De lotgevallen van John Fox NIEUWE LEIDSCHÉ COURANT VAN VRIJDAG 30 APRIL f926 - --4 TWEEDE BLAD. STADSNIEUWS. NEDERLANDSCHE VEREENIGING VOOR KOELTECHNIEK. Een, grootsche herdenking van Prof. Kamerlingh Onnes. In het natuurkundig laboratorium alhier, waar prof. Kamerlingh Onnes jaren lang zijn grootschen wetenschap- pelijken arbeid heeft verricht en dat door zijn onderzoekingen internatio nale vermaardheid heeft gekregen, heeft vandaag de Nederlandsche Ver- eeniging voor Koeltechniek haar der tigste algemeene vergadering gehou den, welke vergadering geheel was ge wijd aan de herdenking van" dezen grooten geleerde en natuuronderzoe ker, tevens voorzitter der Vereeniging De herdenking droeg een internatio naal karakter. Uit verschillende lan den waren afgevaardigden overgeko men om mede dezen voortreffelijken geleerde op dezen dag te herdenken en de regeering, die den wensch te ken nen had gegeven deze herdenking te willen bijwonen, was vertegenwoor digd door den minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, Prof Dr. Slote- maker dè Bruine, terwijl de Minister van Onderwijs werd vertegenwoor digd doof* Mr. A. J. L. Beeck Calkoen. Van de familie van wijlen prof. Ka merlingh Onnes waren aanwezig zijn zoon, mr. A. H. Kamerlingh Onnes en diens echtgenoote, de broeder van wijlen den hoogleeraar, de heer A. J. Kamerlingh Onnes, oud-directeur van het bureau voor handelsinlichtingcn te Amsterdam, de heer H. H. Kamer lingh Onnes, neef van den overledene, zijn zwager mr. dr. Ch. A. Bijleveld, oud-lid der Tweede- Kamer. Onder de talrijke aanwezigen waren verder de oudste vriend van prof. Onnes, prof. dr. H. A. Lorentz. Onder de officieele personen uit het buitenland waren o.m. Mr. J. Ray mond, Hon. Secretaris van de British Cold Storage and Ice Association; Mr. O. G. Classen, vertegenwoordiger der American Association of Ice and Re,- frigeration; Oberingenieur R. Pabst, bestuurslid der Deutsche Kalte-\er- ein.; Chev. Ing. Gaetano Barbieri, prof. Comm. dr. Uberto Ferertti en Chev. Ingen. prof. Casimiro Corbetta, als vertegenwoordigers van de Associa- zione Italiano del Freddo: Prof. Dr. J. Verschaffelt van de universiteit te Gent als vertegenwoordiger van de As sociation beige du Froid en de Associa tion frangaise du Froid, enz. De ondervoorzitter, de heer F. B. L h n i s, opende de vergadering met een woord van welkom tot den'rpinis- ter hier als vertegenwoordiger van de departementen van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen, Koloniën en Arbeid, Handel en Nijverheid, wier hoofden hunnen belangstelling hebben willen toonen om de plaats, waar de ze vergadering wordt gehouden en *01x1 de relat'cs welke Nederland en Indië met het Institut International du Froid hebben. Vervolgens zich richtende tot de buitenlandsche gasten, sprak hij eerst in het Fransch, de Italiaansche depu tatie toe. Na den vertegenwoordiger der „Deut sche Kalte-Freunde" en prof. Verschaf feit uit Gent te hebben verwelkomd, begroette spr. de aanwezige familiele den van prof. Kamerlingh Onnes, en vervolgens prof. dr. H. A. Lorentz, die zooveel jaren aan prof. Kamerlingh Onnes door onverbreekbare vriend schapsbanden was verbonden. Vervolgens begroette spr. de overige gasten, o.w. de leden van het Konink lijk Instituut van Ingenieurs. Hierna gaf spr. het woord aan Prof. Dr. M. de Haas uit Delft. Op Zondag, 21 Februari 1926, al dus prof. de Haas, ontsliep na een korte ongesteldheid prof. Dr. H. Ka merlingh Onnes. Voor de Nederlandsche wetenschap, maar ook voor die van de geheele wereld bet eek ent