Uw Lippen PUROL NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 24 MAART 1926 DAG-AGENDA. Wtoensdag 24 Maart 'sav. acht uur Graanbeurs, Jaarfeest v. d. Chr. zang ver. „Ledagoh." Woensdag 24 Maart 's av. acht uur. Jeruël, Middelstegracht 3, de heer Mechelsen, van Voorschoten. Woensdag 24 Maart, s avonds acht uur, Bovenzaal van „Amicitia", Bree- straat, Jaarverg. der A.-R. Kies vereen. Donderdag 25 Maart, 's av. half acht „Prediker", Jan Vossensteeg: Ds. J. P. Pauwe. Leiderdorp. Donderdag 25 Maart, 's av. half acht. Geref. Kerk: Propagao- da-avond der Chr. Zangvercen. „Ex celsior". Zang, Muziek, Inleiding Vrijdag 26 Maart, s avonds 8 uur. Lezing Ned. Chr. Vrouwenbond, in de Mutszaal. Spreker Prof. v. Nes, over „Zinzendorf stichter der Broederge meente". Katwijk aan Zee. Vrijdag 26 Maart, 's avonds half £fcht. Paviljoen van het Badhotel: Ds. M. H. A. v. d. Valk, van Botterdam, over „Lenin en hei Bolsje wisme". Dé avond-, nacht- en Zondagdiensi der apotheken wordt van Maandag 21 Maart tot en met Zondag 28 Maart waargenomen door de apotheken der héeren: D. J. v. Driesum, Mare 71, 'lel. 406, en G .H. Blanken, Hoogewoerd 174 Tel. 502. de kosten van het lager onderwijs ie beinvloeden. De minister ontkent, dat nog steeds eenzijdig wordt bezuinigd op het. lager onderwijs en dat de andere afdeel in gen der onderwijs-begrooting in veel gerfnger mate getroffen zijn. Het zal zaak zijn ernaar te streven, om in de plaats van de tijdelijke Bezuinigingswet 1924 voor het lager onderwijs te geraken tot een blijvende beperking der uitgaven zonder de vi tale belangen van het onderwijs aan te tasten. Naar het oordeel der regeering is het tijdstip gekomen om een staatscom missie in te stellen, die omtrent het aanbrengen van vereenvoudigingen van voorlichting zou dienen. De miaia ter meent dat aan de commissi* een ruime opdracht gegeven zou moeten worden. De minister geeft zijnerzijds de ver zekering, dat de zinsnede in de Troon rede omtrent het plan tot het wegna men van ounoodige beperkingen van de vrijheid van het onderwijs niet be- teekent, dat op het bestaande systeem van gelijkstelling van openbaar en bij zonder onderwijs een aanslag zal wór den gepleegd ten nadeele der openoa- re school. Volkomen terecht is er, aldus de mi nister, de aandacht op gevestigd, dat bij herhaling geklaagd is over wette lijke en administratieve voorschriften, die meer dan noodig is ingrijpen in de vrijheid dergenen die de school bestu ren en te leiden hebben. De minister stelt zich voor het onder zijn ambts voorganger reeds aangevangen on derzoek, ernstig voort te zetten en hoopt als resultaat daarvan de vrij heidsbeperking, die gelegen is in der gelijke voorschriften en die inderdaai zou blijken verder te gaan dan noodig is, uit den weg te ruimen. De klachten over onnoodige bepex- king der vrijheid van de schoolbestu ren tengevolge van de wijze waarop de Lager-Onderwijswet wordt geïnter preteerd en uitgevoerd, zullen door den minister ernstig onder het oog worden gezien. Ook de minister acht, evenals zijn ambtsvoorganger, het nuttig dat voort aan meer aandacht wordt gewijd aan het onderricht omtrent den Volken bond. De minister zal overwegen of het niet beter is terug te komen op de be slissing dat de beurzen het kaarkter van een renteloos voorschot dragen. Lageronderwijs. De minister