Tweede Blad
Vrijdag 20 Juli 1923
Minister de Geer over
zijn ontslagaanvrage.
Het Algemeen Handelsblad van gister-
vond bevat bet volgende interview met
en minister van financiën:
He Minister van Financiën was zoo
/iendelijk, ons te willen ontvangen, ten-
inde zijn standpunt inzake de vlootwet
ader toe te lichten. Zooals uit het com-
tuniqné, gisteren omtrent het conflict in
;n Ministerraad openbaar gemaakt,
feds bleek, kon de heer De Geer zich
et vereenigen met -de conclusie van de
leerderheid der Vlootwetcommissie tot
nmiddellijke aanneming en uitvoering van
e Vlootwet.
De Minister zette uiteen, dat naar zijn
Overtuiging het biMgct niet in voldoende
vénwïcht kon worden gebracht zonder
lezuiniging over do geheele linie. Alle
loorten uitgaven dienen in de bezuiniging
worden betrokken. In de eerste plaats
men er anders niet in .slagen het bud-
Letair evenwicht te herstellen, cn in de
tweede plaats wordt de bezuinigingslust
hij allen, wier belangen en idealen door de
bezuiniging worden gedeerd, in liooge
knate verstrekt, wanneer haar universeel
-*arakter de bittere noodzaak er van doet
Suitkomen.
"I In zoover geldt: de eene bezuiniging
de andere.
In de Kamer beeft men wel eens er op
„aangedrongen, om alleen te bezuinigen op
tde militaire uitgaven. De Minister heeft
pirfaartegenover altiid een afwijzend stand
punt ingenomen, cmdafc men met uitslui-
3Htpnd militaire bezuinigingen er niet komt.
Even eenzijdig echter komt de minister
«Met standpunt van de Staatscommissie
oor, waar deze de maritieme uitgaven van
de bezuiniging wil uitschakelen en daar
tegenover herstel van het budgetair even
wicht wil bereiken door ingrijpende be
snoeiing op alle andere takken van staats
zorg, als onderwijs, volksgezondheid, so
ciale wetgeving, nuttige openbare werken,
salarissen van landsdienaren en rechtsbe-
Ideéling. Op deze punten bezuinigen, wil
den zij ruim baan gemaakt zien voor de
Vlootwet.
De Minister acht dit onaannemelijk.
De bezuiniging ter beveiliging van den
•gulden behoort niet vervangen te worden
-door een bezuiniging ter beveiliging van de
marine.
,U ziet dus", aldus de minister, „dat ik
wel in hoofdzaak met de financieels be
schouwingen van de vlootwet meega, maar
niet haar conclusie kan aanvaarden."
De minister legde er den nadruk op, dat
'indien de vlootwet wordt ingevoerd, de
verwezenlijking van zijn politiek, gericht
op verlaging -,an het geheele budget, niet
mogelijk is. Weliswaar zal door de invoe
ring van de vlootwet de marinebegrooting
Iin Nederland niet aanzienlijk stijgen (in
tegenstelling met Iudië, waar de vlootwet
de lasten wel b.elangrijk zal vermeerderen)
maar zij maakt verlaging onmogelijk. En
dat wel voor jaren, want de vlootwet zou
de maritieme begrootingsc-ijfers tot wette
lijke uitgaven maken. En het zijn juist de
wettelijke uitgaven, die de meeste zorg
fharen, gelijk blijkt bij Onderwijs en an.
dere departementen. Het is op dit oogen-
blik, waar ia wij nog niet weten tot welke
.verlagingen wij zullen moeten komen, niet
gcwenscht, de wettelijke uitgaven tot een
nieuw departement, uit te breiden.
