[Tweede Bladj V--.■■-.J f. Vrijdag II Juli 1924 DE ECHO VAN DE SOCIALISTISCHE STEM. De redactie van Het Volk heeft een manifest van de z.g. Actual is ten: ontvan gen, waarin op zeer onbehoorlijke wijze over de redactieledten wordt gesproken en allerlei dreigementen worden geüit, als deze heeren hun arbeid niet aanstonds staken. Dit manifest der 'Aotualieteni zegt de Standaard, is in stijl eleni navolging van de luidruchtige geschriften, die af en toe van sec.-dem. zijdo het land worden ingeslingerd. Naar inhoud lijkt het heel wat op de manier, waarop van soc.-dem. kant de tegenstanders en, om een voor beeld te noemen, Ministers der Kroon worden bejegend. Niet ten onrechte is er ge sproken van de echo van de socialistische stem. Het z.g. fascisme en actualisme is trou wens ook niets anders dan de reactie van socialisme en communisme. He reactie past dezelfde methode toe en gebruikt dezelfde strijdwijze, waarbij de terreur van het geweldige woord schering en in slag is. Het verheugt ons, dat nu de Soc.-dem. aan eigen lijve gaan ondervinden, welke gevolgen deze strijdwijze heeft, zij plotse ling tot inkeer komen1. Nu het eigen lijf geldt, begrijpt Het iV o 1 k direct heb gevaar van een ophit sing, die l\eb zelf meer dan eens aan durft. Het blad spreekt van „blaaskakerij", van luidruchtige en machtelooze vlegel achtigheid, van het zichzelf opwinden tot een gevoel van macht dat gevaarlijk is, van een kunstmatig aangekweekte bewe ging. Alles zeer terecht, mits met de vriendelijke vermaning: bezie u zelf oens. Heb is echter zeer opmerkelijk, dat do redactie van Het Volk aanstonds de bescherming van de Overheid zoekt, de Overheid, ,,die prijs stolt op orde en rust". Zij vreest voor de bedreigingen niet, maar overweegt, dat sommige onevenwichtige personen, gedurig opgehitst, tot daden zouden kunnen overgaan. Er is een' ^bru taliteit van halfvolwassen braniemakers." Inderdaad zeer juist. Het is de plicht van politie en justitie, dus oordeelt de redactie, om déze balda dige heertjes met den sterken arm tob bezinning te dwingen, en te zorgen, dat de redactie van Het Volk rustig, zander .vrees voor overval, arbeiden kan. Een ongeluk ligt in een klein hoekje en een stelletje halfrijpe en opgewonden, aangehitste geurmakers is in staat meer onheil te veroorzaken, dan door achteraf- sche spijtbetuigingen van autoriteiten, die niet ver genoeg vooruit keken', kan worden goedgemaakt. ■Wij zijn dit alles volkomen met de soc.- dem. redactie eens. Wij vinden alleen haar voorbarige verklaringen van het eigen recht zoeken, haar bedreiging met zelfverdediging, minder juist. Heb ver raadt meer vrees dan vertrouwen. Wij gelooven niet, dat de bedreiging der Actüalistiem veel beteebenb. De betee- lcenis van aanval en verweer waasJjij het alleen nog bij groote woorden bleef ligt dan ook bovenal in het feit, dat de redactie van Het Volk tot inkeer kwam, met groote juistheid het gevaar van haar eigen geschrijf aanwees en een beroep op heb wettig gezag deed tot hand having van de veiligheid op publiek ter rein. Wij nemen van dit alles dankbaar acte. De aanleiding tot de bekeering is wel niet verheven, maar d'e bekeering is cr dan toch. Wij zullen zien voor hoe lang. 'KERK EN SCHOOL NED. HERV. KERK. Drietal. Te Voorhout: W. W. van Haaften te Noordwijk-Binnlen; F. G. H. Nicolai, cand. te Utrecht; en Dr. W. D. J. v. Wijngaarden te'Voorschoten. Beroepen. Te OoltgensplaatsP. J. Steenbeek te Bergambacht; te Rouveen: K. J. v. d. Berg te Amersfoort; te Waarde (Ti.): G'. van der Waa te Hoogvliet; te "Amcïde en TïenliovenT Of. J. 