CHRISTELIJK DAGBLAD voor LEIDEN EN OMSTREKEN
fs'é'JSAKfefolfTG
- -^MAANDAG 12 JANUARI"!92?
AB ONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal i 2.50
Per weck I 0.19
Franco per post per kwartaal 2.90
V 08 windvaan als compas.
j De N. R. Crt. maakte onlangs om
trent liet liberalisme en de liberale po
litiek de volgende opmerkingen:
„Het liberalisme is in de latere jaren
meer en meer in discrediet geraakt.
(Waarom het ontkend?
Het is in discrediet geraakt, niet zoo
zeer omdat de kiezers aan de stuwende
kracht der liberale beginselen zijn
Jgaan twijfelen, doch omdat zij in de
Jpractijk door vertegenwoordigers hun-
jner beginselen in onze openbare be
stuurslichamen te dikwijls teleurge
steld zijn.
j Men miste de zekerheid van lijn en
raakte wel eens onder den indruk, dat
de Vrijheidsbond de practijk van zijn
/politiek niet lechts bepaalde naar zijn
jfceginsel, doch wel eens wat al te veel
Uiet afhangen van den indruk, die, naar
'hij verwachtte, daardoor bij zekere groe
!pen van kiezers zou worden verwekt.
I Nieuwe luister zal alleen weer gevon
den kunnen worden door beginselvast-
jheid."
Wij onderschrijven niet wat de N.R.
jCrt. omtrent de beteekenis van de libe
rale beginselen opmerkt.
De beginselen, die lijnrecht staan te
genover de Christelijke beginselen, om
dat ze de menschelijke rede stellen in
de plaats van Gods Woord, zijn voor
;ons volksleven in elk opzicht nood
lottig gebleken.
Op sociaal gebied heeft de toepassing
Ivan die beginselen de grootste ellende
na zich gesleept.
Het zijn die beginselen die op maat
schappelijk gebied geleid hebben tot
jeen bitteren strijd, niet om het recht,
maar om de ma cht.
j Het zijn die beginselen, die oorzaak
zijn geweest, dat het maatschappelijk
zwakke op de meest onmeedoogenlooze
jwijze werd uitgebuit en verdrukt, dat
Iin den arbeider niet gezien werd een
beelddrager Gods, maar een verleng
stuk van de machine dat ook als zoo
danig ViSgé
De toepassing van~ die begm-sefc?»
heeft tot gevolg gehad dat het lied van
'den arbeid is verstomd en dat het leed
'van den arbeid in sterke mate is ver
groot.
j Het zijn die beginselen geweest die
in hunne toepassing ook in ons land
een vruchtbare voedingsbodem zijn ge
bleken voor socialisme en commu
nisme.
En niet minder dan op maatschap
pelijk gebied hebben ook op geestelijk
(terrein de liberale beginselen een lïeil-
loozen invloed gehad.
I Tegenover het laat maar-waaien-sys-
fteem op economisch terrein hebben ze
ibp geestelijk gebied geleid tot een stel
sel van Overheidsdwang, dat zelfs in
.deze dagen in mannen als Prof. Eerd-
jmans nog vurige verdedigers vindt.
1 Dat er nog breede kringen zijn die
aan de stuwende kracht van die begin
selen gelooven kan het „blad van
Nijgh" worden toegegeven. Zelfs in
{christelijke kringen is de invloed daar-
BUREAUHooigracht 35 - Leiden
Tel. 1278, Postgiro 58936, Postbox 20
van veel grooter dan men oppervlakkig
wel zou denken.
Maar volkomen terecht constateerde
het liberale orgaan dat de vertegen
woordigers van het liberalisme in de
openbare lichamen de zekerheid van
lijn missen en haar politiek laten af
hangen van den indruk die daarvan
bij zekere groepen van kiezers wordt
verwacht.
