WAT DE BLADEN ZEQGEM.
TWEEDE BLAD.
Kerk en Bioscoop.
Wij lezen in de Nederlander:
Toen bij de behandeling der Bios
coop-wet de heer Lingbeek plotseling
overging tot de hervormde kerk, heeft
dat velen ietwat verbaasd.
Ook in zijn eigen kring kwam de ver
wondering voor, blijkens „Staat en
Kerk" waarin een inzendster vraagt:
„Wètt ter wereld had de hervormde
kerk daarmede nu te maken?"
De heer Lingbeek geeft geen ant
woord. Het is merkwaardig genoeg om
er even bij stil te staan.
Hij wijst er op, dat de bioscopen be
zocht worden door leden van ons eige11
volk. En .daar benoorden den Moerdijk
de meeste leden van ons volk behooren
tot onze Hervormde Kerk, is die bij
deze zaak ook betrokken.
En wel in dezen zin, dat zij moet
kunnen zorgen voor een geestelijke op
voeding van ons volk zóó, dat dit de
bioscoop niet meer begeert. Maar dat
kan ze niet, omdat de overheid niet
genoeg geld heeft voor nieuwe her
vormde predikantsplaatsen. Juist voor
de hervormden moet dit geschieden,
omdat de kerk van ons volk hervormd
is. Wij eischen, van elke regeering in
ons land, al was 't een regeering van
Mohammedanen, dat zij niet regeere
alsof de menschen geen ziel en geen
geestelijke nooden hadden, maar dat
zij een hart Joone voor de geestelijke
nooden van het volk, en dus voor de
volkskerk.
Aldus het betoog, dat volkomen
doorzichtig is; dat niettemin tot op
merkingen noopt.
Wij laten daarbij rusten, dat de over
heid de roeping heeft om geldelijk de
kerken te steunen, gelijk zij ander gees
telijk en cultuur-werk steunt. Hier
zegt de heer Lingbeek niets, dan wat
Christelijk-historisc'.hen en.. Roomscli
Katholieken reeds lang vóór hem heb
ben gezegd. En wat wij ook van harte
steunen.
Maar nu het overige.
De overheid moet volgens den heer
L. de hervormde kerk steunen en haar
alleen het betoog kan slechts ge
leverd worden met betrekking tot ons
land „benoorden d.enMoerdijk." Dit
kan. alleen iets beduiden', als volgens
den schr. de overheid onze provinciën,
Noord-Brabant en Limburg beschouwt
als niet te behoore/n tot ons land en
ons volk.
Zoo staat het hieiy. Bedoelt deze po
liticus dit?
Dan dienen wij clat wel te weten.
Bovendien verzekert hier een prac-
tisch politicus niet een kerk-theo-
reticus of studeerkamer-geleerde
dat de Kerk van ons volk hervormd
is en dat wie ons volk wil helpen de
ééne volkskerk helpen moet; haar al
leen.
Laat ons zien.
De bedoelde kerk omvat ruim 41 pet,
van ons volk; bijna 59 pet. van ons
volk behoort daartoe niet. Hoe wil men
ooit verdedigen, diat de overheid het
volk geestelijk helipe door veel meer
dan de helft ongeholpen te laten? Als
eisch van practiscbie politiek verstaan
wij dit wel allermlinst.- 1
Het piquante is bovendien, dat deze
felle protestant en anti-roomsche zijn
standpunt zeer verzwakt door slechts
aan ééne kerk te denken. Nam hij na
melijk het gansche kerkelijk georgani
seerde'protestantisme, dan bekwam hij
daarvoor 55 percent tegenover goed 35
percent van de r.ocnmschen. Nu valt hij
De christelijlk-historischen, die
hiermee niet instemmen, zijn zoo ui
terst weinig in getal,dat zij voor de
practische vraag buiten beschouwing
kunnen hlijven.
NIEUWE LEfDSCHE
uit eigen beweging van 55 op 41 terug.
Is dat een practisch politicus?
\Yij weten zeer wel van oude en nog
altoos werkende banden tussclten on
ze volkshistorie en de hervormde kerk
wij vergeten die geen oogenblik.
