Kb NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 5 DECEMBER 1925 Mi DE BLADEN ZEGGEN. Persoonlijk element. Het is zeer opmerkelijk, aldus de „Stand." hoe sterk de partijen der lin kerzijde in den politieken strijd tel kens het persoonlijk element, en dan nog wel in den meest hatelijken vorm. in ons politieke leven doen overheer- schen. Men kent de hetze tegen Dr. Kuyper. Thans klinkt boven alle politiek ge- druisch de hetze tegen Colijn weer bo ven alles uit. Ook thans wreekt men in zijn bit terheid over de mislukking van den opzet der „democratie" zijn teleurstel ling op den leider der Antirevolutio naire Partij. Het is voor en boven al les: tégen Colijn. van wien men niet te veel kwaad zeggen kan en wien men allerlei verwijt, waarmede hij in wer kelijkheid niets te maken heeft. Wie de redevoeringen leest van de heeren Marchant en Albarda, wordt tèlkens weer getroffen door een zeker vertoon van wrok, die steeds meer een persoonlijken kant dreigt te verkrijgen Het ware^te wenschen, dat men ook in dit opzièht eens een lesje nam bij de Engelschen. De partijstrijd kan daar fel zijn. Maar deze strijd, werd slechts zeer zelden door persoonlijke bitterheid ontsierd. Wij zagen daarvan nog een dezer da gen een treffend bewijs in de houding van een politiek linksch orgaan tegen over de huidige Ministers in het con servatieve Kabinet. De Manchester Guardian van 21 Nov j.l. wijdde een kort artikeltje aan het cucces, door Ghamberlain behaald in het Locarnoverdrag. Het blad schreef: ons volk heeft er steeds roem op ge dragen, dat het zoo weinig „rancour" zoo weinig wrok en bitterheid kent in het politieke leven. De goede toon in het persoonlijk ver keer lijdt in den hartstocht van den politieken strijd, waarin men vaak kwade motieven zoekt bij dengene, met wien men het niet eens is. zoo licht schade. Maar de eere, die men thans Minis ter Chamberlain van allen kant bracht had niets van dat alles. Zij was zelfs opmerkelijk in een land, waarin een goede vriendschappelijke verhouding tusschen politieke tegenstanders niet zeldzaam is.. Men was er op uit, om hem de eere te geven die hem toekwadi. Wij zelf, zegt het Engelsche blad, behooren tot degenen, die met zorg en zelfs met tegenzin den arbeid van den Minister tot voor korten tijd volgden. Maar in hetgeen hij nu in Locarno wist te bereiken, verdient hij aller be wondering. Zonder eenige restrictie voegt deze tegenstander van Chamberlains poli tiek zich bij degenen, die hem niets willen onthouden van den lof, die hem toekomt, en die zijn werk ten volle kunnen waardeeren. Zulk spreken eert den politieken strijder en ontneemt zeer stellig niets aan de kracht van zijn oppositie, waar hij die noodig acht. Integendeel. Het ware goed, als men ook ten on zent zich tot die hoogte van den po litieken strijd kon opwerken. Men zonk hier wel ver beneden het goede peil. GEMENGD NIEUWS. Knaapje overreden. Gis terennamiddag reed op den Melkweg op den Trompenberg bij Hilversum een luxe auto, van Oud-Bussum, toen leen 4-jarig knaapje plotseling den iweg overliep. De chauffeur gooide het stuur om, doch het knaapje geraak te niettegenstaande onder den wagen. 