Mooie Winterpantoffels 1 STATEN-GENERJU4L EERSTE KAMER. Installatie Ossendorp. Ingekomen is de geloofsbrief van het nieuwbenoemde lid der Kamer, den heer F. L. Ossendorp. De Voorzitter stelt deze in han den van een commissie, bestaande uit dè \Jbeeren W. Franssen, de Veer en-de Jon ge en verzoekt deze commissie zich onmid dellijk met het onderzoek daarvan bezig ie houden. De vergadering wordt inmiddels ge schorst. Na heropening van de vergade ring brengt de heer W. Franssen (R.- ,K.) namens de commissie verslag uit. De commissie adviseert tot toelating van den heer Ossendorp, nadat deze de vereischte «eden of beloften zal hebben afgelegd. Dienovereenkomstig wordt besloten. - De Voorzitter deelt mede, dat de centrale afdeeling heeft besloten, b eden - avond en morgenochtend 11 uur verschil lende wetsontwerpen in de ofdeelingen te onderzoeken en Donderdag 11 uur open- bare vergadering te houden ter afdoening van een aantal wetsontwerpen. De vergadering wordt verdaagd tot Donderdagochtend. TWEEDE KAMER. Siaaisbegrooting 1925. Algemeene Beschouwingen. Voortgegaan wordt met de algemeene beschouwingen voor de Staatshegrooting voor 1925. De heer B r a a t (Plattel. Partij) be- j toogt dat de Regeering veel te royaal is geweest met de financiën. Minister Colijn heeft het zich te gemakkelijk gemaakt hij Ihet sluitend maken van de begrooting. In plaats van te bezuinigen legde hij nieuwe belastingen op. Dan kunnen wij het alle maal wel, als wij nieuwe belastingen op- loggen. De .begrooting sluitend maken mei bezuinigingen is moeilijker. De landbouw leeft niet op gelijk de Minister wel schijnt v te meenen. De Koningin zeide in de Troon- rede, dait de verhoudingen met de andere t landen goed zijn, maar zij kondigt teven9 een vlootwet aan. Dat begrijpt spr. niet. Van die toegezegde belastingverlaging ge- looft hij niets, want beloften van een re- geering beteeken en niet veel. Het aantal ambtenaren moet zeer ver minderd worden en alle sociale wetten die nen ingetrokken te worden, om-tot bezui niging te geraken. De ambtenaren worden hoe langer hoe brutaler in hun optreden; hij wijst op de sergeants die een houding aannemen die niet doet verwachten, dat er veel van hen is te wachten, als de nood aan den man komt. Spr. is geen vijand van de ambtenaren, maar him aantal en hun salaris is te groot, vooral van de boo- i gere ambtenaren. 1 De opbrengst der Kroondomeinen is zeer hoog, meent hij. Er wordt uitgehaald I wat er uitgehaald kan worden. Dait stemt j tot groote ontevredenheid. De werkwilligen moeten overal door de politie beschermd worden. Zoover heeft "de regeering het al lailen komen. Op leger en vloot kunnen wij veel bezui nigen. Van ontwapening wil hij niet weten Het eekiets van meneer van Embden in den Dierentuin.(De Voorzitter hamert) De speech van meneer van Embden acht hij overdreven, want wij kunnen niet ont winenen. Vervolgens wijst hij op de goederen in 1 doode hand, waaruit heel wat belas- is te halen. De aandacht dient gevestigd, te worden (P het arme platteland. Hij hoopt dat deze regeering na de ver- iiezingen zal vervangen worden door één die meer rekening houdt met de belangen ven het platteland. Verbetering van de Kieswet acht hij wel noodig, mits de onderste lagen der be volking niet langer het kiesrecht zullen behouden. De heer W ij n k o o p (G. Fr.") ziet ab soluut geen keerpunt in economisch op zicht. De algemeene verschijnselen zijn on gunstig. In werkelijkheid wil alleen de commu nistische par'ij alleen sitaan en alleen re- geeren. Van samenwerking gelooft hij voorloopig niets tenzij de S. D. A. P. om valt. De formatie van den heiligen Michael i heeft spr. met genoegen gezien. Wat die Michael eigenlijk