NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 17 APRIL 1926
nlÜÏM ZtGSÊH.
Gewichtige vraagstukken.
Ho| vraagstuk van de voedselvoor-
ienine van ons volk schrijft de
W' a n v h o i cl s v f* i e n d, wordt bij den
d- 1 moeilijker en ingewikkelder.
Verschillende factoren oefenen
daarop hun invloed uit.
7oo b.v. de toeneming der bevol
king.
Stond liet cijfer der bevolking in
Januari inoo op 51 millioen inwoners,
ilit ijler klom tot 7.3 millioen zieien
in 1925. Een aanwas der bevolking ge
durende de laatste 25 jaar dus mat 2 2
millioen personen, en dit terwijl de
oppervlakte -van grond, voor de benou-
wing geschikt, bijna .niet vermeerder
de.
Hoest de l^ndsoverheid in het be
gin der eeuw zich bezighouden met de
voorziening in de behoeften van ruim
5 millioen mensehen, thans, slechts
een kwarteeuw later, heeft zij voor
een bevolking van bijna 45 pet. meer
te zorgen.
Een andere factor, welke de voedsel
voorziening beheerscht, betreft de
voorwaarden waaronder ons land
graan uit het buitenland kan betrek
ken.
Deze voorwaarden worden er niet
gunstiger op. Er moge worden herin
nerd aan het voornemen van alle
graanproduceerende landen van Noord
Amerika en Zuid-Amerika, om een
kartel (verdrag) te vormen tot het op
zetten der graanprijzen voor den uit
voer; en voorts aan hetgeen Canada
overweegt, n.l. om een uitvoerrecht op
graan uit te vaardigen.
Zoo komt langzamerhand ook ons
land ten opzichte van de voedselvoor
ziening der bevolking in het gedrang.
De toestand wordt daarbij nog ver
ergerd doordat de werkloosheid onder
de bevolking toeneemt en aan de ar
armenzorg steeds hoogere eischen die
nen te worden gesteld.
Wat dit laatste betreft, wordt de ar
menzorg b.v. 'in Amsterdam „groot be
drijf'.
Dit kan uit de navolgende cijfers
blijken.
Bedroegen de uitgaven voor armen
zorg in de hoofdstad des lands in 1900
nog maar f 87.453, in 1910 was dit cij
fer reeds geklommen tot f 288.832. In
de jaren 1918 tot 1922 steeg het bedrag
der uitkeeringen van 1.5 milioen op
5.6 millioen, terwijl bovendien nog in
1924 een steunverleening via de crisis
commissie van 2.3 millioen gulden viel
te boeken.
Deze cijfers demonstreren zeker wel
het bedenkelijke van den toestand,
waarin ons land zoo langzamerhand
gaat verkeeren.
Vraagstukken als voedselvoorzie
ning, werkloosheid, armenzorg en der
gelijke, blijven de volle aandacht van
de regeering vragen.
DE MODERNE DANS.
Aan een reisbeschrijving van den
socialist isc hen literator AM.
de Jong is het volgende ontleend:
Er werd aan boord even fanatiek
gedanst als overal elders in de we
reld tegenwoordig, 's Middags en
's avon 1? /werd er gedanst, bij de
muziek van het arme mishandelde
pianotje, dat als voddenzak door n
paar Madoereezen van de - eene
klasse naar de andere gesleurd
werd, en een paar strijkinstrumen
ten of bij de gramofoon. Er werd
gestept, gjetangoot, gefoxtrott, ge-
shimmyd met een hartstocht en een
overgave, pf het een religieuzen pers
dienst betrof. En nergens zoo schaam
teloos als bij deze barbaarsche in-
voersels onthult zich de ziel van den
„beschaafden" modernen mensch.