ontkent, dat gesproken kan worden van een stelsel van 48 leerlingen j?er klas. Wanneer het stel sel, neergelegd in de wet van 30 Juni 1924, geheel zal zijn doorgevoerd, zal over bet geheele land gemiddeld voor 40 leerlingen een leerkracht door het rijk wonden vergoed. De boventallige, onderwijzers zijn hierbij buiten be schouwing gelaten. De minister is ten aanzien van het zevende leerjaar onmiddellijk ovei^egaan tot overleg met zijn ambt genoot van financiën; een bepaalde toezegging kan hij echter niet doen. Wat de assistenten betreft deelt de minister mede, dat van de op 31 December 1924 in functie zijnde 89 as sistenten 30 mannelijke en 59 vrouwe lijke, 70 bevoegd en 13 niet bevoegd, 16 tevoren ïn betrekking als onderwijzer- les), 4 in het genot van wachtgeld wa ren. Van de op 30 Juni 1925 in functie zijnde 131 assistenten waren er 35 mann. en 96 vrouwelijke, 117 bevoegd ^n 14 niet bevoegd, 31 tevoren in be trekking, 3 in het genot van wachtgeld De minister stelt zich voor, het vraagstuk der onderwijzersopleiding' ipoedig in onderzoek te nemen. Inzake de bezoldiging van onderwij- eers kan de minister thans nog niet oreedvoerig zijn meening geven. Het xomt hem intusschen voor, dat som- nige bezwaren omtrent teruggang van ialaris wel wat breed zijn uitgemeten. Omtrent een herziening en vereen voudiging van de wettelijke bepalin gen betreffende de regelingen van het jchoolgeld heeft 's ministers ambts voorganger met den toenmaligen mi nister van binn. zaken en landbouw ïverleg gepleegd. Dit leidde reed9 tot RECLAME. springen bij guur weer vaak stuk of worden ruw en schraal. Dit is spoedig te verzachten en te genezen door Doos 30 ct. een in vergevorderd stadium van voor bereiding verkeerend wijzigingsont- werp. Bij de begrooting voor 1927 zal er op gerekend moeten worden voor de toepassing van het Kon. besluit van 6 Oct. 1922 betreffende de lichaamsoefe ning wordt hervat. Of dit geschieden zal, is in den loop van 1926 te beslissen WATERSTAATSBEGRÖOTING. Aan de memorie van antwoord op het voorl. verslag van deze begroo ting is het volgende ontleend: Het wegenvraagstuk. Met voldoening nam de minister kennis van de instemming, betuigd met de kenbaar gemaaKte voornemens inzake bet wegenvraagstuk. Ingestemd wurdt met de meening, dat Dij de verbetering van onze wegen ue producten van onze nationale in dustrie. niet meer dan strikt noodig behooren te woeden uitgeschakeld; het gebruik daarbij van binnenland- scne materialen zal toepassing Kunnen vinden zooveel als dit met deeisclien van goede wegen en met den economi- schen aanleg ea exploitatie daarvan is overeen te brengen. Met verscheidene leden, hier aan het woord, deelt de minister het gevoelen, dat bij de verbetering dier wegen zoo veel mogelijk voo» bet natuurschoon meet worden gewaakt. De minister kan mededeelen, dat spoedige indiening te zamen met zijn ambtgenoot van financiën te verwachten is van een wetsontwerp, waarbij geregeld zullen worden de van weggebruikers te heffen belastingen en de besteding van deze en andere gelden voor de verbetering van het wegennet in ons land: Hij meent zich daarom thans te moeten onthouden van het geven der gevraagde inlich tingen, welke uitvoerig bij de indie ning en behandeling van bedoeld wets ontwerp zullen worden verstrekt. De minister zal gaarne overwegen in hoeverre bij de oplossing van zich voordoende vraagstukken inzake de wegen ook de weggebruikers met vrucht zullen kunnen worden geraad pleegd. 