CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
6e JAARGANG
DONDERDAG 21 JANUARI 1926
Summer 172 6'
COURANT
AB ONNEMENTSPRIJS
Ï7i Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal I 2.50
Per week I 0.19
Franco per post per kwartaal i 2.90
Oil «Miner teM wit TWEE iaden.
EERSTE BLAD.
V Een militair program.
In België tracht men evenals ten
onzent te bezuinigen op de militaire
uitgaven, in verband waarmede het
contingent wordt vermindert en de
diens ttijd verkort.
Volgens den betrokken minister werd
echter wat hl te radicaal ingegrepen,
waarom hij zich uit het Kabinet terug
trok.
In verhand daarmede schreef de
Brusselsche correspondent van „Het
Volk".
Zooals voorzien heeft generaal
Kestens ontslag genomen als minis
ter van Landsverdediging. Hij zal
vervangen worden óf door den heer
de Liederkerken óf door Vandevij-
vere, die met zijn tegenwoordige por
tefeuille dan ook landsverdediging
zou waarnemen. Het ontslag van
Kestens zal op de samenstelling van
de regeering en haar program niet
'den minsten invloed hebben. De
„Peuple" van Vrijdagmorgen schrijft
de democratische regeering blijft be
staan en met haar het militair pro
gram.
Dat laatste klinkt heel bemoedigend.
De minister ging heen, maar geen
nood, dank zij de aanwezigheid van
socialistische ministers wordt het de
mocratische program gehandhaafd.
Wij kunnen ons voorstellen, dat de
argelooze „Volk"-lezers zich in de han
den wrijven van plezier, dat in België
de roode ministers zoo moedig stand
houden. Want nu gaat het natuurlijk
naar de ontwapening.
Een militair program van een de
mocratische regeering, ziet er natuur
lijk heel anders uit, dan van een aarts
conservatieve regeering als b.v. in ons
land.
„Het Volk" verzuimt wel dit pro
gram zijn lezers mee te deelen, maar
dat spreekt toch wel vanzelf Wat kan
men nu anders van een „democrati
sche regeering" waarin ook socialisten
zitting hebben, verwachten?
Ziehier het antwoord, zooals we dat
in de „Tijd" vonden:
„Deze democratische regeering heeft
met instemming van alle socialisti
sche ministers, het militair contingent
voor 1926 op 77.000 man en den dienst
tijd van 1925 af op 10 maanden voor
de infanterie, 12 voor de artillerie en
13 voor de cavalerie vastgesteld. On
danks het feit, dat bij de verkiezingen
een vermindering van den diensttijd
tot zes maanden is beloofd.
Ziedaar wat „Het Volk"' met geest
drift noemt een militair program van
een democratische regeering.
In Nederland is het contingent door
een Christelijk bewind zonder sociaal
democraten vastgesteld op 19.500 man,
de diensttijd op 5 en een halve maand.
Maar hier is de regeering natuurlijk
niet „democratisch"
V Macht niet voldoende.
Van Sociaal-democratische zijde
wordt altijd weer de voorstelling gege
ven, dat de positie van de arbeiders be
langrijk verbeterd zou kunnen worden,
als men slechts wilde.
De Overheid kan. op sociaal gebied
zoo ongeveer alles doen als ze het geld
slechts haalt waar het zit en de pa
troons zouden aan alle eischen der ar
beiders kunnen voldoen, als ze slechts
wilden.
En de Christelijke vakbeweging wor
den telkens weer de heftigste verwijten
naar het hoofd geslingerd, omdat zij
niet alleen met het sociaal wenschelij-
ke maar ook met het economisch mo
gelijke rekent.
Zoo nu en dan gebeurt het echter,
dat de heeren met hun eigen wapens
om de ooren worden geslagen.
Door den heer Sneevliet was onlangs
de moderne vakbe\veging verweten,
dat zij niet alle verslechtering der ar
beidsvoorwaarden had gekeerd, wat
als een bewijs van hare machteloos
heid werd aangemerkt.