„Het is, meen ik, stuitend be-
drijf, deze danserij, deze volstrekt
schaamtelooze tentoonstelling van
sexueele bedrijvigheid. Ik weet niet
of het onzedelijk is. Van zedelijk
heid schijn ik weinig verstand te
hebben met m'n onwrikbare over
tuiging, dat „verbergen" niet zede
lijk zijn kan, noch heilzaam. Maar ik
vind het stuitend. Zooals ik het stui
tend vind, als verliefde menschen el
kaar in 't publiek zitten af te likken.
Zooals ik het stuitend vind als
iemand zijn smart op luidruchtige
wijze uit in het bijzijn van velen, die
buiten zijn gevoel moeten blijven. Er
zijn nu eenmaal zielsbewegingen,
die men niet voor het oog van ande
ren onthult of tentoonstelt Dat is
geen kwestie van zedelijkheid of on
zedelijkheid. Enkel een kwestie van
goeden smaak, of als u wilt geeste
lijke voornaamheid. Deze onbegrij
pelijke danswoede! Menschen, die
zich wel zouden wachten „in gezel
schap" te spreken over hun sexuee
le geprikkeldheid, over hun bereid
heid om met iedere vrouw (of man;,
die hen even bekoort, een kort maar
hevig avontuur te forceeren, doodge
wone fatsoensdames en heeren zander
eenigen bijzonderen moed-tot-open-
hartigheid, stellen zich hopeloos te
kijk, openbaren al hun ruwheid, al
hun drift, al hun oer-instincten en
voor den toeschouwer, die kijken
kan, staan ze naakt, zonder den tooi
van hun aangeleerde maniertjes en
laten nauwkeurig zien wat ze waard
zijn.
Uit dit verontwaardigd proza
blijkt, merkt de Maasb. op, dat'zelfs
menschen, die beweren van moraal
geen begrip te hebben, zich aan de de
cadentie van den modernen.tijd groo
te] ijks ergeren.
Óf het ook tijd wordt, dat in onze
volkszeden, steeds meer van de chris
telijke normen verdolend, een zuive
ringsproces plaats vindt.
En wij voegen er aan toe: Of het ook
tijd wordt, dat op elk gebied het pleit
gevoerd wordt voor de beveiliging en
de bevestiging van de Christelijke
grondslagen van ons volksleven.
GEMENGD NIEUWS?
Noodlottig schot. Gisteren
avond omstreeks half acht heeft in een
pand aan den Plantageweg te Rotter
dam een drama plaats gehad, dat et a
35-jarigen man het leven gekost heeft.
In dit pand woonde de shipchandlcr
J. H„ een Roemeen, op kamers, die se
dert geruimen tijd omgang had met de
23-jarige A. B.
Gisteravond, zoo heeft juffrouw B.
later medegedeeld, toen het paar op de
kamer van H. zat, toonde hij haar een
revolver, dien hij uit de gramofoonta-
fel haalde, waarop het meisje zeide,
dat het wel een prul van de markt
zou zijn. H. bestreed dit en wees haar,
hoe men ermee schieten moest. Tot
driemaal toe haalde het meisje don
haan over, zonder dat een schot af
ging. Hij zeide vervolgens, dat als men
iemand dood wilde schieten, men het
wapen tegen den slaap van den tegen
stander moest houden. Om het haar
duidelijker te maken, hield H. haar
hand vast en drukte deze tegen zijn
slaap. Nogmaals "haalde zij den haan
over en ditmaal ging een schot af.
H. was onmiddellijk dood.
Het meisje, dat dadelijk aan een
streng verhoor onderworpen is, is voor
loopig aangehouden. Uit het onder
zoek is, naar wij vernemen, nog niet
met stelligheid gebleken, dat het ver
haal, dat het meisje Van het gebeurde
geeft, volkomen juist is. Het wordt
niet onmogelijk geacht, dat de man op
zettelijk zoo gehandeld heeft, en dat hij
den moed miste, zich zelf van het le
ven te berocven.