Maar hoe iemand de facto van de
overheid durft vragen, dat zij ten on
zent met deze ééne kerk rekene. dat
ontgaat ons volkomen.
Is er trouwens iemand zelfs onder
de verstandige vrienden van den heer
Lingbeek die aan iets dergelijks ge
looft?
KERK EN SCHOOL, i
NED. HERV. KERK.
Be da n kt: Voor Amsterdam, J. Nau
ta te Katwijk aan Zee. Voor Wirdum,
(Gr.), E. Pot cand. tecHill^rom.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te (Hilversum, Dr. J.
Hoek te Soest. Te Haamstede, J. E.
Visser, cand. te Kockeingen.
CKR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Drachten, A. Gr lip
pen te Vlissingen.
Beroepingswerk.
De confessioneels ~groep ia het kies
college dier Ned. Herv. gemeente te
Vlaai'dingen heeft" voor het beroepen
van een predikant (vacature-Ds. J. Kat)
voorlcopig het volgend zestal opgemaakt-
(alphabetisch)Ds. H. J. Hak van Dom
burg, Ds. Fortgens van Voorschoten,
Ds. J. J. C. Karres van Oosthem (Fr.)
Ds. J. Nauta van Katwijk aan Zee. Ds.
J. F. Röth van Almkerk, en Ds. I.
Voorsteegh van Katwijk aan Zee.
Door. de groep der Gereformeerden
is het volgende drietal opgemaakt (al
phabetisch): Ds. H. J. van Schuppenf
to Groot Ammers, Ds. J. J. Timmers
te Montfoort en Ds. Ph. J. .Vreugdenhill
te Gorinchem.
Bsvastlglag, Intrede, Afscheid.
Na des morgens bevestigd te zijn
door Ds. Schünfeld, van Boxum, niet
-een predicatie over i Petrus 34, deed
Zondag j.l. Dr. J.Ij. Sn et hl age, ge
komen van E enigenburg, zijn intrede
bij de Ned. Iierv. Gemeente te Hijlaard,
sprekende naar aanleiding van Efeze
2: 20.
De heer S. Oegema, cand. tot
den PI. dienst te Grafhorst bij Kampen
is voornemens op 22 Nov. a.s. zijn
intrede te doen b ijlde Geref. Kerk van
Langeslag bij Zwolle. Prof. Dr. H. Bouw
man van Kampen zal als bevestiger
•optreden.
Ds. J. Sevens ter, nam Zondag
j.l. afscheid van de Ned. Herv. gemeen
te te Kollum, wegens vertrek-naar Don
kerbroek en Hauls-. Tot tekst voor de
afscheidspredicatie had Z. Esrw. ge
kozen Judas 120.
Ds. B. Hagenaar, overgekomen
van Warffum, deed Zondag, na beves
tigd te rijn door zijn ambtsbroeder, Dr.
J. Thip, met een predikatie over Matth.
10:41a, z5jn intree bij de Geref. Ker
ken te Mep pel.
Hij sprak naar aanleiding van Psalm
122:9.
Verschillende toespraken volgden.
Ds. W. M oene te Oostburg hoopt
Zondag den 15 Nov. 1925 afscheid te
nemen van de Gerei. Kerk te Oostburg
en Zondag den 29 Nov. d.a.v. zijn in
trede te doen te De Lier.
Als bevestiger zal optreden Ds. W.
S. Pontier van Maasdijk.
Met een predicatie over Hebr. 13
vers 8 heeft Zondag Ds. G. E. Meloen
afscheid genomen van de Ntd. Herv.
•Gemeente te Kloetinge, na haar 35 jaar
tei hebben gediend.
De scheidende leeraar, die met eme
ritaat gaat, na 42 jaren in het ambt
te hebben gestaan, werd door burge
meester Zandee en Ds. Homburg uit
Goes waardeerend toegesproken, waar
na de Gemeente het toezong Ps. 121:4.
Cand. J. Attoma werd Zondag
in den dienst des Woords bevestigd
bij de Geref. Kerk van Stadskanaal
Pekelderweg door Ds. D. K. Wielenga,
van IJlst, met een predicatie over Gen.
41:56.
