tweede blad. Ml BE ggJTO ZEGGEN. kerk en school. binnenland! feuilleton. De loigevaüen van Mn Fox NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 31 MAART 1926 De Onderwijscommissie. In de Regeerings verklaring op 11 Maart door Minister de Geer afgelegd, werd onder de maatregelen, waarop de werkzaamheden der Regeering zul len zijn gericht, ook genoemd: Instel ling van een Staatscommissie om te onderzoeken, of en op welke wijze, met volledige handhaving van de beginse len der onderwijspacificatie, daaraan een minder kostbare toepassing kan worden verzekerd. Aan de hand van de beschikbare ge gevens heeft de „Standaard" ge tracht aan te geven wat de juiste voor nemens der Regeering zijn. Hij komt daarbij tot de volgende conclusies: „De taak der Commissie zal niet be perkt zijn. Allerminst moet men zich haar den ken als bestemd om het bijzonder on derwijs in den hoek te duwen. Zij heeft niet tot opdracht een geheel nieuwe wet te ontwerpen. Het zal haar vrij staan een grooter of kleiner aan tal zelfstandige wijzigingen aan te be velen. Vereenvoudiging en bezuiniging staat op den voorgrond; en wel bij de toepassing der beginselen der pacifi catie; dus terzake van de verhouding van openbaar en bijzonder onderwijs. Echter zal zij ook buiten dit kader kunnen treden en nagaan of kleine scholen niet te zeer gedrukt zijn, en of de bemoeiing met het vervolgon derwijs moet worden uitgebreid. In het algemeen is de opdracht meer technisch-administratief dan paedago- gisch-van aard. Of de Commissie een tijdelijke zal stfjn, of wel een vaste Commissie (zoo als de Staatscommissie inzake de Bur gerlijke Wetgeving en die inzake de Waterstaatswetgeving) is nog niet be kend. Evenmin of van de Commissie één rapport wordt verlangd, dan wel telkens rapporten over de onderwer pen waarmede zij gereed zal zijn. Ook is vanzelf nog niet beslist of hare rap porten zullen worden openbaar ge maakt dan wel, evenals van de even genoemde commission, meer zullen worden beschouwd als technische ad viezen aan den Minister, waarvan de resultaten in de voorstellen en beslui ten der Regeering openbaar worden. NED. HERV. KERK. B erotepen: Te Bussuro, A. J. Wormgoor te Alblasserdam. Ta Noord- wijk aan Zee, F. G. Hospsrs te Gouda. Bedalnkt: Voor Odoorn, J. H. Klein Wassink te Rotterdam. (Verb, bericht), i Aa nlgenomen: Naar Hien en Doo iewaard, I>. J. Petera© te Oud Loos- drecht. GEREF. KERKEN. Tweetal: Te Hilvereum, Dr. 0. Bou ma te Zwolle en G. Laarman te Klun- dert. Be role pen: Te Middelburg, C. v. d. Wende te Gorredijk. Te Haamstede, «and. ,T. F. de Gier te Waarder. Bedalnkt: Voor Fijnaart, P. vl Spek te Spijkernisse. Bevestiging, Intrede, Afscheid. Da bear H. d© Zwart hoopt bij de Ned. Herv. Gemeente te Wirdum, KGronA 6 Juni intrede te doen, Ds. H. J. de Zwart, van Scbevpbingeji aal da be-vestiging leiden. Kerkbouw. I De Kerkeraad van de Gerei Kerk van Landsmeer heeft besloten over te faan tot het bouwen eener nieuwe kerk. Je architectuur i3 opgedragen aan den J. H. v. d. Veen R. Jzn, te Am- Gerel. Kerk Amsterdam-Zuid. De Zondagmorgen in bet Concertge bouw gehouden dienst, waarin voorging Prof. Dr. J. Ridderbos, van Kampen, was minder druk' bezocht dan de vorig© week. De oorzaak hiervan is te zoeken in de omstandigheid, dat uit Groot-Am leterdam da opkomst beduidend geringer was. flit verschijnsel W&SS 6T ullS op, dat het bezoek in de diensten van Amsterdam-Zuid meer wordt genorma liseerd en zich begint te beperken tot cie leaen aer Gemeente; Toen was een schare van