En wat antwoordt nu „Het Volk"
daarop:
Sneevliet, die overigens den indruk
Wekt, van ernstig té willen worden ge.
aomen, durft 'het aan, weer eens te
beweren, dat het feit, dat alle ver
slechtering der arbeidsvoorwaarden,
niet is gekeerd, de machteloosheid dei-
vakbeweging bewijst.
Dat is nonsens.
Met dien maatstaf gemeten, is ae
door Spaeevliiet zoozeer bewonderde En
BUREAUHooigracht 35
Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
gelsche beweging eveneens machteloos
Deze heeft echter ook menige loons
verlaging aanvaard.
Dergelijke bewering is niets dan deL
magogie, geuit in de hoop, dat de
arbeiders niet zullen nadenken.
Macht alleen bepaalt nu eenmaal
de hoogte van het loon niet.
Dat blijkt b.v. in Rusland, waar de
arbeiders door middel1 van de com
munistische Partij de macht hebben en
toch een lager loon hebben dan hun
collega's in Holland, terwijl het jaren
lang nog lager i& geweest 'dan nu.
Als macht het alleen doen kan, en
de communisten het zoo goed met de
arbeiders meenen, waarom brengen
dan de loonen der Russische ar
beiders niet op Hollandsch peilr
Als Sneevliet dan ook ernstig discus-
sieerem wil, zal hij zich moeten cor.
rigeeren.
Dissel en Kitz mogen gelooven, dat
de vakvereenigingen ieder loon kun
nen handhaven, „als ze maar willen"
Sneevliet weet beter en daarom moest
hij "in „De Arbeid" de arbeiders niec
misleiden.
Dat is gezonde taal.
Macht alleen bepaalt nu eenmaal
niet de hoogte vail het loon.
En het is dwaasheid te beweren, dat
de vakvereenigingen ieder loon kun
nen handhaven, als ze maar willen.
Dwaasheid ook als de Christelijke vak
beweging als „arbeiders-vijandig"
wordt voorgesteld, wanneer zij met de
economische werkelijkheid blijkt reke
ning te houden.
Dergelijke bewering is om met „Het
Volk" te spreken mets dan demagogie,
geuit in de hoop, dat de arbeiders niet
zullen nadenken.
STADSNIEUWS.
Ontslag gehuwde onderwijzeressen.
Door B. en 'W. van Leiden is een
voorstel aanhangig gemaakt om aan
de onderwijzeressen, verbonden aan de
openbare scholen voor gewoon lager-,
uitgebreid lager-, en buitengewoon la
ger onderwijs in deze gemeente, die
voor het bereiken van den vijf en veer
tigjarigen leeftijd in 't huwelijk treden,
op dien grond, ontslag te verleenen.
Ter toelichting wordt het volgende
opgemerkt:
Bij de wet van 28 Mei 1925, S 207,
is in artikel 38 der Lager-onderwijs-
wet 1920 een nieuw vierde lid inge-
lascht, luidende:
„De Gemeenteraad kan bepalen, dat
eene onderwijzeres, die voor het berei
ken van den vijf en veertigjarigen
leeftijd in het huwelijk treedt of een
onderwijzer of eene onderwijzeres, die
een bepaalden leeftijd, welke niet la
ger mag zijn dan vijf en zestig jaren,
heeft bereikt, op dien grond zal wor
den ontslagen. Zoodanig ontslag ge
schiedt alsdan door Burgemeester en
Wethouders met ingang van onder
scheidenlijk den dag van het huwelijk
en den eersten dag der maand, vol
gende op die, waarin de gestelde leef
tijd is bereikt. Echter kan de Gemeen
teraad bepalen, dat een ontslag op
grond van het bereiken van een be
paalden leeftijd, krachtens besluit van
den Gemeenteraad, op voordracht van
Burgemeester en Wethouders, telkens
voor een jaar zal kunnen worden op
geschort."