De Roemeen was gehuwd. Zijn
vrouw wordt in Maasoord verpleegd.
Uit een op het meisje gevonden brief
is gebleken, dat zij verloofd was, met
iemand, die in Amerika woont.
De revolver is in beslag genomen.
Bij een huiszoeking zijn nog 5 scherpe
patronen gevonden, alle van hetzelfde
kaliher als de revolver.
Het onderzoek duurt voort.
Au to-oil ge val. Te Twijzel is
het 5-jarig zoontje van P. Dijkstra bi,
het oversteken van den weg door een
auto aangereden en zwaar gewond op
genomen. De toestand van den kleine
is zorgwekkend.
L e e 1 ij k e tegenvaller. Ze
kere H. te Nijmegen had destijds met
een Grmtmaatschappij een overeen-'
komst getroffen, waarbij hij voor een
bedrag van te zamen f 38000, een stuk
land afstond voor een reeks jaren om
door de gezegde maatschappij te wor
den ontgrint. Vooraf werden proefbo
ringen gehouden e i H. heëtt toen door
de bij die gelegenheid opgebaggerde
specie telkeas heimelijk wat grint la
ten mengen ea aldus den schijn ge
wekt, dat het perceel zeer grmtrijk
was. Daardoor wist hij een hooge
pachtsom te bedingen en later bleek
dit contract voor de grintmaatschappij
een ernstige tegenvaller te zijn.
Het werd reeds m 1910 gesloten,
doch eerst veel later het iemand, die
van het bedrog wist, zich daarover in
een café uit.
Deze uitlating was aanleiding tot een
onderzoek en het resultaat was dat
het Gerechtshof te Arnhem het con
tract op grond van gepleegd bedrog
ontbonden verklaarde ei H.tot scha
devergoeding veroordeelde.
EI. is intusschen overleden, doch
over de hoegrootheid der scnadever-
goeding konden de erfgenamen het
met de Grmtmaatschappij niet eens
worden. Hierover ontstond een nieuw
proces en daarin heeft thans het Hof
de te betalen schadevergoeding vast
gesteld op ph.mm. flOO.OOJ.
Vondsten in Drenthe. On
langs werden in het veld te Rouveen
onder Wijster (gem. Bellen; eemge
voorwerpen, zooals een halsketting, en
een armband uit het bronzen tdperk
gevonden.
Dr. van Giften, directeur van het mu
seum van oudheden te Assen, heeft nu
het veld van den eigenaar gehuurd,
heeft daar een tentje op geplaatst en
verblijft er dag en nacht. Ónder zijn
toezicht is men bezig het veld om
te spitten. We vernemen, dat er reeds
een kerkhof, dat een tiental graven
omvat, is blootgelegd. Verscheidene
interessante voorwerpen, o.a. een
zwaard en een speer, werden gevon
den.
3000 tanden gestolen.. Gis
ternacht is met behulp van een val-
schen^sleutel ingebroken bij den tand
arts K. aan cle Diergaardelaan ie Rot
terdam. Uit een kast is een geldkistje
gestolen met f 100. Uit de opei'atieka-
mer zijn niet minder dan 3000 stuks
tanden ontvreemd; 200 tanden waren
"voorzien van een platina stift, de ove
rige 2800 van een gouden stift. Ver
schillende kasten en lessenaars zijn
voorts nog opengebroken, doch daar
uit wordt niets vermist.
E e n 1 e e 1 ij k e s 11' o p. In de vo
rige raadsvergadering hebben B. en
W. van Groningen naar aanleiding
van een déste.i effende vraag van de
heeren Ei endriks en Visser beloofd
een onderzo ex te zullen instellen naar
den toestand van de riolen, in de
Oranjewijk, welke riolen zijn gelegd
in de -zeezandlaag waaimes indertijd
dit laag gelegen stadsgedeelte is op
gehoogd.
