ÉiMsÉCorat
stateh-generaal
binnenlahd
Tweede Blad,
Donderdag 20 Maart 1924
EINDELIJK VEREENIGD.
kerk eh school
professoren aan do TLieoL School) en liet
totaal aantal studenten 249.
Do kerk is twee-talig, of eigenlijk drie
talig, n.l. Engelscli, Kederlandsch en ook
Duitsch (ofschoon het- Duitsche gedeelte
niet groot is.) Haar pers is vrij goed ver
zorgd. Het Engelscho lioofdblad is „The
Banner", het Nedcrlandsche „De Wachter"
en het Duitsche „Der Bote."
TWEEDE KAMER.
STAATSBEGROOTING VOOR 1924.
Hoofdstuk III (Buitenl. Zaken).
Aan de orde is de behandeling van hoofd
stuk III (Buitenlandsche Zaken) der
Staatshegrooting voor 1924.
Mej. v. Dorp (Lib.) wenseht van^liaar
belangstelling in den Volkenbond te getui
gen.
Overigens maakt spr. eenige opmerkin
gen over het Internationaal Arbeidsbu
reau, waaraan vele fouten kleven.
De heer S c h o kki n g (G.-H.) gelooft
ook dat de garantieverdragen niet aanbe
velenswaardig zijn. Hij is het met den lieer
Dresselhuys niet eens, dat op de universali
teit'van den Volkenbond moet gewacht wor
den, eer men aan ontwapening kan den
ken. De gezindheid om tot ontwapening te
komen, moet worden aangekweekt on dc
Volkenbond zal dan de nieuwe orde bren
gen die noodig is.
Ten aanzien van Rusland maant spr. tot
voorzichtigheid, omdat de betaalkracht van
dat land niet vaststaat.
De heer Troelstra (S.D.) behandelt
ook do kwestie van den Volkenbond. Wat
er van dien Volken!), is te wachten? Men
moet dien Bond niet teveel op zichzelf en
in verband met den oorlogstoestand zien.
De heer van Ravesteyn b.v. begaat die fout
in bijzondere mate. De Volkenbond is bezig
zich lo ontwikkelen en zich los te maken
uit den voorloopigen toestand. Dc critiek op
den Volkenbond is een critiek op de poli
tieke atmosfeer om den Bond heen en dat
is niet billijk. Spr. heeft op dit punt geen
aanleiding om critiek te oefenen op Mi
nister van Karnebeek, wiens standpunt
met dat van Branting overeenstemt. Toe te
juichen is het, dat Amerika reeds meer toe
nadering betoont tot den Volkenbond. Met
den brief van 23 Juni 1923 heeft Minister
van Karnebeek de algemeene instemming
van Nederland verworven.
Ten aanzien van Rusland vraagt hij den
Minister practiscli cn juist zijn Jiezwaren
tegen erkenning de jure mede te deelen.
Dc lieer Nolens (R.-K.) ziet dezen
Minister met genoegen achter de regeerings
tafel zitten. Dit is ook van belang voor do
continuïteit van ons buitenlandsch beleid.
Spr. zegt dit zonder restrictie, gelijk de
heer Dresselhuys deed. Allerminst acht hij
de behoedzaamheid een ondengd van dezen
Minister.
Juist een Minister van Buitenlandscbe
Zaken kan niet behoedzaam genoeg zijn.
Meer enthousiasme eu minder behoedzaam
heid lijkt spr. nogal gevaarlijk.
Spr. schetst "het ideaal van den Volken
bond, dat men zich heeft geschapen: Dat
ideaal ware misschien beter bereikt door
liet plan van Bened ictus XV,
dat oen accoord wilde bereiken tusschen
eonige stalen om le komen lot verplichte
arbitrage waarvan nu allen nog maar een
kiezen hebben in liet Internationale Hof
van Arbitrage.
Het is thans echter voldoende bekend dat
dit plan verijdeld is door één der oorlog
voerende volken, die zich er buiten hield.
