m m m m m m m m M m m NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 20 MAART 1920 Aan het einde der Week De week van de groote mislukking, zoo mogen we de afgeloopen week wel noemen. Nog lang zal de wereld met schaamte terugdenken aan het fiasco, dat de zevende Volkenbondsvergade ring te Genève geleden heeft. Het had zoo geheel anders kunnen en moeten zijn. In deze week zoo was de verwachting zou Duitsch- land als lid van den Volkenbond toe gelaten worden en zou daarmee een van de grootste stappen gezet zijn op dén weg die leidt naar de verbroede ring der eertijds vijandig tegenover el kaar staande volken. Dan zou de groote volkerengemeenschap, waaraan vooralsnog f de Vereenigde Staten van Amerika ontbraken, doch ook dit was dan wellicht maar een kwestie van tijd, tezamen kunnen beraadslagen over den politieken en economischen wederopbouw van Europa, het door den grooten oorlog wel het meest ge teisterde werelddeel. En wellicht zou de wereld dan weer een tijdperk van meerderen vrede en welvaart kunnen tegemoetgaan Het heeft zoo niet mogen zijn. Men is het te Genève niet eens kunnen worden en onverrichter zake moesten de verschillende delegaties naar hun land terugkeeren. Nu zal in September de toelating van Duitschland opnieuw aan de orde worden gesteld. Dit échec der Volkenbondsvergade ring is daarom zoo ernstig omdat het een symptoom is van het groeps-ego- isme dat onder de natiën nog veelszins heerscht. Er is nog steeds geen spra ke van dat de internationale gedachte de onderlinge geschillen zou overheer schen. Dit is ook eigenlijk weer niet zoo erg verwonderlijk, als men bedenkt hoe het in de landen zelve gesteld is. Ook daar geen eenheid, doch verdeeldheid en onderlinge tegenwerking. Hoe sterk is in Duitschland niet de oppositie van de Duitsch-nationalen alsmede van uiterst rechts en uiterst links tegen Luther en Stresemann. En de positie van Chamberlain in Engeland is er ook niet steviger op geworden sedert de gebeurtenissen der laatste weken. Om van Briand in Frankrijk nog maar te zwijgen. Het nieuwe kabinet-Briand is Don derdag met een weinig zeggende re- geeringsverklaring voor den dag ge komen die in het parlement op koele wijze werd ontvangen. Ze komt eigen lijk in 't kort hierop neer:, de zaak zal op den ouden voet worden voortgezet. gMet name geldt dit van de Xinancieele politiek. Voor de positie van den Fran- schen franc v**wspelt dit weinig goeds al moeten we ons er voor hoeden, dit al te tragisch op te nemen. Want zeer dikwijls is de welvaart der bewoners van een land omgekeerd evenredig met den rijkdom van het land zelve, zich manifesteerend in de valuta. Men denke aan „arme" landen als België, Frankrijk en Italië, doch waar geen werkloosheid heerscht, tegenover „rij ke" landen als Engeland. Nederland en thans ook weer Duitschland waai de munt op peil staat doch die midden in een ernstige en langdurige econo mische crisis zitten. Overigens is in de huidige verhou dingen, nu de Hollandsche gulden, dank zij het werk van den heer Colijn gestabiliseerd is en we daar de na doelen alsmede de voordeelen van hebben (de laatste zijn vooral van be lang voor de ambtenaren en de rente niers) de verstandigste financieele po litiek die, welke de zaak op den ouden voet voortzet. De hèer Nolens heeft dit op zeer geestige wijze uitgedrukt door den minister-president, tevens minis ter van financiën, toe te roepen, op de wijze van 'n zakenman tot zijn jongen vriend: „Je voorganger heeft de zaak er boven op gebracht, houd ze zoo." Uit het grijs verleden. DE PAASCHMAALTIJD. Het Pascha werd en wordt ook thans nog bij de Joden gevierd van den 14den tot den Sisten der eerste maand, die oorspronkelijk Abib (de arenmaandj en sedert de ballingschap'Nisan heet te. Zeven dagen lang mochten