Dagblad voor Leiden en Omstreken. Het onrecht gewroken. 4üe JAARGANG. - WOENSDAG 19 DECEMBER 1923 - No. 1118 BureauHooigracht 35 Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936 ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten geveitigd sijn Per kwartaal f 2.50 Per week *0.19 (franco per post per kwartaal ......f2.90 nummer bestaat uit twee bladen.- V Lessen uit Groningen. Het vorig jaar werd van. Soc. Democra tische zijde in den Leidschen Gemeente raad een voorstel gedaan tot de stichting van een gemeentelijk groentenhedrijf. De Gemeente zou dan een deel van de rijke winsten zelf kunnen innen, terwijl de ingezetenen gemakkelijker en voor- cleeliger hunne inkoopen zouden, kunnen doen. Als voorbeeld werd daarbij verwezen naar Gronmgen, waar de bevolking reeds van zulk een instelling profiteerde. Al spoedig bleek echter, dat dit beroep op Groningen weinig beteekenis had, om- dat do resultaten daar n;et van dien aard waren, dat men daardoor tot navolging zou worden geprikkeld. En thans komt het bericht dat het groentenhedrijf te Groningen wegens ge brek aan belangstelling is opgeheven. Aan „kapitalistische" invloeden behoeft hier niet gedacht te worden. De Soc. Democraten en kunne naaste geestverwanten hebben niet alleen in den Raad, maar ook in het college van B. en [W. grooten invloed. Bij voorbaat kan dus wel worden aan genomen dat het mogelijke gedaan is, om dit bedrijf op de been te houden. Het b'eek echter niet mogelijk. De leuze: „de Gemeente moet het doen" bleek lv'er in de practijk niet uitvoerbaar. De Gemeente mag niet alles, maar zooa's nu wr.er te Groningen bleek zij kan ook niet alles wat particulieren kannen en behooren te doen. Het is dan ook verstandig geweest van den Leidschen Raad dat hij het Socialis tische advies en het Groningsohe voor beeld ïr-et heeft gevolgd, en de groenten- voorziening aan het particulier initiatief heeft overgelaten. V Een tweede les. Groningen- was niet alleen bekend om haar groentenhedrijf, maar ook om haar boerderijen die zij in eigen beheer had. Maar ook daaraan is thans e.n einde gekomen, wat de Standaard aanlei ding geeft het volgende op te merken: Het voorbeeld door do stad Groningen gegeven, die zelfs het Overheidsbedrijf in 'de boerderijen aandurfde, gold in do laatste jaren door heel het land als be wijs, hoe de Overheidsexploltati© dan toch maar slagen kon. Zelfs ton opzichte van het landbouwbedrijf. Nu strookte de voorstelling, die men vaak had van deze O verheidspoging, niet met de werkelijkheid. Men maakte er zelfs van, dat in het hooge Noorden een voorbeeld van „socia lisatie" gegeven werd. In. verschillende Gemeenteraden werd van socialistische zijde op het Groningsche voorbeeld gewe zen, als men het pleit voor socialisatie voorde. Nu had dit voorbeeld met socialisatie niets te maken. Misschien was er één punt van overeenkomst tusschon hetgeen ons in het bekende socialisatierapport ge leerd werd en heteeen. men in Groningen aandurfde. In heide „stelsels" toch had den de arbeiders niets in te brengen. Maar hierbij hield het dan ook op. Zelfs de kenschets van dit stedelijke boerenbedrijf als zuivere O verheidsex ploitatie moest met een korrel zout wor den genomen. In het begin althans werd op zeer voor zichtige wijze gehandeld. De stad was meer „heerob'oer" dan we zenlijk boer.