Voorzoover betreft het verleenen van
ontslag aan onderwijzeressen bij het
aangaan van een huwelijk is deze wij
zigingswet een logisch gevolg van het
Koninklijk Besluit van 13 Maart 1924,
S 122, waarbij is bepaald, dat aan vrou
welijke Rijksambtenaren, die een hu
welijk aangaan, ontslag wordt ver
leend. Inconsequent toch zou het ge
weest zijn, indien na dat Koninklijk
Besluit de Lager-onderwijswet 1920
nog langer een belemmering zou heb
ben opgeleverd om ook ten aanzien
van onderwijzeressen zoodanigen alge-
meenen maatregel te kunnen nemen
Wel is waar is in enkele gevallen een
raadsbesluit tot het verleenen van ont
slag aan een onderwijzeres, wegens 't
aangaan van een huwelijk, gehand
haafd, maar vóór deze wetswijziging
was het toch niet mogelijk een alge-
meenen regel vast te stellen, krach
tens welken aan iedere onderwijzeres,
die in het huwelijk treedt, ongevraagd
ontslag wordt gegeven. Nu zulks, door
deze wetswijziging, mogelijk is gewor
den, verdient het o i. aanbeveling van
de gegeven bevoegdheid gebruik te
maken.
Naar onze meening behoeft ons voor
stel om, overeenkomstig de wet, een
bepaling in het leven te roepen op het
verleenen van ontslag aan huwende
onderwijzeressen, slechts weinig toe
lichting. Ons standpunt in deze is U
hekend en alles wat principieel vóór
of tegen het verleenen van ontslag
kan worden gezegd, is zoowel in Uwe
Vergadering (zie Handelingen Gemeen
teraad 1912, pag. 139 tot en met 147
en Ingekomen Stuk No. 203 van dat
jaar) als nu onlangs bij de behande
ling van deze wetswijziging in de Sta-
ten-Generaal, reeds gezegd. Afgeschei
den echter van de meer principieele
motieven, welke wij dus stilzwijgend
voorbij gaan, merken wij nog op, dat
het ook om andere redenen gewenscht
is, van de gegeven bevoegdheid ge
bruik te maken.
Vooreerst op grond van het on der-
wijsbelang. Het is toch bekend, dat dé
gehuwde onderwijzeressen in den re
gel veel meer verzuimen dan de man
nelijke en ongehuwde vrouwelijke leer
krachten. Wij meenen, dat het prac-
tisch nadeel van die absentie niet ge
ring is en dat de regelmatige gang
van het onderwijs wordt bevorderd,
indien aan onderwijzeressen bij hei
aangaan van een huwelijk ontslag
wordt verleend. Maar ook op financi-
eele gronden is het nemen van dien
maatregel gewenscht immers ko
men de kosten van vervanging van
een afwezige leerkracht geheel voor
rekening van de gemeente.
Verder achten wij de vaststelling
van een dergelijke bepaling gewettigd
op maatschappelijke gronden Vooral
in tijden als de tegenwoordige, waarin
er een teveel aan leerkrachten is, zoo
dat vele onderwijzeressen en onderwij
zers vruchteloos pogingen aanwenden
om een betrekking te verkrijgen eri
soms jaren van inkomsten zijn ver
stoken, is het o.i. niet gemotiveerd toe
te laten, dat de gehuwde onderwijze
res in hare betrekking wordt gehand
haafd. In deze omstandigheden goed
te vinden, dat sommige gezinnen dub
bel inkomen genieten en anderen in
't geheel niets, is o.i. bezwaarlijk te
verdedigen.
Wij merken nog op, indien tot vast
stelling van een dergelijke bepaling
wordt overgegaan, op dit punt aan
sluiting wordt verkregen aan hetgeen
voor de huwende vrouwelijke ambte
naar, in dienst van deze gemeente,
reeds bestaat. Immers bepaalt de Ver
ordening regelende den rechtstoestand
van ambtenaren dezer gemeente, dat
aan vrouwelijke ambtenaren eervol
ontslag wordt verleend, met ingang
van den dag, waaop zij in het huwe
lijk treden
Ten slotte vermelden wij, dat zoo
wel de, Inspecteur van het lager on
derwijs in deze inspectie, als de Plaat
selijke Schoolcommissie, blijkens hun
in de Leeskamer ter inzage gelegde
adviezen, zich met vaststelling van 'n
bepaling als boven bedoeld, kunnen
vereenigen.
