aan het zoeklicht.
NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN WOENSDAG 15 JULI 1925
TWEEDE BLAD.
Op de Raadstribune.
'tWas noch een lange, noch een be
langrijke agenda voor welker behande
ling de Gemeenteraad Maandagmiddag
samenkwam. En de te behandelen
Stof werd nog minder belangrijk door
dat een der voornaamste punten de
vernieuwing en verplaatsing van de
Jan Vossenbrug met algemeen goed
vinden van de agenda &erd afgevoerd.
De ingekomen stukken gaven aan
leiding tot breede bespreking over
een vernieuwd urinoir op de le Bin
nenvestgracht, met het resultaat dat
een motie Coster om bedoelde ver
nieuwde inrichting op te ruimen, werd
aangenomen. B. en VV. zullen nu heb
ben te overwegen of zij aan deze uit
spraak gevolg willen geven.
Ondanks het heerlijke zomerweer
was de publieke tribune overvol met
mannen voor 't meerendeel in de
kracht van hun leven, die volop den
tijd schenen te hebben naar de beraad
slagingen te luisteren. Een droef ver
schijnsel
De oorzaak van deze belangstelling
was te vinden in het feit dat een twee
tal adressen was ingekomen in ver
band met de voorgenomen uitlichting
I van verschillende groepen uit de cri-
sissieunregeling.
Het adres van den Christelijken Be
sturenbond, dat naar aanleiding van
de vermeerderde werkloosheid in do
Bouwvakken uitstel van afvoering van
de daarbij betrokken arbeiders vroeg,
I had weerklank gevonden bij B. en W.
I die deswege van verschillende zijden
sympathiebetuigingen in ontvangst
I hadden te nemen.
De Sociaal-Democraten waren wel
niet geheel tevreden met de houding,
I van B. en W. omdat de transportar-
i beiders bleven uitgesloten, maar over
wegend bezwaar hadden zij toch niet.
Toen echter de heer Knuttel meteen
motie kwam om de transportarbeiders
onder de regeling te doen vallen, had
den zij toch niet den moed zichzelf te
zijn en stemden ze nolens volens voor
de motie.
Concurrentie vrees, werd er geroepen
en het schijnt ons waarschijnlijk dat
er wel eens minder rake opmerkingen
gemaakt zijn in den Raad. Men moet
toch ook aan z'n kiezers denken!
Intusschen een woord van hulde aan
den Christel. Besturenbond, die doov
zijn gematigd en verstandig optreden,
iets wist te bereiken en het college
I van B. en W. voor zijn inzichten wist
te winnen.
Met de behandeling van de agenda
punten ging het van een leien dakje.
Bij de behandeling van het voorstel
inzake de slootdempmg aan de Drift-
straat bleek het, dat er altijd men-
I schen zijn, die weinig denken aan het
algemeen belang, maar die steeds het
eigenbelang op den voorgrond stellen.
Het schijnt ons goed gezien van den
Raad, dat hij evenmin als B. en W.
deze eigenbelangzoekers wenschte te
bevoordeelen.
Het voorstel tot toekenning van een
vergoeding voor de stichting van een
R.K. school gaf sommige leden gele
genheid te toonen hoe zij de belangen
van de huurders op het hart dragen.
'tWas alleen maar jammer, dat zij
met hunne opmerkingen op de ver
keerde plaats en aan het verkeerde
adres waren.
't Voorgestelde rookverbod voor kin
deren beneden 14 jaar vond van de
zijde der heeren Deumer, Zuidema en
Spendel krachtige bestrijding en met
name in den voorzitter, in verband
met het ernstig karakter, dat dit
kwaad aanneemt, een warm verde
diger.
Werd in 1922 een soortgelijk voor
stel verworpen, thans werd het on-
'danks de bestrijding waarin op de
taak der ouders, de bezwaren voor de
politie en het gevaar van verminde
ring van het gezag der Overheid werd
gewezen, aangenomen'.
