NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 24 OCTOBER 1923 Aan het einde der Week In de kinderkamer van Europa, op het Balkanschiereiland is weer eens een conflict tusschen Griekenland en Bugarije uitgebroken. De juiste toedracht is nog niet ze ker te zeggen, beide partijen beschul digen elkaar, 't eerst begonnen te zijn. Reeds lang zijn er voortdurend kleine geschillen, o.a. door invallen van z.g* Buïgaarsche comitadji's. Maar zelfs al ligt de schuld geheel bij de Bul- gaarsche grensofficieren, dan nog is de Grieksche regeering geheel in te genspraak met wat zij zelf indertijd bij het Korfoe-incident verkondigde. Men zal zich herinneren dat toen een Ttaliaansch officier Vermoord werd de Italiaansche regeering zich toen zeef dreigend tegenover de regeering te Athene stelde, Korfoe bezette en 'n belachelijk hooge schadevergoeding eischte. Door geheel Europa ging een rilling van verontwaardiging; de Vol kenbond bemoeide er zich mee, maar Mussolini matigde z'n eisch niet, en de Volkenbondsmacht was niet groot genoeg om hem te dwingen, hoewel hij zich later bij het besluit van den gezantenraad neerlegde. Sindsdien hield de Grieksche diplomaat Politis op elke volkenbondsvergadering spee ches over de versterking van de mo reel e macht vah den Bond en vond veel bijval van andere staten. En nu, 't eerste wat de Grieken doen. is een belachelijk hooge schadeloos stelling eischen en Bulgaarsoh gebied bezetten. Waar blijven nu de mooie Woorden? 'tBlijkt, diat 'troepen om de hulp van den Volkenbond alleen maar be- teekenis heeft als 'tgaat tegen 'n ster keren staat, maar voor het verzwakte Bulgarije is men in Athene niet bang. Een en ander zal de sympathie voor Griekenland bij de groote mogendhe den niet versterken. Hoe zal de Europeesche kinderkamer ooit rustig worden, als de groote ooms en tantes 't voorbeeld niet geven? Maar de Balkan is nog lang niet rijp voor een garantieverdrag. De beoordeelingen van het verdrag van Locarno zijn over 't algemeen gun stig, behalve natuurlijk die van ui terst rechts en uiterst links in de ver schillende landen. Voor Rusland is 't ongetwijfeld zeer nadeelig, daar de Engelsche invloed op 't vasteland zeer verstrekt is. Zooals te verwachten was, hebben ook de Duitsch-Nationalen zich Verzet tegen 't verdrag, maar waarschijnlijk behoeft men hun verklaringen niet ern tig te nemen. Deze zouden, naar men zegt, slechts moeten dienen als para- derpaard voor de verkiezingen van d. gemeenteraad van Groot-Berlijn, daar anders veel patriotten wel eens Deutsch-Völkisch konden stemmen. Maar als de Duitsche regeering, waarin toch ook eenige Duitsch-Nati onalen zitting hebben, van de Gealli eerden de ontruiming van Keulen ge daan krijgt, zullen ze wel weer bij draaien, want ze zijn toch nog Vel nuchter genoeg om te zien dat 't ver drag van Locarno de eenige mogelijk heid is. In een rede verklaarde Painlevé, de Fransche premier, dat de oorlog In Marokko vrijwel geëindigd is. Als dit waar is, zou het voor de Fransche financiën wel gelukkig zijn want de daling van den frank was de laatste dagen zeer onrustbarend. Als de heer Caillaux zijn positie wil hand haven, zal hij toch eindelijk eens moe ten komen met een plan dat voor ver wezenlijking vatbaar is. Tot nog toe Leidsche Penkrassen. Amice, Zooals ge in ide bladen gelezen zult hebben, heeft Leiden weer eens feest gevierd