'Ernstig aan het linkerbeen gewond, is het ventje naar de Majellastichting vervoerd'. Jonge moordenaar. Een nieuw geval van een abnormale mis- claad onder dé moderne jeugd heeft zich te New York voorgedaan. Daar heeft de 20-jarige Gordon Pirie aan de politie bekend, dat hij zijn 18-jarigen vriend George Nye met een bijl heeft gedood, „alleen maar om te voldoen aan een plotselinge ingeving". De jongens waren van kind af aan speelmakkers geweest. De misdaad werd in de kamer van Pirie gepleegd. Deze is blijkbaar driftig, terwijl de jonge Nye goedaardig en verdraag zaam was. Pirie schijnt zijn vriend van een bedrag tier waarde van twaalf gulden te hebben bestolen en bracht 8de rest van den dag met meisjes in een bioscoop door. Pirie's 16-jarige zuster ontdekte het lijk onder het bed, toen zij de slaap kamer van haar broer deed. Zij kreeg een zenuwtoeval en verloor het gé bruik van haar beenen. De misdaad had Zondagmorgen plaats; »Maandagavond laat_ gaf Pirie zich bij de politie aan. Hij «was ver gezeld van een 16-jarig meisje, die hem smeekte de waarheid te zeggen. Zij geloofde, dat hij onschuldig was, en dacht, dat hij zou ontkennen doch ïnplaats daarvan bekende hij. De vrienden sliepen in hetzelfde huis. Pirie was vroeg opgestaan, had de Zondagsbladen gekocht en na er de humoristische gedeelten uit gele zen ce hebben, ging hij kalm naar de keuken, haalde er een bijl en ver moordde zijn vriend in, zijn slaap. Vliegongeluk. Te Pretoria is een Zuid-Afrikaansche militaire vlie ger mei zijn passagier ten gevolge van de neerstorting van zijn vliegtuig ge dood. Rare kostganger. Toeneen mijnwerker te 'Geleen van "de mijn huiswaarts keerde, vond hij "de ren gesloten. Hij kon niet in zijn wo ning daar een kostganger de deuren op slot hield. De mijnwerker rappor teerde het geval aan de politic, die spoedig binnen was en den kostgan- ger mee naar het bureau nam. Daar leek (d^t hij slechts vier maal ge signaleerd stond in het Algemeen Po litieblad. Hij had geweldig het land aan zijn kostbaas en vertelde de po litie, d;at deze verschillende kleine diefstallen had gepleegd. Toen werd de kostbaas gehaald en hij bekende al Spoedig. Bovendien wérd gecon stateerd, dat hij zich nog niet had laten inschrijven als inwoner der ge meente. Sneeuw en ij's. Door den vorst en hevigen sneeuwval ondervindt het scheepvaartverkeer in het Noord-Wes ten van Duitschland gróo-te 'belemme ring. Op de Ems en de Leda bevindt zich veel drijfijs. De binnenscheep vaart is zoo goed als geheel gestaakt. Twee lichters die van Embden met erts naar Dortmund onderweg waren, hebben hun toevlucht in 'de haven van Laer gezocht. De waarde van een zieken zuster. Eenige maanden geleden werd te St. Quentin een ziekenzuster door een automobiel overreden, tenge volge waarvan zij 'nbeen brak en ge opereerd moest worden. Zij bleef ech ter invalide. Senator Touron, aan wien de aute toebehoorde, wilde het slachtoffer scha deloos stellen door de assurantie- maatschappij. Deze bood aan de onkosten van dokter en apotheker te betalen, doch wilde van een verdere schadeloosstel ling niet weten, wijl de zuster de ge lofte van armoede had afgelegd. De civiele rechtbank van St. Quen- tie oordeelde echter anders. Zij was van oordeel, dat het leven van een religieuze, die zich geheel aan werken van naasteniiefde wijdde, nog al wat waarde hacf. Dienovereenkomstig werd de aan de zuster betalen schadeloos stelling vastgesteld op 30.600 "frs. De nieuwste wandelgezel.