Dagblad voor Leiden en Omstreken.
'abonnementsprijs
binnenland
5de JAARGANG. - WOENSDAG 18 JUNI 1924 - No. 1237
BureauHooigracht 35 - Leiden - Tol. int. 1278 - Postrekening 58938
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal.f2.50
Per week f 0.19
Franco per post per kwartaal. f2.90
Oit nummer bestaat uit twee
bladen.
V De Gemeenten en de woningbouw.
Over -de financiering van den wo
ningbouw geeft het gezaghebbende week--
blad „De Gemeentestem."- enkele beschou
wingen, die 'zeker er'nlstigo overweging
verdienen. 1
„Het blad constateert, dat cr tegenwoor
dig in allerlei vormen voor den woning
bouw beroepen worden gedaan op die kas
sen der gemeenten.
Ten. eerste door b o uw vereen i gingen, die
van bet rijk geen of haast geen voorschot
ten meer kunnen krijgen. Deze vragen aan
de plaatsen van baar véstiging öf voor
schotten, öf bet waarborgen van rente en
aflossing van leeningen, meestal tot 100
pet.
Ten tweede (voor arbeiderswoning
bouw) door particuliere bouwers: de cre-
die'tschaarschte brengt deze er toe, bij de
\jgemeente om hulp aan te kloppen.
En ten dlerde slaan sommige gemeenten
zelf de hand aan den ploeg, waarbij zij
van bet rijk cok al weinig of geen finan-
cieelen steun ontvangen.
Dat alles is voldoende bekend.
Jammer genoeg ook, dat bet aantal ge
vallen, waarin gemeenten gedwongen wor
den om al!s borgen de „stroppen" te ne
men (vaak in dien vorm, dat men de com
plexen voor een feitelijk te hoogen prijs
overneemt) den laatsten tijd er niet ge
ringer op wordt.
En omdat bij den woningbouw meestal
vrij groo'to bedragen gemoeid zijn, wor
den dergelijke feiten niet bevorderlijk
voor liet gemeentecrediet; een motief, om
voorzichtig te zijn bij het aangaan van
nieuwe schulden voor woningbouw.
Is nu voor een meer urgent doel op 'ze
ker oogenblik een leening noodig, dan
kunnen de womangbouwschulden voor het
slagen van zoo'n nieuwe leening een hin
derpaal worden, want, zoo betoogt het
blad, bet beleggende publibk lelt gewoon
lijk meer op bet cijfer van de tolaal-
sc build dan op de waarde van het bezit,
dat er tegenover staat.
Tegen het garandéeren van renten en
aflossingen bestaan eveneens bezwaren,
dn de eerste plaats natuurlijk het te licht
schatten van risico's. Eigenlijk moest voor
dezo risico's op die gemeentebegrootingeu
een reserve worden gevormd.
Het kan nu eenmaal soms een dringende
eiscb zijn, dat ergens woningen worden
gebouwd en de gemeente daarvoor steun
verleent. Waar dit geval zich voordoet,
meent „De Gemeentestem", is ook nog een
andere politiek mogelijk dan de gewoonlijk
gevolgde. Vaak zal vooral in groote plaat
sen individueel© bouw, zoo noodig geza
menlijk uitgevoerd, de voorkeur verdienen
boven vereenigingsbouw; garandeert oen
gemeente nu rente en aflossing van zulk
een plan, dan verkoopt zij feitelüjk de
woningen aan de bewoners.
Door ook maar zelfs een zeer klein be
drag als grondkapitaal voor d'en bouw te
vorderen, schept men een „belang", dat
sterken invloed beeft op alles, da't met de
woning verband houdt; de inrichting, bet
onderhoud, de zorg voor geregelde beta
ling van rente en aflossing, terwijl de op-
voe-delicte kracht van bet sparen baar in
vloed doet gelden.
En zoo zouden dan óók de woningen,
'die nu al eigendom van de gemeenten zijn,
aan de bewoners overgedragen kunnen
worden; de gemeenten zouden izlichpdaar-
door langzamerhand van een gevaarlijk
bezit ontdoen en dezelfde voordeelen er
mede kunnen bereiken als de zooevcin ge
noemde." i
Tot zoover „De Gemeentestem".
