NIEUWE LEIDSCHE COURANT VAN ZATERDAG 23 MEI 192S Aan hef einde der Week. Aan het kabinet-V andevijver e in Bel gië is geen lang leven beschoren ge weest. Het was nog nauw verschenen, of 't was al weer verdwenen, ja zelfs heeft men wel gezegd: het was al dood, nog voor het begonnen was te leven. Deze gang van zaken is te betreuren, want Vandevijvere is een buitenge woon knap man en het program der nieuwe regeering, zooals dat in de re- geeringsverklaring was uiteengezet, was zeker voor het volk niet van belang ontbloot. Met name denken wij hier aan het geen de premier zeide met betrekking (tot die ratificatie der conventie van Washington, inzake den achturendag. Het regeeringsprogram was ook in overeenstemming met den jongsten ver kiezingsuitslag; wat mag dan toch wel de reden zijn dat dit kabinet zoo kort van duur was? We zouden kunnen zeggen, dat hier de „politiek", dat woord dan in minder gunstigen zin genomen, aan 't woord is geweest. Over het lot van dat kabinet is buiten het parlement door de partijen beslist. Zoowel de liberalen als de socialisten hadden besloten met een motie van wantrouwen tegen het kabinet te ko men, zoodat het lot daarvan, nog voor het zich had kunnen uitspreken, reeds beslist was. Waarschijnlijk zal de eenige moge lijkheid om een regeering te vormen nu zijn een coalitie van de socialisten en een deel der katholieken, cialistische leiding. Het zou overigens wel gewenscht zijn, dat de nieuwe crisis spoedig opge lost wordt, omdat de geallieerden thans bezig zijn de laatste hand te leggen aan hun nota aan Duitschland over Eet ont- wapeningsvraagstuk. Ook de kwestie der oorlogsschulden roept om voorziening. Amerika heeft aan verschillende landen een aanma ning gestuurd om spoedig de oorlogs schuld af te betalen. De meeste nadruk valt hierbij op Frankrijk, dat de grootste debiteur der Vereenigde Staten is. Hoewel Frankrijk midden in allerlei moeilijkheden zit, is de aanmaning van Amerika toch in de Fransche pers I tamelijk kalm opgenomen. Men be greep dat iets dergelijks vroeg of laat moest geschieden. Voor den Franschen minister van fi nanciën, Caijlaux komt deze aanmaning j van Amerika wellicht niet op een onge- j legen tijdstip. Want om de Fransche financiën in orde te brengen, zal Cail- laux ongetwijfeld de belastingschroef wat vaster aan moeten zetten, wat steeds een pijnlijke geschiedenis is. Nu kan dit geweten worden aan de 'Amerikaansche vordering, en het is altijd prettig, de schuld op iemand of iets anders te kunnen schuiven. Daar komt dan nog bij, dat ook in Engeland de Fransche schuld weer op nieuw ter sprake is gebracht en op een desbetreffende vraag van een lid van (het Lagerhuis heeft Baldwin geant woord, dat men geen gelegenheid zou verzuimen, tot bespoediging van de af handeling dezer aangelegenheid. Behalve deze en andere financieele moeilijkheden heeft Frankrijk ook nog de krijgsverrichtingen in Marokko, waar de Rif-kabylen van Abd el Krm in het Fransche gebied zijn gevallen. Zij zijn er in geslaagd over een front van bijpa 100 K.M. tot een diepte van 20 a 35 K.M. in de Fransche grenszone binnen te dringen en trachten nu de daar wonende stammen tot opstand te brengen. De Fransche regeering heeft nu maar schalk Lyautey naar het bedreigde ge bied gezonden. Of en in hoeverre in de toestand in Ma rokko voor de Franschen ernstig is, is niet met zekerheid mede te deelen, doch het feit dat over de vijandelijkheden in Marokko zulk een waas van geheimzin nigheid hangt, alsmede dat in Frank rijk de censuur is ingevoerd met be trekking tot de berichten uit de ge vechtszone doet vermoeden, dat de toe stand daar nog lang niet in orde is. Uit het grijs verleden. DE LOTGEVALLEN DER BOEKEN I. Wie voor 'teerst, b.v. op 'tgymna