wat de mam mm. 17~ NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN DONDERDAG 25 FEBRUARI i928 TWEEDE BLAD. Versleten argumenten. Onder bovenstaanden titei schrijft de heer H. Amelink in „De Amster dammer" het volgende: In „De Strijd", het orgaan van het N.V.V., van 13 Febr., schrijft een mede werker (M.) een artikel over Patrimo nium. De aanleiding daarvoor is liet 50-jarig jubileum dat de af deeling Am sterdam eenige weken geleden mocht vfieren. Hetgeen „De Strijd" schrijft is ge speend aan alle originaliteit. Het is al les oude, zeer oude kost. Het is oude plunje, die versleten is tot op den draad. Van Patrimonium toch, van Patri moniums arbeid en de resultaten daar op weet de schrijver blijkbaar niets. Of hij weet het misschien wel, maar als derde- of vierde-rangs-modern-vakver- eenigings-propagandist praat hij zijn lazers maar wat voor. Die gelooven het immers wel. Van Patrimonium weet hij niets an ders te zeggen, dan dat het Pairimo- nium's taak was „om met „Gods hulp" stakingen te breken". Het vergeelde „argument'dat vol gens Katers mededeeling overal waar Domela Nieuwenhuis indertijd kwam, Kater geroepen werd een aMeeling van Patrimonium op te richten, omdat de patroons bang waren hoogei loon te moeten betalen, moet ook weer dienst doen. Vergeten wordt natuur lijk er bij mede te doelen, dat ais Ka ter dan kwam, het dezèn patroons evenmin naar den zin was. En als bewijs dat Patrimonium slechts stakingbreker was, wordt dan aangevoerd, het optreden tegen de mis dadige woeling van 1903 en hel partij kiezen tegen het revolutaonnair avon- tur van 1918. Wij dachten dat de Sociaal-Demo craten daar zoolangzamerhand geen bezwaar meer tegen moesten hebben. Wij willen met betrekking tot sta king van spoorwegpersoneel, „De Strijd" nog wel helpen herinneren aan een uitspraak van den socialisti- schen heer Noske tijdens diens Minis terschap. „Wanneer b.v. eenige duizenden spoorwegarbeiders verklaren, dat zij aan den strot van den Staat zitten cn dezen kunnen dichtknijpen,, als zij dit willen, dan zeg ik als Rijksminister: Als eenige duizenden spoorwegarbei ders een volk van 60 millioeai zielen den strot willen toeknijpen^ dan heb ik als Minister er niet het minste be zwaar tegen deze lieden der botten stuk te slaan". gang van het leven der gemeenschap". Over 1903 moet een „modern" vak- vereenigingsleider toch eigenlijk maar liever zwijgen. Afgedacht van principi- eele bezwaren, is toen toch een staal tje vakvereenigingstaktiek gevolgd door de moderne vakbeweging en de S. D.A.P., die ieder duidelijk toont hoe de vakvereenigingsstrijd niet moet worden gestreden. En wat in 1918 betreft, behoeven we slechts te herhalen, wat we enkele we ken geleden nog schreven, dat vooral sociaal-democraten wel dankbaar mo gen zijn dat door het Christelijk volks deel revolutie voorkomen is. Laten we dat nog eens zeggen met de woorden van Henri Polak. Deze schreef toch na het November-avon- tuur van 1918 het volgende: „Stel het ondenkbare geval, dat een revolutionaire beweging hier geslaagd zou zijn. Hoe zouden wij dan verder gevaren zijn? Rusland heeft het ons geleerd en Duitschland leert het ons opnieuw. Hadden wij een eendrachtige socialistische beweging, dan zou er kans zijn, dat alles goed zou gaan. Doch daarvan is geen sprake. De boel zou onmiddellijk zijn verloopen in ru zie en herrie, in twisten en heibel, in in pogingen van de minderheid, om de meerderheid te overvleugelen, in