Het ideaal van den Volkenbond wijkt
wijkt nogal af van de werkelijkheid omdat
dio bond sommige staten niet toelaat en dus
eenzijdig is. Ieder lid is to veel vrij om
met besluiten van den Bond 'e doen wat hij
wil en de Bond bezit geen afdoende macht
tot steun yan het recht tegenover ouwiiligo
leden. Daardoor is de positie van den Vol--
.kenbond niet sterk. De Regeering moet
trachten do gedachto van den Bond le oro-
pageoreu; spr. brengt hulde aan de gedrags
lijn die onze regeering volgt. Er is roeds
het oen en ander bereikt en men moet do
ontwikkeling afwachten. De critiek van den
heer Dresselhuys acht spr. onbillijk cn hij
sluit zich aan bij degenen die deze critiek
hebben bestreden.
Spr. verklaart zich ook geen voorstander
van de plannen van Cecil.
Wat Rusland betreft, spr. gelooft niet,
dat men in Rusland wat zal geven om er
kenning de jure. Men zal meer om tast
bare voordcelen willen erkend worden. Spr.
acht het gewenscht do Minister te bewe
gen ora zeer behoedzaam te zijn tegenover
tlezo aangelegenheid en hij hoopt, dat een
eventueel tractaat in do Kamer zal worden
behandeld.
1 Wat Nederland en België betreft be
treurt spr. het, dat beider advocaten zicli
hebben vastgoweveu in hun argumenten,
waarvan de cliënten de dupe zijn. Hij
hoopt dat cr een oplossing zal komen dio
beido landen bevredigt.
De lieer Do Monté Verloren (A.-
R.) bestrijdt ook het betoog van den lieer
Dresselhuys.
Do lieer Duys (S.D.) zegt dat de ver
houding ten opzichte van Rusland zeer is
veranderd. Wanneer spr. -thans Rusland
wil helpen is het om de industrieën te
helpen cn Engeland te steunen ia zijn po
gingen om dc algemecne vredesactie en
do algemeene ontwrichting van het econo
mische leven te herstellen. Gaarno zag hij
dat onzo Regeering niet achteraan kwam
met het herstel der betrekkingen met Rus
land. Den orgsten vorm van kapitalisme
vindt men in Rusland (gelach). Do con
cessie-politiek met name is het ergste ka
pitalisme. Bezwaren tegen onderhandelen
met Rusland kunnen dus hij de kapitalis
ten niet meer bestaan. Hij hoopt dat de
Minister de terugbetaling van de oude
schulden van Rusland niet te veel op den
voorgrond zal stellen, want dan stuiten
do onderhandelingen stellig af. Reeds is
verklaard dat Rusland bereid zou zijn die
oude schulden te erkennen en dat zal ten
slotte ook wel gebeuren.
De lieer Boon (V.B.) bespreekt, de
gveDsmoeilijkheden o.a. voor do auto's en
sluit zich bij den heer Weitkamp aan.
De Minister van BuitenJandsche Zaken,
de heer Van Karnebeek, antwoordt
Eerste eenigo kleinere punten o.a. over
het kleine grensverkeer. Gaarne zal liet
departement de geciteerde gevallen onder
zoeken en nagaan wat er gedaan kan
worden.
Gevraagd is verbetering - der spoorweg
diensten in verband met den visch-aan-
voer in liet Roergebied. Spr. zal dat punt
gaarne onderzoeken.
Vervolgens behandelt spr. de kwestie
van den Rijn, waarin eenige verbetering
is getreden. De regeering heeft een poli
tiek van opportunisme gevoerd, waarbij
het principe allerminst het slachtoffer is
geworden. De Rijnvaart-actie is niet uit
het oog verloren, maar ieder geval is af
zonderlijk behandeld en afgedaan.
Do Rijnvaart-commissie heeft op <le
bres gestaan, en, als straks op 26 Maart
weer een bijeenkomst plaats beeft, zullen
nog eenige punten worden behandeld, die
r.og niet in orde zijn. Omtrent de herzie
ning der Rijnvaart-actie kan spr. niets
zeggen; cr zijn projecten en Nederland
zal zijn belangen ca rechten verdedigen.
