NlfcUWt LfclUSCHE COURANT VAN MAANDAG 15 FEBRUARI 1926
TWEEDE BLAD.
Wftï DE BL^IE^ ZE8SEH.
Roomsch en Rood.
Op een heel eigenaardige wijze, zegt
de „Standaard trachten de sociaal
democraten de R.-K. partij te drijven
in de richting der samenwerking.
Vooreerst teekenen zij de politieke
toekomst met hetzelfde air van zeker
heid, waarmede zij de ontwikkeling
der maatschappij aangeven. En stellen
zij ook hier hun eisch voor als het on
ontkoombare, als een fataliteit, waar
tegen te strijden, dwaasheid zoude zijn
Maar voorts komt dan nog het drei
gement, dat, als de Roomschen geen
virenden willen worden, de sociaal-de
mocraten den strijd tegen deze partij
met groote kracht zullen voeren, waar
bij dan de overwinning natuurlijk ze
ker wordt geacht.
De R.-K. Partij is wel in een onge
lukkige positie geplaatst.
Men laat haar de keuze tusschen de
samenwerking en den ondergang.
Het is als in het oude versje: en wilt
gij niet mijn broeder zijn, dan sla ik u
den schedel in.
Alleen met de „uiterst enoodzaak
zal de R.-K. Partij haar eenheid hand
haven. Weigert zij dan zal men door
een krachtige actie haar doen splijten.
Wij stellen ons voor, dat noch de fa
taliteit, noch de bedreiging, op de R.-K.
partij een diepen indruk zal maken.
Zij weet al te goéd, dat het alles groo-
tendeels bluf is.
Veeleer kan de ervaring leeren, dat
de samenwerking met de partijen der
revolutie den verbreker, die nog bui
tenshuis staat, daarbinnen haalt.
Laat men maar eens naar België
zien, waar een deel der R.-K. partij
reeds over het vormen van een afzon
derlijke groep gaat denken, omdat zij
niet kan meegaan met de politiek van
Roomsch-Rood.
Dat de sociaal-democraat als breker
der Christelijke partijen gaarne zou
optreden, is bekend. Men doet het best
hem buiten de deur te houden.
het zielebegeeren hoopt te verdooven.
Dezelfde schrijver verhaalt er dit
van
„Intusschen mogen dan de Sovjets
den ouden godsdienst versmaden, zij
zijn bezig een nieuwen daarvoor in de
plaatst te stellen, met Lenin als mid
delpunt. Zoo godsdienst opium is, dan
heeft zij ingezien, dat het Russische
volk niet zonder dien opium kan. Op
het Roode plein, tegen den muur van
het Kremlin aan, bevindt zich het
graf van den heiligen Lenin. Dagelijks
tusschen vijf en zes is het open voor
bezoekers, en eiken dag opnieuw
staat er een lange file geduldig te
wachten om toegelaten te worden.
Voor het kleine houten gebouw een
paar onbewegelijke schildwachtén, de
bajonet op het geweer. Een trap afda
lende, komt men in een klein vertrek.
Daar, in zijn glazen kist, ligt het volko
men gave lijk van Lenin, alsof hij
sliep. Op hem concentreert zich alles,
wat er aan warme devotie over is bij
hen, wier moraal is het Marxisme.
Ligt er niet diepe humor in het feit,
dat men, om een mechanische wereld
beschouwing ingang te doen vinden,
zijn toevlucht moet nemen tot per-
soonsvereering? Wladimir Iljitsj moet
in de plaats komen van Vadertje
Tsaar in de volksverbeelding. Zijn
buste, zijn portret is overal verspreid.
Hij is de onsterfelijke profeet van dien
nieuwen godsdienst, die Communisme
heet".