en dat wel over een feit, dat in andere plaatsen zeker geen aanlei ding tot feestelijkheden zou geven. Dat hier in Leiden het bereiken van den zestigjarigen leeftijd door den bur gemeester wel aanleiding gaf tot fees telijkheden eh tot een huldliging waar aan, behalve in den middag door een groot aantal personen, des avonds door maar even een zestig vereenigin- gen werd deelgenomen, wijst er wel op, dat hier de verhoudingen zeer bij zonder, ik zou haast zeggen zeer ge lukkig zijn. In 't algemeen mag het toch als een verblijdend verschijnsel worden aan gemerkt als een burgemeester, de dra ger van het gezag en die het gezag ook wel weet te handhaven als het moet, bij de burgerij zoo gezien is als hier telkens weer het geval blijkt te zijn. En 'tkan ook geen kwaad, als zoo nu en dan de tegenstellingen, die er nu eenmaal in het leven zijn en die er moeten zijn, voof een oogenblik eens even naar den achtergrond worden ge drongen en de eenheid van de bevol king naar buiten wordt gemanifes teerd. Vandaar, dat ik mij, hoewel ik ove rigens van meening ben dat er wel wat al te veel gejubileerd wordt en dat een beetje matiging op dit gebied nog zoo kwaad niet zou zijn, over de huldiging van den heer &e Giiselaar zoo van har- waren de meeste van zijn plannen on mogelijk uit te voeren. Reed9 Herriot verklaarde, dat er geen verhooging van den bankbiljettenomloop meer zou plaats vinden Toch verhoogde Caillaux 't vastgestelde bedrag en wil het nu weer verhoogen. Dat is evenwel de vlugste manier om den frank nog meer te doen kelderen! Uit het grijs verleden. DE STEEN VAN ROSETTA. Zeer waarschijnlijk zou het zelfs den scherpzinnigsten geleerden nooit zijn gelukt het Egyptisch schrift te ont cijferen, had niet een gelukkig toeval ons den sleutel tot de kennis daarvan verstrekt in de belangrijke vondst van den steen van Rosetta. In Augustus 1799 liet Bouchard, een van Bonapartes genie-officieren zijn soldaten grondwerk verrichten in de buurt van Rosetta, toen zij op een gra nieten tafel stooten, die een drietal op schriften bleek te bevatten: Grieksch, hiëroglyphen en een derde schrift, dat wel wat op Arabisch of Syrisch leek. De inhoud van het Grieksche op schrift was natuurlijk gemakkelijk te lezen en het bleek, dat men te doen had met een decreet der Egyptische priesterschap uit het jaar 196 v. Chr. waarin de jonge koning Ptolemeus V Epiphanes (205181 v. Chr.) wordt ge dankt voor de vele weldaden, 't land en vooral den tempels bewezen en waarin voorts bevolen wordt, hem en zijn beelden, welke naast die der hoofd godheid in alle tempels van den eer sten, tweeden en derden rang moesten worden Opgericht, allerlei goddelijke eer te bewijzen. Verder bleek uit dit Grieksche op schrift, dat de beide andere opschrif ten hetzelfde decreet bevatten, en wel in hiëroglyphen en in demotisch schrift, d.w.z. het Egyptische volks schrift. Toen Alexandrië in 1801 door de En- gelschen veroverd werd, werd deze steen van Rosetta naar het Britsche Museum te Londen vervoerd. Een af gietsel ervan bevindt zich in het Rijks museum van Oudheden te Leiden. Met groote belangstelling en ijver werden de opschriften op den steen van Rosetta door de geleerden bestu deerd^ en wel allereerst het demotisch schrift, omdat dit het eenvoudigste leek en men van meening was dat het gemakkelijker te ontcijferen zou zijn, dan het eigenlijke