mpi
^Éüi,
IÉ,
ui
ÊAÜ
1 m i»
A
p i A
'1
18
M ËS^Ëi
IP
a b c d e
f
NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 31 OCTOBER 1925
SCHAAKRUBRIEK
Redacteur: J. Verstoep Jzn. Fred.
Hendrikstraat 37, Delft.
Italïaansche partij.
gespeeld in het meestertournooi te
BadenBaden 1925.
Wit: dr. S. Tarrasch. Zw.: A. Aljechin.
1 e2e4 e7e5
2 Pgl—f3 Pb8c6
3 Lflc4 Lf8c5
4 c2—c3 Lc5b6
Slechts een verwisseling met het
■dikwijls gespeelde 4De7, 5 d4, LbG
waarmede zwart het slaan op d4 ver
mijdt. Deze verdediging had dr. Tar
rasch eens in Mannheim 1914 tegen
den jeugdigen Aljechin gekbzen en er
mede verleren. Het is daarom belang
wekkend te zien hoe omgekeerd de
rijpe Aljechin haar tegen zijn vroege-
ren tegenstander aanwendt.
5 d2d4 Dd8e7
G 0—0 Pg8—f6
7 Tfl—el d7d6
8 a2a4
Dreigt- stukverlies, dat echter gemak
kei ijk af te weren is.
a7a6
9 h2h3 0—0
10 Lel—g5
Beter is dadelijk Le3
10 h7—h6
11 Lg5-e3 De7—d8
12Pe4 zou natuurlijk wegens 13
d5 een stuk kosten. De tekstzet maakt
voor het dame-paard het gunstige veld'
e7 vrij, voor het geval wit tot den stoot
d5 mocht besluiten. Aan den anderen
kant maakt de zet een actieven op-
'marsch mogelijk door 13ed4. be
nevens 14d5. Aljechin voert deze
partij buitengewoon fijn.
12 ^Lc4d3
Hetgeen dr. Tarrasch juist inziet en
daarom uit den weg gaat. 12 Pbd2 zou
de bovengenoemde actieve bevrij-
clings-manoeuvre mogelijk maken.
12 Tf8©8
13 Pbld2 Lb6a7
De meester van het centrum en van
den klassieken stijl streeft er naar z'n
goede stelling vast te houden en te
steunen; de sceptische nieuw-roman-
ticus loert op het gunstige oogenblik
zijn onheilspellende rust op te geven
en het centrum te vernietigen.
I 14 Ddl—c2 ©5 x d4
Nu houdt hij het oogenblik geko
men. De dame-zet- van wit geeft hem
de mogelijkheid daartoe.
15 Pf3 x d4
Op 15 cd4: zou het centrum even
eens door zwart doorbroken worden:
15.... Pb4, 16 Db3, Pd3: 17 Dd3. Pe4:
18 Pe4; Lf5, 19 Pfd2, d5, 20 f3, c5, 21
dc5: d©4:
15 Pc6e5.
16 Dd3—fl d6d5
17 Tal'dl
17 f4? dan Pg6 18 e6, Phöl
17 c7c5
18 Pd4b3 Dd8c7
19 Le3f£? Pe5f3f
20 Pd2 x f3 De7 x f4
21 ©4 x d5 Lc8f5
22 LfldS
Na 22 Dd2, Da4: staat wart even
eens goed.
22 Lf 5 x h3
23 g2 x h3 Df4 x f3
24 Te2 x e8f Ta8 x ©8
25 Ld3—fl Te8e5!
Dadelijk beslissend.
26 c3c4 Te5got
27 Kgl—h2
Wel is waar kan de looper van Zwart
via b8 ook nog krachtig meewerken;
maar dit is niet meer noodig.
27 Pf6g4f
28 h3 x g4 Tg5 x g4
(Noten uit de Deutsche Schach-
bl&tter).
