Dagblad voor Leiden en Omstreken. i LEIDSCHE COURANT AB0NNEHEEHTSPRIJI3 In Leiden en buiten Lelden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal f 2.50 Per week 10.19 Franco per post per kwartaal f2.90 4üe JAARGANG. - DONDERDAG 19 JULI 1923 - No. 989 BureauHooigracht 35 Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936 APlfEïtTEilTIE-PrilJS Gewone adverter.tiën per regel 22^ cent» Ingezonden Mededeelmgen, dubbel tarief. •Bij contract, belangrijke reductie. Kleine aövertentiën bij vooruitbetag Irög van ten hoogste 30 woorden, worden dagelijks geniaalst ad 50 cent. V Het begin van het einde? :Als een donderslag uit een helderen he mel kwam gisteren het bericht dat Mi nister de Geer een verzoek om ontslag uit zijn ambt, bij H. M. de Koningin heeft ingediend. We staan hier voor een feit van ernsti ge politieke heteekenis en het komt ons 3elfs niet onwaarschijnlijk voor, dat dit ontslag het begin van het einde van het tegenwoordige Kabinet beteekent. De Regeering zit als 't ware tusschen iwee vuren. 's Lands belang vordert naar haar oor- leel gebiedend een spoedige behandeling ■3n invoering van de Vlootwet. Maar de hachelijke toestand van de fi nanciën vormt voor de uitvoering van dit 3>lan een zeer ernstig beletsel. De Staatsbegrooting sluit met een groot tekort en ondanks alle bezuinigiugspo- jingen is het niet waarschijnlijk dat het in afzienbaren tijd zal gelukken het fi nancieel evenwicht te herstellen. Is het onder die omstandigheden gera den aan ons volk nieuwe financleele las- Jen op te leggen, ook al zijn die lasten niet zoo zwaar als onwelwillende critici net gelieven voor te stellen? Het Kahinet beantwoordt deze vraag toestemmend, waaruit blijkt, dat zij den internationalen toestand als ver van gun- -atig beschouwt. Voor de Regeerin.g is in de gegeven om standigheden de verdediging van ons land en onze koloniën het voornaamste, waarvoor al het andere moet wijken. Maar Minister de Geer, die met al deze overwegingen uiteraard op de hoogte is, blijkt er anders over te denken. Ondanks de eischen van de internatio nale politiek, acht hij zich als beheerder van de schatkist toch niet verantwoord aan de uitvoering van de Vlootwet zijne medewerking te verleenen, wat als een bewijs kan gelden dat de financieele voor uitzichten uiterst donker zijn. Hieruit volgt tevens dat het voor de Re geering uiterst moeilijk, zoo niet onmoge lijk moet zijn een man te vinden die niet alleen bereid is, maar ook bekwaam om de portefeuille van Minister de Geer over te nemen. Dit bezwaar klemt temeer nu de politie ke toestand hoogst onzeker is. Maar ook al gelukt het voor den heer de Geer een waardig opvolger te vinden, dan is toch nog zeer de vraag of het Ka binet dat thans met de Vlootwet staat of valt, in staat zal zijn zich nog langer te handhaven: Het is niet onmogelijk dat een klein deel van de linkerzijde aan de spoedige invoering van de Vlootwet mee zal wil len werken, maar het zal in elk geval een zeer klein smaldeel zijn. De politiek zal hier zeker ook een woordje meespreken. Hierbij komt dat het ons zeer twijfel achtig lijkt of in dit geval op de geheele rechterzijde gerekend zal kunnen wor den. Het schijnt ons wel zoo goed als zeker, dat deze vraag in ontkennenden zin be antwoord moet worden. En zoo zal naar wij vreezen, het heen gaan van den heer de Geer onvermijde lijk de val van het geheele Kabinet ten gevolge hebben. Wij voor ons zien hier het begin van het einde. De crisis aan Financiën. Geheel onverwacht kwam. gisteren het bericht, dat Minister de Geer ontslag heeft gerraagd als Minister van Finan ciën, zulks naar aanleiding van een be sluit- van den Ministerraad, om de Vloot wet zoo spoedig mogelijk te behandelen en zoo