sium, een Latijnsch boek van den een of anderen ouden schrijver in handen krijgt, denkt er niet aan te betwijfe len, of die tekst wel volkomen 6ver- stemt met 't origineel Zóó heeft Caesar z'n gedenkschriften van den Galli- schen oorlog geschreven, zoo als wij die vinden in Meusel's uitgave van het „Bellum Gallicum." En de tekst der Catilinaria, zooals die in de Teubner- editie voor ons ligt, is woord voor woord gelijk aan de redevoeringen, die Cicero indertijd uitsprak. Zooals 't gewoonlijk gaat in 't leven, komt later de wetenschap dat naieve geloof verstoren. Zij dwiif&t ons, ons af te vragen, wat er al niet is voorge vallen tussehen den dag, waarop Ci cero in den Senaat zijn redevoering uitsprak en dien, waarop wij haar lezen. „Habent sua fata libelli", de boeken hebben hun lotgevallen, heeft reeds een Romeinsche dichter gezegd; gaan wij die lotgevallen eens na. De tekst, zooals hij voor ons ligt, is van den een of anderen uitgever, en dan bedoelen wij met uitgever niet, zooals gewoonlijk, wat de Duitschers noemen den „Verleger", d.w.z. den- gene, die het boek heeft laten drukken en in den handel gebracht, maar dan „Herausgeber", den geleerde, die de uitgave ervan bezorgd heeft. En waar heeft die uitgever den tekst gevonden? In een vroegere editie, die op haar beurt weer in hoofdzaak ge lijk was aan een nog vroegere, enz. Zoo kunnen wij teruggaan tot den eer sten gedrukten tekst. Maar dan verder waar heeft die eerste uitgever zijn tekst gevonden? Dan zijn wij in de middeleeuwen, toen de kloosterlingen vrijwel de eenigsten waren, die zich om de wetenschap bekommerden en zoo zal dan die eerste gedrukte tekst wel zijn afgedrukt naar de handschrif ten, gevonden in de een of andere kloosterbibliotheek. En dit handschrift is weer overgeschreven van een ander, en zoo vervolgens tot wij eindelijk uit komen op den "dag, dat Cicero zelf den tekst van zijn redevoering had kunnen schrijven of dicteeren. Wanneer Cicero een redevoering uit gaf, kreeg zijn uitgever óf den tekst der rede, zooals hij zelf dien had neer geschreven, óf het door zijn secretaris Tiro opgenomen stenogram. iTiro, de geleerde vrijgelatene van Ci cero, had een soort van stenographie uitgevonden of vervolmaakt, welker afkortingen soms uit een, doch ge woonlijk uit twee teekens bestonden; waarvan het eene het begin van het woord aanduidde en het andere het eind. Zoo beteekende b.v. een h met een punt rechts „homo" (mensch), met een punt links „hic" (hier), met een punt er boven „hodie" (heden) en met een punt er onder „heri' (gisteren). Dank zij het „Lexicon Tironianum" dat tot de Oudheid teruggaat en in meerdere handschriften is bewaard gebleven, kan men deze teekens thans nog lezen. Zelfs heeft deze stenogra phie als voorbeeld gediend voor hen die de moderne stelsels uitgevonden hebben. Cicero's uitgever was zijn vriend A11 i c u s. Atticus was een rijk man, die veel van mooie boeken hield. Dat was vroeger, nog meer dan tegenwoordig, een kost bare liefhebberij, maar hij wist er handig als hij was tevens een aar dige bron van inkomsten van te ma ken. Hij had een groot aantal slaven, die geschikt waren voor afschrijvers of die hij daar geschikt voor maakte, en die zette hij aan het werk. De afschrij vers, die hij voor zichzelf niet noodig had, liet hij voor het publiek werken en de aldus vervaardigde boeken wer den dikwijls tegen hoogen prijs ver kocht. Men had ook ,toen beter verzorgde en goedkoopere uitgaven, welke laatste dikwijls met groote onachtzaamheid bewerkt waren. Men dicteerde dan te gelijkertijd aan meerdère schrijvers en gaf zich niet de moeite de afschriften te corrigeeen, er kwamen dan ook tal rijke fouten in voor. Dit is niet te ver-, wonderen, want de afschrijvers (sla