B. en W. deelen thans het resultaat
van dat onderzoek mede. Het is ge
bleken dat de riolen, die in 1920 en
1921 bij wijze van werkverschaffing
zijn gelégd en in het losse zand niet op
een lundeering zijn aangebracht, op
verschillende plaatsen zijn verzakt en
verschoven, waardoor deze thans door
het binnengeloop e i zand verstopt zit
ten. Het zal nu ncodig zijn eei tundee
ring van paal roost er w erk aan teören-
§en ender de riolen en tevens, om het
ïnnendringen. van loopzand te voor
komen, dit zancl om de rioolstukken te
verwijderen, en tlcor een kleilaag te
vervangen.
De kosten van deze noodzakelijke
verbetering zullen naar raming onge
veer f180.000 bedragen.
Plotseling sterfgeval. Tij
dens de gymnastiekles aan de R.K.
school voor M.U.L. Onderwijs te Apel
doorn zakte een der leerlingen A. v.
!t Erve plotseling ineen. Toen menhein
opnam, waren de levensgeesten reeds
feweken. Dr. Hermanides consfaéeer-
e hartverlamming.
Land- en Tuinbouw.
125 120 113
lol 152 144
143 1-43 135
166 162 160
Indexcijfers van den landbouw.
De Directie van den Landbouw pu
bliceert de volgende indexcijfers van
den landbouw over de maanden Jan.,
Februari en Maart 1926.
Jan. Febr. Mrt
Akkerbouwproducten
V eeteeltproducten
Landbouwproducten
Productiekosten
In de afgeloopen maand bleven gra
nen goed op prijs; peulvruchten" en
zaaizaden liepen een weinig terug. Be
langrijk echter waren de prijsdalingen
voor aardappelen, suiker en stroo en
deze hadden een aanzienlijke daling
van het indexcijfer voor de akkerbouw
producten tengevolge.
Van cle veeteeltprodcten ging scha-
penvleesch iets hooger noteeren de
aanmerkelijk lagere prijzen welke voor
boter, kaas, eiren, rund- en varkens-
vleesch tot stand kwamen, deden even
wel ook voor deze groep het indexcijfer
eenige procenten lager gaan.
Door een kleine daling in de prijzen
van mais en thonvasmeel, naast de on
veranderde noteering voor de overige
voederartikelen en meststoffen, ging
ook het indexcijfer voor de productie
kosten een weinig naar beneden; deze
teruggang was echter heel wat minder
groot dan die voor liet algemeen in
dexcijfer der landbouwproducten.
EEN AARDIGS ONTMOETING.
Mej. H. S. S. Ivuyper schrijft in „Brie
ven aan een verre vriendin" (Stan
daard van 13 Maart) onder meer het
volgende:
Onlangs, na een Redactie-vergade
ring van „Bouwen en Bewaren" uit
Utrecht naar Den Haag terugreizend,
zat ik naast twee vriendelijke welge
dane nonnetjes, clie tegenover elkaar
zaten, zóó, dat haar groote, rechtuit-
staande witte kappen bijna aan el
kaar raakten, vooral als ze voorover
bogen, om samen te praten.
't Was Zaterdagmiddag, en ik had
„De Heraut" bij me, waarin ik Dr. K.
Dijk s mooie meditatie over „Laat de
zen heengaan" las. 't Was zeker bid
uur voor de nonnetjes, want ze kregen
haar gebedenboeken, en lazen en pre
velden met'zacht beweeg aan heur ro
zenkransen.
Toen ze klaar waren, bood ik 't non
netje, dat naast me zat, „De Heraut'
aan. „Wil u eens wat moois lezen"?
vroeg ik, en wees de meditatie aan.
Vriendelijk nam ze het blad ctan en
begon te lezen. Ik kon haar gezicht, ge
heel weggedoken in de groote, witte
kap, niet zien, alleen haar handen en
„De Heraut" waren buiten de kap zicht
baar. Maar ze las aandachtig, ernstig
en heel langzaam, dat zag ik wel. t
Was zeker wat vreemde taal voor haar.
