CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
JAARGANG
ZATERDAG 10 OCTOBER 1925
NUMMER
164C
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaalf 2.50
Per weeki 0.19
Franco per post per kwartaal 1 2.90
BUREAU: Hooigracht 35
Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936
Postbox 20
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentitn per regol 22V* oont
Ingezonden Mede deelingen, dobbel UrieL
Bij contract, belangrijk© rodnctie.
Kleine adrertentiên Mj vooruitbetaling
yan ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 40 cent
Oit nummer bestaat uit TWEE Bladen.
EERSTE BLAD.
Zijn wij Antirevolutionair?
Er zijn nog altijd menschen, ook
onder hen die zich scharen onder de
Antirevolutionaire vlag, die blijk' ge
ven den eisch van het Antirevolutio
naire beginsel niet te verstaan.
Het is menigmaal zóó, dat zij niet
vragen wat het beginsel, dat zij be
lijden van hen eischt, maar dat zij
hunne eigen begrippen en opvattingen
op den voorgrond plaatsen, om daar
na een poging te doen de Antirevo
lutionaire beginselen daarmede in
overeenstemming tebrengen.
En ook komt het voor, dat min
der gevraagd wordt naar het beginsel,
waarvan zekere theorieën en hande
lingen een uitvloeisel zijn, maar dat
moer gelet wordt op do personen of
groepen die ze voordragen en verde
digen.
Groen van Prinsterer heeft in zijne
dagen reed? den strijd moeten aan
binden tegen hen die hij als contra
revolutionairen aanduidde en dio al
les veroordeelden wat mede als een
vrucht van de revolutie was tot stand
gekomen.
Bekend is b.v. dat oen Da Costa
meer dan eens blijk gaf in het contra
revolutionaire vaarwater verzeild te
zijn geraakt. Hij onderscheidde niet
voldoende tusschen de gevolgen van
de revolutie, die volstrekt niet alle
verkeerd waren en de beginselen waar
van de revolutie een uitvloeisel was.
Vandaar dat hij er toe kon komen zich
tegen de afschaffing van de slavernij
te verzetten en dat hij in zijne Be
zwaren tegen den geest der eeuw" kon
schrijven: „Ik mag het niet zwijgen,
maar houde mij verplicht het met
woord en pen, waar het pas geeft te
verdedigen: De Koning is aan den eed
door hem op de Constitutie gedaan,
niet gehouden, zoodra hij oordeelt (en
over dat oordeel is hij voor zijn ge
weten alleen »aansprakelijk) dat des
intrekking derzelve, hetzij geheel of
ten deele, gevorderd wordt ter hand
having van zijn gezag als Vader, van
zijne waardigheid als Vorst, van zijne
verplicthing als Stedehouder Gods in
de wereldlijke bestiering van zijne
Volken."
Contral-revolutionairen, ze zijn er
ook nog wel in onze "dagen. Zij heb
ben geen behoefte aan nadere keur,
aan toetsing aan de beginselen, maar
alleen de herkomst van bepaalde the
orieën of daden is vdor hen reeds be
slissend.
Van veel meer belang is echter, dat
er nog maar al tevelen zijn, die zich
wel Antirevolutionair noemen, maar.
die hunne eigen ideeën op den voor
grond plaatsen om daaraan de Anti
revolutionaire beginselen te toetsen.
Dat is een heel menschelijke eigen
schap.
Het is een gevaar, dat alle menschen
zonder onderscheid bedreigt.
Een mensoh heeft nu eenmaal de
neiging om de dingen van den ver
keerden kant aan te pakken.
Dat blijkt op schier ieder levens
terrein.
Men wil Gods Woord hoog houden.
Maar dan begint men met eerst zijn
eigen weg uit te stippelen, om dan
God3 Woord na te pluizen of er niet
een tekst is te vinden, waarmee dit
gedrag kan worden gerechtvaardigt.
Maar dat is de dingen op den kop
zetten
Antirevolutionair zijn, wil zeggen,
zich te buigen voor Gods Woord, on
voorwaardelijk.
Het revolutiebeginsel is de verheer
lijking van het gezag van den mensch.
En daartegenover staat het antirevo
lutionaire beginsel, de erkenning van
de souvereiniteit Gods, van het op
pergezag van God den Heere, die den
hemel en de aarde gemaakt heeft.
Dat is de spil waarom alles draait.
Maar dat kan in de practijk van
het leven danig lastig zijn. Dat kan
ons op groote en pijnlijke offers komen
te staan Dat beteekent eigen zin en
wil en eigen begeerten te verzaken
om ons gevangen te geven onder de
gehoorzaamheid van Christus.
