Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
Ae01N£g3£»T§PRIJ9
- In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd xijn
Per kwartaal 12.50
Per week.V.f 0.19
(Franco per post per kwartaal f2.90
4de JAARGANG. DONDERDAG 6 MAART 1924 - No. 1182
BureauHooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 Postrekening 58936
ADVERTENTIE-PliMS
Gewone advertentiën' per regel 22J« conÉ
Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarieft
Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbeü*
T van ten tooSste 30 woorden, wordef
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
V Geen principieel verschil.
i Over bet gebruik der middelen ook kt
den Staatkundigen strijd bestaat tusschen
de Antirevolutionairen en de Staatkun
dig Gereformeerden geen verschil van op-?
matting.
Wel wordt in vergaderingen en soms
:ook in gesehriften een beroep gedaan op
de geschiedenis van Gideon, maar dit be
roep wordt door de S. G. P. en hare af-
deelingen officieel gewraakt.
De heer Oudshoorn schreef onlangs in
een ingezonden stuk: „Als de Heere een
streep haalt door onze rekening, dan blij
ven er van de 27000 man Gideons 300
rover, en daarmee moet generaal Gideon
mog als een gerstebrood door het leger der
iMidianieten rollen om een nul en niet voor
God te worden."
i Dit is wel ietwat eigenaardig uitge
drukt, maar men begrijpt toch wel de be
doeling.
£n wie nadenkt en Gods Woord in zijn
geheel leest, die begrijpt ook wel dat hier
aiiet een levensregel gegeven wordt.
De Heere wilde Gideon duidelijk doen
gevoelen dat Hij het was die Israël ver-
•iostte, maar daaruit volgt niet, dat nu
voortaan altijd zoo zou moéten worden
gehandeld. De regel was ook onder Is
raël een andere.
Do Staatkundig Gereformeerden zuil én
•ons dat toegeven.
In verkiezingsdagen wordt door hen
een beroep gedaan, niet ailleen op de wei
nige getrouwen op „de Gideonsbende",
auaar dan worden zoo althans was het
in Leiden zooveel mogelijk alle kie-
£evs bewerkt en worden huis aan huis
'Strooibiljetten verspreid, om de eenvoudi
ge reden dat bij de stemming het getal
(beslist.
Er zijn Staatkundig Gereformeerden die
bet verzekeringswezen als zondig afkeu
ren. Zij zien in het zich verzekeren tegen
brandschade enz. een gebrek aan Gods
vertrouwen, een pogen om vleesck tot zijn
arm te stellen.
Daarnaast echter staan vele andere le
den, vermoedelijk wel de groote meerder
heid, die wel tegen verplichte verzekering
bezwaar maken, maar die zich igcheel vrij
willig tegen de gevolgen van brand, van
ziekte enz. hebben verzekerd.
1 En wrj hebben nooit gehoord van een
pogen om deze verzekerden uit het Staatk.
Gereformeerde leger uit te scheiden, om
dan met de weinige getrouwen ih de
kracht Gods den strijd te aanvaarden.
Integendeel, men wekt zoowel verzeker*
ider als niet-verzekerden op, aan de stem
ming deel te nemen, niet, omdat men in
(3od geen vertrouwen stelt of omdat men
erop uit is vleésch tot ziljnen arm te stel
len. maar omdat men met ons overtuigd
is, dat het gebruik der middelen niet al-
ileen geoorloofd, maar zelfs plichtmatig is.
Het verschil loopt dus niet hierover dat
wij niet en de S. G. wel het gebruik der
middelen zouden afkeuren en versmaden.
Een beroep op het gebeurde met Gideon
iis liie>r dan ook absoluut misplaatst.
Evenals misplaatst zou zijn een beroep
«op andere teksten uit de H. S. om samen-
fwerking met andere partijen onder alle
•omstandigheden aan te bevel én.
i Wij erkennen Gods almacht.
God kan wonderen doen en verlossen
.«oowel door weinigen als door velen.
Als er in Israël geen sini'd meer gevon
den wordt, zoodat a?le wapentuig ont
breekt, dan is het voor God niet te won
derlijk om toch de overwinning te schen
ken.
Maar de regel is een andere.-Cold
bindt zich als regel aan de middelen en
slel't ons verantwoordelijk voor de wijze
jwaarop w,ij die middelen gebruiken.
Hieromtrent bestaat geen verschil van
nieening.