De ijzeren kooL
In den strijd tusschen de vorsten Ti-
mur, gewoonlijk Tamarlau genoemd,
en Bajassid, bijgenaamd Jilderin, bij
Angora in Juli 1402, werd de laatste
verslagen en gevangen genomen.
Na een vruchteloo-ze poging tot ont
vluchting, werd hij, zooals. verteld
wordt, in een ijzeren kooi opgesloten.
Dit verhaal heeft aanleiding gege
ven tot 't vervaardigen van onder
staande interessante schaakpositie,
waaruit na tien zetten „Ide ijzeren
kooi" geconstrueerd kon worden.
ab cd e 'f g h
'Wit begint en formeert in tien (10]
zetten de ijzeren kooi.
Doordat Wit al zijn stukken, behal
ve het paard opoffert, wordt Zwart ge
noodzaakt z'n pionnen, om den Koning
te scharen, en 'komt Wit in* de gele
genheid met zijn paard een gestikt'
mat te geven.
De ijzeren kooi bestaat dus uit ach!
zwarte pionnen.
Oplossing.
Wit.
Zwart.
1 f3f
gf3:
2 ed3:f
cd3:
3 Lf5f
ef5;
i Te6f
de6:
5 T<Ut
cd4:
6 aSLf
Ld5
7 Ld5:f
ed5:
8 Pf6f
gf6:
9 De5f
fe5:
10 Pd6f
'fVf/. fA;
WËs
■w'
i h
GEMEENTELIJKE STEUN VOOR
WONINGBOUW.
Door den Minister van Arbeid enz.
is aan Ged. Staten het volgend schrij
ven verzonden:
„Het is mij gebleken, dat sommige
gemeenten nog «teeds'voortgaan met
bet verleenen van premies ten behoe
ve van den bouw van arbeiderswonin
gen of wel het verleenen van derge
lijke premies weder ter hand nemen.
Ik acht dit in zijn gevolgen ten
hoogste nadeelig voor de woningpro
ductie door particuliere bouwers.
Door de Rijksbouwpremie toch is de
particuliere bouwnijverheid voldoende
in het zadel geholpen; allerwege wor
den weder woningen gebouwd zonder
eenigen steun van overheidswege.
Waar de gemeenten dien onnoodigen
steun toch verleenen, moet dit nood
zakelijk leiden tot stijging van de
bouwkosten met als slot het weder
stopzetten van den particulieren bouw.
Andere gemeenten zijn, blijkens cou
rantenberichten, voornemens, aan de
huurders van bepaalde typen van met
overheidssteun gebouwde woningen,
voor zoover hun inkomen blijft bene
den een zeker bedrag, een tegemoet
koming te verleenen uit de gemeente
kas.
Ook deze maatregel moet fnuikend
werken voor de ontwikkeling van den
bouw van arbeiderswoningen door
particulieren. Dezen zullen tóch in de
gemeenten, waar een dergelijke bijslag
op de buren van met steun gebouwde
woningen gegeven wordt, bezwaarlijk
voor de door hen zonder steun te bou
wen woningen een zoodanigen huur
prijs kunnen bedingen, dat het in den
bouw gestoken kapitaal behoorlijk
rendeert.
Daarenboven heeft hier te lande
steeds het gezonde economische begin
sel gegolden, dat de woninghuren in
de eerste plaats bepaald worden naar
den kostprijs der woningen, niet naar
het inkomen der huurders, al moest
met dit inkomen rekening gehouden
worden toen de bouwkosten zóó hoog
waren opgeloopen, dat van een nor
male kostprijshuur geen sprake kon
zijn. Gaat men echter den weg op van
de bedoelde gemeenten, dan valt niet
te zeggen, waarom aan inwoners, met
een inkomen, dat een zeker bedrag
niet overschrijdt, ook niet steun zou
verleend worden om te voorzien in
andere eerste levensbehoeften.
