Dagblad voor Leiden en Omstreken. ABONNEMENTSPRIJS "j In Leiden en buiten Lelden waar agenten geveitlgd zijn Per kwartaal .....{2.50 Per week ....{0.10 (Franco per post per kwartaal 2.90 40e JAARGANG. - VRIJDAG 21 DECEMBER 1923 - No. 1120 Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936 ADVERTENTIE-PtiIJS Gewone advertentiën per regel 22H eenfc Ingezonden Mededeelingen, dubbel tariefi 'Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruitbeU* van ten hoogste 30 woorden, wordeS dflcMnVs P-onliiï+Kt n.rl pn Qit nummer bestaat uit twee bladen* V Medezeggenschap. Aan diit onderwerp werd door den. heer H. J. Klein, Soc. Democratisch wethou der te Schoten, een artikel gewijd, dajt behartigenswaardige opmerkingen bevat. Op den voorgrond wordt door hem ge steld, dat een gemeentebestuur, hetwelk ■trots alles, in weerwil van slechte finan ciën het gemeentepersoneel boven andere arbe-'ders bevoordeelt geen stand kan b ouden. Vervolgens wordt er de aandacht op ge vestigd, dat bdj het stelten van den eisch der medezeggenschap meer gedacht wordt aan de voordeden, welke daaraan voor bepaalde groepen van werkers in de bedrijven vastzitten, dan aan de mo gelijke lasten, welke met dien eisch nu eenmaal moeten samengaan. In tijden van hoogconjuctpur worden die beziwaren uiteraard minder gevoeld. Maar dit wordt anders in tijden als we Ibans heieven en 'die bezuiniging nood zakelijk maken. Dan, aldus de heer Klein, ei sekt de consequentie van den eisch medezeggen schap, dat waar die inderdaad wordt ge geven, de minder prettige kanten der zaak., zoo de economische mogelijkheid (onmogelijkheid is misschien duidelijker) dit noodzakelijk maakt, worden aanvaard Of er- nu bezuinigd moet worden en in weilk opzicht, dat laten wij hier rusten, omdat in de eene gemeente de zaak an- ders kan liggen, dan in de andere. Ech ter staat voor mij vast, dat zeer goede arbeidsvoorwaarden ver uitstekende bo ven de arbeidsvoorwaarden van andere arbeiders en zeer zeker in 'n armlastige gemeente, ten zeerste 't prestige der orga nisatie die dat tolereert, ten 'zeerste scha den; ten tweede nadeel zu'fflen brengen .aan de gemeentearbeiders zelve., en ten derde de reactie in do hand werkt". De moeilijkheid is hier, om de. juiste grens aan te gewen. De gemeentebestuurders mogen niet zonder meer de arbeidsvoorwaarden ver slechteren, maar daarnaast staat, dat de vakbonden niet, trots allés de looncn mo len handhaven, zelfs al zou daarvan het verlies van leden het .gevolg zijn. Hoever gaat nu do verantwoordelijkheid der vakhonden voor de uitkomsten van het bedrijf, of concreet gesteld van do gemeen/tebegroo'ting? En dan luidt het antwoord van den heer Klein: Nemen wij een concreet voorbeeld. Te Schoten is in de verordening op het georganiseerd overleg "tusschen het gemeentebestuur en het personeel het volgende opgenomen: „Er wordt, ter voorlichting van B. f en W., en/of de hoofden van takken van dienst, overleg georganiseerd met I het. personeel der gemeente, betreffende: r a. Wat de productiebedrijven -aan- I gaat, de toepassing der economisch i meest practische werkmethoden, waar door de gunstigste bedrijfsresultaten bereikt kunnen worden, en verder de hedrijfsteiding en het bedrijfsbeheer; b. de arbeidsvoorwaarden van bet ge-; I meente personeel in ha$r ruims ten. om- vang; r c. den toestand vaö den tak van f dienst, waarbij een zeker deel "van het I* personeel werkzaam is, in het hijzonder wat de organisatie daarvan aangaat." f Men ziet, er is 'Zoover gegaan als krachtens de gemeentewet maar even f mogelijk was. Tot mijn^verdriet moet ik c on s t at eer en, dat 'de o r g a n i sa t i e s van overheads- personeel zorgvuldig hebben f nagelaten, van lyi n J)^«egd<- l heden, omschreven in punt a., f gebruik te maken. Do arheids- Voorwaarden 'hebben alleen T hun aandacht ge'trokken." r Dit is een zeer belangrijke mededee- Jing. Do theorie luidde ailtljd ook au den (Leiidschen Gemeenteraad hebben we dilt herhaaldelijk kunnen beluisteren dat er van medezeggenschap een groote op voedende kracht zou uitgaan. De werklieden zouden met meer opge wektheid hun arbeid vervullen en meer 'aandacht schenken aan do belangen van hot bedrijf. v Maar nu komt de practijk. 