PÜROLUfr
Aan hel einde de? Week
H^t- is een. eigenaardig verschijnsel, op
te merken, hoe sterk internationaal de
■wereld leeft en hoe de stroomingen, die in
de verschillende landen aan den dag
treden, verband met elkaar houden
Men herinnert zich bv hoe tegen het
eind van en kort na den oorlog in ver
schillende deelen van ons werelddeel de
revoluties elkaar opvolgden zoodat ook in
ons land de arbeidersklasse" (dat zijn na
tuurlijk alleen de bewuste", wijl modern-
georganiseerde arbeiders) zich geroepen
meende haar „historische taak" te vervul
len wat later evenwel op een vergissing
bleek te berusten.
Na een tijd van democratie", waaron
der veel angst-,,democratie", begon men
te roepen om een sterken man. Mussolini
kwam in Italië aan het bewind en was
zijn land tot grooten-zegen; Spanje kreeg
een directorium onder leiding van Primo
de ïtivera en ook in andere landen waren
met het fascisme verwante strevingen
waar te nemen.
De toestand der wereld werd echter
steeds moeilijker, mede door de economi
sche malaise ten gevolge van de verar
ming door den. oorlog en den geweldvrede
van Versailles, en de menschheid begon in
le zien. dat niet van het cp de spits drij
ven der tegenstellingen la Poincaré doch
van verzoening heil te verwachten is.
In Engeland kwam de Arbeiderspartij
aan do regeering. in Frankrijk de daarmee
verwante regeering van Herriot en zij
hébben door de verzoenend© houding, die
zij tegenover Duitschland innamen, de we
reld ook inderdaad heel wat dichter bij
een werkelijken vrede gebracht
Doch zulk een linksche regeering brengt
ook gevaren met zich mede. drarvan heeft
de brief van Zinovjef eensklaps in Enge
land de oogen der menechen geopend en
het gevolg was, dat de Arbeidersregeering
werd vervangen door een sterke conserva
tieve regeering.
In Amerika, hij de presidentsverkiezin
gen, wae het reeoltaat eveneens dat niet
do democraten en nog minder de progres
sisten, maar de republikeinen zegevierend
uit den strijd to voorschijn kwamen, ter
wijl in Frankrijk de positie van Herriot
steeds meer begon te wankelen.
Zoo gaat de wereld dus op 't oogenblik
weer meer in behoudende" richting, zon
der we kunnen zoggen, om het woord „con
servatief", dat langzamerhand een ongun
stige bijbeteekeiMs gekregen heeft, to ver
mijden.
Het was dan ook van te voren wel te
voorzien, dat de Duitsche verkie
zingen ditmaal, in tegenstelling met
den vorigen keer, geen winst aan de uiter
sten zouden bezorgen.
Want het Duitsche volk staat er nu ge
heel anders voor dan toen. Toen was het
door de politiek van Poincaré en de Roer-
bezetting bijna tot wanhoop gebracht;
thans heeft het -weer vertrouwen in de toe
komst en verlangt het. daarom voor al
les naar de mogelijkheid van een rustige
en vreedzame ontwikkeling.
Maar dan zal het zaak zijn dat het een
regeering krijgt; die bereid is op loyale
v i jze het plan-Dawes uit te voeren, die
»lus voorstandster is van de £g- vervul-
Hngispolitiek.
Welnu, de partijen, die de regeering van
Marx en Stresemann wenechen te steunen
bij haar buitenland sche en binnenlandoche
politiek hebben alle voordeelen te boeken,
terwijl de slagen vielen bij de uitersten:
de communisten en de völkischen.
De grootste winst kwam ton goede aan
de sociaal-democraten, de partij, die de
vorige maal de zwaarste verliezen geleden
had.
De vraag, die nu in den eerstkomenden
tijd aan de orde is. zal zijn die van de
regeeringsvorming, en dat ia iets wat in
Duitschland gewoonlijk nog al voeten in
de aarde heeft en waar nog heel wat over
gedelibereerd zal worden Voorloopig is
er nog niets met zekerheid van te zeggen.