— Het wekt ai lang geen opzien meer in Parijs, wanneer daar iemand over de boulevards kuiert met een aap op zijn schouder, of met een alligator op zijn arm. Als ge tóch opvallen wilt, moet ge wat anders kiezen. En liefst iets, dat ni,ei dileen bijzonder is, maar dat ook schrik verspreidt en bewonderende ver wondering: „Hoe durft-ie!" Dan moet ge minstens doen, wat een paar da gen geleden de keurig gekleed© dikke meneer deed, die de boulevards over drentelde met een leeuw aan een touwtje. Geen reklame-leeuw, geen speelgoed leeuw, geen jong leeuwtje zelfs, maar een volwassen exemplaar van het wilde dierensoort, dat in het latijn leo heet, een gewone, echte, levendé groo- te leeuw Veel bekijks had de meneer, en hij scheen daar zeldzaam trotsch op tp zijn; met werkelijk genoegen keek hij naar de verbaasde, verschrikte en be wonderende gezichten; had werkelijk in de gil van een vrouw, die plot seling op een straathoek tegenover hem en zijn wandelgezel kwam te staan. De vrouw echter was woedend en wendde zich tot een agent: „M5g dat maar zoo? als 'tbeest eens losbreekt; de catastrophe zou vrééselijk zijn!" De agent wendde zich tot den meneer, op een eerbiedig afstandje echter: „Me neer, wat moet dat met dat beest?" „Nou, zei de meneer, hij heeft al een heelen dag in huis gezeten, nu wil hij óók wel eens Wat frissche lucht "happen!" „Ja maar, hij; is een gevaar voor de voorgangers. „Toch niet ik ken hem daar 'veel te goed voor! De voorbijgan gers zijn'bang voor hem, dat is waar, ja, dat zïe ik! en, om u de waarheid te zeggen, dat wou ik nu eigenlijk maar eens even constateerenZe 'vlie gen allemaal op rij', zoodra ze mijn goede Leo in de gaten krij'gen. En dat is prachtig. ,W,ant, dóarom was het me eigenlijk te dóen. Als u wist, hoe vervelend ik het vind, te wande len door drukke strate.en, mannetje (aan mannetje, met. menschen binks vlak naast je, rechts vlak naast je, vlak vóór je, vlak achter jeZóó heb ik de ruimte ten minste!Kom JLeol En verder trok het st§l, vrij zich voortbewegend over den tjokvollen boulevard, in volkomen isolatie! Van knoeien en bedrog. De bekende Brusse schrijft in de N. R C. een serie artikelen over „Knoeie rijen in den Schilderijen-handel", die onwillekeurig de vraag doen.opkomen, óf er nog wel „echte" schilderijen zijn. Hij verhaalt o.m. de volgende verma kelijke geschiedenis: „Een kunstliefhebber reisde in Italië Bij een schilderijenhandelaar in Vene tië ontdekte hij een Pérugin, gejaar- merkt 1520, dien hij kocht voor een ba gatel6500 lire. Men weet echter, dat een Italiaansche wet verbiedt om werken van oude meesters de lands grenzen over te laten g&an. Wat te be ginnen? Want de douanen zijn onver biddelijk. Hij laat over het oude schilderij heen het portret schilderen van Victor Em manuel III. De brave grenswachtera brengen hun saluut en laten het con- tei'feitsel van liun vorst trekken. Te Parijs wordt het stuk onmiddel lijk met spiritus afgewasschen: de trekken van den monarch verdwijnen, en de list is gelukt Geenszins Want tegelijk met de nieu we verf, ziet men de oude, die van Pérugin, 1520, verdwijnen en daar onder verschijnenhet portret van Garibaldi". Natuurlijk was de Pérugin valsch. En de kunstkooper 'n bedrieger. Maar de „liefhebber" ook, want hij wist van te voren, dat hij 'n „echte" niet uitvoeren mocht en hij was dom, door te meenen, dat-ie-voor zulk een prijsje een echte Pérugin koopen kon. 