ongeveer 1600 personen aan wezig, een aantal, waarmede ren groot kerk overvol zou zijn geweest. De nu- middagdienst in de Keizersgrachtkerk, vrij ver van het eigenlijke Amsterdam- Zuid, was drukker bezocht dan de avond dienst der vorige week in de kleine zaal van het Concertgebouw. In beide dien sten werd gecollecteerd door Diaconie, Kerk en de onkosten vcor zaalhuur ongeveer f 850. De zaak-Geelkerken. Naar Vaz Diaz verneemt, hebben de beide rechtsgeleerden voor de beide deelen van de Gereformeerde Kerk Amsterdam-Zuid verschillende stukken gewisseld en is thans door Mr. A. G. van Proosdij namens de schisma tieke kerk een voorstel gedaan aan Mr. G. H. A. Grosheide, die optreedt voor het synodale gedeelte. De Kerkeraad zal over dit voorstel hebben te beslissen. Dit kan niet eer der dan na de installatie van dien Raad. Deze installatie zal Vrijdag avond plaats hebben. Vermoedelijk: zal dit. voorstel niet worden aanvaard en zal dus een civiele procedure onver mijdelijk Worden. Gisteravond heeft in de Parkkerk een vergadering plaats gehad van het schis matieke gedeelte, der Geref. Kerk van Amsterdam-Zuid, welke naar schatting door circa 800 personen bezocht was. In deze vergadering hebben Dr. J. G. Geelkerken en Prof. Dr. R. H. Wolt- jer een uiteenzetting gegeven van den toestand die er ontstaan is. Verschillenden der aanwezigen stel den vragen, die door de spreker werden Tenslotte is de Kerkeraad gemach tigd, waar de groote der gemeente het meer dan noodzakelijk maakt, een twee den predikant te beroepen, daartoe de noodige stappen te doen. In verband met de bijzondere omstandigheden zal worden afgeweken van denregel, dat een zestal wordt gevormd, en vervol gens daaruit een tweetal, waaruit de ge meente kiest, doch zal de kerkeraad de gemeente, een bepaalde persoon voor stellen om deze te beroepen. Het afzettingsbeshiit. In de „Leeuwarder Kerkbode" Van 27 Maart j.l. komt onder het opschrift „Ons gevoelen" een artikel voor, klaar blijkelijk van den redacteur, Dr. W. A. van Es, waarin deze o.m. mededeelt: Uit het officieele verslag van de laat ste zitting der Synode blijkt, dat het iafzettingsbesluit ten aanzien van de ouderlingen en diakenen van Amster- idam-Zuid met bijna algemeene stemmen genomen is. Alleen van de advieeremde leden stemde Prof. Greydanus tegen en van de leden verklaarde Dr. W. A. van Es van Leeuwarden zich aan het besluit der Synode te conformeer en, met behoud van eigen gevoelen. Dit ge voelen was, zegt seür., niet in openbare zitting, maar in comité generaal door ons ontwikkeld. Ter nadere verklaring stelt Dr. v. Es dan op den voorgrond, dat hij de d a a d van aen Kerkeraad van Amsterdam- Zuid om Dr. Geelkerken te handhaven na het schorsingsbesluit der Synode, niet goedkeurt, doch hij wijss or tévens op, dat z.i. de Synode de.i Kerkeraad eerst had moeten vermanen en daarna zoo noodig .schorsen, en dan pas tot af zetting haa mogen overgaan. Hij betwist de bevoegdheid der Synode om tot af zetting onmiddellijk over te gaan, en toont dit nader aan met een beroep op art. 79 der Kerkenordening. Hij wijst er yerder op, dat ook wijle.1 Prof. Rut gers eenzelfde zienswijze over een der gelijke handeling zou nebben geljad als schrijver. Zoo waren, zegt schr.. 0.1. de beginselen, die naar ons gevoelen des tijds door onzen leermeester, Prof. Rut gers, waren ontwikkeld, bij de Doleantie waren in practijk gebracht en ook do& onze Kerkenordening werden gehuldigd. Afzetting van ouderlingen en diakenen door een Generale Synode, was naar