Wij bespreken thans niet de vraag in
hoeverre het aan bet slot van dit artikel
geopperde denkbeeld aanbeveling ver
dient.
FEUILLETON
EINDELIJK VEREENSGD.
31)
Vele rijtuigen standen daar. De kapel
was niet voor allen toegankelijk; gelukkig
bad Serge een toegangskaart; bij werd
dus op bet Voorplein gelaten, waar vele
bedienden op hunne meesters wachtten.
Enkelen slieperv, anderen trachtten iets
,7an den zang te Verstaan. De kapel was
^net zeer rijk gekleedde vrouwen en offi
cieren in groot lenue geVuld. Zacht
klonk liet koorgezang en de stem van :den
priester 'was als een edbo vain bet 'lied.
Kerkeknechten en koorknapen liepen
trond met waskaarsen en 'zilveren schalen.
?De lichten werden ontstaken, bet reuk
werk verspreid de den liefeli j kis ten geur.
Ser'ge stand verbaasd; jiiooit bad een
•dienst, waarin zooveel dp de zenuwen ge^
werkt wordt, hem zlulk een vreemden in^
druk gegeven. Hij 'zag naar de zoldering;
izij was als met sterren bezaaid, en mid-:
»den in was eene afbeeld!n'g van Gods aL-
rziend oog. Daarna zag bij neder op de
menigte, en vróeg zich af, of Gods (oog
werkelijk met welgevallen rusten kon op
deze ceremoniën. Als antwoord herinnerde
'bij zich bet gedeelte der Schrift, ida't hij
<den vorigen dag had gelezen: „Dit volk
Maar feit is, dat die gemeentelijke wo-
tninlgen ivoor de gemeenten een gevaarlijk
eigendom zijn en dat de i'n diel laatste ja
ren door vereenigingen gebouwde wonin
gen zeer veel kans bieden bet te worden.
De risico voor de gemeenten is nu de
loon'eb over heel de linie dalen em bet be
talen van de gevorderde huren voor ve
len onmogelijk wordt, zeer groot gewor
den.
Ernstige overweging verdient idlaaroim
de vraag of het niet tijd wordt voor delze
risico's die van niet geriingetn omvang 'ziijn,
op de gemeentebegrooting een beis erve te
vormen. i
V Plaatselijke Keuze.
Opnieuw heeft de Tweede Kamer zich
uitgesproken voor de invoering van Plaat
selijke KeuZe, waardoor de bevolking de
gelegenheid krijgt zich uit te spreken
voor bet verbod van drankverkoop in een
bepaalde omgeving.
Beslissend ds zulk een uitspraak niet.
De Regeering is daardoor niet gebon
den maar zij kan de uitspraak van de
bevolking aangrijpen om tot „droogleg
ging" over'te gaan.
Het ging hier dus niet om een plaatse
lijk verbod maar om plaatselijke keuze,
waardoor een verbod kan worden bevor
derd.
Daaruit volgt dat de misbruiken die ve
len van zulk een verbod vreesden als ont
duiking op groote schaal en een verplaat
sing van 't drankmisbruik niet te duchten
zijn daar plaatselijke keuze adcen effect kan
hebben, indien de groote meerderheid dér
bevolking (zich, daarvoor uitspreekt.
Ook bet 'bezwaar vain Mevr. Bronsveld
dat^door zedelijke en niet door wettelijke
middelen de drankstrijd moet worden ge
voerd schijnt ton's overdreven.
De plaatselijke keuze is toch niets an
ders dan de bekroning van de geheelkmt-
h ouders-actie en een poging om wettelijk
•vast te leggen wat door zedelijke midde
len werd bereikt.
Het stemt tot voldoening dat de Tweede
Kamer bet ontwerp beeft aangenomen.
De vraag is nu wat de Eerste Kamer
zal doen.