'Het toenemend verkeer. De minister meent te mogen ver wachten dat de gevaren, die het mo derne verkeer op de wegen met zich bréngt, voor een goed deel Zullen zijn verdwenen, indien de verbeteringen zijn aangebracht, die in 't voornemen liggen. Of van een verder ingrijpen van den wetgever heil is te verwachten, meent hij te moeten betwijfelen. Van het voorschrijven van algemee- ne snelheidsmaxima verwacht de mi nister geen noemenswaardige verhoo ging der verkeersveiligheid. Het denkbeeld om de verplichting óp te leggen dé motorrijtuigen te voor zien van inrichtingen die beletten bo- vén een bepaalde snelheid te rijden, is naar* het oordeel van den minister voorshands niet voor verwezenlijking vatbaar, mede uit hoofde van de ver scheidenheid der maximumsnelheden Loon en arbeidstijd in bestekken. Sedert enkele jaren worden in de be stekken van waterstaatswerken geen bepalingen omtrent minimum loonen opgenomen, omdat het vastleggen van dergelijke nonnen in het algemeen niet meer noodig werd geacht en mede omdat, in deze tijden van wisselende conjunctuur, vooraf de schommelin gen in de loonbeweging niet voldoende kunnen worden voorzien of voorspeld. Om de laatste reden werd het evenmin wenschelijk geaent in de bestekken naar landelijke contracten te verwij zen. Heffing van rechten op waterwegen. Aard en karakter der heffingen aan de onderscheiden sluizen en bruggen en ook de bedragen der aan die wer ken geheven .rechten zijn zoo verschil lend, dat bezwaarlijk zou kunnen wor den aangenomen, dat van alle die hef fingen zou gelden, dat zij te hoog zijn. Dat er ondertusschen heffingen zijn, die de scheepvaart zeer bezwaren, kan niet worden betwist. Een en ander maakt thans een onderwerp van om derzoek uit, oa. bij de staatscommis sie voor het vervoervraagstuk, inge steld bij K. B. van 12 Mei 1923 (com- missie-Patijn). Wat betreft het convenent van 1817, tusschen de gemeente Groningen en de Dreutsche Veengenooten gesloten nopens de heffing van rechten op ka nalen in de Groninger veenkoloniën, merkt de minister op, dat deze zaak tót oplossing zal moeten worden ge bracht. Als wegen, die daartoe zouden kun nen leiden, zijn verschillende moge lijkheden geopperd. Reeds is door mi nister van Swaay bij de provincies Drenthe en Groningen de overweging aanhangig gemaakt van het ook naar het gevoelen van den minister aanne melijke denkbeeld van de oprichting van een waterschap, omvattende alle in Drente en Groningen gelegen gron den, die bij een goede instandhouding dier kanalen en bijbehoorende werken belang hebben, welk waterschap met het beheer en onderhoud van de be doelde kanalen en werken ware te be lasten. nadat de eigendom daarvan door de gemeente Groningen aan die instelling zou zijn overgedragen De minister kan bij ^en boven ge- schet9len stand van zaken geen aan- 1 leiding vinden om een subsidie van hot rijk in uitzicht te stellen. Voordat de herziene motor- en rij wiel wet in werking zal kunnen treden, zullen moeten zijn vastgesteld 'n nieuw motor- en rijwiel-reglement, zoomede ministerieele besluiten, waarin de ver schillende door den minister van wa terstaat te geven voorschriften lor uitvoering van de wet en het regle ment