De Vol ken bondsraad-heeft de af-
geloopen week t© Rome vergaderd.
Daar is een tijd geweest, dat men wei
nig hechtte aan den Volkenbond.; thans is
dit anders geworden, hetgeen o.m. hier
uit blijkt, dat de Engelsche minister van
buitenlandsche zaken ondanks de opening
van het parlement zijn land verlaten had
om naar Rome te reizen.
Chamberlain heeft er het Engelsche
voorstel, de beraadslagingen over het pro
tocol van Genève en over de oorspronke
lijk in Juni 1925 te houden ontwapenings
conferentie t* verdagen, verdedigd en het
is met algemeene stemmen aangenomen.
Het is van groot© beteeloenis. dat de be
raadslagingen uitdrukkelijk zijn uitge
steld tot de vergadering van den Volken-
bondsraad in Maart as, zooda-t men dus
niet behoeft te vreezen. dat van uitstel
wellicht afstel kömt.
Het betreft een buitengewoon belang
rijke en ingrijpende beslissing, zoodat het
aan dezelve niet anders dan goed kan doen
indien zij eerst van allo kanten bezien en
overwogen wordt,
Een op die wijze genomen besluit biedt
meer waarborgen voor do veiligheid en
een duurzamen vrode in Europa dan een
hals over kop geteekend protocol, waar
van men de draagwijdte niet begrijpt
UIT HtT GRIJS VERLEDEN.
HET SCHRIFT VAN MOZES.
De tijd ligt nog slee hls enkele tientallen
jaren achter ons, dat men voor de vraag,
welk schrift Mozes toch wel zou gebruikt
hebben, niet anders dan een medelijdend
«chouderophalen^ zou hebben overgehad.
Hel volk Israel zoo leerden de onge-
loovige onderzoekers van 'het Oude Testa
ment stond in dien tijd nog op zulk oen
lagen trap van ontwikkeling, dat van
•chrijfkunst nog geen sprake was.
Eigenlijk was Mozes heelemaal een my-
Gesprongen Handen
Ruwe Schrale h^uid
Bij Apothekers et» Drogisten BI riy-J
Springende Lippen
en Huidwondjes
thische persoonlijkheid, waaromtrent wei
nig met zekerheid viel te zeggen.
Geen sprake van, dat Israels wetgeving,
speciaal de wet der tien geboden, uit den
tijd van Mozes zoude kunnen dateeren,
want toen stonden de Israëlieten op gods-*
dienstig en zedelijk gebied nog niet hoog
genoeg daarvoor. Alle critische geleerden
waren het er over eens, dat dergelijke ge
boden niet konden zijn ontstaan vóór de
8ste eeuw vóór Christus, toen de groot©
profeten voor denkbeelden als deze baan
brekend optraden.
Doch 't gaat met de theorieën der onge-
loovige geleerden, zooals de Génestet zegt:
„Wat ons de wijzen, als waarheid
verkonden,
Straks komt een wijzer, d'o 't weg
redeneert."
Er is een kentering gekomen in de Oud
testamentische wetenschap, en d<?n stoot
daartoe gaven do ontdekkingen in Assyrië
en Babylönië, in het Nijldal en in Klein-
Azië.
Het werd hoe langs zoo meer duidelijk,
dat in den tijd van Mozes, ja lang daar
voor, in de landen, die wij daar opnoem
den, een hoogstaande cultuur heerschite en
dat het derhalve onjuist was "het volk Is
raël in de woestijn te beschouwen als een
primitief volk, dat nog in halfwilden toe
stand verkeerde.
En ook do „moderne" geleerden begon
nen langzamerhand weer teriig te keeren
tot de oude meening, dat de tien geboden
uit Mozes' tijd afkomstig zijn en wel, om
het met de woorden van een hunner
Prof. Eerdmans te zeggen, omdat „de
zedelijke denkbeelden van naburige volken
als de A&syriërs en de Egyptenaren voor
de Israëliétisch© wetten waarlijk niet be
hoefden onder te doen, ja zelfs daar Teeds
bestonden toen het Israëliétisch© volk nog
moest ontstaan."