In 1921 beeft de Senaat aan dit ontwerp
'Z'jine goedkeuring onthouden. En nu is
bet wel waar dait sinds die samenstelling
van dit ooilege belangrijk gewijzigd is,
maar of men reeds zoo spoedig zal willen
meewerken om een in 1921 genomen be
slissing ongedaan te maken, mag 'toch
worden betwijfeld.
Verstandiger en meer in overeenstem
ming met'ons Staatsrecht ware misschien
geweest indien de voorstellers nog e enigen
tijd geduld hadden gehad.
De Tweede Kamer beeft wel' het recht
van initiatief, maar voor onze staatsrech
telijke verhoudingen is bet gewenscht dat
van dlit recht een zeer spaarzamdijk ge
bruik wordt gemaakt.
Nu iintusscben de Tweede Kamer .bet
ontwerp heeft aangenomen, spreken wij
de hoop uit, dat de Eerste Kamer dit voor
beeld zal volgen.
STADSNIEUWS.
De beer Aboebaker Chourmain alhier
slaagde ie 's-Gravcnnage voor het examen
L. O.
De beer H. L. du Boeuff, alhier, be
haalde te 's-Gravenhage de acte van be
kwaamheid in de gemeente-administratie,
uitgereikt door de Ned. Ver. v. Gemeente
belangen.
Gistermorgen tegen elf uur werd op
den Heerensingel een sleeperswagen van
den brandsitoffenhandelaar J. G. van de
St. Jaeohsgracbt aangereden door een
auto die van den Lage Rijndijk kwam.
ieert Mij met de lippen, maar hun hart
Ihoudt zich Verre van Mij." Mat1 tb. 15:8.
Een bang gevoel 'oVermeesterde hem, en
hij vroeg zich af, hoeveel zielen God ge-
baakten uit die allen? Wat zag bij? .Vrou-
'wen bezig met bare kleed'img, mannen, 'dié
|zicb aanstelden als bdj eene tooneel'ver-
{looning, jongelieden, die lacbt'en en
[praatten. Hij begeerde de kerk te verlaten,
izoo spoedig als hij die was ingetreden,
lm aar iets hield helm terug; bij een. kolom
[knielde een meisje; daar l'ag 'zij met ge-
Vouwen banden en gebogen hoofd als on
bewust van bare omgeving; bet was Mila.
1 Serge was verrukt van blijdschap; doch
(die bidjd'schap was niet alleen van een
[persoonlijken en aardscben aard. Onder
(die menigte was althans ééne ziel, die hij
|:ende, die bij kon doorgronden, en die
'zi.cb met hem kon vereenigcu tot aanbid
ding in geest en wa'arbeid.
Iets 'verder 'zag (hij Nathalie en Katin-
f:a met hunne tante, die geduirg knielde»!
Ibij elk Hallelujah; voorts Nikolaas, die
'bezig was zijn niéuwe uniform te behoeden
legen de vlekken der kaarsen.
Nog eenmaal zag Serge Mila aan; zij
(bewoog zich niet. De flikkerende glans
Ider lichten bestraalde baar zuiver Voor-'
'hoofd en hét door droefheid verbleekte
gelaat.
Hij meende een traan (e fcien. Heer,
'troost hatrl Toen isloot hij de oogen en
De wagen werd tamelijk ernstig be
schadigd. Overeengekomen werd, dat men
do schadevergoeding onderling zou rege
len. i i i
f==» Gisteravond reed een wielrijder, die
uit de Janvossensteeg kwam en geen aan
dacht schonk aan de gegeven signalen,
pardoes tegen een op de Oude Vest pas-
seerenden auto.
Het ongeval liep wonder goed af. De
wielrijder werd met zijn stalen ros tegen
den grond geslingerd, waarhij echter al
leen do fiets een weinig beschadigd werd
Nadat de jonge man van den schrik be
komen was, kon bij zijn tocht verder
•voortzetten.
DE RIJKSMIDDELEN IN MEI.