hiëroglypbenschrift. Toch viel deze arbeid niet mee. De Fransche orientalist Silvestre de Sacy trachtte te bewijzen, dat het demotisch schrift niet zooals naar men des tijds meende de hiëroglyphen uit symbolische teekens bestond maar een letterschrift was en met behulp van de Grieksche vertaling probeerde hij allereerst uit te vinden, waar de eigen namen stonden (Ptolemeus, Berenice. Alexander, Arsinoë) teneinde op die wijze tot de vaststelling van het de- motische alphabet te komen. Zijn veronderstelling, dat we hier met een alphabetisch schrift te doen hebben is later gebleken, slechts ten deele juist te zijn. In 1802 gaf hij zijn pogingen op. De. geleerde Zweed Akerblad kwam weer wat verder in de ontcijfering van het demotisch schrift. Behalve de eigennamen wist hij ook de woorden „en., koning, tempel en priester" aan te wijzen en een alphabet van 16 let- terteekens op te stellen, dat evenwel slechts gedeeltelijk deugde. Tot een juist begrip van het demotisch schrift kwam hij ook" niet. Na deze pogingen tot ontcijfering van het demotisch schrift wendde men zijn aandacht tot de hiëroglyphen. De eer ste, die zich daarbij verdienstelijk maakte was de Engelschman Thomas Young, die ook een zeer bekwaam na- tuuronderzoeker was Young begun met bij zich zeiven de zeer juiste op rnerking te maken, dat. al was ook het hiëreglyphenschrift een symbolisch schrift, de personennamen die in den tekst voorkomen niet op symbolische wijze kunnen geschreven zijn. Daar voor moest men ongetwijfeld alphabe- tische teekens gehad hebben en het was zijn streven, deze te vinden. Ook zijn pogingen hadden echter niet het gewensche resultaat, en pas den ge nial en Franschman, Champollion zou het gelukken, „het verschrikkelijk ver roeste slot" zooals hij het noemde, te openen. Jean Francois Champollion. die van 1790 tot 1832 leefde, vatte reeds als elf jarige knaap, toen hem als door een toeval Egyptische opschrifen in han den gekomen waren, het plan op, de hiëroglyphen te ontcijferen; dit zou zijn levenstaak zijn, zoo stond toen reeds zijn besluit vast Dit ideaal hield hij steeds in het oog. Alles wat in de oude en nieuwe litteratuur over E- gypte geschreven was, werkte hij door; tal van talen bestudeerde hij en inzonderheid maakte hij zich het Kop tisch. de taal der Egyptische Christe nen, volkomen meester, zulks omdat hij begreep dat naar Kirchers geniale vinding dit een afleiding moest zijn van het oude Egyptisch. Na een ontzaglijken voorarbeid van catalogiseering en vergelijking der ver schillende teekens was hij eindelijk zoo ver, dat hij in het groote geheim van het oude schrift was binnenge drongen en op 27 September 1822 kon hij aan de Academie te Parijs meedee- len, dat de hiëroglyphen ontcijferd waren. Daarna ging de jonge wetenschap der Egyptologie met reuzenschreden vooruit. In 1828-29 maakte Champol lion een reis door Egypte en bezocht alle monumenten, die destijds bereik baar waren. Toen hij in 1832, op 42- jarigen leeftijd overleed, liet hij een Egyptische spraakkunst en een Egyp tisch woordenboek na, alsmede een schat van aanteekeningen, die het na geslacht met bewondering vervuld hebben voor zijn werkkracht en ge niaal inzicht. UIT DE~OMGEVING. ALPHEN a. d. RIJN. Op uitnoodiging van de Chr. H.B.S. vereeniging hield Mevr. M«tz-Reuling, in het gymnastiek-lokaaJ van de H.B.S. een lezing over het