Ik heb gemeend op het onwensche-
lijlce van de beide bedoelde wijzen
van gemeentelijke steunverleening met
betrekking tot de ontwikkeling van de
particuliere bouwnijverheid Uwe aan
dacht te moeten vestigen, in het ver
trouwen, dat Uw College bij de be
oordeeling van desbetreffende ter
goedkeuring ingezonden raadsbeslui
ten met de geleverde beschouwingen
te rade zal willen gaan.
Ik kan daaraan overigens nog toe
voegen, dat die gemeenten, welke een
steunregeling invoeren als bovenbe
doeld of van gelijke' strekking, van
allen steun ingevolge de Woningwet
uitgesloten zullen zijn."
Naar aanleiding biervan hebben Ge-
dep. Staten van Zuid-Holland aan de
Gemeentebesturen in deze provincie
het volgend schrijven gericht:
Van den Minister van Arbeid, Han
del en Nijverheid ontvingen wij onder
dagteekening van den 7den dezer een
circulaire betreffende gemeentelijken
steun voor woningbouw, welke wij U
hiernevens in afschrift doen geworden.
Met de strekking dezer circulaire,
kunnen wij ons zeer wel vereenigen.
Ook naar onze meening moeten de
gemeentelijke bemoeiingen met de
voorziening in de woningbehoefte, nu
de ergste woningnood is gelenigd en
tevens een zekere stabiliteit in de prij
zen en löonen is ingetreden, op een
sluitende exploitatie gericht zijn. De
©ogenblikkelijke voorueelen, met het
verleenen van bouwpremies of van
huurbijslagen wellicht te verkrijgen,
wegen niet op tegen de blijvende scha
de, welke daardoor aan de regelmatige
RECLAME.
vein onze WOLLEN'
1KIIIS is van
- "—-f wol.
góedfiCrÖp'..
ontplooiing der bouwnijverheid wordt
toegebracht.
Voor zooveel noodig zij hier nog aan
toegevoegd, dat met het vorenstaande
niet iedere steunverleening is ver
oordeeld. Er kunnen zich ten opzichte
van de huisvesting van volstrekt on-
vermogenden, van groote gezinnen en
van bewoners van krotten en onbe
woonbaar verklaarde perceelen om
standigheden voordoen, welke een te
gemoetkoming in de kosten der wo-
nirfgvoorziening uit de ppenbare kas
sen wettigen. In gevallen als deze,
brengt het gemeentebelang mede, dat
zooveel mogelijk gestreefd wordt naar
een oplossing, waarbij de medewerking
van het Rijk op den voet van artikel
38 derde lid Woningwet of anderszins
worde verkregen.
Wij onderschrijven echter ten volle
de meening van den Minister, dat, wat
de normale voorziening in de woning
behoefte aangaat, met het verleenen
van tegemoetkomingen uit de open
bare kassen moet worden gebroken.
Wij verzoeken U met een en ander
voor zooveel noodig rekening te hou
den.
GEMENGD NIEUWS.
Beiestachtig. -- Te Leipzig is,
■eergisterennacht een agent van cL©
schupo door zij|n vrojuw en haar broe
der vermoord'.
De agent wilde van zijn vrouw schei
den 'en dit schijnt haar te hebben
bewoigen den man uit den weg te
ruimen. Met hamerslagen heeft haar
broer den agent gedood.
Vervolgens hebben zij' samen het
lijk in stukken-gesneden en hoofd en
armen in een grooten waschketel op
het vuur gezet. De daders zijn gear
resteerd.
Inbraak t e Bloemendaal.
In den nacht van,Dinsdag op Woens
dag is ingebroken in de tijdelijk on
bewoonde villa „Lommeroord" van
mevr. Dudok de uWjtt, Rijperweg 9
te Bloemendaal. De diefstal werd ont
dekt door den chauffeur en de dienst
bode, die dagelijks in de villa' komen.