ver- raadgeschiedenissen, waarbij vergele ken die van 1903 kinderspel zou wezen en tenslotte de dictatuur van hen, die de gewapende macht tot hunne beschik king zouden hebben weten te krijgen. Intusschen zou er van de organisa tie der productie en distributie niets terecht zijn gekomen, industrieën zou den ten gronde gegaan zijn, roof en moord zouden schering en inslag ge weest zijn, met het resutaat, dat nog heel wat meer havelooze kinderen in modderige sloppen zouden rondsjou wen, doch dan zelfs zonder Roomsche wortelen; dat nog meer arme drom mels in de open lucht zouden logeeren en dat misère van de afzichtelijkste soort het deel van de massa zou zijn, zooals in Rusland het geval is, onge acht het es ist nicht wahr-geroep van de Nederlandsche bolsjewiki." Het is wel eigenaardig, dat De Strijd niets anders tegen Patrimonium aan voert dan 1903 en 1918. Juist hetgeen in die beide jaren geschied is, bewijst dat de Christelijke arbeidersbeweging beter de belangen der arbeiders be hartigt dan de „moderne". De laatste laat zich meeslepen in revolutionaire avonturen. De eerste past daarvoor.. Zij doet dat om princi- pieele redenen, en zij weet, dat zij daarmee handelt in het waarachtig be lang der arbeidersklasse en in het waarachtig belang van heel ons volk. KERK EN SCHOOL. Wij mogen ook nog "herinneren aan datgene wat Troelstra schreef in „Het ,Volk" na de poststaking van 1920: „Een staking teg^n een Regeering, anders dan als protest-staking, is een zaak, die zeer ernstig voorafgaand be raad vereischt. Een Regeering met een staking te dwingen tot toegeven is een uiterst moeilijk beginnen. Gelukt het, dan zal het in negen van de tien geval len tevens beteekenen het aftreden der Regeering en het aftreden eener re geering onder den invloed eener den grond een revolutionaire situatie. Schreef ook niet de „Socialistische Monatshefte" in 1920, dat geen demo cratische rechtsstaat het stakingsrecht der ambtenaren kan erkennen. „Een poging om door bedreiging van ar- beidswefigering den Staat verplichtin gen op te leggen beteekent, dat de grondwettelijke vertegenwoordiging van het geheele volk wordt uitgescha keld ten gunste van de geweldheer- schappij der lasthebbers. De ambte naar wordt van een dienaar van den Staat tot een tyran van de natie, hij misbruikt de, hem door de gemeen schap toevertrouwde macht tegen zijn lastgevers. Dat zou ons in politiek op zicht ver terugzetten achter de tijden der constitutioneele en absolute monar chie, en zou zijn voorbeeld moeten zoeken in de tijden van het vuistrecht. Theorétisch en practisch is zulk een stakingsrecht der ambtenaren niet in overeenstemming mèt een geordende FEUILLETON. Uit nood en dood gered i) „O, nu ben ik er achter wat ik wel wenschte te weten", sprak na een poos de onverbeterlijke Engelschman, die, zoo hij niet wat ruim gedronken had, wellicht wat minder spraakzaam zou geweest zijn. „Ik ben in Italië geweest en heb daar de zijdeweverijen bezich tigd, en zal eerlang een volledig begrip hebben, hoe die zijn ingericht." „Die man zal wel onverrichter zake iterugkeeren' mompelde een afgunstig Italiaan met flikkerenden blik. „O, hij is maar een onbeduidend pocher!" „Wij zijn op zulke pochers volstrekt niet gesteld en zullen ons onze han delsgeheimen niet door hem laten ont futselen." Dien nacht sloop de Italiaan den Engelschman bij het huiswaarts gaan na en bracht hem een dolksteek toe. 1 Die steek had doodelijk kunnen zijn, maar de