onderwerp „Een zo merreis in Noord-Afrika. De voorz. der Vereeniging sprak een woord van welkom waarna mevr. Metz- Reuling haar reisbeschrijving begon met eenige interessante mededelingen ovér Marseille, vanwaar de boottocht naar Noord-Afrika werd ondernomen. Ze sprak daarna van haar mooie reis van stad tot stad ern vjfe idorp tot dorp met veel enthousiasme, waardoor de vele aanwezigen geboeid werden, 't Was dan ook een interessante reisbeschrij ving, waarvan de waarde belangrijk verhoogd werd door de lichtbeelden welke gedurende de lezing vertoond werden. Na beëindiging van de lezing moest de spreekster een hartelijk applaus in ontvangst nemen. De voorz. sprak een woord van dank voor het gehoorde en geziene van dezen avond en bood mevr. Metz-Reuling als blijk van waardcering een dameshorloge aan, wat met een vriendelijk woord aanvaard werd. Welvoldaan ging men daarna huiswaarts. OUDE WETERINO. De collecte ten bate van het Vredes werk van het Roode Kruis heeft alhier opgebracht de som van f50. Dinsdagmiddag is alhier op den hoek van de Drecht een met Dieten f eladen schuit gezonken. De opvaren- en konden zich redden. De schuit zit de scheepvaart zeer in den weg1, vooral de schepen die vanuit de richting Ring vaart d e Drecht willen invaren, moeten terdege oppassen. Tot onderwijzeres aan de Bjjz. R.-K. School alhier is in de vacature, ontstaan jd'oor het vertrek van Mej. Poort, benoemd Mej. J. M. Masker uit Groningen. LEIDERDORP. De Bandsring, ,JCoudeik!erk" .van J.V. op G. G. komt DtVi Donderdag .29 Get a.s. 's avonds te 7Vs uur in „Irene" in ringvergadering bijeen. Zooals bekend heeft deze ring1, ge vormd door de Geref. J.V. te Hazers- woude, Koudekerk en Leiderdorp, ten doel, door samenwerking de belangen der bij haar aangesloten vereenigingen te bevorderen pn belangstelling voor haar op te wekken. 'tls reeds vroeger opgemerkt, echter 'gonder resultaat, dat deze ringvergade- ringen voor ieder belangstellende, spe ciaal ouders der jongelingen, toegan kelijk zijn. Het werk dat hier in inlei"dingsvorm wordt geleverd, is steeds de moeite overwaard, dat men er eens komt luis teren. De waarde van het vereemigines- leven wordt steeds duidelijk in het licht gesteld. Zoo ook thans. Op de agenda komt n.l. voor het onderwerp ,,De Ge ref. J.V. en onze Nationaliteit". Een lid der J.V. te Hazerswoude hoopt hier in aan te toonen, van welk een onschat bare waarde de arbeid op de J.V. is, voor de b andhaving van ons nationaal volksbestaan. Dan hoopt een lid der J.V. te Koude» |k«rk aan te geven in de tweede inlei ding, welke manieren men er in het vereenigingsleven op na moet houden. Terwijl in den loop der vergadering de tegenwoordige voorzitter de heer G. Goedhart Hzn., die gedurende een 12- tal jaren 'den ring "diende, afscheid hoopt be nemen en "het voorz.schap zal overdragen aan den heer H. van •Hilten van Hazerswoude. ZOETERWOUDE. Eeii vrij ernstige botsing hhd gister middag alhier op den Hoogen Rpndijk plaats tussoh'en een autobus „Moda" van Alphen a£ui den Rijn en een luxe auto, afkomstig uit "Amersfoort. In de autobus zaten 10 passagiers die er vrij wel goed afkwamen. Een meisje van 13 jaar uit Alphen aan den Rijn werd aan handen en boenen verwond door glasscherven en twee andere vrouws personen werden uit da bus geslingerd waardoor de kleeren beschadigd wer den. De chauffeur der bus klaagde