In dit verband herinnerde de minister
er aan, dat bij de algemeenc beschouwin
gen in de Eerste Kamer de heer Idenburg
in verband met de defensie heeft gezegd:
..De tijd kan komen, dat over de gansche
breedte van het budget moet worden be
zuinigd en het mes zeer diep zal moeten
worden gezet in allerlei zaken, die wij
thans eigenlijk onmisbaar achten". Vol
gens den Minister is die tijd nabij. Is hij
aangebroken, dan zal, juist door het wette
lijk vastankeren van de uitgaven, aan dien
~J eisch niet kunnen worden voldaan.
Men moet_ voorts niet vergeten, aldus
D besloot de minister zijn uiteenzetting, dat
I de in de vlootwet ontworpen fondsvorming
do buitengewone uitgaven ook voor ons
•rigen land opnieuw zal doen toenemen.
Juist deze vlottende schuld vormde in de
laatste jaren het bedenkelijkste punt in
onze financieele positie. Sinds eenigen tijd
is daarin ccn liphte neiging' tot bctprschap.
Men moet die niet in gevaar brengen.
Al deze overwegingen maakten het den
minister onmogelijk, zich te vereenigen
met het besluit van den ministerraad tot
onverwijlde invoering van de Vlootwet,
waaraan hij nog toevoegde, dat het ge
schil in den ministerraad zuiver zakelijk
en onder eerbiediging van het wederzijd-
sche standpunt is behandeld.
„Handelsblad".
DE RECHTSCHE SAMENWERKING.
In verband met het ook door -ons over
genomen Stan daar d-artikel over de
samenwerking derrechtsche partijen,
schrijft de heer A. van Wijnbergen, de
voorzitter van de R. K. Staatspartij In
de Maasbode o.m. het volgende:
Zaak is, dat in de drie partijen wordt
ingezien, dat er woorden worden gespro
ken en geschreven, dat er dingen gebeu
ren, die de vrees rechtvaardigen, dat
stemmen wij toe, dat de rechtsche sa
menwerking beëindigd zou gaan worden,
en dat dan èn in iedere partij afzonder
lijk, ên in onderlinge samensprekïng ge
zamenlijk, worde beraadslaagd langs wel
ken weg, met welke middelen dat onheil
kan worden afgewend.
Te zeggen, dat er zooveel ïs. dat de
drie Techtsche groepen samenbindt, dat
een uit elkaar vallen vrijwel tot de onmo
gelijkheden behoort, getuigt o.i. van een
al te luchthartig optimisme. De tijden
zijn er geweest, waarin dié rechtsche
samenwerking niet bestond; ze zouden
kunnen wederkeeren en pas dan zouden
sommigen inzien, wat ze hadden ver
beurd.
Dankbaar moet daarom aanvaard een
ernstig woord, tijdig gesproken, met de
duidelijke bedoeling niet om vrees aan t'e
jagen, maar om te voorkomen, wat voor
land en volk noodlottig zou blijken! te
zijn. Elke.partij zal daarmede ongetwij
feld haar voordeel weten te doen.
Wat de Katholieke partij betreft, ze
ker. ook binnen haar zijn stemmingen te
onderkennen, ook binnen haar wordt hier
en daar eene mentaliteit aangekweekt,
voor het voortbestaan eener Christelijke
coalitie niet bevorderlijk, de partij ech
ter als zoodanig, de partij, als geheel
heeft nog niet het minste bewijs maar
geleverd, dat het haar niet hooge ernst
zoude wezen, met do instandhouding der
rechtsche samenwerking.
En o. i. bestaat geen kans, dat daarip
voorshands wijziging worde gebracht.
In haar overgroolo meerderheid is de
Katholieke partij nog steeds diep over
tuigd van de groote belangen, die bij
het voortbestaan der coalitie betrokken
zijn. Ook zij acht die noodig, wijl daar
mede de vorming eener parlementaire
regeering mogelijk blijft, maar bovenal,
wijl in en door die rechtsche samenwer
king zoo dicht mogelijk nog benaderd
wordt bet voeren eener Christelijke staat
kunde, waaraan dan tóch; gelijk met den
dag meer blijkt, de wereld vóór alles be
hoefte heeft.