Maar wel kan verschil bestaan over de
wijze waarop diie middelen worden ge
bruikt.
iVan Staatk. Geref. zijde wordt er den
•Antirevolutionairen herhaaldelijk een ver*
•wijt van gemaakt dat zij met twee ande
re rechtsche partijen bet Kabinet steu*
dien en hoewel er tusschen de partijen on
derling geen en#kele band bestaat, toch
gezamenlijk de regeringsmeerderheid
vormen. J
Men keurt dat af.
1 En daarover valt te praten.
Maar stel nu een oogenblik dat dit ad-
Vies was gevolgd, en dat wij ons in 1918
(en 1922 afzijdig hadden gehouden.
Wat zoii dan het gevolg zijn geweest?
i H. M. de Koningin kan niet regeeren
ponder een Kabinet. Er moet, hoe dan ook,
•een Kabinet worlden gevormd en het moet
pchter zich hebben een meerderheid waar-
top het steunt.
Het ligt dus voor de hand, dat we had
den gekregen een Kabinet onder SOc.
J)em. invloed, dat in 1918, in den revo
lutietijd alles op losse schroeven had ge
staan, en dat we langzamerhand een
tchaotischen toestand hadden gekregen.
Nu zullen er zijn, die zulk een toestand
■als een oorideel Gods, zonder meer zouden
bebben aanvaard.
Maar bestaat niet evenzeer de mogelijk
heid dat men de A. R. partij van ernstige
plichtsverzaking en van een schrikkelijk
Igebrek aan verantwoordelijkheidsbesef zou
ftnfbben beschuldigd?-
En indien men dat bad gedaah, zou dan
pulk een beschuldiging geheel ongegrond
pijn geweest?
Wij nemen een ander voorbeeld.
Bij de, bet vorig jaar gehouden Gemeen
teraadsverkiezingen was met stellige ze-
kerhefd te berekenen dat door het zelf
standig optreden der Staatk. Gereformeer
den, Anti-Revolutionaire zetc-ls zouden
verloren gaan.
Wij denken hierbij aan Leiden on Hil-
iegom.
En toch beeft men doorgezet.
Nu zullen er zijn die een dergelijk ge
bruik der middelen, waarbij men speelt
dn do kaart van de tegenpartij, afkeuren
pn het is ons bekend, dat er ook onder
■hen, die voorheen Staatk. Geref. neigingen
hadden, zijn, die hierover zeer ontstemd
•zijn, maar daartegenover staan, anderen,
die tegen zulk een gebruik der middelen
ju ie t het minste bezwaar hebben.
Op do verschillende opva'tting omtrent
het al of niet geoorloofde van verzekering
fwezen wij reeds. Velen die legen verplich
te verzekering ernstig bezwaar hebben,
echten vrijwillige verzekering, blijkens liét
gebruik dat zij va.n dit instituut maken,
jgeboden.
Zoo is er dus wel verschil omtrent de
wijze waarop de midde'en woTden ge
bruikt, maar het verschil heeft geen prin
cipieel karakter. Het is een kwestie van
meer of minder, die igeen afzonderlijke
partij-formatie rechtvaardigt.
Anders staat het mét de kwestie van
iP.rtikei 36 der N. G. G., volgens Ds. Ker
sten een der allesbelieerschende punten in
liet politieke leven, waarvan wij de be
spreking tot het volgend nummer uitstellen
STADSNIEUWS.
Waarnemen en aandacht.
Voor een talrijk gehoor, uit ouderwijzers
en onderwijzeressen lie slaande, hield gis
teravond in het Nut Dr. Oort van Oegst-
gees't de eerste van zijn Vijf lezingen over
psychologische onderwerpen, en iwel over
„.Waarnemen en aandacht".
Wanneer we. bij een prettig diner tegen
woordig zijn, aldus spr., worden we be
stormd door een bombardement van waar
nemingen; toch kunnen we tegelijkertijd
onze aandacht hij een gesprek bepalen, we
kunnen ons daarin zoo verdiepen, dat de
buitenwereld bijna niet 'tot ons doordringt,
dat komt omda't ons waarnemen den in*
vloed ondergaat van een proces, dat we
aa;n'daicht noemen1. Duizenden indrukken
dringen tot ons door, een gedeelte daar
van wordt ons halfbewust. Ook in diepen
slaap zijn we vatbaar voor indrukken.
Immers, we kunnen wakker worden, ook
door kleine geluiden, ook door hét ophou
den van een geluid. Hieruit volgt, dat er
dus iets in onze zintuigen waakt.
Spr. onderscheidde vervolgens tweeër
lei aandacht. De natuurlijke en de kunst
matige.