ons gevoelen een prijsgeven van de be ginselen der 'Doleantie, en dus van die van die reformatie dor kerken, welke mede tot het tegenwoordig verband on zer Gereformeerde Kerken had geleid. Schr. verwijst dan verder, tot sta vb van zijn bewering, op het werk door Prof. Rutgers met Jkr. de Savorain Lob man uitgegeven: „De rechtsbevoegdheid onzer plaatselijke Kerken". Natuurlijk zal ook over deze dingen, schrijft Prof. Van Es, nog niet het laatste woord zijn gezegd. Het gaat hierbij over niet min der dan de geldiggheid van onze Ker kenordening en de bevoegdheden van de. plaatselijke kerken in het Kerk ver bana; wij kunnen verder het ons niet voorstellen, dat onze Geref. Kerken het lijdelijk zullen blijven aanzien, dat in dit opzicht een nieuw kerkrecht wordt gebouwd, dat zooveel kenmerkende over cenkbmst vertoont met het Hervormde Synodale Kerkrecht. Dr. H. C. Rutgers. Onder het opschrift „Vreemd", schrijft D3.. C; Lindeboom te Amster dam in „De Heraut" het volgende: Dr. H. C. Rutgers, die einde 1925 naar Indië vertrok, voor een zesmaancf- eche reis door Sumatra en Java, geeft in de mede deelingen der N. C. S. V. van 20 Maart j.l. het eerste gedeelte van zijn reisverhaal, dat handelt over zijn aankomst, verblijf en arbeid te Me- dan. Hij vertelt daarin o.m.: „Zoo preekte ik des Zondags twee maal voor Wier- singa"Hoe nu? Dr. Rutgers is naar art. 13 K.O. overgegaan tot een anderen staat des levens en heeft dus hét ambt van Dienaar des Woords met al zijn bevoegdheden verloren. Dit kan den kerkeraad van Medan niet onbekend zijn geweest. Maar heeft- dan de ker keraad vcor hem geen bindend karak ter? Wat in de Geref. Kerken van Ne derland ni et geoorloofd is, is het dat wel vcor die van Ned. Indië? Paschen en Inwendige Zending. De Generaal Rond voor Inwendige Zending en Chr. Philanthropische In richtingen, die met Paschen aandacht en gaven vraagt, voor de in den Bond samenwerkende vereenigingen en stich tingen omvat allerlei vormen van «Evan gelisatie-arbeid, maar ook zorg voor verwaarloosden en verweesden, voor ouden van dagen, zieken en gebrekki- gen, zwakzinnigen, psychopathen, en epileptici, zwakken en herstellenden, daklcozen en zwervers, benevens drank bestrijding, teschemjig van vrouwen en meisjes, enz. Men ziet dus, dat het terrein ontzag lijk breed is. Men begrijpt, dat de nood zeer groot is. Wie op Paschen wil1 medehelpen de zen 1100a te lenigen, hetzij door een gave in de daarvoor te houden Kerk- collecte, hetzij door een rechtstreeksche bijdrage aan het adres van den Bond Stadhouderskade 137, Amsterdam; postgiro 21073 kan zeker zijn, 'dat hij meedoet aan het steunen van een werk, dat aller belangstelling verdient. Neutraal Bijzonder Onderwijs. De Bond van scholen voor Neutraal Bijzender onderwas, waarbij een zestig tal scholen is aangesloten, lïoudt a.s. Woensdag en Donderdag zijn jaar lijk sche bijeenkomst in het Oolgaardthuis te Arnhem. Behalve de behandeling der huishou delijke zaken staan cp het programma inleidingen voor Montessori en Fröbel, resp. dcor Mej. Van Dorp uit Amers foort en Prof. J. H. Gunning W.Hzn, uit Hilversum. Donderdagmiddag wordt een auto tocht gemaakt naar Nijmegen, waar o.a. een bezoek zal worden gebracht aan de Tuchtschool. UIT HET OVERSTROOMDE GEBIED. Honderden woningen ontredderd. Nu het Nederlandsche volk, in dat spontaan élan, ons ras zoo eigen, wan neer het geldt den nood van landge- nooten te lenigen, reeds circa vier millioen gulden bijeenbracht, zal dit zeker niet onverschillig blijven voor de wijze