En wat de laatste tijden is voorgeval
len, zal dan ook zeker voor haar een
aansporing te meer zijn om met nog
grooter zorg dan tot "dusverre er voor te
waken, dat harerzijds alles worde ver
meden, wat aan die blijvende samenwer
king in den weg mocht kunnen staan.
Indien door de twee andere rechtsche
partijen, en wèl door beide, al
dus wordt gehandeld, mag gehoopt en
verwacht, dat niet zal intreden, wat door
,,de Standaard" wordt gevreesd."
KERK EN SCHOOL
H. Visch. f
Woensdag overleed de em. predikant H.
Visch ïn den ouderdom van 81 jaar.
Ps. Yisch werd in 1881 predikant te Ra-
venswaay. Hij diende achtereenvolgens de
gemeenten te Herwijnen, Waarder, Vuren
en sinds 1897 Sleeuwijk.
1 Juni 1918 nam hij zijn emeritaat en
woonde sindsdien te Rhenen.
Kerkelijk hoogleeraar.
,,'fc Gebeurt'niet eiken dag, zegt de
Waarheidsvriend, dat wij zoo van
ganscher harte kunnen beamen wat onze
ethische Groningsche collega, ds. Coolsma,
zegt en schrijft; En daarom, nu wij dat
kunnen doen, willen wij het niet nalaten.
Ds. Coolsma schrijft n.l. in „Bergop
waarts" over de vacature van kerkelijk
hoogleeraar te Groningen. (Zooals men
weet is prof. Aalders in- de vacature-prof.
de Sopper benoemd tot gewoon hoog-
lëeraar). En ds. C. schrijft daarover dan
aldus
„Wat toch wel de reden mag zijn, dat
de voordracht voor kerkelijk hoogleeraar
te Groningen zoo vroeg is gepubliceerd?
Wij herinneren ons niet hoe vroeg of hoe
laat dit anders gebeurde, maar meenJen in
ieder geval 't recht te hebben, nu de
drie namen, wereldkudig zijn gemaakt, ook
een meening en wensch hier te uiten.
En dan kan men volle waardeering heb
ben voor de beide andere doctores: Plooy
en Vellenga, en toch hartelijk hopen, dat
ditmaal de keus van de leden der Synode,
^je 18 Juli bijeenkomen, mag vallen op dr.
Haitjema. Deze jonge, knappe en zeer
werkzame Apeldoornsche predikant schijnt
ons de aangewezen persoon voor vervul
ling van de vacature-Aalders.
En is dr. Haitjema, dien ik bij mijn we
ten nooit gezien en nog minSer gesproken
heb, dan Confessioneelhet wordt
dacht mij toch ook hoog tijd, dat Ethi
sche mensehen een toevallige meerderheid
in een of ander bestuur niet misbruiken
om alleen aan eigen partijgangers op te
dragen de vorming onzer aanstaande pre
dikanten."
Wij kunnen ons daar heel goed mee ver-
eenigen.
Zoowel met het advie3 dr. Haitjema te
benoemen. Als ook met de opmerking, dat
Ethische menschen een toevallige meer
derheid in een of ander beschuur wat min
der moeten gaan misbruiken.
Wat weinig ethisch is dat.
Zouden wij betere tijden tegemoet
gaan?"
GEMENGD NIEUWS
Door een auto overreden.
Gisterenmorgen werd de 8-jarige D. J.,
te Rotterdam, overreden door een auto op
de Ruigeplaatbrug. D. J. hing achter een
anderen auto, sprong hieraf met het ge
volg, dat hij onder den auto geraakte, wel
ke uit de tegenovergestelde richting kwam
Na aankomst in het ziekenhuis is hij over
leden.
Brand.
Te Utrecht is gisteren de brood- en ban
ketbakkerij van den heer A. H. van den
Burg afgebrand. De oorzaak is niet be
kend.
