Tweede Blad Vrijdag 20 Juli 1923 Minister de Geer over zijn ontslagaanvrage. Het Algemeen Handelsblad van gister- vond bevat bet volgende interview met en minister van financiën: He Minister van Financiën was zoo /iendelijk, ons te willen ontvangen, ten- inde zijn standpunt inzake de vlootwet ader toe te lichten. Zooals uit het com- tuniqné, gisteren omtrent het conflict in ;n Ministerraad openbaar gemaakt, feds bleek, kon de heer De Geer zich et vereenigen met -de conclusie van de leerderheid der Vlootwetcommissie tot nmiddellijke aanneming en uitvoering van e Vlootwet. De Minister zette uiteen, dat naar zijn Overtuiging het biMgct niet in voldoende vénwïcht kon worden gebracht zonder lezuiniging over do geheele linie. Alle loorten uitgaven dienen in de bezuiniging worden betrokken. In de eerste plaats men er anders niet in .slagen het bud- Letair evenwicht te herstellen, cn in de tweede plaats wordt de bezuinigingslust hij allen, wier belangen en idealen door de bezuiniging worden gedeerd, in liooge knate verstrekt, wanneer haar universeel -*arakter de bittere noodzaak er van doet Suitkomen. "I In zoover geldt: de eene bezuiniging de andere. In de Kamer beeft men wel eens er op „aangedrongen, om alleen te bezuinigen op tde militaire uitgaven. De Minister heeft pirfaartegenover altiid een afwijzend stand punt ingenomen, cmdafc men met uitslui- 3Htpnd militaire bezuinigingen er niet komt. Even eenzijdig echter komt de minister «Met standpunt van de Staatscommissie oor, waar deze de maritieme uitgaven van de bezuiniging wil uitschakelen en daar tegenover herstel van het budgetair even wicht wil bereiken door ingrijpende be snoeiing op alle andere takken van staats zorg, als onderwijs, volksgezondheid, so ciale wetgeving, nuttige openbare werken, salarissen van landsdienaren en rechtsbe- Ideéling. Op deze punten bezuinigen, wil den zij ruim baan gemaakt zien voor de Vlootwet. De Minister acht dit onaannemelijk. De bezuiniging ter beveiliging van den •gulden behoort niet vervangen te worden -door een bezuiniging ter beveiliging van de marine. ,U ziet dus", aldus de minister, „dat ik wel in hoofdzaak met de financieels be schouwingen van de vlootwet meega, maar niet haar conclusie kan aanvaarden." De minister legde er den nadruk op, dat 'indien de vlootwet wordt ingevoerd, de verwezenlijking van zijn politiek, gericht op verlaging -,an het geheele budget, niet mogelijk is. Weliswaar zal door de invoe ring van de vlootwet de marinebegrooting Iin Nederland niet aanzienlijk stijgen (in tegenstelling met Iudië, waar de vlootwet de lasten wel b.elangrijk zal vermeerderen) maar zij maakt verlaging onmogelijk. En dat wel voor jaren, want de vlootwet zou de maritieme begrootingsc-ijfers tot wette lijke uitgaven maken. En het zijn juist de wettelijke uitgaven, die de meeste zorg fharen, gelijk blijkt bij Onderwijs en an. dere departementen. Het is op dit oogen- blik, waar ia wij nog niet weten tot welke .verlagingen wij zullen moeten komen, niet gcwenscht, de wettelijke uitgaven tot een nieuw departement, uit te breiden. In dit verband herinnerde de minister er aan, dat bij de algemeenc beschouwin gen in de Eerste Kamer de heer Idenburg in verband met de defensie heeft gezegd: ..De tijd kan komen, dat over de gansche breedte van het budget moet worden be zuinigd en het mes zeer diep zal moeten worden gezet in allerlei zaken, die wij thans eigenlijk onmisbaar achten". Vol gens den Minister is die tijd nabij. Is hij aangebroken, dan zal, juist door het wette lijk vastankeren van de uitgaven, aan dien ~J eisch niet kunnen worden voldaan. Men moet_ voorts niet vergeten, aldus D besloot de minister zijn