Omtrent een kanaal Antwerpen-Moer-
dijk lieeft do Regeering geen toezeggingen
gedaan.
Over de handelsbelangen is gesproken.
Zij zijn van veel gewicht en gaarne dient
spr. ze, maar zoo eenvoudig is dit punt
niet. Er is een werksystaem opgesteld en
dit wordt gevolgd, in samenwerking met
Landbouw, Handel en Financiën. Natuur
lijk is er niet in alle opzichten tevreden
heid ten opzichte van do handelsverdra
gen, maar dat is niet te verwonderen,
want er zijn altijd groole tegenstellingen,
dio tot compromis moeten worden ge
bracht. Bij klachten moet men billijk blij
ven, want de materie is moeilijk. Er zijn
zeer vele accoorden gesloten die alle hun
moeilijkbeden hebben.
Ten aanzien van Rusland zegt .spr., dat
hij zich geen partij zal stellen in do ap
preciatie, aangezien op dit moment in
Berlijn onderhandelingen worden gevoerd
Het heet dat Nederland achteraan komt.
Dit is niet juist. Nederland wachtte af
en na de politiek van blokkade cn inter
ventie, heeft Nederland overwogen wat tc
doen was. Het vraagstuk van de handels
mogelijkheden heeft het onderzocht, maar
Rusland hielp niet mede. In het najaar
1922 lieeft spr. met Lilvinof gesproken en
in het voorjaar 1923 waren de berichten
uit Rusland van dien aard dat Nederlaud
geen initiatief kon nemen voor't aanvangen
der relaties. Sedert is de toestand veran
derd cn de politieke crisis heeft de zaak
opgehouden. Lang niet alle staten hebben
Rusland erkend: ongeveer de helft pas on
Nederland komt dus niet achteraan, als
het nu nog komt. Onjuist is het ook, dai
deze houding schade zijn zou voor Ne
derland, gelijk spr. met'"Russische cij fers
voor in- en uitvoer nader aantoont. In
plaats, in den uitvoer dc 10e plaats. De
Begoering liet weder too die zaken wil
den doen in ons land en dat heeft den
Russischen uitvoer doen stijgen.
Do kwestie van do erkenning is gecom
pliceerd omdat zij over en weer een er
kenning moet zijn van eikaars staatsorde
Dienaangaande is do toestand in Rusland
nog niet bemoedigend.
Ten slotto de garantieverdragen. De
speech van den heer Dresselhuys waa
niet zakelijk, want zij richtte zich togen
spr. en niet vóór de verdragen. Het is een
ingewikkeld probleem; de weg naar de
oplossing staat alleen open voor wie do
realiteit ziet. Spr. zet uiteen welke eischen
het plan-Cecil oplegt en die geheel afwij
ken van het systeem van den Volkenbond
dat veel meer vrijheid laat aan ioderen
staat. Iedere zelfstandigheid zou verdwe
nen zijn en dit zou-ingaan tegen de mee.>t
fundamenteelo eischen die ons volk stelt.
Ook de Volkenbond kon dit plan niet aan
maarden, omdat het alleen een georgani
seerd militair optreden is, een reserve
vorming van de kleine staten voor <lo
groote Een gemilitariseerd Europa zou
het eind zijn van liet gansche plan. De
rode van den heer Dresselhuys was c-en
verzaking van den Volkenhond en daarte
gen komt spr. ten sterkste op.
De vergadering wordt verdaagd tol lie-*
den 1 uur.
Het Bakkersbedrijf cn de Arbeidswet.
Het Centraal bestuur van den Ned,
Baklcer.shond heeft zich met- een circulaire
lat zijn letlen gewend, waa-rm hei-opmerkt1
dat,naar -zijn meening, oenigobepaliugei»-
van de Arbeidswet 1919 voor het bakkers»
bedrijf moeilijkhedenopleveren.
Het boiuLsbestuur tracht nu, door. liet
laten invullen van een vragenlijst door da
leden, to weten te komen, hoeveel malen,
reeds wegens overtreding der bepalingen
van de arbeidswet aan bakkers gevange
nisstraf opgelegd is.