Roomschen gebruiken zulke andere uit
drukkingen voor 't geestelijk leven dan
wij.
Ik wachtte stil af, wat 't resultaat
zou zijn.
Eindelijk kwam er weer beweging in
de witte kap, en' gaf 't nonnetje mij
„De Heraut" terug.
't Is keurig zei ze, blijkbaar onder
den indruk, keurig mooi. Dat is net
iets voor een meditatie.
Maar 'tis een meditatie! zei ik. Ze
keek me aan, begreep me blijkbaar
niet.
En toen:
Dat is zeker een pater, die veel volk
trekt!
't Is niet geschreven door een pater
maar door een dominee, zei ik.
De lieve gezichtjes in de witte kap
betrokken.
Er is veel afval onder de dominees
tegenwoordig. Ze zijn niet geloovig, en
mogen maar preeken wat ze willen,
ook tegen 't geloof.
Maar in onze kerk niet, zei ik. Ik
ben licl van de Gereformeerde Kerk.
En de dominee, die de meditatie ge
schreven heeft, is Dr. K. Dijk, Gerefor
meerd predikant in Den Haag. En wat
u gelezen heeft, dat is ons geloof, dal
is het geloof van heel onze kerk.
.Ik probeerde een beetje in hun taal
te spreken, bang dat ze me anders niet
begrijpen zouden. Toen had ik toch
zoo'n goed geestelijk gesprek met de
nonnetjes. En ik voelde in wat ze zei
den de liefde voor haar Heiland.
En toen ineens: U praat net zoo
als meneer Anema. Die is schoolopzie
ner. Wij zijn onderwijzeressen in
Poeldijk, ziet u. Dat is ook zoo n god
vruchtig mensch. Een echt Christen!
En dat is mijn neef, zei ik.
Dat is een Kuyperiaan! ■zei 't ande
re nonnetje.
En dat ben ik ook! zei ik.
En je begrijpt, dat ik toen vertelde,
wie mijn vader was.
O, dien kenden ze zoo goed! "t Was
aardig om te hooren, met hoeveel sym
pathie en v.ereering en kennis van za
ken, die twee lieve nonnetjes toen over
mijn vader en zijn levenswerk spraken
Eik ik vond 't jammer, dat in Den Haag
onze wegen weer scheidden.
Ons Babbelhoekje.
teU=3 !j:ji==!gSi
Beste jongens en meisjes,
We gaan maai- weer met de corres
pondentie beg-nnen. dat lijkt mij het
best.
„Pionier." Dus je was toch teleurge
steld Pionier? Ja, liet is natuurlijk leu
ker als je een prijs hebt, maar je be
grijpt toch ook, .dat. niet iedereen eeh
prijs kan winnen. Ja, dat woord was
natuurlijk fout.
„Zwartje en Blondje". Zoo, dus jullie
zijn nichtjes fin vriendinnetjes, en nu
v.eer raadsebvichtjes. neen maar, dat
is driedubbel, dat jullie elkaar' kennen.
Gezellig he, zoo bij elkaar te logeer.en?
Wonen jullie ver van elkaar?
„Hessie". Wel neen meisje, dat be
greep ik best, dat liet geen opz--: v.as,
maar als ik niet uit had kunnen zoe
ken, dat het jouw briefje was, had ik
je niet mee kunnen laten loten, e:t dat
zou jammer geweest zijn. Je vertelde
mij wel, dat je dien Maandag uit was
geweest, maar niet, waar naar toe. Was
Bet een leuk toontje? Dank voor je
bjjdragen, die ik hoop te gebruiken,
behalve sommige, die ik al van ander si
heb.
Moeders Jongste''. Natuurlijk komt
er een antwoord voor je in de courant
als je mij een briefje schrijft, meisje.