1 Eu nu moet de heer Klein klagen dat 5de organisaties blijk geven hunne tv e r- a n t w o o r d e 1 ij k h e i d niet te gevoe len. Zij laten zorgvuldig na., aan de be drijfsbelangen aandacht te schenken. Zij willen wel mede-'zeggen'schap, maar geen m e d e^v e r a ntw o o r d e 1 i j k- h e i d. i Alleen aan de arbeidsvooraarden en het belang van de organisaties werd aan dacht geschonken, i Het spreekt vanzelf dat hiermede het I vraagstuk van de medezeggenschap niet is opgelost. Bekend idb.v. dat de Christelijke orjga-* nisaties wel degelijk blijk hebben gegeven hare verantwoordenjkhei'd' te 'gevoelen, ook al kwam die soms op verlies van le den te staan, omdat daarvan door de mo derne organ'saties op „handige" wijze gebruik werd gemaakt. Maar het is eveneens duidelijk dat nog altijd de grootste voorzichtigheid gebo den is. Do heer Klein zegt tenslotte dat we over den tijd heen zijn dat zaken als delze met wat dikke woorden worden opgelost. Dat mag waar zijn iai Schoten, in Lei den zi'jn we dat stadium nog niet voorbij. En daarom is hier dubbele voorzichtig heid eisch. STADSNIEUWS. Weer een vergissing? Bi'j de talrijke vergissingen die in on zen tijd op po.litiek gebied worden be gaan bleek meermalen onvoldoende en eenzijdige voorlichting oorzaak, dat ook de groote massa grootdeels onbewust, bij een dergelijke vergissing werd betrokken, wat als vanzelf tot gevolg hacl, dat do op zichzelf reeds ernstige vergissing van een enkele demagoog een zoodanige om vang kreeg, dat er de juiste verhoudingen in het politie keieven ernstig door wer den geschaad. Het gewicht daarvan beseffende heeft dan ook de A. R. Kiesver. Nederland en Oranje gemeend op andere wijze dan tot dusver word gevolgd, de groote ma's sa van voorlichting te moeten dienen, n.l. dcor terug te keer on lot de van ouds bekende openbare debatvergaderinlgen. Gisteravond werd daarmee een proef genomen deer hot houden van een open bare vergadering in de groote Stadszaal, waar D s. H. J. van Lummel van Zuidland, sprak' over: Weer een vergis sing? Do voorzitter van de Kiesvèreeniging, do heer R. Zuid o m a, opende met ge bed cn het uitspreken van een kort ope ningswoord, waarin hij o.a. do reden noemde waarom 'dergelijke vergaderingen in discrediet zijn geraakt, n.l. door het heelal minder ordelijk verloop. Spr. re kent er op dat daarvan bi'j het nemen van dezen proef niets zal' worden be speurd. Dén spreker in te ledden of voor te stellen is niet noodig, hij is voor de anti-revolutionairen een goede oude be kende (applaus), waarom spr. hem dus direct maar het woord geeft. Langen tijd geleden, aldus de spreker, toen in het politieke leven do Liberalie UnLo nog een partij van groote beteekenis was, werd door de overzijde een politiek gevolgd, waarin telkens veronderstellen- derwijs werd gesproken. Die tijd is voorbij. Nu zijn onze tegenstanders wel zoo vriendelijk geweest, om medelijden met ons te hebben, en, hoewell we het toch reeds niet kwaad haddep, werd de strijd ons nog wat gemakkelijker gemaakt. We hebben nu te strijden tegen een politiek vpm vergissingen. In 1918 werd Nederland onthaald op een kolossale