Dagblad voor Leiden en Omsireken.
v Teleurgestelde leider,
ABOÜÜEGiEliTSPflIJS
./f In Leiden en bulten Lelden
waar agenten gevestigd lijn
er kwartaal .f2.50
ér week f.Q-19
ranco per post per kwartaal 1190
4de JAARGANG. - DINSDAG II MAART 1924 - No. 1186
Bureau: Hooigraéft 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58938
De heer Henri Pol<ak, do voor fitter van
i den AJig. Di aman f bewerker sbond heeft een
vtwoctal weken geleden de reden uiteenge-
'cet. waarom het biotndisbestuur besloten
had den bondsraad te adviseeiren geen
'stappen te doen tot loonverhooging. Dit
advies heeft onder de .leden van den A. N.
D. B. heel wat beroering gewekt.
In het jongste nummer vain het week-
blad komt in verschillende ingezonden
stukken de ontevredenheid der leden tot
uiting. De heer Polak ze't in verband da&r-
Iniete nog eens uiteen, waarom de wen-
ischen der leden ni'et ingowilligd kunnen
worden. Hij .schrijft o.m.;
..Waarom wil het toch niet in hunne
koppen, dat wij al het herwonnen terrein
'zullen verliezen, als wij onze loonen weer
brengen op een aanmerkelijk hoogcr peil
dan de buiten-fan dsche?
..Waarom kunnen zij de toch zoo een
voudige 'waarheid niet snappen, dat als
wij onze loonen boven liet buitenlandsche
jpei'l brengen, concurrentie weder 'jionmo-
•ge'ijk en werklooshedd opnieuw ons deel
'zal worden?
..Waarom dringt het niet lot hun be-
va11ingsvermogen door, dat het fahricee-
ren van achtkant hier zoo goed als ver-
dwenen is, omdat men liet in Antwerpen
zooveel goedkooper produceerde en da't
'dus ook de mêlées van hier zullen ver
dwijnen, indien wij het fabriceeren daar
aan belangrijk duurder maken dan liet e!-
th rs is?
..Waarom willen zij maar niét erken
nen, dat het beter is, regelmatig te wer
ken tegen zegge veertig gulden per week
dan eenigc weken vijftig gulden te ontvan
gen, docli daarr.ia weer een ellendig werk-
'loosheids'tijdpérk te moeten doormaken?
„Waarom kunnen zij toch de zoo een-
vondiige feiten, de hittere lessen van hét
Verleden niet zien en verstaan?
„Maar wij, bestuurders, zien en ver
staan deze maar al te goed en niéts zall
ons kunnen bewegen ook maar een' stap
te deen, die de leden opnieuw .in dén ja-m-
bierpoel der werklbcsheü'd zou kunnen
storten".
Ik beeld mij niet in ook maar een van
'de leden overtuigd tö hebben van ongelijk.
Volkomen besef ik, daartoe niet langer
bet vermogen te bezitten, lomdat bij de
leden hél gelpof dn mijn woord niet alleen,
'docih ,ook in mijn goede trouw schijnt ver
tieren te zijn gegaan. I
Plich'tma'tig heb ik geschreven. Dat is
fnu eenmaal mijn taak een taak, die mij
niet gemakkelijk gemaakt wordt en van
'welke ik hoe langer hoe meer hoop, dat
'zij niet 1)ang meer de mijne mo
ge z ij n, omdat zij slechts dan goed en
met vreugde vervuld! kan worden, wan
neer hij, op wien zij rust, zich gedragen
b'eet door het Vertrouwen zijner laétge^-
Vers. En ik geloof mij niet te bedriegen,
.als ik aanneem, dat bet niet mee!r bestaat.
'Een andere verklaring van hetgeen in de
'laatste weken tot ui'ting 'gekomen is, zou ik
niet weten te vinden."
1 De heer Polak, een van de meest voor-«
*a an staande leiders dn de Ned. Vakbewe
ging schijnt dus Voornemens te zijn het
bijltje er bij neer te leggen.
Wij vers-taan zijn kloch't.