zijtn heengaan een on herstelbaar verlies. Het bestuur heeft gemeend, dat in. deze algemeene vergadering, de éér ste na zijn verscheiden en die ons bijeenbrengt in het door zijn. geest ge wijde laboratorium, een woord van dankbare herinnering aan de nage dachtenis gewijd van hem, die sedert de oprichting der vdreemiging in 1908 haar eerste voorzitter is geweest, niet mag ontbreken. Reeds in zijn intreerede stelde hij zich ten doel het uitvoeren van nauw keurige quantitatieve onderzoekingen tot vermeerdering van onze kennis van den aard en het gedrag der stof. Het toenmaals in algemeene trekken opge stelde werkprogramma is voor prof. Kamerlingh Onnes een richtsnoer ge weest, waaraan hij steeds is getrouw gebleven. Dank zij zijn onbegrensd idealisme, zï)n groote werkkracht, zijn organi seer end talent en niet het minst zijn hartstocht voor systematisch en weten- schappelijken arbeid heeft hij tot stand kunnen brengen een volledig toegerust „kryogeen" laboratorium, waann de meest uiteenloopende wetenschappelij ke onderzoekingen zijn verricht bij tem pératuren tusschen 0°C en een breuk deel van een graad boven het absolute nulpunt door hemzelf, zijjn leerlingen en zijn medewerkers. Op de bevordering van wetenschap- pelijken arbeid in dat kryogeen labo- ratonum 'is zijn streven onafgebroken gericht geweest. Het laboratorium werd bekend ook buiten Nederland. Vele buitenland sche geleerden, zooals Becquerel (va der en zoon) Lenard, Pauli, Mevrouw Curie, "Weiss, Perrier, Mathias, Ve- gard, Palacios Martinez en nog vele anderen hebben korter ot langer tijd m het Leidsche laboratorium gewerkt en metingen verricht bij temperaturen, die op geen andere plaats van de wereld ter Beschikking waren. Van zijn onderzoekingen is bij het groote publiek wel het meest bekend geworden het vloeibaar maken van helium, hetwelk aan prof. Kamerlingh Onnes, als eerste, op 10 Juli 1908 is felukt. Tot voor enkele jaren was het ryogeen laboratorium te Leiden ook de eenige plaats in de wereld, waar deze heliumtemperaturen konden wor 'den verkregen. Voor prof. Onnes zelf lag de groote - beteekenis van deze overwinning op het meest weerbarstige gas niet in dit feit zelf, maar daarin, dat, toen de mo gelijkheid geopend werd onderzoekin gen bij nog lagere, z.g. hehum-tempe- raturen te verrichten'. Een nieuw resultaat op dezen weg door prof. Onnes verkregen, én -dat m beteekenis zeker op gelijken rang staat als het vloeibaar maken van he lium, is de ontdekking, van het ver schijnsel, dat verschillende stoffen, zoo als kwik, lood, tin, afgekoeld tot op enkele graden boven het absolute nul punt, hun electnsc'hen weerstand ver» liezen; zij' worden volkomen geleiders, ot zooals prof. Onnes hen genoemd heeft, suprageleiders. Een electnsche stroom, eenmaal er in opgewekt, blijft rondloopen, zoolang de temperatuur voldoende laag is. Toen het helium aan de beurt kwam, deden zich nog grootere zorgen voor. Het helium, dit merkwaardige gas is feitelijk het eerst ontdekt op de zon. In 1868 nam de Fransohe astronoom Janssen bij waarnemingen gedurende een zonsverduistering eenige toenmaals onbekende lijnen in het spectrum van de protuberanzen van de zon waar. Na 1895 heeft men gevonden, dat het gas helium ook op aarde voor komt in verschillende gesteenten, na tuurlijke gassen en bronwateren. Toen prof. Kamerlingh Onnes in 1905 met ae onderzoekingen over helium wil de begmnnen en hij het gas in niet te kleine hoeveelheden tot zijn beschik king wenschte te hebben, was er geen andere weg dan Jiet zelf te bereiden. Maar waaruit? Dat moest uit een in den handel verkrijgbaar artikel zijn. Het bureau voor handelsinlichtingen te Amsterdam, waarvan de heer O. Kamerlingh Onnes, broeder van den hoogleeraar, toenmaals directeur was, slaagde erin als zoodanig het monaziet- zand te vinden, hetwelk voorkomt hoofdzakelijk in Noord-Carolina en Brazilië, en handelswaarde bezit als grondstor voor de bereiding van tho rium. Zoo kan prof. 