beteekent? Spr. weet het niet.. Is die Michael van plan tegen Lucifer ;n casu Colijn en zijn benden op te treden? Zal die Michael ook de wapenen opnemen? Op het programma gaat spr. niet in. want de goede dingen daarop staan er maar voor de leus bij. In zake liet militairisme zegt spiv dat mr. Marchant zijn zaakje zelf heeft ver moord. Wat mr. Marchant wil, is niet ontwape nen zoolang het kapitalisme de macht be- izit. De ontwapening is teruggebracht tot, het futlooze van den Volkenbond. De be wapening zal niet eer verdwijnen voor dat de arbeiders gewapend tegenover het kapitalisme gaan staan onder leiding der communisten. (Gelach) Daarna behandelt spr. de arbeidsbe- weging in Nederland. Hoe staat men feu opzichte van het probleem-Fimmen. Hoe staat men tegenover het doorbrekende een- i heidsfront. dat van onder af opkomt? Het wordt tijd dat de S. D. A. P. zich eens 1 precies uitlaat over haar houding. <i Ook de middensrtaud wordt hoe langer hoe meer gekweld door de kapitalistische maatschapoij en dient dus spr.'s steun te- krijgen. De middenstand wordt doodge drukt en behoort dus in te zien dat alleen de communisten redding kunnen brengen. ^Rusland moet lu ook spoedig door Neder land erkend worden. Alle landen doen dit greeds en ons land blijft steeds achterlijk. Ten slotte bespreekt, spr. de situatie der boeren. Van een opleving van den land- i bouw is geen sprake. De heer T r o e 1 s t r a (S.D.) kan de i fcriliek op de Regeering grootendeels be amen. Op één punt wil spr. wijzen, n.l. op de ontaarding van bet parlementaire stel sel sedert deze regeering aan het bewind, is Hoe is dan te verkrijgen een krachtig parlement? Dat is een levensvraag voor de geleidelijke ontwikkeling der Nederland- sche politiek. Als vóór de verkiezingen geen verbetering komt, zullen wij in het moeras blijven. De fout der regeering is altijd geweest, dat zij haar groepen te veel bond aan een program. Zekere vrijheid zal een demo cratische regeering moeten houden. Twee hoofdpunten zouden er moeten zijn, n.l. de ontwapening en de medezeggenschap in de bedrijforganisatie. Spr. wijst op de zienswijze van prof. Veraart, die een ver zoenende oplossing zou kunnen geven en spr. meent, dat op dit punt een gemeen schappelijk programpunt zou zijn te vin den. Een betere regeling van het gemeen schappelijk overleg met de ambtenaren, een tweede pacificatie-commissie voor de onderwijskwestie, een herziening van de pensioenwetgeving zouden alle punten zijn, die de regeering kon indienen. Spr.'s rede draagt het karakter van een politiek testament en niet van een discours ministro. De vergadering wordt verdaagd tot 's avonds 8 uur. IS DE GULDEN VEILIG? Weg zijn alle schrikbeelden, de gulden is veilig, de vlag kan worden uitgestoken, constateert de r.-k. „Maasbode." Als men nu maar niet te vérstrekkende conclusies gaat trekken, vermaant het blad. Voor de economische positie des lands en voor 't geleidelijk herstel van normaal zakenleven is het pariteitspeil van den gulden een zegen. Ook voor de politiek beteekent het bereiken van de goudwaar- de een mijlpaal. Immers gedemonstreerd wordt aldus, dat het doel dat de regeering zich gesteld had, is bereikt. Alleen maar mag men niet vergeten, dat wij niet op onze lauweren mogen rus ten. AI is het gevaar voor den gulden ge weken, het zou kunnen terugkeeren. Zoo dra wij gingen verslappen in de politiek van de sluitende begrooting, zou de gul den weer op het hellende vlak geraken. Enhet is nog geenszins zeker, dat de gulden reeds binnen is, als de Staats- begrooting zoo hoog blijft als zij thans is, hoezeer zij dan ook sluitend gemaakt is. Immers de heer Bongaerts heeft er in de Kamer nog pas op gewezen, dat ons Staatsbudget