Wordt jij niet een beetje verwend door
al die groote broers en zuster3? Wil je
voortaan onder je briefje ook je schuil
naam zetten? Dat is makkelijker voor
mij. Gelukkig dat de zieken weer her
steld zjjn.
„Reseda en Rozeknopja". Ja, hei is
nu heerlijk buiten. Waar won n jhllie
aoowat? Dicht bij elkaar? Deuk lie,
zoo'n dagje uit. Hebben jullie het ge
zien van "die autobus? Den zul je wel
geschrokken zijn, is 't niet? Wat jam
mer van dat zieke ventje.
„Blondine". Ja, leuk he, dat jjnll 1
allebei e? i prijsje had, Gr-1, dat hoor
ik de volgende tv.: k dan wol. -Ja. ik
houd ook heel v, :i van lezen, maar,
lammer genoeg, weinig tijd er voor.
Dus je hebt wel schik van ja gedwon-
lcn logeerpartij?
„Vorgeet mij nietje". Ook al blij met
het prijsje? Dat is best. Vindt je liet
prettig, dat je weer naar school gaat?
Gc:d, ik wil' volgende keer graag een
lange brief hebben.
„Griessprietje". Wel, ik vind dat jij
al aardig .bent uit geweest voor zoo'n
klein diiig. Best, vertal mij maar wat
van school hoor, dat vind ik wel aardig.
„Roosje". Wel wel, wat een uitgaan-
ster en nog esl-i prijsje op den koop
toe gewonnen, 'k Vin 1 dat jij verwend
wordt hoor. Prettig he, dat je verhoogd
bent.
„Tommy". .Zoo blij met het boc-k van
Oom Felix? Dat is prettig, 'k Zal zor
gen, dat oom bet te weten komt hoor.
Nog wel gefeliciteerd met je verjaar
dag. En verhoogd ook? Neen maai', jij
hebt zeker oen goede week.
Sneeuwklokje. Ja, er zat een
foutje in het raadsel. Zoo, vindt je het
zoo gezellig op de gymnastiekvere mi-
ging? Dat is prettig voor je, hè?
Moeders Meisje. Wat ban jij
prettig uit geweest. Én die laatste luid-
dag aan het strand zal ook wel heerlijk
geweest zijn. Houdt je veel van de zee?
Ik wel Jrj gaat er zeier n;g al eens
gauw neen. mi nu m -. tr we-r met fris-
schen moed naar school.
Lindebloesem. Maar hce kun je
je nu vervelen als je e si fiets hebt en
vlak bij de zee woint. Me dunkt, dam
kan jc volop genieten met dit mooie
weer. Maar je moet niet tegen hoo
rnen aan gaan klotsen, wat heb je daar
nu aan? fiie boom gaat toch niet op zij.
Wilgenkatje. Zoo, was je blij met
de prijs? Dat doet me genoegen. Har
telijk 'gefeliciteerd met je verjaardag
hoor. V an de raadsels kan ik alleen bet
eerste gebruiken, de anderen bad ik al.
Anemoon. Ook al in je schik met
je prüs? Best hoor. Wel heel lang, maar
niet altijd. Maar vertel me eens, hoe
ben je aat te weten gekomen?
S. en O. W. Dat is niet zoo heel
lang, hè? Je prijs is een boekje. Als je
niet in de gelegenheid bent het te ha
len, moet je het mij maar schrijven,
met precies je adres er bij, dan zend
ïc het wel. Maar ik denk, dat da een
of ander van de familie wel eens in da
stad moet zijn. is 't niet?
„Boschviooltje''. Nou, jü hebt .je va
cantia nuttig Besteed hoor. Tcjnta wa3
ar zeker wel erg blii ,mea is 't niet?
Ja, de bloemen zullen nu wel prachtig
staan. Dat zal wel een mooie tocht zflb.