't Lijkt me toe, erger dan de paarden markt. Land- en Tuinbouw. De Nederlandsche Tuinbouwraad. De Nederlandsche Tuinbouwraad iheeft zich, naar aanleid; ig van een missive d.d. 11 November j 1. van de Directie van den Landbouw, betreffen de het Directoraat-Generaal van den Ldanbouw met hét 'Vólgend schrijven gericht tot den Minister van Binnen- landsche zaken en Landbouw: Met erkentelijkheid voor de gelegen •beid, (die den Raad geboden wordt, zijn meening te zeggen of het ambt van Di recteur-Generaal van den Landbouw gehandhaafd moet blijven, spreekt het Bestuur als zijn vas/teovertuiging uit, dat een persoon die als deskundig Hoofd van de verschillende takken van dienst, als Leider van de onder scheiden afdeelingen, ter bevordering van de zoozeer gewenschte éénheid van de Directie van den Landbouw, niet kan en niet mag gemist worden. In den persoon van den Directeur- Generaal ziet de Nederlandsche Tuin- bouwraad het centrale punt, waar alle draden tezamen komen. De Directeur Generaal is het die eenheid brengt in het veelzijdig werk, dat vóór de goede ontwikkeling van land- en tuinbouw verricht moet worden. Hij is het die overleg pleegt met de organisaties welke voor' bepaalde on-, derdeelen van land- en tuinbouw zich interesseeren. Hij zal het moeten zijn die de ver schillende meeningen cte^kundig naast elkander plaatste en deze objectief aan Uwe Excellentie ter beoprdeeling voor legt. f,.; Ontkend kan niet worden dat hooge persoonlijke eischen, daarvoor gevor derd worden. Dat mag echter g^ea. beletsel zijn voor de vervulling van een ambt, waar bij het geldt de behandeling van een der belangrijkste takken van volkswei vaart. Het is Uwe Excellentie bekend, dat het Bestuur van den Nederlandschen Tuinbouwraad zich pp het standpunt gesteld heeft, dat da Directie van den Landbouw zich vrij moet kunnen ont wikkelen, niet thuis behoort onder een Departement van meer. administra- tieven aard en dat een andere samen stelling der Departementen, in het be lang van land- en tuinbouw alleszins gewenscht is. Wellicht ware thans het oogenblik gekomen te bevorderen de instelling van een Departement van Volkswel vaart, waarin Land- en Tuinbouw naast Arbeid, Nijverheid en Handel sa mengebracht worden, elk met een zelf standig deskundig Directeur-Generaal als Leider. Mocht echter daartoe nog niet kun nen worden overgegaan, evenmin als de instelling van een afzonderlijk De partement van Landbouw, dan nog zou de handhaving van het ambt van Directeur-Generaal van den Landbouw naar de overtuiging van den Raad, alle aanbeveling verdienen. Het Bestuur van den Nederlandschen Tuinbouwraad is erkentelijk voor de wijze waaróp door de Directie van den Landbouw steeds het contact met de organisatie gezocht is. Het Bestuur vertrouwt, dat het over leg met de organisaties, ten minste even sterk als thans het geval is, in de toekomst zal worden gehandhaafd, on geacht de beslissing over 'de al dan niet handhaving van het Directoraat- generaal. Amerikas' invoerverbod van Narcissen Voor Holland's zoo belangrijke bloembollencultuur zoo wordt uit Was hington aan de Maasb. gemeld, wa ren Maandag en Dinsdag, TB17 No- vemo«?r, twee héél-gewichtige dagen. Want het invoer-verbod op narcissen- bollen, hetwelk de Federal Horticul tural Board van het ministerie van Landbouw op 1 Jan. a.s. meent van kracht te maken, is gedurende deze paar dagen he heftig-gedebatteerde, onderwerp geweest voor een staats enquête der F. Hort. Board, toe gankelijk zcoweï voor belangstellen den, als voor tegen- en óórstanclers van bedeeld invoerverbod. De flinke gehoorzaal van her nieu we nationale museum te Washington was beide dagen goed gevuld. ak en haqdelslui, evenzeer als afgevaar digden van de Garden Club van Ame rika, van