Het moei hard zijn voor den man die
Jieel zijn leven ploeterde om zijne organi
satie voornH te brengen als hij ziet hoe
'zijne adviezen in den wind wordén gesla
gen.
1 Mahr als hij een vijfmaal herhaald
Svaarom laat hooien, dan willen wij
'toch ook niét nalaten er de aandacht op te
ve,stigen, da't het antwoord op di'e vraag
te vinden ds bij dei partij waarvan de beer
iPelak een der vertegenwoordigers is.
Het is de S. D. A. P. geweest, die stel-
'.selmatag do arbeiders heeft misleid, en die
luit kiezersvrees nooit de waarheid heeft
Idurven zien en zeggen.
1 Men heeft de arbeiders opgevoed in den
lwaan dat a 1' 1 e ;s m o g e 1 ij k was, en
Uat hét alleen aan de ^bourgeolste", -en
'aan de verdedigers va-n het kapitalisme
ito d'anken wa,s, dat niet bereikt kon wor
den wat men wenschte.
1 Is het dan wonder dat a.ls de leiders op
'een willekeurig punt Lalt willen houden,
de verblinde volgelingen ervoor be!clanken
hunne wenschen op 'te geven.
I Men heeft wind gezaai/d.
I Welnu, clan moét men zich ook niet ver-
Wonderen als storm wordt geoogst.
3 OCTOBER.
- v.
Prins Willem.
Onder hen, aan wien het ontzet van
Leiclen mag worden toegeschreven, staat
voorop prins Willem van Oranje, want hij
was de man, die, geholpen door deskun
dige personen als den Mechelschen raads
heer Wasteel, door Hollandsehe water
bouwkundigen en eenvoudige boeren, de
mogelijkheid van het ontzet door het
Maaswater binnen te laten heeft gevoeld
en de aarzelende Staten aarzelend we
gens de kwade kansen van wind en water
en de groote schade voor landbouw en
veeteelt er toe heeft overgehaald om
hen te laten begaan.
D© Prins was, zeker niet ten onrechte,
van meening, dat na den val van Haarlem
(Juli 1573), nadat de vijand door zijn
schansen het geheele platteland van Zuid-
Holland in zijn macht had gekregen, Den
Haag door Valdez bezet was en Leiden,
Delft, Rotterdam, Schiedam en Gouda als
kleine eilanden hem dan nog slechts over
bleven, Holland verloren zou zijn op den
dag, waarop Leiden, vallen zou. Het eenige
hulpleger, warop hij zijn hoop gevestigd
had, dat van graaf Lodewijk van Nassau,
was 13 April bij Mook vernietigd^ zijn
beide broeders waren in den slag verdwe
nen en de vijand, die het reeds vóór eenige
manden begonnen (eerste) beleg van Lei
den tijdelijk hacl opgegeven, was snel voor
Leiden teruggekeerd. Afgetobd en zieke
lijk, had hij echter- den moed niet laten
zakken: „Leiden verloren is Hol
land verlore n."
Troepen om den vijand voor Leiden ge
wapenderhand te verdrijven kon hij niet
meer bijeenbrengen. De ondervinding voor
Haarlem had hem getoond, dat de in den
krijg vergrijsde Spanjaarden in het veld
zijn burgers en boeren, zijn Pransche, En-
gelsche, Duitsche en Waalsche benden de
baas waren. Maar het voorbeeld van Alk
maar (8 Oct-. 1573) had bewezen, dat het
water een machtige bondgenoot was in d.en
strijd, want het water ha-d de „victorie"
van Alkmaar bewerkt, het water vooral,
nog altijd het groote verdedigingsmiddel
van Holland.
Aan een zijner beste vrienden, den Hu
genoot Du Plessie-Mornay, heeft de Prins
enkele jaren later medegedeeld, hoe hij
de Staten er toe gekregen had om zijn
plan voor Leiden aan te nemen, en de
vriend heeft het aangeteekend. Het is een
aardig bewijs van 'sPrinsen talent van
anderen te overtuigen en te brengen tot
het volgen van zijn raad.