waarop die gelden thans zullen worden besteed. Wij hebben ons daartoe, schrijft 'de T e 1 e g r., gewend tot het Bouwbur. te Nijmegen, dat zijn kantoor heeft op den heuveltop van het oude Valkhof en hadden daar een onderhoud met den inspecteur der Volkshuisvesting, ir. A. M. Kuysten, met het lid der Ged. Staten van Gelderland G. L. B. Keur- sehot en den architect van het bouw bureau, den heer \V. J. Gerretsen. Nu het laatste water wegloopt, zoo zei men ons, krijgen wij een beter over zicht vail de geleden schade en komt het oogenblik, dat wij de hand aan den ploeg kunnen slaan. In Brabant, waar het water het snelst verdween en de schade betrekkelijk gering is, in vergelijking van 't Land van Maas en Waal, heeft de heer Geesink, in specteur van de Watersnood-commis sie de noodige taxaties reeds gedaan en beginnen thans binnen zekere gren zen reeds de betalingen. In Limburg zal in 41 gemeenten de schade nog worden opgenomen. Ds weistandsgrens van 2400 gulden (vroe ger inkomen) welke wij helaas voor schadeloosstellingen moeten trekken is, zoo zei ir. Kuysten, natuurlijk al leen theoretisch. Vaak zijn tuinders, die vroeger dit inkomen hadden, door afspoeling of overzanding van hun grond, totaal geruïneerd. Wij bevorderen thans allereerst het herstel van beschadigde huizen, die een schade kregen beneden de f 1000. Borculo heeft ons geleerd met de schadeloosstellingen voorzichtig te zijn. Wij betalen geen schade-taxaties aan huizen uit, alvorens die gedekt zijn door inschrijvingsbiljetten van aannemers. Men is dan gevrijwaard voor verrassingen en weet zeker, dat het geld voor herstel der huizen be steed wordt. De betalingen geschieden dus aan de aannemers. Wijl het bedrag dat door liefdadig heid is binnengekomen helaas v-sel te gering is om alle schade te herstellen, moet gewoekerd worden met de mi j- delen, waarover men beschikt en wor den om den herbouw van geheel ver woeste huizen goedkoop te maken, standaard-typen ontworpen, die de oude huizen vervangen zullen. Ons streven is er hoofdzakelijk op gericht den herbouw snel te doen ge schieden. Daarom zal de herbouw tel kens bij een ondernemer van een hon derdtal woningen tegelijk worden uit besteed, opdat die herbouw op Ameri- kaansche wijze kan worden aange pakt en uitgevoerd. Plaatselijke kleine aannemers zouden er jaren voor noo dig hebben. Volgens dit systeem hopen wij dat binnen dit jaar nog een groot aantal woningen kan zijn herbouwd en in 1927 de totale herbouw een feit is. Borculo heeft ons op dat gebied veel geleerd. Er is afgezien van het oor spronkelijke plan, om snel een groot aantal semi-permanente, doch betrek kelijk dure, woningen te bouwen, wel ke later door betere moesten worden vervangen. Over vijf jaren denkt nie mand meer aan de slachtoffers, ivïeu zal nu goedkoope noodwoningen in schuurvorm bouwen die later den slachtoffers tot loods of stal kunnen dienen. En daarnaast, volgens stan- daard-type, een practische en hygië nisch permanente woning bouwen ter vervanging van veel onhygiënische krotten. Er zijn plaatsen als Dreumel, waar bij de twee honderd woningen met den grond gelijk gemaakt zijn, of totaal ontwricht. Men gaf ons hier inzage van de lijst der voorloopige schade aan huizen (in totaal drie millioen in land van Maas en Waal) én% daarop fungeeren Dreu mel, Wamel'en Appeltern ieder met 3/4 millioen gulden, Druten met 1/4 mill, gulden. Het totaal binnengeko men bedrag is natuurlijk (voor alle ge zamenlijke schade) lang niet voldoen de. Zoo zullen voor een gedeelte