vergissing, en nu, in het vijfde jaar daarna, na de vergissingen van de tu^scliengelegen jaren, weer een kolossale vergissing. Juist zooals de studenten die spreken van een lustrum jaar. Toen de Vlootwet verworpen, en daar mede de huidige crisis 'geboren was, heeft men dit van de overzijde genoemd •een weldaad voor het Vaderland, een deugd van het parlement, een strop voor den Minister der A. R. partij, den heer Golijn, en de dood van de coalitie. Alweer 'n kolossale vergissing. Spr. is blij, dit in een openbare debat vergadering te kunnen aantoonen; mocht hij zich dan eens vergissen, dan kan men hem op de hoogte brengen. (Gelach). Wat nu 'diie eerste bewering betreft, als zou de verwerping vaai de vlootwet een weldaad voor het land zijn, spr. zal niet llang stil staan bij de dwaze redeneerin- gen zooals die zelfs door een knap man als Dresselhuys in een ernstige verga de-! ring als de Tweede Kamer is, wérden ge houden inzake de kosten van het vloot- plan, en waarbij men tot een cijfer van de jaarllijksche kosten kwam, dat 3 maal zoo hoog is als thans de geheelo Marine- en Oorkxgsbegrooting bij elkaar aanwijst. Een onverdacht getuige ten deze is toch wel Min. de Geer die verklaarde dat ver werping van de Vlootwet geen gulden meer in de schatkist zou brengen. Wanneer men desondanks toch derge lijke dwaasheden op papier durft zetten en bij 100.000'en gedrukt, door het land laat verspreiden mag de bewering aan gaande die „weldaad" tooh wel van een vergissing worden gesproken. Of de bezuinigingsplannen dan wel deugden en niet wat ondoordacht waren samengesteld? Daar zou hier mooi over te pralen ziju, maar er is geen schepsel ter wereld die met f 1000 inkomen er f 2000 kan blijven uitgeven. Bezuinigd moet er worden. Slechts zou men recht van spreken hebv ben als men het tooverkunstje kende om te bezuinigen en toch alle menschen te vreden te stellen. Bij a'lle obstructie was er slechts eeu partij die tegenover belt plan van Golijn een ander stelde, n.l. de S. D. A. P., doch daarop kwamen zooveel nieuwe uitgaven Voor, dat van de bezuiniging, waarom het begonnen was, niets zou zijn terecht gekomen. 't Ging dan ook om iets anders. Niet om de vlootwet. Maar het rechtsche ministerie waarin ook GoMjn zitting had, moest weg. Was een dergelijke handelwijze een weldaad voor bet vaderland? Ons land zelf geeft het antwoord. Er is niemand die het wil opknappen. Acht men aan de linkenzijde elk ver dwijnen van een rechts kabinet op zich zelf reeds een weldaad, welnu het zij zoo, maar dan kome men met betere maatre gelen. En hier wil spr. mtet alleen de S. D. A. P. te lijf gaan, hoewel dat anders nogal een kwaal van hem is (gelach) maar alle tegenstemmers, ook do Room- sche dissidenten. Of is het soms wel een weldaad oen rechtscli ministerie als dit was, in dc war te sturen? Gevoelt men niet dat op deze wijze de parlementaire rëgeeringsvorm in discre diet geraakt? Andere landen geven een waarschu wend voorbeeld. Of de. A. R. partij dan toch wel een lee- lijke deuk heeft gekregen, als zijnde ver antwoordelijk voor het ontstaan van de cri.s's. Wij weten beter. Van het begin af hebben do A. R. te genover dit Kabinet hun zelfstandigheid Pateoi blijken en~er den nadruk op gelegd, dat zij geenerM verantwoordelijkheid behoefden op zich te nemen. Echter zijn we in den aard een goed soort menschen, die graag iemand steu nen, ook een Kabinet, vooral als ct van onze eigen menschen inzitten. Maar waren we dan tijdens het korte poosje van Coliijn's ministerschap dan tooh wel verantwoordelijk? Dat is voor spr. volstrekt nog niet uit gemaakt. Het is duidelijk genoeg dat C.olijn aan het indienen van .da vlootwet part nog