Engelschman had nog de kracht, hem met een vuistslag neer te vellen en luidkeels om hulp te roepen, waarop de Italiaan zich ijlings uit de voeten maakte. Onze Brit riep de tus- 9chenkomst van den consul zijns lands sir William Trumbill, in, die hem aan raadde, de zaak te laten rusten. De NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Noordwjjk aan Zee T. F. Röth te Almkerk. Te Den Bommel W._ J. v. Lokhorst te Delfshaven. Te Mijdrecht, H. Japchen te Ede. Bedankt: Voor Loon op Zand en Bergschenhoek, G. van Montfrans te SommeMjjk. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Hilversum (vac. A. van Andel, W. J. J. Velders, miss. pred. te Amsterdam. Bedankt: Voor Raard c.a., C. A. Vreug^enliil te Gramsbergen. CHR. GEREF. KERK, Beroepen: Te Onstwedde c.a., W. Vos te Dokkum. Intrede Ds. G. R. Kuyper te 's-Gravenhage. Na Zondagavond in de Westerkerk be vestigd te zijn door Ds. D. Ringnalda met een predicatie over Ei. 4:14 en 15, deed gisteravond in dezelfde kerk Ds. G. R. Kuyper, gekomen van Haar lem, zgn intrede als vierde predikant der Geref. Kerk van Den Haag-Oost met een predicatie over Ez. 28b33. Spr 'wees er op, hoe de Gemeente heeft te •ontvangen en de dienaar heeft te spre ken het Woord, dat God hem te spre ken geeft. Deze kerkdienst was aangesloten bij den Hilversumschen zenden en werd uit gezonden door de Ned. Chr. Radio- Vereeniging. Op die wijze kon zij ook in de beide andere kerkgebouwen van Den Haag-Oost beluisterd worden. consul had zich met vrij wat gewich tiger zaken bezig te houden. Den volgenden dag viel het Room sche St.-Magdalenafeest in, waarnaar wij ons, ofschoon het niet door ons Hu genoten gevierd werd, te voegen had den door 't staken van alle nering tot den afloop van den kerkdienst. Intus schen woonden wij een godsdienstoe fening bij in ons eigen gebouw, en hoorden daar een uitvoerige rede door den eerwaarden leeraar Brignolles uit spreken, die ons tijden van beproeving voorspelde, en ons bezwoer, ons te wa penen met de geheele wapenrusting Gods, opdat wij tegen den boozen dag onverwrikt mochten pal staan. Daarna togen wij, na het middag maal gebruikt te hebben, weder naar de markt. Ditmaal was mij de zorg voor Gabrielle opgedragen, en daar zij niet in haar beste luim was en de be wondering trok van een jonkman, die aanhoudend onze schreden volgde en wiens voorkomen mij niet beviel, was mij haar gezelschap ver van aange naam, te meer, daar zij dien onbeken de scheen aan te moedigeh. Toen eindelijk een uitstalling van wassen voorwerpen onze aandacht trok, wist ik weder het geleide van Madeleine te krijgen, en Gabrielle voegde zich bij haar vader. Hoe de dag verder werd besteed is, voor zoo ver het niet Madeleine gold, uit mijn Het was jammer, dat er iets aan de telefoonverbinding tusschem Hilversum en Dein Haag defect was, want daardoor konden de radio-luisteraars de eerste helft der preek niet hoorein. Na de predicatie werd gezongen Ps. 119:52, waarna Ds .Kuyper begon aan de gebruikelijke toespraken. Allereerst richtte spr. zich tot den .Commissaris der Koningin en den bur gemeester. Wij eeren de Overheid niet, omdat we financiëel'en steun uit de pu blieke kassen hegeeren, want we bekosti gen al onze kerken en instellingen uit eigen middelen, maar omdat we haar he schouwen als Gods dienaresse. Vervolgens wendde spr. zich tot zijn collega's en bracht allereerst in herin nering, hoe op' dezen zelfden dag het stoffelijk overschot van