Door de gemeente werd Ds. Attema
toegezongen Ps. 134:3.
De bevestigde deed in den middag-
dienst onder veel belangstelling intreae
met een predicatie o-ver Col. 127b
en 28.
COURANT VAN
Met een predicatie over 1 Joh.
2:28, heeft Maandagavond Ds. V/". H.
.Oosten afscheid genomen van de Ge
ref. Kerk van Scheveningsn, na haar
20 jaar ta hebben mogen dienen.
Na de predicatie werd Ds. Oosten
toegesproken door zijn collega, Ds. W.
H. Gispen en ouderling J. Vrolijk» bei
den namens den Kerkeraad; door Ds.
Deddens van Rijswijk, namens de classis
's Gravenhage en dooi* Ds. W. Veder
van Waddinxveen, namens de Deputa
ten naar art. 19 D. Iw
Ds. Oosten, die- om gezondheidsrede
nen eervol emeritaat verkreeg, herdacht
(Maandag juist zijn 35-jaxigé ambtsbe
diening. -
Vandaag is het 2*, jaar geleden,
dat Ds. C. Ve r ma at, thans predikant
der Geref. Kerk van Makkum; te Oos
tenNij kerk de ambtsbediening aan
vaardde.
Ds. A. van Dijken.
Naar de „N. Crt'' meldt, heeft Ds.
A. van Dijken, predikant der Geref.
Kerk van Amsterdam Zuid, aan wien
dezer dagen emeritaat is verleend, zon
der de gebruikelijke afscheidspredicatie
tel h'oudein, de gemeente verlaten.
Dit zou in verband staan met de hou
ding der gemeente in de zaak-Geelker
ken.
De zaak-Geelkerken.
't Comité van actie, dat teil gunste van
Dr. Geelkerken is opgericht, heeft be
sloten
ie. Aan den Kerkeraad van Amster-
Idam-Zuid te verzoeken een bidstond
voor de gemeente te doen houden.
e 2. Eeta adres ter te^k^iing te laten
circuleeren in de gemeente van Amster
dam-Zuid voor de belijdende leden, en
dit adres naar de General© Synode te
zenden; het zal op grond van de erva;-
ring der gemeenteleden betoogen, dat
van ©enige afwijking van de leer door*
Dr. Geelkerken' geen sprake is.
3-ei. Eveneens 'n adres ter teekening
te zenden naar alle Geref. Kerken in
Nederland; dit stuk zal, zooals vanzelf
spreekt, een meer algemeen karakter
idragen.
I11 den loop dezer week zal tevens
een brochure verschijnen in eenige tien
duizenden exemplaren en over het ge
heel© land tegen geringe vergoeding
algei^ee^ yerfaijgbaar worden gesteld.
Deze brochure is voor verantwoording
van het comité. Zij zal aan alle predi
kanten, en kerkeraden der Geref. Ker
ken toegezonden worden.
Dei afvaardiging' van de Geref. Kerk
van Amsterdam naar de Hoogleeraren
der Theol. School te Kampen zal deze
week nog niet plaats hebben.
r Liturgie.
In; „Mededeelingen" van het tijd
schrift voor Ze-ndingswetenschap geeft
Dr. Alb. C. Kruyt een liturgie voor de
Christelijke gemeenten in Midden-Ge
lebes.
Merkwaardig is wat hij mededeelt
over de beweegredenen die hem ér toé
hebben gebracht om deze in te voe
ren. Hg zegt, dat de gedachte bij hem
post heeft gevat, nadat hij begon te
beseffen, dat geestelijk weinig ontwik
kelde volkeren behoefte hebben aan
vaste vormen, waarin zij hun geloof
willen uiten.
Naast vele andere (dingen in de Kar
tholi-eke kerk heb ik door de Toradjas
ook de groote beteekenis leeren begrij
pen van de liturgie in de Christelijke
kerk voor de Kerkhervorming. En het
verwondert mij niet meer, dat in dien
tijd de prediking door liturgie is ver
drongen.
Ghr. onderwijs aan achterlijke
kinderen. x
Het hoofdbestuur van de vereeniging
tot bevordering van het Christelijk on
derwijs aan achterlijke en zenuwzwak-
ke kinderen, heeft besloten aan Min.