De politie werd gewaarschuwd en stel
de mevr. Dudok de Wjtt, die m het
buitenland vertoeft, telegrafisch' op de
hoogte. Zij kwam gistermorgen aan
en constateerde, dat gestolen waren
verscheidene gouden voorwerpen van
groote waarde, waaronder een gouden
ring met paarlen en negen briljanten
met inscriptie A. M. H. M'.C. A.
A. de W., verder gouden ringen, gou
den kettingen, gouden horloges, waar
onder met monogram, een gouden
broche, gouden armbanden, bloedko
ralen ketting, een gouden halsketting,
en andere voorwerpen van waarde.
Aan de achterzijde van het huis was
aan !het balcon een touw bevestigd
overigens heeft men geen aanwijzing
op welke manier de dieven zijn bin
nengekomen. In de benedenverdieping
wordt niets vermist. De gestolen voor
werpen waren allen op de bovenver
dieping geborgen. Van de dieven is'
nog geen spoor gevonden, wel zijn vin
gerafdrukken ontdekt. De totale scha
de is nog niet te bepalen; mevr. Du*
dok ere .Witt was tegen inbraak ver
zekerd.
Zeezieke visschen. Monal,
een in Amerika bekend natuuronder
zoeker, heeft aan boord van Oceaan-
schepen opgemerkt, dat de visschen
in de grocte waterreservoirs van deze
booten evengoed als menige passagier
last hebben van zeeziekte.
De vadermoord. De beide
zoons van den vermoorden J- IW.olters
bij Sellingen, zijii gisteren door rijks
veldwachters naar Winschoten ge
bracht en na verhoor der justitie voor-
loopig in hechtenis gesteld. Het ver
hoor der zoons en van de vrouw had
Woensdag tot 's avonds 8 uur geduurd
Eerouw was er bij de knapen niet,
het huiselijk leven was in net gezin
Wolters ae laatste tijden bijzonder
treurig geweest.
Turf brand. Te Barger Com
pascuum is door onbekende oorzaak
negen dagwerken turf van den ver-
vener Groenhof verbrand.
Het Hóllandsch Gordijn.
Karei van den Oever, een Vlaming
schreef over het Hóllandsch Gordijn,
volgens hem minder bestemd tot af
sluiting der nieuwsgierige buitenwe
reld, doch tot gelegenheid om zelf te
spieden het volgende rijmpje:
In Hollan'd zijn er veel gordijnen,
gordijnen, stores van fatsoen;
ik zou er achter vast verkwijnen
Wat ze achter die gordijnen doen?
O hé, hun thee en koffie leppen
knus snoepen aan biscuit en taart,
de room in 'tteere kopje scheppen
enkijken, kijken biutenwaart.
O, kijken, turen door de spleten
van t' deftig, strakke, mooi gordijn:
geen mensch op straat mag dét ooit
weten,
foei», foei, hoe stout, hoe mal zou 'tzijn!
In Holland zijn er veel gordijnen,
Voornaam in fijne tul geplooid....
Zou Holland nog wél Holland „schij-i
nen"
als geen gordijn het had getooid 1
Ons Babbelhoekje.
Beste jongens en meisjes,
Door onvoorziene omstandigheden
moest onfce correspondentie, hét nieuwe
raadsel, enz. overstaan tot Maandag.
i^ele groeten,
OOM FELIX.
TOCH EEN PRETTIGE VACANTIE.
door Francina.
HOOFDSTUK IV.
Een besluit
„Moeder", begon Herman, zoodra ze
buiten waren, „wat ligt die jongen daar
naar in die donkere kamer".
„Ja, Herman", antwoordde zijn moe
der, „het is geen prettige kamer voor
leen zieke, maar Jan's moeder heeft
•geen andere".
„En vindt'u 't niet vreeselijk", ging
Herman voort, dat het niet kan, omdat
zijn moejder geen geld heeft?"
„Het is heel droevig, Herman", zei
moeder „dat het niet Kan. Maar zoo'n
verblijf aan zee kost zooveel 'geld; daar
zijn heel wat menschen, die dat niet
'zouden kunnen betalen".