De Wethouders, de heeren Mulder
en Meynen, die in 1922 tegenstanders
waren en waarvan eerstgenoemde toen
het voorstel vrij krachtig bestreed,
ontpopten zich nu als voorstanders.
Vanwege de collegialiteit?
De voorstellen inzake de vernieu
wing van de Jan Vossenbrug enz. wer
den aangehouden. Een zeer verstan--
dige maatregel. 'tGaat hier over be
langrijke sommen, van genoegzame be-
teekenis om het voor en tegen ernstig
te overwegen.
Een voorstel inzake den bouw van
62 arbeiderswoningen, waarvoor door
„Ons Doel" de noodige voorschotten
waren geyraagd, werd eerst na een
langdurige geheime zitting, aangeno
men.
De heeren Sytsma en Verwey waren
met hunne interpellatie inzake de
naar hunne meening verkeerde behan
deling van een paar u.l.o. candidaten
niet gelukkig. Eerst bleek dat de vra
gen verkeerd geadresseerd waren en
toen, dat ze zoo laat waren ingekomen,
dat het voor den betrokken wethouder
niet mogelijk was gebleken zich tijdig
op de hoogte t$ stellen.
En zoo werd ook dit punt aange
houden.
KERK EN SCHOOL.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te St. Nicolaasga en
Tjerkgaast (toez.), O. W. C. van der Veen
te Stadskanaal. Te Lollum, H. Th. van
Munster te Echten.
Bedankt: Voor Amsterdam. J. J. C.
Karres te Oosthem.
GEREF. KERKEN.
Tweetal: Te Groningen, Dr. J. Thijs
te Meppel, en J. L. v. d. Wolf te Kralin
gen.
Beroepen: Te Bierum, H. Steen te
Zoutkamp.
Bevestiging, Inirade, Afscheid.
Zondagmorgen werd Ds. P. J. S-t e e n-
beek' bevestigd bij de Ned. Herv. Gem.
te Kampen, door Ds. Steenbeek van Wier
den. f
Zendagavond deed de bevestigde le er-
aar zijn intrede met een predicatie over
2 Cor. 520. Daarna hield hij de gebrui
kelijke toespraken.
Na het uitspreken van den zegen werd
hem de zegenbede uit Psalm 134 toege
zongen.
Ds. J. J. Sta m, is voornemens op
Zondag 23 Sept. a.s. afscheid te nemen
van de Ned. Herv. Gem. te Amsterdam
(benoorden het IJ) en Zondagavond 20
(Sept. d.a.v. intrede te doen bij de Ned.
Herv. Gem. te Rotterdam, na des mor
gens bevestigd te zijn door Prof. Dr. J.
A. Cramer van Utrecht.
Jubileum.
Vandaag herdenkt Ds. H,-Hangelbroek
pred. der Geref. Kerk van Wirdum den
dag, waarop hij voor 25 jaren de bedie
ning van het ambt aanvaardde te Vijfhui
zen (Haarlemmermeer).
Kerk en sport.
Alle Gereformeerde Kerken in Schot
land strijden gemeenschappelijk tegen de
Zondagsontheuiging door spörtclubs en
spoorwegmaatschappijen, die op Zondag
goedkoope treinen laten loopen.
Eendergenen, die met de Gereformcir je>
Kerken voor deze zaak ijvert, zegt de
„Rctterd.", is de kampioen-sportman
Erich Li dell, die ter gelegenheid van de
laatste Olympiade te Parijs niet aap den
eindstrijd deelnam en verklaarde: „De
Zendag behoort aan God, aan Hem al
leen"..
Examen "Wiskunde
Naar wij vernemen, hebben de uitge-
noodigde examinatoren voor de hoc»gere
wiskunde vakken unaniem bedankt, van
wege 'het naar hun oordeel veel te lage
vacantiegeld, door de regeering voor dit
examen vastgesteld.