De thans gepubliceerde staat omtrent
den opbrengst der Rijksmiddelen over
Mei 1924, maakt geen ongunstigen indruk
Bedroeg in dezelfde maand van het
vorige jaar de opbrengst in totaal
f40.753.423.08, thans was dit bedrag ge
daald tot f39.995 268.16, een daling dus
van nog geen millioen.
Bij een vergelijking van de eerste vijf
maanden van 1923 en 1924 blijkt dat de
achterstand rond 8.5 millioen bedraagt,
waaruit volgt dat de eerste maanden een
ongunstiger beeld gaven, dan de maand
Mei.
Nu moet men bij bet beoordeel en van
deze cijfeTs zeer voorzichtig zijn. Opval
lend is b.v. dat Inkomstenbelasting, Perso
neel en Grondbelasting met zeer bevredi
gende cijfers op den middelenstaat prij
ken. Dit kan een gevolg zijn van de ver
beterde toestanden, maar bet. kan ook in
verband staan met een snellere invorde
ring en krachtiger optreden der autoritei
ten. Is dat bet geval, wat zeer waarschijn
lijk lijkt, dan zegt bet ruimer vloeien der
middelen nog niets voor de toekomst.
Een moedgevend verschijnsel is zeker
dat zoowel de loodsgelden als de rechten
op den invoer en de registratierechten
eenigo verbetering te zien gaven.
Daarentegen wijst de daling van vrij
wel alle accijnsen op een teruggang van
het massa-verbruik, welk verschijnsel al
licht verband houdt met do heerschendo
werkloosheid en de loon- en salarisdaling.
Alles overziende mogen we dus zeggen
dat er voor de toekomst enkele kleine
lichtpunten zijn en dat bet tekort over
1924 waarschijnlijk iets minder groot zal
zijn dan geraamd werd.
Bezuiniging en versobering blijft ech
ter ook nu nog dringend noodzakelijk.
Jhr. Mr. A. F. ds Savcrnin Lohman.
De beer G. G. van As schrijft in „Het
Schouwvenster" een artikel over Jhr. Mr.
de Savornin Lobman. Daarin lezen we o.a.
Lobman was een zeer bijzonder goed
mensch; ik had bij hem altijd het gevóél
alsof ik bij mijn grootvader zat; er was
'zooveel geduld in hem, en zooveel wijs
heid cn begrip voor de nood-en en behoef
ten van anderen. Toen ik de eerste maal
bij hem kwam, en mij tengevolge van mijn
ziekte, nog moeilijk bewoog, wist hij niet
wat te doen om het mij gemakkelijk te
maken; ik moest bij hem blijven koffie
drinken enz., en toen een der medewer
kers aan „De -Nederlander" eens een zoor
druk jaar gehad had zonder vacantia te
kunnen nemen, omdat ziekte en dergelij
ke hem dat verhinderden, zond de heer
Lobman hem een briefje met de mededee-
ling, dat hij in het bela/ng van do krant
er uit moest gaan, en hij deed er, onder
geheimhouding, een bankje van honderd
bij.
't Was dan ook geen wonder, dat men
op „De Nederlander"- voor Lohman als
't ware door een vuur Zou loopen.
Dit bleek ook wel toen hij afscheid nam
als hoofdredacteur.
De afscheidsbrief, dien hij toen geschre
ven heeft aan de redactie wondt nog
steeds op de „Néderlander-hureaux" be
waard.
Algemeen geliefd was Lohman, zoowel
bij zijn gelijken al's bij zi'jn minderen.
Hij kon blij zijn met de bllijden en
treurig met de bedroefden.
Kinderlijk eenvoudig was hij.
Hij hielld dan ook van kinderen; hoe
verstond hij hun behoeften, vani een bordje
kersen in den zomer af, tot geestelijken
raad in moeilijkheden des levens toe.
Waarlijk hij was een compleet mensch, en
wij mogen God danken dat wij hem ge
had en gekend hebben van zoo nabij. Hij
is een d'ergenen die wij in waarheid nooit
Zullen vergeten.
Herdenking Mobilisatie 1914.