Moeder", begon Herman weer aar
zelend, „zou vader niet
Herman ging niet verder, maar zijn
moeder begreep hem wel.
„Neen, Herman", antwoordde ze, dat
kan vader niet. Vader zou wel een
klein beetje kunnen helpen, maar on
mogelijk zoo'n dure verpleging betalen.
Dat weet je toch eigenlek" zelf wel, je
weet toch wel, dat wij niet rijk zijn?"
Och ja, Herman wist het ook zelf wel
wel. Maar hij wilde op allerlei manier
die stem in zijn hart maar tot zwijgen
brengen die hem eraan herinnerde, dat
Jan naar zee zou kunnen gaan als hij
Herman, hem zijn plaats afstond.
De verdere weg na^r huis was Her
man stil en afgetrokken.
Zijn moeder meende, dat hij nog
steeds aan Jan van Buren dacht en
hoopt©, dat hjj door het zien van wat
een andere jongen mist©, des te meer
zijn eigen voorrechten zou waardeeren.
En Herman dacht ook nog wel aan
Jan. Maar hij dacht ook aan hetgeen
mijnheer Fontein dien morgen had ver
teld, dat ieder, wanneer hij goed om
zich heen ziet, wel iets voor anderen
kan doen. En dat, al geven wii maar
een beker koud water uit liefde tot
Hem, wij ons loon niet zullen verliezen.
En telkens, hoe Herman er ook tegen
streed, kwam de gedachte, dat hij Jan
in zijn plaats naar tante Jo moest'ljrten
gaan, weer terug.
Toen zij thuis kwamen zei moeder:
„Je kunt nog best een brief aan tante
Jo schrijven ©er het bedtijd is, Her
man".
„'k Zal het morgen maar doen, moe
der, als u het goed vindt", antwoordde
Herman, „dan ga ik mijn schoolboeken
opbergeni
„Dat is ook goed", zei moeder, maar
zij verwonderde er zich over, dat Her
man nu heel geen haast maakt© met het
schrijven van den brief. Zij „wist niet.
WEEKAGENDA.
Evenals vorige jaren hopen we ook
in den komenden winter m de num
mers die 's Zaterdags verschijnen, een
weekagenda op te nemen.
.Van deze agenda kunnen in tegen
stelling met de dagagenda waarin alleen
geannonceerde vergaderingen worden
opgenomen, alle vereenigingen gebruik
maken, teneinde op die wrjzeje .voor
komen dat meerdere belangrijke ver
gaderingen op denzelfden avond wor
den gehouden.
H. H. secretarissen van vereenigingen
worden daarom uitgenoodigd zoodra
tot het hpuden van een openbare ver
gadering is besloten, daarvan aan onze
redactie kennis te geven.
5 November. Zendingssamenkomst
in de Hoogl. Kerk.
6 November le ChrWinterlezing'
Leiden. Spr. Ds. van Arkel.
12 November. Verg. „Patrimoni
um" Heiden. Spr. de heer A. Boekkooi!.
12 November. Jaarverg. Hulpver-
een. van den Gerei. Zend.Bond in „Pre
diker".
19 November. Openbare vergade
ring Chr. Besturenbond Leiden. Spr. de
beer Kruithof.
19 November. Openb. verg. van
den Gerei. Bond.
20 November Propaganda verg.
Chr. Besturenbond. Spr. de heeren
Ruppert en Kannegieter.
26 November. Openb. verg. van
den Geref. Bond.
10 December. 2e Chr. Winter-
lezing Leiden. Spr. Dr. A'. M. de Hartog.
16 December. Openb. verg. van
'den Geref. Bond.
21 December. Openb. verg. Chr.
Besturenbond. Spr. Dr. K. J. Brou-
iwer.
13 Januari. Openb. verg. Chr.
Geref. Jongelingsvereeniging.
21 Januar i. Openb. verg. Chr.Be-
sturenbond Leiden. Spr. de heer G.