De irïspecteurs van het L. O., bij wie
voorheen liet schriftelijk werk van het
afgelegd examen wiskunde L. O. berustte,
ten 'einde ter beschikking te zijn voor elk
der candidaten voor zoover die woonden
in hun ambtsgebied, hebben bericht ont-^
vangen, dat dit werk voortaan zal berus-
ten bij den inspecteur van het M. O., Dr.
G. II. Coops, die het op verzoek van eenig
candidaat aan hen zal toezenden.
Examens Hoogduitsch M. O.
Behoudens.onvoorziene omstandigheden
zal het mondeling gedeelte van de exa
mens M. O. in de Hocgduitsche taal (akte
M. O. B.) (taalkundig gedeelte), voor zoo
ver die in het openbaar zullen worden ge
houden, dit jaar worden gehouden, en dit -
'jaar worden afgenomen te Groningen, in
het gebouw der Rijksuniversiteit, op de
navolgende dagen en uren: 21, 22, 23
en 24 Juli', telkens te 9.45 uur v.m. en te
1.45 uur n.m.,- en op 25 Juli te 9.45 uur
v.m.
Examens schoonschrijven M. O.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft bepaald, dat de com
missie tot het examineeren van hen, die
een akte van bekwaamheid wenschen te
verkrijgen in het geven van middelbaar
onderwijs in het schoonschrijven, voor het
jaar 1925 zitting zal houden te 's Graven-
li age en benoemd tot lid en voorzitter:
Dr. H. A. J. van Swaay, inspecteur van
het middelbaar onderwijs in de eerste in
spectie te 's Gravenhage; tot leden: G.
C. F. van der Laan, schriftkundige#en
oud-hoofd eener school voor openbaar
lager onderwijs,' wonende te Litn a. d.
Maas (Noord Brabant); K. Baars, hoofd
eener school voor openbaar lager onder
wijs te 's GravenhageJ. Cals, oud-hoofd
eerier bijzondere lager eschool, schoo.op
ziener in algemeenen dienst te Roermond.
Kerkelijk leven in Genk
Het keraelijk leven in Ge.it begjit voor
uit te gaan, naar de „Stand." meldt. Met
name in de kerk, gesticht door wijlen
Ds. A. A. van Schelven, den vader der
bekende Van Schelvens in Nederland.
Het portret van wijlen Ds. A. van
Schelven hangt in levensgroote buste
in de consistoriekamer cfer kerio, die hij
mocht beginnen te bouwen, n.l. de Bel
gische Cnristelijke Zendingskerk te Gent.
De arbeid, dcor Ds. v. Schelven be
gonnen, is later door onderscheidene op
volgers voortgezet.
Begin 1922 werd hij hervat dcor den
beroepen herder en leeraar Ds. L. Holt-
ngter, van Utrecht.
Deze vond het kerkelijk leven er bijna
geruïneerd, niet alleen door de ellende
van dc-n corlog, maar ook door de lange
vacature.
Met onvermoeiden ijver en vast en vu
rig gelooï, heeft deze jonge predikant
de hand aan den ploeg geslagen en we
kunnen zeggen, in drie jaren nie: omge
zien; daar hij onafgebroken, zonder vacan
tie, tot op heden bleef doorwerken. Hij
heeft de verstrooide schaapjes weer ver
zameld, het weggedrevene gezocht. Thans
is de vooruitgang in die mate, dat de
Synode der Kerk, vergaderd te Luik, met
algemeene stemmen het voorstel aprobeer
de, om er de ambten in te stellen. Zoo
zal dan binnenkort de Kerk te Gent esn
presbyteriale Kerk worden,naar zuiver Ge
reformeerde beginselen. Het gestrooide
zaad draagt dus vrucht.
De arbeid, eenmaal door Ds. Van Schel
ven begonnen, is niet te vergeefs geweest.
De Heere lcont het werk zijner knechten.
Uit het Sociale Leven.
Uit de bouwvakken.