Men ziet in deze woorden de m:skm-
r.ing der bijzondere openbaring. Al zijn
de resultaten der moderne critiek
„behoudender" geworden, in beginsel
is er niets veranderd. Ja, de modernste'
vorm van bestrijding van het Woord Gods
is zelfs, dat men op de wijze van Delitzsjh
leert, dat de Bijbel alles aan Babel ont
leend heeft.
Ook de vraag, welk schrift Mozes zou ge
bruikt hebben, is door sommige geleerden
in den laatsten tijd in dier voege beant
woord, dat men de stelling verkondigd
heeft, dat alle deelen van het Oude Testa
ment, die tot aan den tijd van Salomo ont
staan zijlij in Babylonisch schrift (spijker
schrift) ©n in de Babylonische taal ge
schreven werden.
Men beroept zich daartoe op de opgra
vingen, die aan het licht gebracht hebben,
dat het spijkerschrift in het geheele Oos
ten gemeengoed was.
We herinneren b.v. aan do Ama.rna-
teksten, die uit de 15de eeuw vóór Christus
dateeren: spijkerschrifttafeltjes, geVóndon
in Egypte!
Ook te Boghaz-Keui in Klein-Azië, de
hoofdstad Van het ©odó rijk der Hëtbiéten
zijn spijkerschrfttafeltjés gevonden, ©ven
eend in Palestina.
Dat het spijkerschrift in dit laatste land
in gebruik was, blijkt o a. uit een te Amaf-
na gevonden brief van Abdichiba, den
Egyptischen stadhouder te Jeruzalem aan
zijn leenheer, Farao Amenoph's IV.
Doch ook in Palestina zelf zijn spijker-
schrifttafeltjes gevonden, n.l. te Taanacb
in het Zuiden van Galilea en te Gezer in
de kustvlakte van Judea, welke laatste uit
de 7de ec-uw dateeien.
In dien tijd was evenwel naast het spij
kerschrift ook reeds het letterschrift in gc-
bru'k.
De oudste getuigenissen van Israë'ielisch
schrift zijn de Siloam-inspcriptie, die in
1880 gevonden werd in den rotswal van
den Siloamvijver bij Jeruzalem en het in
1905 te Meg'ddo gevonden zevel van Sche
ma, een minister van Jerobeam II, koning
van Israël, beide dateerende uit* de 8ste
eeuw, alsmede de schervenopschriften van
Samaria uit de 9de eeuw.
Op grond nu van deze gegevens ham
men aan, dat het letterschrift bij de Is
raëlieten pas omstreeks het jaar 1000 in
gebruik gekomen was en men zich tot dien
tijd van het spijkerschrift.bediend had.
Mozes heeft dus of de hiëroglyfen, die
hij in Egypte geleerd had immers hij
was in de wijsheid der Egyptenaren on
derwezen of het Babylonische spijker
schrift gebruikt, welk laatste het waar
schijnlijkste is. En de boeken van Mozes,
voorzoover ze van hem afkomstig zijn. zijn
dus latér uit het Babylonische spijker
schrift overgebracht in het Hebreeuwsch
letterschrift.
Zoo was de stand der Oudtestamenti
sche wetenschap tof op de ontdekking van
het Siniai-schrift door de Engelache expe
ditie onder leiding van Prof. Flinders Pe
tri e.
Nu zijn de geleerden het niet geheel Pens
over de vraag, uit we'kcn tijd deze over
blijfselen van het oudste letterschrift da
teeren. Flinders Petri© zelf stelde zo op
ongeveer 1500 v. Ghr. en achtte ze afkom
stig wit den tijd van Tliu'mes ITI, een van
de Farao's, d>© de Israëlieten verdrukt
hebben.