Zelfs bij de meest eminente vertegen
woordigers van het liberalisme, bij
mannen als Dresselhuys en Van Gijn
was met name de laatste jaren de wind
vaan het compas waardoor zij zich
maar al te veel lieten leiden.
STADSNIEUWS.
Inwendige zending en zending onder
Israël,
Zaterdagavond werd in de Ooster-
kerk de laatste samenkomst van de
Evangelisch Alliantie in de Week
ider Gebeden gehouden, waarbij' bo
venstaand onderwerp aan de o rde
iwas en Ds. de Meyere, Pred. der
:Ev.-Luth. gemeente alhier, voorging.
De belangstelling was slechts ma
tig, wat zijn oorzaak wel zal heb
ben in den voor een vergadering on-
gewonen avond.
Spr. begon met een herinnering
aan het pionierswerk, door wijlen den
hofprediker Ds. van Koetsveld in
Den Haag verricht, die in 1857, een
lans brak voor de idiotenverzorging.
Vergelijken we den toestand van toen
met nu, dan is~er ongetwijfeld reden
te danken voor het toenemend inzicht
in de nooden dergenen, die om hulp
en erbarming roepen.
Spr. deelde als voorbeeld het eèn
en ander mede betreffende onderwijs
en opvoeding van idiote en achter
lijke kinderen, zooals die in de stich
tingen der Chr> Barmhartigheid te
Ermelo geschiedt.
Naast he{|. misdeelde vraagt ook het
verw,aarloosde en misdadige kind on
ze aandacht.
De tijd lijgt nog niet zoo ver achter
dai nj>en met misdadige kinde
ren igyenals met groöte menschen, die
een misdaad gepleegd hadden, korte
metten maakte.
Honderd jaar terug werd men in
Engeland voor een betrekkelijk ge
ringen diefstal, of zelfs al had men
maar het voornemen gehad, te stelen,
,ter dood gebracht. .Wij vinden zoo
•iets barbaarsch. Spr. hoopt dat de
ontwikkeling nog verder zal .voort
schrijden en de Staat in de toekomst
de misdadigers aan de Chr. Barm
hartigheid zal overgeven, en er dan
geen gevangenissen meer zullen zijn.
Steeds meer breekt het inzicht baan,
dat we de misdadigers niet slechts
moeten opbergen, maar verzorgen,
jopdat zij voelen, dat het om hun best
wil gaat.
Naast den dank voor anderer in
zicht en toewijding, kan ook veroot
moediging niet achterblijven over ons
gebrek aan liefde, waardoor de
mensch altijd geneigd is de slecht
heid van zijn medemensch te onder-
streepen en het gebrek aan bewogen
heid tené opzichte van hen, die den
Christus niet kennen en niet willen
kennen, in 't bijzonder de Joden.
De zending onder Israël is het stief
kind in de gemeente des Heeren;
zij: is klein en teer en slechts heel
[zelden wordt een Jood tot het Evan-
'gelie bekeerd.'
De Joden zijn als de rijke 'jonge
ling. Zij hebben een rijk verleden en
laten zich in het. heden geducht 'gei
lden; zij gelooven in de toekomst,
want de Messias zal hun den schep
per der wereld geven en groot zal
hun glorie zijn. Daarom is Christus (de
gekruisigde hun een ergernis.
De zending onder de joden is een
wereldprobleem en een eeuwigheids-
belang, laten we daarom voor haar
bidden.
Ga niet slechts in de week der ge
beden, maar dagelijks ons gebed op
<voor allen arbeid in Gods konink
rijk.
Spr. ging vervolgens voor in gebed,
waarna gesloten werd met het zin-
(gen van Ps. 72 11.
R.E. Kamercentrale.