zij geen zuurdeesem in hun huizen hebben, maar zij moesten al dien tijd ongezuur de brooden eten (de z.g. Matses). Op den avond van den 14den aten zij liet Paaschlam, wat evenwel na de ver woesting- van den tempel niet meer ge schiedde. Thans wordt daarvoor in de plaats genomen een been, waaraan nog wat vleesch zit; dit moet op kolen gebraden worden en stelt het Paasch lam voor. Ook ontbreekt de bittefe saus niet, deze wordt reeds genoemd in de inzetting van het Pascha in Ex. 12, zij bestaat uit bittere kruiden en een brij, charoseth genoemd, samen gesteld uit de volgende bestanddeelen: het is een massa, uit stukjes gesne den appels (of vijgen) en noten (of amandelen) bereid, die met wat wijn samengekneed worden. Ook wordt wat kaneel en gestooten gember daarover gestrooid, waardoor de brij gelijkenis vertoont met stroo, met leem ver mengd, een herinnering aan den sla venarbeid der Israëlieten in Egypte. Ieder der huisgenooten heeft een beker met wijn voor zich, terwijl op de tafel een bokaal staat, waaruit de be kers in den loop van den avond vier maal gevuld worden. De Paaschmaaltijd is het hoogte punt van het Joodsche familieleven; zij noemen dit den Seideravond. Alle leden van het gezin hebben dan hun beste kleederen aan en de kostbaarste tafelgereedschappen worden voor den dag gehaald. De ritus van den Paaschmaaltijd zooals de Joden dien thans vieren komt nog in hoofdzaak overeen met de wijze, waarop Christus en Zijn dis cipelen dit deden. Deze ritus vinden we in het Misch- natractaat Pesach. De Mischna vormt met de Gemara tezamen den Talmoed; neemt men in aanmerking dat de Mischna het oudste deel daarvan is en omstreeks 200 na Chr. werd afgeslo ten dan blijkt daaruit wel dat het Paaschfeest al ongeveer 2000 jaren bij de Joden op in hoofdzaak de volgen de wijze gevierd wordt. Bij den eersten beker dankt de huis vader voor den wijn en den heiligen dag. Over de volgorde daarvan streden ten tijde van Jezus de beide Rabbijnen- scholen van Hillel en Schammai met elkaar; de laatsten spraken eerst den zegenwensch over den feestdag en daarna dien over den wijn uit. Daarna volgde het eten van bittere kruiden (selderij of peterselie), die ge doopt werden in zoutwater of azijn. Hierna werd het ongezuurd brood, de brij charoseth, het lam en het vleesch van de chagiga, d.w.z. het feestoffer (als het lam niet toereikend was) op tafel gebracht. Na het eten van het tweede deel der bittere kruiden die in de charoseth waren gedoopt, volgde het mengen van den tweedeó beker. Dan vroeg de jongste van het gezel schap: „waarin onderscheidt zich de ze nacht van alle andere nachten?" De huisvader gaf het antwoord en ver haalde de geschiedenis van den uit tocht uit Egypte en de instelling van het Pascha. Hierna zong men gezamenlijk het eerste deel van het Hallel (Psalm 113 en 114), een instelling van de school van Hillel; nadat nog een gebed door den huisvader was uitgesproken, volg de het drinken van den tweeden be ker. De vader waschte vervolgens zijn handen, nam twee brooden, brak er een in tweeën en leide de stukken op het ongebroken brood, loofde God voor het scheppen van het brood, wikkelde een stuk van het gebroken brood in bittere kruiden, doopte het zoo in de charoseth en at na gedankt te hebben, iets van de chagiga. Was dit geschied, dan kon het maal met allerlei spijzen worden voortgezet. Na den maaltijd nam de huisvader een laatste stuk van het lam en dan mocht niemand meer eten. Hij waschte zich de handen; de derde beker werd ingeschonken en de dankzegging uit gesproken alsmede nog eenige andere gebeden, die eindigden met de woor den: „De Heere geeft Zijn volk kracht, De Heere zegent Zijn volk met vrede Na nog een zegenspreuk werd de derde beker gedronken, waarna men het tweede deel van het Hallel zong (Psalm 115118). Ten besluite zeidet men in later tijd, toen de Joden reeds uit hun land verdreven waren: „Het volgend jaar in Jeruzalem". Na liet drinken van den vierden be ker werd soms nog een vijfde gedron ken, waarna men Psalm 120137 zong. In Matth. 