de' Federated Clubs van New York, en van andere machtige organisaties van blr»am&avrienden, en nog verschillende dames en heeren uit de hcogere society-kringen van New York, "Boston, Philadelphia, Was hington en andere grootere steden, vormden het talrijke publiek. Vele or ganisaties en bonden waren er boven dien óók door rechtskundige advi seurs vertegenwoordigd. Daar was o.a Nederlands energieke consul-generaal voor San Francisco, mr. H. A. van Co-enen Torchiana, die hier niet in zijne officieele kwaliteit, doch eer- (der als zaakgelastigde voor den Ne- Ideriandschen Bond van bloembollen- exporteurs optrad. Vlak bij hem was gezeten de heer H. J. Arentshorst, van de firma Baartman Koning uit Sas- senheim, die speciaal uit Holland was overgekomen, om in T belang van den bond tegenwoordig te zijn bij de zittin gen dezer enquête-commissie. Mr. Alexander T. Vogelsang, uit Californië, een voormalige onder-staats secretaris van landbouw, leidde de op positie tegen het invoer-verbod. Hij scheen een oneindig aantal getuigen a décharge in de zaal te hebben, waaronder experts, importeurs, kwee kers van Amerikaansche bóllen, hoof- Iden van groiQte bloembollen handels huizen, vrouwelijke secretarissen, som migen vergezeld, door president en an dere leden van het bestuur der onder scheiden© garden-clubs. Het was opmerkelijk, hoezeer het debat over het invoer-verbodd zoowél .vóór als tegenstanders spoedig tot een heftige woordenwisseling dreef, waar bij zelfs persoonlijkheden niet wer den gespaard. Afkeuring of bijval wetd vaak luidruchtig geuit; er werd flink gefloten en ^eapplaudiseerd aan weerskanten. De Horticultural Board en vooral zijn hoofd, dr. Marlatt, had den héél wat kritiek te verdragen, wegens hun houding in zake het door drijven van het invoerverbod. Het grootste gedeelte van den Maan dag hadden de tegenstanders van het verbod een kans, om hunne argumen ten te plaatsen en hunne redenen door bewijzen zoo mogelijk te staven, waar om (net invoerverbod, zoo niet zou moeten vervallen, dan toch zeker dient uitgesteld te worden. Van den ande ren kant hadden eenige experts en entomologisten yan het ministerie v. landbouw de gelegenheid, om op een groot wit doek, door middel van een tooverlantaarn, afbeeldingen te_ ver- toónen van meerdere plantenziekten welke men door dit verbod meent be ter te kunnen bestrijden. Vooral was het ditmaal de aahvorm in uit Europa geïmporteerde bloem bollen. welke, volgens de sprekers van het ministerie, het voor Amerika nood zakelijk maakten, het invoerverbod op narcissen te handhaven. Deze aanklacht is natuurlijk niets nieuws voor onzen bloembollenexport- handel. Mrs. Pratt, van New York, se cretaresse van een der Garden Clubs van Amerika, toonde zulks aan in een 'krachtige, zeds strijdlustige rBde. ter bestrijding van "het invoerverbod. Door fiéél het Tand groeit het 1& vendige gevoelen", zeide de dame, „bij bloembollenliefhebbers en het groote publiek, dat we hier worden blootge steld aan een schromelijke onrecht vaardigheid. Het gaat hier over een véél grootere kwestie, dan eenvoudig die der narcissen. De kwestie, waar van het huidige onderwerp slechts een phase is, kan als volgt gesteld wor den: zal dit land een politiek van geleidelijke stremming tegen allen bui- tenlandschen import gaan voeren, een politiek van complete isolatie, in plaats van samenwerking met andere naties der wereld in een politiek^ van on derlinge inspectie en