een plaats zullen vinden In bet motor- en rijwiel-reglement zal o.a. een regeling worden opgenomen inza ke het verkeer met zware motorrijtui gen en één betreffende de verplichting voor aanvragers van een rijbewijs tot het doen van een proefrit. De Zuiderzeewerken. De ambtsvoorganger van den minis ter was voornemens opdracht te geven tot het nader bestudeeren van hetgeen aan de hand van het door de staats commissie-Limburg uitgebrachte ver slag en het door den rijkswaterstaat en door den directeur-generaal der Zui derzeewerken nader ingestelde onder zoek als het meest gewenscht tracé, het beste profiel voor een nieuwen scheepvaartweg ware te aanvaarden De tegenwoordige minister wil gaarne nagaan, of hij mede in deze richting werkzaam kan zijn. De minister kan et mede instemmen dat bespoediging der werkzaamheden voor den aanleg van den weg 's-Graven hage—Rotterdam, ook met het oog op bevordering van werkgelegenheid" ge wenscht is. Voor zooveel het hem mo gelijk is, wil hij daartoe gaarne mede werken Voor de verbetering van den Rijks weg Amsterdam—Laren nabij Naar- den is de medewerking van het depar tement van oorlog noodig. Thans is te voorzien dat de onderhandelingen spoedig tot een einde zullen zijn ge bracht. Mot betrekking tot de verbetering van den weg AmsterdamHaarlem zij medegedeeld, dat het gedeelte Sloter- dijk Halfweg behoudens de -beplan ting vermoedelijk in 1926 gereed kan zijn en dat op het gedeelte Half weg—Haarlem in dit jaar een nieuw rijwielpad zal worden aangelegd. Spoorwegen. Dat de sluitende rekening over 1924 enkel is verkregen door maatregelen ten opzichte van liet personeel, kan niet worden toegegeven. Daarnevens is op andere hoofden aanmerkelijk en percentsgewijze in niet mindere mate dan ten aanzien van de personeelkos- ten bezuinigd. Tarieven. Dat verlaging van de, vooral in ver gelijking met die vóór den oorlog, nog hooge spoorwegtarieven in het belang van handel en nijverheid op zich zelf zeer wenschelijk is, beaamt de minis ter, evenals dé directie, of daarmede tevens verbetering van de spoorweg ontvangsten zou Worden verkregen, is de groote vraag, die naar alle waar schijnlijkheid voorshands ontkennend moet worden beantwoord. Niettemin overweegt de regeering thans met de directie de mogelijkheid eener verlaging en herziening van sommige tarieven." De uitkomst van hetgeen te dezer zake is verricht, zal waarschijnlijk binnenkort kunnen blij ken. Voor het verkeer tusschen Den Haag en Rotterdam zal verstrekking van plaatsbewijzen voor - buurtverkeer vermoedelijk in overweging kunnen komen, zoodra de voltooiing van de werkzaamheden voor de electrificatie van de lijn over Delft en de verbou wing van den Zuid-Hollandschen Elee trischen Spoorweg gelegenheid zullen geven om de toeneming van het ver voer bevredigend te bedienen. Tegen wederinvoering van kilomter- boekjes bestaat uit een exploitatieoog punt ernstig bezwaar. Zondagsdienst. Hoewel in vergelijking met vroege- ren tijd, de dienstregeling op Zondagen aanmerkelijk is ingekrompen, hoopt de minister binnen het kader zijner wettelijke bevoegdheden aan dit on derwerp zorg te wijden. Daarbij mag niet worden vergeten, dat in de zich aandienende behoeften van het op Zondag reizend publiek redelijkerwijs behoort te worden voorzien. BUITENLAND. HET DEBAT OVER GENèVE IN HET LAGERHUIS. De