'Alers te Nieuw-Lekkeriand. Aangenomen. Naar SneekH. W. te Winkel te Vollenhove. GEREF. KERKEN. Beroepen. Te Zweeloo: J. Duiven te Meodcn; te Nieuw-Buinen-: H. Drost te Knijpe. 1 v CHR. GEREF. KERK. Beroepen. Te Ede: H. Visser te Leeuwarden. hm Bevestiging, Intrede, Afscheid. De bevestiging en intrede van cand. D. J. V e 1 s i n k, in de Geref. Kerlc van Arum, is bepaald op 10 Augustus a.s. 'Als bevestiger zal optreden Prof. Dr. H. Bouw man van Kampen. De bevestiging en do intrede van cand. A. J. Hoekzema bij de Ncd. Herv. Gem. te WilligeLangerak is be paald op 24 Augustus. Als bevestiger 'hoopt Ds. P. F. v. Nieu- wenhuizen te Nijkerk op te treden.. Ds. G. Wisse. Ds. G. Wisse, die reeds geruimeni tijd lijdende was aan hoofdongesteldheid, cn daarvoor ook eenige weken een Tustkuuc aan zee heeft moeten ondergaan, is thans in zooverre hersteld, dab hij a.s. Zondag weer voor zijn gemeente te Arnhem hoopt op te treden. Ds. Y. Bootsma. De toestand van Ds. Y. Bootsma. te Zoetermeer, verpleegd in Hopital Wallon, te Leiden, is do laatste dagen weer iets vooruitgaande. Peremptoir examen. De heer W. S. de Vries, theol. cand., be roepen bij de Geref. Kerk van Tzum. en de heer D. J. Velsink, theol. cand., beroe pen bij de Geref. Kerk van Arum, zijn gisteren door de olaesis Franeker peremp toir geëxamineerd en met. algemeene 'stemmen tob den Dienst des Woords toe gelaten. Qand.-examan Theologie. Aan de Theol. School te Apeldoorn zijn geslaagd voor het candidaots-examen. Theologie de heeren: P. Dijkstra ten, J. Hovius. Ziekentelefoon. In de Maandag gehouden vergadering van de kerkeraad der Geref. Kerk van Zwolle, werd besloten over te gaan tot de aanschaffing van een kerktelefoon, aan te brengen in de Plantagekerk, waardoor zieken in de gelegenheid gesteld worden de godsdienstoefening te hooren, waartoe alleen een telefoonaansluiting op heb plaat selijk neb noodzakelijk is. Op den preek stoel der Plantagekerk zal een microfoon aangebracht worden, die ingeschakeld wordt op de telefoon van het kerkelijk bureau. Hier kunnen 10 aansluitingen met van te voren opgegeven nummers worden in geschakeld. Zieken die dus in het bezit zijn van een telefoon aan huis, kunnen op deze wijze den dienst volgen. i Unie van Baptistengemeenten. Gisteren is te Deventer de algemeene vergadering der Unie van Baptistenge- meenten in Nederland gehouden, onder voorzitterschap van ds. J. Louw, van Nieu we Pekela. 1 Aan het jaarverslag van den secretaris, ds. B. Planting, ontleenen wij, dab bij do Unie 26 gemeenten! zijn aangesloten. In heb afgeloopen; jaar werden 204 personen gedoopt, en zijn de gemeenten met 298 le den vooruitgegaan. De meeste en sterkste gemeenten bevinden zich in de provincie Groningen. Bijna alle gemeenten nemen sterk toe in gtetal en invloed. Dr. Rushbrooke uit Engeland sprak do vergadering toe namens de Baptisten al daar en namens het wereld verbondhij wees er op, dat de in 0113 land weinig tal rijke Baptisten in Engeland bij honderd duizenden worden geteld en er op heb oogenblxk in Rusland minstens 15 millioen zijn. Daar te lande is heb ïn de laatste 25 jaren: vertienvoudigd. Op voorstel van de Unie-commissie werd de gemeente te Delfzijl in de Unie op genomen', waarna rapport werd uitge bracht over de onlangs gestichte gemeen te te Hoogezand. Twee afgevaardigden zullen worden gezonden naar do a.s. Bonds-Conferentio der Baptisten-gemecn- teni te Berlijn, alsook twee afgevaardigden' naar de jaarvergaderingen der Engelsche geloofsgen-ooten J Jaarvergadering .Jachin* Zoo we reeds meldden, werd Woensdag te Hilversum dei 5Öe