Hij kwam op zekeren dag in den zomer
van 1574 in de Statenvergadering den
heeren vertellen van een droom, dien hij
had gehad Qver het ontzet" van het sedert
Mei belegerde .Leiden door middel van het
doorsteken van dijken en het binnenlaten
van het Maaswater. Telkens daarop terug
komend, gewende bij de Staten allengs
aan het stoute denkbeeld, dat eerst aller
lei bezwaren deed opwerpen. Eindelijk
haalde hij hen over om eens een proef te
nemen door het doorsteken van den Ijsel-
dijlc bij Capelle. Met eenige hunner woon-
de hij in Juli die welgelukte .proef bij en
wees er op, dat de boeren daarbij allen
tijd hadden gehad om hun vee, hun havo
en goed in veiligheid te brengen en dat
de onderwaterzetting voor de platboomde
vaartuigen, waarop hij zijn matrozen, zijn
Watergeuzen, zijn „Zeeuwsche wolven"
naar Leiden zou voeren, niet zoo heel diep
zou behoeven te zijn en het er gemakkelijk
weer zou kunnen afgeleid worden. Daar
mede had hij zijn zaak gewonnen en kon
hij de ongewone oorlogvoering voorberei
den.
Maar toen werd hij ziek, ernstig ziek to
Rotterdam. Men sprak van gevaarlijke
pest. Men schuwde de ziekte en den zieke,
die een zijner bezoekers meldt het ons
zoo goed als verlaten op zijn bed lag,
tobbend over het plan, dat hij nu niet
zelf zou kunnen volvoeren, tobbend over
het lot van Leiden. Daar kwam het be
richt, dat Leiden, dat men reeds overgege
ven waando wegens de bittere daar heer-
schende ellende, het nog hield en, zegt
onze geschiedschrijver Bor, „van dat
oogonblik begon bij te beteren." Begin
September kon hij weder do leiding in
handen nemen, hoe zwak hij nog was.
Wij zagen in het vorige artikel, hoe
Boisot de moeilijke taak volvoerd heeft.
Wij weten, hoe de Prins intusscbcn niet
oplii#ld de Leidenaars door zijn brieven
te bemoedigen, door zijn boden gerust te
stellen. Nauwelijks hersteld, kwam hij van
Delft uit, waar hij met angst, en vrees de
berichten omtrent het onvoldoend wassen
van het water had vernomen, den 28sten
zelf op de vloot in de Noordaa. fiij zette
de aanvoerders en de matrozen aan om
den vijand niet met rust- tfc> laten en tot
het einde te volharden. Opnieuw schreef
hij aan do benarde Leidenaars, heilig be
lovend hen te zullen verlossen, wat- het
ook kosten mocht. Toen kwam de spring
vloed van den 29sten, toen kwamen cch-
1 er nog de laatste zware dagen. Maar op
Zondag 3 Oct. bereikte hem te Delft, waar
hij in de kerk zat,- het heugelijke bericht,
dat hij na de preek aanstonds liet bekencl
maken. Het doel was bereikt-.
En Maandag kwam hij aanstonds zelf
met klein gevolg langs een omweg liet
door de Spanjaarden bezette Den Haag
en Voorschoten moest hij mijden: dus wel
over Zoeterwoude naar de bevrijde stad
om er te midden der verheugde bevolking
met liaar hare heugelijk© verlossing te vie
ren en de geleden ellende te helpen ver
zachten. Hij regelde er tien dagen lang
allo zaken der stad met Boisot, met de
Van der Doesen, met Van Hout en andere
dapperen. Later wist hij aan de stad, ter
belooning voor wat zij geleden had, de
Universiteit te bezorgen, die sedert 8 Fe
bruari 1575 drie en een halve eeuw lang
haar roem heeft uitgemaakt.
Dat heeft prins Willem alles voor Lei
den gedaan en ook zijn naam dient geëerd
te worden op het eenvoudige monument,
dat-, naar wij mogen hopen, door zijn na
zaat, H. M. de Koningin, op 3 Oct. a.s.
zal worden onthuld.