En dat druischt vaak in tegen wat
de mensch, ook do Antirevolutionaire
mensch, van nature wil. Vandaar dat
er altijd weer is een pogen om aan
den greep van 't beginsel te ontkomen.
Het kost heel wat moeite en er js
genade van God voor noodig, om in
volle overgave uit te spreken: Uw wil
geschiede; geef dat wij onzen eigen
wil verzaken en uwen wil, die alleen
goed is, zonder eenig tegenspreken ge
hoorzamen.
Wij keeren de dingen zoo graag en
zoo gemakkelijk om. In plaats van on
zen eigen wil te verzaken, stellen we
dien wil op den voorgrond.
Dat doen we in ons persoonlijk en
ons huiselijk leven. In onzen handel
en wandel in ons maatschappelijk le
ven niet in de laatste plaats.
Als contra-revolutionairen hebben
wij neiging om te hunkeren naar den
tijd die voorhij ging eh de hervormin
gen die tot stand kwamen te veroor-
deelen.
En voorts houden wij er in onze ver
houding tot andere personen of maat
schappelijke groepen, soms practijken
op na, die niet in overeenstemming
zijn met Gods Woord.
Wij kunnen wat we doen of ook niet
"doen, misschien met talent verdedi
gend Maar we moeten wel verstaan,
dat we dan niet zijn, antirevolutionair.
De revolutionair vraagt: wat wil ik
De Antirevolutionair buigt 't hoofd
en zegt: U w wil geschiede.
De revolutionair plaatst den mensch
op den troon. En de Antirevolutionair
zoekt zijn kracht niet in het heer-
schen, maar in het dienen. Hij ver
staat het geheim van het paradoxale
woord, dat alleen wie bereid is het
leven te verliezen, in staat zal zijn
het leven te winnen.
Wij noemen ons Antirevolutionair.
En dat is een schoon© naam.
Maar Jaten we ons wel onderzoeken
of die naam wel in overeenstemming
is met het wezen, of we wel waarlijk
zijn: Antirevolutionair!
V Paul Kruger.
Het is vandaag 10 October hon
derd jaar geleden dat Paul Kruger, de
vroegere president der Zuid-Afrikaan-
sche Republiek in de Kaap werd ge
boren.
Een eenvoudig en weinig ontwikkeld
man was Paul Kruger.
Maar hij was een groot man als wei
nigen, een man wieiis naam door de
geheele wereld bekend werd en die
met name in ons land niet gemakke
lijk vergeten zal worden.
Hij was groot, door zijn' helder ver
stand, zijn onbegrensd bevattingsver
mogen, zijn vurige liefde voor Trans
vaal welk land. hij tot vrijheid en on
afhankelijkheid bracht, maar vooral
door zijn innig Godsvertrouwen en z'n
rotsvast geloof in God, waardoor hij in
staat was niet alleen als een held te
strijden, maar ook te lijden.
Hij was groot toen hij stond op het
hoogtepunt van zijn macht, maar nog
grooter toen hij als balling in Holland
vertoefde, toen hij daar zijne idealen
in rook zag vervliegen en toen de eene
Jobstijding na de andere hem bereikt(p.
Paul Kruger is gestorven, maar zie,
hij leeft'.
En als de geest die hem bezielde, het
geloof dat hem tot kloeke daden in
staat stelde onder het volk, dat hij
zoo liefhad, blijft voortleven, dan zal
er ook voor het nu nog verdrukte
Transvaal nog een toekomst dagen.
Paul Kruger is gestorven, maar door
het geloof spreekt hij nog nadat hij
gestorven is.
ZENDELING H J. EGGINK.
1900 11 October 1925.
Morgen zal het 25 jaar geleden zijn.
dat de heer H. J. Eggink in de Koepel
kerk te Amsterdam als zendeling van
het Java-Comité werd ingezegend. 20
October d.a.v. vertrok hij met zijn jon
ge echtgenoote, Mej. W. C. v. Dijl, naar
de post Paroparoetan in het landschap
Angkola, waar zij samen thans 25 jaar
met veel zegen hun moeilijken arbeid
in dienst van hun Zender hebben mo
gen volbrengen.
Thans met verlof hier te lande is
deze dag een dag van vreudevolle en
dankbare herinnering. Gekomen in
een streek, waar slechts een paar
Christengezinnen woonden, maar die
kort na de komst van zendeling Eg
gink ook nog verhuisden, was er van
het tegenwoordige ressort Pargaroe-
tan niet alleen geen sprake, maar
moest bijna geheel alleen staande het
werk worden aangevangen. Die strijd
was minder tegen een bijna verdwe
nen heidendom, als wel tegen een fa
natieke Mohammedaansche bevolking.