„De Rotterdammer" merkt hierbij
op:
We wijzen nu niet op het merkwaar
dige dat een vrijzinnig schrijver hier
een vernietigend oordeel uitspreekt
over eigen levensbeschouwing, we voe
len slechts medelijden met het arme
Russische volk, dat in slaafscher boei
en geslagen is dan de slachtoffers van
't tsarisme, die naar Siberië gedepor
teerd werden; en we danken God, dat
we op kerken en scholen mogen beite
len en daarbinnen mogen leeren: „De
vreeze des Heeren is het beginsel der
wijsheid".
KERK EN SCHOOL.
BINNENLAND.
DE KABINETSCRISIS.
De oplossiag van de crisis?
Naar „De Volkskrant" verneemt, zal
deze week de heer mir. Limburg spoe
dig klaar kpmen met de vorming van
zijn kabinet.
Dit kabinet zal bestaan uit vier link
sche, vier rechtsche leden en minister
Van Karnebeek.
Tot de vier rechtsche leden behoo-
ren twee katholieken, staande buiten
het parlement. Een daarvan wordt mi
nister van Waterstaat, de ander waar
schijnlijk minister van Arbeid.
Het program van het nieuwe minis
terie gaat in democratische richting
en bevat o.m. de doorvoering der Ar
beidswet voor winkel- en kantoorper
soneel.
aisof er niet het minste gevaar dreig
de.
Lang had hij ook niet moeten wach
ten met het ophalen van den ladder:
want nu Forsyth zich niet meer ver
toonde, begreep Ah IJeo, dat hij zich
op den zolder schuil hield.
Daarom gaf hij zelf het voorbeeld en
drong den stal binnen, waarboven de
vluchtelingen zich schuil hielden.
Toen hij dien binnentrad, gevolgd
door tal van Chineezen en den ladder
niet zag, steeg er uit de menigte in
den stal een kreet van woede op, die
beantwoord werd door de buitenstaan-
den. Een regen van steenen kletterde
weer tegen den zolder. Forsyth tracht
te Kathlyn te kalmeeren. Indien ze het
nog enkele uren konden volhouden
zouden ze misschien in het donker
kunnen ontsnappen. Kathlyn moest
onwillekeurig glimlachen.
„We schijnen wel telkens in het don
ker te moeten ontsnappen, Dick!" zei
ze.
„Ja" stemde hij toe. „We zullen er
langzamerhand knap in worden. Maar
stil eens, wat is dat?"
De drukte en het rumoer buiten en
binnen hielden plotseling op. Alleen
nog eenig geroezemoes van stemmen
liet zich hooren. Forsyth vermoedde
onraad. Het leek een stilte die gevolad
ZjOu worden door een storm. Om voor
bereid te zijn op een of andere verras
sing, slopen Forsyth en Ching naar
het geopende luikje en keken onderzoe
kend naar buiten. De menschen ston
den met den rug naar het gebouw toe
en keken aandachtig naar den weg.
Langs den weg naderde een groote
stoet. Niet minder dan zeven draag
stoelen, getorst door koelies, geëescor-
teerd door mannen in uniform, waren
in aantocht. Alles duidde de komst
van een belangrijk persoon aan.
„Wat is dat, Ching?"
„Mandarijn reizen, of gouverneur
misschien. "Groote mannen, zeker."
„Misschien zullen we dan toch nog
vrij wegkomen, Ching!"
„Misschien!" zei Ching met een wei
nig moedgevend gebaar. „Misschien
niet. Alles afhangen van grooten man.'
De stoet naderde meer en meer. Een
man, op een ezel gezeten, ging vooruit
en richtte eenige woorden tot de ver
zamelde menigte.
Eén of twee wezen naar de 9chuur,
waar de vluchtelingen m spanning af
wachten, wat er gebeuren zou. Een
onderdrukt geschreeuw rees uit de
verzamelde menschenmassa op. For
syth keek nauwlettend naar den man,
die op den ezel zat, maar kon op zijn
gezicht niets ontdekken aangaande t'n
bedoelingen.