26 1730 en ook bij de andere evangelisten, lezen we hoe de Heere Jezus met zijn discipelen het laatste Pascha at. Verschillende trek ken van dit verhaal worden ons dui delijk wgnneer we weten op welke wijze de Paaschmaaltijd gehouden werd. Zoo is er in vers 23 sprake van Ju das die met Christus de hand in den schotel indoopt; hiermee wordt ge doeld op het doopen van bittere krui den in de brij charoseth. En de lof zang die volgens vs. 30 gezongen werd is het z.g. groote Hallel, de Psalmen 113—118. De Instelling van het Heilig Avond maal moet gesteld worden bij deu laatsten beker. In de plaats van het feest ter gedachtenis van de verlos sing uit het diensthuis van Egypte, kwam de sacramenteele maaltijd des Nieuwen Verbonds. Christus is het ware Paaschoffer: ons Pascha is voor OU9 geslacht, namelijk Christus, 1 Cor 5:7. MAART. De wind is nog wel vinnig koud, Hij blaast en giert en fluit, En jaagt soms in een booze bui Den hagel voor zich uit. Dat 't klitst en kletst en kettertikt, En hoe je ook draait, de deugniet mikt De korrels in je snuit. En toch, en toch, je weet niet of En hoe en waar het komt. Maar d'r is iets in dien dollen baas Z'n hollen waai z'n bolleblaas Dat zachter bromt. Nauw zendt de zon d'r jonge gloed De natte straten door. Of plots daar pletst de regen neer Zoo vlak het windje voor. Hij zingt met bulderbaas een lied Van pijpesteel lawaai muziek In kletsend, klatsend koor. En toch en toch, je weet niet of En hoe en waar het komt, Maar d'r is iets in dat boos lawijt Dat fluistert van een milder tijd: De lente komt. Ik mag jou wel, jou wildebras, Je bent net als m'n hart. Dat robbedoest, en ligt zoo vaak In raadselen verward. Daar jaagt ook wel een wilde wind Den hagel voor zich uit. Of schijnt een lentezonnetje M'n zieleruitjes uit. M'n hart is ook wel eens onwaar; Net als jouw Mdartsche gril. 't Is zon en hagel door elkaar En 't weet niet wat het wil. OPWAARTSCHE WEGEN. DAMRUBRIEK. Redacteur: J. VERSTOEP Jzn. Fred. Hendrikstraat 37, Delft. De tweede beslissingspartij. VosDam me. Om het kampioenschap van Nederland. We laten hier volgen het verloop van de tweede beslissingspartij Vos Damme. Wit: A. K. W. Damme. Zwart: J. H. Vos. 1 32—28, 17—21 2 31—26, 19—23 3 28x19,14 x 23 4 26x17,12 x 21 5 33—28, 23 x 32 6 37 x 28, 7—12 Men kan hier niet spreken van een bepaalde spelopening, eigen initiatief wordt de voorkeur gegeven aan het betreden van de plat-geanalyseerde paden der theorie. Men is al heel spoe dig in het middenspel aangeland en beiden zijn aangewezen op dezelfde tactiek: een attaque met den rechter vleugel. terwijl links met zoo weinig mogelijk materiaal wordt verdedigd. 7 39—33, 11—17 8 36—31, 21—26 9 44—39, 26 x 37 10 41 x 32, 6—11 11 34—29. Voor den aanval op den rechtervleu gel worden thans hulptroepen vanuit het centrum gerequireerd en wit speelt zoo, dat hij geen raud.schijven be houdt. 11 20—24 12 29 x 20, 15 x 24 13 40—34, 18—22 14 34—29, 10—15 15 29 x 20, 15 x 24, 16 39—34, 5—10 17 34—29, 10—14 Na 10—15 en 15 x 24 zou Wit op dit punt blijven aanvallen. Toch blijkt hier, dat de zet 20—24 geen bevredi gende uitkomsten geeft. 18 29 x 20,14 x 25 19 45-40, 13—18 20 50-45 4034 is hier ongetwijfeld sterker. De verwijdering van schijf 25 diende vermeden te worden. 20 16—21. Stand na den 20en zet van Zwart. 