- De abnormale tijden verleidden echter tot verder gaan. Do izuigkracht van het O verhei d sbehe er deed 'zich in steeds ster- FEUILLETON 30) „Ja, ik wil alles, alles doen, om den man, wien ik zooveel kwaad gedaan heb, in eere te herstellen." En toen begon hij met gebroken stem te vertellen. „Hij is altijd," begon hij, „heel vrien delijk jegens mij geweest, mijnheer Ja kob Todd, al was ik alleen maar portier in het magazijn van zijn oom; want hij was een opgewekte, innemende jonge man in die dagen en had altijd een vriendelijk woord voor zijn ondergeschik ten. 1 „En omdat hij vriendelijk was en een goed hart had, kende niemand onze moei lijkheden en onze zorgen zoo goed als hij en menigmaal is hij hij mij aan huis ge- iweest, om een praatje te maken met mijn zoontje, dat ziekelijk was en een groote zorg voor mij. En mijn kleine Jan was dol op hem, want hij kon hem zoo goed j troosten, als hij hem vertelde van den 'hemel daarboven en den Verlosser, die voor hem was gestorven en hij leerde hem zulke mooie gezangen, die de vreugde en itroost van zijn leven vyaren," leer mate gelden. Het ambtelijk regime deed ook in de boerderij zijn intrede. En dat werd ook hier de val. Nu do slechte jaren kwamen, traden de nadeelen van zuflk beheer in het volle licht. En dit voerde den Gemeenteraad tot het verstan dig besluit, voor een deel van haar boer derijen weer tot verhuring over te gaan, iets waarop van antirevol itionaire zijde steeds werd aangedrongen. Ook hier is dus weer een argument voor het Overheidsbedrijf, een argument, dat nimmer zoo sterk was, als men het wel deed voorkomen, weggenomen. STADSNIEUWS. Uitvaart en begrafenis Mr. E. L. Th. Hoogensiraaten. Hedenmidda-g te 12 uur werd aan de R. K. begraafplaats aan de Zijlpoort 'het stof felijk overschot van wijlen den heer E. L. Th. Hoogenstraatcn aan den schoot der aar de toevertrouwd. De lange stoet van 11 rijtuigen, waarin familieleden en afgevaardigden van diverse vereenigingen en bonden waren gezeten, werd gevolgd door een open rijtuig met meer dan 30 kransen en bloemstukken. Onder de talrijke aanwezicen merkten we o.m. op de heeren mr. v. Wensen en de Gooijer, commissarissen der N.V., den beer de Lange, directeur der fabriek te Alk maar, de heer Simon L. Maas en Molenaar, resp. voorz. en seer, van het Verbond van Fabrikanten Vereenigingen, verder afgevaar digden van Mij. van Nijverheid en Han del, van de Ver. van Leidsehe Industrieelen en van den Bend van Cons erven fabrieken. Verder waren er talrijk velen uit het per soneel der Fabrieken, vele kennissen en vrienden, w.o. dc lieeren wethouder F. L. X. Sanders, dr. Weebers, dr. v. Iterson en tal van anderen. Na de plechtigheden in -de kapel werd de beaarding verricht door den Zeer Eerw. lieer Th. Beukers. Een zwager van den overledene, dr. L. F. Dries-sen- uit Amsterdam sprak aan de open groeve een woord van dank voor de eer den overledene bewezen. Volgens Roomsch gebruik mag er op de begraafplaats niet gesproken worden. Dit is ook niet noodig, zeide spr., omdat zulks niet zou zijn in overeenstemming met de groote bescheidenheid van den overledene dien hij schetste als een kundig, zeer geacht en be mind man, een humaan patroon. Spr. me moreerde dan, hoe de - overledene tijdens zijn leven een rusteloozen geest bezat, die steeds en maar altijd zocht naar iets an ders. Spreker constateerde tenslotte, dat de heer Hoogensiraaten aan het einde van zijn leven lieefb gevonden dien vrede, dien hij hoopt, dat eeuwig zal zijn. Die vredo deed hem zijn smarten op het ziekbed met bewonderenswaardig geduld dragen en hij stichtte allen door zijn zoo kalm afsterven. Hiermede was do droeve plechtigheid ten einde. Bij den penningmeester van de Afd. Leiden van het Ned. Roode Kruis zijn de hieronder vermelde bedragen voor nood lijdend Duitschland binnengekomen: Prof. Dr. P. Th. L. K. f25.—; Damo3 B. en G. f2.50.—; G. L. de G. fl H. G. H. f3.—; G. I. van E. f 1.