Kort daarna wendde de voorname
boodschapper den muilezel om en
voegde zich weer by den stoet, waar
hij stil hield bij een draagstoel, die
door vier koelies gedragen werd Bleek
reeds hieruit, dat een voornaam per
soon in den stoel gezeten was, te dui
delijker nog sprak dit uit hetgeen volg
de. Terwijl de menigte in afwachtende
houding stond en de vluchtelingen op
den zolder angstig zich afvroegen, wat
gebeuren zou, verscheen plotseling 'n
man, die een langen bamboestok in de
hand hield, waaraan een papieren
draak slingerde. Dezen maa.kte hij
vast aan een paal voor het huis. Daar
na verdween hij. om in minder dan
een minuut terug te komen met een
voorraad vlagetjes en wimpels.
„Versieringen" zei Forsyth. „Je had
gelijk, Ching. De man in den draag
stoel moet beslist een voornaam heer
zijn. Welnu, voor ons is het: hoe voor
namer. hoe beter; als hij tenminste
dan ook een daaraan evenredig ver
antwoordelijkheidsgevoel heeft."
Vóór de herberg hield de stoet stil.
Het volgende oogenblik lag de heele
menigte in de meest onderdanige hou
ding geknield, met het hoofd op den
grond.
(Wordt vervolgd)*
Godsdienst en opium.
Op het Kremlin (het vroegere paleis
der Tsaren, thans van de heeren dei-
Sovjet) te Moskou leest men (in bet
Russisch natuurlijk): Godsdienst is
opium voor het volk.
De Nederlandsche Communisten
hebben dit altijd ontkend.
Natuurlijk, het staat daar niet in
het Hollandsch!
Maar Dr. Duyvendak, die voor de
„Telegraaf" via Rusland naar China
ging en wel Russisch verstaat, schreef
dezer dagen:
„Twee merkwaardige inschriften op
hot tweede Sovjethuis van Moskou ken
schetsen een geest, die niet alleen
daarbinnen, maar ook op het Krem
lin heerscht. Op den voorgevel staat
met groote letters te lezen: „Revolutie
is een wervelwind, die alles neerslaat
wat hij op zijn weg vindt". Aan den
zijgevel leest men: „Godsdienst is
opium voor het vplk". Vlak. daartegen
over bevindt zich de beroemde kapel
van de Iwerskaja Matj, de Iberische
Moeder Gods, die dagelijks door tal-
looze geloovigen werd bezocht. Nog*
verdrong men zich in de kleine ruimte,
armen en eenvoudigen, maar ook een
enkele goedgekleede, en vol devotie
kuste men de heilige afbeelding van
de Mater dolorosa. Zwaar klonk de
stem van den dienstdoenden priester
met het telkens herhaalde Gospodi
pomily „Heer, ontferm u", en eerbie
dig wierp men zich nog met het aan
gezicht ter aarde. In de duistere, be
nauwde ruimte broeide een innerlijk
verzet tegen dat opschrift daar bui
ten.
Dit heilig verzet, al kiest het niet een
ons welbehagelijken vorm, is een
lichtsprank in den duisteren nacht van
officieel en "tiranniek ongeloof.
Als God Zijn Woord zendt, dan is
het noch met geweld, noch met list te
keeren; maar het zal alles doen, wat
Hem behaagt.
Ondanks de muurproclamatie van
een anti-godsdienstige Sovjet-regeering
Ondanks de listige toediening van
godsdienstige opium, waarmee men
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te De Cocksdorp feil'.
Texel), W. A. Plug te Someren. Të Hoo
geveen (vac.-R. Bartlema), A. Meyers
te 's Grevelduin-Capelle.
Bedankt: VoorBuiksloot, Dr. J.
J. Woldendorp te Warmond.
Aangenomen: Naar Mantgum en
Schillaard, E. A. A. Snijdelaar te IJ-
horst en De Wijk (Dr.).
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Haarlem (2de pred.
plaats), J Jongel.een te Hilversum.
GEREF. GEMEENTEN.
Bedankt: Voor Meliskerke, J. R.
van Oordt te Opheueden.
Bevestiging, Intrede, Afscheid.