te hoog is opgeschroefd. Ook staat de regeering heel sterk waar zij in haar antwoord over het eerste hoofd stuk der Staatsbegrooting waarschuwt om nog geen gejuich aan te heffen. Zij geeft toe. dat de donkere vooruit zichten, welke zich bij de indiening der begrooting voor 1924 openden, in meer dan één opzicht lichter geworden zijn. Ook er kent zij, dat de gewone uitgaven thans weer uit de gewone middelen kunnen be streden worden. Maar zij ontkent, dat wéder een normale toestand in 's lands financiën zou zijn teruggekeerd. En als zeer sterk argument voor deze ontkenning voert zij aan het bedrag der gewone Staatsuitgaven in de jaren 1913— 1914 en daarnaast het begrootingscijfer voor 1925. In tien jaar tijds klom men van 220 h 230 millioen tot 619 millioen aan ge wone uitgaven. Ziedaar een argument, dat tot ieder spre ken moet. Dit is zoo'n geweldige uitzetting der uitgaven, dat men aanstonds ver moedt dat hier wat haperen moet, dat na melijk ons publieke leven op te grooten voet is ingericht. •Nu moet men bij de beoordeeling van deze cijfervergelijking twee dingen in het oog houden. Allereerst dat de koopkracht van den gulden grofweg gesteld kan wor den op twee derde van den gulden van 1913 of m. a. w. dat de begrooting van 1913 ten bedrage van 230 millioen. omgere kend op tegenwoordig koopkrachtpeil of prijzenpeil, bedragen zou anderhalf maal dat bedrag of: 345 millioen. Alsdan krijgt men de verhouding van 345 millioen in 1913 tot 610 millioen voor 1925. Dan echter moet men een tweede om standigheid in aanmerking nemen. Al het accres, dat de begrooting van uitgaven toont, wil nog niet zeggen, dat er even veel of meer on-economische uitgaven ge schieden, Dat. kan men tenminste niet volle dig waar maken van de geweldig toegeno men uitgaven voor onderwijs, van de ruim dertig millioen 's jaars voor verzekeringen ter zijde gelegd van de aanmerkelijke te kortdekkingen op de Spoorwegen en der gelijke. Doch niettegenstaande deze twee beper kingen. die de -kracht van de vergelijking intoomen., blijft het kras. Ook zelfs als men ten slotte nog het accres van de be volking in aanmerking neemt met een zesde deel. Dan nog is immers de verge lijking aldus op te zetten, dat onze Staats dienst in 1913 kostte ruim 400' millioen tegen 610 millioen thans. Dat blijft eeri vergelijking, die zeer tot ernst maant. Onze Staatsdienst is, alles meegerekend, ongeveer anderhalf maal zoo duur als in 1913. En de vraag is. of onze economische kracht dat dragen kan GEftlESSGO EIIETOS De zgn. Moord-„bekepténis". Dezer dagen werd gemeld, dat een jonge man uit Melissant. bekend zou hebben, dat I ii met zijn moeder eenige jaren geleden zijn vader zou hebben vermoord, en het lijk begraven was op een plaats, waar nu een schuurtje was gebouwd. Men schrijfb thans uit Melissant het vol gende aan de „Stand.": Het bericht uit Melissant is al te sterk overdreven. Van een bekentenis of mede- deeling van een zieken zoon is geen sprake. Waar de man vijf jaren geleden verdwenen is, zonder dat iemand hem gezien heeft, was aller vermoeden van zelfmoord, door verdrinking, maar omdat, pas een beton- vloer in een varkenshok was gemaakt., zon der dat er varkens gehouden werden, do ken allerlei dorps-geruchten op en ging men zoover door te veronderstellen, dat de man in het varkenshok begraven lag en daarom is hét parket uit Rotterdam over geweest. De rest is dorpsfantasie. Men meldt nog uit. Melissant aan de Msb. De man, die verdwenen is, heette D. K., en was 45 jaar oud. Sinds 24 Februari 1920 wordt hij vermist. Het huwelijk was niet zeer gelukkig, thuis had de man weinig te vertellen. In het dorp stond hij echter bekend als een nette, ijverige werkman. Hoe hij verdween