De hoofdbesturen van de werkne
mersorganisaties in de bouwvakken
hebben thans van den Rijksbemidde
laar,. den heer Fruytier, afschrift ont
vangen van het jongste voorstel der
patroons, betreffende, een mogelijke
oplossing van het Plaagsche conflict,
en in verband daarmee, een mogelijke
totstandkoming van ëen landelijke col
lectieve arbeidsovereenkomst.
De hoofdbesturen van de werkne
mersbonden zullen a.s. Doi^derdag,
over dit voorstel vergaderen.
Naar wij vernemen heeft het hoofd
bestuur van den Algemeenen Neder-
landschen (moderne' Bouwarbeiders-
bond reeds besloten in bedoelde ver
gadering zich tegen dit het voorstel
te kanten en ook andere organisaties
zijn, zijn wij wel ingelicht, er tegen.
Zooals men weet stellen de patroons
voor, om tot den afloop van een
eventueel te sluiten C.A.Ü., in Den
Haag uitsluitend in daggeld te wer
ken. Dit beteeként, meenen de werk
nemers, dat de toestand nog slecfc
tef wordt, dan hij vóór het begin
van het confict was. Toen waren er
althans tarieven, al waren die ver
ouderd. Zou het werkgeversvoorstel
.worden aangenomen, dan zou de
waardeering van het werk geheel be
rusten bij de patroons en dat zou
tot veel strubbeling aanleiding geven.
De hoofdbesturen der vakbonden
stellen zich op het standpunt, dat op
lossing van het Haagsche conflict al
leen mogelijk is, als de werkgevers be
reid zijn de tarieven in onderling
overleg vast te stellen. Hun eenige
eisch is thans: praten over de Haag
sche tarieven.
Uit patroonskringen vernamen wij,
dat er bij de werkgevers wel bereid
heid bestaat dien eisch in te willi
gen. De Haagsche patroons zijn er
echter niet .voor. Zij stellen zich op
het standpunt, dat over de tarieven
niet kan worden onderhandeld.
Nader wordt gemeld, dat de chris
telijke en R. K. bouwarbeidersbonden
waartoe de stakende R. K. en christe
lijke schildersgezellen behooren, be
sloten hebben, de voorstellen der pa
troons, waarbij een tariefregeling bin
nen een maand in uitzicht is gesteld,
te aanvaarden, en dus de staking op
te heffen.
Waar de adviezen der gezamenlijke
hoofdbesturen der betrokken werk
liedenorganisaties luidden deze voor
stellen aan te nemen, is te verwachten
dat ook de moderne schildersgezellen-
bond die Donderdag vergadert tot
opheffing der staking zal besluiten.
De staking heeft met elkaar drie
maanden geduurd.
Het conflict bij de „Nieuwe
Waterweg.
Gistermorgen zijn alle werkwilligen
bij de Scheepsbouwmaatschappij „N.
Waterweg" te Schiedam, ongeveer
zestig man ontslagen. Het bedrijf ligt
thans geheel stil.
Drentsche arbeiders naar Twen':e.
Eenigen tijd geleden werd medege
deeld, dat te Enschedé, vermoedelijk
met steun van de regeering, ongeveer
500 arbeiderswoningen zouden worden
gebouwd. De bedoeling hiervan was.
dat deze woningen allereerst zouden
zijn bestemd voor de arbeiders uit
Emmen en omgeving.
Thans deelt „Het Volk" mede, dat
de regeering definitief tot hulp bij de
zen woningbouw heeft besloten. De
desbetreffende aangelegenheid zal zeer
binnenkort in den gemeenteraad van
Enschedé aan de orde komen.
Omtrent de tewerkstelling van de
desbetreffende arbeiders vernam het
blad, dat het in de bedoeling ligt. de
uitvoering der werkzaamheden in ver
ban met het nieuw te graven Twente
Rijnkanaal te bespoedigen, zoodat de
Drentsche arbeiders hierbij werk zou
den vinden. Meisjes en jonge vrouwen
zullen wellicht in de textielfabrieken
arbeid kunnen krijgen. -
EEN STORM IN EEN GLAS WATER.