ven, voor wie het Latijn dikwijls een vreemde taal was) hooiden of begre pen verkeerd, waren er ook wel eens met hun gedachten niet bij en 't ge volg van een en ander was, dat reeds de eerste uitgave die het licht zag vol fouten zat. Deze boeken waren naar verhouding niet zooveel duurder dan in onze da gen. De oplaag was evenwel uit deil aard der zaak zeer beperkt, zoodat spoedig een nieuwe editie noodi'g was. Leefde de schrijver nog, dan kon hij zijn werk herzien, maar Cicero reeds beklaagde zich er over, dat men de cor recties, waarop hij aandrong, niet aanbracht. Uiterst duur en een groote zeldzaam heid was een exemplaar, door de hand van den schrijver zelf gecorrigeerd. Zoo beroemde Valerius Probus, die in de eerste eeuw leefde, zich er op, dat hij de Georgica las in een exemplaar, door Virgilius gecorrigeerd. De boeken waren in dien tijd ge - woonlijk op zeer lange rollen van slecht Egyptisch papier geschreven, zoodat men iederen keer als men een passage wilde opzoeken, bijna de ge- heele rol moest openvouwen. Zij waren spoedig onbruikbaar of gingen verloren; wij bezitten dan ook geen enkel handschrift, van den au teur zelf afkomstig of zelfs bij diens leven geschreven. Alleen kunnen wij tengevolge van de verwoesting van Herculanum, dat in 79 onder de asch van den Vesuvius begraven werd, een gedicht over den slag bij Actium le zen, minder dan vijftig jaar na de ge beurtenis op een papyrus geschreven. UIT DE OMGEVING. KOUDEKERK. Dinsdagmiddag had de heropening plaats van het gedeeltelijk nieuw en vernieuwd' „Tehuis voor ouden van idagien" in onze gemeente. In tegenwoordigheid van B. en Wl en den Raad, diaconieën en armbe sturen te dezer plaatse met de predi kanten der gemeente, geneesheer, ar chitect en de aannemers van het werk, opende de heer Ant. van Egmond de voorzitter van het Burgerlijk Arm bestuur, de samenkomst, heette alle autoriteiten welkom en sprak zijn groote blijdschap er over uit, dat de dag was aangebroken, dat een har telijke wensch van het Bestuur in viervulling ging, omdat verandering zoo dringend noodzakelijk' was. Spr. gaf een vluchtig overzicht van de ge schiedenis van het voormalig arm huis, het ontstaan, het primitieve van ihjet gebouw waarin voor vele jaren een wijnhandel was gevestigd, de on- doielmatige inrichting, zoodat het te recht bij vreemden verbazing en bij' hen, die er dagelijks moesten vertoe ven of er van tijd tot tijd mede in aanraking kwamen, min of meer er gernis opwekte. De eischen waren ie venwel voor 25, 30 of 40 jaren niet zoo hoog maar sinds de laatste jaren vooral, deden zich meer en meer de behoeften gevoelen tot verandering te geraken en werden soms plannen bleraamd om tot opheffing of radi cale verbetering te geraken. Maar belaas, even zooveel plannen gingeri' van tijd tot tijd den doofpot weer in, vooral daar de wereldoorlog ook de nawerking onder ons deed gevoelen. !Hiet vorig jaar evenwel kwam de kwestie bij vernieuwing aan de orde :en men kwam voor de keusopheffen of verbeteren. Een plan werd aan geboden en na een kleine wijziging door den Rijksbouwmeester, door den Raad goedgekeurd. Spoedig ging het np vooruit en dank zij' den toenmali- gen burgemeester, den heer Oeberius Kapteijn en den heer Rollema, ge- pieente-secretaris, werden de plannen [heel vlug door Ged. Staten goedge- keurd. Tot aanbesteding onder de am bachtsbazen in onze gemeente werd overgegaan en ondanks het winter getij, maar dankzij den zachten winter werd de bouw aangevangen, Met veel getob van de zijde der bewoners, hoe wel de vader en moeder er zich dap per doorsloegen, werd het geheel on der de kap gebracht 'en nu mogen wij, na algeheele afwerking, getuige zijn van de groote verbeteringen die tot stand zijn gebracht en terecht