'Onnes 'in 1908 schrijven: „daar het monazietzand' wei nig kostbaar is, werd de bereiding van zuiver helium op ruimere schaal FEUILLETON. 26) Het is moeilijk te beslissen, welke raad in deze zaak de beste zoti geweest zijn. Niets dan betalen kon de zwa righeid opheffen, en bij het algemeen wantrouwen dat door het geheele land heerschte, was het bekomen van geld moeilijker dan iets anders. De brief dien de procureur volgens eigen plan schreef, was echter aller- noodlottigst. De beide geldwolven vertoonden zich reeds den morgen na het ontvangen daarvan op het kas teel, dit was, naar hun meening, zoo dra mogelijk. Zij waren even onbe schoft en indringerig als vroeger, en evenmin te verwijderen. Zij gaven vol strekt geen acht op Mr. FlamsteaTs beweren, dat zoodra mogelijk, in dit geval en in deze tijden beteekende binnen weinige weken of een maand, icenr keken elkander hierbij aan en zelden: „Dat zijn allemaal praatjes, Mr. Flamstead; wij moeten ons geld hebben." En het vertrek rondziende, voegden zij er bij: „Gij schijnt hier kostbare zaken te hbben; kunt gijniet een verkooping houden en daarmede wat afdoen?" Henry Flamstead, -hoe terneerge drukt ook in zijn hart, kon zich bij het hooren dezer woorden niet weer houden te glimlachen, en merkte be daard aan, dat niets gevaarlijker zou zijn dan. dat. Gedurende vijf lange uren moest hij hun tegenwoordigheid en lage onbe schaamdheid verdragen. Hen uit het huis te doen werpen, was niet te wa gen zoo hij niet den volgenden dag in staat was hen te voldoen. Hij zat daar nu, biddende en smeekende om op z n woord te vertrouwen, en voor alsnu heen te gaan, daar huiselijke bezighe den hem riepen. ,Op zijn woord vertrouwen! wie zou op zijn woord vertrouwen?" vroegen zij; hadden zij niet op zijn woord ver trouwd en-waren zij niet gekomen om hun geld te ontvangen, zoodra moge lijk? Laaghartig maakten zij van de gelegenheid gebruik, dat een dienst bode in het vertrek kwam, om hunne stem te verheffen en luider dan ooit te roepen: „Wij moeten ons geld heb ben en wij zullen het hebben!" Het viel Henry Flamstead uiterst moeilijk, zijn bedaardheid tegenover deze beide menschen te bewaren; maar een ander viel het nog moeilij ker, George namelijk, zijn zoon, die te huis komende terwijl zij er nog waren zijn moeder schreiende en zijn zusters Betsy en Nancy in de hevigste opge wondenheid vond. Op zijn vraag naar de reden hiervan, antwoordde de klei ne, driftige Nancy in hevige bewoor dingen. George, aangegrepen door ver ontwaardiging, riep, terwijl hem het dus verder voornamelijk een zaak van volharding en zorg". Toch beschikte prof. Onnes bij de beroemde proeven van 10 Juli 1908 slechts over 200 liter helium voor den kringloop en 160 liter voor reserve. In de oorlogsjaren was er geen mo nazietzand verkrijgbaar en slonk zijn voorraad helium aanmerkelijk. In 1919 ontving protFjamerlïngh Onnes van de regeering der Vereenlg- "de staten S0 kubieke meter helium ten geschenke, welk "gas aldaar tijdens den oorlog in groote hoeveelheid ver zameld werd om er luchtschepen mee te vullen. Ook van andere zijden wer den hem kleinere hoeveelhedén aan- teboden, zoodat hij