Na. den stembusuitslag, zegt de „Volks
krant" heeft men geeh woord meer o\er
de tariefwet gehoord.
't is niet of Het ding niet bestaat.
Geen enkele linksche krant, liberaal
sociaal democratisch, heeft ook maar da
opmerking gemaakt, dat het domme
kiezerskorps door zijn votum de nood
lottige en verderfelijke wet heeft be
krachtigd, waartegen Schaper en Mar
chant en Dresselhuys zoo heftig en een
stemmig hebben uitgepakt.
Men had het druk over de sociaal
democratische overwinning, over den
vrijzinnig democrat ischen vooruitgang
over de nederlaag die Colijn had gele
den, over den „deuk major" aan de
coalitie toegebracht, enz. enz.
i r .ar geen enkel woord over de ta
riefwet.
Toch is het nog niet zoo heel lang
geleden, dat het land daverde van het
linksche rumoer.
Neèn, dat was een puur schandaal,
die wet te willen dOL -drijven, zonder
is*.:-.-,
Leiden, 15 Juli 1925.
Wat een mensch zich toch vergissen
kan!
Ik lees geregeld de „Nederlander"
en vond daarin de laatste weken niet
eens, maar herhaaldelijk de uitspraak
dat wat er ook gebeurt, de heer Co lijn
in geen geval als Kabinetsformateur
mag optreden.
En dat ik niet verkeerd las, meen
de ik te rhogen afleiden uit het feit,
dat alle bladen zonder uitzondering,
precies denzelfden indruk kregen.
Daarvoor waren de aanwijzingen dan
ook al te duidelijk.
Thans echter lees ik tot m'n niet ge
ringe verwondering in hetzelfde blad:
„De Nederlander heeft zich tot heden,
van elke aanwijzing of afwijzing van
tepaalde personen strikt onthouden en
hoopt in dezen weg te volharden.'
En daaraan wordt dan nog toege
voegd, dat de redactie in d% tot tiu toe
geplaatste artikelen geen geheimzin
nige toespelingen heeft kunnen ont
dekken.
Dat is toch wel wat kras!
Zóó te schrijven dat zoo ongeveer
alle lezers een anderen indruk krijgen
dan de schrijver bedoelt, lijkt me
geen kleinigheid.
Natuurlijk heb ik geen reden om dit
bedoelen in twijfel te trekken.
Alleen stel ik mè de vraag hoe een
artikel in de Nederl. er uit za! zien
waarin dan wel aanwijzingen of af
wijzingen van bepaalde personen voor
komen.
OBSERVATOR.
ctat de k.ezers waren geraadpleeg i, die,
aat wisten we zekér, vcor de overgroots
meerder ud vierkant tegen dat wange
drocht waren.
Wat Coiijn met de tariefwet had uit
gehaald, hadden vroegere ministers
nooit durven bestaan.
Daar zou Colijn voor boeten!
Wie ontvankelijk waren voor het hei-
densch gerucht door de linkerzijde ver
wekt, hielden hun hart vast en dachten
daar gaat Colijn en daar gaat de coalitie.
De verontwaard.gde kiezers zullen ze
wegbezemen en de linkerzijde, glorieu
ze overwinnaars, in den stembusstrijd,
zal als eerste werk de tariefwet intrek
ken, ten einde het volk van dezen
draak te verlossen.
De rustiger geesten taxeerden het ka
baal op z'n juiste waarde: een storm in
een glas water.
Hoe heftig de stembusstrijd ook was,
hoe hoog de golven der verbitterde wor
steling dok gingen, wat men afbrak en
beloofde, ten opzichte van de tarief-,vet
hield men zich muisstil.
't Was net of ze in eens haar ver
schrikking had verloren, of men met
zoo een kleinigheid zich het hoofd niet
kon breken, of men de brave kiezers
daar met mee mocht lastig vallen.