uiteenzetting, dat I de in de vlootwet ontworpen fondsvorming do buitengewone uitgaven ook voor ons •rigen land opnieuw zal doen toenemen. Juist deze vlottende schuld vormde in de laatste jaren het bedenkelijkste punt in onze financieele positie. Sinds eenigen tijd is daarin ccn liphte neiging' tot bctprschap. Men moet die niet in gevaar brengen. Al deze overwegingen maakten het den minister onmogelijk, zich te vereenigen met het besluit van den ministerraad tot onverwijlde invoering van de Vlootwet, waaraan hij nog toevoegde, dat het ge schil in den ministerraad zuiver zakelijk en onder eerbiediging van het wederzijd- sche standpunt is behandeld. „Handelsblad". DE RECHTSCHE SAMENWERKING. In verband met het ook door -ons over genomen Stan daar d-artikel over de samenwerking derrechtsche partijen, schrijft de heer A. van Wijnbergen, de voorzitter van de R. K. Staatspartij In de Maasbode o.m. het volgende: Zaak is, dat in de drie partijen wordt ingezien, dat er woorden worden gespro ken en geschreven, dat er dingen gebeu ren, die de vrees rechtvaardigen, dat stemmen wij toe, dat de rechtsche sa menwerking beëindigd zou gaan worden, en dat dan èn in iedere partij afzonder lijk, ên in onderlinge samensprekïng ge zamenlijk, worde beraadslaagd langs wel ken weg, met welke middelen dat onheil kan worden afgewend. Te zeggen, dat er zooveel ïs. dat de drie Techtsche groepen samenbindt, dat een uit elkaar vallen vrijwel tot de onmo gelijkheden behoort, getuigt o.i. van een al te luchthartig optimisme. De tijden zijn er geweest, waarin dié rechtsche samenwerking niet bestond; ze zouden kunnen wederkeeren en pas dan zouden sommigen inzien, wat ze hadden ver beurd. Dankbaar moet daarom aanvaard een ernstig woord, tijdig gesproken, met de duidelijke bedoeling niet om vrees aan t'e jagen, maar om te voorkomen, wat voor land en volk noodlottig zou blijken! te zijn. Elke.partij zal daarmede ongetwij feld haar voordeel weten te doen. Wat de Katholieke partij betreft, ze ker. ook binnen haar zijn stemmingen te onderkennen, ook binnen haar wordt hier en daar eene mentaliteit aangekweekt, voor het voortbestaan eener Christelijke coalitie niet bevorderlijk, de partij ech ter als zoodanig, de partij, als geheel heeft nog niet het minste bewijs maar geleverd, dat het haar niet hooge ernst zoude wezen, met do instandhouding der rechtsche samenwerking. En o. i. bestaat geen kans, dat daarip voorshands wijziging worde gebracht. In haar overgroolo meerderheid is de Katholieke partij nog steeds diep over tuigd van de groote belangen, die bij het voortbestaan der coalitie betrokken zijn. Ook zij acht die noodig, wijl daar mede de vorming eener parlementaire regeering mogelijk blijft, maar bovenal, wijl in en door die rechtsche samenwer king zoo dicht mogelijk nog benaderd wordt bet voeren eener Christelijke staat kunde, waaraan dan tóch; gelijk met den dag meer blijkt, de wereld vóór alles be hoefte heeft. En wat de laatste tijden is voorgeval len, zal dan ook zeker voor haar een aansporing te meer zijn om met nog grooter zorg dan tot "dusverre er voor te waken, dat harerzijds alles worde ver meden, wat aan die blijvende samenwer king in den weg mocht kunnen staan. Indien door de twee andere rechtsche partijen, en wèl door beide, al dus wordt gehandeld, mag gehoopt en verwacht, dat niet zal intreden, wat door ,,de Standaard" wordt gevreesd." KERK EN SCHOOL H. Visch. f Woensdag overleed de em. predikant H. Visch ïn den ouderdom van 81 jaar. Ps. Yisch werd in 1881 predikant te Ra- venswaay. Hij diende achtereenvolgens de gemeenten te Herwijnen, Waarder, Vuren en sinds 1897 Sleeuwijk. 