CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN 1437 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal 2.50 Per week 0.19 Franco per post per kwartaal I 2.90 BUREAUHooigracht 35 - Leiden Tel, 1278, Postgiro 58936, Postbox 20 Y Olympische Spelen. Niet zonder verbazing heeft ons volk kennis genomen van een door Minister de Visser ingediend wetsontwerp om een rijksbijdrage van een millioen gul den beschikbaar te stellen aan het Nederlandsch Olympisch Comité voor de kosten van voorbereiding en het doen houden van de Olympische Spe len in 1928. In de memorie van toelichting bij dit ontwerp wordt opgemerkt, dat de voorbereiding der Olympiade een zaak van gropte nationale beteekehis Js en dat daarom met de verleening van re geering «steun* zeer groote belangen ge moeid zijn. Deze styling wordt clan nader als volgt uitgewerkt De vooroefening en voorbereiding van al hetgeen rqet de Olympische Spelen samengaat en verband houdt zal in hGoge mate de beoefening der lichamelijke opvoeding bevorderen en deze, zoo wordt verder gezegd, in al gemenen zin ten goede komen. Ook met betrekking tot de kunst beloven de a.s. Olympische Spelen voor ons land van belangrijke beteekenis te worden. Door het samenroepen in ons land van alle kunstenaars der wereld, die voelc-n voor hernieuwing van het klassieke huwelijk tusschen sport en kunst en door een talrijke deelneming van onze eigen kunstenaars in de ver schillende afdeelingen zullen de Olym-, pische Spelen op een breeder stand punt worden gepaatst. Verder zullen og, afgezien van het onmiddellijke materie e le voordeel, voortvloeiende uit de aanwezigheid - hier te lande gedurende vele wéken van duizenden vreemdelingen, deze spolen rechtstreeks en zijdelings de relaties van ons land met het buiten land versterken en uitbreiden. Do verdere voorbereiding der Olym pische Spelen zal gedurende de eerst komende jaren, aldus gaat de minister voort, d? internationale belangstelling op Nederland concentreeren. De recla me c]} groote schaal, die in de buiten lands che pers voor de Olympische Spe len zal worden gemaakt, zal vanzelf de aandacht vestigen op -ons land, op cnze scheepvaart, onzen handel en on ze industrie, 't Vreemdelingenverkeer zal worden bevorderd, niet alleen tij dens de spelen, maar ook daar voor en vooral blijvend in de toekomst. Verwacht mag worden, dat uit een en ander de handel profijt zal trekken en ook onze industrieën ér de voordee- len van zullen plukken. Teil slotte wordt betoogd, dat van niet minder groote beteekenis is: de versterking van de banden met het buitenland, die dè spelen zullen ople veren. Als van bijzonder gewicht mag daar bij gelden, dat bij de Olympische Spe len van 1928 voor het eerst pa den we reldoorlog weer mededingers uit alle landen elkander zullen ontmoeten. Be zorg om weer te hereenigen, wat ook op dit gebied vele jaren geschei den, was, is aan ons land voorbehou den, stelt hooge eischen, maar heeft voorzeker- ook een niet te onderschat ten moreele waarde. In dit opzicht koestert men in het algemeen in het buitenland de hoogste verwachtingen, van ons. De kos^n zijn geraamd op twee mil lioen gulden. Een rijksbijdrage op de helft van dit bedrag acht de regeering alleszins gerechtvaardigd. Deze bijdra ge kan verdeeld worden over de jaren 1925—1928, telkens tot een gelijk be drag. Vandaar het voorstel om op de staats begrooting voor 1925 Voor dit doel een subsidie van 250.000 gulden uit te trek ken. Deze jaarlijksche som is te be schouwen als een maximum. Zij zal niet ten volle besteed behoe ven te worden, wanneer de bijdragen van andere zijde, waaromtrent tot dus ver nog geen zekerheid bestaat, de ra ming der ontvangsten ten goede zul len komen. Tot zoover de toelichting, waardoor echter naar het ons voorkomt, het ont werp nog volstrekt niet aannemelijk is gemaakt, zooals wij in het volgende nummer hopen aan te toohen. STADSNIEUWS. Sen maaitijd ten Hcve. De Koningin heeft het voornemen, naar aanleiding van haar promotie tot doctor in de