de slachtoffers met een hypotheek wor den geholpen. Het herstel der eenigszins bescha digde woningen moet reeds binnen enkele maanden zijn beslag krijgen. Wij meenen op die wijze de sporen en nawerking van de ramp het snelst te doen verdwijnen en het economisch leven het vlugst weer op de been le helpen. Toestemming voor herbouw van verwoeste woningen aan en langs dijken zal niet meer worden gegeven, omdat die bouw de dijken ondermijnt. Er zullen dus in den polder stukken grond dienen te worden aangekocht, waarop de te bouwen huizen zul'en kunnen verrijzen. Nu op het gebied van den herbouw volkomen overeenstemming is bereikt, tusschen de Alg. watersnoodcommis- sie, Provinciale Staten en Bouwbur., wat vooral te danken is aan het laat ste bezoek van den Amsterdauische burgemeester, zal de herbouw met AAN HET ZOEKLICHT. Leiden, 31 Maart 1926. Vandaag heb ik mijn krop voelen zwellen. Ik ben n.l. een warm Patrimonium man, iets wat tot nu toe niet bepaald als een onderscheiding wordt aange merkt. Maar nu las ik in het H b 1 d. een beschouwing „van Geref. zijde" over de Geekerken-zaak, waarin op het voortreffelijk gehalte van de aanhan gers dezer richting gewezen werd. En om dat nader te bewijzen wordt dan verder meegedeeld, dat ook in de Chr. vakorganisaties zooals „Patrimo nium" verscheiden kopstukken gevon den worden die voor deze richting wel blijken te gevoelen. Nu is „Patrimonium" geen vakorga nisatie en heb ik nooit gehoord dat kopstukken van „Patrimonium" zoo bijzonder met „deze richting" synipa- thiseeren, maar dat'laat ik rusten. Voor mij is het voornaamste dat de Patrimonium-mannen, vroeger wel als de klompenpatrouille aangeduid,nu nog wel in een liberaal blad als den kende menschen van bijzonder gehal te worden aanmerkt. Wat kunnen de tijden toch verande ren! Ik voel me vandaag. OBSERVATOR. energie worden aangepakt en too ge zegd, in 1927 reeds geheel voltooid zijn. Veel hangt hierbij nog af van de nog binnenvloeiende gaven. Herziening Bezoldigingsbesluit. 29 Maart worden de hoeren N. van Hinte en F. S. Noordhof f, resp. voor zitter en secretaris van het Comité ter behartiging van de algemeene Belan gen van Overheidspersoneel (A.C.O.P.) door den Minister-President in au diëntie ontvangen. De delegatie zette tegenover Minis ter De Geer uiteen, waarom de on langs plaats gehad hebbende „plooi- engl&d strijker ij" zoo weinig bevredi ging bad. gebracht en dat niet het minst om de onleesbaarheid van het Bezoldigingsbesluit een nieuwe tech nische herziening niet achterwege zou kunnen blijven. Voor tal van groepen als onderwij zers, rijkswerklieden, ambtenaren op maand- en weekloon, klerken, enz. is in het geheel niets gedaan, terwijl de invloed der organisaties van belang hebbenden bij de vaststelling der sala rissen meer en meer wordt uitgescha keld. De vroegere chao9 op salarisge- bied dreigt weer te zullen ontstaan en van pogingen, om in overleg met de organisaties te geraken tot een deug delijke personeelsformatie, verneemt men niets. De Minister herhaalde wat hij reeds geschreven had, dat „omtrent het B. B. na de daarin onlangs aangebrachte wijzigingen, thans eenige rust be hoort in te treden." In hoeverre er plaats zou kunnen zijn voor een technische herziening van het Bezoldigingsbesluit 1925, waardoor het leesbaarder zou kunnen worden, kon de Minister thans niet uitmaken. Discussie over dezé vraag in de Centrale Commissie zou meen de de Minister in ieder geval voor af moeten gaan, al moest het A.C.O.P. dit niet als een wenk