over pijn in dpi borst. In de luxe auto zaten drie personen: Smevr. A. uit Amersfoort en haar zoon en de heer R. uit Leusdan. Alleen mevr. A. werd een weinig verwond aan het ge laat door glasscherven- De auto's waren zwaar beschadigd en zijn in de Bruno-garage onderge bracht "Dr. Passant Snoep van Leiderdorp verleende eerste hulp aan de gewonden, waarna zij met een volgende bus hun reis konden vervolgen. Do familie A. en de heer R. zijn per auto naar Leiden vervoerd en ver volgens per trein naar hun woonplaats vertrokken. Ooggetuigen schrijven het ongeval toe aan'het "woeste rr'lrder luxe auto. Procesverbaal is opgemaakt Door de gemeenteveldwachter is tegen zeven winkeliers, wier maten en gewichten niet waren voorzien van het goedkeuringsmerk, proces-verbaal opge maakt en hun maten en gewichten in beslag genomen. Een herinnering van Paul hruger. Do- A. Lmgbeek schrijti aan Let iidbi.: 't.Was het jaar 1884, .Wjj jongens waren vuur en vlam geweest, als \vu hoprden van den .Trans vaaloor.og, do slagen bjj. .den Langenevpas, etc. .Ueen, wonder, dat de komst van de .Trans valere in Amsterdam ook ons niet kond liet. En toen een Dinsdagavond, de dominéé op de catechisatie tegen ons zei: „Jongens, Zondag preekt ds. Dutodt uit .Transvaal vobr mij in da .Nieuwe Kerk; daar ga jelui natuur lijk allemaal heen", toen was die laat ste aansporing waarlijk niet noodigt De dienst in de Niéuwe Kerk zou) om 10 uur beginnen, maar 's morgens om 8 uur waren wij ai op den Dam' geposteerd voor de kerkdeur, om, zoo dra die deur openging, (wel wat pn-i (eerbiedig I) in stormpas de kerk in| te vliegen en een plaats te Roeken) aan den kant van aen preekstoel. SVant Kruger zou jn de Konings-, bank zitten, tegenover aen preekstoel en 't was ons nog minder om depteek) (dan om Kruger te doen. Of de kos ter of kerkeknecht al zei: „daar nioogt u niet zitten; die plaats is van een' eigenaar", daar stoorden .wij ons d.eri) dag met aan. 't Was nu: wie eerst" komt, eerst maalt, en dus: ,We blei ven zitten waar wij! zaten. Twee uur lang, voor er iets' begon. Maar ons wachten werd beloond.; CWant tegen tien uur, daar kwam de breede, rijzige geestalte van Kmger; ietwat gebogen, den Koningsbank bin) nenschuiven, gevolgd door den nogj forscheren zwaargebaarden generaal 1 Smit. En toen Kruger rustig gezeten was, ajpziende naar den preekstoel, toen kregen wij1 dat oog te zien, waaij van wijj de uitdrukking nooit vergeten Een groot, donker oog, dat kalm pp, zeg, met soms iets droomerigs wee. moedigs erin. En wat vastberaden trek om dien mond. Ds. Dutoit hield een PinsterpreeP i't was dien dag Pinksterdag' over den tekst: „De wereld kan 'den Heüi gen "Geest niet ontvangen, want ze kent Hem niet, maar gij kent Hem".) Den volgenden Dinsdag op de ca. techisatie was die kerkdienst natuur.l lijk het onderwerp. Onze dominee had] de o.ï. goede gewoonte, om ons maar) niet een leer buiten het leven om t« leeren, maar om ons in alles, wat er! op kerkelijk en godsdienstig gebiéidM voorviel in te leiden. En wat ikred gen wij nu ditmaal een mooi verhaal'! „Ik had tegen mijn rijtufeverhUurJ der gezegd", ,zoo vertelde de domLj nee: „Zorg voor het mooiste rijtuig! dat ge krijgen kunt, want ik moet! Zondagmorgen den Staatspresident 1 van de Zuid.'AfrikaanscHe 'Republiek)] ermee van het 'AmstelHotd afhalen»! en naar de Niéuwe Kerk rrjldew. Nufl daar Had