Cand. J. E. Visser te Kockengen
(U.), hoopt zijn intrede te doen in de
Geref. Kerken van Domburg en West-
kapelle op Zondag 21 Maart, na dee
morgens te Domburg bevestigd te zijn
door zijn vader, Ds. J. Visser van Ko
ckengen.
J. Scheweer. f
Te Woudsend is overleden de heer
L Scheweer, onderwijzer aan de Dr.
Visserschool te Assen, leeraar aan
de Chr. Normaallessen en den tuin-
bouwcursuste Hoogeveen.
Ds. R. van de Kamp. f
Donderdag is in het Academisch Zie
kenhuis te Utrecht in den ouderdom van
57 jaar overleden Ds. R. van de Kamp,
predikant van de Geref. Kerk van Baren
drecht.
Ds. Renger van de Kamp werd 5 Dec.
1868 geboren en genoot zijn opleiding
aan de Theologische School te Kampen.
De overledene werd 24 Oct. '97 be
vestigd te Anna Tacobapol'der, waar hij
twee jaar arbeidde.
Van 1899 tot 1909 stond hn te Axel,
van 1909 tot 1912 te Sliedrecht en van
1912 tot 1919 te Breukelen. Op 7 Dec.
1919 deed Ds. van de Kamp zijn in
trede te Barendrecht.
De Duinoordkerk te 's-Gravenhage.
Jhr. v. Haeften te 's Gravenhage heeft
aan de Duinoordkerk aldaar ten ge
schenke gegeven een houten Christus
figuur met twee engelen.
Gisteren is in de kerk een nieuw
gedenkraam onthuld met de Schrift
woorden: „Als hij nog verre was zag
hem zijn vader".
Kerkelijke vredesbeweging.
Onlangs hebben de Frotestantsche
Kerken van Amerika, een driedaagsche
conferentie voor wereldvrede gehouden.
Deze bijeenkomst, waaraan 160 offici-
eel© vertegenwoordigers van 28 kerk
genootschappen deelnamen, heeft een
vredesboodschap aan de Amerikaansche
Christenheid gericht, waaraan wij het
volgende ontleenen:
„De Kerken moeten niet alleen ar
beiden voor de komst van het Godsrijk
in de harten der menschen, maar ze
moeten al haar kracht geven aan Tie
bevordering van den wereldvrede en
de wereldgerechtigheid in de staatkun
de. Zij zouden tevergeefs geestelijken
arbeid verrichten, wanneer zij niet on
bevreesd haar boodschap der verzoe
ning (goodwill) doen hooren, zonder te
letten op de wisselende meeningen en
politieke eischen. De kerken moeten het
als haar duren plicht gaan beschouwen,
den staat door haar vaderlandsliefde
op te bouwen, maar nooit mogen ze &r
zich toe leenen een regeering te onder
steunen, die een actie begint, welke in
strijd is met den geest van Christus.
Zij moeten er integendeel op lettein, dat
de leidende \s taatsiieden hun ambt uit
oefenen in den geest der gerecntigheid,
die iederen oorlog uitsluit.
De Kerken moeten erkennen het
recht van iederen staatsburger om naar
de inspraak van zijn geweten al dan
niet deel te nemen aan een oorlog.
De Kerken aller landen moeten'vol
komen breken met den geest en de
politiek van chauvinisme en daarom de
oanden van vriendscnap en erkenning
van de goede dingen in ieder volk door
gemeenscuappelijK handelen en confe
renties versterken, gelijK er onlangs een
te Stockholm gehouden is.
Wy protesteeren er tegen, dat onze
nationaie industrie gescniKt gemaakt
wordt voor oorlogsdoeleinden. Deze maat
regelen zyn. volkomen in tegenspraak
mei de beiolte van den president, üat
we ons demilitairiseeren zullen, omdat
zij in de kringen van handel1 en inciustrie
den oorlogsgeest aanwakkeren".