VolgeDS Gardiner zoudefi ze nog onder
zijn, deze denkt aan de regeerin? van Ame-
nemhet III (2de helft der 19de eeuw v.
Chr.)
Doch hoe dit zij. in elk geval slaat nu
vast. dat het letterschrift reeds vóór Mo
zes in gebruik was en deze zijn hoeken dus
niet in het spijkerschrift behoefde te
schrijven, zoodat ze later met groote
moeite in èen heel ander schrift, m;ssohien
zelfs in een andere taal, moesten worden
overgebracht, met a1 de mogelijkheid van
ernstige vergissingen, daaraan» verhonden.
De Joden, b.v. in de ballingschap, konden
Onze Warme Kraagpanloffela
Die draagt Ge voor pleizier,
Dan lacht Ge om koude voeten
Ze deren U geen zier! 2841
L* VAN ESCH Wzn., Donkersteeg 5
met betrekkelijk geringe moeite taal eh
schrift lezen, die door Mozes waren ge
bruikt.
Ook te Boghaz-Keni in Klein-Azië, de
riïeM. erp 'ezfiAL uee ;uio^ 83[ex)g
Zoo wordt de waarheid der Schrift tel
kens bevestigd door de ontdekkingen der
laatste jaren, die dikwijls een verrassend
licht op haar werpen.
De meeningen der menschen wisselen,
maar
„Gods Woord houdt.stand in eeuwigheid,
En zal geen duimbreed wijken."
Uit het Sociale Leven
De omvang der vakbeweging.
De statistiek van den omvang der vak
beweging, die dezer dagen door het Cen
traal Bureau voor do Statistiek in het
licht is gegeven, omvat een overzicht van
de voornaamste voorvallen in de vaklwuve-
ging gedurende het tijdvak 1 September
19231 September 1924 en een overz'cht
van de ledentallen der organisaties op 1
Januari 1924. In eerstbedoeld overzicht
wordt geconstateerd, dat de werkzaamhe
den der vak vereen i gingen althans van
dat deel." dat niet Iet confesioneele, stand
punt inneemt. meer dan in v-orige perio
den een politiek karakter hebben gedra
gen. Gewezen wordt dan o m. op de scher
pe bestrijd'ng van hei on tweTp-vlootwet
en van de bczuinigmgsmaa'regeVn der re
geering.
Het overzicht bevat verder mededee'in-
gen over de verhouding tusschen de vak-
centralen en de politieke partijen, de ver
houding tusschen de vakcentralen onder
ling, het streven naar medezeggenschap,
de hoofdarbeidersbeweging en het streven
naar concentratie in* de ambtenaars-vak
beweging.
Uit het overzicht van den loop van het
ledental blijkt, dat het totaal aantal geor-
ganiseerden na de dabng in 1923 vrijwel
op het n'veau gekomen is van eind 1918:
toen 514.600, nu 517.800. Het ledental van
de be'de eonfessiomeele centrallen en van
bet Alg. Neder!. Vakverbond was nog al
tijd hooger. dan dat van het N^deri. Ver
hond van VakveTcenigmgen en het Natio
naal Arbeiids Secretariaat, echte»* lager
dan bii het eindigen van den oorlog. Eén en
and,er blijkt uit de volgende cijfers
Ledental op 1 Januari
1919 1924
N. A. S (-f- N. S. V. 33:600 '21 500
N. V. V. 190 900 180 300
Chr. Na.t. Vakvcrb. 46 300 53.300
R. K Vakbureau 91800 98.100
Alg. Nrd. Vakverb. 10.500 32 200
Wal de beroepen betreft zien we merk-
waard'ge ve-schuïvmgon. In so/mriv?© wna
het aantal georgan-seerden ott 1 -Januari
1924 niét --onbelangrijk grooter dén eind
1918, in ander© was hét aanz-'enlijk klei
ner.