1 Juni 1918 nam hij zijn emeritaat en woonde sindsdien te Rhenen. Kerkelijk hoogleeraar. ,,'fc Gebeurt'niet eiken dag, zegt de Waarheidsvriend, dat wij zoo van ganscher harte kunnen beamen wat onze ethische Groningsche collega, ds. Coolsma, zegt en schrijft; En daarom, nu wij dat kunnen doen, willen wij het niet nalaten. Ds. Coolsma schrijft n.l. in „Bergop waarts" over de vacature van kerkelijk hoogleeraar te Groningen. (Zooals men weet is prof. Aalders in- de vacature-prof. de Sopper benoemd tot gewoon hoog- lëeraar). En ds. C. schrijft daarover dan aldus „Wat toch wel de reden mag zijn, dat de voordracht voor kerkelijk hoogleeraar te Groningen zoo vroeg is gepubliceerd? Wij herinneren ons niet hoe vroeg of hoe laat dit anders gebeurde, maar meenJen in ieder geval 't recht te hebben, nu de drie namen, wereldkudig zijn gemaakt, ook een meening en wensch hier te uiten. En dan kan men volle waardeering heb ben voor de beide andere doctores: Plooy en Vellenga, en toch hartelijk hopen, dat ditmaal de keus van de leden der Synode, ^je 18 Juli bijeenkomen, mag vallen op dr. Haitjema. Deze jonge, knappe en zeer werkzame Apeldoornsche predikant schijnt ons de aangewezen persoon voor vervul ling van de vacature-Aalders. En is dr. Haitjema, dien ik bij mijn we ten nooit gezien en nog minSer gesproken heb, dan Confessioneelhet wordt dacht mij toch ook hoog tijd, dat Ethi sche mensehen een toevallige meerderheid in een of ander bestuur niet misbruiken om alleen aan eigen partijgangers op te dragen de vorming onzer aanstaande pre dikanten." Wij kunnen ons daar heel goed mee ver- eenigen. Zoowel met het advie3 dr. Haitjema te benoemen. Als ook met de opmerking, dat Ethische menschen een toevallige meer derheid in een of ander beschuur wat min der moeten gaan misbruiken. Wat weinig ethisch is dat. Zouden wij betere tijden tegemoet gaan?" GEMENGD NIEUWS Door een auto overreden. Gisterenmorgen werd de 8-jarige D. J., te Rotterdam, overreden door een auto op de Ruigeplaatbrug. D. J. hing achter een anderen auto, sprong hieraf met het ge volg, dat hij onder den auto geraakte, wel ke uit de tegenovergestelde richting kwam Na aankomst in het ziekenhuis is hij over leden. Brand. Te Utrecht is gisteren de brood- en ban ketbakkerij van den heer A. H. van den Burg afgebrand. De oorzaak is niet be kend. De brand te Doorn. Omtrent de vermoedelijke oorzaak van den brand in de garage van den heer Van Letten te Doorn, woTdt nader gemeld, dat deze gezocht wordt in een ontvlamming van benzinedamp. De schade wordt geraamd op 70 mille. Tragisch. Een zuster van elders werd overgeplaatst naar heb Zusterhuis te Westwoud, waar door zij in de gelegenheid was een bezoek te brengen bij oude kennissen alhier, die zij in 25 jaar niet gezien had. De zuster werd bij het weerzien zoo hevig geschokt, dat ze bijna direct onwel werd cn kort daarop overleed. Vitriool-aanslag. Op den O.-Z. Achterburgwal heeft giste renavond omstreeks elf uur een ongunstig bekend staand man, bewoner van een be rucht perceel aldaar, een vitriool-aanslag gepleegd op den vrouw met wie hij samen leefde. Reeds geruimen tiid hadden de man en de vrouw herhaaldelijk ruzie en deze liep gisterenavond weer zoo hoog, dat het voor de zooveelste maal t-ot handtastelijkheden kwam. Naar het schijnt* heeft daarbij ook de vrouw zich niet onbetuigd gelaten. Op ze ker oogenblik haalde de man een flesch met vitriool voor den dag, welke inhoud hij de vrouw pardoes in het gelaat wierp. Hevig gillend liep zij de straat op, ach tervolgd door den man, die haar opnieuw te lijf wilde. Hij werd evenwel door om standers gegrepen en aan de politie over gegeven. De vrouw, wier toestand zeer ernstig is, werd naar het Binnengasthuis