De brand te Doorn.
Omtrent de vermoedelijke oorzaak van
den brand in de garage van den heer Van
Letten te Doorn, woTdt nader gemeld, dat
deze gezocht wordt in een ontvlamming
van benzinedamp.
De schade wordt geraamd op 70 mille.
Tragisch.
Een zuster van elders werd overgeplaatst
naar heb Zusterhuis te Westwoud, waar
door zij in de gelegenheid was een bezoek
te brengen bij oude kennissen alhier, die
zij in 25 jaar niet gezien had. De zuster
werd bij het weerzien zoo hevig geschokt,
dat ze bijna direct onwel werd cn kort
daarop overleed.
Vitriool-aanslag.
Op den O.-Z. Achterburgwal heeft giste
renavond omstreeks elf uur een ongunstig
bekend staand man, bewoner van een be
rucht perceel aldaar, een vitriool-aanslag
gepleegd op den vrouw met wie hij samen
leefde.
Reeds geruimen tiid hadden de man en
de vrouw herhaaldelijk ruzie en deze liep
gisterenavond weer zoo hoog, dat het voor
de zooveelste maal t-ot handtastelijkheden
kwam.
Naar het schijnt* heeft daarbij ook de
vrouw zich niet onbetuigd gelaten. Op ze
ker oogenblik haalde de man een flesch
met vitriool voor den dag, welke inhoud
hij de vrouw pardoes in het gelaat wierp.
Hevig gillend liep zij de straat op, ach
tervolgd door den man, die haar opnieuw
te lijf wilde. Hij werd evenwel door om
standers gegrepen en aan de politie over
gegeven.
De vrouw, wier toestand zeer ernstig is,
werd naar het Binnengasthuis vervoerd.
Vermist.
Sedert Zondag wordt te Wageningen
vermist de 19-jarige dienstbode H. V., ge
boren te Groningen. Zij heeft haar woijing
verlaten om naar de kerk te gaan, waar
zij niet is geweest. Men vermoedt, dat haar
een ongeluk is overkomen.
Brutaal.
Te Wageningen werd de kantoorbedien
de A. Stoorvogel, terwijl hij den Wage-
ningschen Berg af kwam fietsen, met een
zwart lederen portefeuille onder den arm,
waarin f 73 aan papier benevens eenige
quitanties. nabij den Hollen Weg voorbij
gereden door een onbekenden man, even
eens op een fiets. In het voorbijgaan rukte
deze S. de portefeuille onder den arm weg
en daalde onmiddellijk den sterk hellendpn
Hollen Weg af. Toen S. omkeeren kon en
den dief volgen, had deze reeds een zoo
grooten voorsprong gekregen, dat hij uit
het gezicht verdwenen was. Den volgenden
dag werd de portefeuille in een kreupcl-
bosch teruggevonden. De kwitanties enz.
waren er nog in, het geld was er uit.
Slechte ijswafels.
De Gezondheids-commissie gezeteld te
Veendam heeft een telegram aan den Mi
nister van Arbeid gebonden, waarin wordt
aangedrongen om onverwijld de meest
scherpe controle op fabricage, verpakking
en bewaring van ijswafels te gelasten.
Gemeenteraad Boskoop.
(siot). r~
Het voorstel van B. en W. om voor
kennisgeving aan te nomen het verzoek
van den raad van Wymbritseradeel om
steiwi aan haar adres waarin verzocht
wordt om de openbare Godslastering
strafbaar te stellen, wordt z. h. st. aan
genomen.
De heer Ver kade had in de vorige
vergadering gevraagd of het niet noodig
werd geoordeeld om ten aanzien van de
winstbestemming dor gemeentebedrijven
een nieuwe regeling te treffen.