rechtsgeleerdheid honoris causa, op 25 Februari een maaltijd aan te bieden, waartoe, behalve leden van Hr. Ms. hofhouding, zijn genoodigd: jhr. mr. N, C. de Gijselaar, voorzitter van. curatoren der Rijksuniversiteit te Lei den; professor mr. A. J. Blok, rector- magnificus der Rijks-universiteit te Leiden; professor dr. D. van Blom-, decaan van de faculteit der rechts geleerdheid der Rijks-universiteit te Lei den; prof. dr. W. de Sitter secretaris van den senaat der Rijks-universiteit te Lei den; prof. mr. A. S. dc Blécourt, secre taris van de faculteit der rechtsgeleerd heid van de Rijks-universiteit te Leiden; mr. J. E. Boddaert, secretaris van cura toren der Rijks-universiteit te Leiden; de heer W. H. Dudok van Heel, praeses collegii C.A.L.B.S.; rq^j. L. C. Dufour, praeses der Ver. Van Vrouwelijke Stu denten te Leiden;- de heer H. L. M. van Schaik, abactis collegii G-A.L-B.S.; mej. J. G. Bleuand v. Oordt, abactis der Ver. van Vrouwelijke stüdónten te Leiden; de heer P. J. de Kanter, praeses van de faculteit der rechtsgeleerdheid aan de rijks-universiteit te Leiden; de heer B. M. Telders, secretaris van de faculteit der rechtsgeleerdheid aan de Rijks-uni versiteit te Leiden en de heer j. D. Zim merman, commandant van de eerewaeht van Pro Patria. De ziekenhuis-affaire. Voor het gerechtshof te 's Gr^venhage heeft terecht gestaan de bouwkundige J. M. de G, uit den Haag, gedetineerd, die door de Haagsche rechtbank wegens het als ambtenaar aannemen van giften, we tende, dat zij hein gedaan wérden om hem te bewegen iets ih strijd met zijn plicht na te laten is veroordeeld tot 2 jaar gevangenisstraf met aftrek van de preventieve hechtenis. Lie beklaagde zou, terwijl hij was be last met het toezicht op de leveringen voor den bouw van het academisch zie kenhuis te Leiden, van een aannemer eenige keeren giften ten bedrage van 1000 hebben aangenomen, om bij de leveringen niet te nauwlettend toe te zien. Bekl. gaf het ontvangen van het geld toe maar ontkende dat hij daarvoor iets gedaan had, wat niet in orde was. Trouwens het eigenlijke toezicht werd door ondergeschikte opzichters uitge oefend. De procureur-generaal, mr. del Cam- po, was met de rechtbank van meening, dat het feit bewezen is. Bekl. is reeds schuldig, omdat hij de giften aannam, terwijl hij wist, welke bedoeling er ach ter zat. Welke gevolgen dit nu gehad heeft doet verder niet meer ter zake. Nadat spr. er nog op gewezen had, dat ook deze beklaagde zich verrijkt heeft ten koste van den staat, en zich een aan merkelijk vermogeh in korten tijd heeft weten te verzamelen, vroeg hij bevesti ging van het vonnis der rechtbank. Dezelfde bekl. stond vervolgens nog maals terecht. Door de Haagsche recht bank is hij wegens verduistering van eenig hout veroordeeld tot 1 jaar gevan genisstraf met aftrek van de voorloopige hechtenis. Bekl. heeft, 'terwijl hij werk zaam was bij den bouw van het Aca demisch Ziekenhuis te Leiden eenig hout gebruikt om er voor zichzelf een voorkant van een prieeltje 'van te laten maken. Bekl. heeft echter zoowel het hout als het arbeidsloon vergoed. Ook -heeft bekl. eenige brandstoffen van het bouwwerk voor zichzelf gebruikt. Daar voor had hij echter toestemming ge vraagd, omdat hij thuis moest werken. De- procureur-generaal eischte 9 maan den gevangenisstraf met -aftrek van voorarrest. (Bekl. heeft voor deze zaak juist ongeveer 9 maanden preventief ge zeten.) Uitspraak in béide zaken op 2o dezer. Frof. Mr. Van Eysinga. De Volkenbondsraad heeft, in over leg met de Voikeribondscommissie voor het verkeerswezen, prof. Van Ey singa benoemd tot lid van cle juristen commissie, die clen Volkenbondsraad advies moet uitbrengen over de rech ten van Polen met betrekking tot de vestiging van een Poolsche spoorweg directie op het grondgebied der vrije stad Dantzig. Met prof. Van Eysinga vormen prof. Vivante, te Rome, en de directeur-generaal der Zwitsersche spoorwegen, Njquille, deze juristencom missie. Gemeenteraad De Raad der gemeente zal a s. Maandag des