Ds. Js. v. d. Linden was ter aarde besteld. Toen spr. in beraad was, of hij het beroep zou aanvaarden, ontving hp een en andermaal een brief van Ds. v. d. JLinden, waarin deze de belangen der Kerk van den Haag-Oost bij spr. be- n'tte. Hij. de man van het verleden, toch net oog gericht op de toe komst der Gemeente. Spr. deed een beroep op zijn colle ga's en vroeg hun, hem, den jongste in levens- en dienstjaren, met 'hun amb telijke en locale ervaring te willen hel pen. Spr. richtte daarna het woord tot de ouderlingen, speciaal die van den wijkraad; de Commissie van Beheer, die er zorg voor gedragen had, dat deze intree-preek ook in de andere kerkge bouwen en door vele nieuwsgierigen 'daarbuiten kon beluisterd worden (bij deze woorden glimlachten de radio-luis teraars, die tengevolge van de storing slechts de helft hadden gehoord); ten slotte tot de toekomstige catechisanten en de Gemeente. Hierna werd nog gezongen Ps. 119 vers 9, waarna de Gemeente (ook die in de andere Kerkgebouwen) den nieu wen leeraar de zegenbede uit Ps. 134 vers "3 toezong. Carl. Gh. J. Schroder f Den I3den Januari is te Soekaboemi overleden in betrekkelijk hoogen ouder dom de oud-zendeling Carl Ch. J. Schroder. Met den overledene aldus schrijft „De Javabode" is heengegaan een dienaar van Christus in de ware betee- kenis van het woord, die een menschen leeftijd lang heeft gearbeid in de Mo- lukken om beschaving en geloof te ver breiden onder een op zeer laag cultu reel peil stand volk. Ginds in het land der Sagopalmen heeft hij zijn beste krachten gewijd aan de voor hem steeds zijnde ideale taak: kerstenen der heide nen .En met recht kon gezegd worden, dat daar door hem een haast bovenmen- iSöhelpk werk was gepresteerd. Met bijna dlnoverkomelijke bezwaren heeft hij te kampen gehad; groote materieele op offeringen heeft hij zich getroos, en de wezenlijke roeping voor zijn liefdewerk in dezen geestelijke overwon tenslotte- alles Naast hem moeten wjj hier herdenken hetgeen zijn goede ega heeft verricht. Zoowel de oude als do jonge generatie •daar bewaren nog steeds een aangename herinnering aan hem en haar. Met vol doening, dankbaarheid en vreugde spre ken de ouden van dagen nog dikwijls over den toean pandjta Sc-hröder, den agamabrenger, dien men zoo hoog acht. Teveel onderwijskrachten. In „De School met den Bybel' geeft de heer E(mous) de volgende getallen: In 1924 telden de Chr. scholen in ons land 6119 onderwijzers. In 1925 is dat aantal verminderd tot 5R23- De Chr. opleidings-iniïchtingen lever den in 1924 nog 536 leerkrachten. I11 19925 klom dit aantal tot 399, dat is bpna 600. De schrijver merkt daarbij op: „Een korps van 6000 leerkrachten heeft natuurlijk geen*jaarlijksche aan vulling met 600 noodig. Men vult het met 240 reeds aan, als het gemiddeld aantal dienstjaren op 25 wordt gestald, wat beneden de werkelijkheid is en eer 30 zal zijn. Het is dus duidelijk, dat de productie voorshands verre boven de behoeften uitgaat en nog uitgaan zal, al zou na eenigen tijd het korps met een duizend tal vermeerderd worden. Die duizend zouden zeker nog uit de talrijke wachtenden te vinden zijn. geheugen gewischt. Alleen herinner ik mij, dat wij met onze buren, de Lefè- vres, voor een andere kraam van was sen voorwerpen stilstonden, en ter wijl Madejeine en ik een kunstig na gebootst fruitstuk bewonderden, de kleine Jules Lefèvre, „O hoe mooi!" uitkraaiende, de hand uitstrekte naar een wassen poppetje met «en