„Waterlelie". Ja, het is prachtig weer
olie dagen. Fijn om buitun te zijn, he. Je
zit zeker dikwijls tusschen de bloemen
Hoe komt het, dat je al zoo vroeg naar
school moet? Is dat altijd? Prettig he,
dat je verhoogd bent.
„Wekkertje". Gelukkig, he, dat moe
der weer beter is, want die pün moet
heel erg zijn. Ja, 't is nu eent voor
jaar. Ben je niet blij. .dat je verhoogd
oent?
„Heidebloempje". Ja, 't is nu een
drukke week voor je he? Dus moet tan
te Francien maar niet brommen. 'kHeb
het gehoord, dat jullie aan het repetee-
ren waren, ik bleef evon voor ht-t raam
staan luisteren, 't Gnig heel aaraig hoor
Zoo blij met je prijs? Bü gelegenheid zal
ik het oom Felix 'eens zeggen.
Hier volgen de oplossingen van de
raadsels der vorige week.
1. Hebt God hef boven alles.
Onderdeeien: Boot, Heide, Leiden,
Gas, Les, Bot, Lente, Bef, Veen.
2. Magdalena.
3. Hansworsten.
4. Als ze noiiandsch spreken
5. Klepel Lepel.
Dn nu de nieuwe raadsc.s.
1. Mijn geheel bestaat uit .ij R e.:
n is iets, wat zich ieder voor,**; a,-.-
haait.
3. 21. 16 is het tegenpver: lie
van plat.
2. 8 en 14. 4. 37. 28. 17 wisselen
geregeld af.
3. 35. 22. 33 is een boom.
20. 11 komt van het schaap.
7. 18. 6. 10 is zeer voedzaam.
34. 22. 9. 38. 39. 24 is een sieraad.
20. 37. 1;. 31. 1. 15. 19 is een stadje
i.i Utrecht.
7. 27. 29. 26. 0. 30. iS is een kanaal.
36. 32. 38. 39. 40 is een klacht.
23. ;z. 25 is niet dik.
13. is N. 1
2. Ingezonden door Pionier.
Mijn geheel bestaat uit 20 let.era en is
een bekend spreekwoord.
4 .16. 17. 11. 16. 16. 3. 17 dient tot
verlichting.
8. 9. 10 is een deel van d-en dag.
Tijd is 18. 1. 15. 7.
19 ziet men alleen 'a winters.
o. 2. 13. 20 is een soort huisje.
14. 12. 13. 2 is een drank.
Ingezonden door Breistertje.
Verborgen plaatsnamen.
Docrnat kwam hij thuis.
Heer naar goeden raad.
De jongens droegen wanna dassen.
Dit lijntje is haast recat gespannen.
4. Ingezonden door Blondine.
Welke two; namen van insecten zijn
tevens werkwoorden.
5. Ingez. door Vergeet mij nietje.
Welke voet ka:i niet gaan.'
6. Inge zenden door Bosehviooltje.
Koffie die kou.l is en drie dagen oud is,
Hoe heet men die?
Ingezonden door Hessie.
Jantje: Zusje, lust jij iets, wat een
ander in zijn mond hnt gehad
Zusje: Bah, ik niet hoor.
Jantje: Zo„, dus dan ho.-f jij niet3
van deze kalfstong.
Op school.
Onderwijzer: Wie kan mij neggen wat
macaroni is?
Karcltje: Dat zij l wormen, die hol
zijn, meester.
Ziezoo jongelui, jullie kunnen weer
vooruit. Zuoais je ziet, zijn er deze week
tv.-ce lettel-ras is:1s, e r groote en ecin
kleinere. K Denk, dat jullie dat wel
prettig zult vinden, wapit jullie houden
ïcch het meest van de let:err.,a-dsels. In
het vorige raadsel was 02a fout geko
men he, iuoiaats van boot, kwam er
buot 1i. .daar de mees .O U hadden
net v.el begrepen. Sommige kinderen
vergeten het nogal eens «1 daarom zeg
ik het 1100 maar een keer, 'bjidragein
voor de babbclhoek, hetzij raadsels ot
anecdotes moeten op een apart stukje
papier staan mét je naam er onder.