deel had,, zooals hij zelf meermalen heeft aangetoond: niet" in een krant, waar je naam niet boven staat, maar in een ver gadering van duizenden menschen. De voorstellingen van Golijn's aandeel in het doordrijven van het vlootwetplan, zijn dan ook onwaarachtig van 't begin tot het eiin'd. Mini ster Golijn was en is er van over tuigd dat ons land broodnoodig heeft een deugdelijke regeling van zijn financiën. Ons land vroeg een minister van finan ciën, on GoMjn heeft zich gegeven. Niet om er de vlootwet door te jagen, maar die werd door hem aangetroffen als zijn de aan do orde -en is als Min. v. fin. door hem te verdedigen. Hoe kan men daar nu van vlechten oen strop voor Golijn? Hij wast dat 't eon heet hangijzer was, maar zei: 'k zal het aanpakken, al was het gloeiend heet (applaus). Wat waren die A. R..'en blij dat hun leider Minister werd, en wat zakbe Golijn toch geweldig toen hij minister-af werd; zoo redeneeren do linkscke menschen, zoo redeneer en 'do lin.ksche menschen. Nu, 40 jaar geleden, toen wo nog niet konden „denken", zou 'dat zijn to plaat sen geweest, maar sinds zd'jn wo ook een beetje op school geweest en hebben leo- ren denken. Zou men meenen dat wo zoo onnoozel wamn om to zeggen: nu komt alles weer in. orde, toen Coifjn Minister >verd? Geen hefeo in ons Vaderland heeft op ons partijverband! zoo gunstig gewerkt als deze drie woordjes: Golijn moot hangen. (Daverend applaus). 'Het besef dat GoMjn om des beginsells wil zich heeft blootgesteld aan den smaad der linkerzijde, heeft do liefde van do partij" tot haren leider buitenge woon. versterkt, en joijn prestige kennelijk ver hoogd. De oudoren in de partij, waartoe spr. ■ook zachtjes aan gaat behooren, hebben in hun. hart ook wel eens mot weemoed gedacht aan den prachttijd onder Dr. Kuyper, toen zijn hand: tegen allen, en do hand van allen tegen hem was. 't Zij eerlijk gezegd, do gedachte rees wel eens: die tijd komt nooit terug. Het werd al stiller en stiller In de par-* tij. God nam Dr. Kuyper weg, en gaf er ons Golijn en Idenburg voor, flinke man nen, maar... die oude bezieling achtte men niet meer mogeM'jk. Maar nu, nu zien wo de morgen weer dagen. Spr. zou er hot jonige volk wel aan do haren willen bijsleepen', en zeggen: doet mede in dien heertijken strijd waarin God onze partij zoo machtig heeft geze gend. 't ïs in de politiek nu eenmaal heel anders 'dan hier in do zaal', waar men u een stoel aanbiedt, en zegt: kom bij me zitten. Zoo deed men jegens Dr. Kuyper ook niet, toen hij voor 't eerst plaats nam in de Tweede Kamer, evenmin als men hem hartetijk als „collega" begroette, toon hij op het terrein van do pers ver scheen met zijn „Standaard". Men krijgt nu eenmaal! dn do politiek geen plaats als men er niiet om vecht. 't Is wel vreemd dat spr. dit zegt, maar 't is toch zoo. Er is wol een tijd geweest dat hot scheen alsof 't vanzelf ging. Maar nu gaat 't er om, to zijn of niet to zijn: do beginselen tot heerschappij te brengen en daartoo onze pairtij een plaats van be teekenis te geven. In ons politieke leven bewust te zijn van onze verantwoordelijkheid voor God. Dan geeft God zi'jn volk "genade om het te doen hegrijpen waarom het gaat dn den ouden schoonen strijd voor de beginselen. (Daverend applaus). Met al haar leugenachtige obstructie had do tegenpartij niet anders behoeven te manoeuvreeren om precies het tegen overgestelde te bereiken van wat zij be doelde. De coalitie is dood, zegt men. Niets meer van te verwachten. Als spr. dat hoort kan hij niet nalaten 'n beetje te lachen! Men zegt dat het gilde van de groefbid ders klaagt als er ni'et veel to doen as. Daar kon ook die briefschrijver van „Het Vaderland" wel een toe behooren, die voor do zooveelste maal met plecht statig gebaar en 'n uitgestreken gez:cbt kwam vertelibn dat de coalitie dood was. 