jaarvergadering ge houden van de Geref. Zondagsaoheolver- eeniging „Jachin", die druk bezocht was. D'e Voorzitter sprak een welkomstwoord; waarna hij eten openingsrede hield. Aan den heer P. Oranje, sinds 1898 lid van het bestuur, die om gezondheidsrede nen bedanken moest, werd het buitenge woon bestuurslidmaatschap aangeboden. (Applaus.) Hierna bracht de secretaris, de heer A". Boot-, van Groningen, zijn jaarverslag uit, waaraan het volgenidte is ontleend. De heer De Nij. te Bergen op Zoom, en mej. v. d. Brink, te Veendam, vierden hun gouden jubileum als zondagssohoolonder- wijzer(es.) 168 kerkeraden contribueerden aan de vereeniging. Op vier plaateen werden de Zondagsscholen opgeheven, op 9 plaatsen kwam nieuw leven. De vereeniging heeft nu 31 afd., 31 evangelisatiecommissies en totaal 124 Zondagsscholen. Ds. J. P. Tazelaar, van Weesp, 2e secre taris, rapporteerde over het maandblad. De penningmeester, de heer P. Koster, van Valthermond, rapporteerde over de financiën. De verslagen werden, met een woord van dank aan de functionarissen, goedge keurd. Assen werd aangewezen voor commissie van controle. De heer A. Verleur, van Schoten, rap porteerde. over de uitgeverij. Spr. kon vele goede dingen meedeelen. Hierna hield de Voorzitter een inleiding over „De inrichting onzer jaarvergaderin gen." De voorzitter sloot om ruim twaalf uur do morgenvergadering. Te 2 uur ving de middagvergadering aan. Medegedeeld werd dat de heer A. Ver leur, van Schoten was herkozen en geko zen de heer A. Kappers, van Rotterdam, benevens de voorzitter. Dr. P. Marang. afgevaardigde van de Ned. Zondagsschool vereeniging', sprak nu kort de vergadering tce en bood, namens zijn vereeniging „Jachin", de 'hartelijke gehikwenschen aan. Hierna refereerde dr. H. Kaajan over ,,Naar welk systeem moeten Bijbels, trae- taben en' teksten op cn-zo# Zondagsscholen worden uitgedeeld?" DE UITBREIDING VAN DOKKUM. Het wetsontwerp door de Eerste Kamer aangenomen. De Eerste Kamer heeft gisteren het wetsontwerp betreffende uitbreiding van de gemeente Dokkum met deelen van de gemeenten Dantumadeel, Oostdongeradeel en Westdongeradeel, aangenomen met 26 tegen 11 stemmen. Vooraf was door den Minister van Bin- nenl. Zaken, in antwoord op door den heer Idenburg gemaakte opmerkingen verklaard, dat hij een verklaring heeft ontvangen van B. en W. van Dokkum dato 3 Juli 1924, persoonlijk bevestigd door den burgemeester van Dokkum, waarin gezegd wordt, dat van een-bereid verklaring van het gemeente bestuur v a 11 Dokkum om a a 11 de Katholieken do Bonifacius- bron met omgeving af te staan, mits van Katholieke zijde de afstand van de Stationsbuurt aan Dokkum zou worden ge steund, niets aan is. Vóór het ontwerp stemden de heeren Haazevoet, Van Embden, Westerdijk, De Jonge, Moltmakor, Van der Maessen de Sombreff, Rink, Siingenberg, Stenbuis, De Muralt, Van Lanschot, Janssen, De Jonge, l^e Witt, Van der Lande. Hoffmans, Cra mer, Heerk-ens Thijssen, Polak, Rugge, De Waal Malefijt, Dobbelman, Arntz, Biom- jous, Franssen en de voorzitter. Tegen stemden de heeren: Slo te maker de Bruine, Van Wassenaer van Catwijck, Van der Hoeven, Anema, Mendels, De Vriest Croles, Idenburg, De Veer, Van Na gelt van Ampsen en Verkouteren. Da vergadering wordt verdaagd tot Don derdag 17 Juli de3 namiddags te 2 uur. mmEULSkm De industrie en de belastingen. De Nijverheidsraad heeft eenigen lijd geleden het besluit genomen, de werking van de belastingwetten ten aanzien van de Nederlandsche industrie onder het oog te zien. Het resultaat van dien arbeid heeft hij thans den minister van Financiën