De p'aals, die de vier groots1'© s'eden in
de vakbeweging innamen is nog abt*'id zeer
belangrijk. Terwijl hare bevolking 24 pet.
van die van het rijk bedraagt, omva'ten zij
36 pet., van het totaal der georganiseerd n.
Van sommige vakcentral :n wonen meer
dan de he1 ft der leden ;n de vier grootste
steden, zoo van het N.-S V. 51 pet., van
het N. A. S. zelfs 75 pet.. Van hei R K.
Vakbureau daarentegen s'echts 18 pet.,
v\n he' Chr. Vakverbond 31 pri van het
N. V. V. 42 pet., van bet A'g. Ned, Vak
verbond 44 pet.
Het aantal georganiseerdvrouwn, dat
in het eexs'e iaar na den cov'og steeg van
30.900 tot 54.100. da aki© daarna gerege'd
foi 34 200 begin 1924.
Zeer sterk is bet aantal rvVrvrant-led'm
teruggeloooen. nl van 17 friO on 11 T >-
nuari 1920 tot 7550 op 1 Januari 1924.
Vooral h:j het N. V V de dal'ng
groot, n.l. van 12 250 tot 2975.
Het conflict te Umuidon.
De hoofdbes'uven der vakorganisaties le
I.Tniirden z-jn togen hedenmiddag half
(drie, opgeroepen voor ecu bespreking met
dén rijksbemiddelaar in het Iweede d:strict
Mr S de Vries Czu., te hóuden in het de
partement van handel en nijverheid te
Den Haag.
GEIWEMGD NIEUWS
De mist.
Donderdagnacht heeft bij dikke mist in
de Gouwzee een aanvaring plaats gehad
tusschen de Groningen HI, kaptiein J. Vo
gelzang, van de GroningenLemmers loom
boot Mij., en een motorboot. Het berghout
van de Groningen III werd beschadigd,
en ter hoogte van de machinekamer werd
een indenting vastgesteld Persoonlijke
ongelukken kwamen er niet bij voor. Bei
de schepen konden- na eenig oponthoud
hun reis voortzetten.
Sinds enkele dagen hangit ook hoven
Rotterdam een vrij dikke mist, waardoor
vooral het verkeer op de rivier en in de
havens ernstig bemoeilijkt wordt. Donder
dagmiddag had in do Koningshaven ten
gevolge van den mist een aanvaring
plaats. Het uitgaande Engelsche stoom
schip „Cooxdale" kwam in botsing met
het ten anker liggende Rijnschip „Flu-
vïale 25". Laatstgenoemd schip bekwam
vrij ernstige averij aan stuurboord. Ver
schillende platen werden ingedrukt, ter
wijl eën langszij liggend roeibootje geheel
vernield werd. Hoewel de mist gistermor
gen iets opgetrokken was, is ook gisteren
geen enkel schip den Waterweg binnenge
komen.
Een kleine 50 schepen liggen nog voor-
gaats. Het stoomschip „Batavier", dat
Donderdag vertrekken moest, is ook gis
teren niet uitgevaren, terwijl ook van Lon
den uit geen passagiersschip is vertrok
ken.
Van de Waalhaven zijn Donderdag noch
gisteren vliegtuigen vertrokken.
Door den mist is het visschersvaar-
tuig S. L. 35, schipper Slis, onder Goeree
op een lichtboei gevaren, en moest, om
zinkon te voorkomen, op het strand wor
den gezet.
De Harwichboot St. George kwam Don
derdagmiddag met acht uur ventxaging te
Hoek van Holland aan.
Een droeve historie.
Gistermorgen om 5 uur is de krankzin
nige J. K„ die bij zijn zuster to Rotter
dam verpleegd wordt, de woning uitgeloo-
pen. In de Burgemeester do Roosstraat
sloeg hij met een stok verschillende ruiten
in. Een agent, die op het lawaai toeliep,
bemerkte al dadelijk, dat hij met een krank
zinnige te doen had,daar deze weinig meer
dan een hemd aan had. Hij sommeerde
hem te blijven staan, trok, toen de man
daaraan geen gehoor gaf, zrijr^ revolver en
loste een schot in de lucht. De krankzinni
ge vloog toen op hein af en uit zelfverde
diging schoot de agent tweemaal, waarbij
de onder beide keeren in de dijen getroffen
werd. Hij kon toen overmeesterd worden
en is ter verpleging in het ziekenhuis op
genomen.