Voor de herdenking van de Mobilisatie
1914 heeft het Nationaal comité een eere
comité gevormd, waarin o.m. zitting heb
ben genomen allo tegenwoordige minis
ters, de gewezen opperbevelhebber van
Land- cn Zeemacht, de oud-ministers uit
het kabinet-Cort van der Linden, verschei
dene Commissarissen der Koningin en
andere hooge autoriteiten.
Een werkiccnenkas vcor patroons.
De vi'sscherspat: oonsvereemging te Hui
zen „Ons Belang" besloot in verhand met
het gedwongen stilliggen van het bedrijf
's winters een werkloozenka-s voor do be
drijfseigenaren te vormen m'et een bij
drage van 75 ets. per week per lid; ge
rekend wordt op 50 ets. toeslag van ge
meente on rijk samen; slagen deze plan
nen, dan is de bedeelde werklooshcidskas
do eerste voor patroons in Nederland.
Tot heden waren deze uitkeeringskassen
alléén verbonden aa.n vakorganisaties voor
•in loondienst arbeidenden.
Militairen in Nad* ludiê.
Dr. J. H. Baviinck, Geref. predikant le
Bandoeng an Ned.-Inldië, klaagt in de
kerkelijke pers sterk over dien toestand der
militairen in Indië beneden dén rang Van
onder-officier. „Onderofficieren zij,n in
geheel andere omstandigheden dan de
mindere militairen en alleen hun zede
lijke positie zooveel gemakkelijker. Met de
mindere militaire^ gevoelen wi'j echter
steeds het diepste medelijden. Droevig
zijn vaak de geschiedenissen, die oorzaak
geweest zijn id'at ze voor koloniaal getee-
Ikend hebben. Soms is hét de malaise en
maandenlange armoede, die hen ertoe
■dreef. Dan weer 'zijn. het treurige verha
len waarin vooral een verbroken engage
ment den grooten stoot er toe gaf. Andere
keeren Weer is het meer een lalgemeene
onwil, vooral tegen de ctrenge opvoeding
in huis, die de directe aanleiding geweest
is. Droevig veel! Van zulke gesrihfedieends-
sen heb ik in de laatste jaren gehoord,
en iederen keer weer vervult het met diepe
deernis over den lijdensweg, (dien die
meesten hunner hier hebben te gaan. En
kele jaren geleden was dit nog zoo erg
niet. Toen was de kans op bevordering in
rang vrij groot en konden de gewone fuse
liers binnen betrekkelijk korten tijd tot een
boogaren rang opklimmen. Thans is deze
ksfns zeer verminderd. En diei wetenschap
verlamt aanmerkelijk hun zedelijke
kracht. Het besef toch dat ze in jaren niet
trouwen kunnen en de voortdurende ver
zoeking waarin ze verkeeren, zijn voor ve
len oorzaak van langzamcn 'achteruit
gang Ik moet u eerlijk bekennen, dat
ik mi&nigmaal brieven van ouders krijg,
die me vragen: hoe gaat het met mijn
zoon? en idat me de moed ontbreekt hun
te antwoorden. Het gebeurt wel, dat wij
een af te stat ié uit Holland ontvangen van
een of anderen jongen anan, en dat ons
bij onderzoek blijkt, dat hij al in het hos
pitaal ligt als boete zijner 'zonde.
A DVER T E NTSE-PRi
Gewone advertentiën per regel 2272 centj
Ingezonden Me de deelingen, dubbel tariefi
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbetaJ
ling van ten hoogste 30 woorden, worden
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
Er zijn reeds verschillende middelen be*
prootid teneinde iden Ohriéten-miii't airen
nog zooveel mogelijk hulp te verleenen
een militair tehuis, 't orgauiseeren van,
kringen, de vereeniging „Pro rege" enz.
