Dagblad voor Leiden en Omstreken.
Het onrecht gewroken.
ABONNEMENTSPRIJS
In Leiden en buiten Lelden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal ...,12.50
Per week f0.19
(Franco per post per kwartaal f 2.90
4de JAARGANG. - MAANDAG 19 NOVEMBER 1923 - No. 1092
BureauHooigracht 35 - Leiden Te). Int. 1278 - Postrekening 58936
ADVERTENTIE-PHIJ3
Qewone advertentiën per regel 22'A cent,
f Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarieb
i-'Bii contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij voo.mitbeta*
ling van ten hoogste 30 woorden, worden
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
V Een onveilige plek.
Onder dit opschrift lazen wij in de
Standaard van Zaterdagavond:
De positie van onze partij is gelukkig
geen oogenblik geschokt door de felle actie
van onzen tegenstander, die ook in onzen
kring verwarring trachtte te wekken en
daartoe de Vlootwet en de bezuiniging al*
stormram gebruikte. Het gelukte mis
schien een enkeling een oogenblik aan.
het wankelen te brenggen, over het alge
meen bleef een ieder onzer trouw en men
kon bijv. geen melding maken van Anti-
Revolutionairen, die zich lieten verleiden
het petitionnement te teekenen. Ook onze
mannen konden het vraagstuk, dat aan
de orde was gesteld, wel niet dn zijn fines
ses beoordee'en, maar zij lieten zich niet
door den schijn verleiden en werden in
hun vertrouwen op de leiding geen oogen-;
blik geschokt.
Dit is een verblijdend verschijnsel.
Toch kan niet verheeld, dat ook thans
weer bleek, welke zwakke plek er in onze
veste'blijft bestaan.
Men heeft overal goede zorg voor de
mm ren, maar men laat op één plaats den
tegenstander zoo goed als vrij spel.
Om steeds veilig te blijven tegen mislei
ding moet in geen onzer gezinnen de da-
Igelijksche betrouwbare voorlichting ont
breken. Voor die voorlichting moet onze
pers zorg dragen. En nu blijft het een
feit, dat in vele van onze gezinnen de
vijand met zijn neutrale pers binnedringt
en dagebjks zijn invloed tracht te oefenen
Gezien dit feit moet het bewondering
wekken, dat men allerwege in onze partij
zoo goed voet bij stuk houdt. Het bewijst
de kracht en de diepte van onze begin
selen.
"Bevredigen doet de toestand ochter niet
"Wij moeten zorgen dat onze veste
overal veilig is. En de zwakke plek
moet dus worden weggenomen.
Vandaar dat ook thans weer de aan
dacht op deze zaak gevestigd moet wor
den. In geen anti-revolutionair gezin mag
de goede voorlichting van onze pers ont
breken.
Laat de geestdrift, die thans weer aan
allen kant opbruiste en die ons hart zoo
zeer verkwikt, ook thans weer de prikkel
zijn om met man en macht te zorgen dat
in de bestaande leemte wordt voorzien.
Wij mogen niet rusten voor de onveilige
plek door een stevigen muur vervangen is"
Wat lrcr wordt opgemerkt is inder
daad juist.
Do pers vormt nog steeds een zwakke
plek is or.s partijleven.
De kring van hen die oog hebben voor
de groote beteekenis van de Christelijke
pers en van de gevaren, die ons volk van
de zijde der ons vijandige en de z.g.
neutrale pers bedreigen, is nog veel te
klein.
Wij hopen dat de wensch van ons
hoofdorgaan in vervulling zal gaan en dat
ook in deze omgeving met.man en
macht zal worden gewerkt om in de be
staande leemte te voorzien.
Met man en m a ch t.
Onze pers heeft noodig de zedelijke
steun van ons volk.
Maar zal zij zich niet alleen handhaven
maar ook uitbreiden, dan mag haar
ook de financieele steun niet worden ont
houden.