21 35—30,25 x 34 22 40 x 29,19—14 23 45—40, 1—6 24 46—41, 8—13 25 41—37, 2—8 26 43—39, 21—27 27 32 x 21, '17 x 26 28 28 x 17, 11 x 22 29 37—32, 22—27 30 32 x 21, 26 x 17 31 33—28, 17—22 32 28 x 17, 12 x 21 33 40—34, 13—19 34 39—33, 8—13 35 42—37, 14—20 36 38—32, 4—9 37 48—42, 21—26 38 42—38, 6—11 39 49—43, 3—8 40 32—28, 19—23 41 28x19, 13x24. Zoowel wit als zwart zijn in hun zetmogelijkheden vrij beperkt, zonder dat van voor- of nadeel kan worden gesproken. 42 38—32, 9—13 43 32—28, 20—25 44 29 x 20, 25 x 14 45 43—38, 14—20 46 34—29, 20—24. Daar op 20—25 witi 29—24 zou spelen, welk stuk de zwarte schijven 13 en 25 vasthoudt. 47 29 x 20, 18—23 48 28 x 19, 13 x 15 49 33—29, 15—20 50 38—33, 8—13 51 33—28, 11—17 52 47—42 Remise Een studie van Dr. Molimard. m Hf 'fy, HJ - int if pp HÉ ié Ut,,,.., v e Hl Stand: Zwart (10): 3, 9, 13, 14, 16, 18, 19, 21, 23, 24. Wit (10): 25, 27, 28, 30, 32, 33, 34, 35, 38, 48 1 3—8 Natuurlijk heeft Zwart hier het ■dreigende gevaar niet gezien, anders zou hij hier 21—26 hebben gespeeld om op 4842 naar dam te gaan met 26—31, 18—22, 23—29, 19x48. Zwart denkt integendeel in dezèn stand Wit tenslotte tot 'n schijnoffer te dwingen. .2 4842 8—12 3 42—37 12—17 Zeer begrijpelijk, dat Zwart zoo speelt, want hij meent dat Wit nu ge dwongen is tpt W. 34—29, 20 x 39, 33 x 24, 35 x24, 27—18 Zw. 23 x 34 24—29, 19 x 30, 18—22, 13 x 32. Wit heeft hierop echter gerekend en speelt verrassend 4 27—22 18 X 27 5 34—29 23 x 34 6 30 x 39 27—31 Gedwongen, want 13—18 kan niet wegens Wit 2822 enz. Op 2429 of 24—30 behoudt Wit den winststand. 7 37 x 26 17—22 Wederom gedwongen, daar op 13 18 Wit door gaat naar dam. W. 28—23, 38—32, 33 x 4. Zw. 19 x 37, 37 x 28. 8 26x170 22x11 De beste manier om te slaan. 9 32—270 11—17 Gedwongen, 13—18 gaat niet we gens Wit 2823 enz. 10 27—22. Wit wint nu een schijf, daar 17—21 gevolgd wordt door 2218 van Wit en speelt Zwart niet 1721, dan is hij tot het offeren van een schijf gedwongen. Een schitterende positiestudie, waar in Wit een schijf offert om er later één te winnen. UIT DE OMGEVING, NOORDWIJK AAN ZEE. Predikbeurten. Ned. Herv. Kerk. Voorm. io uur, Ds. Hermanisdes van Valkenburg; nam, 5 uur, Ds. Troelstra van Den Haag. Geref. Kerk. Voorm. 10 en nam. J uur, Ds. Koere. NOORDWIJK. Bij het alhier gevestigde corres pondentschap voor arbeidsbemiddeling zijn deze week als werkzoekende inge schreven 50 personen, n.l.: 7 losse ar beiders, to landarbeiders, 2S visschers, 1 chauffeur (vrachtauto), 2 kantoorbe diende, 1 huisknecht en 1 kamermeisje (hotel). LEIMUIDEN. Predikbeurten. Ned. Herv. Kerk. Voorm. 9.30 en nam. 7 uur, Ds. v. d. Flier. Geref. Kerk. Voorm. 9.30 en nam. 2.30 uur, D3. D. Ringnalda. HUN Sb URG. Het móóie woer draagt er niet toö bij, om het voor de trekkers beter te maken. Zooais zulks in den regel het geval is, is het ook nu in het laatst der week met den bloemenhandel wel iets beter. Lit js echter van weinig be tee- kenis. Betaald wordt thans per 100 voor iste soort: Cramoisie Briliant 2,80— 2,90, Titiaan 33,60, Couronne d'or f 33,io, Murillo 22.50, Duchesse de Parma 4,204,30, Gele Prins 3 3,20, Prosperity 3,904,10, Prins van. Dostenrijk 3,403,70 La Reine 2 2,30, Herman Schlegel f 2,803, Ele- onora 3,303,50, Flamingo 3,603,70 Wapen van Leiden 3,904,10, Farln- combe Sanders 3,303,60, William Cop iand 3,304, Prof. Rauwenhoff 6,So 7, Narcis Sion 0,650,70, Golden Spur 0,65 gulden. KATWIJK AAN DEN RIJN. Predikbeurten. Nod. Herv. Kerk. JVoorm. 9.30 en nam. 6- uur, Ds. Bollea Geref. Kerk. Voorm. 