Op dan, Leidenaars, en stelt ons in staat
om te bereiken, wat wij ons hebben voor
gesteld. Velen Uwer toonden metterdaad
hunne belangstelling. Wij hebben de of
fervaardigheid van vele anderen nog noo-
dig.
P. J. B.
STADSNIEUWS.
Een jubileum.
Heden was heb 25 jaar geleden, dat-
de heer K. Muu3se als reiziger in dienst
trad bij de „N. V. Amsterdamsche Naai
machinehandel, voorheen A. Lewenstein",
alhier.
Toen de jubilaris, die per auto van zijn
huis was afgehaald, den winkel betrad,
werd hij in een grooten' kring van perso
neel, familie en belangstellenden ontvan
gen door den Chef, den heer H. M. van
den Bos, dio in een hartelijke toespraak
memoreerde, hoe hij gedurende al die 25
ADVERTEüTIE-PfitSJS
Gewone advwtentien per regel 22X cetó
- Ingezonden Uededeelingen, dubbel t&rieL
Bij contract, belangrijke reductie. r:
Kleine advertentien bij voojraitbet%<
Bng van ten hoogste 30 woorden, wordea
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
jaren met ijver en nauwgezetheid voor de
firma was werkzaam geweest, tot groote
tevredenheid van dé directie en van zijn
onmiddellijken chef, terwijl zijn onigaug
met het overige personeel steeds in aange
name verstandhouding was.
De lieer v. d. Bos wees er ook op, lioo
heb de Heere onze God was geweest, Die
liem tot dit alles heefb-bekwaamd, en Hem
komt dan ook in hoogste instantie allen
dank en eere toe.
Het cadeau, den jubilaris namens den
chef en het personeel aangebodeni, bestond
in een prachtig tegel-tableau in zwarte
lijst. Tevenis ontving hij nog een nieuw rij
wiel ton gobruike voor de zaak, hetwelk
voor deze gelegenheid met groen en bloe
men versierd was. De echtgenoot© van den
jubilaris had een prachtige bouquette ont
vangen.
Namens de directie werd d© lieer
Muusse vereerd met een prachtig gouden
horloge met inscriptie, dat reeds Zaterdag
j.l. bij monde van een der directeuren, den
heer van Hessen, hem was aangeboden.
De lieer Muusse, bovenmate verrast,
dankte met eendge Voorden voor de vele
en groote belangstelling.
Daarna richtte de heer van den Bos het
woord tot den heer K. Domburg, eveneens
reiziger der firma (te Alphen woonachtig),
die een paar dagen te voren 12* jaar in
dienst der firma was, hetgeen heden met
het bovenvermelde jubileum werd gecom
bineerd. Ook hem feliciteerde do chef, cn
bood hem namens hem en het personeel
een mooien sigarenkoker, met gouden be
slag aan.
Nadat ook de heer Domburg voor deze
onverwachte hulde had bedankt, werd nog
door eenige aanwezigen het woord ge
voerd. Staande werd; nog gezongen
Ps. 72:11,
Mén was gezellig nog eenigen tijd bij
een, waarna 'do jubilarissen huiswaarts
gingen, om den dag in den liuiselijkcn
kring door te brengen, 't Was een heer
lijke ure!
Electrificatie tram Den Haag—Leiden
Do aanleg van de nieuwe electrische
trambaan Den Haag—Leiden is thans zoo
ver gevorderd, dat- op liet baanvak Den
HaagVeur met enkele dagen proef kan
warden gereden en dat over enkele weken
van Den Haag naar Leiden electrisch kan
worden gereden.
De aanleg heeft rond 2 jaar geduurd.
Bij de politie is gedeponeerd een
valsclie gulden, ontvangen door een bank-
looper.
Bij de politie kwam oen klacht in
legien v. W. ter zake van niet nader aan
te duiden handelingen tegenover een juf
frouw op dien Ouden Singel. Er werd pro
ces-verbaal tegen hem opgemaakt.
Te VGravenhage is aangehouden J.