lam. „Lief kind!" riep een vleiende stem achter ons hem toe, en een fraai uit gedoste dame nam het beeldje en buk te zich om het kind te kussen. Toen Maria Lefèvre omkeek en ontwaarde wat d© knaap in de hand hield, deed zij het kind het begeerde voorwerp weer neerleggen, wijl het een der door ons zoo verachte Roomsche voorwer pen wa9. Toen 's avonds ieder zijn woning of nachtverblijf weer had opgezicht en ook wij dachten te scheiden, werd er getoefd, en ras bemerkte ik, dat mijn ouders iets te openbaren hadden. Een onbestemd voorgevoel deed m'n hart kloppen. „Mijn zoon" sprak mijn vader plechtig ik zag hem angstig aan, „eerlang hebt gij den manne- lijken leeftijd bereikt; wij hebben dus vooi* uwe bestemming te zorgen. Op uw leeftijd werd ik niet uwe moeder verloofd en een aandeel werd mij in mijns vaders zaak toegezegd. Wat zijn uwe plannen ten aanzien uwer levens taak?" De meer bejaarden vestigden Uit het Sociale Leven. Christelijk sociale cursus. In zijne de vorige week gehouden vergadering besloot de Commissie voor Samenwerking, ook dit jaar weder een Chr. Soc. Cursus te houden. Reeds werd daartoe het Conferentieoord van den Zendingsstudieraad in Lunteren ge huurd. Deze 3 e Chr. Soc. Cursus zal ge houden worden van 12 tot en met 19 Juli. Tevens werd besloten tot he- doen (drukken van het volledig verslag der 2den Chr. Soc. Cursus 1925. Hec ver slag zal verkrijgbaar zijn a f 1,50 per ex., voor hen, die aan den cursus heb ben deelgenomen f 1,per ex. Bestel lingen met vooruitbetaling, het liefst per giro 95612 Utrecht, kunnen nu reeds ingezonden worden bij de Com missie voor Samenwerking, Utrecht Stadhouderslaan 45. Stakende werkloozen. In de Dinsdag te Zaandam ge houden raadsvergadering werden be sprekingen gevoerd over een staking van werkloozen, die te werk waren gesteld bij het dempen van slooten. Van arbeiderszijde werd in den ge meenteraad aangedrongen op verhoo ging van het loon. Het communisti sche lid Bolhoeve meende, dat men desnoods de. subsidie van het Rijk er maar aan moest wagen. Burgemeester Ter Laan vestigde er de aandacht op ,dat de voorwaarden door de Regeering zijn opgelegd, waar aan het gemeentebestuur niets kan veranderen. Op aandringen van B. en W. heeft de Regeering er echter in toegestemd dat, wijl het werk voor verschillende arbeiders ongewoon is, een z.g. trainings-toeslag zal worden gegeven van f 3, f 2 en f 1 respectieve lijk voor de eerste, tweede en derde week. Tegenover den heer Bolhoeve ont raadde spr. met klem het daarop toe te leggen, dat de regeeringssteun zou verloren gaan, want dit zou niet al leen voor 1926, maar waarschijnlijk voor altijd het geval zijn. Die regee- ringssubsidie kon de gemeente nibt missen. B. en W. zullen er dus voor waken, dat niet van de regeeringsvoorwaar- den wordt afgeweken. Tot de werkloozen richtte hij de waarschuwing, dat indien Woensdag het werk niet zou worden hervat, de weigerachtige arbeiders geheel van steun, ook door het Burgerl. Armbe stuur, zullen worden uitgesloten. Spr. noemde het dan ook zeer onverant woordelijk als arbeidersleiders nu nog de werkloozen zouden aanzetten niet aan het werk te gaan. De communist Bolhoeve meende, dat de arbeiders niet voor de Regee ring op zij moeten gaan. Wanneer zij voet bij stuk hielden en de straat op gingen zouden wel mildere voorwaar den zijn te bedingen. Burgemeester Ter Laan wees er daarop nogmaals op, welke belangen er voor de arbeiders op het spel staan en