Eveneens zouden wij gebruik wen-
schen te zien gemaakt van de be
voegdheid, om bepalingen vast te stel
len, betreffende het verleenen van
ontslag aan onderwijzeressen en on
derwijzers bij het bereiken van een be
paalden leeftijd, welke o.i. op 65 jaren
ware te stellen, en om tevens te be
palen, dat dit ontslag, krachtens be
sluit van XJwe Vergadering, telkens
voor één jaar kan worden opgeschort
De Inspecteur van het lager onder
wijs en de Plaatselijke Schoolcommis
sie hebben geen bezwaar tegen het ver
leenen van ontslag aan 65-jarigen.
Wat betreft de opschorting van het
ontslag na het bereiken van dien leef
tijd, is er bij deze adviseurs verschil
van gevoelen. De Inspecteur merkt op,
dat de uitzonderingsbepaling aanlei
ding kan geven tot allerlei ongelijkhe
den en zelfs tot nepotisme, doordat
het persoonlijk belang van den onder
wijzer kan gaan praedomineeren. Bo
vendien kunnen Burgemeester en Wet
houders, indien in een bepaald geval
niet dadelijk een geschikte vervanger
aanwezig is, z.i. alsnog tijdelijk aan
stellen en worden conflicten tusschen
Burgemeester en Wethouders en den
Raad, waartoe de redactie van dat
punt aanleiding kan geven, voorko
men.
De Plaatselijke Schoolcommissie
heeft tegen dergelijke uitzonderingsbe
paling geen bezwaar, mits slechts in
zeer bijzondere gevallen dispensatie
wordt verleend
Waar ook in de Verordening rege
lende den rechtstoestand van de amb
tenaren dezer gemeente dergelijke uit
zonderingsbepaling voorkomt en die
bepaling nimmer tot ongewenschte ge
volgen, als de Inspecteur ducht, heeft
geleid, achten wij het ons met het
standpunt der Commissie vereenigen-
de wel gewenscht, de mogelijkheid
tot opschorting van ontslag in de ver
ordening neer te leggen. In aanslui
ting aan de bepaling der Verordening,
regelende den rechtstoestand van do
ambtenaren dezer gemeente, zouden
wij de mogelijkheid tot opschorting
niet verder wenschen uit te strekken
dan tot den 70-jarigen leeftijd.
Gemeenteraad
De Raad dezer Gemeente zal a.s.
Maandag, des namiddags te twee uur
Te behandelen onderwerken.
1. Benoeming van een tijdelijk leer-
aar in plant- en dierkunde aan de
Hoogere Burgerschool voor Meisjes.
2. Benoeming van een lid der Plaat
selijke Schoolcommissie.
3. Benoeming van een lid der Com
missie voor Bewaarscholen.
4. Praedvies op het verzoek van
F. L. Th. Moene, om eervol ontslag als
onderwijzer bjj het openbaar vervolg
onderwijs.
5. Voorstel om den datum van het
ontslag van Dr. J. J. E. Hondius als
leeraar aan het Gymnasium nader te
bepalen op 1 Januari 1926.
6. Eegrooting, dienst 1926, van het
Geref. Minne- of Arme Oude Mannen-
en Vrouwenhuis.
7. Voorstel tot kostelooze inge-
bruikgeving van het gymnastieklokaal
der voormalige school aan de Mare aan
de vereeniging tot instandhouding van
liet Leidsch Muziekcorps, zulks met in
trekking van het RaadsDesluit van 2S
October 1909.
8. Voorstel tot verhuring van de bo
venwoning van het perceel Vischmarkt
No. 11, aan de dames A. S. en J. Pri
vé.