critiek va Lloyd George. Lloyd George heeft gistermiddag in het Lagerhuis liet debat over Genève geopend. Hij zei de, dat de' 15e Maart uitgelocpen was op een treurspel. De onaerteekenaars van het verdrag van Locarno zijn veran.wcö delijk voor de mislukking te Genève, welke zooveel schade heeft toegebracht aan het vre deswerk. Het doel van deze bijeenkomst was Duitsch and op te nemen in den Vol kenbond. Als de cndeiteek nnars van Locarno zich daartoe bepaa'd hadden en gestaan hadden op uitstel van a'.le andere aanspraken zou n:emand er aan getwijfeld hebben ot men zou zijn doel zonder moe te bereikt hebben. In piaats daarvan hebben de mo gendheden van Locaino ondernandeld vergaderd, ge.aveerd, gevlecl en toe gegeven in een internat.onaai spel van elkaar overtroeven met het doel huil candidaten vei kozen te krijgen. 'Hoe kan iemand onder deze omstandighe den Brazilië grijpen? Zweden hseftden juisten en moedigs en weg gevolgd en vertegenvvoordigüe daarmee ook de openbare meening in Engeland. Loyd George vat.e .e.i slo.te de cri tiek op de geoeurte .is^en in Genève, voor zoover de ui. persberichten be kend zijn, sa.nen in deze twee punten: Ten eerste, dai de Lojarnu-mogend- RECLAME. Dames-Pantoffels met Hak a f 1,25 Prima Zooileder en Fournituren. VAN ESCH, Donkersteeg 5, naast „De Stad Parijs." 2687 heden verantwoordelijk zijn voor de mislukking en ten tweede, dat Geneve een mis lukking genoemd moet worden, omdat het instrument van den vrede er zoo zeer beschadigd is, dat velen van de beste vrienden van den Yrolkenbond wanhopen, ot de gevolgen nog kun nen worden te niet gedaan. Het vitale punt noemde hij, dat een der bepalingen van het verdrag van Locarno was, dat Duitschland in den Bond zou treden, en hij wenschte van den minister van Buiteolandsche Za ken te hooren, wat er precies in Ge nève is geschied. Het Lagerhuis heeft het recht te vragen, of Chamberlain wist, dat Po len en Frankrijk de bedoeling hadden aan te dringen op gelijktijdige opne ming van riolen in den Raad met Duitschland. Maar nu is de indruk ge wekt, dat men Duitschland er toe ge bracht heeft, een contract te teeke- ne'n, zonder het alle bijzonderheden daarvan mede te deelen. Het anwoord van Ghamberiain. Na de rede van Lloyd George nam mini-ter Ghamberiain het woord. Hij opende een zeer scherpen per soonlijken aanval op Lloyd George, waarbij hij scnamper wee^ op het enor me verschil tusschen den onparcijdi- gen toon van diens aanklacht van he denavond m het Huis en zijn felle veroordeeling elders uitgeaproKen. De vorige spreker, zeide chamberlain, heelt ach .ei docht .e kennen gegeven, en twijfei geuit, doch er is geen di recte aanklacht ingediend. ik moet dus trachten te weten te komen, waartegen jk mij moei verde digen en ik neem dan aan, dat de eeiste aankiaciu is, dat itc in Decem- oer oij mijn doorreis een geheime over eenkomst gesloten zou nebben met Br.a.id over den Poolschen eisch. De tweede aanklacht, zon zijn, dat ik niet locaal tegenover Duicscnland heb gei.a..deid. nier interrumpeerde L.oyd. v--eoi ge en na een Kiene scher- inu.seuiig erklaarüe ue Jaa.s^e de on derstelling te opperen, dat Cnamber- lain bij zijn doorreis in Parijs een overeenkomst me. opanjè gesloten had om da. land een peimmientèn zetel te verzeneren en dat Bnand daarna den eisch van rio.en naar voren zou heb ben geoiacht. Du is een geheeL andere aanklacht, dan die eldeis tegen mij is ingebracht, ervo.gde Cnambèriain en uie insloot, clat ik ook een belofte aan Briand gedaan zou heooen, wat Lloyd George met z^t te veronderstellen. üp deze aanklachten kan ik nu met opemiartigneid antwoorcien, wat ik voor ik naar Geneve ging, strijdig met ader oelangen achtte. 