was een raadsel. Eerst drie dagen na de verdwijning werd door de familie aangifte gedaan, waarbij men het. vermoeden uitsprak, dat de ver- dwenene zich verdronken had in het buiten water. Overal is daarop gedregd. echter zonder iets te vinden; alle nasporingen ble ven teve.rgeefssch. Een broeder van den verdwenene, die op dit dorpje postbode is, vond het. geval vreemd, e.n trachtte de zaak justitieel aan hangig te maken wat hem echter niet. ge lukt. is. Ten slotte is deze man naar een waarzegster te Rotterdam geweest, die hem vertelde, dat zijn broer zich verdronken had en in een anker aan den grond ver ward zat. Met deze uitspraak heeft de man toe.n maar genoegen genomen!! Thans wordt echter in 't. ziekenhuis Eudowkia" te Rotterdam een zoon der betrokken familie verpleegd. Deze had het in zijn ijlkoortsen steeds over een moord, die hij met zijn moeder gepleegd zou heb ben op zijn vader. Het lijk zouden zij ach ter het huis op het erf begraven hebben. Deze mededeelingen zijn ter kennis van de Justitie gebracht, waarop de reeh.ter-com- missaris uit. Rotterdam persoonlijk een bezoek aan Melissant ter plaatse gebracht heeft. De vorige week Woensdagmorgen kwam deze met een parket uit. Rotterdam verge zeld van de,n burgemeester en den heer Chr F. Hossen, uit. Middelharnis, als politie deskundige. Een uitgebreid onderzoek is ingesteld, waarbij opgravingen gedaan ziin. Tot heden is echter niets gevonden. Het onderzoek wordt evenwel voortgezet. IJs. Tusschen de haven van Huizen en de punt bij Muiderberg is het. eerste zeeijs gevormd Slechts een deel der Huizer vissehersvloot is uitgevaren, daar sommige schippers bij het stille weer vreezen voor invriezen op zee. Eert bandieten overval op klaarlichte^ dag. Het was de Haarlemsc-he politie ter oore gekomen, dat er plannen werden beraamd om bij de 61-jarige winkelierster M. P. J. S., wonende aan de Kleine Houtstraat te Haarlem, diefstal te plegen en dat zulks Maandagmorgen zon plaats hebben. Een inspecteur van politie stelde zich verdekt in den winkel op en een recher cheur nam stelling in een tegenover den winkel gelegen woning. In den loop van den morgen kwam een manspersoon in den winkel en vroeg^ een flësch zoutzuur. Toen de winkelierster zich naar een achter den winkel gelegen vertrek begaf om het zoutzuur te halen, werd zij plotseling van achteren door haar eigen- loopknecht aangevallen, waarop ook de in den winkel aanwezige man kwam fcoege- loopen. Samen bonden zij daarop de juffrouw on middellijk een handdoek voor mond en rogen en wierpen haar achterover op den grond. Een derde persoon, die buiten op- de.n uitkijk had gestaan, kwam ten slotte ook naar binnen. De rest laat zich raden. De, inspecteur van politie schoot toe. ontzette de, winkelierster en overmande een der personen, terwiil de andere twee naar bui ten vluchtten. Een hunner werd gegrepen door den inmiddels naar buiten gekonien rechercheur, terwijl de derde korten tijd la-ter in zijn woning werd aangehouden. Op het bureau werd het heldhaftig^ drie tal gefouilleerd. Het, bleek, dat ieder in het bezit, wa-s van een masker. Zii legden een volledige bekentenis af en zeiden-, dat-- het, hun bedoeling was geweest de vrouw van haar geld en geldswaarden te berooven. De Aangehoudenen zijn: de 23-jarige loop knecht W O., wonende te. Haarlem: de 21-jarige A. F. van S., wonende te Schoten en de 18-jarige L. B., eveneens te Schoten woonachtig. De twee eerstgenoemden zijn reeds eer der met de politie in aanraking geweest.. Nekkramp. Te Stavenisse heeft ziclv een geval van nekkramp voorgedaan met doodelijken af- jop. Doodelijk mijnongeluk. In de_ staatsmiin Emma te HeerW is de 57-jarige arbeider O. B. door vallend ge steente