Oelflands Boezemwater.
Naar de Tele gr. verneemt wordt van
bevoegde zide de volgende eenvoudige
methode aan de liahd gedaan om Delf-;
lands boezemwater tegen vèrzonting te
vrij waxen:
Do deuren van tie OranjebuitenshiU
worden dagelijks 5 a 10 «routen openge
zet tegen den tijd, dat het water tloor den
vloed gaal wassen, zoodat liet bkinewatej?
nag hooger staat en dus kam ahAoeieai.
Indien dit dagelijks plaats heeft zal ver-
•zcut'ing in beteekenendv* mate niet plaats
'hebben. Wamt het zout dat door liet l<ek-«
water binnen is gekomen, zal niet zoover
in dvn boezem doorgedrongen z:jn, of het
kan door een korte dagelijkscho afstroo-*
.Tiling nog wel verwijderd worden.
Voor dsn zomertijd.
Het comité van actie tot behoud van den
Zomertijd lieeft liet volgend schrijven aan
don minister van Binnenlandsche Zaken
cn Landbouw verzondoen
„Het Comité tot Behoud van tlenr Zomer-
liid he&t met belahvstellinjg gevoigl do
discusdio over dit onderwerp in dfr
Twcdo Kamer der Sta ten-Generaal' zijn Ge
voerd.
Öoowol het meMit, -rich vcorloopig van
bet voeren cencr actio te moot an onthou
den, veroorlooft het zich echter in uwer
Excellenties herinnering te brengen, dat
het in het vorig jaar een adios tot
behoud van den Zomertijd heeft vor.:on-
den aan de Eerste lvamer der Staten-Gene-
raal, vergezeld van Irjkans vierhonderd
duizend handteeloeningen on dat. Lij die
gelegenheid ook ondcrsclieic-en publicaties
zijn verschwaarin werd aangegeven,
beo de bezworen ,-lio voor sommige land»
bouwkringen beslaan, ondervangen kunnen
worden.
Vandaar, dat het G'pmité LTwc Excellen
tie met aandrang durf'., verzoeken, niet
gevolg te geven aan do door de Tweed#
Kamer der Staten-Generral aangenomen
motie-van don Heuvel, waarin de Regeering
wordt verzocht de wot van 23 Maart 1913
in to trekken.
Hel gezantschap bij hst Vatteaan.
De „Msb." weet te melden, dat het
amendement der Ghr. Historisch en op
hoofdstuk III* der Staatsbegroolin.g (Bui-*
tenlandscli© Zaken), dat tot strekking
heeft het Gezantschap bij tien Hoi'ligea
Stoel op te heffen, van verstrekkende ibe-
teekenis is. Waarneer het mocht wordeai
aangenomen, waarop vrijwel kans be
staat. zal vermoede!''jk minister Van Kar-
.nebaek de portefeuille neerleggen, zegt het
blad. waarop een ol-gemeene kabinetscrisis
in parlementaire kringen waarschijnlijk
wordt geacht.
In die «omstandigheden schijnt Kamer
ontbinding onvermijdelijk.
Een opgewekte toon.
In de rede waarmede Minister Aalberse
Maandag de tiende Nederlandseke Jaar
beurs opende werd een opgewekte toon
aangeslagen.
Optimistische, klanken, zoo we ze in lang
tiet gehoord hebben werden beluisterd.
De Minister erikende dat er veel geileden
5s in de nfgeloopen jaren en dat vaak mol
Eccolit werd geklaagd.
i Aten zou ziende blind moeten zijn. zoo
men het interings- en inboetmg-sprooes,
jjlat zich aan ons economisch leven heeft
•voltrokken, niet erkende en de gevaren
daaraan *vcor ons volksbestaan verbonden,
Jicht tolde.
Mhar, zoo ging hij voortook aan
ilen^anderen kant mag de weegschaal niet
Overslaan, opdat ons het verwijt aikft 'tref-
ïe. dat Üigt in de woorden,;
..Ecu menscli 'lijdt dikwerf 't meest
„Door 't lijden, dat hij vreest
..En dat.niet op komt dagen
i Do no oden, tegenslagen, verliezen, ram-
ïpen, ze kunnen ons treffen, slaan zelfs,
jmaar... breken mogen ze ons niet; niet
jons den moed benemen.