aan geboden in een rapport, hetwelk in bro* thurevorm in druk is verschenen. De welvaart van een land wordt slechts gewaarborgd, wanneer hij de voortbren ging teloorgegane productiemiddelen door nieuwe kunnen worden vervangen en bo vendien voortdurend nieuw kapitaal ge vormd wordt, om de toenemende bevolking van nieuwe productiemiddelen te voorzien Voor de industrie is een ruime kapitaals-; voorziening noodzakelijk. Zij toch oefent haar bedrijf uit in vaste gebouwen met omvangrijke machine-installaties, voor welker totstandkoming groote bedragen vereischt zijn, terwijl bet moderne bedrijf ook een niet te onderschatten behoefte heeft aan bedrijfskapitaal. Daarnaast doet de eiscli van voortdurende wijziging van fabrieksgebouwen, machinerieën, enz.v ten gevolge van nieuwe technische vindingen, ook voor reeds bestaande industrieën, wil len zij in stand blijven, behoefte aan nieu we kapitalen ontstaan. Dit klemt te meer nu zelfs ondernemingen, welke in zichzelf door ruime afschrijvingen kapitaal heb ben gevormd, ten gevolge der sterk opge- loopen bouwkosten toch een beroep op de kapitaalmarkt doen, om noodzakelijke ver nieuwingen ten uitvoer te brengen. Het eerste deel van het rapport handelt dan over de kapitaalvorming. De Raad gaat na, welke bedragen op dit oogenblik door den fiscus van de ingezete nen worden opgeëischt en in welke mate die bedragen in de laatste jaren zijn ver groot. Aan de hand van talrijke statistieken en berekeningeri, toont de Baad aan, dat de belastingen in de laatste jaren schrik barend zijn toegenomen. Hiermede is de Raad gekomen aan de behandeling van het tweede deel van zijn taak, n.l. na te gaan, in hoeverre de hui dige belastingwetgeving de bereidwillig heid, om geld ter beschikking van de in dustrie tp stellen, belemmert. Het is onmogelijk, hier de beschouwin gen over alle belastingen te resumeeren, en er moet dus worden volstaan met het vol gende: Rijksinkomstenbelasling. Een voornaam bezwaar, dat de Raad tegen do Rijksin- komstenbelastnig heeft, is, dat deze belas ting volgens artikel 13 wordt geheven over één jaac en wel het voorafgaande jaar, terwijl geen compensatie is toegelaten voor verliezen geleden vóór dat jaar. Aan dit bezwaar is naar het oordeel van den Raad op twee wijzen tegemoet te ko men: A. door terug te keeren' tot het driejaar- li jk-sche stelsel der Wet op de Bedrijfsbe lasting; B. door, met behoud van het éénjaarlijk- sche telsel, compensatie toe te laten van vroeger geleden verliezen. Wanneer een dezer beide stelsels wordt aanvaard, zal de fiscus niet langer de po sitie innemen van den deelgenoot in het bedrijf, die zich in goede jaren een be langrijk deel der inkomsten toeeigent, doch in slechte jaren geen aansprakelijkheid van verliezen op zich neemt. Vooral voor de industrio met haar uit den aard wisselende resultaten is het te genwoordige stelsel verderfelijk. Dividend- en Tantième-belasting. De Raad acht het bedenkelijk voor de industrie, dat maatschappijen, die ter ge zondmaking van het bedrijf haar kapitaal tijdelijk reduceeren met de bedoeling, om die uit de winsten weder aan te vullen, worden gedwongen ook over die uitkeerin- gen, welke de fiscus ten onrechte als winst beschouwt, belasting le betalen. De Raad is verontrust door het gerucht, dat in overweging zou worden genomen de dividend- cn tantièmehelasting door een winstbelasting te vervangen. De tegen de bestaande ontwikkelde bezwaren, voor al dat van dubbele heffing, gelden even zeer voor een winstbelasting, welke boven dien nog het bezwaar zou hebben, dat het maken van reserves werd