getroffen en gedood. Overreden en gedood. Het 5-jarig dochtertje van den heer J. L. is bij Va-als door de stoomtram overreden. Tn het hospitaal te Heerlen is zij overle den. Droevig ongeval. De 76-jarie-e schilder A. E. P. te Rotter dam wilde Maandaga-vond op het reeds in beweging zijnde wagenveer springen. Hij snrong mis en geraakte, te water. Dp man kreeg daarbij een klap van de schroef, waardoor de schedel werd gespleten. Nadat hij op het- droce was gebracht kon een spoedig ter plaa-tse ziinde geneesheer slechts den dood constateeren. Geraamte gevonden. Te Helmond is bij het graven op een ter rein, der firma P. F. van Vlissingen Co. f 1.69 2228 L, VAN ESCH Wzn., Donkersteeg 5 vroeger behoord hebbende ann het, park van het kasteel, een menschelijk geraamte gevonden. Ten onrechte verdacht. Op verzoek van de politie te Arnhem heeft de Amsterdamsche politie Zondag avond aan het Weesperpoort&tation aange houden een man. die reisde niet twee Duit- sche meisjes, welke niet in het bezit, waren van geldige papieren. Deze man, werd ver dacht van koppelarij. Maar uit het politieonderzoek bleek al spoedig, dat hij ten onrechte verdacht werd Wat toch bleek? De ma-n is een eerzaam huisvader, in wiens gezin met den dienst- bodennood werd getobd. Nu was men ein delijk in contact gekomen met een Duitsch meisje, dat, wilde komen dienen. De man is haar gaan halen, waarbij hem bleek, dat zij haar zusje had meegebracht, en dat bei den g-een visum op haar pas hadden. In verband met dit laatste- hebben de man en de meisjes een beetje geheimzinnig gedaan, waf, de aandacht der Arnhem-sche politie heeft gefroV-en en wat do aanleiding tot hun aanhouding is geworden. Do man, die ten onrechte van koppelarij is verdacht, is door de Amsterdamsche po litie dadelijk weer op vrije voeten gesteld. De twee meisjes zullen, daar zij niet in het bezit van geldige papieren zijn, naar Duitschland worden teruggebracht. Moeilijke arrestatie. Gisterennacht werd te Eindhoven zekere v. d. L. door twee agenten aangehouden wegens dronkenschap. De man verzette zich hevig en trok ee.n mes. met, het gevolg, dat- de jas van een van de agenten geheel werd stuk gesneden. De gearresteerde zal ter beschikking worden gesteld van de justitie ir: Den Bosch. Oudheidkundige vondst. In het Siepelveen onder Nieuw We.er- dinge is bij het graven op ongeveer VA M. diepte gevonden een stel kralen, een stuk van een bronzen beitel en hoornen kam en een gedeelte van ee.n sandaal. Alles is ter hand gesteld aan dr. van Giffen voor het museum te Assen Naar men voorloopig heeft kunnen vaststellen, dateeren de voor werpen uit pl.m, 800 voor Chr. en zullen toebehoord hebben aan een vrouw. De voorwerpen zaten dieper dan de bekende Romeinsche bruggen en de vondst is voor al belangrijk omdat daar op die plaatsen nooit, iets gevonden is, dafc wees op vroe- c-p-e bewoning. IÜGEZ9ÏVDEN (Bui/ten verantwoordelijkheid der Redactie) Mijnheer de Redacteur. Uw artikel „Overleg met. de ambtena ren" in uw blad van Zaterdag j.l. geeft mij aanleiding het volgende .op te merken. Hetgeen de heer Schouten zeide omtrent het georganiseerd overleg inzake de amb tenaarssalarissen moge geheel juist zijn het is altijd goed om een medaille van beide kanten te bezien En dat de heer Schouten niet geheel van eenzijdigheid is vrij te pleiten, moge blijken uit het vol gende antwoord aan zijn adres van den heer Marchant: Mijnheer de Voorzitter! De heer Schou ten heeft gesproken over het georgani seerd overleg, en hij, man van objectiviteit en van rustige beschouwing, heeft gezegd: béide parti:en hebben fouten gemaakt, en daardoor is het misgeloopende afgevaar digden van de ambtenaarsorganisaties hebben fouten gemaakt, maar