Want, zelden is het leed, dat de mensch
jdoormaakt, zóó groot 'al-s het schijnt.
Wat blijkt, wanneer wij poileai.
1 Do ondervindingen der laatste' jaren
hebben dit ook aan ons volk gedemon
streerd. Met andere, met alle volkeren der
aarde, heeft ook het onze onder het juk
Knoeten doorgaan. Wat andere volken trof,
jgaf ons volk oen terugs'iag,
Hoe raak die slag ook geweest mag zijn,
(wij mogen niet vergeten, dat het „-slechts"
Óen terugslag is geweest. We kmmen ons
'daarom gelukkig prijzen. Ons immers
Jdeef tenslotte nc*g zeer roei economische
"ellende bespaard, onder welker last wij
•andere volken gebukt zien gaan.
Voor cn.s volk. dat door zijn houding bij
fcn tegenover allerlei tegenslagen, die het
{troffen, toonde „niet te wiliten desesperee-
ron", dat zijn vertrouwen in zichzelf iret
beeft verloren en dat én neutraal bleef in
den economi,schen oorlog, zooals het ino-
t)iel èn neutraal waa gedurende do oor
logsjaren, voor ons volk zal, zoo de
.teekenen niet bedriegen, het opklimmen
uit de diepte, waarin de' w-ere1 d-raalaise
het voerde, waarschijnlijk minder be-
'zwaaarlijk blijken en vermoedelijk -snolt-
Eter kunnen gaan, dan zulks voor andere
yotai mogelijk zal z:jm.
\Vo zien tccli reeds lichtpunten.
Het diepste punt der economische in
zinking schijnen wij reed's te zijn ge-
pa,sseord.
Optimisme zal meer en moer de plaats
mogen opvorder,en, waar pessimisme' zoo
lang en zoo dwingend heersch'te.
Het is goed', dat wij d't reeds kunnen
iconstateeren, -omdat het een zeker teeken
'Is van opleving, van krachtiger wordend
vertrouwen. AI mogen de uitingen van
Breeds eenigermate optimistischen kijk op
jdc toekomst nog spaarzaam en met eenige
■reserve tot ons komen, al zijn we mis
schien nog var verwijderd van het mo
ment, waarop we weder van enthousias-
ano bij handelaar en industrieel zu'Ien mo
gen gewagen, goed doet het aan. dat reeds
.weder hoopvolle k'lanken zich urt de be
schouw' ogen over de toekomst losmaken.
Zij toch bewijzen cns, dat de plicht om le
handelen, geschraagd door den wil tot
doorzetten hij het ten uitvoer leggen van
ontworpen plannen, -cms vo'k is blijven be-
jheersehen. Ook op het gebied van handel
'en n:jverheid is waar, dat wie; den moed
.verliest, alles verliest.
Ik meen, dat b'j velen de hoop cip beter
verhoudingen reeds het geteof in die ver
houdingen opbouwt, zooals geb'jk ik zoo-
je ven opmerkte, in d'a jaren van druk de
Vrees voor erger aiog dan men. reeds liad
Ho dragen, velen pesimtetischer stemde,
Ban wel noodig is geweest.
Dat hopen op en bij het; gitaren van een
nieuwen dag, allengs gel ooven in de betere
Vooruitzichten, kan n'iét nalaten zijn
«schragendeu, bemoedigenden invloed 'to
doen gelden en op te wekken tot Iblrjmoe-
iilig voort verken.
FlUSLBJËTOltë
Een verhaal uit het vroegere Rusland.
§2)
Een 'twintigjarig jongeling met zwarten
(liocd, gedoken iin een bonten mantel-, stond
jop do trede van do omnibus. Op diens
stem kleurde do aangesprokene. „Ja, ik
ben liet zelf, ik Zotoff," antwoordde hij
/uit het raam. „Uw gezicht bedri-egt u aiiet,
heer Biblei sky, ofschoon gij mij veran
derd zfet dn den voerman van de omni-
jbus."