En na den stembusstrijd wordt er van
de tariefwet ni*t meer gerept.
Alles biedt stof aan de welversneden
pennen; alleen de tarief-.vet, waaraan de
heer Schaper een jaar geleden in „Het
Volk" roerende dithyramben wijdde,
wordt totaal vergeten en genegeerd.
Wij vestigen er enkel de aandacht op
om nog eens de waarde in het licht te
stellen, van het politieke goochelspel
dat de linkerzijde heeft gevoerd.
Geen kwaadaardiger aanval op de
volkswelvaart had dat vermaledijde
rechtsche kabinet ondernomen dan toen
het de tariefwet indiende en ging door
drijven.
Welnu, gc-en mensch praat er meer
over. of denkt er meer aan.
Het is een goede les die ook in de
nieuwe periode te pas kan komen: men
weet onderhand, wat van het Tndianen-
eeschreeuw der linkerzijde bij voorstel
len vin een reehtsch ministerie te
denken.
FEUILLETON.
Een doornig pad
(Uit het Engelsch).
33)
HOODFSTUK XVI.
Het einde nabij.
Maar de zomer kan niet altijd du
ren. Al spoedig viel de herfst in, met
regenachtige dagen en een bewolkten
hemel, waar geen zonnestraaltje door
drong. Don wist het niet, maar de
oogst was zeer slecht geweest, want
aanhoudende zware onweersbuien had
den de veldvruchten beschadigd, en
het land had millioenen verlorendoor
den slechten opbrengst van het koren.
Dit had een harden winter voor de
armen ten gevolge, daar alle levens
middelen waren opgeslagen. De prijs
van het meel en van liet brood was
wel niet zoo gestegen, dat het vee)
verschil maakte voor de meer gegoe
den of voor - hen, die vast werk had
den; maar voor Don en voor velen, die
gelijk hij, van de hand in den tand
leefden, was een kleiner stuiversbrood
je een groote slag. De bakkers waren
ook niet zoo gul meer met hun oud
bakken brood en gaven het niet licht
weg. zelfs niet wanneer Dotie's lief
bakkes je hen gretig over de toonbank
aankeek.
Toch verloor Don den moed niet, en
geen oogenblik kwam de gedachte in
hem op, Dotje over te geven aan het
lot, dat hij zoozeer voor haar vreesde.
Sedert lang wist hij niet meer wat het
was, geen honger te gevoelen; maar
hij was een jongen, bijna een man,
zooals hij trotsch bij zich zelven zeide,
en hij kon wel een stootje en een wei
nig honger verdragen, maar een jong
kind als Dotje niet. Zij was hem even
wel een beletsel in het ondernemen
van werk, waarmede hij veel meer
zou hebben verdiend, dan door al de
losse karweitjes, die hij bij de hand
nam. De aanhoudende waakzaamheid,
waartoe zijn vrees voor Dotje hem
verplichtte, maakte het noodzakelijk,
dat zij altijd bij de hand was, opdat
hij zich gedurig v/ih hare veiligheid
kon overtuigen. Als hij bij de dokken
naar werk liep te zoeken, kon men
zeker zijn, Dotje ergens in de buurt te
zullen vinden bij het kolenvuurtje van
een koopman in gebraden kastanjes of
bij een vruchtenstalletje. De vrees,
haar te zien wegrooven, vervolgde hem
meer en meer en vervulde hem met
steeds angstiger zorg. Hij kon haast
niet velen, dat zij een oogenblik uit
zijn oogen was. maar dit maakte, dat
hii niet. vooruit kwam
De sombere herfst maakte gaande
weg plaats voor den winter met zijn
korte dagen, waarop zoo weinig gele
genheid was om iets te verdienen. Don
had minder te doen en meer tijd om
te rusten, maar hij was nu altijd ver
moeid, en iedere stoep scheen hem zoo
vriendelijk toe, dat hij er wel een poos
je op wilde gaan zitten uitblazen. Hij