9.30 en nam. 6 uur, Ds. Mejjering-. LISSE. Burgerlijke stand. Géboren,: Johan na Willemke, dochter van L. v. d. Wou de en J. W. erduijn. Gijsbracht, zoon van J. Spaargaren en Ar v. Nieuwkoop. Maria Comeha, dochter ran T. G. Kers bergen en N. Bjjkerk. Cornelia Anna, dochter van hf. v. d. Putten an C. El- fering. Johannes Framciscus, zoon van J. van Oosten en vain E. v. Alkmaar. Johannes Roelof, zoon yari H. v. d. Voort en J. M. v. d. Lans. Gehuwd: M. v. d. Stelt en M. de Graaf J. Goudkade en A. van Blitterswijk. Ondertrouwd: R. v. d. Aar en J. M. v. d. Berg. J. Th. v. Turennout en A. v. Vliet. Leidsche Penkrassen. Amice, Een interessante discussie vond ik dezer dagen in „Het Volk" het bekende orgaan van de S.D.A.P. De afdeeling Leiden heeft n.l. voor het Paaschcon- gres een voorstel ingediend, waarin wordt uitgesproken, dat partijgenoo- ten niet moeten deelnemen aan plech tigheden of feestvieringen van publie ke lichamen, wanneer die deelname leidt tot* handelingen, welke het soci alistische gevoel kwetsen, zooals bv. het mede-aanzitten aan kostbare maal tijden. Dat een dergelijk voorstel werd in gediend verwondert mij niet. Wel kan het verwondering wekken dat een soortgelijk voorstel niet veel eerder aanhangig werd gemaakt, daar het toch bekend is, dat dezelfde dingen, waarmee men steeds weer tracht op een heel goedkoope manier de massa van het kapitalisme afkeerig te maken in het socialistische kamp volstrekt geen afkeuring vinden. Heel veel men- sc.hen, die altijd den mond vol hebben van het kapitaal en het kapitalisme, •zijn van vette baantjes en van fijne maaltijden volstrekt niet afkeerig. En we hebben hier in Leiden onlangs nog het geval gehad, dat er bezwaar tegen gemaakt werd dat te Boskoop een glaasje champagne werd aangeboden, lerwijl een socialistische bouwvereeni- fciug precies hetzelfde deed en nog wel 'met veel meer vertoon. Dat de afdee ling Leiden nu eens in eigen tuin wil beginnen te wieden, kan ik dan ook niet anders dan prijzenswaard noemen De redactie van het roode hoofdor gaan is echter over het voorstel tame lijk slecht te spreken. Zij houdt wel van een lekkeren maaltijd, haar socia listisch gevoel verzet zich volstrekt niet tegen lekker eten, en zij ziet in het voorstel Leiden veelmeer een cal vinistische dan een socialistische ge dachte tot uiting komen. Wat als een bewijs zou kunnen gelden, dat de Volk redactie van het Calvinisme toch een bitter beetje afweet. Zij zou minder be zwaar hebben als we al in de socia listische maatschappij, waarin naar het heet de tegenstellingen veel min der scherp zijn, waren. Maar nu dat niet het geval is, nu is er ook onder socialisten ongelijkheid van bezit, en dus ook ongelijkheid van genotsmo gelijkheid.* •Ge gevoelt wel amice, dat men het nog zoo kwaad niet vindt in deze maatschappij en dat is niet te verwon deren, want het schelden op de „ver rotte toestanden" en het in de hoogte steken van het proletariaat is een ta melijk -winstgevend bedrijf. Natuurlijk zit er nog wat meer ach ter het voorstel Leiden, 't Gaat niet alleen om hetlekkere eten" maar veel meer om het deelnemen aan plechtig heden of feestvieringen van publieke lichamen. Er is een tijd geweest dat de roode heeren daarvan schijnbaar niets moes ten hebben. De opening van de Ka mers werd door hen niet bijgewoond en bij plechtige gelegenheden bleven ze, vooral als de Koningin in de buurt kwam, afwezig. Maar dat is nu een beetje anders. De heeren zitten in col leges van Ged. Staten, ze aanvaarden benoemingen tot wethouder en burge meester en ze wachten nu slechts op de geschikte gelegenheid om zich in den ministersrok te steken. Zoover is het nog wel niet, maar ze hopen toch dat het zoover zal komen en daarom beginnen ze zich alvast een beetje voor te bereiden. Vandaar dat de Amster- damscbe wethouders onlangs met Prins Hendrik aan een maaltijd aan zaten, dat ze evenals alle anderen op stonden, toen het Wilhelmus gespeeld werd en dat de partijleiders ook al hebben trachten aan te toonen, dat men toch eigenlijk zonder bezwaar de Kameropening zou kunnen bijwonen. Dat is het wat onze Leidsche vrien den hindert en waarover ze nu in het Volk tot de orde worden geroepen. Hun wordt duidelijk gemaakt dat in wat zij willen