„Men moot geld verdienen», aks men geen
ige'ld heeft, ovenals gij en d!e uwen. Daar
bij, dit vak is al even goed als een au-
JdeiL"
1 „Zeker," hernam do jonkman glim
lachend. Hij begon van «zijne verbazing to
bekomen; do aangesprokene was vzijki me-
((Me-erii-iig geweest, d'en hij moeite -had
Hh deze kleeding te herkennen.
i „Gij hebt igeJijk," ging hij .yoort, „liet
Ifs geen kwaad vak, 'daar bet? u toelaat de
freohtsgeleerdh'eid te blijven beoefenen."
Jlnitnsschen keek hij naar z-'ijin boek.
f Nieuwe^ reizigers bmken het- gesprek af,
jan BibTeksky ging zitten, om p'aats te
Eoo zie ik thans ons volk den nieuwen,
zeker langen en zwaron tijd van herstel
tegemoet treden, hoopvol, vertrouwend en
bereid tot handelen."
Wij willen hopen dat de Minister juist
'zag, en dat het diepste punt der economi
sche' inzinking inderdaad achter one ligt.
NED. KEBY. KERK.
Beroepen. Te Dintoloord (locz.) T. E.
Klomp tc Oldebroek; te Garijp: Pb. Peter
to Warns.
4.a'118 e n o m 0 n- ^aar WidlumH. H.
Spijkerboor, cand. te Utrecht.
GEREF. KERKEN.
Beroepen. Te Hoogeveen (vac.-M.
Graven dijk): Dr. S. P. Doe te Dwingeloo;
te Spijk: J. Visseher te Hijlaard; te Moer
dijk: L. ten Kale, cand. le Kampen; te
Ten Post: B. Ramaker, cand. te Groningen
Bedankt. Voor S tri jen. Broinisse-Oos-
terland, Wons en Silvolde-Gendringen: C,
A. Vrcugdenhil, cand. te Rotterdam.
Bevestiging, Intrede. Afscheid.
»-<. D s. J. A. Gerth van Wijk Jr.,
oud-hoofddirectcur der R. W. I. to Veen-
luuz-en, cm '.predikant, dio hét beroep naar
Kolderveen en Diaxterveeh heeft aangeno
men, hoopt Zondagmiddag 30 Maart al
daar zijn intrede te doen, na des voorn,
bevestigd te zijn door den consulent Dr.
van den Berg, predikant te Nijevoen,
Cand. K. Holverda t© Mar rum
(Fr.) lioopt Zondag 30 Maart zijn intrede
te dc-en in do Geref. Kerk van Westorlee
(Gr.) Bevestiger Dr. O. N. Oost&hof, van
Ma num.
Ambtsjubileum.
Ds. A. J. A. Vermeer lierd-enkt op Dins
dag 6 Mei a.s. den dag, dat liij voor 30
jaar bevestigd werd als pred. bij dc Ned.
Herv. gemeente te 's-Gravenhage.
Kerkbouw.
Hedenavond beeft de inwijding plaats
van de Nieuwe Kerk der Ned. Herv. ge
meente te IJaselmonde.
Ds. A. Luteijn, ds. I. Voorsteegh en da.
Joh. Stehouwer, allen oud-predikanten al
daar, zullen cr het woord voeren. Zondag
23 dezer wordt do kerk in gebruik geno
men; de dienst in do hulpkerk vervalt.
Ned. Zsndingsvereen.
Ds. H. W. Creutzberg, predikant der
Duinoordkerk t© 's-Gravenhage, heeft de
benoeming tot lid van het Hoofdbestuur
van het Ned. Zend. Genootschap te Rot
terdam aangenomen-. Tevens zal hij deel
uitmaken van de Uitvoerend© Commissie.
Utrechtsche Zersdingsver.
De heer W. H. de Beaufort te Maarn
heeft. aangenomen do benoeming tob lid
van het- Hoofdbestuur cn de Uitvoerend o
Commissie der Utrechtsche Zendings-yer-
e-eniging.