De eerste is de oorspronkelijke aan
dacht, die we bij alle levende wezens vin
den, ook bij bet dier, als het loert op zijn
prooi. Zij berust op bet volgen vam de na
tuurlijke verlangens en begeerten.
De kunstmatige is de aangekweekte,
aangeleerde aandacht. Men moet dikwijls
het aangename vermijden om dets hoogers
te bereiken en plichtgetrouw zijn aandacht
bepalen bij werk, wat tegen zijn oogen-
blikkelijk verlangen ingaat.
De opvoeding bestaat voor een groot doel
in het geleidelijk ontwikkelen van de
kunstmatige aandacht, en wel op den bo
dem van de natuurlijke.
Het is niet mogelijk, zijn volle aandacht
.gedurende langen tijd bij hetzelfde ding
'te bepalen.
Spr .ging vervolgens aan de hand van
verschillende proeven liet bepalen vam de
aandacht na, en wel in tweeërlei opzicht:
vooreerst wat den omvang betreft (hoe
veel indrukken iegelijk) en ten tweede
(wat den duur het langen tijd achtereen
aandachtig arbeiden) be'treft.
Proefnemingen liebben geleerd, dat een
mensch niét meer dan 8 elementen tege
lijk kan opvatten, afsmede dat hoe snel
ler, dus hoe meer automatisch, mea
werkt, hoe minder fouten men maakt.
Ook lieeft de ervaring geleerd, dat er
een heel geringe samenhang van aandach
tig snel waarnemen met 'de rapportcijfers
op school is, hieruit te verklaren, dat goed
loeren im hoofdzaak een kwestie van ge-
hengen is.
Spr. lichtte een en ander aan de liand
van verschillende instrumenten toe.
Het Leldsche Ziekenhuis.
Aan de Memorie van Antwoord betref
fende liet Bouwfgnds voor Binnenland-
sche Zaken eni. is het volgende ontleend.
..Ten aanzien van den bouw van het
niéuwe ziekenhuis te Leiden merkt de Mi
nister van Onderwijs nog op, dat dé uit
werking va,n hét gewijzigde plan (uiteen
gezet in de M. v. A. nopens hoofdstuk
Va der Staatsbegrooling voor 1924). mot
kracht ter hand is genomen en dat het ia
de bedoeling ligt, ook met de daadwer
kelijke voortzetting en voltooiing van den
bouw den meest mogelijken spoed te be
trachten.
Om financieel en technische redenen is
het echter wenschelfjk, niet het geheels
complex gelijktijdig af te bouwen, maar
de uitvoering in een driietal groepen te
doen geschiéden, zooda't het eerst gereed
zullen komen de gehouwen voor den imis-
houöelijken dienst, voor kinderziekten,
voor otologie en dermatologie, voor gy
naecologie en obstetric, benevens liet ge
bouw, dat waarschijnlijk aan de Vereen!-,
ging voor misvormden zal worden ver
huurd en d'enst zal doen als orthopae-
diisc.h instituut.
De voltooiing van deze groep zal kun
nen worden tegemoet gezien in 1925/2G.
Vervolgens zullen worden ter hand go-
nomen de gebouwen voor de administra
tie, de chirurgie, de in terne geneeskunde,
de pathologie, vergelijkende pathologie,
bacteriologie en hygiëne en do ooghoel-
kunde, welke" in 1928/29 gereed zullen
kunnen zijn; terwijl daarna dé psychiatri
sche kliniek en het laboratorium voor
pkysiologie zullen volgen.
Uiteraard zullen deze groepen niet
streng gescheiden wérden gehouden,
maar dooreenloopen, al naar de voort
gang van het .werk dit zal vereischen. De
verdeeling vam de kosten van het nog res-
teerende gedeelte, welke in totaal op
f 5.090.000 worden geraamd', wordt als
volgt gedacht: 1924 f 500.000, 1925
f700.000, 1926 f950.000, 192* f 1.000.000,
1928 f 1.000.000, 1929 f840.000, 1930
f 300.000 en 1931 f 300.000. Het spreekt
echter vanzelf, dat dit slechts een voorloo-
pig schema is, hetwelk voor nadere wij
ziging vatbaar moet zijn.
De voor 1923 aanvankelijk uitgetrokken
vervolg termij n ad f 1.300.000, wordt bij
deze teruggebracht tot f 900G00.
Jeugd-Onthoudersvereeniging.