nam. te 2 uur vergaderen ter be handeling van de volgende onderwerpen: ie. Voorstel, tot verhuring van een streok' grond aan' de Fruinstraat en de Cobctstraat, aan de Chr. Gyrtinastiek- en Schermvereeniging .,Jahn". (32) 2e. Voorstel tot verkoop van een rtrook grend van de kadastrale perceelen Sectic L Nis. 538 en 1254, aan den Staat der Nederlanden. (30) 3e. Voorstel om de psrceilen gemeente Leiden, Sectie P Nis. 843 t.m. 848, 888, 889 en 169, te ontslaan uit het hypo thecair verband, gelegd tot zëkerheid van de betaling van de kosten van straataanleg cp een terrein tusschen den Rijnsburger- weg en den Warmondérvveg door de N.V. „Leidsche Exploitatie-Maatschappij voor Onroerende goederen". (33) 4e. Voorstel tot verlenging van den termijn van ontruiming van verschillende onbewoonbaar verklaarde perceelen. (36) 5e. Praeadvies op het verzoek van A. Kelfkens, om toekenning van een uitkee- ring 'uit de gemeentekas, wegens geleden schade bij de uitvoering van het vernieu wen van een gedeelte walmuur aan de Bccmmarkt. (28.) 6e. Verordening, regelende de samen stelling en den werkkring van de Gomffi. van Fabricage. (37) 7e. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 14 November 1918 (Gem.-blad No. 43), regelende de samen stelling van de bureau's van Gemeente werken, van de Gemeentelijke Reiniging en van het Bouw- en woningtoezicht. (37) 8e. Balans ep Verlies- en Winstrekening van de Vereeniging tot Bevordering van den Bouw van Werkmanswoningen, dienst '925- (34 en ,35) 9e. Voorstel tot wijzigirtg van den aan vang van het schooljaar voor de Buiten gewone school voor Lager Onderwijs. (38) 10e. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 23 September 1922 Gem.-blad no. 56), op de Veemarkt ne. voorstel: a. tot het aangaan van een overeen komst van huur, betreffende den linker vleugel van het Militair Hospitaal aan den Mcrschweg ten behoeve van de vestiging in dat gebouw van den Districts-Keurings- dienst van Waren b. tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van de kosten van inrich ting van dien keuringsdienst in het sub a gencemd gebouw. (31) ADVERTENTIE-PRIJS Gewone advertentiën per regel 22*/* cent Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief. Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruitbetaling van ten hoogste 30 woorden, worden dage lijks geplaatst ad 40 cent. BINNENLAND. D9 wijziging der Invaliditeitswet. In de Memorie van Antwoord op het aftleelingsverslag der Tweede Kamer betreffende het wetsontwerp tot wijzi ging der Invaliditeitswet, verwijzen de ministers Aalberse en Colijn ten aan zien van den geuifen wensch naar ver- licoging der rente, aan den eenen echt genoot toegekend in gevolge een der wetsbepalingen na intrekking der ren te, aan den anderen echtgenoot toege kend, naar het door minister Aalberse gegeven antwoord op de desbetreffende vragen van mevrouw BakkerNort. waaruit zal zijn gebleken dat er naar het gevoelen van dien minister geen klemmende- bjUijklieidsgronden voor die verhooging bestaan. Minister Aalberse voegt er thans nCti aan toe, dat het Bestuur der Rijksver zekeringsbank tot intrekking van een rente als hierbodoeld eerst pleegt over te gaan bij een aanslag in de Rijksin komstenbelasting naar een inkomen, dat min of meer aanmerkelijk een be drag van f 1200 te boven gaat. Uit de Communistische partij. De Executieve te Moskou heeft aan het partijbestuur en aan de organisa ties vaii de Communistische Partij in Holland een brief geschreven, waarin o.m. het volgende gezegd wordt: Van bijzonder belang is voor het heele toekomstige werk der partij het vraagstuk harer organisatie in de hoofdstad. De afdeeling Amsterdam dus. Het is zonder twijfel een organisa torische zwakte der partij, dat in da hoofdstad van het land thans nog geen stevige grondig opgebouwde organisa tie bestaat. Het, organisatieleven der afdeeling Amsterdam is veel te zwak en te los om inderdaad een bolsjewis tische staf van functionarissen te vor men en de bolsjewiseering van onze