Waar de zendeling zijn werk opvatte,
vond hij weldra een georganiseerd
verzet der volgeligen van den Islam.
En als er dan nu toch van een ressort
Pargaroetan met niet minder dan 9
filiaalgemeenten mag gesproken wor
den, als thans reeds niet weinige' Ba
taks geloovige, standvastige Christe
nen zijn geworden, uit dat Christelijk
geloof leven en daarin ook blijmoedig
zijn gestorven, dan staat de- heer Eg
gink en zijn vrouw, in zeer bijzonderen
zin, zijn hulpe tegenover hem, dan
kend en verwonderd voor God, Die
hen zond en Die hen thans op zoo
veel vruchtdragenden arbeid doet
terugzien. „We zien' schreef deze zen
deling in het blaadje „Angkola" eens,
„dat God Zijn weg gaat om ook in het
tot in merg en been Mohammedaan
sche Angkola Zijn rijk te vestigen en
uit te breiden."
Daarop te moge*h zien na 25-jarigen
arbeid is wel de voornaamste reden
van de blijdschap dezer zendingsfami
lie op den dag van morgen.
Maar ook is er een danktoon voor
den zegen in persoonlijk en huiselijk
leven genoten.
Van God begiftigd met een bijna
onafgebroken gezondheid, was het mo
gelijk eerst 13 jaren aan één stuk in
de tropen te verblijven en dan na het
verlof 1913—1915 nog bijna 10 jaren.
Van den zendeling wordt steeds on
gewone zelfopoffering vereischt en
ook de familie Eggink heeft in dit op
zicht haar offers moeten geven. Eerst
in het pionierswerk, later bij de uit
breiding in veel van moed en kracht
vergende tochten in en door de wil
dernis. Maar God hielp. Ook als in
't familieleven offers gebracht moesten
in achterlating of wegzenden van kin
deren. Dat waren zeer moeilijke mo
menten. En we kunnen het begrijpen,
dat de dagen van blijde herinnering
van inzeèening en huwelijk bij het
overzien van de weldaden Gods dagen
van hooggestemde vreugde zijn.
Aanvankelijk was het doel van den
jeugdigen Eggink, na de scholen van
de heeren Uittenbroek en Meijnen te
Leiden bezocht te hebben, predikant
te worden, maar een oproep om zen-
deling-kweekelingen ih het Zendings
blad der Utrechtsche Zendingsvereen.
deed het verlangen bij hem wakker
worden zendeling te worden.
Op 23-jarigen leeftijd werd hij door
het Bestuur van het Java-Comité als,
zendeling aangenomen in de laatste
vergadering van dit Bestuur onder
presidium van den welbekenden heer
T. M. Looman. Behoort de post Par
garoetan aan het Java-Comité, de heer
Eggink is sinds zijn verlof 1913'15 nu
ook zendeling van de Classis Leiden
der Ned. Herv. Kerk, welke classis nu,
al kan nog niet geheel van kerkelijke
zending gesproken worden, een belang
rijke financieele steun levert voor het
werk in Pargaroetan Dubbel te waar-
deeren, waar de uitbreiding van het
'werk zooveel vraagt.
In zijn afwezigheid voorhl, maar
ook als hij niet op reis is naai* zijn
filiaalgemeenten is zijne eQhtgenoote
zijn trouwe hulp bij besprekingen met
de bevolking, in het Ziekenhuisje niet
het minst, waar haar vrouwelijke me
dewerking van zoo veel belang is.
'Wie den heer Eggink op een van
zijn vele spreekbeurten, welke hij
door heel ons land tijdens zijn verlof
waarneemt, hoorde, zal gevoelen hoe
de Christengemeenten ïn Angkola ho
pen op hun terugkeer naar de Batak-
landen, hoe ze kinderlijk bidden, dat
God den Toean niets in den weg doe
komen, wat den terugkeer-zou kunnen
verhinderen.
Wij voegen ook gaarne onze geluk-
wenschen voor dit zendingsechtpaar
bij de vele andere, waaraan het hun
in deze dagen van dankbaar geden
ken stellig niet zal ontbreken.
STADSNIEUWS.
Vrije Universiteit.