Gisteravond werd door de samenwer
kende Christelijke Jeugd-O.nthoudersver-
cenigïngén in gebouw Prediker een goed
bezochte Propaganda-f eestavond gehou
den.
't "Was een gezelige avond vol afwisse
ling.
De lieeren Stegehufs' (viool) en Eggink
(piano) lieten de aanwezigen genieten van
de muziek. Mej. de Nie zong enkele liede
ren.
Bij dit alles werd echter het doeï va-n
den avond niet vergeten.
Als eerste spreker trad op de heer Joli.
A. Zwarts met het onderwerp: „Ons de
toekomst". Spr. toonde aan, dat juist nu
de toekomst zoo donker is, op de jeugd be
slag moet worden gelegd. Want de jeugd
lormt later de kern van de maatschappij.
Zoo ook, als men nu begint met de drank
bestrijding, zal die in de toekomst krach
tig voortgezet kunnen worden.
Spr. gaf nog eens duidelijk aan, wat
hier dé taak va.n de jeugd ils: Niet
dronkaards tot bekeering brengen, maar
't alcoholvraagstuk hestudeeren en zelf
ontliouder worden.
Na de pauze werden door verschillende
kweekeiingeai enkele voordrachten gedaan,
waarbij vooral „Een dag 'tolk'' de aan
dacht trok/
Tweede spreker was de heer H. Binnen
dijk, die als onderwerp had gekozen „Een
oproep", waarmee gelijk vanzelf -spreekt
een oproep tot geheelonthouding bedoeld
was.
In sprekende kleuren werd geschetst bet
leed door het alcoholisme veroorzaakt en
duidelijk aangetoond, dat niet in het ma
tig gebruik maar in geheelclnlhouding
kracht moet worden gezocht om dit kwaad
to bestrijden. Laat daartoe de jeugd mee
werken. Hier ligt een taak voor de jonge
mec.sclien waarbij ze van de ouderen niet
afhankelijk zijn. Daarom, jonge lieden,
sluit u aau.- dan kunt ge zeggen: ik heb
tenm:nste mijn plicht gedaan.
Aan het slot van dezen goed geslaagden
avond werd gezongen: ,,'k Wil U, o God,
mijn dank betalen".
Ned, Chr. Reisvereer.iging
Zooals reeds werd gemeld, wordt ge
poogd ook hier ter stede een afdeeling van
bovengenoemde Vereeniging, wier leden
tal reeds .tot ruim 1700 is geklommen, en
die zich reeds in een eigen orgaan mag
verheugen, op te richten.
Tot dat doel zal binnenkort een propa-
ganda-avond worden georganiseerd.
Op Maandag 24 Maart hopen rum. de
hoeren J. van der Leeuw en J. C. Bissceuw
in den Foyer van de Stads-Gehoorzaal een
lezing met lichtbeelden te lioudkn over
„Venetië", de stad der verbeelding. .Een
ieder, die eenige belangstelling voor deze
zaak heeft, boude dezen avond derhalve
vrij.
Aan het Zoeklicht
Leiden 6 Maart 1924.
Is dat nu niet de zaken op den hop
zetten?
In de Kamer was er op gewezen, dat
sommige examencommissies de gewoonte
hebben op Zondag te vergaderen, met het
gevolg, dat sommige leden, hunne overtui
ging geweld aandbeni en dat andere leden,
aan de werkzaamheden geen deel kunnen
nemen.
De Minister heeft hieraan aandacht ge
schonken!.
Maar hoe? Door aan de voorzitters té
verzoeken met dit bezwaar rekening to
houden en dus niet meer op Zondag te ver
ga-deren.
Ik juich het toe, dat de Minister hoeft
ingegrepen.
Maar een krachtiger optreden zou toch
meer bevrediging hebben geschonken.
't Maakt nu den indruk idat met. de
bezwaarden, die nog den Zondag wensehen
te heiligen, nu ja, wel Tekening wordt ge
houden, maar dat dit dan ook de eenige
reden is, waarom verzocht wordt niet meer
op Zondag te vergaderen.
OBSERVATOR'
Mej. JoostenLócman t
Na langdurige ongesteldheid is gisteren-
de „huismoeder" van het Christelijk Te
huis Door Militairen aan den Morschweg
overleden.
De overledene is geduiendo 23 jaren ia
het Tehuis werkzaam geweest en heeft niet
alleen aan tallooze jongelieden, gedurende
hun dienstplicht een vriendelijk tehuis be
reid, maar zij is ook voor velen tot een
zegen gesteld.