13.000 preeken.
Rev. Hugh Hughes, een Wcsleyauaach
predikant cn evangelist is, naar wij in do
„Daily Mail" lezen, deze maand 82 jaar
geworcteh. Hij begon to preeken tcan hij
19 jaar oud was en werd 58 jaax; geleden
gewijd. Hij beeft meer dan 13.000 preeken
gehouden.
Kostbaar Avondmaatzitver
St. Olave's Chtirck, Hart Street in Len
den, een der oudste Londensche City-ker
ken, is in liet bezit van een prachtig stel
nvondmaalzilver, o.a-. karaffen, schotels en
collecteschalen. Het stel is van verguld
zilver, uit de Jakob I -eu Karei I perioden.
Een der karaffen alleen wordt reeds ge
schat op een waarde van twaalfduizend
gulden. Voor het- eerst- is nu dezer dagen
dit zilverwerk uit de kluis van de bank
gehaald en, voor zenfdingadoelein.den, ter
bezichtiging gesteld van het publiek.
De Christ. Geref Kerk in Amerika.
Deze kerk, die voor een groot deel van
Nedoriaudsche afkomst is, heeft allengs
een vrij groot getal zielen, volgens het
jongste jaarboek 101.632, tegen 12001 in
1861.
De verhoudingscijfers tusschen „belijden
do leden" cn „doopleden" blijken er ge
zond. Het getal belijdende leden is n_l. on
geveer de helft van het totaal, om het pre
cies tc zeggen: 47464 (tegen 3566 in 1881.)
Do Theologische School verbonden met
Calvin College te Grand Rapids is natuur
lijk-van 1881 tot op heden in dezelfde male
als do haar stichtende kerk uitgedijd.
Was er in 1881 één docent (G. E. Boei)
met onder zich een auditorium vau zes
theologische etuden-fcen, thans is de hoog-
l6eraansstaf vrij sterk (vier theologische
Imiakeii, terwijl Zctoff voor lias.
1 Do jotegelfag, dte zich iïi een Tijtuig
maar icte dicegeschool liet hi-engen, en
(slechts bij toevall heden 'in. ttea tramwagen
(stapte, dacht niet dat een student di't he
ir dep gedure'n'do een gedeelte van den dag
Kri/toefendie; zij diedein. het hij 'beurten,
terwijl de anderen do lessen bijwoonden,
!on bleven, vaak den 'nacht -op iom het vcr-
'zuimdo in te .baten.
Rechtschapen on defclmemenid 'als Bi-
Ib'Msky was ,woog hem het verschil tus-
i-schen het lot van den kameraad en «liet
jz«jno zwaar. Hij wist, boo hoog zijn
«vriend .stond, en voelde achtihg voor ieen
lijver, die doorzettend do mceilijkhedca
Kies lerons bestreed.
1 Toon hij diit Zotoff mededeelde, deed
het hem goed, en versterkte zijn mo-ed. die
begon te wankelen.
I Dien avond nam Bibleieky het besluit,
!do zaak «der o^'ïgclukkige studenten in
Ihandem to hemen.
„Er bestaan «beurzen voor hen," dacht
ihij, „maar die zijn ate droppels iin deh
«'oceaan; -er is meer nsoodig, zbodra i.k imij.-
;iïe fortuin in bezit krijg, zoo God- mij «h'et
«leven ischenikt, -zal ik nieuw o beurzen
«Vtichten en. teveh-s trachten, de luïjp van
landeien to krfjgen."
1 Hij dacht niet eukdl in do iloekomst,
izooails velen doen: reeds heden deed'hij al
jWat hij kom, om het lot der misdeetelo
makkers te rorbeteren.
Terwijl Bibleisky ever -clezo di-ngen
dacht, stapten do reiczigcr-s binnen; do
omnibus -zou zicli juist a-a. beweging stel
len, toen een jonkman i-n uniform der
kade ten op de vo-etbanken sprong, cn
vroeg of or nog plaats was.