in latere jaren vol- oende !h,elium tot zijn beschikking had. Geheel in de lijn van zijn levenswerk lagen ook zijn belangstelling voor en toewijding aan de Vereeniging tot be vordering van de opleiding tot instru mentmaker en de Nederlandsche Ver eeniging voor Koeltechniek. Het mag wel haast overbodig heeten in dezen kring nog nader uiteen te zetten, wat de Nederlandsche Ver eeniging voor koeltechniek en het In stitut International du Froid, waar mede onze vereeniging zoo nauw ver bonden is, aan Prof. Onnes te danken hebben. Enkele feiten mogen hier dan nog in herinnering worden gebracht. Toen in 1908 het eerste Internationa le Koude-Congres te Parijs zou wor den gehouden, is op aanstichting vap. Kamerlingh Onnes eerst een Nederl. Comité voor dat congres samengesteld waaruit nog op 23 Sept. van datzelfde jaar de Nederlandsche Vereeniging voor Koeltechniek is voortgekomen, onder het bestuur van Kamerlingh On nes als voorzitter en dr. J. F. H. Koop man als secretaris-penningmeester. Ook heeft Kamerlingh Onnes den eersten stoot gegeven tot de oprich ting'van de Association Internationa le du Froid op 25 Januari 1909 en die in December 1919 is omgezet in het Institut International du Froid. Door prof. Onnes is een groot aan deel genomen in de werkzaamheden van deze internationale vereenigingen en van de er mede samenhangende internationale Koude-congressen, wel ke onderscheidenlijk te Parijs, Wee- nen, Chicago en te Londen zijn gehou den. Hij was onder-voorzitter van het comité, directeur van het Institut In ternational du Froid en Voorzitter van de le studie-commissie, n.l.die voor natuurkunde, scheikunde en lage tem peraturen. Vooral in de laatsgepoemde functie heeft hij een groote activiteit kunnen ontwikkelen. In de wetenschappelijke rapporten, door hem als voorzitter van de le studiecommissie ingediend,, traden drie groepen van onderzoekingen op den voorgrond: le. die, noodig voor de vaststelling en toepassing van de internationale temperatuurschaal -bij temperaturen beneden 0 gr. C.; 2e. onderzoek van de natuurkundige eigenschappen der lichamen bij de zeer lage temperaturen, die met vloei bare waterstof kunnen worden ver kregen; en 3e. die welke alleen met vloeibaar helium kunnen worden bereikt. Zijn onverpoosd streven in dienst van de wetenschap der lage tempera turen ondervond van de zijde der In ternationale Vereenigingen veel waar deering. Reeds in 1911 werd door den Administratieven Raad van de Asso» ciation Internationale du Froid aan het kryogene laboratorium te Leiden een subsidie van 5000 francs toege kend met de bepaling, dat zulks jaar lijks zou worden voortgezet in de ma te, waarin de financieele toestand van de vereeniging dit zou veroorloven. In 1913 namen de Fransche geleer den Claude en d'Arsonval het initia tief tot een internationale inschrijving waarvan de opbrengst bestemd was om Prof. Kamerlingh Onnes in staat te stellen zijn onderzoekingen kracht dadiger te kunnen voortzetten. In de Algemeene Vergadering van het Institut International du Froid, in October 1922, werd in het leven geroe pen de „Fondation d llnstitut Inter national du Froid auprès du laboratoi- bloed naar het hoofd steeg, dat hij die heide ellendige schrapers de deur zou uitwerpen. Bij geluk ontmoette hem zijn vader in de gang, en zijn opgewondenheid bespeurende, nam hij hem hij den arm, trok hern in een andere kamel en zeide hem dat hij zijn kinderlijk medelijden begreep èn hoog waardeer de; dat het echter niet genoeg was medelijden aan den dag te leggen, maar dat hij ook met verstand