En als laatste middel is nu door ,de> clas*
sis Batavia der Gteref. kerken een request
•ingediend bij dei Hooge Overheid, waarin
onder uitvoerige uiteenzetting van de om*
standigheden, -erop Wordt aangedrongen
dat:
1. verdere uitvoering gegeven wordt
aan de in 1914 genomen beslissing om het
kazernie-concuhinaat "onder de Europ. en
Christen-niet-Eurcp. militairen geleide
lijk af te schaffen door het verbod tot het
verleenen van vergunning tot het houden
van een concubine in de kampementen
uit te breiden over de Europ. en Christen*
niét-Europ. korporaals en minderen, met
gelijktijdige openste'l'liing van de gelegen*
hjei'd 'tot huwen;
2. alle voorschriften worden ingetrok*
ken, die in strijd zijn met de duidelijke
strekking van het rondschrijven van het
Departement van Oorlog van 27 Januari
1914, zoomede alle voorschriften, die ertoe
zouden kunnen bijdragen de eerbaarheid
dn het leger te verminderen;
3. een .eind worde gemaakt aan toe
passing of misbruik van voorschriften, in
strijd met die duidelijke strekking van het
rondschrijven ojider 2 bedoeld, of die er
toe moet leiden, dat de eerbaarheid in het
leger vermindert;
4. het concubinaat voor alle militairen
van niet-Europ. landaard worde afge*
schaft.
Bevoegdheid arts, apotheker enz.
Blijkens zijn Memorie van Antwoord
aan de Tweede Kamer in zake het ont
werp tot aanvulling van de wet van den
24sten November 1922 tot aanvulling en
wijziging van de wet van 25 December
1878, houdende regeling der voorwaarden
tot verkrijging der bevoegdheid van arts,
tandarts, apotheker, vroedvrouw en. apo
thekers-bediende, heeft de Minister geen
bezwaar tegen het denkbeeld om een moer
algemeene overgangsregeling te maken,
om op ruimer schaal, dan hij aanvankelijk
had voorgesteld, bezitters van onder de
vroegere wetgeving behaalde diploma's op
het gebied der artsemstudic in de gelegen
heid te stellen zich te onderwerpen aan
aansluitende examens in de faculteit der
geneeskunde, thans in het Academisch
statuut geregeld, om bij het afleggen van
aansluitende examens vrijstelling te er
langen. Een gewijzigd ontwerp bevat de
bepalingen die noodig zijn, om de gelegen
heid open te stellen door aflegging van
oen aansluitend examen over te gaan
naar den weg, die tot de promotie toegang
verleent.
Tevens is daarbij tegemoet gekomen
aan den wensch om den aanvankelijk
voorgestelden eindtermijn te doen verval
len.
Vragen van Kamerleden.
Op de vragen van den heer Mich iel sen
betreffende het nemen van maatregelen
in verband met het langdurig wachten van
het publiek voor de afdoening hunner za*
ken ten kantore van den ontvanger der
directe belastingen te Haarlem (binnenga*
meente), antwoordde de Minister van Fi*
nanciën:
Bij een op 23 Mei persoonlijk gebracht,
bezoek aan het belastingkantoor te Haar*
lem is gebleken, dat de oorzaak van 't lan*
ge wachten niet aan onvoldoende ruimto
voor het publiek is te wijten. De oorzaak
ligt in bet groot aantal betalingen, welke
sedert de heffing dor gemeentelijke in
komstenbelasting door het Rijk belangrijk
zijn vermeerderd en ook door de malaise
nog zijn toegenomen.
Hét euvel, te Haarlem bestaande, komti
op drukke dagen ook aan vele kantoren!
in andere groote plaatsen voor. Om ver*
betering daarvan te bevorderen, zijn de
ontvangers aan do grooto kantoren en*
ïnict weten boo men mij afscheepte?" Hard
oogen zeiden bem niets. Nathaldo cn Ka*
linka groetten op terughoudende wij-zo.
MiHa had zich niet beWogen. Zij vroeg*
'zich angstig.af wat er zou gebeuren; maar
toen Serge haan ovenals vroeger do hand
.gaf, kon zij hare tranen nauwelijks be
dwingen.
„De Heer is opgestaan", sprak Serge
jnet aandoening.
„Hij is waarlijk opgestaan," antwoord*
do zij nauwelijks hoorbaar.