Woensdag 14 October a.s. zal een
tweede radio-avond gehouden worden
jn het belang van de Vrije Universiteit
Vooi den microfoon te Hilversum
zullen alsdan te 8 (niet 8.30 uur) spre
ken: Z.Ex. oud-minister J. J. C. van
Dijk en ZEx. oud-minister Mr. Th.
Heemskerk.
Bij den aanvang, in de pauze en aan
het einde v.d. Omroepavond zal alleen
een psalm worden gezongen.
Ditmaal zal gelegenheid zijn om ge
noemde sprekers te hooren in het ge
bouw „Prediker" in de Janvossensteeg
Laat iedere vriend of vriendin der
V. U. dien avond tegenwoordig zijn.
Christelijke Kweekschool.
Wij ontvingen het jaarverslag van
de vereeniging tot stichting en in
standhouding van eene Christelijke
Kweekschool tot opleiding van onder
wijzers en onderwijzeressen voor Scho
len met den Bijbel, gevestigd te Leiden.
In dit jaarverslag is opgenomen het
verslag van den secretaris, Dr. N. G.
Veldhoen, een uittreksel uit het ver
slag van den penningmeester den heer
C. Versluys, het verslag van den di
recteur, den heer J. Schaap Hz., het
verslag van de Comm. van Toezicht,
een lijst van leerlingen en oud-leér-
lingen en een lijs van leden en begun
stigers.
De verslagen zijn in opgewekten
toon gesteld. De kweekschool verkeert
in bloeienden toestand.
Met dankbaarheid wordt melding
gemaakt van het ingestelde schoolexa
men. Het resultaat was een succes
voor de school, daar alle (15) candida-
ten slaagden. Voor het bijbelsch exa
men slaagden 22 candidaten, terwijl
2 werden afgewezen.
Herinnerd wordt aan het 'aftreden
van Mej. van Borselen als leerares, de
herbenoeming van de heeren L. van
Leeuwen te Sassenheim en A. Mul
der te Leiden als bestuursleden en de
aanvanging Van den heer P. Wester
brink als lid van de comm. van toe
zicht, door den heer C. W. J. de Reuver
Uit het verslag van den penning
meester, blijkt dat de Rijksbijdrage
bedroeg f 36185.47°. Aan schoolgelden
werd ontvangen f4210.77. De uitgaven
bedroegen f 36113.67°.
Naar de directeur in zijn verslag
meedeelt, werd het nieuwe leerjaar
aangevangen met 91 leerlingen, en wel
53 m. en 38 v. De afd. B. (hoofdakte-
cursus (begon met 25 leerlingen, n.l.
16 onderwijzers en 9 onderwijzeres
sen.
Uit de bijgevoegde lijst blijkt, dat in
totaal 183 leerlingen de akte behaal
den Dit getal is later gestegen tot
202). Daarvan zijn 51 niet meer bij het
onderwijs werkzaam. Drie zijn er over
leden en van de 48 overige zijn 26 da
mes getrouwd. Van de onderwijsmen-
schen zijn 10 hoofd eener school. 2
directeur of leeraar aan een kweek
school, 4 iijn werkzaam bij gymn. of
middelb. onderwijs; 17 van de voor
malige kweekelingen zijn in Indië,
waarvan 11 bij 't onderwijs.
In een naschrift wordt het overlij
den van den heer W. P. ten Kate her
dacht Enkele uitingen van de gevoe
lens die hij dit sterven openbaar wer
den o.a. het „In Memoriam" dat
de heer Schaap in ons blad plaatste
zijn in het verslag afgedrukt.
Gaarne voldoen we aan het verzoek
door het bestuur tot alle lezers— dus
ook tot ons gericht, om schoolbe
sturen of personen op te wekken tot
toetreding als lid of begunstiger.
Bibliotheek Patrimonium."
De bibliotheek uitgaande van „Pa
trimonium" in den Christelijken Be
sturenbond wordt hedenavond op
nieuw geopend. Vertrouwd mag wor
den dat er ook nu weer, evenals vo
rige jaren, van deze goed voorziene
bibliotheek een druk gebruik zal wor
den gemaakt.
Leidsch Studentencorps.
Gistermiddag heeft in de Stadsge
hoorzaal de ontgroening plaats gehad
van de 102 nieuwe leden van 't Leidsch
Studentencorps. De praeses collegii v
het L.S.C. de heer G. C. D. baron Van
Hardenbroeck, hield hierbij een toe
spraak.
De praeses wees er in zijn rede op,
dat de wijze, waarop de leden van het
L.S.C. zich tot het Corps verhouden,
varieert tusschen twee uitersten.