De Kerkdiensten der Chr. Radio-Ver-
eeniging.
In het tijdschrnt van bovengenoemde
vereeniging. lezen wy
„Van meer dan éen zijde wordt ge
vraagd, of het de bedoeling van onze
vereeniging is, om niet anders dan Her
vormde en Gereiormeerde KerKdiensun
uit te zenden, met uitsluiting van an
dere groepen.
Het antwoord kan kort zijn.
,Waar het de taak van de N. C. R. V.
is, de belangen te behartigen van ons
orthodox protestantsche volksdeel in
zijn geheel, kan het haar niet anders
dan aangenaam zijn, haar bemiddeling
ook te verieenen bij het uitzenden van
kerkdiensten van andere ortnodox-pro-
testantsche groepen, mits deze het ver
langen daartoe te kennen te geven en
aan dezelide voorwaarden volnoen
ais de kerken, die reeds met uitzendin
gen zijn aangevangen.
Ter regeling van een en ander wende
men zich tot den voorzitter, den heer
Mr .A. van der Deure te Bennekom".
Aan de „Rotterdammer' wordt nog
het volgende gemeld:
Nadere informatie bevestigt onzen
aanvankelijken indruk, dat een posi
tieve beslissing over het al of niet tot
stand komen van een kabinet-Lim
burg nog wel eenige dagen op zich
kan laten wachten. Het schijnt dat in
derdaad het Belgische tractaat tot
moeilijkheden aanleiding geeft ten
aanzien van de bezetting van een der
portefeuilles, waarvoor aanvankelijk
de naam genoemd was van een staats
man, die o.a. bekend is om de veelvul
dige bekleeding van het ministers
ambt.
De mogelijkheid van een spoedige
negatieve beslissing wordt echter
geenszins uitgesloten geacht. Zijn op
het punt van kwestie geen modifica
ties mogelijk, dan hooren we daarvan
misschien binnen een paar dagen.
Blijkt intusschen de mogelijkheid
om tot overeenstemming te komen,
dan nog loopt het wel een heel eind
in deze week, eer met zekerheid iets
kan worden medegedeeld.
In dit verband valt nog melding te
maken van de mededeeling van de
„Res.bode" dat voor het geschil een op
lossing zou worden gezocht op die ba
sis dat, wanneer de Staten-Generaal
eventueel zouden weigeren het door
Minister van Karnebeek voorgestelde
verdrag te aanvaarden, het kabinet,
uitgezonderd de heer Van Karnebeek.
zich bij de beslissing zou neerleggen,
zoodat afwijzing van het verdrag geen
kabinetscrisis zou veroorzaken, maar
alleen een crisis voor de portefeuille
van buitenlandsche zaken.
De Indische prinsen bij de Koningin-
Moeder.
Zaterdagmiddag heeft de Koningin-
Moeder de Indische prinsen ontvan
gen, die naar Nederland zijn gekomen
in opdracht resp. van den sultan van
Soerakarta en den sultan van Jogja
karta om Koningin Wilhelmina en
Prins Hendrik de gelukwenschen van
die sultans over te brengen bij gele
genheid van hun zilveren huwelijks
feest.
Om 5 uur verscheen ten paleize der
Koningin-Moeder in het Voorhout Pan
geran Ario Mataram, afgevaardigde
'van den Soesoehoenan van Soerakarta
vergezeld van zijn gemalin en zijn
zoon. Hun kleeding was het Javaan-
sche plechtgewaad.
De Pangeran en zijn gezin werden
in de vestibule ontvangen door den
kamerheer en particulieren secretaris
van Koningin Emma, baron Sixma v.
Heemstra, die hen naar de ontvang
zaal leidde, van waar de groot-officier
jhr. mr. Schimmelpenninck den Pan
geran en zijn familie naar de Konin
gin-Moeder 4eidde in de groote zaal.