mogelijk reeds op 1 Januari 1924 in werking te doen treden. De (R.K.) Maasbode merkt hier bij op: „Het was bekend, dat jhr. de Geer als de verantwoordelijke beheerder der schat kist het zijnen ambtgenooten in het mi nisterie niet gemakkelijke maakte Met no- me deed de houding, welke zijn thesau rier-generaal in de Vlootwet-commissie aannam, door de onmogelijkheid van de .Vlootwet-plannen te betoogen, vermoeden dat ook in dit opzicht jhr. de Geer mo gelijk met zijn collega's niet één lijn trok. Dat dezen het intusschen op een conflict met den financiën-bewindsman laten aan komen ter zake van de Vlootwet, wekt wel eenige verwondering. In de hachelijke omstandigheden waar in zich 's lands financiën op het oogen- blik bevinden, terwijl elk uitzicht op ver betering ontbreekt, schijnt de heer do Geer zich niet verantwoord te achten, aan invoering der Vlootplannen op be^ trekkelijk korten termijn zijn medewer-* king te verleenen. Dat de ambtgenooten van den demissionairen bewindsman des niettemin op hun beurt voor een langer uitstel dier plannen niet vorantw. willen zijn, schijnt er wel op te wijzen, dat het Kabinet den internationalen toestand meer somber inziet dan in den boezem van ons volk vrij algemeen voor noodza^- kelijk werd geacht. Geplaatst voor de keuze tusschen twee kwaden hebben zij blijkbaar gemeend in het heengaan van een zoo bij uitstek des kundig ambtgenoot het minste te kiezen. Ongetwijfeld ia daardoor de politieke toestand op het oogenhlik meer verward geworden dan hij in de laatste jaren was." Het Handelsblad (lib.) schrijft o.m. het volgende: Toen het tweede ministerie-Ruys pas was samengesteld, hebben wij te kennen gegeven, dat het, ondanks zijn groote meerderheid, de vier jaren misschien toch niet zou uitleven. Wij hadden toen echter niet verwacht, dat het zijn eigen leven reeds zoo spoedig met een zoo ernstig conflict zou bedrei gen als thans in zijn midden blijkt te zijn uitgebroken tusschen minister De Geer en zijn collega's. Inderdaad dunkt ons dit een hoogst ernstig conflict, want het raakt de kern van onze actueele politiek: de bezui- nigingsvraag. Minister De Geer eischt, on- zes inziens terecht, dat voor dé bezuini ging thans alles zal wijken, zelfs een zoo dringende zaak als het voorzien in onze defensie en die van Indië. De rest van den ministerraad is blijkelijk van meening, dat de vlootvoorziening zóo ur gent is, dat met het invoeren daar van reeds in JanuaTi moet worden be gonnen. Het heele rapport van de Vlootcom- missie wordt dus op zij geschouderd, en do Minister van Financiën wordt aan den nieuwen vlootcommandant van Indië, schout-bij-n'acht, Gooszen, ten offer ge bracht. Het is ontstellend. Want wol kunnen wij ons begrijpen, dat de vlootkwestie opnieuw moest wor den overwogen, dook niet, dat deze over weging tot zulk een resultaat kon leiden. Immers, het is nog maar zeven maan den geleden, dat do regeering in de Me morie van Antwoord betreffende Hoofd stuk X schreef: „Afdoening van het ontwerp-vlootwet moet uit finantieele overwegingen nog w a c h t e n." Wat is er in die zeven maanden ge beurd, waardoor nu opeens niet alleen „afdoening" maar zelfs in v o e r i n g mogelijk, ja urgent geworden is? Vindt de regeering het financieel pers pectief, geopend door de steeds dalende maandstaten van de middelen, thans zoo veel helderder dan in Novermber. Het is ods een raadsel, hoe men tot dit besluit is kunnen komen en wij kunnen slechts zeggen, dat er n u geen reden meer is voor den twijfel, dien wij uitten na het uitspreken van de openingsrede in Sep tember. Dit kabinet is geen nieuw ministerie met den bezuinigingseisch als alles be- heerschend program: bet is het oude ka- binet-Ruys van 19181922. De