'ioen ik jbriand, na een lang ver- blijl mijnerzijds 111 Italië, in rianjs ont moette, begon ik mee hem te zeggen, dat ik ten aanzien van geen enkel punt eemge v erpncntmg op mij kon nemen, voor ik in Engeland was terugge- Keerd. wij spiaken over de Saar en over Po.en en ik vroeg Briand naar de re- deuen, weike de f rauoche regeermg nad om rio.ens eiscxi inzake een per manenten zetei in den Raad te steu nen. ik wees nem er op, dac ik nem -geen enke.e verzekering Kon geven aangaande ue nonaing \aa mijn regee- xing. Er werd geen overeeakomsc van weiKen aard oo.< in dit onuernoud ge sloten. ik heb dat reeds eiders ontkend en ik iiei'iiaai deze ontKenning ten stel ligste. .-van den bpaanmiien vertegenwoor diger gat ik reeds voo reken de her- u.eavvüe ver-ekenng, ua. da Engelscüe regeermg, a*s de o^iiStanuigneden naar toe gescnikt waren, bereid was op nieuw een door öpanje in te dienen eisch voor een ze.ei te Steunen, zoo- ais de Engersclie regeermg dat vier vier jaar gemden had gedaan onder idoyd oeoige. Over het misverstand, dat de kern der geheeie kwestie vormde, zeiue Gnauiueriaiii: Bij de voorwaarden, uie de -L/iutscne iegeermg stelde voor naar toetreding tot aen Voikenoond, en waarvan door de Fransche en En- geiscne legeeringen aileen die becret- xende den permanenten zet ei en een recteujke vertegenwoordiging in uever scnmei.de v oikenooiius-organisaties werden aanvaard, werd door de Duit- scne iegeermg met genoemd de eisch dat er geen verdere wijziging in den Raad zon plaats' hebben. Chamberlain's instructies. Chamberlain deelde daarop mte, wat zijn instructies zijn geweest „Terwijl het aan mijn discretie werd overgela ten de beste regeling te treffen, die ik bereiken kon in verhand met den gang van zaken, zou onze politiek gegrond zijn op de volgende beginselen: Geen wijziging in den raad kan wor den geoorloofd, welke Duitsebland's toetreding zou beletten of uitstellen Het beste zou zijn, dat Duitschland als raadslid de volle verantwoordelijk heid zou dragen voor alle veidere wij zigingen in den raad, behoudens zijn eigen toelating. De regel, dat alleen groote mogend heden een vaste raadszetel bez;tten, zou in beginsel worden gehandhaafd. Spanje bevindt zich in een bijzonde re positie en kan aanspraak maken op een buitengewone behandeling Noch Polen, noch Brazilië zouden thans een vasten zetel krijgen, uocli Polen zou zoo spoedig mogelijk een lossen zetel krijgen." Chamberlain ging ten vaLle imri, deze instructie accoord. Radio-Programma. Wat er vanavond te hooren ls. BERLIJN, 505 en 576 M. Vanaf 7.50 ook op 1300 M. 3.55 Lezingen. 8.50 Kapelmuziek. 9.20 Nieuws. 9.50 Muziek. BRUSSEL, 262 M. 6.20, 9.20 en 10.20 Nieuws. 8.20 Concert. DAVENTRY, 1600 M. Zie Londen. 10.45 Weerbericht voor zeevarende» 10.50 Muziek. DORTMUND, 283 M. I'S 5-55 Leringen. 7.20 Mattniius passion, van Bach, ELBERFELD, 259 M. 6.40 Lezing. 7.20 Matthaus passion, van Bach HILVERSUM, 1050 M. 5.Concert. 0.30 Duitsche les. 7.30 Politiebericht. 