Wanneer alle anti-revolutionaire man
nen en vrouwen ten dezen hunne roe
ping verstaan en als dan tevens ook door
de partijleiding veel meer dan nu aan het
persvraagstuk aandacht wordt geschon
ken, dan is er grond voor de verwachting
dat deze onveilige plek afdoende zal wor
den versterkt.
STADSNIEUWS.
Toorop-fentoonsteliing.
Na veel moeite is het gelukt in onze
6tad een tentoonstelling te houden, waar
hij een meer volledig beeld van de werken
van onzen grootsten modernen schilder
wordt gegeven.
Dank zij ook de bemoeienissen van den
directeur van „De Lakenhal", waar Too-
rop's werken zijn saamgebrackt, vallen
niet minder dan 62 schilderijen en kunst
werken te bewonderen, waaronder ook
uit den jongsten tijd.
Getuige de vele doeken nil den laatsten
tijd kan men den kunstenaar productief
noemen.
Eigenaardig is de invloed op zijn werk
van zijn overgang naar het Katholicisme:
de strakke lijnen maken plaats voor een
bontkleurigheid welke tusschen de oude
re werken vreemd aandoen.
Maar ook in zijn nieuwe opvattingen
weet Toorop zijn meesterschap te toonen.
De beeltenis van H. M. de Koningin-
Moeder, raak gezien en van treffende ge
lijkenis is alléén het bezoek aan, deze ten
toonstelling overwaard.
De Toorop-tentoonstelling is een g e-
beurtenis in Leiden.
Geen wonder dan ook dat een groot
aantal genoodigden zich hij de opening
j.l. Zaterdag vereenigden, temeer daar
velen hoopten den grooten kunstenaar te
zullen ontmoeten.
Ü9 voorzitter van de commissie van
liet museum, wethouder Reimeringer, gaf
inN zijn openingswoord vorm aan de te
leurstelling welke de verhindering door
ziekte van den meester, voor velen gaf.
Spreker riep vervolgens een woord van
welkom toe aan den burgemeester en zijn
echtgenoote, jhr. en mevrouw De Gijse-
laar, alsmede aan de directeuren van ver
schillende musea, de leden van den ge
meenteraad én vertegenwoordigers van
verschillende kunstvereenigingen
Spreker deed verder uitkomen, dat het
sinds jaren de wensch is geweest van de
comnr'ssie van De Lakenhal, hier een
Toorop-fenioonstelling te houden, en
schetste het aandeel van Mr. Dr. van
Overvoorde, in het bijeenbrengen der
werken.
'et dankbaarheid werd gememoreerd,
hoe H. M. de Koningin het portret van
Hare Koninklijke Moeder voor deze ten
toonstelling had afgestaan en de wensch
uitgesproken, dat velen de tentoonstelling,
welke gedurende drie weken voor het pur
bliek geopend is, zullen bezoeken.
Het woord was hierna aan den directeur
van het Sted. Museum, die de tentoonstel
ling een heuglijke gebeurtenis noemde.
Spr. zeide, dat er tusschen Toorop en Lei
den een nauwe hand is, en bracht do
uitgebreidheid der tentoonstelling, in ver
band met de belangstelling van den schil
der om onze stad.
Dank werd gebracht aan allen, die hun
heerlijke stukken in bruikleen afstonden.
Ik zal, aldus spr., niet trachten een
beeld te geven van de groote beteekenis
van Toorop voor de ontwikkeling van de
shilderkunst en duur door van onze ge-
heele kunstontwikkeling. Daarenboven
zal de 'heer O Ito Tusschenbroek een
lezing over Toorop en zijn werken te
Leiden houden. Slechts een enkel woord
van waardeering voor den rijk begaafden
kunstenaar, den wijsgeer-dichter in stift
en penseel.