vervoerd. Vermist. Sedert Zondag wordt te Wageningen vermist de 19-jarige dienstbode H. V., ge boren te Groningen. Zij heeft haar woijing verlaten om naar de kerk te gaan, waar zij niet is geweest. Men vermoedt, dat haar een ongeluk is overkomen. Brutaal. Te Wageningen werd de kantoorbedien de A. Stoorvogel, terwijl hij den Wage- ningschen Berg af kwam fietsen, met een zwart lederen portefeuille onder den arm, waarin f 73 aan papier benevens eenige quitanties. nabij den Hollen Weg voorbij gereden door een onbekenden man, even eens op een fiets. In het voorbijgaan rukte deze S. de portefeuille onder den arm weg en daalde onmiddellijk den sterk hellendpn Hollen Weg af. Toen S. omkeeren kon en den dief volgen, had deze reeds een zoo grooten voorsprong gekregen, dat hij uit het gezicht verdwenen was. Den volgenden dag werd de portefeuille in een kreupcl- bosch teruggevonden. De kwitanties enz. waren er nog in, het geld was er uit. Slechte ijswafels. De Gezondheids-commissie gezeteld te Veendam heeft een telegram aan den Mi nister van Arbeid gebonden, waarin wordt aangedrongen om onverwijld de meest scherpe controle op fabricage, verpakking en bewaring van ijswafels te gelasten. Gemeenteraad Boskoop. (siot). r~ Het voorstel van B. en W. om voor kennisgeving aan te nomen het verzoek van den raad van Wymbritseradeel om steiwi aan haar adres waarin verzocht wordt om de openbare Godslastering strafbaar te stellen, wordt z. h. st. aan genomen. De heer Ver kade had in de vorige vergadering gevraagd of het niet noodig werd geoordeeld om ten aanzien van de winstbestemming dor gemeentebedrijven een nieuwe regeling te treffen. In antwoord hierop deelt de voorz. thans mede, dat, hoewel het college van B. en W. voor zich zelf niet van deze Noodzakelijkheid is overtuigd, de rege ling toch wel zal moeten worden getrof fen ingevolge de nieuwe voorschriften -voor liet samenstellen der gemeentebe- grooting. Als volgend punt staaf op de agenda aangekondigd de aanvrage van een nieu%r crediet voor werkverschaffing. In de plaats hiervan echter leest de voorz.: voorstel van B. en W. om de werkver schaffing stop te zetten, aangezien er geen werkloozen moer zijn (applaus). Het was juist hoog tijd, zegt de voorzitter, want zoowel liet werk als de centen wa ren op, dus dat klopt als een bus. De heer Noest is er niet erg gerust onder. Spr. heeft gisteren nog bij een ambtenaar zijn licht opgestoken, en die deelde hem mede, dat er nog 8 werkloo zen waren. Bovendien vreest spr., dat, wanneer iemand werkloos mocht gera ken,, die naar het B. A. zal gezonden worden. Spr. zou dezulken liever bij 't opknappen van de vuile slooten tewerk stellen. De Voorz. vraagt den liee? N. waar hij zijn licht heeft opgestoken. De heer Noest: bij den heer Steen bakker. Do voorz.: dan was u verkeerd, die heeft alleen de arbeidsbemiddeling. Spr. zet nader uiteen, dat er reeds lang, ook volgens het oordcel van den gemeente- architect, geen productief werk meer is. De aanwezigheid van vuil in de slooten is meer aan de weersgesteldheid dan aan het onvoldoende onderhoud te wijten. Daarbij werd van de werkverschaffing wel esen misbruik gemaakt door menschen die absoluut naar geen ander werk om zagen. Als voorbeeld meent spr. een geval waarin een 18-jarig jongmensch, geen buitengewoon bekwaam vakman, werk loos werd. en die zich direct maar bij de werkverschaffing vervoegde zonder eerst werk te hebben gezocht. Hij heeft alsdan daarvoor gelegenheid gekregen, maar toen hij tenslotte wer bij do werkverschaffing terug kwam en hom een loon werd verstrekt, waarvan hij "zijn kostgeld zou kunnen betalen, be dankte meneer daarvoor. Als iemand nu, zooals deze persoon, in het