— BINNENLAND Jhr. F. G. Fanhuys. f De heer Jhr. Mr. F. G. Panhuys, Ne- derlandsch gezant te Bern, wiens gezond heidstoestand reeds geruimen tijd te wen- sclien overliet, is na het ondergaan van •een nieuwe operatie gistermorgen te half vijf overleden. Jhr. mr. F. G. van Panhuys werd 31 Mei 1865 te Zierikzee geboren en bereikte Hier verborg de man zijn gezicht een oogenMik in het kussen, alsof zijn ge dachten fo droevig waren cmi te dragen en hij snikte. „En dien man," schreide hij eindelijk, „dien man heb ik venaden!" „Zoo is het gekomen, mevrouw. „Op een avond, toen het kantoor goslo- ten was, herinnerde ik mij opeens, dat ik een brief, dien ik den volgenden morgen vroeg moest bezorgen, vergeten had en dat ik hem had laten liggen in mijn ka mertje. Daar ik de sleutels had want het was o.a. mijn werk om 't kantoor te openen en te sluiten besloot ik hem nog even te gaan halen. Ik opende de grooto deur en in het donker liep ik naar boven, daar ik den weg er even goed kende als in mijn eigen 'huis want ik had er al twintig jaren gediend, eerst als jongen en later als man. „Ik liep den trap dus in het donker op, met het plan, om op mijn kamer pas een lucifer af te strijken. U begrijpt mijn verwondering, toen ik boven gekomen, zag, dat er licht brandde op de kamer van mijnheer Jakob Todd. „Daar ik bang was, dat het misschien een inbreker was, sloop ik voorzichtig haar de half geopende deur en zag daar den anderen neef van/ mijn patroon, mijn heer Harrison Jodd, die bezig was een dus den leeftijd van ruim 58 jaar. Hij promoveerde te Leiden in de rechtswe tenschappen op 2 December 1891 en werd advocaat en procureur bij den Hoo- gen Raad. Den 15en December 1893 werd hij als adjunct commies werkzaam ge steld bij hot departement van Buitenland- sche Zaken, kreeg einde November 1901 den rang van hoofdcommies, werd 5 Ja nuari 1902 referendaris en in 1909 admi nistrateur bij dat departement. Bij K. B. van 15 September 1909 werd hij zaakge lastigde met den persoonlijken gezants- tiiél te Bern en in 1917 minister-resident aldaar, waarbij hij den persoonlijken ti tel van gezant behield. Sinds 1920 had hij den definitieven gezant-s titel. De heer Van Panhuys was o.a. ridder in de orde van den Nederlandshen Leeuw groot-officier in de orde van Oranje Nas sau, officier van liet Legioen van Eer, enz. Bij verschillende internationale con ferenties o.a. die te Lausanne, heeft jhr. Van Panhuys do Neder'andsche regce- ring vertegenwoordigd. Centrale werkverschaffing. Naar de „Tel." meldt, zal voor de ge meenten: Hoogezand, Sappemeer, Zuid- broek, Scheemda, Muntendam, Veendam, "IVüdervank en Oude- en Nieuwe Pekela, door de regeering een Centrale werkver schaffing worden ingevoerd, bestaande uit de ontginning van woeste gronden onder centraal Westerwol de. Reeds zijn maatregelen genomen tot het tewerkstel len van pl.m. 500 werkloozen in de huurt van Jipsinghuizen, waar voor huisvesting groote barakken zullen worden gebouwd. De ontginning zal worden uitgevoerd on der leiding van de Ned. Heidemaatschap pij. Daar gebleken is, dat het aantal werk loozen dezen winter te werk zal moeten werden gesteld belangrijk grooter is dan 500, zal nog uitbreiding van de werkver schaffing worden voorgesteld. Het is de bedoeling reeds in Januari a.s. met de ontginning te beginnen. Handelsvoorlichting. Het hoofdbestuur der Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid eu Handel heeft een lijst samengesteld van d© ver schillende inlichtingen, die op het ge bied der Handeisvoorlichting kunnen worden gevraagd, met vermelding van de bureaux en lichamen, welke in elk hij zonder geval voor het verstrekken van voorlichting in aanmerking komen Indien ieder belanghebbende zich aan deze lijst houdt en uitsluitend inlichtin gen vraagt aan het aangewezen bureau of lichaam, zal onnood'g dubbel werk worden