Spr. gedenkt ook den s to eren werker, voor
wien geen werkwijze bezwaren schijnt op
te leveren, voor wien elke technische
moeilijkheid slechts schijnt geboden om
die spelend te overwinnen. Geen inspan
ning is hem te veel om zijn technische
bekwaamheden to verbeteren, welke hem
den weg openen om weder in ruimer mate
aan zijn scheppingsdrang te voldoen, om
de heerlijke visioenen van schoonheid te
benaderen, die in zijn fijnbesnaarden
kunstenaarsgeest ontluiken. Zoo heeft hij
meesterwerken geschapen in teere pot-
loodteekening en in stoere pastels.
Niets wat zijn geest beroerde was voor
zijn hand onuitvoerbaar, penseelbeschil-
dering, pointillé of temperames, was, krijt
of houtskool, teekening of gouache, alles
weet hij 1o verwerken, naarmate de stof
het schijnt te eischén.
Zelfs met drijfwerk, glasschilderirg,
sectiel-aardewerk, en email wist hij te
werken en een. hoog punt bereikte hij in
het ontwerpen van glasschilderwerk voor
monumentaal doel.
Stilzwijgend gaat spr. voorbij de onver
kwikkelijke actie in de hofstad.
Niets zeggen is hier meer zeggen dan
vele woorden. Toch mogen wij hier niet
nalaten den kunstenaar in gedachten de
hand te drukken hij de hem zoo onver
diend aangedane hoon.
Thans, gaat spr. voort, toonen de laat
ste werken weder een nieuwe uiting, zoo
wel in het tegen elkander zetten van groo
te kleurvlakken als in de keuze zijner on
derwerpen. Wij zien weder een zich nei
gen naar symboliek en mystiek, doch
thans gerijpt door het leven en gelouterd
door een diep ingrijpend en rotsvast
Godsvertrouwen.
De strijd van den denker culmineert in
"de grootsche teekening de Pelgrim, waar
in de meester zelf voortschrijdt door den
levensstrijd.
Gelouterde pelgrim, aldus besloot spre
ker, schrijdt voort: Laat u hooge kunst
ons nog jaren een lichting zijn in onze
oogen en ons het geluk schenken der be
wondering!
Evenals op de woorden van den heer
Reimeringer volgde ook op deze woorden
een warm applaus, waarna er verver-
schingen werden rondgediend en de ten
toonstelling werd bezichtigd.
Gaarna wekken wij onze lezers op, de
gelegenheid, welke misschien nimmer te
rugkomst, om een zoo uitgebreide collectie
schilderstukken van Toorop te bezichti
gen, niet voorbij te laten gaan.
In zekeren zin is een-bezoek plicht.
Meisjesvereenigingen
Ons werd verzocht te meldei! djit de
ringvergadering van Meisjesvereenigingen
op G. G. te Rijnsburg wordt gehouden op
a.s. Woensdag en niet op 29 November,
zocals abuisievelijk in de Leidsche Kerk
bode was vermeld.
De betrokken leden gelieven hiervan
goede nota te nemen.
Tramlijn LeidenDen Haag.
De verbreeding van de Hoogewoerds-
brug, in verband met den aanleg van den
tramlijn LeidenDen Hiaag, is thans in
een zoodanig stadium gekomen, dat ook
met het verlagen van het bestaande ge
deelte der brug hedenmorgen een aanvang
ken worden gemaakt. Om dit werk moge
lijk te ma-ben werd het bestaande staket
sel uitgebreid, op dien hoek Steenschuur—
Breestraat tot even over de tramrails.
Het tramverkeer ,dat over een afstand
van eenige eters stil ligt-, -wordt geregeld
door middel van eenige steeds gereed
staande wagens, waarin de passagiers
evers tappen.
Het ligt blijkbaar in de bedoeling het
verlagen van de brug bij gedeelten te doen
plaats hebben, zoodat waarschijnlijk eerst
daags hot voetgangersverkeer tijdelijk
over een stuk van het nieuwe gedeelte zal
worden geleid.