Zij konden niets meer zeggen, bedet
"oog sprak; zij waren niet veranderd: hot*,
zelfde geloof, dezelfde liefde vereenigdo
hen. De twee officieren vergezeld cn de da*
mes tot aan het rijtuig.
Nikolaas zeido tot Sergo: „Kom n\i
mede."- -y
Dezo bleef staan. f >f
„Neen, wat zou uw vader zeggen?' f
..Laat hem zeggen wat hij wil; kom,
ge entwijfol. Ik ken mijn vader, en ik wcot
dat hij van u houdt. Het hart zal over do
ivooroordeelen (zegevieren." -
Terwijl onze vrienden naar het ;.s
Marlino gaan, willèn w-j eenigo opkeldxM
ring geven waarom Anna. Kirüovna heitï
zoo hartelijk verwelkomde.
(Wordt vervolgd)
'hoorde niets meer dan ,de tonen van hét
(opstanding,slicd.
„Door dén dood is 'do dood ioverwon
den. Christus :'s overwinnend uit den 'dood
(opgéstaan." r>
„Hallelujah! Amen, Haltalujah!" ant
woordde Serge uit 'den 'grond' zijns 'har
ten.
De dienst was geëindigd, de kaarsen
jgingen uit, de meni'gto verwijderde zich
(langzaam. Men wensch te elkander ge-
{luk, men. riep uit: De Heer is opgestaan!
jen anderen antwoordden: Hij is waarlijk
!op gestaan.
Maar Serge dacht: „Het is vorm 'zonder
inhoud; 'hoe wemigen van hen, dde déze
fkeerKjke woórdsu spreken, gevoelen daar*
Iran de beteekenis!"
Hoeveten Waren er welllicht onder, die
?)ij elke andere gelegenheid de opstanding
.'zouden loochenen. Sergo bedroefde zich
daarover. Eeni'ge 'zijner oude -vrienden rie^
'pen hem de gewoné zinsnede Hoe, maar
bij antwoordde niet; die woorden waren.
Ihem te heilig, bij kon ze alleen wisselen
met d'e Ware discipelen iv'an den Verre-
zone.
Niemand Van de Marline's lvald Serge
gezien, zelfs Mila niet, en 'hij durfde haar
{Piet na'dëren.
f Plotseling zag 'zij dien kant uit; hunne
'cogeii ontmoetten elkander. 1
Het meisje wijst van de 'terugkomst
biets. Opfceteïijk had Nikolaas, dié meer
jhart dan oordeel bézat, haar dio verzwe
lgen, om haar te Verrassen. iiZj kén echter
die verrassing niet dragen, de wangen
door cle hitte dn de kerk hoog gekleurd,
^verbleekten. Zij moest zich aan 'do koliom
'va'stdiouden.
Serge verraadde zich door eene bewe-
Iging; dadelijk was Nikolaas bij hem en
schudde hem mét bijzonderen nadruk do
band. „Zoo 'z-ijt ge dan terug, en dat op
liét juis'te oogenblik om imij 'geluk te wen-
(Gchem; maar verbeeld u," ging hij verta
ken voort, „ik verzuimde mijn vader voor
(te bereiden."
Serge kleurde, maar zweeg. Zijn aan
dacht was geboeid door haar, die hem zoo
nolbij was, zonder dat hij haar durfde
naderen.
„Kom toch maar," sprak Nikolaas,
„tante heeft altijd betrekking op u gehad,
en vader Zal u, al is alles onverwacht, den
kus niet weigeren.. Wij moeten van de ge
legenheid gebruik maken."
Sergo draalde; maar het vriendelijk
joog der oude vrouw olverwon. Hij hoog
voor haar. „Zoo zijt ge dan gekomen,
jonkman," sprak zij, en bood hem do
hand, die liij aan zijne lippen drukte.
Anna Kirifevna glimlachte, en zeido met
vriendelijken hoofdknik: „Mij dunkt, gij
hebt ons verlaten en vergelen."
„Hoe," dacht Serge verward, „zou zij