In antwoord hierop deelt de voorz.
thans mede, dat, hoewel het college van
B. en W. voor zich zelf niet van deze
Noodzakelijkheid is overtuigd, de rege
ling toch wel zal moeten worden getrof
fen ingevolge de nieuwe voorschriften
-voor liet samenstellen der gemeentebe-
grooting.
Als volgend punt staaf op de agenda
aangekondigd de aanvrage van een nieu%r
crediet voor werkverschaffing. In de
plaats hiervan echter leest de voorz.:
voorstel van B. en W. om de werkver
schaffing stop te zetten, aangezien er
geen werkloozen moer zijn (applaus). Het
was juist hoog tijd, zegt de voorzitter,
want zoowel liet werk als de centen wa
ren op, dus dat klopt als een bus.
De heer Noest is er niet erg gerust
onder. Spr. heeft gisteren nog bij een
ambtenaar zijn licht opgestoken, en die
deelde hem mede, dat er nog 8 werkloo
zen waren. Bovendien vreest spr., dat,
wanneer iemand werkloos mocht gera
ken,, die naar het B. A. zal gezonden
worden. Spr. zou dezulken liever bij 't
opknappen van de vuile slooten tewerk
stellen.
De Voorz. vraagt den liee? N. waar
hij zijn licht heeft opgestoken.
De heer Noest: bij den heer Steen
bakker.
Do voorz.: dan was u verkeerd, die
heeft alleen de arbeidsbemiddeling. Spr.
zet nader uiteen, dat er reeds lang, ook
volgens het oordcel van den gemeente-
architect, geen productief werk meer is.
De aanwezigheid van vuil in de slooten is
meer aan de weersgesteldheid dan aan
het onvoldoende onderhoud te wijten.
Daarbij werd van de werkverschaffing wel
esen misbruik gemaakt door menschen
die absoluut naar geen ander werk om
zagen. Als voorbeeld meent spr. een geval
waarin een 18-jarig jongmensch, geen
buitengewoon bekwaam vakman, werk
loos werd. en die zich direct maar bij de
werkverschaffing vervoegde zonder eerst
werk te hebben gezocht. Hij heeft
alsdan daarvoor gelegenheid gekregen,
maar toen hij tenslotte wer bij do
werkverschaffing terug kwam en hom
een loon werd verstrekt, waarvan hij
"zijn kostgeld zou kunnen betalen, be
dankte meneer daarvoor. Als iemand
nu, zooals deze persoon, in het ge
wone bedrijf f 18 verdient, en hij
kan den geheelen winter bij do gemeente
voor f 15 onderdak blijven, ligt het voor
de hand, dat velen er een melkkoetje van
zullen trachten te maken.
Het voorstel wordt nu aangenomen, do
hoeren Verkade en Noest stemmen tegen.
Ter vaststelling wordt den raad aange
boden de Tekening en verantwoording van
het gem. Gasbedrijf en het waterleiding
bedrijf, waarvan het laatste een winst
cijfer va nf 1154.65 heeft te boeken.
Goedgekeurd.
De rekening en verantwoording van he*
Burg. Armbestuur, die een uitgave van
f 10.629.78; een ontvangst van f 11733.38;
en een batig saldo van f 1103.52 aanwijst,
wordt eveneens goedgekeurd.
Ter tafel komt nu het advies van B.
en W. om een terrein aan de Zuidkade
in gereedheid te brengen, naar aanlei
ding van een verzoek van de R. K. Bouw-
vereeniging „St Joseph" om voorschot
ingevolge de woningwet, voor den bouw
van 20 arbeiderswoningen,
De heer Brand zal over deze kwestie
die voor hem het karakter begint to dra-
gen van een soort lijdensgeschiedenis, J_
niet veel zeggen. Alleen wil spr. herinne-
ren aan het besluit dat de raad eenigen
tijd geleden nam, om, zoowel aan de Oost--
als aan de Westzijde van de gemeente te*
bouweh. Spr. meent dat met dit besluit*
bij het indienen van dit voorstel geen ro-*
kening is gehouden.