Bij de ontvangst waren, behalve bo
vengenoemde hofdignitarissen, aanwe
zig de hofdame baronesse van Itter-
sum, de hofmaarschalk, baron van
Tuyll en de kamerheer, mr. S. W. B
Graaf van Limburg Stirum. De hofdig
nitarissen droegen het ceremonieel
tenue.
Nadat Pangeran Aris Mataram in
het Hoog-Javaansch vriendelijke woor
den had gericht tot de Koningin-Moe
der, welke toespraak vertolkt werd
door den oud-resident, den heer Oude
mans, onderhield Hare Majesteit zich
geruimen tijd met de Indische perso
nen, waarna dezen het paleis verlie
ten. Hierna had, om 5.30 uur, met ge
heel hetzelfde ceremonieel en op de
zelfde wijze de ontvangst door de Ko
ningin-Moeder plaats van Pangeran
Ario Soerjodiningrat, den vertegen
woordiger van den sultan van Jogja
karta, die vergezeld werd door den re
gent, Raden Toemenggoeng Poerbou-
renoto. De Pangaran sprak- de Konin
gin-Moeder toe in de Nederlandsche
taal. Ook bij deze ontvangst was de
heer Oudemans tegenwoordig.
Congres voor drankbestrijding.
Enkrateia, Bond van Prot. Christ,
drankbestrijdersvereenigingen, heeft
het voornemen, op 25 en 26 Augustus
een congres voor drankbestrijding te
houden. Reeds is een congrescomité
samengesteld onder voorzitterschap
van prof. dr. J. R. Slotemaker de Brui
ne; het secretariaat is opgedragen aan
van Krevelen en ds. A. J. Montijn,
en het penningmeesterschap aan den
heer J. Henri Ledeboer te Amsterdam.
De heer J. v d Spek, arts, zal inlei
den het onderwerp: Geestelijke ge
zondheidsleer (mental hygiëne); prof.
dr. A. v. Veldhuizen: Folkloristische
bezwaren bij den arbeid der drankbe
strijding; mr. F. M. G. van Walsen: De
drankbestrijding in Indië; de heer N.
Baas: Evangelisatie en drankbestrij
ding; mevr. HavelaarVan Beeck Cal
ken: de taak der vrouw in verband
met de drankbestrijding; de heer Ris-
seeuw: De drankbestrijding en de lit
teratuur.
Het) ligt in de bedoeling, het congres
te houden in Amsterdam.
Aardappelen voor Duitschland.
De directie van den landbo%uw meldt
het volgende:
Bij het nieuwe handelsverdrag met
Duitschland is o.a. bepaald, dat het in
voerrecht op aardappelen, in Duitsch
land ingevoerd tusschen 15 Februari
en 15 April, 1 Mark per 100 K.g. be
draagt (in plaats van 4 Mark tusschen
1 April en 15 April) voor zoover die
aardappelen vergezeld gaan van een
verklaring, afgegeven door een Neder
landsche autoriteit, inhoudende, dat
zij in Nederland zijn geoogst vóór den
len December van hpt vorig jaar.
Met de Duitsche regeering is thans
overeengekomen, dat als Nederland
sche autoriteit, belast met ho£ afgeven
van die verklaring, in de eerste plaats
zal zijn aangewezen het hoofd van den
plantenziektenkundigen dienst te Wa-
geningen. Een desbetreffende aantee-
kening op het gezondheidscertificaat
van dien dienst, Sat toch reeds vrijwel
alle zendingen aardappelen naar
Duitschland vergezelt, is in dezen vol
doende. Voor zoover zendingen aard
appelen naar Duitschland mochten uit
gevoerd worden zonder certificaat van
voornoemden dienst, zijn de Rijksland
bouwconsulenten aangewezen, ieder
voor zijn ambtsgebied, om verklarin
gen inzake Nederlandschen oorsprong
en oogsttijd af te geven.
Posterijen en Telegrafie.