de man öolk goed voor geü 'zorgd. Maardaar kwata' 5k aaW] h'et 'AhistelHotel in een groote ftam.rti] met lichtkleurig tapijt en witsatijnetl strekenmaar o wee. Overal m kfcl] kamer Kaa de 'directie van die bi op den sroiid laten zetten. Want Transvalers pruimden. En niet all 'dat ze pruimden, maari. jullie be. grijpt wel, die satijnen streken kou der. daar niet tegen. Dus 'daarvoor "I*J hakjes. En toen wij in dat mooie rijtuig ge.' zeten waren, zoo ging de domme daar gingen dadelijk de raampjes en toen was 't een kruisvuur om heen links en rechts de ramen uit. Pats, pats, dat vloog maar om gajj heen". Onze goede dominé Stond Bekend als iemand, die nogal van odeur hieldj Dien dag moest hij voor zijn Trans! vaalliefde ook wat over Hebben. De Transvalers, en vooral hadden wel een fijn hart en een fij geest, maar alsnog geen fijne ren". „Zoo 't kleed niet fijn i», Als 't 'Kart maar rein fe> Dan is het goed", mo zong eenmaal Ds. de Liefde. to heb verheugd. Ik meen toch, dat zoolang zulk een spontane huldiging mogelijk blijkt, er voor de toekomst nog wel wat te wachten is. Overigens trof het mij en 'tkan, dunkt me geen kwaad dit ook in het openbaar uit te spreken dat de hul diging zulk een ijselijk neutraal ka rakter droeg. Ik heb hierbij vooral op het oog de middaghuldiging en meer speciaal de rede, die daarbij door Prof. Blok werd gehouden. Met geen woord werd er gerept van de reden die zoowel de jubilaris als de bevolking had, om God te danken voor wat Hij gedaan heeft, voor de zegeningen Gods, die ook op dezen ver jaardag gezien konden worden. Stui tend vond ik het, toen daar gezegd werd, dat de burgemeester enkele ja ren geleden ternauwernood den nood- lottigen dans was ontsprongen, alsof hier niet de verhooring lag van veler gebeden. Ik weet wel amice, dat het ietwat onaangenaam is op dergelijke dingen te wijzen. Maar onaangenamer nog is het dat op dergelijke dingen kan en moet gewezen worden en dat zelfs bij zulk een huldiging waar er toch zoo heel veel reden is om te gedenken wat God deed, met de leiding van God niet werd gerekend, 't Is waar, de gods dienst bestaat niet uit praten alleen. En vrome termen en mooie woorden doen 'them ook niet. Maar als bij zulk een gelegenheid gezwegen wordt, angstvallig gezwegen van Hem, van wien alle goede gaven afkomstig zijn en gesproken op een manier als de feestredenaar dat deed, dan kan ik dat niet anders dan stuitend noemen. Er is in de laatste dagen heel wat over den burgemeester geschreven en een van onze vrouwelijke raadsleden, die 't anders met hem nogal eens aan den stok heeft, of omgekeerd, heeft hem zelfs aan "t praten weten te krij gen. Merkwaardig was daarbij wat de ja rige omtrent zijne verhouding tot den Gemeenteraad vertelde, 't Ideaal zou eigenlijk zijn zonder den Raad te re- geeren ook al, omdat door de bestaan de wijze van verkiezing zoo zelden die personen naar voren komen, die re- geeren kunnen. Daarover valt natuurlijk te praten. Het tegenwoordige kiesrecht heeft na tuurlijk heel wat bezwaren, al wil ik om eerlijk te zijn erkennen, dat de zelfde bezwaren ook tegen het vorige stelsel werden aangevoeld. Toen we nog hadden hert personen- stelsel, was het van veel belang een populair candidaat te vinden. Maar 't feit dat iemand populair ia en mis schien buitengewoon goed kan praten, waarborgt nog niet, dat hij ook b e- kwaam