ge wone bedrijf f 18 verdient, en hij kan den geheelen winter bij do gemeente voor f 15 onderdak blijven, ligt het voor de hand, dat velen er een melkkoetje van zullen trachten te maken. Het voorstel wordt nu aangenomen, do hoeren Verkade en Noest stemmen tegen. Ter vaststelling wordt den raad aange boden de Tekening en verantwoording van het gem. Gasbedrijf en het waterleiding bedrijf, waarvan het laatste een winst cijfer va nf 1154.65 heeft te boeken. Goedgekeurd. De rekening en verantwoording van he* Burg. Armbestuur, die een uitgave van f 10.629.78; een ontvangst van f 11733.38; en een batig saldo van f 1103.52 aanwijst, wordt eveneens goedgekeurd. Ter tafel komt nu het advies van B. en W. om een terrein aan de Zuidkade in gereedheid te brengen, naar aanlei ding van een verzoek van de R. K. Bouw- vereeniging „St Joseph" om voorschot ingevolge de woningwet, voor den bouw van 20 arbeiderswoningen, De heer Brand zal over deze kwestie die voor hem het karakter begint to dra- gen van een soort lijdensgeschiedenis, J_ niet veel zeggen. Alleen wil spr. herinne- ren aan het besluit dat de raad eenigen tijd geleden nam, om, zoowel aan de Oost-- als aan de Westzijde van de gemeente te* bouweh. Spr. meent dat met dit besluit* bij het indienen van dit voorstel geen ro-* kening is gehouden. De heer Boekraad zal nooit zijn stem kunnen geven aan een plan om te bouwen aan de Zuidkade, omdat' z. i. de grond aldaar niet geschikt is. Het zakt er te veel. Spr. vreest dat exploitatie van dit terrein voor de gemeente een blijven de strop zou zijn, en dat de kosten, en dus ook de huurprijzen te hoog zouden wor den. Spr. verwijst naar een schrijven van den Minister van Arbeid, volgens hetwelk men een houwvereen. niet kan dwingen een zeker terrein te aanvaarden. Spr. wil bij wijze van amendement voor stellen, de bouwvereeniging „St Joseph" te verzoeken om met een nieuwe aan vrage te komen, waarin ander terrein wordt genoemd. De Voorzitter zegt de tot stand ka. ming van het door den heer Brand ge noemde raadsbesluit te hebben nagegaan, waarbij hem gebleken is dat het besluit is genomen na lang praten, en toen nog Inet de beperking, „dat elk geval op zich zelf zou worden beoordeeld." Er is verschil tusschen het standpunt van een college als dat van B. en W. en dat van een bouwvereeniging. Wanneer spr. zich b.v. voor den bouw van goede arbeiderswo ningen Terklaart, dcet hij dit niet, zonder in het oog tevatten het geheele probleem van de volkshuisvesting, zooals dit in 't algemeen- de aandacht vraagt, en met al wat er toe behoort, zooals sportterreinen, speelplaatsen, en niet het minst moet re kening gehouden met het plaatselijk schoon. Men gevoelt, welk een onherstel bare schade aan het plaatselijk schoon zou worden toegebracht bij den bouw in Reyerskoop van een sober type van wo ningen, zocals dit noodgedwongen moet, worden ontworpen. De heer Boekraad sprak van te duren grond, maar de grond zal niet te duur worden wanneer zij wordt gereed ge maakt en verdeeld overeenkomstig het gemaakte plan var. B. en W. Volgens dit plan zijn verschillende woningtypen toe laatbaar en is ook een klein plantsoen geprojecteerd waarvoor de ruimte thans wordt ingenomen door hakhout cn sloo- te*i. Bovendien zou ook een rustige speel plaats kunnen worden aangelegd en is er ook gelegenheid voor een flink sportter rein. De prijs zou dan, inclusief het .ma ken van een brug, en den san]eg van stralen, nog niet hooger zijn dan die van andere gronden. Wat liet „amendement" van den lieer Boekraad betreft, dit kan dien naam niet dragen, maar is een geheel nieuw voor stel, en in dat geval heeft bij de stemming dat van B. en W. den voorrang. Verschillende