een rest van sekte-ka rakter tot uiting komt, zooals men dat naar het heet ook bij de antirevolutio nairen vindt, maar dat de S.D.A.P. daarmee heeft gebroken, dat zij juist aanraking met andersdenkenden zoekt om hen allengs met de eigen toekomst verlangens te doordringen. Zoo heel lang is men met dat zoeken van aanraking blijkbaar nog niet be zig, want vandaag aan den dag is er altijd nog verschil over het bezetten van wethouderszetels, terwijl men over het aanzitten aan kostbare maal tijden en het bijwonen van de opening der Staten-Generaal volstrekt niet een stemmig denkt. Blijkbaar zitten daar in den rooden hoek nog heel wat res ten van het secte-karakter. Toch twijfel ik niet amice, of het zal wel gelukken ze uit te drijven. Wat Leiden wil is in de S.D.A.P. zoo lang zamerhand. een overwonnen stand punt. Men praat nog wel over de nieu we maatschappij en zoo hu en data laat men, als er zoo gauw geen andere leuze bij de hand is de menschen nog weieens voor „socialisatie" of iets der gelijks demonstreeren. maar intus- schen tracht men 't zich in de bestaan de maatschappij gemakkelijk te ma ken. Men tracht de plaatsen der eere te bezetten en tegelijkertijd houdt men de menschen nog zoo'n beetje opstan dig, maar van harte gaat dat niet meer. Dat blijkt ook wel uit de benoeming van den heer Drees tot partij-voorzit ter, voorzoover ik weet evenals de heer Vliegen een heel kalme en zelf ietwat burgerlijke figuur, die veel minder doorslaat als b.v. een Marchant en wiens kostje het wethouderschap geeft een aardig pensioentje straks gekocht is. De Leidsche afdeeling kan zich in al dat nieuwe nog niet zoo goed schik ken, maar 'tzal er toch van moeten komen. Er is hier ook al een vrij ster ke strooming die wel een wethouders zetel wil aanvaarden en die deze maat schappij mit9 een beetje opgelapt, of liever, mits met wat andere heeren aan 'troer, heusch nog zoo slecht niet vindt. Dat er niet de minste kans is dat het lekkere-maaltijden-voorstel wordt aan genomen, spreekt tvel vanzelf en als ik een goeden raad mocht geven maar vrees, dat men dien van mij niet zal willen aannemen dan zou ik zeg gen: laat men het voorstel intrekken. Misschien amice, ben ik met een goe den raad aan de eigen partijgenooten gelukkiger, n.l. deze om ai. Woens dagavond de jaarvergadering van de Kiesvereeniging te bezoeken. Dat is heusch wel de moeite waard ditmaal. Om te beginnen zullen de jaarversla gen worden uitgebracht, die ons met den toestand der Vereeniging op de hoogte stellen. Verder zullen eenige bestuursleden gekozen moeten worden wegens periodieke aftreding, terwijl een der bestuursleden Leiden verliet. Dan komt aan de orde de verkiezing van leden der Staten-centrale, mede een belangrijke zaak, vooral in ver band met de komende Statenverkie zing. En verder zal, voorzoover de tijd dit toelaat, gelegenheid worden gege ven den politieken toestand te bespre ken. Er is dU9 wel aanleiding amice, om de leiden op te wekken nu eens niet thuis te blijven, maar door te komen aan het welslagen der vergadering mee te werken. En dat is temeer het geval omdat de politieke toestand nog altijd onzeker blijft. De Kabinetscrisis is nu opgelost, maar bet conflict dat tot de crisis aan leiding gaf is gebleven. De verboudng van de rechtsche partijen is niet meer wat ze vroeger was en het zou me vol strekt niet verwonderen of de linker zijde maakt daarvan op een gegeven oogenblik gebruik, om den boel nog- eens weer in 't honderd te jagen. In elk geval is het noodig dat we niet indutten, maar dat we ons op alle gebeurlijkheden voorbereid houde».-. Daaruit volgt vanzelf de plicht dat is toch niet te sterk uitgedrukt! om de vergadering van a.s. Woens niet te verzuimen. .VERITAS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 6