mo gen wij als inwoners dezer gemeente, met trots daarop neerzien. Aan allen, die op de een of andere wijze hebben medegewerkt, wordt dank gebracht en den armbesturen wordt het „Te huis voor ouden van dagen" aanbe volen als een geschikte plaats voor hen die hulp en onderdak behoeven. Vader en moeder hebben reeds jaren blijken gegeven dat de zorgen aan goede handen zijn toevertrouwd en het Bestuur is actief en blijft het, opdat er van de gemeente geen al te groot offer worde gevraagd. De voorzitter eindigde met dezen wensch dat' Gods zegen rijkelijk op het „Te huis" en haar inwoners moge rusten. iMiededeeling wordt gedaan dat en kele genoodigden niet aanwezig kon den zijn en een sympathiek schrijven wordt voorgelezen van den vorigen burgemeester, den heer Oeberius Kap teijn, w.i. a.m. de mededeeling dat hij' wegens een vergadering te Rot terdam de opening niet kan bijwo nen, maar heel spoedig de zaak in oogienschouw hoopt te nemen. Hierna verkreeg de burgemeester Ihiet woord. Spr. dankte het bestuur namens B. en W. en den Raad voor de uitnoodiging bij de opening tegen woordig te zijn en bracht hulde aan het Bestuur voor hetgeen hier is tot stand gekomen; de zaak is nu in orde. Z.Ed. Ach tb. kan kort zijn, om- (dat de zaak in 'zijn geheel is be handeld en afgehandeld door zijn voor ganger. Evenwel wil hij constateeren dat de Raad een uitnemend en goed werk heeft verricht, het verzoek van het Burg. Armbestuur zoo te steu nen, dat het in staat werd gesteld zulk feen schoone stichting met zulk een kostelijk doel daar te stellen. Wij' mo gen zieer terecht trotsch zijn op dezen middag en het Bestuur geluk wen- schen dat hun pogingen en hun werk met zóó'n goeden uitslag" zijn beloond Spr. hoopt, dat het meden den levens avond van hen die hier zullen ver zorgd worden, mag verhelderen. Ds. Israel wenschte het Bestuur hai telijk geluk met het verrij'zen van dit schoone gebouw. Ook Ds. Haspers sprak nog warme woorden van waar- Idieering voor het Bestuur en vadeT en moeder. De voorzitter dankte al de spre kers waarna de gasten werden rond geleid om het gebouw in oogenschouw te nemen. Van alle kanten werd het geheel geprezen, ook voor wat den eenvoud en het rustige betreft. De heer Corts ambtenaar ter secretarie alhier, was zoo vriendelijk om bij deze gelegen heid kiekjes te nemen. Des avonds van 7—9 uur was er gelegenheid tot bezichtiging, waarvan een flink gebruik is gemaakt, ook aan ide bezoekers werd koffie gepresen teerd, zoodat het „Rusthuis" den ge- heelen avond een fleurigen aanblik gaf en met opgewektheid werd gekeu veld en geredeneerd over de groote verbetering "welke tot stand is ge komen. Op Dinsdagavond 26 Juni te half acht hoopt voor de A.R. Ki&vereeni- ging „Nederland en Oranje" alhier op te treden de Weleerw. heer Ds. van Lummel van Zuidland op de bo venzaal van hotel De Bruin. Ds. van Lummel, bekend als een geestig redenaar, onoverwinlijk de bater en een van de oude veteranen in het politieke kamp, te hooren, is werkelijk een buitenkansje. Niemand verzuime dan ook te ko men, zoomin vóór- als tegenstander. (Hiet Bestuur verzoekt allen op tijd te komen in verband met de plaats ruimte. Deze week had het zoontje van den broodbakker v. D. alhier bij het over een hek klimmen, het* ongeluk dat hij viel en een been brak. In een onbewaakt oogenblik ge raakte Donderdagmorgen een ander- halfjarig knaapje van C. P., wonende in den Hondsdijk alhier te water. Ge lukkig werd de kleine nog bijtijds! door een buurman drijvende opgei- merkt, waarna de kleine behouden1 op het droge werd gebracht. Bij de gemeentepolitie zijn in lichtingen te bekomen omtrent een gevonden polsstok. Ned. Herv. Gem. Zondag 9130 en 6.30 uur Ds. Israel. Geref. Kerk Zondag 9.30 en 6.30 I uur