Sint Nicolaas.
De intocht van St. Nicolaas, Zaterdag
middag, was evenals andere jaren, weer
een groot succes voor de fa. Vroom en
Dreesmann, en indirect ook voor andere
winkeliers.
Honderden kinderen, verdrongen zich
voor het magazijn van de fa. om de he
geerde vlaggetjes in ontvangst te nemen.
En toen ging net naar de haven om de
„blijde incomste" mee te maken.
Heel de Leidsche jeugd was uitgeloopen
en toen de Sint aan wal was gestapt en in
een met vier paarden hespannen rijtuig
had plaats genomen, werd hij door tal
rijke vertegenwoordigers van jong Leiden
omstuwd.
Het is nu voor'oopig weer alles St.
Nicolaas, wat de klok üflaat.
- De etalages lokken overal tot bezichti
gen en tot koopen uit en het is bij de
jeugd, en niet alleen bij de jeugd, weer
als van. ouds: „Vol verwachting klopt or.s
hart".
Overwerkt.
Het Soc. Dem. raadslid, de heer Dub-
beldeman, heeft zich overwerk^ cn zal dn
de eerstvolgende maanden de vergaderin
gen van den gemeenteraad niet kunnen
bijwonen.
Naar wij vernemen heeft Mr. P. E.
Briët aan het bestuur der A. R. Kies-
vereeniging meegedeeld dat hij zeer tot
zijn leedwezen verhinderd is in de verga
dering van Woensdag als spreker op te
treden.
In verhand met de in Mei ondergane
operatie heeft do oogarts aan Mr. Briët
zeer heslist ontraden zich te veel in te
spannen door voor een groot© zaal te
spreken.
Dit advies, waaraan hij zich natuurlijk
heeft te onderwerpen, is voor Mr. Briët
een teleurstelling, maar niet minder voor
ons Anti-Revolutionaire volk.
In de Stedelijke Werkinrichting ziju
opgenomen in de week van 1117 Novem
ber 233 volwassenen, on 20 kinderen; to
taal 259 personen.
BINNENLAND
De Kabinetscrisis.
De onderhandelingen.
Van doorgaans goed ingelichte zijde
vernomen wij aldus het „Hbld."
dat de slappen, tot heden door mr. dr. D. A.
P. N. Kooien in de richting der oplossing
van de regeeringscrisis gedaan, zich heb
ben bepaald tot het pogen, de drie groe
pen der recliterz:jde tot elkaar te bren
gen.
Na met mgr. Nolens de mogelijkheden
te hebben nagegaan die de opdracht van
H. M. tot een kabinetsformatie kunnen
begunstigen, heeft de lieer Kooien, gecou-:
fereerd met in den. Haag gevestigde lei
ders der Ghristelijk-His'orische en Anti-
Revolutionaire fracties.
Deze besprekingen, die nog zullen wor
den voortgezet, hebben uiteraard slechts
een voorloopig karakter, maar tot nu toe
wordt in Protestanlsch-rechtsche kringen
aan het welslagen van dr. Kooien getwij
feld. De Anti-Revolutionaire Kamerleden
men verzekerde ons dat geen enkele
daarvan kan worden uitgezonderd
voelen niet veel voor de vernieuwing der
rechtsche coalitie. Het Kamerlid mr. J.
A. de Wilde, hoofdredacteur van de „N.
Haagsche Ct.", maakt zich van die ge
zindheid der A. R. leden van de Tweede
Kamer de tolk door in dat blad te ver
klaren, dat de tijd, voor zijne partij is
gekomen om weder kracht te zoeken in
haar isolement. Buiten de Kamerfractie
gaan in anti-revolutionaire kringen an
dere stemmen op.