In de Zaterdag onder leiding van
den Heer A. J. Oostdam gehouden
vergadering, van de R. K. Kamercen
trale werd zonder hoofdelijke stem
ming de volgende motie aangenomen:
De R. K. Kamercentrale Leiden,
bijeen in vergadering van 10 Januari
1925,
besprekende den vorm, waarin den
laatsten tijd meerderen in woord en
schrift hebben te kennen gegeven dat
zij het beleid van den voorzitter van
'den Algemeenen Bond, mr. A. baron
van Wijnbergen, niet goedkeuren.
overwegende, dat bedoelde vorm
van critiek in strijd moet worden ge
jacht met het respect, hetwelk den
heer van .Wijnbergen toekomt om de
achtenswaardigheid van zijn persoon
en om zeer groot3 "en zeer bijzondere
verdiensten voor de Katholieke zaak,
overwegende, dat vooral door Ka
tholieken bij hun critiek ook al zou
deze overigens gerechtvaardigd zijn
zulk een respect dient te worden
in acht genomen,
betreurt bedoelde critiek ten zeerste
en keurt deze af,
besluit deze motie te pubiiceeren
in de pers en gaat over tot de orde.
van den dag.
BURGERLIJKE STAND.
Ondertrouwd: J. Koet, j.m., 23 j.
en C. Zaalberg, j.d. 26 j. I. Verhoeven,
25 j., en J. Plaman, jd., 27 j. A. van Dijk
jm., 28 j., en S. Teleng, jd. 23 j. J. A.
v. d. Tonkelaar, jm., 23 j. en L. Molenaar.
22 j. C. J. Oudshoorn, wedr., 52 j. en B.
J. Evers, jd„ 45 j. H. v. Dijk, jm., 27 j.
en E. v. Oyen, jd., 25 j.
Dr. G. M. Rutten.
Den 16en Januari a.s. zal het 25 jaar
geleden zijn, dat Dr. G. M. Rutten zijn
taak als leeraar aan de gemeentelijke
Hoogere burgerschool met 5-jarigen
cursus alhier, aanvaardde.
Kamer van Koophandel.
De Kamer van Koophandel en Fa
brieken voor Rijnland te Leiden, zal
a.s. Donderdag des morgens 10 uur
in de bovenzaal der. Sociëteit „Amici-
tia" vergaderen ter behandeling van
de volgende agenda: Opening. Notulen.
Ingekomen stukken. Mededeelingen.
Verkiezing voorzitter. Verkiezing on
dervoorzitters tevens voorzitters der
afdeelingen met ondervoorzitters der
afdeelingen. Verkiezing commissies.
Bespreking districtsbelangen. Huishou
delijke vergadering. Rondvraag. Slui
ting.
Lustrum Politie-muziekkorps.
In verband met het 5-jarig bestaan van
het, in korten tijd zoo populair gewor
den Leidsch Politie-Muziekkorps, had van
(daag eene herdenking plaats, gevolgd
door een feestviering, hedenavond, in de
Stadsgehoorzaal.
Van tien uur tot half elf vanmorgen
heerschte in de nabijheid van de Burcht
een bijzondere /bedrijvigheid.
Het waren honderden belangstellenden
uit allerlei klassen, die er wachtten op
het aantreclen van het korps, uat een
rondgang door de straten der stad zou
maken.
Intusschen had in de groote zaal van
„den Burcht" in beperkten kring een
huldiging plaats.
De heer A* Backer, gerant van „den
Burcht", die wekelijks de musiceerend^
politiemannen onder zijn dak ontvangt,
richtte zich tot het kranige korps, dat
zich met zijn directeur voor het vaandel
had geschaard, met een woord van hulde,
waarna hij een lauwerkrans aan het vaan
del hechtte.
Vervolgens nam de heer P. D u v a 1
inspecteur van politie, die zich vanaf de
oprichting bijzonder voor het korps inte
resseerde, het woord.
Hi; gewaagde van de toewijding der
leden voor het korps, en niet minder van
de groote verdiensten van den directeur,
den heer W. Bolderdijk, aan wien
het korps veel heeft te danken.