Ongewone vischvangst.
In tyit toeleadingska naai naar het Hoog-
ovenbedrijf te IJmuiden wordt de laatste
dagen veelvuldig spiering gevangen. Don
derdagmiddag werd tusschen de spiering
gevangen een pluitaal (een klein soort pa
ling met platten staart en lange vin), waar
uit bij bet opensnijden zes en zestig (66)
leveude jongen zijn voortgekomen.
Men zal trachten de jongen in het leven
te houden.
De reputatie van het vak.
De Amsterdamsche Raad telt sedert kort
tot zijn leden de aanspreker Den Exter.
En zoo kon zich Donderdag tijdens de zit
ting hef volgende grappige geval voor
doen:
De heer Weiss (Middenst.) sprak bij do
afdeeling belastingen over de juweliers-
vereeniging, waarop de burgemeester op
merkte, dat alleen mocht worden gespro
ken, over hetgeen niet werd besproken bij
de algemeene beschouwingen van de be
grooting.
De heer Weiss: Ik zal het niet lang ma
ken 'meneer de Voorzitter.
Geroep: Den Exter' (Groote vroolijk-
heid).
De heer Den Exter (S.D.): Ik kom bij
je. (Hilariteit). -
Hoeveel kermissen zijn er in Nederland?
Op 13 December a s. zal het 25 jaar
geleden zijn, dat de Ned. Vereeniging van
Keraiisvakgenooten „Ons Belang" werd
opgericht. De bprich tings Vergadering werd
in 1899 gehouden en in 1990 bleek reeds
de uitgifte vaP een bondsorgaan „De Ko
meet." genaamd, op grond van het snel
aangroeiend' ledenital, noodzakelijk. Mo
menteel heeft de Bond afdeelingen te Am
sterdam, Alkmaar, Apeldoorn, Bergen-op-
Zoom, Breda; Edam, Groningen. Den
Bosch, Hoorn, Kampen, Leeuwarden,
Rotterdam, Utrecht, Winschoten en Znt-
phen.
Het Algemeeen Secretariaat van ,het
Bonrisbureau is gevestigd te Zaandam.
Blijkens de laatste opgaven van he|
Bon&sbureau zijn er thans 984 officieels
kermissen jaarlijks hier t© lande, n.l.
Noord-Holland 140, in Zuid-Holland ^3^
in Zeeland 77, in Utrecht 5, in Noord»
Brabant 189„ in Drente 39, in Gelderland
123, in Groningen 60, in Friesland 63,
in Limburg 239, en in Overijssel 83. D«
eerste kermissen, des jaars beginnen in
klaart, de laatste in December
in Limburg
LEIDSCHE PENKRASSEN
Audcc.-.
Deze donkere' dager», voor Kerstmis pre-
d:ken ons niet minder dan de heerlijk© zo-
mer-zonnedagen als heel de natuur schijnt
te jubileeren, de wondere grootheid en de
almacht Gcds.
't Is alles even donker en somber in de
zen tijd; do dikke grauw© luchten worden
door geen zonnestraal gebroken on een
kille mist belemmert voor velen niet alleen
de ademhaling, maar belet ook bet uitzicht
o\er de wijde verten, 't Is een kleine,
triestige, sombere wereld waarin wij le
ven.
En toch hoe indrukwekkend schoon is
ook in deze winter sche dagen de natuur.
Hoe predikt ons ook nu alles wat wij zien
de grootheid Gods, en hoe noopt ons alles
t© loven Hem^ie de werelden schiep.