bemoeilijkt. Gemeentelijke belastingen. Wat de gemeentelijke belastingen betreft, merkt de Nijverheidsraad op, dat het vraagstuk der gemeentelijke belastingen slechts af doende is op leblossen door de gemeenten verder te beperken in haar vrijheid om de tarieven der plaatselijke inkomstenbelas ting op te voeren. Op do bekende gronden verzet de Raad zich dan voorts tegen de nog steeds aan de gemeentebesturen bestaande bevoegd heid een Zakelijke Bedrijfsbelasting te hef fen. 1 In zake de Forensenhclasting stelt de Raad voorop, dat hij het niet onbillijk acht, dat personen, die in een andere ge meente wonen dan die, waar zij hun be drijf hebben of personen, dio een bepaal den tijd* in een andere gemeente vertoe ven, bijdragen aan de kosten van de ge meenten, waar zij inkomsten trekken of tijdelijk verblijf houden, omdat zij in den regel ook voordeelen genieten van hetgeen die gemeenten in het belang harer ge meentenaren doen. In principe heeft de Raad dan ook tegen het heffen van Sjfë rensenbelasti ngen geen bezwaar. Hij kaS echter de geldende methode, om deze he? lasting le heffen over het geheele inkonieiJ van den forens, zij het ook tot voor hoog} stens twee derde gedeelte over een voÊ jaar, niet goedkeuren. De Raad is, mede door de door talrijke, lagere en hoogere autoriteiten gegeven, beslisingen, die zeer uiteenloopen, ten. volle overtuigd, dat in de gemeentewet het begrip „werkforens" niet zuiver is om< lijnd en dat het ter verkrijging van meer! rechtszekerheid aanbeveling verdient, dat: die tekst verbeterd worde. De Raad eindigt met de regeering te verzoeken bij de voorbereiding oener al-c* gemeene herziening van het Nederlandsch'; belastingstelsel voortdurend overleg met de vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven te plegen. Dit zou o.a. kunnen geschieden door een geregeld contact van de ambte-i naren met do lichamen, die 4p verschillen* de groepen belanghebbenden uit het be drijfsleven vertegenwoordigen. r Rijkskinderfonds. In de zitting der Eerste Kamer van 27 Juni zei-de de Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid naar aanleiding van eent opmerking van den heer1 Haazevoet inzak® het Rijkskinderfonds, dab een wetsont werp daaromtrent reeds lang gereed is em dab hij alleen het goe&o moment- afwacht te, om met. deze zaak te kunnen komen. Volgen-s het „Centrum" zou bij dit ont werp worden bepaald, dab één procent van en boven heb loon in zulk een fonds zou worden gestort. De reorganisatie bij de P. T. T. Het hoofdbestuur van den Ccntralcn Neck vlandschen Ambfecaarsbond heeft den Minister van Waterstaat verzocht, dei uitvoering van de voorstellen der commis sie-Van Roycn betreffende de reorganisa tie van den dienst aan het hoofdbestuur der P. T. T. te willen opschorten. Tevens werd verzocht de reorganisatie-voorstellen; le publicoeren en daarover het advies in te winnen van de bijzondere commissie voor .georganiseerd .overleg. HET INSTITUUT DER RIJKSBEMIDDELAARS. Overzicht der werkzaamheden. Zooals bekend is, trad op 16 April 1924 de Arbeidsgeschillenwet in werking. On* middellijk daarna namen de Rijksbemidde laars hun taak ter hand. Het Maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statis tiek, afl. 6, 1924, bevat reeds, een over-» zicht van hunne werkzaamheden van 16 April31 Mei 1924. Het ligt in de bedoe ling voortaan elke maand een dergelijk bericht te publiceeren. De Rijksbemiddelaars hebben ia voren-» genoemde periode kennis genomen van 18 arbeidsgeschillen. In 8 van deze geschillen is geen verdere stap gedaan, dan het vragen van inlichtin gen aan den burgemeester. Een enkel de-» zer laatste gevallen gaf aanleiding tot een schriftelijke gedachtenwisseling met den burgemeester. In 10 geschillen werd bovendien met één of met beide partijen geconfereerd. In één dezer geschillen is slechts met een van beide partijen een bespreking ge houden. Daarna was het geschil beëindigd In 9 geschillen zijn een of meer bespre-» Jcingen met beide partijen gevoerd. 