is, terwijl omgekeerd iemand die heelemaal niet populair is en hee- lemaal niet voor de tribune kan spre ken, buitengewoon bekwaam kan zijn. En dat, zoo heeft men geleerd, was nu het voordeel van het nieuwe kies stelsel, dat men dan dergelijke per sonen veel gemakkelijker dan vroeger een behoorlijke plaats op de lijst kan geven, en veel beter hunne verkiezing kan verzekeren. Nu beantwoord ik niet de vraag of van die geschonken (gelegenheid dooi; kiesverenigingen of andere colleges altijd een goed gebruik is gemaakt. Misschien niet. Maar dan voeg ik daar onmiddellijk aan toe, dat dat volstrekt niet altijd ligt aan de kiesverenigingen, die vaak heel veel, maar vergeefsche moeite deden, om personen waarvan gezegd kan worden dat ze boven de massa uitsteken, te bewegen een candidatuur te aanvaar den. Overigens geloof ik amice, dat we met de critiek op allerlei vertegen woordigers wel een beetje voorzichtig mogen zijn. Persononlijk bezoek" ik al meer dan 20 jaren allerlei raadsverga deringen e.d. in verschillende deelen van het land, maar ik moet eerlijk verklaren, dat Ik nooit den Indruk ge kregen heb, dat het „gehalte" der le den over 't geheel vroeger zooveel be ter wae dan nu. Er werd, dat is een feit, vroeger min der gepraat, er werd' heviger „ja" ge knikt, de colleges van B. en W. hadden het over 't geheel gemakkelijker. Maar vraagt ge me of de raadsleden vroe ger. toen het terrein waarop men zich bewoog veel meer beperkt was, meer moeite deed zich op de hoogte te stel len en zich in de zaken in te werken, dan nu het geval is, dan moet ik daar op beslist ontkennend antwoorden. Voor het overige moet het wel opval len dat de burgemeester, die over het instituut „Gemeenteraad" want hij heeft natuurlijk niets onvriendelijks bedoeld aan het adres van het Leid sche college, zoo weinig enthousiast is, als lid van de Eerste Kamer vol strekt niet tot de ja-knikkers behoort maar er wal degelijk 'n eigen megning. op na houdt «n daarvan ook vaak op ondubbelzinnige tvijze blijk geeft. Bn dat terwijl de „zedelijke opgaaf van] een volksvertegenwoordiger toch' weer, een heel andere is dan van iemand die tot mede-regeeren geroepen wordt.] Ik stap hiermee van dit onde af, echtgr niet, dan na den wensch tel hebben uitgesproken, dat Jbr. de Gij- se laar nog vele jaren in staat mag ge«J steld worden onze gemeente te ren, de raadsvergaderingen te presl-1 deoren en als Volksvertegenwoordiger, in ons Hoogerhule werkzaam te zijn. j Eigenlijk zon ik 't voor vandaag hier bij kunnen laten, maar er is nog een] 'ding, waarop fk de aandacht wilde vestigen. De Chr. Besurenbond te dezer plaat se houdt dezen winter weer een aan tal propagandavergaderlngen. Die van den vorigen winter waren slecht be zocht. Meer dan treurig. Welnu, ia- ten we nu eens, te beginnen a.s. Vrij dag, beginnen mee te helpen dat hier in verandering komt. De Chr. vakbeweging is een schild voor de zwakken. Zij is voor ons volks leven van veel meer beteekenis dan menigeen vermoedt. Alleen de roodo organisaties, die begrijpen het, waar om ze dan ook het onmogelijke doen om die vakbeweging te verpletteren. Welnu amice, laten we blijk geven althans zoo verstandig te zijn als de roode vakvereenigingsleiders en nanr vermogen meewerken om de actie die nu weer ondernomen wordt, te doen slagen. O-S; VERITAS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 6