leden te verzekeren. Het ledental van 300 man toont ons evenwel, dat objec tief zeer wel de mogelijkheid van de stichting van een stevige organisatie bestaat. Tegelijkertijd en in het nauwste ver band met deze taak van de inwendige partijorganisatie moet de beslissende kwestie van de partij, de kwestie n l. van het inmiddellijk verbreeden van haar ledenbasis grondig en met ener gie worden opgelost. Gij weet evengoed als wij dat het ge ringe ledental van uwe partij die reeds 15 jaar oud is, de voornaamste zwak heid van de C.P.H. is en dè voornaam ste reden ook, dat wij in de huidige buitengewoon gunstig objectieve situ atie geen voldoende vorderingen ma ken en nog ver er van verwijderd zijn ernstig de verovering der meerderheid 'van de Hollandsche arbeidersklasse en de leiding over hen in den strijd te be reiken. Tegenover de bezwaren van enkele Hollandsche partijgenooten moeten wij met nadruk opmerken, dat de door de Executieve der Comm. Intern, vastge stelde taak:: drie duizend leden vóór het volgende congres der C.P.H.vol komen klaar, ernstig en practisch en geenszins alleen ,ter oriëntatie" werd gesteld. De moeilijkheden bij «het ver-» vullen van deze taak zullen verminde ren, naar mate gij erin slagen zult de reorganisatie op den grondslag derbc- ■drijfskernen, de revolutionaire omvor ming der Tribune, de inwendige reor ganisatie van den Par tij-Opbouw, het scheppen van een reorganisatie in de hoofdstad, de vorming van een actiel werkende staf van functionarissen, als mede de algemeene politieke activiteit der gansche partij door te voeren. Alle bureaucratische belemmeringen van technischen aard, die aan het snelle en talrijke toetreden van nieuwe leden nog mochten in den weg staan, moeten onverwijld worden opgeruimd. Daarnaast moet de stelselmatige ver binding van alle thans met ons sym pathiseerenden in het geheele land met de grootste kracht worden voortgezet. Nog geen nieuwe politieke partij. Omtrent de voorbereiding van de oprichting van een nieuwe politieke partij op nationalen grondslag heeft het daarop betrekking hebbende, door ons uit de „N. R. Ct." overgenomen bericht op een enkel punt blijkbaar nog te ver vooruit gegrepen. Het blad meldt nu althans, dat Let van welingelichte zijde een mededee- ling heeft ontvangen, .waaruit valt af •dat men nog slechts doende is een beginsel te lanceeren, teneinde te trach ten daaromheen een aanhang van eeni ge beteekenis te groepeeren, voordat men als politieke partij optreedt. Die mededeeling luldtc FEUILLETON. |rï 's (Uit het Engelsch)) 36) HOOFDSTUK XlV. Douglas' Moeder Douglas' voornaamste verwonding bestond in een gebroken arm, die hem bijna een geheele maand aan het zie kenhuis kluisterde. „Ik ben toch een echte ongeluksvo gel", zeide hij telkens weèb tot zich zelf, gedurende de langzaam voorbij- kruipende dagen. „Ik schijn mijn naas ten geen dienst te mogen bewijzen, zon der er zelf voor te lijden." Toch was hij niet geheel zonder troost; om niets naders te noemen, hij had de vriendschap gewonnen van den man en de vrouw, wier kinderen hij had gered, 't Is waar, zij waren geen menschen van aanzien of invloed, die hem zouden kunnen voorthelpen, in den moeilijken strijd om het bestaan. Maar te weten, dat zij sympathie en dankbaarheid voor hem koesterden, was iets. Hij had zoo weinig vrienden op de wereld, dat ieder aanbod van vriendschap hem goed deed. Hij was in jaren niet zoo aangedaan geweest, als op den dag, die volgde op den brand. De heer en juffrouw Deiwar wa ren hem beidén komen opzoeken, en de dankbare moeder had zijn hand gekust en gesnikt en geschreid van pure vreugde en dankbaarheid. „O, "ik zal u nooit genoeg kunnen danken!" zeide zij, terwijl haar de tra nen' langs de wangen stroomden. „Ik verlang niet, bedankt te worden" zeide hij. „Ik. deed slechts wat ieder ander man zou gedaan hebben." „Dat maakt geen verschil", antwoord de zij. „U waart het, die mijn lievelin gen hebt gered. O, denk eens aan! als u er niet 'waart geweest, zou ik geen kleine