3 van die geschillen zijn tengevolge van die bespreking beëindigd. I11 3 andere geschillen is do Rijksbc- middelaar op verzoek van partijen als bij zonder bemiddelaar opgetreden en heeft een bemiddelingsvoorstel gedaan. In 2 van deze geschillen is dat voorstel in dien vorm of cenigszins gewijzigd door heide partijen aanvaard. In he>L 3e geschil is het bemiddelingsvoorstel door één der partij* en verworpen. Dat conflict is nog niet op* gelost. In een ander geschil bleken partijen bij de bespreking niet van bemiddeling of ar bitrage gediend. In 1 geschil werd een voorstel van dett Rijksbemiddelaar, dat ten doel had te for muleeren de hoofdpunten, waarop blijkens de voorafgaande besprekingen, een der partijen en een. deel der andere partij waarschijnlijk tot overeenstemming zouden; kunnen komen, door dezen aanvaard. Als gevolg daarvan is de uitsluiting, omvat tende pl.m. 22.000 arbeiders, opgeheven. Degenen, die met dit voorstel niet acoord gingen, zijn een staking begonnen, aan-' vankelijk omvattende pl.m. 10.000, later pl.m. 6000 arbeiders. In 1 geschil tenslotte is aanvankelijk be middeling en, toen daartegen bij een groot deel yan een der partijen bezwaar bestond, vervolgens arbitrage in overweging gege-» ven. Het resultaat is nog niet bekend. fËUiLLfêTOH De Sterren hadden gelogen. Verhaal uit den dertigjarigen oorlog. 15) „Ik zal liet mijne doen om hen te bewe gen, doch hoe weten wij „Zoodra de wacht vertrokken is, zal ik een steen tegen het venster werpen en gij hebt u alsdan gereed te houclen; ikzelf zal komen om u naar buiten te geleiden." „Gij waagt uzelf, Zenil Ik wil niet, dat gij u blootstelt om mijnentwil!" „Zeni'a ster rijst met verhoogden glans. Wien de goden groot maken willen, dien geven zij wijsheid en voorzichtigheid. Ik ga nu heen en laat de deuren open, doch hiervan mogen de overige gevange nen niets weten. De cipier zal hedenavond vergeten naar de deuren om te zien. Ik heb hem zulken smakelijken Hon- gaarSchen wijn laten drinken, dat hij zich eerst morgen herinneren zal een oud vriend zijner jeugd ontmoet te hebben. Indien de overige gevangenen echter weigeren te volgen, op u reken ik, heer rechter!" „Ik dank n, Zenit Moge onze God het u loonen! Ik zal met u gaan en ik hoop, !*ij allen!" Do sterrenwichelaar sloeg de deur van het vertrek dicht. Toen hij huiten het vertrek gekomen was, trok hij een fleschjo uit den zak van zijn mantel en liet een! weinig olie op de zware ijzeren scharnieren der deur vallen. Hetzelfde deed hij hij al de deuren, wel ke hij achter zich sloot. De wachthebben de officier nam hem bij het voorbijgaan even op, doch den man herkennende, liet hij hem doorgaan. Zeni begaf zicli niet naar zijne woning. Hij richtte zijne schreden naar het hoschje, dat bij den toren was. 1 Hij had' hier ongeveer een uur vertoefd, toen zijn oor het .gerinkel van wapenen opving. Hij kwam naderbij en vernam genoeg, om te weten, dat de wacht afgelost werd. De graaf van Tilly had woord gehouden. Geen nieuwe wacht betrok den post. Nauwelijks waren de soldaten uit liet gezicht, of hij begaf zich weder naar den toren1, raapte een stuk steen op en wierp dat met kracht tegen het venster. Toen