verzekerde met nadruk er voor te zullen zorgen, dat de orde niet zou worden verstoord. Gisteren hebben de arbeiders 't werk op dezelfde voorwaarden hervat. Uit de kleedingindustrie. Naar de „Voorwaarts" meldt, heb ben alle bonden in de kleedingindus trie het hoofdbestuur van den Nederl. Kleermakerspatroonsbond medege deeld, dat hun bond, nu de leden van de werkgeversorganisatie een voorstel hebben aangenomen, waardoor een be tere tarieftoepassing wordt gewaar borgd, bereid is een overeenkomst in dien geest af te sluiten. De nieuwe toepassing van het tarief voor de maatzaken komt hierop neer, dat de kleermakers bij het afsluiten der overeenkomst zullen weten, naar welke tarieven (stukloon), elke werk gever zijn werk betaalt en gedureu .ten den geheelen contractduur moet beta*- len, ook wanneer hij nieuwe werklie den aanneemt. De hoofdbesturen der arbeidersorga nisaties hebben reeds voorbereidende maatregelen getroffen om te zorgen dat de bepalingen stipt worden nage leefd. allen op mij een ernstigen blik, en Ma deleine verzekerde mij later, dat haar hart angstig stilstond; maar Gabrielle bedwong met moeite haar lachlust. „Het is mijn voornemen" antwoord de ik zonder aarzelen, „mijn geëerden vader stap voor stap te volgen, en a!s ik zijn deelgenoot heb mogen worden, zoo spoedig mogelijk te worden ver loofd." „Goed gesproken, mijn jongen" zei- de nu mijn vader hartelijk, terwijl zich op ieders gelaat een blijde glans verspreidde en dat van Madeleine door een donkeren gloed werd overto- gen. „Mits" vervolgde ik, „dat ik mijne geliefde zelf moge kiezen." „Laat ons een hooren, wie uwe uit verkorene is" sprak nu mijn vader, terwijl hij met moeite een deftig gelaat bleef toonen, terwijl de heer Bourdi- nave zich nauwelijks bedwong. Ik deed eenige schreden naar Madeleine en vatte haar hand. „Hier is mijne keuze" sprak ik, „indien zij mij niet afwijst; wij hebben elkander van kinds af ge kend." Madeleine trok onmiddellijk hare hand terug en bedekte het gelaat. Maar spoedig legde haar vader onze handen in elkander en schonk ons zijn zegen; toen werden wij met gelukwen- schen overstelpt, en de heer Brignolles gaf ons vele goede raadgevingen en deed een ernstig gebed. Daarna eal Het conflict te Wormerveat. Nadat Dinsdagmorgen ten kantore der firma Boon te Wormerveer een bespreking had plaats gehad m-.t het hoofdbestuur van den Bond van Per soneel in het Cacao- en Suikte-wer- kersbedrijf, kon Dinsdagavond in de personeelsvergadering in het „Tem pelierenhuis" te Wormerveer worden medegedeeld, dat er met wederzijdsch goedvinden n loyale proef zou wor den genomen met stukwerk geduren de vier weken. Boven het aldus ver diende loon zullen de arbeiders f 2.50 of f 2 per week extra ontvangen. Na vier weken zal er opnieuw worden vergaderd. Dan hoopt men een verder met stukwerk weer het oude loon te kunnen halen. Is dat niet bet geval, dan zal worden overlegd, h«>o verder te doen in het belang van werkne mers en werkgevers. GEMENGD NIEUWS. Een brutaal stukje. Toen de vrouw van den schipper C. Dinsdag avond omstreeks half zeven aan boord van het in de Zalmhaven te Rotterdam liggende motorschip Korenschoof", bezig was geld te tellen, kwamen plot seling twee mannen de roet binnenge vallen en terwijl er één een revolver trok, eischte hij alles op. De ander maakte zich meester van acht bankbil jetten van tien gulden. Daarna duwde hij de vrouw iets onder den neus, waar door ze bezwijmde. Eerst te ongeveer