Rutgers een audiëntie aan te vragen
inzake de nog .steeds ontbrekende ge
lijkstelling van het bijzonder met het
openbaar buitengewoon lager ónderwijs.
21 November a.s. zal de algemeen©
vergadering der vereeniging gehouden
worden. Het hoofdbestuur stelt voor aan
Paedagogisch congres 1926 wél, maar
aan de ondervvijscentrale geen deel te
nemen.
Ver. van Chr. Onderwijzers.
Het hoofdbestuur van de vereeniging
van Christelijke onderwijzers enz. heeft
"besloten ter gelegenheid van het 75-
jarig bestaan der vereeniging een Ge-
idenkboek Uit te geven.
28 OCTOBER 1925
Tct gedelegeerden voor het te houden
3Öe Nat. Chr. Schoolcongres in I927»
werden aangewezen de heeren P. Oos-
terlee te Nijmegen en A. Ocsterwjjk
te 's Gravenhage.
Het hoofdbestuur besloot voorts met
aanverwante-corporaties overlegde ple
gen inzake de acte van Benoeming^ ten
einde meerdere eenheid te vérkrijgén
De door Geref. Schoolverband aange
nomen grondslagen tot wijziging van
de L. 0. wet besloot het hoofdbestuur in
studie te' nemen.
i Jan. a.s. zal het eerste no. van het
door de vereeniging uit te geven Ouder
blad verschijnen.
Onderwijzers voor Zuid-Afrika.
„Is Zuid-Afrika een uitweg?" vraagt,
dn verband met het overcompleet aan
onderwijzers, E(mous) in „De School
met den Bijbel".
„Rechtstreeks of langs een zeer vei-
ligen omweg koiht telkens de vraag tot
ons, of voor het ontzettend groot te
veel fcuan onderwij zers(essen) in het
bezit van de acte, in het staatsexamen
verkregen of na het kweekschoolexar
men verworven, geen uitweg naar Zuid-
Afrika bestaat.
Het tijdperk, waarin die uitweg voor
betrekkelijk velen open was, is er thans
niet meer.
Nadat tusschen 1890 en 1897. reeds
een goede vijftig Nederlandsche onder
wijzers plaatsing in Transvaal gevon
den hadden, togen in de jaren 1897,
1898 en 1899 elk jaar ongeveer een
vijftig geëxamineerde onderwijzers(es-
sen) van hier naar het land van onze
stamverwanten in het verre Zuiden,
waar zij aanstonds na hunne aankomst
in functie traden. Het was nog de tgd,
dat liet Europeesch-Nederlandsch in de
scholen medium en doel van het onder
wijs was en het Afrikaansch-Hollandsch
als schrijftaal nog moest opkomen. En
de staatspresident Kruger bevorderde
de overkomst van Nederlandsche onder
wijzers met beslistheid.
Het uitbreken van den oorlog, die van
1899 tot 1902 duurde, stuitte plotseling
den stroom, al zijn er ook sedert nog
een tachtigtal onderwijzers van hier
naar Zuid-Afrika uitgegaan.
Thans evenwel is net uitzicht om als
overzeesch onderwijzer in Zuid-Afrika
plaatsing, te erlangen nog haast helder
der voor Britten, aan voor Nederlanders
ZuidrAfrika is een twee-talig land.
Een Brit is althans een der beicte talen
machtig; voor een Nederlander is het
Afrikaansch-Hollandsch, al maakt hij 't
zich vrij spoedig eigen, slechts een aan
verwante taal; aie hij intusschen even
zeer meester moet zijn als het Engelsch.
Daarbij komt, dat er in de Unie van
Zuid-Afrika geen gebrek aan onderwij
zers meer is. Er" zijn ÜaaT reeds tal
van Normaalscholen, die in de behoef
te voorzien. .Wel wordt die behoefte
nu wejer grooter, nu "de zich! verbete
rende financiëele tosstanden' een ver
meerdering van het aantal lagere scho
kin stellig doen verwachten. Maar zelfs
dan zouaen we niet geneigd zijn om
tot de uitzending van jonge, practisch'
onervaren onderwijzers mede te werken.