opende hij behoedzaam de deur, klom de boventrap op en wildo de deur van het gevangenvertrek openen, toen hij hoorde fluisteren: „Zeni, zijt gij het?" ,,'t Is Zeni, heer JVerner, zijt gij alleen?" „Alleen!" antwoordde de landrechter, „de overigen blijven!" „Des te beterY' hernam de sterren wichelaar. „Neem mijn 'hand en volg mijl" Nu daalden heiden dé donkere trap we der af, nadat Zeni de deur zacht gesloten ihad met een sleutel, welken hij een dier dagen vervaardigd had. Eveneens sloot zich slrak3 de torenpoort achter hen. Zij begaven zich nu naar de slotgracht. „We zullen de schuit aan deze zijde laten. Ik zou ze alleen gebruikt hebben, ais de anderen ook medegegaan waren. Zij geloofden u zeker niet, heer Techter!" zeide Zeni. „Helaas!" antwoorde Werner, „zij noemden mij dwaas, wijl er geen enkele reden was aan te geven, waarom de keizer van besluit-veranderen 'zou. Zijn belang bracht mede, zoo oordeelden' ze, dat hij grootmoedig jegens hen ware. Onze vlucht zou de zaak verergeren." „Grootmoedigheid. Bij keizer Ferdi nand! Bij pater Lamormain! Zij kunnenl even goed grootmoedigheid hij den tijger verwachten! Zet u op mijn rug, heer rech ter! Zeni is sterk; vrees niet: hij heeft zwaarder vracht getorst!" De landrechter sloeg de armen om den "hals van den sterken Zeni en deze door waadde de gracht, die in dit jaargetijde en op deze plaats zoo ondiep v:as, dat het water hem nauwelijks tot aan de heup kwam. Weldra stonden zij aan de andere zijde Do oude landrechter wierp een laatsten1 blik op den ouden toren, een blik vol' wee moed. i Nu spoedde hij zich met Zeni voort door de donkere straten en weldra bereikten, rij den wal en de woning van den sterrenwi chelaar. I I Het was een treffend schouwspel, toen de oude man zijn kinderen wederzag. Ook Frans en Andrea waren bij hen. Nog dienzelfden nacht verlieten zij de stad, om zich naar Maagdenburg te bege ven. Binnen liet gebied van deze vrije rijks stad, waar de Hervorming zoozeer den boventoon voerde, hoopte de heer Werher met zijn dochter zijn dagen vreedzaam te kunnen slijten. Carl en Frans zouden er de komende dingen afwachten, terwijl Andrea reeds als oen lid van het gezin aangemerkt werd. Drie dagen later werd het rechtsgeding tegen de gevangenen begonnen. 't Mocht geen geding heetens 't was slechts de aankondiging van hot vonnis des doods Tot zeven en twintig maal trad de eeni na den ander in een zaaj, welke rondom met zwart floers was behangen en waarin de stadhouder met do rechters, meest allen Oostenrijkers, gezeten waren. ;_v.—- Over allen was het oordeel hetzelfde: onthoofding- met het zwaard, bij sommigen nog verzwaard door het voorafgaand af houwen van de rechterhand, of uitrukkenl van do 4onff- Maar geen der gevangenen beklaagd® zich over rijn lot; geen hunner vroeg gen nade. „Scheurt dit ellendig© lichaam maar in duizend stukken, doorboort al onze inge* wanden; gij zult niet vinden dan hetgeen j wij in ons verweerschrift voor de geheele wereld sinds lang en menigmaal uitge*j sproken hebben. t Voor ons onderdrukt geloof, voor de go* schonden staatsregeling, voor onzo volks* vrijheid hebben wij eindelijk do wapenen opgevat. Do Heere heeft ons in uwe lland gege*.' ven, des Heeren wil geschiede; do naam' des Heeren zij geloofd!" zoo sprak de graaf von Schlick, wien, eer men het dood^ vonnis aan hem voltrok, de hand zou aff gehouwen worden,' welke in Frederick» dienst het zwaard had gevoerd. De Vorst von Lichtenstein begaf zich nat de rechtspraak tor mis. Wordt vei

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1924 | | pagina 5