Do nagedachtenis van deze. tehuismcedcr
zal bij tal van oud-militairen in dankbaro
herinnering blijven.
Aulebusdlénsten LeidenDen Haag.
Sedert geruimen tijd was bij liet Haag*
sche Gemeentebestuur een voor het auto*
busverkeer belangrijke zaak aanhangig
n.l. hét defiiniiief regelen van de verhou
ding tusschen eenige tramwegmaatschap*
pijen die reeds concessies bezaten en paf-*
ticuliere autobusondernemers.
In afwachting van liet vaststellen va.a
een reglement waarin een en ander zou
zijn opgenomen, werd aan de particulier*,
ondernemers het voornemen van stand-s
plaatsen tot in- en uitlaten van passagiers
verboden, krachtens verordening.
De autobusondernemers evenwel bleven
op do gewone wijze doorgaan, eerst in
afwachting van een rechterlijke uitspraak
aangaande de toepasselijkheid der vcror*
den'ing, later in afwachting van de ex
ploitatieregeling in de toekomst.
ïn dien onzekeren toestand ia nu vcram
derijng gekomen, daar het gemeentébe*
stuur thans aan de verschillende maat-
schappijen de voorwaarden heeft overge*
legd waarop ccncessie kan worden ver-i
leend, en wel met ingang van 1 Juli a.s.
Met ingang van dien datum zal een lan
ger afwijken van de verordening op het j
iunneme van standplaatsen niet langer
woTden toegelaten.
Waar evenwel dé beide betrokken train*
wegmaatscliappijem, de M. E. T. en do
H. T. Mbiet voor alle baanvakken op
de gestelde voorwaarden een concessie
wenschten te aanvaarden, achten B. en W„'
hét gewénscht, niet alle standplaatsver-^
.gunningen definitief iai te trekken.
Onder deze uitzonderingen zijn ook be*
grepen de beide ondernem'mgen, die een"
verbinding met Leiden vormden, n.l. doT
diens t 's-GravenhageVoorburgLei'den»
(van der Beek), en 's-Gravenhage-Wasso*
naar--Leiden (Ir. T. Knape).
Deze beidé diensten behouden dus io
's-Cravenhago de door lien ingenomen'
standplaatsen.
FEUILLETON
EINDELIJK VEREENIGD.
Een verhaal uit het vroegere Rusland.
22)
Mot een vol gemoed verlieten; die* arrne lie*
den het dorp, gevolgd door de goéde wen
sehen en zegeningen van hun vrienden.
.Vooral Marpha voelde haar hart ver
scheurd door zorgen en door de smart, die
haar het scheiden van haar dochtertje
kostte. Zij vertrok zonder te weten waar
heen. met een zuigeling in do armen, een
verminkten en ziekelijkem ina.n, en op zijn
mest vijf roebels op zak. Het was een
somber tafereel, eb in de verbeelding van
Marpha zag het er nog somberder uit.
Daar zij geen geld genoeg hadden om de
geheole reis met den spoortrein af te leg
gen, besloten onze reizigers tot Novogo-
rod te voet te gaan.
Wij zullen hen dus op weg laten, bij
kleine dagreizen voortrekkende, nu en dan
'gebruik makende van de goedheid van ge
dienstige voerlieden, die hen op hunne
karren lieten plaats nemen, dan weer zich
ipphoudende cm in een dorp of een klooster
non nacht door te brengen. Doch laat ons
hen vooruitreizen naar Petersburg en met
renige nieuwe personen kennis maken.
HOOFDSTUK VIII.
't Wa's een der laatste avonden van Oc
tober; de torenklok van St. Serge had
zooeven twaalf slagen dioen liooren; de
pacht was donker en een fijne sneeuw
'door de noordewind gedreven, verblindde
de weinige voetgangers, die zich nog op
de. straten der hoofdstad, bevonden. Het ge
deelte der stad, waarin we ons bevinden,
is niet zeer levendigDe Serguiefskaïa
is een der lange straten, welke het per
spectief der Liténaïa snijden en op den
'lusthof Taurïde bijna huiten do stad uit
komen.
Gelijk in vele stralen van St. Peters
burg staan ook hier do prachtige paleizen
!met hunne granietzuilen naast de armelij
ke hut; de hoogste gebouwen verheffen
zich naast de nederigste woningen. Soms
geeft een der eigenaars dier groote gebou
wen een feest; dit zijn dam de vroolijkc
'dagen van deze eenzame buurt. Maar op
dien avond was de straat nog stiller dan
gewoonlijk. Het gaslicht, dat flikkerde
door de windvlagen, wierp slechts een
Hauw schijnsel, en de voetstappen *van een
voorbijganger of liet rollen van een tijtuig
weerklonken geheimzinnig op het vochtige
plaveisel. Niet ver van een der ia aanbouw
zijnde huizen stonden echter toch eenige
rijtuigen.