moest te werk gaan. Een onbedachtzame handeling, hield hij hem voor, zou hen allen ongetwijfeld in de grootste moei lijkheden wikkelen en een onherstel baar ongeluk na zich slepen. George erkende het gewicht dezer vermaning en beloofde zich te zullen bedwingen. Hij bracht door een krach tige poging zijn drift tot bedaren, trad bij de bezoekers binnen en zeide hun, dat zijn vader bezigheden had die geen uitstel toelieten, en daarom genood zaakt was hen te verlaten; hij zou non dien dag ook niet kunnen wederzien; maar dat hij zeker was, dat zijfi va ders procureur Zoodanige maatregelen nemen zou, dat zij binnen zeer korten tijd op de voldoning hunner vorde ring rekenen konden. Ned en Peter ontvingen dit bericht met een gebrom, als dat van een paar nijdige beren. Zij gingen heen zonder een woord te spreken, maar wierpen elkander beteekenis volle blikken toe, die niets goeds voorspelden. Den voi re cryogénique de Leyde", waarmede een nauw verband werd gelegd tus schen het instituut en het laborato; rium. Tallooze onderscheidingen zijn hem daarnaast van de zijde van Regeerin gen, van Akademies van Wetenschap pen en van andere- geleerde genoot schappen over de geheele wereld ten deel gevallen. Nog een enkel woord moge worden gewijd aan wat Prof. Kamerlingh On nes voor de Nederlandsche Vereeni ging voor Koeltechniek is geweest. De meesten onzer herinneren zich de vele vergaderingen door hem ge leid hoe hij daarbij op vriendelijke wijze, maar met krachtige hand de be sprekingen steeds in goede Ijianen wist te leiden. Mijn mede-bestuursleden in het bijzonder weten met mij, hoe hij zich bij de voorbereiding der zaken voor alles interesseerde, en g'een en kele bijzonderheid onverzorgd liet. De zelfde eigenschappen die hem sierden als directeur van het kryogene labora torium, traden ook bij de leiding onzer vereeniging aan den dag. Ook hier was zijn streven er op ge richt, wetenschappelijken arbeid uit te lokken of te bevorderen. Daaraan dan ken wij voor een groot deel de belang rijke rapporten, die in den loop der jaren van de Vereeniging zijn uitge gaan. Ik noem hiervan het rapport van de commissie voor het onderzoek naar middelen tot verbetering van het koeltransport in Nederland; verder de verschillende verslagen en rappor ten van de commissie voor de visch- conserveering. Ten behoeve van de on derzoekingen dezer commissie is, dank zij de stuwkracht van prof. Onnes een kryologisch-biologisch proefstation tot stand gekomen, waarin ook met steun van de regeering, belangrijke onder zoekingen betreffende de methode-Ot- tesen voor de conserveering van visch konden worden volbracht. Deze groote persoonlijkheid is ons nu ontvallen. Onze vereeniging is ar mer geworden zooals een der groote dagbladen van Nederland het den dag na het overlijden van Prof. Onnes daar bij sprekende over de geheele weten schappelijke wereld, zoo treffend uitdrukte. Wij zouden echter, aldus besloot spr., den geest van den man, die tot nu toe aan het hoofd van onze Vereeni ging heeft gestaan, miskénnen als de ze gevoelens ons brachten tot moede loosheid. Integendeel wij kunnen zijn nagedachtenis niet beter eeren, dan door te trachten, ieder naar de mate zijner talenten, een deel van de taak, die thans door hem is neergelegd, zoo goed mogelijk voort te zetten. Na de rede van prof. De Haas welke onder ademlooze stilte werd aange hoord, verzocht de voozitter de aanwe zigen zich van hun zetel te verheffen. Na prof. De Haas dank te hebben ge bracht voor de treffende gedenkrede, zooeven door hem uitgesproken, zeide hij, dat