protectie?' Mevr. Pratt gal uitvoerige verkla ringen van andere 'dames, die in den strijd tegen onrechtvaardige restrictie van bloembolleninvoer aan hare zijde stonden. liTdien, zoo zeide zij, deze planten - pest in de narcissenbollen inderdaad zulk een'gevaar is, als de Fed. Hort. Board zegt, waarom werd dan ons land blootgesteld gedurende deze laat ste drie jaren aan het risico van zulk een nationaal gevaar? Waarom wer den deze bollen niet direct verboden, zoo gauw men zékerheid had omtrent hun gevaarlijken aard, vatiaif Decem ber 1922. Wat is er in de laatste drie jaren febeurd, om den invoer van narcis- ollen uit Europa gevaarlijker voor Amerika's landbouw en tuinbouw te maken, dan de import gedurende tiie afgeloopen periode? Waarom is het verkoopen van Ame rikaansche narcisbollen, gekweekt in de verschillende staten der Unie, waar van sommigen officieel, door planten ziekten geteisterd heeten, en welke! bol len niet 'de minste kan!s hebben op een gezondheids-certificaat van de Fe derale, ot van staats-overheid, géén grootere bedreiging voor de van-ziekte vrije Staten, dan Europeesch-gekweek- te bloembollen, die immers uit stre ken komen, waar bollencultuur en planten-hygiëne véél beter begrepen, en toegepast worden, dan in welke an dere streek der wereld?" Een komische noot werd aangesla gen door mevr. Harriet Harrison, van Washington: „Maar ik ben aan 't boeren in Iowa, wanneer dc thuis ben", voegde ze er bij, onder gelach En 'tbleek. dat ze eventjes 35 jaar in Uienst bij het ministerie van land bouw was, en meermalen naar Europa is geweest tot het „inspecteeren van bloembollen". „Waarom laat de Board de bloem bollen niet door een of ander' labora torium in Nederland onderzoeken, vóór hei verschepen, in plaats van nadat ze hier aankomen? Waarom, in 's Hemels naam, behandelt men die bollen met nog grootere hardheid, dan men iv- op Ellis Island, immigran ten Lr handelt? Méér dan de bollen waard zijn zou een weinig goede wil ten opzichte van Holland kunnen gel den". De spreekster gaf een uitvoerige beschrijving; van héél de zorgvuldige behandeling, welke een ervaring van tientallen jaren den kweekers van Hollands bloembollenstreek geleerd heeft aan bollen te geven. „Holland was al druk aan 'tbol len kweeken. lang voor ik geboren werd", riep de oude dame, onder groo te vroolijkheid uit, „en de Hollanders daar weten waarlijk méér van "bloe men, bollen en bollen-ziekten af, dan éépig man in Amjerika als ik ten iminsie de Amerikanen ken. Holland- sche tuinen zijn 100 pet. reiner dan de onze, ik "weet dat van mij n tuin. Eén greintje goede wil ten opzichte van Holland en andere landen zou zoo'n hoop doen, om héél deze kwes tie van ae baan te krijgen. 'En, u weet, dat ik aan het ministerie van landbouw vérbonden ben; en toch heb ik Dr. Marlatt wei aangedurfd" Dit laatste verwekte groot applaus, waarin Dr. Marlatt zelf de grootste schik scheen te hebben. Ons Babbelhoekje. Beste jongens en meisjes, 't Is nu volop winter en uit de brief jes die ik kreeg begreep ik wel, dat er door de meeste jongelui heel wat genoten wordt. Sneeuwballen, sleeën, gffiden, en wat niet al. En op dit oogen blik begint bet al aardig te vriezen, tttodat jullie de volgende week nog schaatsenrijden kunt ook. Nu ik hoop, dat jullie veel zult ge nieten, maar denkt er wel aan, niet onvoorzichtig te zijn. 