opvatten. Van de zijde van het Comité werd opgemerkt, dat de Centrale Commis sie niet kan functioneeren, wijl haar voorzitter, Mr. Kan, en haar pl.verv. voorzitter, Dr. Donner, tot Minister benoemd zijn. Voorziening in deze va catures zou, naar het oordeel der de legatie geen uitstel mogen lijden. De Minister zegde toe, deze zaak on verwijld ter hand te zullen nemen. Wat de wenschelijkheid eener her ziening van het Bezoldingsbesluit be treft, meende de delegatie er de voor keur aan te moeten geven, dat daar over vanwege de Regeering bet ad vies der Centrale Commissie zou ge vraagd worden. Een daartoe strek kend verzoek zal door het A.C.O.P. nader schriftelijk bij de Regeering in gediend worden. Nog werd gesproken over öe wen schelijkheid van samenvoeging der Centrale Commissie en die voor de Op de meeste moest hij antwoord medebrengen, en als hij 's avonds terugkeerde, stonden de wachtenden aan deur of aan tuinhek de aankomst van den voerman te verbeiden. Dan was er een gekijf, als hij de woon plaats van dezen of genen niet had kunnen uitvinden, 't geen meestal aan het min duidelijke adres te wijten was; of een geklaag, als de een of an der, van wien men zoo gaarne ant woord ontvangen had, niet te huis wac geweest; cf een verdenken van kwade trouw, bij het niet medebren gen van een antwoord dat hem niet was bezorgd. Behalve die allen had hij, daar het een streek was waar vele fabrieken waren een ganschen stapel zakken met kousen om naar Nottingham, en met katoen om van daar terug te bren gen, benevens een goed ge vul den geld buidel voor het afgeleverde werk. Toni Fletcher, Wij mogen er ons van verzekerd houden, verlangde Zater dagsavonds hartelijk naar huis; maar in spijt daarvan haastte hij zich nooit. In al zijn doen en laten was hij even geregeld als een uurwerk. Altijd op dezelfde minuut reed. hij van huis; op hetzelfde oogenblik, waarop de tolgaar ders hem verwachtten en de hekken voor hem openden, was hij daér en het gebeurde slechts hoogst zelden, dat men hem de laan, die naar zijn eigen dorp leidde, niet zag oprijden op den tijd, waarop men dit van hem ge woon was. Tom was een ruwe snaak in zjjn soort, en als iemand hem soms vroeg, hoe het kwam dat hij een minuut of wat later kwam dan gewoonlijk bracht hem dat wonderbaarlijk uit zijn hu- mem*, en antwoordde hij stuursch en kortweg: „Je zit hier op je gemak te huis en denkt dat men altijd honderd dingen doen kan, gelijk men ze eens gedaan heeft. Ga zelfs eens naar Not tingham, loop al de kousenwevers, al de kruideniers en al de ellewinkels af; breng een zak vol gekke minnebrieven iu de geheele stad rond, en kom op het bepaalde kwartiertje terug, dan geef ik je kar en paard op den koop toe. Toe dan, as je blieft, ga, dan be hoef ik mij niet langer te plagen." Maar Tom was nog niet te huis om op deze vragen te antwoorden. Hij stond nog aan den voet der hoogte, ongeveer twee mijlen van zijn woning verwijderd. Smiler had, als naar ge woonte, gesnoven en geblazen, alsof hij z'n longen en luchtpijpen wilde schoon maken en eens ferm adem scheppen voor den aanstaanden klim tegen den heuvel; Tom Fletcher had juist een grooten kei op geraapt om dien achter het rad te plaatsen, zoo Smiler soms halfweg nog eens mocht willen rus ten, en zij zouden juist weer op marsch gaan, toen een vreemdeling hen inhaalde en vroeg hoe ver het naaste dorp nog verwijderd was. „Als ik het wel weet" antwoordde Tom, den vreemdeling aanziende, „en ik ben dezen weg reeds eenige duizen- de malen gegaan, is het