De heer Boekraad zal nooit zijn
stem kunnen geven aan een plan om te
bouwen aan de Zuidkade, omdat' z. i. de
grond aldaar niet geschikt is. Het zakt
er te veel. Spr. vreest dat exploitatie van
dit terrein voor de gemeente een blijven
de strop zou zijn, en dat de kosten, en dus
ook de huurprijzen te hoog zouden wor
den. Spr. verwijst naar een schrijven
van den Minister van Arbeid, volgens
hetwelk men een houwvereen. niet kan
dwingen een zeker terrein te aanvaarden.
Spr. wil bij wijze van amendement voor
stellen, de bouwvereeniging „St Joseph"
te verzoeken om met een nieuwe aan
vrage te komen, waarin ander terrein
wordt genoemd.
De Voorzitter zegt de tot stand ka.
ming van het door den heer Brand ge
noemde raadsbesluit te hebben nagegaan,
waarbij hem gebleken is dat het besluit is
genomen na lang praten, en toen nog Inet
de beperking, „dat elk geval op zich zelf
zou worden beoordeeld." Er is verschil
tusschen het standpunt van een college
als dat van B. en W. en dat van een
bouwvereeniging. Wanneer spr. zich b.v.
voor den bouw van goede arbeiderswo
ningen Terklaart, dcet hij dit niet, zonder
in het oog tevatten het geheele probleem
van de volkshuisvesting, zooals dit in 't
algemeen- de aandacht vraagt, en met al
wat er toe behoort, zooals sportterreinen,
speelplaatsen, en niet het minst moet re
kening gehouden met het plaatselijk
schoon. Men gevoelt, welk een onherstel
bare schade aan het plaatselijk schoon
zou worden toegebracht bij den bouw in
Reyerskoop van een sober type van wo
ningen, zocals dit noodgedwongen moet,
worden ontworpen.
De heer Boekraad sprak van te duren
grond, maar de grond zal niet te duur
worden wanneer zij wordt gereed ge
maakt en verdeeld overeenkomstig het
gemaakte plan var. B. en W. Volgens dit
plan zijn verschillende woningtypen toe
laatbaar en is ook een klein plantsoen
geprojecteerd waarvoor de ruimte thans
wordt ingenomen door hakhout cn sloo-
te*i. Bovendien zou ook een rustige speel
plaats kunnen worden aangelegd en is er
ook gelegenheid voor een flink sportter
rein. De prijs zou dan, inclusief het .ma
ken van een brug, en den san]eg van
stralen, nog niet hooger zijn dan die van
andere gronden.
Wat liet „amendement" van den lieer
Boekraad betreft, dit kan dien naam niet
dragen, maar is een geheel nieuw voor
stel, en in dat geval heeft bij de stemming
dat van B. en W. den voorrang.
Verschillende leden -wènschen eerst nog
algemcene beschouwingen te honden.
Do heer G ui d e m o nzal zijn stem
aan dit voorstel niet geven tejizij pem
urgentie dezer zaak nader worut aan ge-
toon i.
De heer van Kleef houdt 'n breede
iezuinigingsspeech. Spr. zou op den weg
van woningbouw enz. liever niet verder
gaan. De Staatssteun voor dergelijke za
ken moet wegvallen. Met het subsidie
stelsel moet finaal gebroken. De levens
standaard moet omlaag. Spr. zou in na
volging van Waddin*veen ook wel een
bezuinigings-mspecleur willen aanstel
len. I
Do heer Verkado reageert op dit be
toog. Spr. zal steeds voor woningbouw
met overheidssteun stemmen zoolang
particulieren het niet even goedkoop kun
nen doen. Overigens is spr. het uitbren
gen van zijn stem mo&ilijk gemaakt door
d© verschillende wijzigingen die zijn
voorgesteld. Spr. is niet onverdeeld voor
het voorstel van B. en W.. wat het ter
rein aan de Zuidkade betreft, spr. vreest
dat het volgens dat plan zou worden
„een groote straat met e?n hek ervoor",
en zonder de noodige circulatie voor. gas--
en waterleiding. Wat zouden B. en W.
denken van den woningbouw in Reyers
koop, b.v. wanneer aan het type een be
hoorlijk front kan worden gegeven?