voorgekomen en zoodoende eener- zijds snellere en betere voorlichting van belanghebbenden, anderzijds bezuiniging bevorderd worden. Dat deze lijst gewaardeerd wordt, be wijst de tweede en verbeterde oplage, welke thans is versohenen. Aanslag inkomstenbelasting. De opmerking wordt gemaakt, dat men uiit een aanslagbiljet inkomstenbelasting in de gemeente van hoofdverblijf riet rechtstreeks kan zien, of de belastingad ministratie rekening houdt of zal honden met het feit. dat men in een andere ge meente werkforens is. Inderdaad is dit al leen te constateeren, indien men over een tarief der gemeentelijke Inkomstenbelas ting beschikt en dus zelf kan narekenen, of de volle belasting dan wel 2/3 der ge meentebelasting is uitgetrokken. Wie geen tarief bezit vermoedelijk 99 procent der belanghebbenden ver krijgt do zekerheid pas hij de ontvangst van den forensenaanslag. Daar het nog al eens voorkomt, dat beido aanslagbiljet- ton den belastingplichtige geruimen tijd na elkaar bereiken, verkeert men dus al dien tijd in twijfel en weet men niet, of pak banknoten en wisels weg te nemen uit den lessenaar van zijn neef. Omdat ik vermoedde, dat die daad niet in den haak was, bleef ik in het donker staan, om te zien, hoe het zou afloopen. „Toen hij genomen had, wat hij noodig had, sloot hij den lessenaar weer blijk baar had hij een valshen sleutel en ging toen naar zijn eigen kamer om daar den nacht zoo aangenaam mogelijk door te brengen. „Ik begreep toen, dat hij zich' opzette lijk dien avond had laten insluiten om het een of andero plan uit te voeren en ik besloot mijn wetenschap voor mij zelf te houden en te wachten, totdat er meer zou gebeuren. J „En spoedig kwam er een heel lawaai over die geldsom, die wel eenige duizen den bedroeg en mijnheer Jakob werd door zijn oom beschuldigd dat hij ze had gestolen. „Toen ging ik naar mijnheer Harrison Todd en vertelde hem, wat ik gezien had en dreigde alles aan zijn oom te zullen vertellen, als hij niet dadelijk zelf zou bekennen, wat hij gedaan had. „Hij schrok vreeselijk en beloofde eerst, dat hij alles zou doen, wat ik vroeg, ter wijl hij zei, dat het van zijn kant alleen maar een te ver gedreven grap was ge- jreest en dat hij er geen kwaad mee he men moet reclameeren of niet. Een stem pelafdruk op het biljet, vermeldend dat de gemeentebelasting voor 2/3 is uitge trokken, zou aan den twijfel oen einde maken, meent het „Hbl." Scheepvaart. In verhand met de groote vraag naar onderwijs over scheepsmotoren, door schippers uit de binnenscheepvaart, heeft het Onderwijsfonds voor de binnenvaart besloten, gedurende dezen winter hot in structievaartuig Prins Hendrik ten dien ste van dit onderwijs te stellen. De Prins Hendrik, uitgerust met vier moderne motoren, die bij de binnen scheepvaart in gebruik z-'jn, zal ge luren- de de wintermaanden naar verschillende binnenscheepvaartcentra, waar behoefte aan dit onderwijs bestaat, worden gezon den. In de avonduren zal aan boord aan de schippers practisch enderwijs worden gegeven. Het onderwijs omvat de keunis van scheepsmotoren en de stoornissen, die zich bij het gebruik daarvan kunnen voordoen. De Hanzebank. Naar gemeld wordt ■zal het bestuur van de Hanzebank in het Bisdom Haarlem thans een aanvang maken met het ge rechtelijk vervolgen van die aandeelhou ders, die onwillig blijven, hetzij hun aan- deelen vol te storten, hetzij een redelijke regeling te treffen. Uit de R.-K. Staatspartij. De ta Utrecht gehouden bondsdag van den Alg. Bond van R.-Kath. Rijkskies- krngorganisaties heeft met 34 tegen 30 stemmen verworpen het bestuursvoorstel, beoogende het mogelijk maken van neven- lijsten naast de candidatenlijsten. Daarop werd met 4214 stemmen een voorstel uit de vergadering aangenomen dat het hondsbestuur een commissie zal benoe men, die tot taak zal hebben naar een weg te zoeken tot invoering dier E. V. bin nen de 'grenzen der R.