't Is wel niet netjes er om te lachen, maar 't wordt zoo moeitijk er het tragi sche van te gevoelen. (Gelach). d'r Zijn van die teere wichtjes, zulke fijne poppetjes, waarvoor men bij 't eerst liet beste slootje dat ze krijgen, z'n hart vast houdt. Met de coalitie is 't echter anders. Dat is een frissohe jongen, een flinke, stevige knul. Valt wel eens liter of daar tegen aan, zelfs wel eens 'n arm uit het lid of een been stuk, maar dan zeg je, ocli, 't is een gezonde jongen, hij kan er tegen. (Gelach). Spr. heeft de coalitie zien geboren worden. Ook al in dien prachttijd van Dr. Ivuyper en Dr. Scliaepman, de doktor zeiden do Roomschcn toen. Diie beiden hebben goed gezien waar 't in Nederland naar toe moest. Dat 't moest komen tot samenwerking tusschen allen dte do geopenbaarde waarheid Gods stel len boven de menschelijke rede. Beide mannen hadden in eigen kring ontzettend veel bezwaren te overwinnen eer 't zoover was. Aan de eene zijde de ketterjagers, aan de andere kant de anti-Papistische ele menten. Eindelijk, na veel hoofdbrekens is men er in geslaagd te deen begrijpen van hoe groote beteekenis deze samenwerking is. Sommige menschen praten net over dat „stoelen op een wortel dos geloofs, alsof 't Latijn is. 't "VVordt soms voorgesteld als of dit ge zegde do menschen moet wijs maken dat wie in den. grond van do zaak toch het zelfde gelooven. En is dat ooit onze bedoeling geweest met de coalitie, vraagt spr. We weten heel goed dat do Roomschcn hot anders be "ij den dan wij, en op kerke lijk gebied zullen zij ons steeds tegen over zich vinden. Maar op staatkundig terrein gaat het voor of tégen Gods openbaring. De Bijbel of het verstand des men- f>chen. Die twee machten moeten tegenover elkander worden gebracht in het volks leven. Noch dr. Kuyper noch Dr. Schaapman heeft zich ooit zijn kerkelijke overtuiging geschaamd. Geen oogen' /lik. Maar zij hebben de noo.dizakelijkheid van het bestaan van die coalitie begre pen en haar ingang doen vinden in het hart des volks. Zoo is de coalitie geboren. Niet als iels kuns/matigs, maar als iets plichtmatigs dat zijn grond vindt in 't Geloof. De coalitie, een vrucht van zooveel ar beid en zooveel! gebed, kèn niet sterven. Een buitengewone zegen bezitten wij in haar. Nergens ter wereld vindt ge zulk 'n .groepeering van het volk. 't Kan zijn dat de coalitie een tijdlang ontaard is geweest. Ook op spr. heeft zij wel eens den in druk gemaakt vau een Vennootschap, welke het om sucoes te doen was. Maar dat vermag niet haar waren aard er onder te houden. 't Is geen bewijs dat het op een einde loopt. In plaats van toezien dat de coalitie zou wegkwijn/en, zal men zich meer re kenschap geven van haar beteekenis. Een van twee. De openlijke samenwerking komt terug ol niet. Maar de ooaUtie btijft bestaan. In het laatste gevaD zal ons do linker zijde tegenover 'zich vinden. Ieder op eigen terrein, gezond, en krachtig ten zij zou in elk geval ervaren dat het er voor haar niet beter op is geworden, en moeten erkennen: wat hebben we ons deerlijk vergist toen we dachten dat die coalitie was o' erleden. Noch van een weldaad voor het land, noch van een deuk voor de partij, noch van een. strop voor Golijn, noch van den dood der coalitie is sprake. 