9. Voorstel tot kostelooze overna
me in eigendom en onderhoud bij do
gemeente van den grónd en het zich
•daarop bevindend trottoir vóór de per-
ceelen Jan van Goyenkade Nis. 20 en
21 en vóór het tus3chen die percee-
len gelegen terrein, Sectie M. No. 2983
ged.
10. Voorstel tot kostelooze overna
me in eigendom en onderhoud bij de
gemeente van een gedeelte van de De
Genestetstraat, Sectie O, Nis. 848 tot
en met 860, ged.
11Voorstel tot verkoop van een ge
deelte berm langs den Haarlemmertrek-
vaartweg, Sectie B, No. 811 ged., aan
C. Kuipers.
12. Voorstel tot aankoop in het be
lang van de Volkshuisvesting van de
perceelen grond en water aan den La
gen Rijndijk, Seciie no. 220, ged., tot
inbrenging van een gedeelte dier percee
len in het gemeentelijk grondbedrijf en
tot vaststelling van den desbetrelien-
den begreotingsstaat.
13. Voorstel tot toekenning aan de
besturen van verschillende bijzondere
scholen voor Lager Onderwijs, voor het
jaar 1924, van eene vergoeding, krach
tens art. 100 der Lager Onderwijswet
1920.
14. Voorstel tot wijziging der begroo
ting, dienst 1925, ten behoeve van de
meerdere kosten van herstelling van
den toren der Pieterskerk.
15. Voorstel to. wijziging van dein
1921 met üe gemeente t Nieuwkoop,
Nieuw veen, Tor Aar en Zevenhoven g-
sloten overeenkomsten, betreffend' cl
levering van electriciteit aan die g
meenten door de Stedelijke Electiuci-
teitsfabriek te Leiden.
16. Voorstel tot wijziging van eenige
posten der begrooting, dienst 1926, in
verband met de oprichting van het tij
delijk Gemeentelijk Wasehbureau ais
zelfstandige inrienting.
17. Voorstel tot nadere wijziging der
begrooting, dierst 1925, in verband met
de toekenning van een extra-onder-
steuning gedurende de Kerstweek.
18. Voorstel tot 011derhandsche op
dracht van het maken, leveren em op
stellen van den ijzeren bovenbouw voor
de te vernieuwen Verversbrug met be-
wegiungsinrichting en andere bijbekoo-
rende werken,, aan de N.V. Hollandsche
Constructie Werkplaatsen, te Leiden.
19. Voorstel tot het verleenen van
eene bijdrage in de kosten van de te
houden wedstrijden ter gelegenheid van
het 40-jarig bestaan der Leidsche Zwem
club.
20. Praeadvies op het verzoek van
K. Heemskerk, om toekenning van een
iaarlijksch suosidie, ten behoeve van
net door hem geëxploiteerde overzet
veer in de Trekvliet nabij de Groenho-
venstraat
21. Voorstel om, met intrekking van
hetRaadsbesluit van 21 December 1923,
Burgemeester en Wethouders te mach
tigen ten aanzien van een 6-tal premie
bouwplannen, over het tijdvak van 1
Januari 1926 tot en met 30 Juni 1926,
genoegen te nepen met de ontvangst
van een annuïteit, berekend naar een
rente van 5V2 pCt.
22. Voorstel om medewerking te ver
leenen aan het bestuur der K.-K. Par.
Jongensscholen onder R.-K. Par. Kerk
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentiën per regel 221/* cent
Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief.
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent
Belangrijkste nieuws in dit Hummer.
Binnenland.
Jaarvergadering van het Verband
van A.-R. Propagandaclubs.
Dr. de Visser opnieuw ten paleize
ontvangen.
De vermiste vliegers nog steeds niet
gevonden.
Een verklaring van R.-K. zijde om
trent de handhaving van het gezant
schap.
Buitenland.
De behandeling der verdragen van
Locarno in de Belgische Kamer.
Te Genève verwacht men een spoedi
ge bijlegging van het Worcwski-gesciül
Een rede van Lloyd George over het
liberalisme en de Labourpartij.
bestuur, tot verandering van de inr.en
ting der schoolgebouwen Pieterskerk
hof 4, Rapenburg 48, Haarlemmmcr-
straat 240 en Pelikaanstraat 20, door
het aanbrengen van centrale verwar
ming.