ook de Re geering heeft fouten gemaakt. Het eigen aardige was echter, dat de heer Schouten de fouten, die z.i. door de ambtenaren zijn gemaakt, breed stond uit te meten en dat, hoezeer ik mij heb ingespannen om van hefn de fouten te vernemen, die dooi de Regeering waren gemaakt, ik geen en kele verklaring daaromtrent van zijn lip pen heb hooren vloeien Het komt mij voor, dat de fout van de Regeering is geweest (het is hier al zoo dikwijls gezegd) dat, teen men zich ging zetten tot het georganiseerd overleg, de Regeering zeide tot de ambtenaren: zoo veel moet er af. en daarover zullen \pj gaan overleggen. De. vraag, of dat bedrag juist was. en. zoo ja, of men er dan ook op andere wijze zou kunnen komen, mocht niet worden gesteld. Is het dan te verwen deren, dat de ambtenaren hebben gezegd: als gij deze opvatting hebt van het geor ganiseerd overleg, dan doen wij niet- meer mee? Ook omdat de Regeering onmiddel lijk zich op dat standpunt stelde en er op bleef staan, is het een niet gerechtvaardig de eisch, dien de heer Schouten stelt aan de ambtenaren, wanneer hij zegt: gij hadt van uw standpunt te kennen moeten ge ven, wat dan wel de methode was Het. was niet denkbaar, zooals toen de stem ming van de Regeering was, dat- zij zich daarvoor ontvankelijk zou hebben getoond. Ik merk daarbij op. dat hiermede ook uitgesloten is de grief van den lieer Schou ten, als zou men met opzet hier een voor postengevecht zijn gaan leveren, ten einde de zaak zelf te saboteeren; Het is merkwaardig, dat, waar. de Re geering zich aan deze fouten heeft schul dig gemaakt., de voorzitter van den Minis terraad op 5 November aan de Kamer zeide: ,,In de tweede plaats bleek het in de pra-ctijk onmogelijk, om van de Centrale commissie van overleg te vorderen, dat zij zich een volkomen duidelijk bec-ld zou vor deren van de beteekenis van ieders werk' Toen de vertegenwoordigers van de leerarenorganisaties zich hebben gewend tot den Minister van Marine, om over de regeling van hun salarissen te spreken, zijn zij teruggekomen met de overtuiging, niet alleen dat die vertegenwoordiger van de Regeering er niet in geslaagd was zich een voldoende duidelijk beeld te vormen van ieders werk, maar dat hij niet in j staat was om zich eenig beeld te vormen j" van het werk van hen., wier salarisrege- 5, ling hip had te ontwerpen." j. (Handelingen Tweede Kamer 1924—-1925 bldz. 460.) Nu weet ik wel, dat. de heer Schouten 1 met het vorenstaand niet geheel is beanfc-i woord en daarom zou ik gaarne tevens I hebben overgenomen wat de heer Gerliaid zoowel in eerste als in tweede instantie y heeft gezegd omtrent deze zaak (zie Iian- del. bldz. 417 en 425426), maar ik zou to t veel van uw plaatsruimte vergen. Laat mij hieraan alleen nog mogen toe- f voegen, dat het een algemeen bekend d en zelfs door den heer Schouten niet weer sproken feit is, dat er met Minister Westerveld zéér moeilijk (op zijn zachtst* uitgedrukt.) te „overleggen'3 valt En óók f hierin ligt de oplossing van de vx-aag, r waarom het overleg met den heer De Wil-i de wèl en met den heer Westerveld nietl tot resultaat, heeft geleid. Met dank voor de plaatsing. Hoogachtend. Uw. dw., Leiden 17 Nov. 1924. N. ANES. Wij hebben de Handelingen nog eens nagelezen, maar kregen daarbij niet den indruk, dat de heer Schouten zich aan eenzijdigheid zou hebben schuldig ge- maakt. Dit kan w e 1 van den interpellant den heer Gerhard en andere linksche sprekers I worden gezegd, die alle schuld van het f mislukken der onderhandelingen op reke-i ning van de Regeering schreven. Zij alleen j was de schuldige. 