G. H., verdacht van liet verduisteren van
een rijwiel.
Een juffrouw van 71 jaar kwam op
de Priusessekade alhier langs een, vracht
auto geloopen, en had liet ongeluk dat een'
kist- kantelde en op haar been terecht
kwam. Zij werd door den Eersten Hulp
dienst- naar haar woning gebracht.
In den Paradijshof had een éénjarig
kind het ongeluk van een 3 M. hooge trap
te vallen. Het werd. bewusteloos opgeno
men on door den E. H. D. naar het Aca
demisch ziekenhuis gebracht, waar het
verpleegd wordt,
i Gistermiddag omstreeks 5 uur werd
de 79-jarige fabrieksarbeider P«. L. op den
Hoogen Morschweg door een met een
paard bespannen wagen aangereden. Hij
kwam te vallen en kreeg een ernstige
wond aan het hoofd.
Op dc Turfmarkt werd gistermiddag
om 6 uur de wielrijder v. N. door ecu
auto aangereden. Hij reed achter een an
dere auto en wilde juist den weg overste
ken toen de bewuste auto passeerde. Het
achterwiel van de fiets werd beschadigd,
doch de wielrijder bekwam gelukkig geen
letsel.
B1MMEMLAIID
Prins Hendrik in Spanje.
Havas meldt uit Madrid, dat bij Kon
besluit dé orde van liet Gulden Vlies is
verleend aan Prins Hendrik der Neder
landen.
T. Wolthuis, t 9
Te Groningen is overleden de heer T.
Wolthuis, A.-R. lid 'der Prov. Staten van
Gron légen.
De wijziging der Arbeidswet.
Naar ..De M9b." verneemt, zal de wij
ziging der Arbeidswet, waardoor, zooa's
gemeld is do bezwaren 'deT hakkers zullen
worden ondervangen, bi?rep neerkomen,
dat vrijheid zal worden verleend aan de
bakkerspatroons, om te werken buiten de
uren waaraan op bet oocenb'ik zoowel
patrOon als arbeiders gebonden zijn.
Nederland en Bei-da.
In een vergadering, die gehouden i?
door een Cercle d'études poütiques aan da
universiteit te Leuven, onder voorz:<ttcr--
schap van prof. Charles Terlinden, slond
op de agenda de kwestie van d© Wieliiw
gen. Hubert Cartcn do Wjart hooft zijn
gehoor over dit vraagstuk in de Neder-
landsch-Bolgisehe meeningsversc'iillon
onderhouden. Hij besloot zijn uiteenzet
ting met heit uitspreken van de meening
dat do Wielingen onweersprekelijk aan
België hooren. Zij blijven, zoido 'hij. een
laatst© middel om de -herziening van dol
verdragen van 1839 weer ter tafel van
onderhandelingen te brengen.
Heri'enkfng nwbilïsaHe 1514.
De Koning éi (heeft bot liaar oaivrebiden
keschermvrouwschap over hét nationaal
Comité-herdenking mobilisatie 1914 aan
vaard.
De herdenking zelve is, 'n hooMhjnen.
als Volgt gedacht
31 Juli de dag waarrip in 1914 het cpJ
Toopingste]egram werd aangeplakt); aU
gemeen© herdenking door de geheele Iwv
volking; 's -avonds (na afloop der dagolijk-'
ische bezigheden) plaatselijke samenkomst
van degenen die gemobiliseerd zijn ge
weest en van belah^stenendm.
1 Augustus (in 1914 de eerste mohüisa-»
tie-dag), landelijke 'herdenVng t© "s-Gr'a-<
venhago door afgevaardigden uit alle ge©
meenten van Nedei/tond. ,,In herinnering
zal worden gebracht de groote beteekenis
voor ons land van de mobi'fsatie. waar-«
floor aan de geheele wereld is kenbaar
gemaakt de onverzettelijke wil van het
Nederlandsch© volk om zijn onzijdigheid
te handhaven en den vred'e te bewaren."