-K. Staatspartij, met uitsluiting van het istelsel-Bargo. In deze commissie zijn benoemd de heeren Bongaorts, Van Rijckevorsel en Alb v. d. Kollen. Vervolgens word een voorstel aangeno men strekkende om het politiek advies van iliet Bondsbestuur zóó tijdig to geven, dat in de kiesvereenigingen ter zake der candidaatstelling nog geen maatregelen zijn genomen. Dit advies zal gegeven worden na overleg met vooraanstaande R.-Kath. personen, doch geen Kamerle den. BUITENLAND DE HERSTEL-KWESTIE. Als de vos Er blijkt meer achter de inschikkelijk heid Van Poincaré te zitten dan men op het eerste gezicht zou vermoeden. Van Berlijnsche zijde geeft men het volgende exposé: Poincaré heeft een lijstje van onder werpen opgegeven, waarover hij wel gaarne zou willen onderhandelen. Al's nummer 1 op dat lijstje prijkt de verlen ging van de overeenkomst met de Micum, die juist afloopt tegen het tijdstip, dat voor de verkiezingen in Franrijk is vast gesteld. Klaarblijkelijk will Poincaré uit die verlenging een overwinning alaan, die zijn politieke positie moet versterken. Dit is hem gegund, maar dat neemt toch niet weg, dat men in de Micum- aangelegenheid een klip ziet, waarop de besprekingen veel kans hebben le stran den. Immers do Roersche industrieele kwestie is door ontelbare banden zoozeer aan het Roersche probleem im zijn geheel vastgebonden, dat het schier onmogelijk is het een© aan te raken zonder het an- •doeld had. Maar 's avonds kwam hij hij mij en toen sprak hij heel anders. Toen zeide hij, dat het zijn volkomen onder gang zou zijn, als hij mijn zin deed en bekende en dat zijn oom het hem nooit zou vergeven en dat Lij hem weg zou zen den. En wat zijn neef Jakob betrof, ver zekerde hij mij, dat het verlies van het geld voor hem niet zooveel beteekende, omdat hij de lieveling van zijn oom was en hij evenals vroeger in de zaak mocht blijven. „En toen kwam hij met zijlij duij- velsch plan voor den dag om mij den mond te stoppen. Hij zei, dat hij goh oord •had van mijn zorgen door de slechte ge zondheid van mijn kleinen jongen en dat de dokter gezegd had, dat hij in Engeland nooit goed gezond zou worden, omdat hij teringachtig was, Tvat hij van zijn moedor had geërfd en dat zijn moeder ook erg zwak was en nu vroeg hij mij, hoe ik het zou vinden, als ik in staat gesteld werd om met hem te gaan naar Zwitserland, waar ze waarschijnlijk beter zouden kun nen worden, zoodat ik het geluk zou heb ben, de moeder en het kind vreer flink en gezond te zien. „O, mevrouw, u begrijpt, wat eeu ver leiding dit voor mij was, want mijn jon gen was het licht van mijn oogon. Mijn kleine Jan zou bevrijd worden van don ADVERTENTIE-PHIJ9, Gewone advertentiën per regel 22K cea| Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruitbet** f ïing van ten hoogste 30 woorden, worded ad PO ppnf-. dere te beroeren. En dat is nu juist, wat Poincaré niet wil. En bovendien, al wilde hij wat toe ge-t ven, dan zou spoedig ook het herstel-» vraagstuk onderwerp van de discussie uitmaken en daarmede zou Duitschland in een scheeve positie tegenover de ande-i re leden van de entente komen te staan. Zooals de zaak er nu uitziet iis er wei-» ni'g kans, dat de Micumovereenikomst verlengd zal worden. De industrieelen hebben erectiet noodig om op den duur met arbeiden vorrt te gaan. Duitschland kan dat crediet niet geven en het biiten-i land wil niet, omdat het van oordeel is, dat de afstand van 27 pet. der productie te zwaar op het bedrijf rust om het cre-t dietiraardig te doen zijn. Voor