't Is een groote vijfjaarlijksche vergis sing. (Applaus). Laten we als partij oppassen, dat we niet vervloeien, zegt spr. Niet toegeven aan die enkele stem die ple't voor een beetje schipperen of plooien in de huidi ge crisis. Een goed accoord maakt op den duur de zachtste scheiding, en met menschen die als 't puntje bij 't paaltje komt ons de hakken laten zien, is niets te berei ken. Dat dan woord en daad bewijzen dat de strekking en de groote beteekenis van samenwerking in 's lands belang wordt begrepen en doorvoeld als eisch van onze roeping voor het politieke leven. (Ap plaus). Hier volgt pauze, gedurende welke eventueele aanwezige debaters zich kun nen opgeven. Als eerste spr. geeft zich op de heer Veldman. (Wordt vervolgd) Passen voor Duitsch'and. De Kamer van Koophandel deelt ons mede, dat van den. Duitschen Consul-Ge neraal) het volgende bericht werd ontvan gen: Het Consulaat-Generaal heeft de eer U mede te doelen, dat ingevolge de wette'ijk geboden inkrimping, het Du'tsche Pas senbureau in den Haag opgeheven moet worden. De werkzaamheden van het Pas- senbureau Den Haag zullen vanaf heden door het Passenbureau van het Duiische Consulaat-Generaal in Amsterdam en. Rotterdam overgenomen worden, en wel zal het deel, van het gebted van het P senbureau, dat tot nu toe ten Noord van de spoorlijn AlphenLeiden—dval- wijk (benevens de plaatsen Leiden en Katwijk, evenals de overige aan do spoor lijn gelegen dorpen) gelegen is, aan het Pasoenbureau wvan het Duitsche Con sulaat-Generaal te Amsterdam komen, het deel ten Zuiden van deze lijn, aan het Passenbureau im Rotterdam. Vanaf 1 Januari van het eerstvolgende jaar, moeten daarom alle schrifte'ijke aanvragen voor het uitreiken van passen en visums aan de Duitsche Consulaat-Ge neraal dn Amsterdam of Rotterdam ge richt wordan. Om evenwel de overgang voor het pu bliek to vergemakkelijken zal voor do af wikkeling van de loopende aangetegenhc- den en het geven van inlichtingen even als het aanemen van nieuwe aanvragen tot het uitreiken van passen en visums in het Passenbureau, hetwelk tot nog too in den Haag is, nog tot 31 Januari van het eerstvolgende jaar een hulpdienst ge- ha ndhaafd worden. Zooals in don Gemeenteraad is mede gedeeld, zal in den ougereselden tram- dienst verbetering worden gebracht. Tegen half Januari zal voor de stal worden ingesteld een zes-minuten-dienst voor de lijn LeidenOegstgeest oen tien- minuten-dienst. Op deze laatste lr** zal een, proef worden genomen met cén-mans- wagens, hetgeen geheel is in overeenstem ming mot. de concessievoorwaarden. Al leen voor de stadslijn heeft de gemeento n.l. zeggenschap. Bij den penningmeester van hel? Rood© Kruis alhier kwam binnen voor Noodlijdend Duitschland: Mej. Joh. Sa-r. R. f 25.— Mevr. Woel. Dr. L. J. 8. M. f 10.—; Prof. Dr. J. H. Z. f 5.—; I. P. S. f 2.50; Mevr. C. 8. R. f 2.50; D. B. f 2.50; H. D. f 2.50; Wed. Prof. Dr. T. Z.-S. f 2.—; L. J. H. f 1,^. Woensdagavond, trad in do Gcrcf. Kerk alhier op Prof. Kally uit Hongarijo om te sproken over den nood in zijn video» land. Hoewel de opkomst gering was, bracht de oollecte toch nog oen bodras van f 160.— op. Een mooi bewijs van offer- vaardigheid en meeleven. De bode Vlasveld uit Hazerswoude had gistermiddag een doos met hoeden neer-* gezet op een stoep van een perceel aan den Nieuwe-Rijn. Even later was de doos verdwenen. BINNENLAND Deutschland, Deutschland, über alles Hoe worden onze belanetingpenningen besteed? Daar is veel over geredetwist. Maar ieder is het er over ecu?, dat zin-* nigheid hoven alles gaat! Ook dc Haag- sche overheid gaat tan dat standpunt uit. Daarom lieeft zo (voor de ..goedl.oop- te" moet je weten) in Duitschland rubber-, slempels laten vervaardigen, waarmede op het belastingbiljet de datum kan ge-*, stempeld worden. Zoo krijgen do sche belastingbetalers dezo maand biljev* ten tliuia waarop gestempeld ss Uw. 26slo letter van het alphabet).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 1