Go. 1 begrepen? Nu neem is maar weer
afscheid van mijn raadseljeugd, tot vol
gende, week.
Vele groeten van je
tante FRANCIEN.
TOCH VERZOEND.
door
FRANCINA.
HOOFDSTUK MI.
Toch verzoend.
't Was een paar dagen 11a Kerstmi».
Voorbij waren ze weer, de feestdagen
waarvan ieder zich zooveel hed voor
gesteld. Maar hoevelen hadden de blijde
boodschap verstaan, dat Jezus gekomen
was, Jezus, de Verlosser, om te zoeken
eir zalig te maken datgeme wat verloren
was?
Bji de familie Laman was het Kerst
feest evenals andere jaren rustig ver-
loopen. Op den eersten Kerst-dag des
avonds had vader voor de kinderen het
Kerst-Evangelie verteld. Iu een krin
getje zaten ze dan om vader heem en
luisterden altijd weer met belangstel
ling naar hef oude doch tel kans
weer nieuwe verhaal.
Een kerstboom hadden ze niet. Wan
neer de kinderen er wel eens om vroe
gen zei vader altijd, dat zij den boom
met zijn vele lichtjes niet 'noodig had
den. M anneer zjj waarlijk naar-de bood
schap van het Kerstevangelie luisterden
dan zou het licht worden in hun hart
dan eerst hadden ze waarlijk Kerstfeest
vieren.
Annie had ook heel stil geluisterd.
O nee, ze wilde het niet laten merken,
maar ze had meer nog dan anders aan
Koos moeten denken.'
Maar nu was alles weer voorbij
Nu stond ze klaar om uit te gaan, de
schaatsen in de hand.
Het vriezend weer had aangehouden,
er lag een stige ijslaag in het water,
en alie3 wat vacaniie had, was op het
ijs te vinden.
Cato en Tom waren reeds lang voor
uit gegaan, maar moeder had Annie
eerst geen toestemming gegeven, om
dat zij meende, dat de wind voor haar
te sceherp was.
Juist was vader nu thuis gekomen
en die had gezegd, dat de wind veel min
der geworden was en Annie nu nog wel
een uurtje mocht gaan rijden. Annie
haastte zich, om van de toestemming
gebruik te maken, en weldra liep zo
buiten. Waar zou ze heengaan? Tom en
Cato opzoeken? Maar nean, die zouden
wel in de Singel rijden en daar waa
het altijd zoo druk. Annie hield toeer
van een rustig baantje. Wacht, ze zou
in de sloten langs den spoordijk gaan,
daar was het ook altjjd mooi ijs en
nooit zoo druk bezocht als in de Sin
gels. En vanmiddag was het er al ver
bazend stil vond Annie. Er waren enkel
wat kinderen, die een stille baan ge
zocht hadden, omdat zij pas aan het
leeren waren. Maar Annie kon het best.
Met een kalm gangetje reed ze de krab
belaars voorojj. Ze had de baan een paar
maal op en neer gereden, toen langza
merhand wat meer rijders kwamen. No
werd het toch wat leuker, vond Annie.
Maar wie kwam daar zoo zwierig aan
rüden? Neen maar, hoe vervelend, dat
was Koos Martijn. En had hu nu maar
anderen bii zich gehad, maar hjj was,
evenals Annie, geheel alleen.
Nu was hij vlak bij Annie. Gelukkig,
hii zei niets, maar reed haar kalm voor-
c.j. Zou ze naar huis gaan of een and-era
vaan opzoeken? Maar het reed hier juist
zoo fijn, en zij behoefde om die verve
lende jongen toch niet heen te gaan?