„Hó! Matvéï!" Tadéïriep de por
tier, een groote magere grijsaard, die op
'de stoep van een der naastbijzijndc huizen
stomd, en. dadelijk zetten de rijtuigen zich
ïn beweging en verdwenen een voor een
In dezelfde straat, niet ver van de Lité
naïa bevindt zich een ander gebouw, een
'groot huis met vier verdiepingen. Kolom
men- en beeldwerk versieren den voorge
vel. Een portier, in donkerblauw liverij
met zifveren knoopen staat achter de gla
zen deur.
De zoogenaamde „sudsse" of portier is
een persoon van veel beteekenis in do Rus
sische huizen; hij zetelt in de antichambre
met de waardigheid van een vorst. Tot
hem wendt men zieli wanneer men inlich
tingen verlangt; hij is het, die het groot
adresboek bijhoudt, waarin hij zorgvuldig
de namen en waardigheden van de bezoe
kers opschrijft; en in meer dan oen geval
is liij de getrouwe vertegenwoordiger van
den heer des huizes. ..Zoo heer, zoo
knecht," zegt het spreekwoord. ..Zoo heer,
zoo portier," zou men met evenveel recht
to St. Petersburg kunnen zeggen.
De portier van liet Witte huis, een oud
soldaat, was ontevreden van humeur en
liet gceno gelegenheid voorbijgaan cm to
gen bezoekers en huurders te pruttelen,.
Alleen de huurders van de tweede ver
dieping maakten hierop eene uitzondering
én genoten zijne gunst. Hij ontzag niets
'om hun een dienst te bewijzen. Zijn knor
rig gelaat helderde altijd op, wanneer hij
.voor hen de deur opendeed. Was hot de
moeder in haar zwaren rouw, of waren
het de slanke jonge meisjes met liare
gouvernante, of de wilde schoolknapen,
die met vier treden tegelijk de trappen op
stormden en overal vuile voeten achterlie
ten op het tapijt, voor ieder van lien had
hij een vriendelijken en tevens eerbiedigen
glimlach.
Een van do jongelui stond vooral hoog
hij hem aangeschreven. Ten behoeve van
Dimitri Michkaïlovitch zou liij, voor geene
opoffering terugdeinzende, in het water
en in het vuur gesprongen zijn, en zelfs
den heerlijken fauteuil bobben prijsgege
ven, die bij gedurende twintig jaren in de
antichambre van het Witte buis in ge
bruik had gehad. Dien avond, gedoken in
do armen van gezegden leuningstoel,
wachtte hij onder een hazenslaapje de te
rugkomst vam den jongen man af, om de
deur op liet nachtslot te doen.
Gij moet echter niet denken, dat de oude
Stephan gedurende zijne sluimering eenig
vreemdeling ongemerkt liét binnenkomen,
zulk oeno onderstelling zou de grotslo be-
Jeediiging zijn, die gij hem kondt aandoen;
daartoe kende hij zijn vak to goed. Voor
atog do zware deur op hare liengsoU
draaide was hij .overeind zoo woaixlig cd
zoo vlug, alsof hij geen oog had toe^v
daan.
Maar'wat viel er op dit oogenblik bij do
bewoners van de tweede verdieping voor?,
In het eenvoudige doch smaakvol gerneu-»
bileerde salon lieerscht een lialve scheme*
;ring; een© vrouw in den rouw ligt op de
canapé; bij haar op een tafeltje beschijnt
oen kaplampjo do bladzijden van een boek,s
dat open op haar knieën ligt. Haar re-»
laat, even wit als die bladzijden, is dood
tranen bevochtigd, en haar magere hand
ondersteunt met moeite het brandende
•voorhoofd.
Armo moeder! De rouw van haar hart ia
nog dieper dan die van liaaT gewaad. Se*
'dert twee maanden weet zij. dat haar
oudste zoon, op wien zij haar d erbaarsto
verwachtingen had gevestigd, in den oor*
log gesneuveld is in ellende, ver van haar
verwijderd en zonder dat zij hem had kun*
nen oppassen, of hem woorden van liefdo
en vrede had kunnen toefluisteren. J
(Wordt vervolgd).