De voorzitter van ljet L. P. M., de
hoofdagent W. Post, richtte zich hierna
met een kranige speech 'tot den directeur,
den heer Backer, de leden en tenslotte tot
den heer Duval;..den-directeur brachc spr
hulde voor zijn krachtige en deskundige
leiding, den heer Duval voor. het vele,
waarin hij zich jegens het korps verdien
stelijk maakte.
Nadat de heer Duval hierop nog in
bet kort had gereageerd, begaf men zich
naar buiten, waar, zooals gezegd, reeds
een flinke menigte wachtte op dingen
die komen zouden.
Na op het binnenplein een marsen tc
hebben uitgevoerd, trok het korps de
stad in, voorop het mooie, thans met een
nieuwe decoratie prijkende vaandel mee
voerend, voorafgegaan en gevolgd door
een viertal agenten te paard.
Onder de opgewekte tonen der muziek
ging het langs de Plooglandsche Kerk-
gracht, Haarlemmerstraat, Kouden Hoek,
Heerengracht, Nieuwe Rijn, PIoogewoerd
en Breestraat naar het Stadhuis.
Ook hier honderden belangstellenden.
Plet gaf een mooien aanblik, het korps
met vaandel en bereden agenten voorop,
cn omstuwd door het volk, uit den nevel
die de straten vulde, te zien opdoemen.
Voor het stadhuis gekomen, werd weer
een marsch ten gehoorc gebracht, waar
na een deputatie van zes leden, nevens den
directeur, zich naar binnen begaven, waar
zij werden ontvangen door den burge
meester, die eej^vijn aanbood
Na <J,eze ontvangst stelde het korps
zich weer in het gelid, en werd den bur
gemeester, die op het bordes stond, een
serenade gebracht.
De burgemeester onderhield zich nog
ADVERTENTIE-PRIJS
Gewone advertentiën per regel 22lli cent
Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaling
van ten hoogste 30 woorden, worden dage
lijks geplaatst ad 50 cent.
eenigen tijd met den voorzitter, en groett<
het korps, waarna langsBreestraat, Ra
penburg, SteenscKuur, Breestraat en
Koornbrugsteeg naar den Burcht weri
gemarcheerd, waar de stoet werd ontbon
den.
Hedenavond te half acht heeft in 'dt
Stadszaal een feestviering plaats.
In de Stedelijke Werkinrichtini
zijn in de afgeloopen week opgenomei
211 volwassen personen en 12 kinderen
In totaal dus 223 personen.
BINNENLAND.
AFSCHAFFING STAATSLOTERIJ.
Geleidelijke uitsterving.
Bij de Tweede Kamer is thans in
'gediend een wetsontwerp ter afschaf
'fing van de Staatsloterij.
Aan de Memorie van Toelichting
is het volgende ontleend:
Bij de wet van 6 Juni 1905 is het
(aanleggen of houden van een loterij
hier te lande verboden. Bevatte art.
9 dezer wet niet de bepaling, dat zi]
öp de Nederlandsche Staatsloterij niet
van toepassing was, dan zou met het
in werking treden van die wet deze
*5taatsloterij van zelf zijn afgeschaft.
Zij werd door den toenmaligen wetge
ver alleen gehandhaafd uit overwe
ging, dat deze afschaffing een eigen
regeling vorderde en daarom bij een
afzonderlijke wet moest plaats heb
ben.
Waar de wetgever zich in 1905 op
het standpunt stelde, dat het beteu
gelen van den speelhartstocht een
bpenbaar volksbelang is en dat de
exploitatie van dien hartstocht van
overheidswege veroordeeling verdient,
tclaar valt het te betreuren, dat het
door het toenmalig kabinet voorbe
reide voorstel van wet, tot afschaf
fing der Staatsloterij, ingediend bij
K. B. van 6 Juni 1903, den weg naar
het Staatsblad niet heeft kunnen vol-j
'.eindigen, doordat onder een opvol
gend kabinet dat wetsvoorstel is inge
trokken.