Ds. Haspers. SASSENHEIM. Burg. Stand. Geboren:: Adrianus [Wilhelmus zv. W. J. v. d. Voorn en H, A. v. d1. Zwaan; Theodorus Jo- haninles, zv. G. A. P. Huijskes en J. P. v. d. Ham; Annetje Elizabeth' dv. L\ B. Verdoes en P. A. Ciggaar. Ondertrouwd: Johannes Aangeen- brug, 24 j. en Margaretha Jacoba Knoppert, 24 j.; Adrianus van den Nieuwendijk, 27 j. en Joanna Anna Mens, 24 j.; Cornells Rutgers Rotte veel, 32 j., wedn. v. A. van Riek en Rosa Nied, 36 j. Gevestigd: A. F. van den Berg, Hoofdstraat 30a van Noordwijkerhout Th. G. van W,leringen, Menneweg 14 van Woubrugge; Mej. J. Bax, Hoofd straat 233 van Voorhout; Mej. B. M. van der Voort, Hoofdstraat 231 van Leiden. Vertrokken: Mej. C. J. Elsgeest, van Floris Schoutenstraat '27 naar 'Haarlem; R. Brussee, geb. Heems kerk van Zuiderstraat 29 naar Rijins- burg. Leidsche Penkrassen. Amice, Ik spreek den laatsten tijd nogal ■eens menschen die zeggen niets voor de politiek te gevoelen. En ik kan dat tot op zekere hoogte zoo heel best begrijpen. '(Werkelijk in de politiek is 'took niet alles. Het politieke strijdperk maakt vaak een weinig verheffenden indruk, ien de wapenen die over en weer ge bruikt worden, kunnen lang niet al tijd den toets der critiek doorstaan. Er worden menigmaal allerlei be loften gedaan, die nooit vervuld wor den, aan de kiezers wordt in ver kiezingsdagen allerlei moois voorge spiegeld waarvan in de practijk nooit wat terecht komt en het gevolg is. dat het hoofdstuk waarboven men had kunnen schrijven „teleurgestelde ver wachtingen", een buitengewonen om vang krijgt. Nu is dat volstrekt niet altijd de schuld van de partijen en hare pro pagandisten, maar .ook wel van de kiezers die zich zonder dat daarvoor eenige grond is, allerlei illusies vor men die later niet voor verwezenlij king vatbaar blijken te zijn. Zoo zijn er b.v. menschen die he rwaar hebben nu nog langer de A.R. randidaten te stemmen, omdat tal van orogrampunten nog niet tot uitvoe ring zijn gebracht. Waarom, zoo vraagt men, is de 'ondagswetgeving nog niet afdoende leregeld, waarom is de staatsloterij' og steeds niet afgeschaft, waarom werd de doodstraf nog niet ingevoerd? Wat geeft het, zoo zegt men; o_p die manier, of ik nog A.R. stem En dile worden in hunne meening ge sterkt, door de kleine partijen die er speciaal hun werk van maken de A.R. partij te bestrijden en die maar steeds doorgaan een tegenstelling te maken tussehen onze beginselen en de practiik, zonder rekening te hou den met de werkelijkheid. Met deze werkelijkheid, amice, dat de A.R. partij nog altijd een be trekkelijk kleine groep is, die er niet aan kan denken alles naar hare hand te zetten. Zij is nog altijd in de min derheid en heel ver in de minderheid ook, zoodat er heel wat stuurmans kunst noodig is, om althans iets te bereiken. En dat „iets", dat is als we de za ken goed b'ezien, toch ook weer héel veel. Laat ik maar eens - enkele dingen noiemen. Er is een tijd geweest dat alleen vrijzinnigen benoembaar warén voor allerlei gewichtige betrekkingen. Dat is anders geworden en dat is van niet te onderschatten beteekenis. Want die liberale regeerders, wisten heel hun omgeving liberaal te stem pelen. Wij jongeren, die Farao niet giekend hebben weten dat niet zoo goed, maar vraag het maar eens aan oudere meelevende broeders wat dat in de practijk b'eteekende. Ik wijs verder op onze scholen. Ja, ik wieet het ook wel, amice, dat we ons ideaal nog niet hebben bereikt. ;En dat behoeft ook niet al te zeer tie verwonderen; omdat het nog vol strekt niet zeker is, wat nu precies de vervulling van dat ideaal zou b'e- teekenen. Vraag het aan de voorman nen wat de leuzen: „de vrije school" en „de school aan de ouders" nu pre cies inhouden en dan blijkt wel, dat men het