„Ja, rechts," zei-do «de conducteur, on
verzócht de reizigers, wat in le schikken.
De jongeling was middelmatig van
(lengte, mager en blond. Hij sloeg aan
voor Bibleisky.
„Goeden avond, Marline," antwoordde
deze, hem plaats makende. „Vanwaar
komt gij? Ik dacht u op de krijgsschool;
,het i,s geen feestdag."
„Neen, ik kreeg oen verlof voor zaken;
maar de «schoolbanken zijn vrij wat aan
genamer dan -dit. Verbeeld u dat ik heden-
oniddag vier uren wachten moest in do
(keizerlijk© kanselarij. Men vindt het niet
de moeite waard, zich met oen kadet bezig
.le houden, cn gij, heer Bibleisky, kent gij
,u\ve vrienden uit liet hospitaal oï huns
gelijken?"
Bibleisky ik-nikle toestemmend. „Half ne
gen moet ik op do Hofkado zijn. en ik
vrees, dat ik te laat kom. In mijne dwaas
heid vergat ik auijne beurs, eh heb slechts
een ongenoegzaam «geldstuk. Ik moest een
omweg maken, maar dat spijt mij niet,
daar ik op die wijze twee aangename ont
moetingen liad."
Bibleisky verhaalde z:jaio verrassing -en
blijdschap, toen hij in de>n tramway-con-
ducteur don schoolmakker had herkend;
maar de jongeling voelde daarvoor weinig
belangstelling, en istreek de pluim van
iziu'n képi.
Do omnibus was vol en do reis begon.
iEen der reizigers liad 'n nieuwsblad bij
zicii, en spoedig ontstond er een woorden
strijd tusschen eon breed gebouwd offi
cier on een adelborst. Nikolaas luisterde,
en Bibleisky, die «achter in het rijtuig zat,
(bekeek stilzwijgend zijno medereizigel's.
Het was een gemengd gezelschap. Een
Ikoopman met langen baard zat naast zij
ne vrouw, in bont gehuld: een rooden doek
droeg y.ij cm het hoofd; daarnaast zag
men een jong militair, den arm ingebon
den: voorts een meisje, het «neusje in de
«lucht, liet haar opgekuifd. Naast haar
•een dienstmeid, die «een groole mand
droeg; voorts twee Duitschers, die beidon
zoo hard praatten, dat men aan wedor-
keerigo doofheid dacht: verder een arm
jong moedertje met «een mog magerder
kindjo op schoot: tegenover haar zaten
do officier en de adelborst, en daarnaast
een lang wezen met jas en manshoed, af
geknipt haar len een 'bril op den neus;
moeielijk kon men onderscheiden, of dit
wezen een man of vrouw was; do stem
was mannelijk, en toch .was. het oen nihiw
ilistisèhó vrtfuw, die het' dagblad in do
hand liad en druk sprak met hare buren»
den zeeman en den officier.
Bibleisky baalde- een pak traktfiatjes lo
voorschijn, en bood daaruit enkele der
(koopmansvrouw aan; belangstelling zien
de, of althans jrieiiwsgierigheid, zco gaf
hig elk een; de boekjes werden met ver
wondering, maar loch met be'eefdheid
«ontvangen. De dikke -koopman 'las hij liet
lantaarnschijnsel. De oPficier en de adel
borst mankten een spottend gebaar; het
meisje borg het in de mof en tie nihilisto
vroeg of het staatkunde behelsde. De on-
'gekerdo soldaat ontving het l-cekje met
het mccslo genoegen. Hierop hield de cnu
mi'bus stil, terwijl de conducteur schelde.
„Litcinoi-Prospect!" sprak hij. nnc.r
(binnen ziende.
„Ik stap hier uit," zei&c Bible: Ay.
„Ik ook," zeide Nikolaas en sprong de
straat in.
„Dan neem ik u mede," sprak Bibleisky,
•zijn arm" rattende; „gij hebt mij dikwijl^
igenoog Iieloofd, onze veteeniging bij \a
;wenen: dtzen keer laat ik u niet los.
("Wordt vervolgd L
-