De zorgen van het nationaal comité en
zijn fnancieele oommissie strekken zich1
nje<t abeen uit tot het doen bekostigen van
he toe en voor de becégd© herdenking zolrG
noodig is. Gehoopt wordt in zoochnige-.
mate de belangstelling t© verlevendigen
voor hen, dde, in hang© lijden, zooveeü op-i
offerden om ons land voér de gruweVr^
van een oorlog te behoeden, dat mogoLjltf
wordt 'de vorming Van een fonds ter on-*1
derstenning van 'hen, die door d© vervuV
ling van li'un vaderlandschen plicht per-«
soonl'jk© nadeelen 'hébben geleden ©n in
bijzondere moeilijkheden zijn geraakt.
Invoering van den Zontertijd.
Op het Franscb© miivsterie Van op-'rn -
bare werken beeft gisteren de vergoden:
FSUILLETOM
EINDELIJK VEREEN1GD.
Een verhaal uit het vroegere Rusland.
26)
De bedienden waren gewoon baar
te gehoorzamen; de kinderen kwamen bij
elke moeielijkheid tot haar, en door hare
trouw en handigheid had zij zelfs do
gunst van den norscken heer des huizes
verworven. De admiraal had zijne vrouw
geen aangenaam leven bezorgd, en dikwijls
had Serge de oude Tatiana tegen liera
hooren morren, als zij voor het portret zij
ner moeder stond. „Arm lief duifje," zeide
z:j dan, „zij hebben je het leven zuur ge
maakt, maar de Heer zal het je nu in hel
Paradij-s wel vergelden."
„Weest vroom als je moeder zaliger,
had zij dap, tot de kinderen gezegd, „zij
zal je gedurende je geheele leven blijven
beschermen en je dan de poorten van den
hemel openen."
Deze woorden had Serge in het binnen
ste van zijn hart opgenomen, en zij
vormden daar een stralenkrans te meer
om het beel!d zijner moeder. Serge was
met een levendige verbeelding begaafd; hij
hal. een geheimzinnig© en nevelachtige
.vorsteling van een onbekenden God, van
een i'deaal, dat hij nergens in zifino om
geving bewaarheid vond. Zijn godsdienst
beperkte zich tot de weelderinge vormen
van de Oostersthe kerk en tot de verhalen
zijneT oude bo-nne. Vroom en Bijgefloovig,
'had zij zijn© verbeelding-gevoed met de
legenden van heiligen en de mythologi
sch© verhalen, die het Christendom nooit
geheel uit den boeiem van het Russische
volk verdrongen heeft. Dikwijls sloop hij,
jnstede van zich t© buigen voor de iko-
nen (heilige schil'derijm), die hem een ge
heimzinnige vrees inboezemden, naar de
kamer van zijn vader, on te knielen voor
een andere schilderij, ex „zij-ne gebéden
voor mama op t© zeggen," aooals hij het
noemde. Dit portret toch was voor zijn
jeugdige verbeelding de vorstelling van
die onbekende godheid, die Zjn jong hart
reeds zocht.
Op zijn tiende jaar werd hij n het corps
van pages geplaatst. Hij had noeite, om
zich in deze nieuwe levenswijze ie schik
ken; maar toen hij er aan go\\>on was
geraakt, werd hij ijveriger in do studie
,en vuriger in het spel, dan een zijibr ka-
giera'den. Nieuwe invloeden hadden goe
dig die zijner eerste levensjaren irige-
wischt.
Dezelfde vormen omringden hera mg
{altijd, maar hier waren zij slechts ee»
ts!uier, die godlo'ochening cn ondeugd bei
,'dekten. 'Sier had hij lichtzinnige en on
zedelijke makkers en zellfs leermeesters,
)die dikwijls te kwader trouw waren. Hoe
kon hij aan dezen stroom weerstand bie
den? Aan zicihzelven overgelaten, zou hij
zeker schipbreuk hebben gelede-n, maar
God had hem een rechtschapen hari gege-
,Ven en bleef over lvem waken.