Toch is er nog een smalle uitweg
voor diegenen, die er niet tegen opzien
om althans een jaar, mogelijk zelfs
twele jarein, deel te nemen aan den
cursus in e(ein Zuid-Afrikaansch nor
maal-college om' zoo in de beide lands
talen thuis te raken. Dan staan zij na
afloop met de landszonen en dochter en
gejjjk-
Zoo zrjn. in begin 1925 twee onder
wijzers uit Utree nt en een onderwijze
res uit Bussum aan Qolleges te Paarl
geplaatst. Twee hunner zullen denke
lijk einde dezes jaars klaar gekomen
zijn; de derde, met minder kennis van
het Engelsch, was niet in de hoogste,
maar in het voorlaatste studiejaar ge
plaatst.
Ook elders kunnen enkelen opgeno
men worden, mits in het bezit der akte
van [hier. Ze wonen dan met de over-
rige studenten in een Tehuis, hospi
tium, tegen matig kostgeld. Zoo nooaig
en gewenscht, wordt hun vanwege ons
Schoolfonds tegemoetkoming verleend.
Ook voorschot voor reiskosten is te
verkrijgen. En niemand wordt uitge
zonden, tenzij vooraf zekerheid verkre
gen is, dat hij verwacht kan worden.
Ons antwoord is dus, dat er voor eeni
ge overlading van beteekenis naar Zuid
Afrika geen sprake kan zijn".
Schoolstichting.
Naar aanleiding van een daartoe
door het Bestuur der vereeniging voor
AAN HET ZOEKLICHT.
Leiden, 28^0ctober 1925.
Ik heb zoo'n idee dat tal van lezers
instemmend hebben geknikt gisteren,
toen ze lazen wat ik over onze Chris
telijk georganiseerde arbeiders op
merkte.
Maar dan wil ik er toch even de aan
dacht op vestigen, dat ddarmee onze
mannen toch niet geholpen zijn.
Ze hebben meer noodig.
In de eerste plaats de daadwerke
lijke steun van alle Christelijke arbei-,
ders, waarvan er nog veel te veel niet
alleen ongeorganiseerd, maar zelfs ver
keerd georganiseerd zijn.
En dan ook de belangstelling van
allen die - erkennen dat het Christen
dom toch o?ik wat te zeggen heeft voor
het sociale leven.
Daarom wil ik hier even de aan
dacht vestigen op de vergadering van
den Leidschen Christelijken Besturen
bond, waarin Ds. Goedhard en de hó§r
Grotenhuis het woord zullen voeren.
Laat „Prediker" nu eens vol loopen
Vrijdagavond.
Laten onze Christelijke georganiseer
de arbeiders het mogen voelen dat ze
niet alleen staan in den zwaren strijd,
dien zij hebben te voeren.-
OBSERVATOR.
Christelijk Nationaal Onderwijs te Oost
voorne gedaan verzoek, heeft de mi
nister van onderwjjs. kunsten en weten
schappen bij beschikking van 20 dezer
medegedeeld, dat geen toepassing kon
plaats hebben van art 73 der lager
onderwijswet i92o? tev. het lager stel
len van het vereischte minimum aan
tal leerlingen, hetwelk voor de stichting
Van een bijzondere school in die ge
meente noodig is, zijnde 40.
Aangezien het aantal kinderen, waar
voor toelating was gevraagd, slechts
27 bedraagt, levert zulks volgens den''
minister gevaar op tot daling beneden
het absoluut minimum volgens de wet
telrjke bepalingen en moet stijgen van
het genoemde aantal, wat als veronder
stelling door adressant werd aange
voerd, volkomen uitgesloten worden ge
acht.
Onderwijzers-verlangens.
Het hoofdbestuur der vereeniging y.
Chr. Onderwijzers zal een audiëntie aan
•vragen bij den minister van Onderwijs,
om verschillende zaken onder diens
aandacht te brengen, o.a. de taak van
de plaatselijke schoolcommissie^; de
vrijstelling van het examen in wis
kunde op het hoofdacte-examen voorU|
hen, die geslaagd zijn voor de nieuwe"';
akte L. 0. (gevraagd zal worden óf
die vrijstelling ook kan worden uitge
strekt tot hen, die het einddiploma H.'