leden -wènschen eerst nog algemcene beschouwingen te honden. Do heer G ui d e m o nzal zijn stem aan dit voorstel niet geven tejizij pem urgentie dezer zaak nader worut aan ge- toon i. De heer van Kleef houdt 'n breede iezuinigingsspeech. Spr. zou op den weg van woningbouw enz. liever niet verder gaan. De Staatssteun voor dergelijke za ken moet wegvallen. Met het subsidie stelsel moet finaal gebroken. De levens standaard moet omlaag. Spr. zou in na volging van Waddin*veen ook wel een bezuinigings-mspecleur willen aanstel len. I Do heer Verkado reageert op dit be toog. Spr. zal steeds voor woningbouw met overheidssteun stemmen zoolang particulieren het niet even goedkoop kun nen doen. Overigens is spr. het uitbren gen van zijn stem mo&ilijk gemaakt door d© verschillende wijzigingen die zijn voorgesteld. Spr. is niet onverdeeld voor het voorstel van B. en W.. wat het ter rein aan de Zuidkade betreft, spr. vreest dat het volgens dat plan zou worden „een groote straat met e?n hek ervoor", en zonder de noodige circulatie voor. gas-- en waterleiding. Wat zouden B. en W. denken van den woningbouw in Reyers koop, b.v. wanneer aan het type een be hoorlijk front kan worden gegeven? De heer Boekraad hangt een schrik beeld op van de groote kosten die volgens zijn berekening aan de uitvoering van het plan van B. en W. zouden zijn verbon den. De voorzitter. 7?gt spr.. raag die be paling van den Min., dat men de houw vereen. geen terrein kan opdringen nu een pasquil achten, maar spr. waar schuwt toch om de mensehen niet ergens midden-achter i (sic) een stut land te duwen. - FEUILLETON Den Vaderland ghetrouwe. 3) Een vertelling uit den Franschen tijd. Dat was van veel nut hij de groote afstan den. die den schaapherder soms dagen en pachten lang van huis verwijderd hiel den. Echter 't beste van alles was, dat Sultan 't toezicht over de schapen, zoo 't «em bevolen werd, geheel alleen op zich "nam. Zoo ook nu; enkele malen liep hij om de kudde heen, blafte hier en daar den dieren wat toe; alle luisterden als 't ware opmerkzaam; de levendige, ver standige oogen blikten naar den schaap herder en den hond; de belhamel leidde <le allengs volgende zwenking der kudde in; ijveriger trippelden de fijne, vroolij- ke voetjes; de lammeren sprongen moed willig op zijde, en aldus begaven allen zich op den terugweg. Sultan was zoo groot, dat hij over de heele kudde heen- zag, maar nu en dan richtte hij zich, spiedend, nog overeind, en zoo dreef hij de vroolijk-blatende schaar voor zich uit en verdween allengs met haar aan den horizont. Met ruötigen, afgemeten tred sloeg de Schaapherder oen andere richting in, op weg naar d© dorpsherberg, die wel êen uur ver lag. HOOFDSTUK II. Hei, dat was me een leven'do smok kelaars waren er weer eens. Sinds Na poleon de kusten van het vasteland doer het tegen de Engelschen gerichte conti nentaal stelsel had afgesloten, was in Ol denburg de sluikhandel tbt bloei geko men; spijt alle douanemisschien ook wel tot vreugd van een deel der douane. Dezen Zondag hadden ook vrouwen en meisjes zich naar de herberg begeven- dra streek een muzikant niemand wis* of vroeg, waar die zoo gauw van daan kwam er Rustig op los, en alras dans^ ten de smokkelaars in dolle sprongen en overbruisenden levenslust rond tusschen knechts en boerenzoons, die hun punt mutsen ophielden en hun korte pijpjes niet lieten uitgaan, omzichtig zich wend den en onwillig werden, als iemand wat al te heftig tegen hen opbotste. Druk liep de waard heen en weer, schonk in en streek glimlachend geld op, en zweette van den dubbelen, arbeid. De schaapherder werd door de dolle drukte onaangenaam getroffen; langs de kribbe der