Het tegenwoordige kabinet, dat
ook boven omschreven standpunt in
neemt, acht het noodig, teneinde aan
de Loterij wet 1905 hare volledige toe
passing te geven, dat de Nederland
sche Staatsloterij wordt afgeschaft.
Liet liefst zou het die afschaffing
Sender meer zien bepaald, maar liet
erkent, dat een dadelijke afschaffing
in hooge mate onbillijk zou werken
tegenover dien breeden kring van
personen, die in de inkomsten, voort
vloeiende uit den verkoop van loten,
een middel van bestaan vinden.
Deze personen zijn vooral de
laatste jaren voornamelijk gekozen
uit hen, die niet voldoende inkomsten
hadden en dikwerf door anderen ar
beid in hun levensbehoeften niet kon
den voorzien. Hun dit middel van
bestaan rauwelijks te ontnemen, acht
de Min. van Financiën niet raadzaam.
Hij wil de afschaffing der Staats
loterij in rechtstreeksch verband bren
gen met het overlijden of ontslag van
die verkoopers der loten, de collec
teurs. Indien en voor zoover
daardoor loten vrijvallen, wil hij den
FEUILLETON.
In 's Sevens branding
b
HOOFDSTUK IV.
L i e f d e's Dageraad.
Douglas sloot zijn oogen, nadat zij
(Vertrokken was, om de laatste tien mi
nuten nog eens te kunnen overleven,
j Het was lang geleden, sedert hij had
gesproken tot iemand, die half zoo
(mooi of zoo interessant was.
Zij was noch oudachtig, noch leelijk
noch onvriendelijk. Om de waarheid te
zeggen zij was precies het tegen
overgestelde. Zij was jong en frisch en
{zoo zonnig als men zich een jong meis
je slechts wenschen kon.
j Indien men Douglas op dat oogen-
blik gevraagd had een beschrijving van
haar te willen geven, zou hij veel ster-
jker bewoordingen hebben dan wij de-
pen.
I Maar hij was jong en zeer vatbaar
voor indrukken en juist nu, zeer ge
voelig voor ieder kleine daad van vrien
cLelijkheid, die hem bewezen werd, zoo
dat Floss Gresham in zijn oogen ver
'verheven scheen boven de andere leden
van haar geslacht.
j Later op den dag, toeir de lamp was
ppgestoken, en d&zuater.zaLte knjkke-
bollen in haar stoel voor het vuur, en
Douglas in zeer romantische gepeinzen
was verdiept, waarin Zijn bezoekster
van dien middag een voorname rol
speelde, opende Floss de piano weder
en begon een stuk van Mendelshon te
spelen; toen ging zij over in een van
Beethoven's sonate's en eindigde met
de vertolking van een oud minnelied
met variaties.
Gedempt door de zoldering en muren,
was de muziek zacht en kalmeerend.
Douglas luisterde in vervoering.
Niet alleen hield hij hartstochtelijk
veel van muziek, maar in het tegen
woordig geval werd zijn genot ver
hoogd door de wetenschap, dat zij werd
voorgedragen voor zijn bijzonder ge
noegen en in zijn toestand van over-
groote zwakte zou hij hebben kunnen
schreien van pure dankbaarheid en
genot.
Hij leefde den geheelen volgenden
dag in de hoop, en ook den dag daarop,
dat de verpleegster weder een harer
lange wandelingen zou gaan maken,
en dat Floss Gresman weder zou ko
men, om naar zijn vuur te zien en hem
zijn drankje te geven.
Maar zijn hoop werd niet vervuld.
De oude dokter kwam hem verschei
dene malen bezoeken, en was bijzon
der vriendelijk en beleefd tegen hem.
^Maar_Floss ha_d_niet9 in de zieken-;
kamer te doen, en wat meer was, had
waarschijnlijk geen verlangen om te
komen.
Hij wist, dat zij in huis was, want
zij speelde af en toe voor hem maar
misschien vergiste hij zich hierin.