In „De Rotterdammer" bepleit de hoofd
redacteur prof. mr. P. A. Diepenhorst,
toenadering tusschen de groepen der
rechterzijde op een goed accoord. Of
schoon het hernemen en het blijven inne
men van een zelfstandige positie ook vol
gens de meem'ng van den heer Diepen
horst hare bekoring heeft, acht hij het
toch onjuist de rechtsche coalitie niet le
herstellen. Hij wil haar behouden, mits
behoorlijke waarborgen tegen herhaling
van hetgeen de crisis leidde, worden ver
kregen. Door het Protestantsche deel der
coalitie wordt echter niet verwacht, dat
mr. Kooien reeds ditmaal in het hereiken
van die overeenstemming zal slagen.
Waar nu zijn pogingen, gelijk uit boven
staande blijkt, zich voora^nog bepalen
tot „hot uitsteken van voelhorens", ligt
het voor de hand, dat aan het uitnoodigen
van personen tot het aanvaarden der uii-
nistcrsportefeuillcs nog niet wordt ge
dacht.
De Haagsche correspondent van de
„Standaard'' meldt, dat Mr. Kooien hier
en daar personen schijnt te polsen over
do mogelijkheid der vorming van een ex
tra-parlementair kabinet, dat dan als
voornamste taak zau hebben de oplossing
van het bezuinigingsvraagstuk.
Het Centrum betoogt dat 't bericht
dat aan den voorzitter der Tweede Ka
mer door de Koningin opdracht is gege
ven, een nieuw Kabinet te vormen, nadat
Mr. Kooien kortelings opnieuw door
H. M. ontvangen was, wel niet onver
wacht komt.
De heer Kooien heeft de opdracht in
overweging genomen, wat als een eerste
stap is te beschouwen; en al is daarmee
nog niet gezegd, dat hij de taak ook zal
volbrengen, het vertrouwen, dat do Ko
ningin in hem blijkt te steTen, en dat
ongetwijfeld door zeer velen in den lande
wordt gedeeld, wekt goede verwachtingen
Dat hem een opdracht tot Kabinets-for-
matie is verleend, zal diarom, gelooven
wij, naar verschillende zijden voldoe
ning wekken.
Hij zal dit staat wel vast hij allen,
die hem kennen niet over ijs van één
nacht gaan, maar zorgvuldig tvik1.en cn
wegen.
fin slaagt lij in de vorming vr.n cn
nieuw ministerie, dan kan men er even
eens zeker van wezen, dat hij de taak
van dat Kabinet vooraf scherp heeft afge
bakend en daarvoor de noodige overeen
stemming heeft verkregen, teneinde hot
zooveel mogelijk te doen beantwoorden
aan de oischen der huidige situatie, en do
op'ossing der hangende problemen.
politiële en financieel!
Do Nederlander merkt o.m. ne.
voTg-ende op:
Of h'ermee de crisis, als het vare is op
gelost. mag voorshands betwijfeld war
den. Mocht het den heer K co 1 c a ge'uk
ken voor de oplcssing der mécs' branden
de quaesties (financed herstel, beveiliging
van Tadië, onderwijst'crvormuig, sociale
verzekering) een formule te vinden, die,
zoowel de uiteenloopende begeot ten n
eigen groep, als-de wenschen de* Anli-
revolutionna:ren en Christelijk-Histori--
schen bevredigt dan blijft nog het Voli
tiek bezwaar der A. B. tegen den gevolg-
den gang van zaken. Ook zal hei feit. dat
de Kabinetsformateur weder een Roomsch
Katholiek is zeker aan ChristelLk-ais-
torische zijde en ook hij de A. R. bet
toetreden tot eenig nieuw samenwerken
niet vergemakkelijken
Aanvulling huwelijkswetgeving.
De commissie, die door de Ned. Ver.
van Staatsburgeressen over de huwelijks*
wetgeving zou rapporteeren, stelt voor
den huwelijksgerechtigden leeftijd op 18
jaaT te bepalen, met recht van dispensatie
door de Koning»voorts een medisch
onderzoek der beide partijen met kennis
geving over en weer van het resultaat.