7.45 en 10.Persberichten. 8.Ned. Chr. Radiovereenigingt Programma: 1. Opening. 2. Inleidend woord. 3. Muziek van het trio Steinz, Hil versum. Piet Steinz, viool; Kees Steinz, viool en J. Bonda, piaao. Trio XII, Joh. Haydn, ie ged. 3. Rede van den heer A. van Deur- sen te Groningen, over: „God heeft de wereld door onzichtbare clavie- vieren betrocken als een luyt met al zijn toebehoor". 5. Tine Mulder, sopraan te Bussum. a. Ons lied, L. A. v. Tetterode. b. 't Liedeke van den schilder, Em. Hullebrceck. c. Van 't Maseurken, Em. Hulle- broeck. 6. Muziek van Trio Steinz. Allegro uit Trio 1 op. 1, L. v. Beet hoven. 7. Declamatie. 8. Toelichting van „Ons reisplan voor 1926", te geven door den heer W. F. M, Lindeboom te Amsterdam. 9. Allegro con brio uit Trio IH op. 1 van L. v. Beethoven, te spelen door Trio Steinz. 10. Zang van Tine Mulder. a. 't Kuipertje, Jos. Reekers. b. Speldewerkerslied, Em. Hulle- broeck. C, Heer Jesus heeft een hofkerk 11. Slotwoord van Ds. L. J. van Leeu wen, Ned. Herv. pred. te Hilversum 12. Sluiting. LONDEN, 365 M. J 5.35 Kinderuurtje. ,p Ó.20 Muziek. 7.20 en 10.20 Tijdsein, weerber., nieuws, 7.45 Pianocomposities. 8.— Lezing. 8.20 Concerten, j 10.50 Muziek. MüNSTER, 410 M. 5.20 Lezingen. 7.20 Matthaus passion, van Bach. PARIJS (Radio-Paris), 175° M 5.05 Orkest. 6.05 en 8.35 Persberichten. 8.50 Concert. ZüRICH, 515 M. 5.35 Kinderuurtje. 6.10 en 9.10 Weerbericht en nieuws. 7-35 Voordracht en strijkkwartet. Vernietigende critiek van MacDouald MacDonald, na Chamberlain aan bet woord komende, zeide, dat bet resul taat van Chamberlain's oplreien was geweest, dat de Britscbe diplomatie op een lamentabele wijze gefaald was, a's in vele jaren niet geschiedde. Dit land, verklaarde de leidei der oppositie, is in een diplomatie gewik keld welke den Volkenbond zeil vijan- dg is, en wij hebben den Bond in een wanorde en treurig achtergelaten, ter wijl er, wat betreft den Volkenbond een cynisme over Europa is gekomen, als sinds den oorlog niet bekend is ge weest. MacDonald stelde het denkbeeld aan de kaak, dat drie of vier mogendhe den, door het onder elkaar eens te wor den, zouden kunnen uitmaken wat de beslissing van den Volkenbond ten aanzien van een of andere speciale kwestie zou zijn. De heele aangrJegen- hend had openlijk in den Volkenbond behooren te worden gebracht. HET RIJKSDEBAT OVER GENèVE. De ingediende moties In den Duitschen Rijksdag is giste ren het debat over de buitenlandsche politiek voortgezet. De belangstelling was echter niet groot. Bij de stemmingen over de ingedien de moties werd allereerst bij eenvou dige stemming bet communistische votum van wantrouwen tegen dc hee le rijksregeering verworpen. Vóór stemden de Duitscb-nationalen de communisten en de völkischen. De motie van wantrouwen der Duitsch-natiönalen tegen Stresemann en Lutber werd met 259 tegen 141 stem men verworpen. De motie van goedkeuring ,door de regeeringspartijen ingediend. Werd bij eenvoudige stemming onder levendige bijvalsbetuigingen van bet centrum aangenomen. DE FRANSCHE FINANTIEELE CRISIS. Pérets voorstellen. De financieele commissie van de Fransche Kamer is gisteren begonnen met de beraadslagingen over de voor stellen van den minister van financiën Péret. Over bet algemeen geeft men dezen;.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 2