prof. De Haas ons hier ge schetst heeft het beeld van den groo ten geleerde, den beminnelijken mensch, die steeds zulk een open oog had voor de toepassing der weten schap voor de practijk. In de annalen onzer vereeniging zal de naam van Kamerlingh Onnes steeds in hooge eeije worden gehouden. Sp.r gaf hierna het woord aan Z.Ex. den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, Prof. Dr. J. R. Slotema- kerde Bruine. Ik stel het op hoogen prijs, aldus de minister, waar mijn ambtgenoot van Onderwijs verhinderd was, geroepen te worden om de regeering te verte genwoordigen in dit weei»oedig uur. Ik reken het mij een voorrecht te mo gen dienen als tolk van de regeering om hier te mogen zeggen, dat de rege ring zich dankbaar gevoelt jegens hen die deze samenkomst wilden beleggen en jegens hen die wilden komen, van nabij en verre en van zeer verre. Om te zeggen, dat de regeering met dank baarheid en trats de hulde ziet wel ke aan de nagedachtenis van den groo ten Nederlander wordt bewezen, en dat zij met dankbaarheid verneemt dat degenen die zijn levenswerk van nabij hebben gezien, in zijn voorbeeld aansporing vinden óm in zijn geest voort te gaan. Ik herhaal, dat het mij genden dag trad een nieuw persoon op het tooneeL Deze was Mr. Screw Pepper, een procureur uit Derby. Mr. Screw Pep per behoorde tot de talrijke klasse van zaakwaarnemers, en had den naam van bijzonder bedreven te zijn, en veel te houden van strenge middelen. HIJ was de zoon van een knecht, die ge woon was de rijtuigen van een stal houder voor te brengen, vooral hij een advocaat, die reeds sedert langen tijd zijn paard bij dien stalhouder besteed had. De knecht liet gemeenlijk de zorg voor paard en rijtuig over aan zijn zoon, als hij soms was lang moest wachten, hetgeen bij den rechtsgeleer de nogal dikwijls plaats greep. De zoon was een lange, opgeschoten knaap van een vastberaden uitzicht, die spoedig des advocaats opmerk zaamheid tot zich trok-, door de aan houdende oplettendheid waarmede bij het paard vasthield totdat hij goed zat, en door de diepe buiging die hij maakte voor de kleine fooi. die hij dik wijls voor zijn dienst ontving. De advocaat had op zekeren tijd een jongen noodig om dagelijks het kan toor schoon te maken en boodschap pen te doen, en meende dat deze knaap juist geschikt zou zijn voor dit werk. In deze betrekking betoonde hij zooveel ijver, dat men hem weldra een plaats inruimde aan den schrijf lessenaar en hem liet overschrijven van uitgebreide stukken en acten op een eer en een voorrecht ia, u den dank der regeering over te brengen, ook hun, die de beteekenis van Onnes' levenswerk voor ons wilden doen her leven. (Applaus). Vervolgens was het woord aan prof. dr. W. J. d e H a a s tot het houden zijner rede over: „E 1 ect rische ge leiding en suprageleiding bij zeer lage temperaturen. KERK EN SCHOOL. NED. HERV KERK. Beroepen: Te Waarder, G. C. Se- verijn te Schelluinen. Aangenomen: Naar Linschoten, D. Plantinga, te Elburg. GEREF. KERKEN; Tweetal: Te Hilligersberg-Straut- weg, J. Gillebaard te Noord-Scbarwou de en A. Wijngaarden te Baarland. GEREF. GEMEENTEN. Bedankt Voor Ridderkerk, H. Kieviet te Veenendaal. Ds. H. Jonker, f Hedennnacht is te Middelburg op 68-jarigen leeftijd overleden Ds. II. Jonker, in leven Ned. Herv. predikant aldaar. Ds. Jonker werd in 1857 geboren, werd candidaat in'Utrecht in 1882, om 6 Aug. van dat jaar zijn intrede te doen als predikant te Steenwijker- wold. Hier bleef hij tot 1886, toen hij naar Holten vertrok, welke gemeente hij tot 1888 vpor die van