had nu in zulk een langen tijd niet op
een stoel gezeten, dat hij zich bijna
niet meer kon voorstellen, hoe gemak
kelijk en pleizierig de stoelen waren
in het gasthuis aan het strand, waar
hij voor het laatst huiselijke gezellig
heid had gekend. Gedurende vele
maanden had hij geen andere rust
plaats gehacl dan een stoep of een
steënen bank op een brug, of een plank
of een steen, dien hij toevallig vond
liggen. Hij had er vroeger niet aan
gedacht, maar nu al zijne leden pijn
deden en al zijn gewrichten zoo ver
moeid waren als tegenwoordig, kwam
het hem levendig voor den geest, hoe
gemakkelijk de schommelstoel met de
zachte kussens was bij juffr. Clack's
warm vuurtje, waarin hij wel eens
een enkelen keer had mogen zitten
met Dotje op schoot. Dotje zat nog dik
wijls op zijn knie, maar hoe gauw
was zij hem te zwaar. Toch behield
Don nog een goeden voorraad hoop en
moed, die bem te midden van *1 ®iin
honger en vermoeidheid het hoofd om
hoog deed houden. Nog maar een paar
maanden doorgeworsteld, dan was de
zomer weer daar, met al die heerlijke
zonnige avonden aan den oever der ri
vier. Hij had plan gemaakt om gedu
rende den winter lezen te leeren en
dit ook wel reeds in zoover ten uit.
voer gebracht, dat hij aan een paar
mensc'hen, die lezen konden, gevraagd
had, hem een paar Verzen te leeren uit
het kleine tekslenboekje, dat men hem
in het herstellingsoord gegeven had
Gelukkig waren sommige der verzen
daarin aangeschrapt met een zwarte
dikke streep, en de moeder uit het huis
had hem gezegd, dat hij deze teksten
bet eerst moest zien te leeren. Zijn
eerste vers was: „De Zoon des men-
schen is gekomen om te zoeken en za
lig te maken wat verloren was." De
woorden waren zoo eenvoudig, dat hij
ze gemakkelijk kon leeren; maar wie
was de Zoon des menschen?
De lieden, die hij daarnaar durfde
vragen, waren even onwetend als hij.
of, indien zij liet wisten, lachten zij
hem uit. of zeiden dat hij zijn mond
moest houden. Zij verlangden niet
aan Hem te denken te midden van hun
vreugdeloos, ellendig, zondig leven
Toch hadden do woorden een aange
nomen klank voor Don; zij herinner
den hem aan dia wonderschoons mu
ziek die hij in de Sint-Paul's kerk ge
hoord had, en dikwijls herhaalde hij
voor zich en Dotje: ,,£>e Zoon des men
schen Is gekomen -om te zoeken en
zalig te maken wat verloren was."
Gedurende den ganschen kouden
herfst en don donkeren winter was de
kleine meid welvarend en leefde ge
lukkig voort, zelf9 onder al de nijpende
zorg rordom haar. Wat Don ook ont
beren moest, Dotje had genoeg, als liij
hc*t maar eenigszins verschaffen kon;
011 gelijk alle kinderen was zij tevre
den als zij maar eten en kleeren had.
Eon tol uis kon Don haar niet bezor
gen, en nu en dan, hoewel de winter
nog niet streng was, had zij wel wat
van den regen en de koude te lijden.
Maar dcor zijn liefdevolle zorg deed
het haar niet veel nadeel; haar ge-
zichljs bleef rond en blozend, en zij
groeide sterk, zoo sterk, dat Don meen
de, dat het hare toenemende grootte
en gewicht was, waardoor het hem
zoo- zwaar viel, haar ook maar 'n kort
eindje te dragen. Dot was een vroolijk,
speeisch. babbelend, klein ding, zoo
vol gekheid, dat Don niet laten kon
met haar te spelen, hoewel hem het
zweet van het voorhoofd druppelde en
hij bijna geen adem kon halen.
(Wordt vervolgd).