Na de schitterendste examens afgelegd
te hebben, kwam hij van school zonder
'door eenigen gr oven misstap bevlekt te
zijn, met eenige kennis van het menscho-
lijk hart en den vasten wil, om een nuttig
lid der maatschappij te worden. Zoo trad
hij de wereld in. Slechts één© zaak ont
brak hem: het één© noodige.
Het cntzedelijkend ongeloof zijner
schoolmaikkers stond hem tegen, en zooals
wij reeds zagen, geloofd© hij aan het be
staan van een God. maar dat was ook al
les. Hij kende de liéfde van God, die Hij
in Christus Jezus heeft geopenbaard,
noch het bederf van zijn eigen hart. Vol
vertrouwen op zichzelven, meende hij, dat
hij een goed en braaf johgmenscb was, die
verdiende door God on' mensehen geprezen
te worden.
Moedig en vol van de schoonste ver
wachtingen was hij ten oorlog uitgetrok
ken, in do vaste overtuiging, dat hij een
.groote daad zou doen, zich naam zou ver-
(\verven en zijn vader zelfs zou verhazen,
'en dat hij dan zijne lauweren zou neer
leggen aan de voeten van leen jong meisje,
waar-voor hij reeds sedert eenige maanden
igenc'genheid koesterde.
Maar ach! hij was in zi'jn eerste hoop
'teleurgesteld. Hij had -dapper gevochten,
maar de ziekte en de wonden hadden hem
huiten gevecht gestel'd, voordat hij nog
tijd had gehad, om het groote wapenfeit,
'dat lii'j zteh voorspiegelde, t© 'kunnen be
drijven. Nu kwam hij terug, bedrogen in
zijne verwachtingen, ondermijnd door de
koorts, bedroefd over het verlies van den
vriend zi jner jeugd, Miohacl Bronitzky. en
in den geest vervolgd door d© vreeselijke
tooneelen, die hij had bijgewoond. Zóó
:lreffen wij hem aan op den avond van
zijn terugkeer te St. Petersburg.
1 Langzaam vervolgden d© uren hunnen
loop, doch hij dacht er nog niét aan zich
'te bed to begeven. Met liet heet© voor
hoofd op d© hand geleund, bleef hij zit
ten peinzen. Had hij een vriend gehad,
aan wien hij zijne gedachten kon medo-
deelcn, dan waren zij misschien minder
somher geweest, maar de koorts on het
gevoel eeDer eenzaamheid deden hem alles
zwart inzien.
In den geest zag hij zijn makker, ha
dend o in zrjm bloed op de eengamo vlakte
van P-levna. Hij bevond zich Weder op
liet slagveld. Perof zag liij daar ook, wor
stelende tegen d© ijzeren hand dos doods»,
[afzichtelijk dn zijn wanhoop. Hij boorde;
weder de verwenschingen der gowondon')
cn het kermen der stervenden; daarop zag,
hij plotseling een© vrouw in rouwgewaad
,naast zich staan, dio hem onder tranend
smeekte haar zoon terug te geven. Dati
was hem te veel. Hij stond op, als om dit
akelig gezicht van zich to drijven, en de
koorts gaf hem kracht, om met grooto
stappen gedurende langen t-!jd de kamer
,op on neer te wandelen.
Waarom toch zooveel lijden? riep hij
luid. Wie heeft toch dezen vloek over de
wereld gebracht, dat alles er lijdt? Waar-;
om toch altijd die oorlogen? V. elk onvcrV
zet'telijk noodlot dwingt toch de menschel!
om elkaar t© dooden en noodzaakt broe
ders tot broedermoord.
In zijne overspanning vergat hij geheel
dat hij dezen oorlog uit alle macht
wcnscht had, zeolag hij zich voorstelde er'
roem in tö zullen behalen. Hoe het j,
de arm© jongen leed werkelijk. "W at zou
het hem in dit oogenblik goed gedaan l-rin
hen, Hem to kennen, die op het kruis den
vloek gedragen heeft van deze z?r l
wereld, do eenige, die allo wondeu kanj
'genezen en zelfs do onzokorsto vvo'ken kan
verdr jvw:.
(Wordt vervolgd).