koeien, die over al 't lawaai brommend met de koppen schudden en aan de grampels rammelden, liep hij voorzichtig over de breede deel. heen naar den estrik, waar, in 't midden van den achterwand, de ronde haard lag. Trots de Augustus-warmte brandde hier nog een heel vuur; immers, dat behoorde zoo: de gastvrije vlam mocht den heelen dag niet uitgaan; een beetje turfrook was nu eenmaal onafscheidelijk van de ge zelligheid. Aan den haard zaten reeds sommige hoeren; elk had zijn tinnen bier kroes op den rand der vuurplaat gezet en rookte uit een stompje pijp-. Brun Dirks ging de heele rij langs, ieder een hand gevend en goeden dag zeggend- en zette zich toen mede in den kring. „Harm, ik ook een kroes bierl" De waard kwam al aanloopen met 't ge wensch te: „asjebliefWil-je mis schien eerst een beetje klare? niet? non, ik moet weer wegwarm ■vandaag, hè?" De boeren staarden in den: vuurgloed; piemand bewoog zich dan wanneer hij uit zijn kroes wilde drinken of zijn pijp uitkloppen of opnieuw stoppen; hoog stens spuwde een enkele nu en dan in 't vuur. De schaapherder had zijn kroes dicht tegen 't vuur aangeschoven, omdat 't bier hem te koud leek, nu hij zoo warm nog was van 't loopen; even later sloeg hij met zekeren greep liet deksel toe: het schuim liep over en daaruit besloot hij, dat de kou er genoeg af was. Hij dronk, en zat dan gelaten stil; zijn ellebogen rustten op zijn knieën en hij bleef even ■oii'beweegelijk als de anderen. Na eenigen tijd stond de schout op, een man zóó lang, dat hij, door de voortdu rende oefening op anderen neer te zien, het hoofd voorover droeg: „Ja, komen jullie maar mee, luj; hier is 't te druk; en er gluipen me ook te veel vreemde oogen." Met zijn kroes in de hand ging hij hen voor naar de kamer, .die aan den estrik grensde; de anderen volgden rustig; de laatste sloot omslachtig de deur Hier zat een vreemdeling bij de tafel; met zijn rug tegen den wand geleund monsterde hij met scherpen blik de bin- nentredenden. Deze zeiden niets, schoven hun stijve leden herwaarts en derwaarts, doch steeds zóó, dat ze zich nagenoeg den rug dekten en 't gezicht vrij hielden; enkelen leunden tegen den wand of het vensteT, anderen zaten op de bank of op de stoelen met biezen zittingen. Schijn baar zonder belangstelling keek men den vreemdeling aan. Alleen de schout bleef voor hem staan, wijdbeens en de beide handen op den rug. „Vertel nou maar," zei hij. De vreemdeling, met de monstering der aanwezigen nog niet gereed, zweeg. „Je kan vertellen, als ik dat zeg", merkte de schout op, „hier is geen ver klikker bij." „"Waarom zou ik niet vertellen," begon de vreemde, „wat de kinderen op straat mekaar al vertellen? Hier mocht ge rus* een Franschman bij zitten en meeluiste ren, misschien kon hij nog wel wat loeren ook, als dat ras maar niet zoo'n inbeel ding had." Enkele boeren spuwden oven op den grond; de schaapherder nam verwonderd de pijp uit den mond en vergat verder te rooken. 1 „Dat klopt", zei de schout,, ,wat ver- der?" ij „Jullie hebt wel van Wagram gehoord, waar de Oostenrijkers verslagen wer-» den?" „Waarom zouden we dat niet gehoord hebben?" zei de schout; „toen hebben ze vrede moeten sluiten en net, zooals Na poleon dat wou". j „Juist, precies zooals Napoleon da.' wou. En pver Friedrich Wilhelm, den hertog van Brunswijk, die de Oostenrij kers met zijn corps vrijwilligers geholpen had, stond er geen woord in 't heele ver-i verdrag". „Dat was toch al heel raar,"N het eei boer zich ontvallen. „Ja, wat zal ik jo zeggen; Napoleon had hem zijn land ontnomen; nu wou hij hem ook den vredo ontnomen, want hij haat hem." 1 (Wordt vcrvclgu).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5