de indus trieelen komt daar nog dit bij, dat zij niet voormen kunnen of en wanneer het lijk in staat zal zijn de groote voor-* schotten terug te geven, welke zij nu te zijnen behoeve maken. EEN REDE VAN ASQUiTH. Barbertje moet hangen. De Engelsche liberalen nemen thans de stelling in: righton wrong Baldwin must go. Men wil deze regeering weg hebben... maar stelt er geen n;euwe voor in do plaats. Asquith heeft gisteren in een rede voor zijn club gezegd wat hij van deu toe stand dacht. Allo liberale parlementsleden waren aanweizig. Asquith werd bij zijn binnen treden luide toegejuicht. Hij nam op het podium plaats tusschen Lloyd George en sir John Simon. Toen Asquith zich van zijn zetel verhief om het woord te nemen werd hij opnieuw stormachtig toege juicht. Men is van meening, da'; Asquith met zijn rede het lot van de tegenwoordige regeering heeft bezegeld. Spreker begon met te verklaren, dat het een noodlottige politiek is om do te genwoordige regeering te handhaven of oogluikend haar aanblijven toe le laten Anderzijds liet Asquith ook duidcljk doorschemeren een eventueelo Labourre- geering evenm;n de hand boven het hoofd te zullen houden. Met zekere voldoening constateerde spreker dat de liberale par tij an het nieuwe parlement do positie be- heerscht. Asquith verklaarde, met geen van de beido andere partijen openlijk of ia het geheim eeu accoord te hebben gesloten of •te zullen sluiten maar dat hij de volko-* men onafhankelijkheid van de liberale partij zal handhaven. Asquith gaf een overz'cht van den stand van zaken op dit moment. De re geering heeft besloten aan het bewind te blijven. Zij zal dus, na het antwoord op de troonrede, moeten trachten van het Lagerhuis een motie van vertrouwen te verkrijgen. Do uitslag van deze motie is, zeide hij, reecte bij voorbaat uitgemaakt. Ik ben niet gewoon overdreven taal te bezigen doch moet hier ronduit verklaren, dat het goed zal zijn, dat op d;t meest krw tieke moment in de wereldpolitiek, aan do noodlottige leiding van deze regeering een einde wcwrdt gemaakt." DE ROMMEL IN GRIEKENLAND. Wat is op dit oogenhlik Griekonland? een koninkrijk of een repub'iek? Waar-» schijnlijk het laatste. Een telegram uit Athene meldt toch: De koning en konioi'gin van Griekenland zullen, naar wordt gemeld, naar Rome vertrekken. Het besluit van den ministerraad, den koning te verzoeken liet land te verlaten, totdat definitief over den regecringsvorm is beslist, werd genomen: 1. In verband met een ontvangen ver-» zoelk voor het houden van een republic keinsohe demonstratie-- vloek van zijn bestaan; het was een l© mooi vooruitzicht, om op te geven. Ik luisterde naar den verleider en ik viel. „Veertien dagen later was ik met vrouw, i en kind op reis, terwijl ik schande ach-» j terliet op den naam van den man, die al» tijd mijn vriend geweest was. „Maar ik kon niet ontkomen aan het oog van God, noch aan Zijn wrekende j hand; zijn toorn scheen mij ie volgen, overal waar ik ging. Alles wat ik onder- j nam, liep tegen en mijn arme vrouw teerde langzaam weg voor mijn oogen, uitgeput door smart en lijden. „Toen leefde ik alleen voor mijn kind en streed met wanhopigen moed legen j allerlei tegenspoed, om hem een goed lxc-> j staan le verschaffen. En eindelijk was ik j geslaagd en ik had een betrekking \oor hem, waarin een goede toekomst lag zoowol een eervolle als een winstgevend© en hij was het waard, want hij was een flinke, brave jongen geworden J toen do ziekte weer terugkwam ttuj dachten, dat wij ze geheel on al overwon-» nen hadden, maar zij keerde opeens rx n hevigen vorm terug en na ze* maan ie»; stierf mijn jongen." (Wordt ver.olgdV

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 1