te overtuigen van de voortreffe- felijkheid van dit nieuwe middel om te evangeliseerên. 't Is te hopen, dat velen daarvan overtuigd mogen worden en willen medehelpen om tot een eigen toestel te geraken. Reeds nu worden giften gaarne ontvangen door de Comm. v.. Stads-Ev., penningm. de heer H. M. v. d. Bos.Maarsmansteeg 8. Prijsvragen Leidsche Universiteit. Rector en Senaat der Rijksuniversi teit alhier hebben den len Mei 1926 de volgende prijsvragen uitgeschreven: FACULTEIT DER GENEESKUNDE. I. De Faculteit vraagt een experimen teel onderzoek naar de* mQgelijkheid om door de inwerking van verschil lende schadelijke momenten (mecha nische, chemische of bacterieele) in ge wrichten een duldelijken locus mino- ri9 r«9istentiae te verkrijgen tegenover een tuberculeuse infectie; dit met liet oog op het zoo belangrijke vraagstuk van den samenhang tusschen tuber culose en ongeval. II. De Faculteit vraagt een experi menteel onderzoek naar de beteeke nis van alkalosis voor de p&thogenese van de tetanie. FACULTEIT DER WIS- EN NA TUURKUNDE Pe Faculteit verlangt een verge lijkend crltisch onderzoek van dequan titatieve bepalingen toegepast bij het onderzoek der chemische artikelen in het ontwerp van da vijlde uitgave derj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 1