Onwillekeurig dacht ik vanmorgen toen ik.
een kleine wandeling maakte, aan de goed
bedoeld© en met veel zorg voorbereide po
gingen van de versioringscomnrissie om
do stad ter gelegenheid van de 3 October-
fees ten ia feesttooi te steken. Groote som
men werden beschikbaar gesteld, moeite
•noch kosten werd gesfiaard, nacht en dag
word er gearbeid en toch wat was het re
sultaat no-g betrekkelijk gering. Ook hier
geldt, dat over den smaak niet valt te twis
ten. Wat de oen mooi acht, vindt een an
der foei-leelïjk, en omgekeerd', maar hier
omtrent beslaat geen verschil van mee
ning, dat de waarde van de versiering on
danks alle mc.eiie daaraan besteed, toch
zeer betrekkelijk was.
Maar kom nu eens buiten amice en aan
schouw de tuinen en de parken en de la-
n n. Welk een pracht!
De met rijp bestrooide boom -n en etrui-
ki n maken'een overweldigenden indruk en
bij naópre beschouwing bl'jkt elk 1akje,
hoo tep®j©ok, een kunstgewrocht op zich
zelf.
M$n bólioeft geen kunstenaar te zijn en
geen kunstenaarsoog te hebben om onder
den indruk te komen en wie dan eveu
doordenkt en van dat kunstwerk terugeaav
tot den Formeerder, tot don grooten Kun-
'tfenaar en Bouwmeester, die kan niet na
laten uit te roepen: Hoe groot zijn Htm©
Uwo weikon!
En onwillekeurig d:nkt. men b j liet a
van die heerlijk', pracht aa.n het bekend©
loflied u.'t Psalm 147:
0. Jerusalem! roem den Heer©;
0 Sion, loof uwen God.
Hij zendt zijn bevel op aarde,
Zij.n woord loopt zeer snel.
Hi| geeft sneeuw a'.s wol.
Hij strooit den rijm als asch.
Hp werpt zijn ijs henen als stukken:
Wie zou bestaan vcor zijn© koude?.
Hij zendt zijn woord en doet ze smeitmv
Hij doet zijn wind waaien;
De wateren vlieten henen.
Ja, ook deze winlersche dage© pred'kon
het hij vernieuwing: Onze Heeie is groot
en van veel kracht, zijns verstands is geen
getal 1
Wie niet moedwillig en opzettelijk zijn
oogen gesloten houdt, die moet wel, zelfs
in deze sombere w'nterdagen onder den
Indruk komen rau de grootheid en do ma
jesteit Gods.
Gewoonlijk echter amice, brengen we het
zoover niet. We mopperen wat over het
minder aangename weer, we knoopen on;
ze jas dicht als we buiten zijn en stoken
de kachel wat harder als we binnen zijn
en verder nemen, we wat er gebeurt voor
kennisgeving aan. Er moeten al bijzondere
omstandigheden zijn waardoor onzo aan
dacht in 't bijzonder gevestigd wordt op de
natuur rondom ons en anders dénken we
er niet aan om ons te vermeien in de
wonderen der natuur en te eeron Hem, die
het natuurgebeuren regelt naar zijn wil.
Toegegeven kan worden dat hot ook niet
altijd even gemakkelijk is. Het anel-voorU
jagende leven stelt zoo hooge ©iachen en-
vergunt ons vaak nauwelijks een wei-»
nig aandacht te schenken aan het won-»
derrijke natuurleven om ons heen.
En dan zijn er ook heel veel menschen
voor wie de sombere winterdagen, dagen
zijn van veel bekommering en benauwenis.
De broodvraag kan zich vooral dan zoo
angstig duidelijk naar voren dringen.