Voor echtscheiding worden een negental
redenen opgesomd.
jaarbeurzen in Nederland.
In de Zaterdag gehouden algemeen©
ledenvergadering van de Vereeniging tot
het houden van Jaarbeurzen in Neder
land is het jaarverslag uitgebracht en d©
balans, winst- en verliesrekening goed
gekeurd.
Aangezien dr. J. P, Fockema Andrea©
den wensch te kennen had gegeven om. in
verband met verschillende ambtsbezighe
den, als voorzitter der vereeniging af t©
treden, werd als zoodanig gekozen dr. J.
C. Koningsberger. Op voorstel van het
bestuur zal aan dr. Fockema Andrea© het
eero-voorzittersc.hap worden aangeboden.
Tot nieuwe leden van het algemeen be-
FEUILLETON
11)
Vrouw Klamp, op wie al onze hoop ge
vestigd was,, was onze waschvrouw. Ze
was klein van stuk zelfs heel klein,
een soort dwerg met een hoogen rug
maar werken kon ze! Zou ze komen of
niet? Als ze kwam ,dan zou alles terecht
komen, want voor haar kleine, ijverige
handen en haar levendig, sterk lichaam
want ze was sterk zou de pyramid©
- van waschgoed spoedig als door een won
der versmolten zijn, om in reine vlekke
loosheid aan de clroogtouwen opnieuw te»
verschijnen.
De kinderen zaten met de neuzen tegen
het raam de straat in te kijken.
„O, daar is Emma, ze loopt Vlug en
blij! Dat voorspelt wat goeds!"
We schuiven het raam open en roepen:
„Komt ze?"
„Ja, ja!" hooren we Emma's stem zeg-
iren, nog buiten adem van het haasten.
t Is in orde. Zij zei, dat wij maar
moesten zorgen, dat alles klaar was cn
zou er om zes uur zijn." -
HOOFDSTUK .V,
30 Juli.
•Vanmorgen werden Emma en ik gewekt
door een eigenaardig geluid tegen ons
raam en toen ik half slaperig er heen li<ip
zag ik de kleine gestalte van vrouw
Klamp, die zich juist hukte om een hand
vol grint op te rapen en het onmiddellijk
daarna met een goed gemikte gooi tegen
ons raam -wierp.
Toen werd ik opeens heelemaal wakker
en. de héérlijke, zonnige herinnering
kwam terug. „Emmal" riep ik, „Emma,
het is morgen en wij moeten alles klaar
maken voor de reis, daar is vrouw
Klamp al aan de deur en er is niemand
om haar open te doen."
Met één sprong was Emma het bed uit,
blijkbaar in de gedachte, dat. vrouw
Klamp al een uur had staan wachten, en
met bloote voeten, in haar fladderende
nachtjapon, holde ze de trappen af, deed,
onhandig van slaperigheid, den ketting
van de voordeur en liet de waschvrouw,
die al ongeduldig begon teworden, bin
nen.
Ik hoorde Emma's opgewekte slem, die
nu niet slaperig meer klonk, haar goeden
morgen zeggen. „Dat is prachtig, dat je
zoo vroeg gekomen bont," hooide ik haar
opgewonden zeggen; en wat een heerlijke
warme dag zal het worden om de wasch
te drogen! En dat is maar goed ook, want
er is zooveel te wasscken, te stijven en te
strijken, dat je er bang van zoudt wor
den."
„Ik niet, juffrouw, ik niet," klonk de
schelle, besliste stem van vrouw Klamp,
„Ik zou wel eens een wasch willen zien,
die mij hang maakte, als ik er eens goed
aan begin."