Nijbroek ver wisselde. In 1893 keerde hij naar Hol ten terug en in 1898 ging hij naar Hattem om zich 23 Juni 1901 aan de gemeente van Mddelburg te verbin den. De thans overledene was door zijn werk op verschillend terrein ook bui ten eigen kring zeer gezien. Ds. S. J. Vogelaar. Woensdag vergaderde te Harden- berg de classis Ommen van de Geref. Kerken, ten'einde een uitspraak te doen op verzoek van de Kerken van Hardenberg en Lutten aan de Dedems vaart, in de zaak van de Kerk van Heemse en haar predikant Ds. S. J. Vogelaar, die, zooals bekend, door de Utrechtsche Rechtbank wegens mie- handeling in zijn vorige betrekking als Direct, van het opvoedingsgesticht „De Glindhorst" ie veroordeeld tot 50 dagen hechtenis of f 500 boete. De clas sis besloot met algemeene stemmen den Kerkeraad van Heemse te advisee ren, dat zijn predikant zich onthoude van al zijn ambtelijk werk, zoolang geen beslissende uitspraak is gedaan. Ds. J. J. Buskes. Ds. J. J. Buskes, Geref. predikant te Oosterend op Texel, is in de vergade ring van de classis Alkmaar gehóórd op grond van zijn „Utrechtsche bezwa ren". Mede ter vergadering waren aan wezig Prof. Dr. H. H. Kuyper en Ds. J. L. Schouten als leden van de Com missie van Advies door de Synode be noemd en de provinciale deputaten. Na een samenspreking tusschen de Commissie van Advies en Ds. Buskes bleken de bezwaren van Ds. Buskes ge heel weggenomen te zijn. Ds. Buskes bleek echter nog een dogmatisch be zwaar te hebben tegen de besluiten van de Synode van Assen, een be zwaar dat echter naar werd medege deeld, een geheel ander is dan een van de bezwaren van Dr. Geelkerken. De Synodale Commissie van Advies en de deputaten voor art. 49 K.O. heb ben toen de classis geadviseerd Ds. Buskes drie weken te geven om zien hierover nader te bedenken en te ver klaren. „De" meening van „de" studenten. Ds. K. Sc1-/1 Ier schrijft in „De Ba zuin": In „Woord en Geest" wordt onder het hoofd d e meening der studenten, afgedrukt één zinnetje van één stu dent, die schreef over Assen. Dat ver baast wel een weinig, als men nog pas in hetzelfde blad iemand heeft zien schrijven, dat het niet noodig was, al die sympathie-betuigingen van syno de-getrouwe kerkeraden etc. op te ne men; en ook, als men heeft hooren be weren, dat de synode heelemaal diet droeg. Hier was zijn nauwkeurigheid weder zóó in het oogvallend en slaag de hij zóó wel, dat zijn meester in hem den mees tbeloven den aanleg meende te ontdekken voor een voor treffelijk procureur; en berekenende dat de dienst die hij in het vervolg zou kunnen hebben van zulk een be»- dreven, ijverig, en, zoo hij hoopte, volg zaam en gedwee compagnon voor hem van groot belang zijn zou, nam hl) hem als leerling aan en Srew Pepper stak spoedig in den kalen opschik van een armen klerk, met meer dan half afgedragen kleederen, die immer in strijd waren met zijn toenemende leng te. en steeds de scherts en spot zijner beter gekleede en fatsoenlijker mak kers uitlokten; maar hij verdroeg dit met gelatenheid, had bijster veel op met zich' zei ven en boog dieper voor zijn meester dan ooit. Hij placht bij elke gelegenheid de zen te prijzen als den bekwaamsten advocaat, die slechts door de ijver zuchtige kuiperijen van zijn ambtge- uooten geweerd werd uit de betrek king van procureur-generaal. Deze lof moest noodwendig den gezegden ge- roemden rechtsgeleerde ter oore ko men, en daardoor rees Mr. Screw Pep per nog hooger in diens gunst. Wij behoeven zijn verdere loophaan als klerk niet te volgen. 'Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5