Aan den een en kant ziet men een
groep, die met enthousiasme en toe
wijding de belangen van het Corps
voorstaat en in woord en daad zijn
aanhankelijkheid bewijst.
Daar lijnrecht tegenover staa» een
categorie leden, die het Corps min of
Belangrijkste nieuws in dit Nummer.
r
B inn onland.
Jhr. Mr. A, P. C. van Karnebeek f
Buitenland.
Een critieke dag te Locarno in ver
band mot de kwestie van artikel 16
van het Volkenbondsstatnnt.
De Poodsche minister van binnen-
landsche zaken heelt verklaard, dat
Polen er niet op staat, dat Frankrijk
het door DtiltsChland heen te hulp zal
komen.
meer vijandig gezind is, doch lid blijft
omdat ze het misschien wel „fatsoen
lijk" vinden het etiquet Corpslid te
kunnen aanspelden en een bul op de
kamer te kunnen vertoonen of om
welke andere reden dan ook.
Daar tusschenin is echter de meest
gevaarlijke groep, de „lauwen" die
wel eenige interesse hebben (voorden
Paliavond bijvoorbeeld) maar die ver
der alleen zoo vriendelijk zijn van ze
keren afstand de „faits et gestes" van
het Corps met „belangstelling" gade
te slaan.
Het is een bedroevend verschijnsel
deze kwaal verder te zien voortwoe
keren. Het is jammer, dat deze men
schen niet beseffen, dat zij het Corps
grooter dienst zouden bewijzen door
zich niet langer onder zijn vaandel
te scharen dan door hun donateurach
tige contributie te blijven voldoen.
Komende tot den groentijd zeide
spreker, dat deze gelukkig geheel zon
der onregelmatigh v j is verloopen,
zóo regelmatig ze'L, dat men hèm
welhaast kalm kon noemen. Spreker
dankte den leden van het L.S C. har
telijk voor hun hulp en medewerking
waardoor zij dezen groentijd zoo goed
hebben doen slagen.
Daarna richtte spr. zich tot de groe
nen, waarbij hij vooral aandrong op
eerbied voor de vrouw, wijl er in ver
schillende kringen een zeker laisser-
aller is in de houding, die men tegen
over de vrouw behoort te hebben, een
verlies van schaamtegevoel, dat be
halve zeer „onsmakelijk" gebrek aan
beschaving en totaal gemis aan res
pect en fijngevoeligheid verraadt.
Na afloop der ontgroening had er
een fakkeloptocht met muziek door
de stad plaats. De avond werd verder
op de Sociëteit Minerva doorgebracht
Beethoven-avond.
Voor den Leidschen Kunstkring
Voor Allen gaf1 Willem Andriessen
gisterenavond een pianoconcert.
Ten gehoore werden gebracht voor
de pauze de Sonaten op. 10 No. 2 F
dur, op. 28 D dur, een Fantasie op.
77 en het Rondo op 129 en na de pau
ze de Sonate op. lOr E dur.
In dit uitnemend gekozen program
ma, waarin zich iets van de geweldige
geestelijke ontwikkeling van Beetho
ven doorvoelen liet, liet Andriessen
op verscheidene punten een zeer juiste
opvatting hooren. Vooral in de Sonate
was een hijzonder begrijpen van den
geest van het werk aanwezig. Door
de volkomen technische beheersching
van zijn instrument kon Andriessen
zich geheel overgeven aan zijn mees:
terlijke kunst, welke die diepe ontroe
ring vermocht te wekken als alleen
een waarlijk groot kunstenaar kan.
'tWas een sublieme avond! Bijzon
der prettig was de korte inleiding die
hij na de pauze, gaf op deze laatste
sonate, waardoor zeer velen bpslist
nader tot dit groote werk kwamen te
staan. Het zou voor een góed muzi
kale opvoeding van het publiek van
groot belang zijn, indien de concert
gevers dit geregeld deden.
Of anders een kleine toelichting op
het progratnma! Want juist het ken
nen van bijzonderheden uit 't leven
van een kunstenaar doet zijn werk
bijzonder leven. Daarom moest nie
mand een Beethoven-concert aanhoo-
ren, xoilder te weten welke dieptra
gische gebeurtenissen aan 't ontstaan
van zijn werken voorafgingen, zooals
Romain Rolland die beschreef In zij':
uitnemend boek over Beethoven.
Een nieuwigheid.
In navolging van wat reeds ia tal
van groote steden in binnen- en bui
tenland geschiedt, heoft de N. V. W.
J. Creygthon'e kolenhandel besloten
om brandstof ga stofvrije papier eg