lang niet altijd eens is, om dat zich hier in de practijk zoo ont zaglijk veel moeilijkheden voordoen. Maar we hebben dan toch alvast dit gekregen amiec, dat ons recht is erkend, en dat onze vrijheid vol ledig is gewaarborgd. Onze ondter- wijzers worden in niets gehinderd om de kinderen op te voeden in de vreeze en vermaning des Heeren en om hun onderwijs te baseeren op Gods Woord Is dat niet een zaak van ontzaglijke bleteekenis Och, wij waardeeren vaak zoo wei nig omdat we allerlei dingen als van zelfsprekend beschouwen. Maar als we een vergelijking 'maken tussehen dien Itijd zooals die was toen Groen ■en Kuyper en Lobman en zoovele an deren zich in het harnas staken, moe ten we dan niet erkennen dat inder daad zeer Veel b'ereikt werd? Heb ben we dan niet stof te over om oot moedig te danken voor zoo rijken ze gen? En is het dan niet schrikkelijk ondankbaar amice, als we bij het zien van dat alles onbewogen blijven en zelfs met een zekere minachting dur ven spreken over de oplossing van den schoolstrijd. De ruimte wr-trover ik de beschik king heb laar - e toe op deze din gen breedvoe'é* "n te gaan, waarom ik volsta met op nog een paar pun ten de aandacht te vestigen. Er wordt zooals ge weet van zekere zijde voortdurend getracht om de grondslagen van ons volksleven die ionbetwistbaar een Christelijk karak ter dragen, om te keeren. Onze huwelijkswetgeving, zoo zegt imen, is verouderd en voldoet niet aan meer „moderne" begrippen, welke begrippen met wat Gods Woord ons omtrent het huwelijk leert, al heel Weinig gemeen hebben. Met ons strafrecht staat het al niet anders. De begrippen van schuld en straf worden geacht uit den bboze te zijn en men eischt dat onze wetgeving op meer moderne leest zal worden geschoeid. Onze Zondagswetgeving wordt uit den tijd geacht. Men eischt meer vrijheid en minder een rekening (houden met Gods gebéden. En nu is de groote grief tegen 'de rechtsche partijen in het algemeen gp tegen de A.R. partij1 in het bijzon der, dat zij' dezen stroom heeft weten te keeren en dat zij de ontkerstening van ons volk heeft weten tegen te houden. Is dat van belang, amice, of niet? Het antwoord kan natuurlijk niet an ders dan toestemmend luiden en daar mee is tevens weerlegd het praatje dat de A.R. partij; toch niets doet en dat zij niet veel heeft .weten te bereiken. IMaar ik Weer terug tot mijn uit gangspunt en dan herhaal ik amice, te kunnen begrijpen dat er zijn, die vjjil de politiek,' ook van de Chrj*te- lijke politiek een afkeer hebben. Wat op dat gebied gedaan wordt is vol strekt niet volmaakt en zonder zonde. Er is daar veel te veel een zoeken van eigen eer, eigen belang, een vechten om de eerste plaats, een ver bijten en vereten van elkaar. Er is heel wat kwaad van de poli tiek te zeggen. En toch, amice, daarmee is deze zaak niet afgedaan. De Heere Jezus heeft voor Hij ten Hlemel voer, zijn discipelen en dat waren óók menschen met zonden en gebreken den uitdrukkelijken last gegeven, van Hem te getuigen. Dat was niet een verzoek, of een Wensch, maar een bevel. En dat bevel geldt ook voor ons !en ook voor het politieke leven. Laten we zoo de zaak bezien, amice, want dan zien we perspectief. Dan weten we immers, dat het sla gen van dat werk niet van ons af hangt, dan weten we, dat we bij 'de beoordeeling van dat werk niet al lereerst hebben te Jatten op de uit komst maar op het doel; dan weten we het ook, dat ondank onze zonden en gebreken en ons tegenwerken vaak (het doel dat God zich heeft gesteld Zal worden bereikt. Want onzen verheerlijkten Heiland Ss gegeven alle macht in hemel en op aarde. En nu komt het er voor ons maar op aan of wij Hïem willlen dienen en gehoorzame?!. .VERITAS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 6