Zeer waarschijnlijk speelde zij alleen
om zichzelf pleizier te doen. Zij hield
klaarblijkelijk veel van muziek, en dus
was het niet meer dan natuurlijk, dat
zij af en toe voor haar eigen genoegen
speelde.
Naarmate de dagen voorbijgingen,
begon hij vreeselijk ongeduldig te wor
den over zijn lange opsluiting, vooral
daar de dagen zoo kort en zonder zon
"UOJBM
Sedert den dag, waarop de verpleeg
ster zoo lang gewandeld had, had de
zonneschijn geen enkelen keer op dc
muren van de kamer geschenen. Het
was hem echter toegestaan in bed op
te zitten, wat eenige vergoeding was,
en de dokter stond hem zelfs toe, de
couranten te lezen.
Hij voelde nu iederen dag, dat hij
snel in krachten toenam, en hij begon
met groot verlangen den dag tegemoet
te zien, waarop het hem zou worden
toegestaan naar beneden te gaan.
Toch besefte hij nooit volkomen hoe
zwak hij was, totdat hij verlof kreeg
bij het vuur te zitten.
Hijdacht, dat hjj ln staat, zou, zijn-
ten minste den ganschen middag in
den stoel door te brengen, maar na een
paar uur was hij geheel uitgeput, en
hij was blij, naar bed te kunnen gaan.
Maar den volgencfën dag hield hij
het vier uur uit.
En den dag daarop kwam het win
terzonnetje weder voor den dag, en de
verpleegster ging weder een harer
lange wandelingen maken.
„Nu" dacht hij bij zichzelf, „zal z ij
weder bij mij komen." Die z ij was na
tuurlijk Floss Gresham.
Hij hield zijn oogen onafgebroken en-
vol ongeduld gevestigd op de wijzer
plaat der klok, waarop de wijzer lang
zaam zijn weg vervolgde.
Een half uur ging voorbij drie
kwartier -r- toen werd er zacht op de
deur getikt en een lieve muzikale stem
vroeg: „Mag ik binnen?" „Zeer gaarne,
Ik snak naar iemand om mee te pra
ten."
„Ik dacht wel, dat u u wat eenzaam
zoudt voelen", antwoordde Floss, ter
wijl zij bevallig de kamer binnengleed,
„daarom ben ik gekomen om u een
poosje gezelschap te houden als u
mij namelijk hebben wilt."
„Of ik u hebben wil! ik heb dagen
lang gehoopt dat u zoudt komen. U
weet niet, wat het is dag op dag in een
kamer opgesloten te zitten, en niemand
te hebben., om mee. te praten,"-
„O ja, dat weet ik wel, antwoordde
zij met een welluidend lachje.
„Dan kunt u voor mij voelen", zeide -
hij.
Dat doe ik werkelijk", was het op
rechte en gereede antwoord.
„Dat is heel vriendelijk van u."
„Volstrekt niet. Waarom zou het
vriendelijk van mij zijn?"
Hij wachtte een oogenblik, eer hij
antwoordde. Toen keek hij op en zeido
„Indien u uw geheele leven weinig
of geen sympathie van iemand zoudt
ontvangen, dan geloof ik, dat u er over
zoudt denken, zQoals ik."
„Maar waarom heeft u van iemand
sympathie ontvangen?"
„Ja, dat is een moeilijke vraag, te
moeilijk, vrees ik voor mij om te be
antwoorden, Maar, in het algemeen
gesproken omdat ik ze niet verdien
de, denk ik."
„Niet verdiende?" vroeg ze langzaam
„Ik vermoed, dat het zoo is. Ten min
ste ik denk, dat de meeste menschen
dat zouden zeggen."
„O neen, zeide zij na eenig stilzwij
gen, met een uitdrukking van versla
genheid in haar lieve bruine oogen.
„Ik geloof niet, dat u uzelf volkomen
laat wedervaren."
(Wordt vervolgd)