B. S. of del bevoegdheid M- 0. heb-,
ben); de eisch van twee-jarige werk
zaamheid als onderwijzer om ibe kun
nen worden toegelaten, iot het examen'
hoofdakte, dit in verband met de ver t
andering van data der onderwijzers-
examens, en de betrekking van „as
sistent".
Wat de sigaret verslindt.
De Centrale Jeugdraad, heeft zich be
ziggehouden met het vraagstuk van
rooken door kinderen en halfvolwas-
senen.
Het zijn wel groote sommen die voor
sigaretten worden uitgegevenen dft
klemt te meer, daar het toch in hoofd
zaak de „Jeugd" is die sigaretten) rookt
Uit gegevSns van het Centraal Bu
reau voor de Statistiek blij-kt dat er
in 1923 bijna 2 milliard sigaretten iiï
ons land in rook opgingen. In 1924
was dit aantal zelfs ruim 28 milliard:
Wij hebben er verder niets aan toe
te voegen. De cijfers spreken voor zcKi
zelf. Laat er echter'niet alleen gezucht
worden over de groote som geld die
doelloos wordt uitgegeven, want geld
is ten slotte het voornaamste niet.
Veler gezondheid zal er echter door
worden gescha&d, en wij meenen' dat
de drang om geld te hebben voor si
garetten vele jongens-er toe brengt
zich te vergrijpen aan andermans goed
FEUILLETON.
Het geheim vein Colde Fel!.
78)
„Ik moet bier/tot eiken prijs een ein
de aan maken.'" daicht zij bij zichzelf.
„Leo zal andfers diie brieven opmer
ken."
Zij verfrommelde den brief in haar
zak. Zij kon het niet lezen voor zij
alleen was.
Alleen zijnde met haar ellende en
wanhoop, haalde zij den brief uit haar
zak en opende dien met een kloppend
hart. De brief was kort en luidde
aldus:
„U hebt/ mij geen i antwoord gezon
den op mijn brief, Lady Arden, mis
schien denkt u door mij met een stille
minachting te behandelen, mij tot
zwijgen te kunnen b(rengen. Mevrouw,
u vergist zich daarin. Ik zal den prijs
voor mijn geheim bobben. Als ik dien
niet van u kan krijgtm, zal ik hem heb
ben van uw man. Lndien hij weigert
zal ik nog een flinke som kunnen
machtig worden yan de couranten
waaraan ik zulk waardevol nieuws
kan mededeelen.
Of is het niet een i buitenkansje voor
elke courant om zulk een sensationeel
bericht te kunnen publiceeren. Ik ben
vast besloten. Ik heb mij in het hoofd
gezet u te willen ontmoeten en ik zal
u zien. U zoudt het nie.t prettig vin
den om over een paar dagen een cou
rant open te slaan en te lezen: „Een
ontstellende ontdekking in de hooge
kringen!" Dat zal zeker gebéuren als
mijn beroep op u en uw echtgenoot te
vergeefs zal zijn. Om 'hieraan te ont
komen, moet u mijn verzoek toestaan.
Ik zal dezen middag om drie uur zijn
bij de Gloucester Gate van Regent
Park. Als u daar niet bent, zal mijn
volgend schrijven gericht zijn aan den
graaf van Arden.
Adam Ramsay I
Zij moest gaan! Zij moest gaan! Dit
feit stond haar met afschuwelijke dui
delijkheid voor oogen. Zij moest hem
ontmoeten dezen man, die niets zou
ontzien om haar nieuw en heerlijk le
ven te verwoesten.
Het leek gemakkelijk genoeg voor
haar, de meesteres van het groote huis
om uit te gaan wanneer en hoe zij wil
de; maar hoe zou zij dit klaar spelen?
I-Ioe kon zij uitgaan zonder haar man
te zéggen, waar zij heenging? zon
der dat de bedienden het bemerkten?