Nell, geen Kareltje meer heb ben. Zij zouden béiden zijn En zij verborg haar gelaat in haar handen, zonder den zin te voltooien. „Ik ben heel blij, dat ik er in mocht slagen, ze te redden", zeide hij kalm. „En u hebt uw arm er bij gebroken en uw leven bijna mede ingeschoten", antwoordde zij, met een snik. „O, u zijt een moedige, edele man en uw moeder als u er nog een hebt, zal stellig heel trotsch op u zijn." „Neen, neen", zeide hij, met een smart volle uitdrukking in zijn oogen. „Ik ben noch moedig, noch edel; en mijn moeder ja, zij leeft." „Maar zij weet niet, wat u gedaan hebt. Laat mij voor u aan haar schrij ven." ,,'t Is heel vriendelijk van u, maar ik kan mijn rechterhand gebruiken, zoo als u ziét. Maar u zoudt uw kinderen wel eens mee kunnen brengen, als u mij nog eens wilt komen bezoeken." „O, niets liever dan dat; en als de dankbaarheid en gebeden eener moe der uw pijn verlichten kunnen, en uw herstel bevorderen, dan zult u spoedig weder gezond, zijn." „Uwe sympathie zal mij ongetwij feld góed doen", antwoordde hij ontwij kend, „en de pijn is niet erg. die is best uit te houden." Den volgenden dag kwam zij weder en bracht de twee kinderen rnee. Zij zagen Douglas met verbaasde oogen aan, en kusten hem op een voorzich tige, onzekere manier. Zij waren geen van beiden oud genoeg om te beseffen, waaraan zij waren, ontkomen, en om dezelfde reden, had hun zenuwgestel geen schok ontvangen. En toch omdat hij ze gered had, ging zijn hart tot hen uit, zooals het nooit tot kinderen was uitgegaan, en hij deed zijn best hun verlegenheid te overwinnen en hun liefde te veroveren. De moeder sloeg haar kinderen gade t met een blos op haar wangen en een gelukkige glans in haar oogen. Het had zoo weinig gescheeld, of zij had ze verloren, dat zij haar dubbel kost baar toeschenen, Zij kon haar oogen niet van hen afhouden. Zij werd niet vervolgd door eenige bijgeloovige angst of zij ze ook te veel zou kunnen lief hebben; zij vreesde eerder, dat zij ze, misschien niet lief genoeg had. Terwijl Douglas haar gadesloeg, dacht hij aan zijn ejgen kindsheid, en aan de wonderlijke atmosfeer van lief deloosheid, waar hij in geleefd had. Zij moeder wérd gerekend een aard- sche heilige te zijn een vrouw zoo los van de wereld, zoo geheel opgaande in haar godsdienst, dat niets anders van eenig belang, of der overweging waard was. Haar geliefkoosde heldin en karakter in de geschiedenis was Paulina, de rijke Romeinsche matrone, die haar kind verliet en zich begaf naar de woestijnen van Egypte en Palestina om voor God te leven. De geheele geloofsbelijdenis van me vrouw Wyburn was vervat in de vol gende regels van een harer lievelings schrijvers, die zij nooit moede werd ie herhalen: ,,Het is niet geoorloofd hier beneden onze gedachte7i te laten gaan over iets anders dan over deze vragen: Hoe kan ik ontkomen aan de worm dir ik de zekerheid te beliooren tot het uit verkoren volk Gods; hoe verzeker ik mij een woning in den hemel, als ik dezen aardschen tabernakel moet vaar wel zeggen?" Ouders, echtgenoot, of kind meer lief te hebben dan God, behoorde in haar oogen tot de grootste doodzonden een zonde, waartegen zij moedig en ernstig streed. Zij had gezien, hoe ouders een afgod maakten van hunne kinderen, en zij had sommigen dier kinderen zien sterven, en hun dood. geloofde zij, was de rechtstreeksche straf van God, omdat hun ouders hen te lief hadden gehad. Toen dus God haar een zoontje gaf. was zij vast besloten niet in dezelfde fout te vervallen. lederen dag bad zil ernstig, dat zij haar kind niet te veel mocht liefhebben dat zij bewaard mocht blijven voor dezen vreeselijksten vorm van afgoderij. Haar sterk, hartstochtelijk verlangen haar kleinen jongen eens hartelijk te liefkoozen joeg haar soms schrik aan. Zij was zich bewust van een onb*j dwingbaar verlangen hem haar liefde?, te toonen. Haar hart snakte er naarj om van haar kind te maken, wat zi> noemde een afgod. $Vordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1925 | | pagina 1