En bij het aankleeden was het een ge
lach en gepraat door het heerlijk gevoel
van vreugde over wat ons morgen te
wachten stond, maar zoodra we klaar wa
ren, gingen wo naar het groote strijdperk
heneden; want als we uit wilden gaan,
dan moest er vandaag hard gewerkt wor
den en er was een taak te volbrengen, die
menigen ervaren strijder zou afschrik
ken.
Want het was een feit, dat onzekleeren
allemaal in een treurigen toestand wa
ren. Al was moeder altijd aan het verstel
len en aan het naaien, toch was het on
mogelijk te maken, dat wij er allen steeds
toonbaar uitzien.
„Ik heb over alles nagedacht," riep Em
ma uit, „we zullen niet in onze kale,
oude, versteld© jurken gaan, jij en ik,
Mies, want die zijn te ver heen. Maar we
zullen onze donkere Zondagscke japon
nen aantrekken met de witte boorden. Die
zijn ook verre van, nieuw, maai' als alles
goed gewasschen cn gestreken is, dan
zien ze er tenminste frisch uit en wie kan
het er aan zien, hoe oud ze zijn? Ze zit
ten tenminste goed, ik heb ze zelf ge
knipt. En dan zetten we onze witte ma-
trozenhoeden op."
„Nonsens, Emma!" zei ik. „Dat is on
mogelijk. Ze zien er zoo smoezelig, ja
vuil uit en het lint is ook al versleten."
„Wacht even,"" antwoordde zij, terwijl
ze haar krullen uit haar gezicht streek,
voordat ze haar armen in de tobbe met
blauwachtig zeepwater stak, „wacht, tot
je ziet, als ik zo gewasschen en in den
over gedroogd heb; ik heb nog wat rood
lint bewaard, daarmee zal ik ze opma
ken," en lachend werkto ze voort, zoodat
spoedig lange rijen witte kleeren in do
zon hingen te drogen.
Maar wat is het een warme dag ge
weest! 't Was geen kleinigheid voor Em
ma en mij om bijna den heelon dag te
8taan strijken.
Moeder zei, dat we de planken in de
huiskamer mochten leggen, waar het wat
koeler was dan in de keuken; en daar
stonden wij er middenin; een gloeiend
vuur aan, de kamer vol gehangen met al
lerlei onderkleeren, Emma en ik mot roo-
de, warme gezichten over ons werk
gebogen, toen er plotseling hard gebeld
werd.
iWij schrikten, cr erg van en. koken
elkaar verstomd aan en mceder li it d n
rok, dien zij zat te verstellen, op ('en
grond vallen.
„Dat," zei ik op ecu voorsn.'ücnden
toon, „is de bel van een der Harrson
Todd's.
„Ja," zei Emma, ..ze. zijn er met het
rijtuig. Maar waar blijft Suzo toch, wat
voert ze nu weer uit? Maar wit hoef ik
het lo vragen? Ze zit natuurlijk in do
keuken haar gezicht weer le besmeren
met potlood of ze is boven om z:ch to
wasschcn!"
Het eerste was zekeT de waarneid,
want wij hoorden haar langzaam de keu
ken trap opsloffen.
Emma deed de deur even open.
„Laat ze hier niet binnen," riep ze op
een fluisterenden toou, „maar in de an
der© kamer!" En ze trok zich onmiddel
lijk weer terug. „Suzanne's gezicht," riep
zo hopeloos uit, „is zwarter dan ooit cn z©
heeft ook een vuile schort aan."'
Maar ze kon niets meer zeggen, want
Suzanne, die haar fluisterend bevel n et
verstaan had, deed (1e deur open cn lipt
mevrouw Harrison Todd binnen, nnn wio
wij allen evenveel hot land hadden. Zij
kwam, als gewoonlijk, binnen in al haar
glorie van zijde, voeren, juwcelcn en Lloe-
men, cn het wae alsof zij de heel© kamer
met haar tegenwoordigheid vulde.
(Wordt vervolgd.)