De heer Boekraad hangt een schrik
beeld op van de groote kosten die volgens
zijn berekening aan de uitvoering van het
plan van B. en W. zouden zijn verbon
den. De voorzitter. 7?gt spr.. raag die be
paling van den Min., dat men de houw
vereen. geen terrein kan opdringen nu
een pasquil achten, maar spr. waar
schuwt toch om de mensehen niet ergens
midden-achter i (sic) een stut land te
duwen. -
FEUILLETON
Den Vaderland ghetrouwe.
3)
Een vertelling uit den
Franschen tijd.
Dat was van veel nut hij de groote afstan
den. die den schaapherder soms dagen en
pachten lang van huis verwijderd hiel
den. Echter 't beste van alles was, dat
Sultan 't toezicht over de schapen, zoo 't
«em bevolen werd, geheel alleen op zich
"nam. Zoo ook nu; enkele malen liep hij
om de kudde heen, blafte hier en daar
den dieren wat toe; alle luisterden als
't ware opmerkzaam; de levendige, ver
standige oogen blikten naar den schaap
herder en den hond; de belhamel leidde
<le allengs volgende zwenking der kudde
in; ijveriger trippelden de fijne, vroolij-
ke voetjes; de lammeren sprongen moed
willig op zijde, en aldus begaven allen
zich op den terugweg. Sultan was zoo
groot, dat hij over de heele kudde heen-
zag, maar nu en dan richtte hij zich,
spiedend, nog overeind, en zoo dreef hij
de vroolijk-blatende schaar voor zich uit
en verdween allengs met haar aan den
horizont.
Met ruötigen, afgemeten tred sloeg de
Schaapherder oen andere richting in, op
weg naar d© dorpsherberg, die wel êen
uur ver lag.
HOOFDSTUK II.
Hei, dat was me een leven'do smok
kelaars waren er weer eens. Sinds Na
poleon de kusten van het vasteland doer
het tegen de Engelschen gerichte conti
nentaal stelsel had afgesloten, was in Ol
denburg de sluikhandel tbt bloei geko
men; spijt alle douanemisschien ook
wel tot vreugd van een deel der douane.
Dezen Zondag hadden ook vrouwen en
meisjes zich naar de herberg begeven-
dra streek een muzikant niemand wis*
of vroeg, waar die zoo gauw van daan
kwam er Rustig op los, en alras dans^
ten de smokkelaars in dolle sprongen en
overbruisenden levenslust rond tusschen
knechts en boerenzoons, die hun punt
mutsen ophielden en hun korte pijpjes
niet lieten uitgaan, omzichtig zich wend
den en onwillig werden, als iemand wat
al te heftig tegen hen opbotste. Druk liep
de waard heen en weer, schonk in en
streek glimlachend geld op, en zweette
van den dubbelen, arbeid.
De schaapherder werd door de dolle
drukte onaangenaam getroffen; langs de
kribbe der koeien, die over al 't lawaai
brommend met de koppen schudden en
aan de grampels rammelden, liep hij
voorzichtig over de breede deel. heen
naar den estrik, waar, in 't midden van
den achterwand, de ronde haard lag.
Trots de Augustus-warmte brandde hier
nog een heel vuur; immers, dat behoorde
zoo: de gastvrije vlam mocht den heelen
dag niet uitgaan; een beetje turfrook was
nu eenmaal onafscheidelijk van de ge
zelligheid. Aan den haard zaten reeds
sommige hoeren; elk had zijn tinnen bier
kroes op den rand der vuurplaat gezet
en rookte uit een stompje pijp-. Brun
Dirks ging de heele rij langs, ieder een
hand gevend en goeden dag zeggend- en
zette zich toen mede in den kring.