Naar de Haagsche Crt. meldt, heeft
de minister van Waterstaat, ir. Bpn-
gaerts, aan de drie hoofdambtenaren
bij het hoofdbestuur der posterijen en
telegrafie, aan wie tijdens de afwezig
heid van den directeur-generaal, de
leiding van het bedrijf is toevertrouwd
verboden, zich in het openbaar over de
moeilijkheden, welke het bedrijf thans
doormaakt, uit te laten.
De minister heeft Zaterdagmorgen aan
genoemd blad meegedeeld, dat hij de
nieuwe vragen van het kamerlid mr.
Boon nog niet had ontvangen en der
halve niet kon zeggen, of hij deze zou
beantwoorden.
G. Bruna. t
Omtrent den heer G. Bruna, redac
teur van het „Centrum", van wiens
overlijden wij de vorige week melding
maakten, geeft onze „Rotterdammer"
de volgende bijzonderheden:
Merkwaardig was de levensloop van
dezen begaafden journalist van groote
wetenschap en krachtige geloofsover
tuiging.
Zijn vader was bij zijn geboorte mo
dern Ned. Herv. predikant te Heumen
en stond later vele jaren in t moderne
Hengelo (O.).
Het droeve feit deed zich voor dat
deze bedienaar des Woords de eenvou
digste Bijbel-waarheden loochende en
deken (of zoo iets) was bij de Loge der
Vrijmetselaars.
Menschen kwamen er dan ook zoo
FEUILLETON.
Kathlyn Barrington,
ei)
Ching nam Forsyth mee naar een
luikje, dat zoowel voor venster als
ventilator diende Forsyth keek er
door. Rondom de herberg stond een
groote menigte van mannen, vrouwen
en kinderen. Blijkbaar verkeerden ze
allen in een «enigszins opgewonden
toestand. Op den hoek van het gebouw
stond een man. die de menigte toe
sprak, maar zoo groot was het rumoer,
dat Forsyth niets kon verstaan van 't
gesprokene. Maar kon hij 'tgesproke
ne niet hooren, hij begreep toch de be
doeling er van; want de spreker was.
Ah IJeo.
Nu Ah IJeo zijn toeleg mislukt zag,
om Kathlyn te ontvoeren, trachtte hij
de bevolking tegen de vreemdelingen
op te zetten en van die gelegenheid te
profiteeren om toch nog zijn plan ten
uitvoer te brengen.
Eensklaps evenwel nam het rumoer
nog toe Vlak bij Forsyth's hoofd vloog
een steen tegen den muur. Men had
hom ontdekt. Vlug trok hij zijn hoofd
terug. Nog juist bijtijds; want een vol
gende «teen was zoo goed gemikt, dat
fhij door de opening naar binnen vloog.
HOOFDSTUK XXVI.
Wie goed doet, goed ontmoet.
Een ernstige blik kwam op For
syth's gezicht. Hij begaf zich naar
Kathlyn, die eveneens door 't rumoer
ontwaakt was en vertelde haar, wat er
dreigde. Zij luisterde, doodsbleek en
met angst 'op 't gezicht. De vrees voor
Ah IJeo deed haar beven. „Zouden de
dorpsbewoners niet tevreden zijn, als
we weggaan", vroeg ze.
„De m.ens^hen hier in 't dorp zouden
ons misschien nog laten vertrekken,
maar Ah IJeo niet, die stookt hen op
tegen de vreemde honden" antwoord
de Forsyth.
De steenen, die tegen den muur wer
den geworpen, bewezen wel, dat een
weggaan niet zonder gevaar meer was
Twee of drie steenen vonden hun weg
door de opening. Om haar voor treffen
te behoeden, bracht Forsyth Kathlyn
naar een hoek van den zolder, waar
de steenen haar niet meer treffen kon
den.
„Als ze zóó opgewonden zijn. is het
raadzaam ons maar niet te vertoonen"
zei hij rustig. „We zullen hier kalm
afwachten." Hij richtte zich tot Ching,
die den ladder omhoog haalde, waar
door de toegang tot den -zolder onmo
gel lik werd gemaakt.
„Al klaar" zei Ching op een toon