1 Daartegen kwam de heer Schouten iu| verzet. Hij gaf onomwonden toe. dat z,i. I de regeering niet feilloos is te werk ge-rf gaan. maar voegde daaraan toe, dat de vertegenwoordigers der organisaties oolcj zeer groote - fouten hebben gemaakt, een opmerking die in de door ons aangehaalde j rede nader geadstrueerd werd en. die naar 1 het ons voorkomt ook niet voor tegen-1 spraak vatbaar is. Uit wat omtrent de besprekingen uit- lekte kan worden afgeleid dat er niet iri de eerste plaats een streven is geweest t om te onderhandelen en overleg te plegen, maar om de onderhandelingen uit te stellen en de zaak op de lange baan te schuiven. Met het gevolg, dat de ambtenaren- wier belangen men had te behartigen, de, dupe werden, in tegenstelling niet dei werklieden, wier belangen door de com-' missie-de Wilde op uitnemende wijze ge-'1 diend werden en van wie naar verluidt; een bedrag van 3 millicen gered kon wor-i den, I11 hoeverre de Voorzitter aan dit nega-) tieve resultaat debet is. kunnen wij niefc^ beoordeelen. Wel hebben ook wii hooren). verluiden dat de Regeering in de Vent' van een Voorzitter hoe deskundig de heer Westerveld ook mag zijn' niet ge-; lukkig is geweest. -p Redact;o j RECHTZAKEN KANTONGERECHT TE LEIDEN. Voor de openbare zitting komen op de rol voor 21 zaken, voor niet openbaar 2. Als: waarnemend ambtenaar fungeert Mr. Briët. J. H„ veehouder te Zoetermeer is ten laste gelegd, dat. hij een paard onbe-^ heerd heeft laten staan, wat zeer gevaarlijk^ is. ze.gt de Kantonrechter. Bekl. voert ter zijner verdediging aan, dat hem die standplaats was aangewezen door den marktmeester, iets wat hem echter niet. ontslaat voor den kop van het paard te blijven staan. Eisch f 5 of 5 dagen hechtenis be-f klaagde nog al veel vindt. J. Th. C. v. d. H.., te Leiden, van be-f roep half invalide wat geen beroep is zegfcK de kantonrechter, is bekeurd wegens dron-;. kenschap. Bekl. vertelt, dat bi;r dit opge-I daan heeft, doordien hij door eenice studen-l ten getracteerd is die. beloofd hadden hem^ later te halen en. thuis te bren-ge.n wat zei nipf gedaan hebben. De kantonrechter vond het een ge va ar- j liike conversatie voor hem met de studen-\ ten. j Eisch f 3 of 3 dagen hechtenis. Ah je zo:o goed in kennis bent met- de) studenten, moet je maar eens probeeren, J of die de boete willen betalen. J. G..BI. koopman te L e id ers heeft met| een rijwiel gereden in de Ke.tëlboetersteeg, wat. bekl. ontkent. Ook dat het op 10 No-I vember was geweest, doch op de bnn hemL door de politie gegeven, stond geen jaartal. - r>f hein dat nog ten gunste kon ziin? Zoowel Ambtenaar als Kantonrechter^ meenden dat. dit. niet had mogen ontbreken, j- waarop vrijspraak volgde. De Petroleumkachels der Firma Jamm. De Hooge Raad hééft verworpen 'net cas-^ satie-beroep van den Officier van Justitië le Amsterdam tegen een .vonnis van d* rechtbank aldaar, waarbij de fivma Ja mm werd vrijgesproken ..van een tegen hun in-| gestelde vervolg'ng ter zake van de be-, kende kwestie der winkelverwarming' door j middel van petroleumkachels. Met de reriit-» bank bleek de Hooge Raad van oordeel,, dat de Minister van Arbeid. Handel en E11- verheid die in het onderhavige geval een eenmaal gegeven beslissing op een beroep, van de Firma Jamin tegen ee.n door de ar-1 beidsinspectie gegeven voorschrift later} door een wijziging deed volgen, nierme. .e zijn bevoegdheid overschreed. De j Raad liet dus in zijn arrest de hoofdzaa- buiten beschouwing en vereenigde zich met. de opvatting der rechtbank, die een vrij-j sprekend vonnis wees, vanwege de nieen formeele kwestie, dat de Minister m dit j geval op één beroep achtereenvolgens tv eel beslissingen heeft, gegeven, terwijl ziin be-ï roegdheid met de eerste beslissing was uiW geput.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1924 | | pagina 6