Post.
22 Januari. 3e Chr. Winterlezdng
Leidon. Spr. Dr. Callenbach'.
3 Februari. Openb. verg. Chï. Ge
rei. Jongelingsvereeniging.
18 Februari. Openb. verg. CHr.
iBesturenbond. Spr. Ds. E. Schilder.
26 Februari. 4e Chr. Winterleaing
Leiden. Spr. Ds. 'Voorsteegh.
15 Maart. Herdenking 15-jarig be
staan Chr. Besturenbond Leiden.
17 Maa rt.je Chr. Winterlezing Lei
den. Spr. Dr. B. Wielenga van Amster
dam.
18 Maart. Openb. verg. van den
(Geref. Bond.
welke gedachten baar jongen voortdu
rejnd maar bezig hielden.
Nu eens vond hij', dat hij 'Jan maar
moest laten gaan en dan weer zette
hij die gedachte ver van zich af. Het
was toch ook zoo heerlijk aan zee en
zelf zou hij er toch zoo graag heen
gaan.
Toen vader thuiskwam en ds familie
aan tafel zat, vertelde moeder van het
Ook hoe jammer het was, dat Jan
niet naar zee zou kunnen gaan.
„En hij heeft het toch zoo hard noo
dig. Zou er op de fabriek niota iets
gedaan kunnen worden?" vroeg moeder
tenslotte.
In spanning wachtte'Herman vader's
antwoord af. O, als dat eens kon, dan
waren Jan on znn oudere toch ge
holpen en behoefde hij niet thuis tó
blnven".
Vader schudde het hoofd. „Neen moe
der", zeide hij, „dat gaat niet. Zeker,
wanneer de chefs en het kantoorpers<>
neel wat gaven, zou er wel iets bij
elkaar kunnen komen, maar dat zou
nog geen tiende deel zijn van hetgeen
er noodig is".
„Had Jan nu maar een tante Jo,
die hem te logeeren vroeg, hé Herman'',
zei vader half schertsend.
„Verbeeld je", zei moeder nu glim
lachend. „Herman dacht, dat wij alleen
dat zaakje wel op koniden knappen'
Vader werd ernstig. „Ja jongen, ais
dat waar was, dan zou ik het zeike!r
doen, want er is niets heerlijkere denk
baar, dan anderen te kunnen helpent
Gewen je zelf raar ook maar vroeg aan
dan zul je eens zien, wat een vreugde
dat geeft".
Toen Herman dien avond qp bed lag
kon hij den slaap maar niet vatten. IR)
wentelde zich om en om, maar 't hielp
niets. Steeds moest hij maai' denken
aan Jan van Buren en aan wat mijn
heer Fontein en vader gezegd hadden.
Dan weler stelde hij zich voor al
het plezier, dat hij bij tante Jo kon
hebben, fit hoe saai het zou zjjn zes
weken lang hier in die groote stad
te zjjn.
Hij stond weer op. I11 bed kon hij
het niet langer uithouden. Hij ging op
een stoel voor het raam zitten en keek
naar buiten, waar nu alles stil en rus
tig wasr
Helder scheen de maan er vele st~r*-
ren schitterden in blnuae luc-t.
Als vanz-.f vouwden zich Herman's
handen. En zonder dat hij do woor
den uitsprak, bad hij tot God of Die
hém helpen wilde om te doen wat Hij
moest doen.
En nu wist hij ook meteen, wat de
Heere hier van Hem vroeg. Zijn besluit
was genomen.
,,'k Zal morglen aan tante Jo schrij
ven, of Jan mag'komeh in mijn plaats",
zoo dacht hn.
En wonderlijkhoewel hij zelf dus
thuis moest blijven, was er toch geen
droefheid in zijn haït, maar veeleer e n
gevoel van blndschap en tevredonheid.
Rustig beeat hij zich nu weer naar
bed cn wa3 binnen weinige oogenblik-
ken ingeslapen.