Als door langdurige "werkloosheid ol
weinig yerdions'© de linnenkast soo oDge-*
veer leeg is en provisiekast weinig
voorraad bevat, dan zie> het er donker uil
in menig gezift; d-» winterkoude
brengt allerlei ^zich. De
kachel moet gestookt, ui^cp" het is een
kostbare bezigheid. Kleeding en dekking
vragen bijzondere zorg, maar het is zoo
moeilijk daarin te voorzien ala de portee
monnaie leeg blijft. De maag en vooral de
kindermaag stelt hoogere eischen, terwijl
het inkomen van dien aard is, dat men op
rantsoeneering ernstig bedacht moet zijn.
Natuurlijk amice, ook dan blijft de eisch"
om den naam dea Heeren groot te maken
en Zijne werken te vértellen, maar het IA
te verstaan, dat men daartoe vaak weinig
komt en dat het loiliedr verstikt In de zot*
voor het dagelijksche 'i©\'rii
En als dit nu tnaar V g1'meen Verstaan
werd, dan was er al een flinke stap ge
daan in de goede richttóg en ton het aan
hen, die meer in bijzonder met de zorg
voor de minder bedeelden 2ijn belast, ge*
makkelijk vallen in den meest nijpenden
nood'te voorzien. Maav de pracUjk is vaak
anders.
Zeker, Ik geef het toe, tegenover det Sch
cialisten ©d andere volksvrienden die altijd
bezig aüin riemen te snijden uit eens an-»
Serf die zelf de handen op de zak-i
%o-n uuden, maken de Christuöbelijdeia
't algemeen een goed figuur. Maar
ié roemen is naar 't mij voorkomt,
Ufo» oorbaar.
Wij keuren het af dat alles en een ieder
op de-overheid leunt en steunt en wij stek
len altijd het particulier initiatief op den
voorgrond, maar vergeten wordt weleens*.
jam dan ook zoo goed in Óen zak te ta>ten,
jat in allen nood héhoorlijk kan worden
voorzien.
Ik spreek hier in 't algemeen en heb niet
fm bepaalde groep of kring op het oog.
Wat ik hier zeg geldt van allen zoDior om
derscheid en ik hoop amice dat dit een
voudige briefje er to© zal bijdragen daf
allen die.'t lezen eens, zullen nagaan hoe
rijk ze toch eigenlijk wel zijn en-hoevte!
zegeningen zij ontvingen om dan in ver
band daarmee bij te dragen tot leniging
van den zoo veelvuldigen nood.
Als ge zegt amice, dat er vaak ovevd re
ven wordt, ben ik het met u eens. En als
ge opmerkt, dat vaak getracht wordt mis
bruik te maken van wat er gedaan word K
dat er is een streven om op kosten van do
gemeenschap door de wereld te komen,
dan wil ik dat niet ontkennen. Maar om
gekeerd zult ge het met mij eens zijn, dat
er heel veel werkelijke nood is en dat er
vooral in deze kill« koude Decemberdagen
door gebrek en armoede veel geleden
wordt.
Eu hoe m e": we nu, amice,rook in de
natuur zien de hand des" Hoeren, hoe rarer
we er toe komen in te stemman mei hét
loflied uit Psalm 147, des te méér zvil'eh
we ons ook geroepen vóelen om' te helpen
en te steunen hen, die door de zorgen er
moeiten des levens neergebogen wo»*dom
Immers, dezelfde God, die don rijm
strooit als nsch'. die is hef ook van Wien
gezegd wordt:
H j maakt de grendeVn uwer poorten
sterk;
Hij zegent uwe kinderen binnen in u.
Die uwe landpalen in vrede stelt:
ïïij verzadigt u nn»t het vot'e der tarwe.
Aio roem, ook op na'uurliik en stoffel'jk
gebied, al!© roem is uitgesloten, maar al
lés wat we hebben en zijn hebben wo on
verdiend van onzen God genoten.
Alle roera»bok op natuurlijk en stoff' j
denis he'even, dan zal _ni»*t alleen ons e-g.o
leven .-kleur en glans krijger, maar dan z?
ook uit de woningen der armen waar n
dvuk en kommer heersthen, de kdzaüi
dér dankbaarheid opklinken- tot God.
VERITAS.