ongeveer 2 mijlen er heen en ééne mijl terug." „Hoe kan dat zijn?" vroeg de vreem deling; „ik zou danken, dat de eene weg even lang was als de andere." „Pfbbeer het, probeer het! Waarom vraagt gij het, als gij het beter weet dan ik? Probeer het, en gij zult het spoedig ondervinden. Voorwaarts, Smiler; voorwaarts, jongen!" E11 daarop ging Smiler in goeden ernst op weg, als een verstandig dier, wetende, welk een moeilijke karwei hem wachtte. De oude kar geraakte in beweging, waggelende cp den smerigen weg, ter wijl de wielen in de diepe sporen kras ten, en Tom ging er naast, de handen in zijn zakken en de oogen naar den grond geslagen, alsof hij in 't geheel niet meer om den vreemdeling dacht. Deze was een man van middelbare grootte, maar sterk gebouwd en scheen van gelijke jaren te zijn als Tom; hij ging langzaam achter den wagen aan en scheen weldra even weinig aan den stuurschen voerman te denken als de ze aan hem maar zag rond in de sche mering alsof hij wilde onderzoeken op welken weg hij zich bevond. Daarop keerde hij zich om en zag, voor zoo ver de vallende avond dit toeliet, naar den weg, of vestigde zijn oog op do heggen die aan beide zijden stonden; daarna ging hij er heen, alsof hij wil de zien of trachten te zien welke plan ten er bij groeiden. Het was, een heerlijke avond en een treffend schoon landschap. De heggen van haagdoorn, wilde appelen en ha zelnootstruiken begonnen reeds groen te worden ofschoon zij hunne bladeren nog niet geheel ontplooid hadden; de grond daar beneden was overdekt met allerlei lentebloempjes, welke de lucht met liefelijke geuren vervulden. De April-regens hadden zulk een aange name zachtheid aan den dampkring gegeven, dat het een genot was er in te ademen, terwijl zij viooltjes en ma deliefjes te voorschijn hadden geroe pen, die eer 'deden gelooven aan het einde, dan aan het begin der lente. Het scheen dat dit alles ook in het hart des vreemdeljngs aangename ge waarwordingen had opgewekt, want met langzame schreden ging hij-.ver- dc-r, nu en dan omziende en bij zich zeiven zeggende: „heerlijk, heerlijk!" Maar. ais uit zijn mijmering ontwa kende, stapte hij beter door. De kar van den voerman was wefens het donker, niet meer zichtbaar, maar men kon ze nog over den weg hooren hot sen en van tijd tot tijd stilhouden, ter wijl de stem van den voerman in de verte klonk met zijn: „Zóó, zóó, Smi ler, nu wat gerust!" en hij den steen achter het rad plaatste, om den wagen te beletten achteruit te gaan. De vreemdeling haalde hem in, en in 't geheel niet meer denkende om 's mans stuursche manieren, zeide hij: „Wel, hoe is het vriend; meent gij nog dat het twee maal verder is van den voet des heuvels tot aan het dorp, dan van ginds tot daar?" „Welke is de maatstaf voor afstand anders dan moeite en tijd?" zeide Tom Fletcher; ,,'t is alles berg-op er naar toe, en berg-af er van daan, en als u de eene gang niet twee maal langer voorkomt en niet twee maal meer moeite kost dan de andere, moogt gij gerust zeggen dat ik er niets van weet." „Werkelijk, geen slechte wijze va»i rekenen en daarenboven, nieuw, het geen ook wat zeggen wil" antwoordde de vreemdeling. „Maar zijt gij teg n- woordig de voerman van Lenis< *r? Toen ik vroeger in deze streek ver keerde, was het zekere Dick Ant'iony; de wegen waren toen slechter dan thans en zij zijn nu nog de slechtste, die ik sedert twintig jaren gezien heb. Dick Anthony baggerde er vo«in* vele jaren moedig door. Leeft hij siog?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5