„Harm, ik ook een kroes bierl"
De waard kwam al aanloopen met 't
ge wensch te: „asjebliefWil-je mis
schien eerst een beetje klare? niet?
non, ik moet weer wegwarm
■vandaag, hè?"
De boeren staarden in den: vuurgloed;
piemand bewoog zich dan wanneer hij
uit zijn kroes wilde drinken of zijn pijp
uitkloppen of opnieuw stoppen; hoog
stens spuwde een enkele nu en dan in 't
vuur. De schaapherder had zijn kroes
dicht tegen 't vuur aangeschoven, omdat
't bier hem te koud leek, nu hij zoo warm
nog was van 't loopen; even later sloeg
hij met zekeren greep liet deksel toe: het
schuim liep over en daaruit besloot hij,
dat de kou er genoeg af was. Hij dronk,
en zat dan gelaten stil; zijn ellebogen
rustten op zijn knieën en hij bleef even
■oii'beweegelijk als de anderen.
Na eenigen tijd stond de schout op, een
man zóó lang, dat hij, door de voortdu
rende oefening op anderen neer te zien,
het hoofd voorover droeg: „Ja, komen
jullie maar mee, luj; hier is 't te druk;
en er gluipen me ook te veel vreemde
oogen." Met zijn kroes in de hand ging
hij hen voor naar de kamer, .die aan
den estrik grensde; de anderen volgden
rustig; de laatste sloot omslachtig de deur
Hier zat een vreemdeling bij de tafel;
met zijn rug tegen den wand geleund
monsterde hij met scherpen blik de bin-
nentredenden. Deze zeiden niets, schoven
hun stijve leden herwaarts en derwaarts,
doch steeds zóó, dat ze zich nagenoeg
den rug dekten en 't gezicht vrij hielden;
enkelen leunden tegen den wand of het
vensteT, anderen zaten op de bank of op
de stoelen met biezen zittingen. Schijn
baar zonder belangstelling keek men den
vreemdeling aan. Alleen de schout bleef
voor hem staan, wijdbeens en de beide
handen op den rug. „Vertel nou maar,"
zei hij.
De vreemdeling, met de monstering der
aanwezigen nog niet gereed, zweeg.
„Je kan vertellen, als ik dat zeg",
merkte de schout op, „hier is geen ver
klikker bij."
„"Waarom zou ik niet vertellen," begon
de vreemde, „wat de kinderen op straat
mekaar al vertellen? Hier mocht ge rus*
een Franschman bij zitten en meeluiste
ren, misschien kon hij nog wel wat loeren
ook, als dat ras maar niet zoo'n inbeel
ding had."
Enkele boeren spuwden oven op den
grond; de schaapherder nam verwonderd
de pijp uit den mond en vergat verder te
rooken. 1
„Dat klopt", zei de schout,, ,wat ver-
der?" ij
„Jullie hebt wel van Wagram gehoord,
waar de Oostenrijkers verslagen wer-»
den?"
„Waarom zouden we dat niet gehoord
hebben?" zei de schout; „toen hebben ze
vrede moeten sluiten en net, zooals Na
poleon dat wou". j
„Juist, precies zooals Napoleon da.'
wou. En pver Friedrich Wilhelm, den
hertog van Brunswijk, die de Oostenrij
kers met zijn corps vrijwilligers geholpen
had, stond er geen woord in 't heele ver-i
verdrag".
„Dat was toch al heel raar,"N het eei
boer zich ontvallen.
„Ja, wat zal ik jo zeggen; Napoleon had
hem zijn land ontnomen; nu wou hij
hem ook den vredo ontnomen, want hij
haat hem." 1
(Wordt vcrvclgu).