Het was een moeilijke vraag. Zij moest
er goed over nadenken. Het eenig plan.
dat uitvoerbaar leek, was om uit het
huis te sluipen zonder iets aan haar
man te zeggen, een huurrijtuig te ne
men en naar Regent Park te rijden en
op dezelfde wijze weer terug te kèe-
ren. Maar haar hart bonsde van angst
en vrees. Zoozeer had haar angst de
overhand, dat haar verdriet er door
werd verdoofd.
Dè omstandigheden waren haar ech
ter gunstig. Dien morgen zei de graaf
tot haar:
„Alice, ik hen bang, dat ik niet voor
de lunch terug kan zijn vandaag"
Hij had geen flauw vermoeden, welk
een groote verlichting dit bericht
voor haar was. Voor de eerste maal
in haar leven was zij blij te hooren
dat hij niet thuis kwam. Zij zou vrij
zijn om te gaan waarheen zij wilde.
Ofschoon de tegenwoordigheid van
haar man nu geen beletsel meer voor
haar was, wou zij toch geen rijtuig la
ten inspannen. Zij gebruikte de lunch
een uureerder dan gewoonlijk. Se
dert zij getrouwd was, was zij nooit
alleen in Londen uit geweest en het
leek haar toe, dat dit het begin was
#van het pad, dat bergafwaarts zou
■voeien. Zij liep een huurrijtuig aan en
het duurde niet lang of zij bevond zich
bij de Gloucester Gate, Regent Park
Zij betaalde den koetsier en zond hom
weg en keek toen met een kloppend
hart rond.
Het was als gewoonlijk, een drukke
passage van zakenmenschen. die snel
voort liepen, die langzaam en voor hun
plezier voorbij gingen, maar zij zag
nergens een gelaat, dat haar bekend
voorkwam. Toen zei een ruwe stem
met een Schotschen tongval vlak ach
ter haar:
Mevrouw, ik wil u geen kwaad doen
men behoeft niet te zien, dat u met
mij spreekt als u naar dat groepje
hoornen gaat, zal ik u volgen."
Zij herkende de stem niet, zij herin
nerde zich niet die ooit eerder te heb
ben gehoord. Zij gehoorzaamde en be
vond zich zoo spoedig in een dicht
struikboschje, dat haar voor het oog
der voorbijgangers verborg. De gestalte
van den man naderde langzaam, maar
zij herkende die niet. Het was een
volmaakt onbekende voor haar, zij had
hem nog nooit eerder gezien. Hij was
oud. haveloos gekleed en kon nooit
een beschaafd heer zijn geweest. Hii
had kleine, slimme oogjes, handen die
niet heel schoon waren en zwarte na
gels. Deze oude, havelooze, gebroken
man kon het toch niet zijn geweest,
die haar.had geschreven.
HOOFDSTUK XLIII.
Geen man van eer.
Hij drong niet dicht op haar aan de
ze man, op wien zij met diepe min
achting en afkeer neerzag. Zij had
niet van tevoren een plan gemaakt,
wat zij tot hem zou zeggen. Zij wist
niet of zij hem zou trotseeren en haar
verachting doen blijken, ef dat zij hem
zou omkoopen. Haar geest was een
wilde chaos, maar op het zien van den
man, die haar met langzamen tred na
derde, greep een gloeiende ver ontwaar
diging haar aan.
„Hoe durft hijl" dacht zij en haar
schoone oogen schoten vonken.
Hij stond voor haar met den hoed
in de hand, met een glimlach op zijn
gelaat, waarom zij hem wel had kun
nen slaan.
„Lady Arden 1" zei hij.
Zij antwoordde hem met een blik",
die iederen anderen man zou hebben
doen verstommen.
„Lady Arden!" herhaalde hij. „Kent
u mij?"
„Neen" antwoordde zij.
„Herinnert u zich mijn- naam ooit
eerder gehoord of gezien te hebben?"
vroeg hij weer.
„Neen" antwoordde zij trotsch.
„Wilt u mij aankijken en eens na
denken of u mij soms ook eens eerder
hebt gezien?"
Haar trirtsclie oogen verwaardigden
zich nauwelijks hem aan te zien, zij
schenen liem met één vluchtigen, ver-
achtelijken blik op te nemen, al9 was
hij minder waard dan het groene gras
dat aan haar voeten groeide.