negen uur ont waakte ze uit naar verdooving en be merkte toen, dat een blikken busje nog was opengebroken en de inhoud, on geveer negen gulden, gestolen. De vrouw is in de roet gebleven, uit angst, dat de mannen zicff nog in de nabijheid bevonden. Te tien uur kwam haar man aan boord en die is het geval aan de politie gaan ver tellen. Volgens de verklaringen van de vrouw miste één der dieven een hal ven wijsvinger aan de linkerhand en hij had een donker uiterlijk. Allebei de mannen droegen groote hoeden en blauwe stofbrillen en hadden een froote snor. De politie stelt een on- erzoek in. Gesmokkelde eau de cologne. Aan het station de Roosendaal werd door een verificateur der douanen in een trein een partij van ongeveer 10J flesschen Eeu de Cologne en parfum gevonden in een der retirade apparte menten van een 3de klas rijtuig, welke men trauduleur van uit België tracht te in te voeren. De zending werd in beslag geno men, doch de smokkelaar(s) "niet ge vonden. Pluimvee-diefstal. Te Wehl zijn bij een landbouwer 30 kippen en hanen ontvreemd. Men gelooft, da: het rooven van pluimveegediei te j.e. a no plaats vindt. Een mislukt avontuur. De marechaussees te Roosendaal hebben op het station aldaar een knaap van 13 jaar aangehouden, die de ouder lijke woning te St. Denis (Frankrijk; heimelijk was ontvlucht en naar Am sterdam wilde uitwijken om zich daar te doen aanmonsteren als matroos voor een der zeebooten aldaar. Brand. Dinsdagavond te half elt is brand uitgebroken in de timmer fabriek van de fa. W. Knapen ie Be verwijk. De geheele fabriek met de ma chines is totaal verbrand. Twee aangrenzende woonlm.zen gin gen mede in de vlammen- op. De aangrenzende iioutlood^en ble ven gespaard. De brand was zeer hevig, doordat veel hout en ander brandbaar mate riaal aanwezig was. Uit een der brandende perceelen kon nog eenige meubilair worden ge red. Verder is alles een prooi der vlam men geworden. De oorzaak van den brand 13 on bekend. Verzekering dekt de schade. Auto-ongeluk. Uit Weetien wordt gemeld, dat een uit Creiz ko mende automobiel bij uitwijken tegen een boom is gereden. De auto werd volkomen vernield. De inzittende drie personen werden uit het voertuig geslingerd en zwaar gewond. m n vader mij een verlovingsring, om aan haar vinger te steken, en zoo wer den wij met elkander verbonden. De overige dagen van ons verblijf te Beaucaire gingen als een droom voor bij, en bij onze terugreis naar huis ble ven wij geheel vervuld van haar luis ter en pracht. Thans was Madeleine achter mij gezeten, en aan haar schoot stond de kleine Lefèvre, dien wij in onzen wagen genomen hadden, daar in dien van zijn vader alle ruimte be zet was. Hij hield iets in de hand ge klemd en liet het een oogenblik op Ma deleine's verzoek zien een kleine Ag nus Dei was het, naar zijn zeggen, door de vriendeijke dame geschonken. Hoe of wanneer dit gebeurd was, is ons on verklaarbaar gebleven. Vergeefs trach^ te Madeleine hem het beeld te ontne men, dat hij voor zijn eigendom ver klaarde. „Men moet erkennen" zeide Gabriel le, „dat de Roomsche kerken vrij wat aanlokkelijker voor het oog zijn dan onze holle, leege bedehuizen." „Wie ontkent dat?" antwoordde ik. „Zij treffen zeker de uitwendige zin tuigen." „Zij zouden eohter op mijn gemoed indruk maken" zeide Gabrielle tot Ma deleine, „indien mij niet geleerd was hare pracht te veroordeelen." W.ordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1926 | | pagina 5