't Ijs blijft, voor al in het begin, altijd gevaarlijk. Jullie moet nu je oogen maar goed •den kost geven. Jongens, wat kan het mooi zijn langs de wegen en op de velden. Wat kan alles blinken en schitteren en wat is alles mooi als 's avonds de maan het witte landschap beschijnt. 't Is goed dat jullie glijdt en rijdt en pret maakt, maar vergeet niet ook eens om je heen te zien en te genieten van de mooie natuur. En als je dan thuis komt, moet je maar eens lezen Psalm 147 en 148' waarin ook over de sneeuw en het Ijs gesproken wordt, maai- alleen om daar m God te loven, die van dat alles de Schepper en de Formeerder is. Ik was in 't begin van de week een beetje bang, dat 't met ons babbel- hoekje heelemaal mis zou gaan, deze keer. St. Nicolaas is in aantocht, en dan de winterpret, ik dacht: ze ver geten mij allemaal. Maar 't is me nogal meegevallen. Jullie bent natuurlijk allemaal nieuws rig, wie een prijsje zullen krijgen, vertel het zoo dadelijk, nlaar ik ga toch eerst even de briefjes beant woorden. „Pionier", Leiderdorp. Je hebt blijk baar flink je best gedaan en 't niet gauw opgegeven. Nee gesneeuwbald heb ik niet, maar ik heb wel last gehad van de sneeuw bij het loopen. „Waterlelie", Lisse. Ik geef je groot gelijk hoor. De sneeuw is er nu en wie er van genieten wil, moet het niet uit stellen. Je gaat nu zeker al aan de schaatsen denken. „Boschviooltje", Lisse. Je wensch is wel vervuld. Hier in Leiden is er ten minste gelegenheid in overvloed om van de slee te genieten. Je zus was zeker wel erg in haar schik. S. en C., Woubrugge. Wat leuk dat jullie zoo'n sneeuwpop hebt gemaakt Ja, ik denk, dat het nog wel mee zal vallen. Schrijf me maar eens, hoe het afgeloopen is. „Tommy", Leiderdorp. En heb je ook al veel van de sneeuw genoten? Pas maar op, dat je niet te vroeg op het Ijs komt „Wilgenroosje", Warmond. Ja, het is wel eens een beetje lastig, maar de winter geeft toch ook veel genot Flin ke jongens en meisjes zijn niet bang voor een beetje koude. „Junior". Nu heb je niet alleen de verlangde sneeuw, maar ook de vorst 't Vriest hier tenminste flink, esn als het zoo doorgaat, kan er gauw gereden worden. „Zangeresje", Leiden. Ja, het is nu een prachtige wereld. Vooral 's avonds als de maan het witte landschap ver licht. „Hessie", Leiden. Wat leuk van die verjaardagen. Ja, nu begrijp ik, hoe je aan dien naam bent gekomen. Ik denk dat 't nog wel mee zal vallen en dat St Nicolaas je toch niet zal vereeten. „Heidebloempje", Leiden. Een beet je gevaarlijk is het weL vooral nu de jeugd overal aan het glijden is. Maar er wordt ook heel wat genoten. „Wilgenkatje", Leiderdorp. Dat was nog eens een flinke brief. Wel bedankt hoor. En hoe is het met je sneeuwpop? Je moet hem met water begieten en dan laten bevriezen. De oplossing der raadsels is: 1. De steenkolenmijnen in Limburg vormen een rijke bron van inkomsten. Onderdeelen: Rottum, IJsel, Lonneker -Mijnen, Beek, Monnikendam, Vlissingen Amerongen, Veen, b, r. 2. Hooge boomen vangen veel wind. Onderdeelen: Olm, Boog, Divan, Wee- nen. Gom, Neven, Ha- De volgende prijzen konden worden toegekend: „Heidebloempje'', een doosje postpa pier. „Hessy", een speL Zangeresje", een spel. ..Pionier", een kwartetspel. „Tommij", een spel. „Wilgenkatje", een spel „Junior", een postzegelalbum. 0. en S. W„ een doosje post. Boschviooltje", een kwartetspel. „Waterlelie", een doosje post. Wilgenkatje", een spel. Nu, jongens en meisjes, ee:: -pr '..ig' Si. Nicolaas en Vele grootea. 00M Li

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 7