23. Voorstel 1 otbeschikba i\ 1 1 ig v a1
gelden ten behoeve van het aanbr :i-
gen, bij wijze van proefneming, van as-
ialtwegbedekking in het Noordeinde,
van de Wittepoortsbrug tot het Ra:.eu-
burg, en in de Pelikaanstraat, tusschen
Ouae Vest en Haarlemm-merstraat.
24. Beantwoording van de interpel
latie van den heer Schüller, in zake het
bestratingswerk van den Rijnsburg21-
weg.
25. Interpellatie van den heer S^s-
ma, lil zake kec adres van A. van v een,
oetrerteiide de keldergang onder i t
Steenschuu^.
Jongeliedenvereenigingen op G. G.
„Timotheus" en „Gideon"
In de groote zaal van „Prediker"
hebben gisteravond de van de Geref.
Oudervereeniging uitgaande Jongelie
denvereenigingen op G.G. „Timotheus"
en „Gideon", gecombineerd haar jaar
vergadering gehouden.
De belangstelling voor deze vergade
ring, die als gewoonlijk een alleszins
feestelijk karakter droeg, was zeer
groot, echter niet alleen van de zijde
der jongemenschen, die in andere
jeug^vereenigingen zijn georganiseerd
maar ook van de zijde der ouders. Het
gaat daarmede den goeden weg op.
De oudervereeniging was officieel
vertegenwoordigd door Ds. W. Bouw
man en den heer M. Vallentgoed.
Het eerste gedeelte van de vergade
ring stond onder leiding van den voor
zitter van „Gideon", den heer G. J. Bo
ter, die na gebed en het gemeenschap
pelijk zingen van Ps. 150 1, de vele
aanwezigen in een kort openingswoord
verwelkomde en vervolgens eenige
woorden wijdde aan de beteekenis van
het werk der Jongeliedenvereenigingen
Na een keurig verzorgde inleiding
van vr. v. Zuilen over Napoleon, kwam
het jaarverslag aan de orde, dat voor
deze gelegenheid in verband met de in
den loop van dit jaar plaats gehad
hebbende oprichting van „Gideon' was
samengesteld door den voorzitter van
„Timotheus", den heer C. Wassenaar.
De gebeurtenissen, die in het verslag
werden gereleveerd vormden een lange
rij, en het overzicht, vpnrin tevens alle
bestuursfuncties w erden besproken,
gaf den indruk, dat er in het afgeloo-
pen jaar beduidend veel tot stand
kwam.
„Timotheus" in haar vorige gedaan
te, begon het vereenigingsjaar met 49
leden. Behandeld werden Gewijde-,
Kerk- en Vaderlandsche geschiedenis,
nevens Zending, Staatsinrichting enz.
In hoofdzaak echter liepen de bespre
kingen over de drie eerstgenoemde
vakken.
Na een niet gemakkelijke voorberei
ding kon op 15 Juli 1925 de splitsing
plaats hebben en werd „Gideon opge
richt, met aanvankelijk 29 leclen, welk
getal later nog werd vermeerderd mét
eenige vrienden die eveneens „liino-
theus" met „Gideon" wenschten te ver
wisselen.
Bleef Timotheus dus aanvankelijk
met een zeer klein ledental achter,
door propaganda en opschuiving streg
dit binnen zes maanden van 18 tot 27.
Een prachtige vooruitgang dus.
De vereenigingen verkeeren thans
beide in een bloeienden staat en stij
gen voortdurend in ledental. Een be
wijs, dat de splitsing wel noodig i9 ge
weest.
„Timotheus" vergadert nog steeds in
de consistorie der Oude Vest, „Gideon"
momenteel in de catechisatielokalon
aan de Hooigracht, maar zal waar
schijnlijk spoedig verhuizen naar de
consistorie Vestestraat.
De wensch werd geuit, dat deee ver-