Residentiebode (R.K.) laat zich als volgt uit: „We hadden een minister van Finan ciën, die in de malaise waarin we" leven de aangewezen man was en krachtig naar bezuiniging heenstuurde. Een man ook, bekwaam om in den financieelen chaos orde te scheppen, zoo gauw do bui tenland sche omstandigheden het zouden veroorloven. Het zal zeer moeilijk vallen, hem een opvolger te geven, hem gelijk waardig. ErgeT is nog, dat deze crisis moest ko^ men op een wetsontwerp, hetwelk zoo van alle kanten met zorg tegemoet gezien werd, dat ook door tal van deskundigen werd afgekeurd en dat, ook volgens den beheerder der schatkist, meer aan finan cieele offers zal vragen dan ons landje dragen kan. Hoe straks dé Krmers de Vlootwet zul len opnemen, valt nog af te wachten. Ook zij hebben, naar men weet, er in elk geval veel op tegen en het zou heelemaal niet verwonderen als zij het ontwerp niet aan vaardden. Dat deze minister nu moest heengaan om zulk een problematiek ge val, stemt tot dubbele bezorgdheid. Andermaal heeft de Regeering moeten ondervinden, dat de Financiën en de Mo- rine de grootste struikelblokken zijn in deze moeilijke regeeringsperiode. Moge wijsheid haar deel zijn om de niéuwe moeilijkheid te overkomen." Het Vaderland (lib.) betoogt dat hot Nederlandsche volk den heer de Geer niet dankbaar genoeg kan zijn; door zijn aanvrage om ontslag heeft hij de finan cieele beteekenis van het plan van de Re geering in het juiste licht gesteld. Of zijn heengaan het ministerie niet zeer zal verzwakken? Natuurlijk zal het dat. Maar niet zoo heel erg; want 't mi nisterie is, in zijn geheel gonomen, reeds lang zoo zwak als het maar wezen kan, en blijft alleen leven, omdat geen combi natie gereed is het bewind over te nemen. De nieuwe titularis zal wel gevonden worden, die bereid is de Coalitie in deze van dienst te zijn, en misschien krijgen wij thans wel den heer van der Voort van Zijp, die dan meteen getroost wordt over het feit dat men in 1919 den jongen Bijle- veld boven hem de voorkeur gaf voor Mi nister van Marine. Tenzijde Katholieken begrijpen, dat het nu genoeg is, en zich verzetten tegen de overheersching van de 27 in de Coalitie over de 32, waardoor die 32 Ka tholieken, om met den heer Stulemeyer te spreken, zoo vaak moeten stemmen te gen eigen geweten en tegen het landsbe lang." De Telegraaf teekent Minister de Geer als een first class kracht, die niet gemakkelijk te vervangen zal zijn. „Zoo zou, onder alle omstandigheden, het verdwijnen van zoo een kracht uit een ministerie een bedenkelijke verzwak king beteekenen. Onder de huidige omstandigheden, en gezien de motiveering van deze ontslag aanvraag, beteekent zij een noodlottig offer. Het eerste offer aan den Moloch van het verblinde militarisme." De N. R o 11. G r t. (Lib.) ziet in de ontslagaanvrage van Min. de Geer, een ernstig symptoom van den toestand en de toekomst onzer geldmiddelen. Het blad behoort niet tot de bewonde raars van dezen bewindsman. Als een figuur die de volle draagwijd- te van zijn taak besefte en met onver zettelijke kracht het noodzakelijke na streefde, als een heelmeester, die het mes in de uitgaven zette om een sluitend bud get te verkrijgen van de zoo wensche- lijke verlaging van de belastingen nog ge zwegen heeft hij zich niet doen ken nen. Maar daarom moet men er temeer ge wicht aan hechten, dat hij thans hét bijl tje er bij neerlegt. Het blad bespreekt dan de houding van de Regeering ton opzichte van do Vloot wet en zegt; „Zooals nu de zaken loop en, heeft het er alles van, alsof de regeering haar oude politiek, van twee wallen te eten, voort zet. De tegenstanders van de Vlootwet, die men onder de roomsch-katholieken aantreft, worden tevreden gesteld met het uitblijven, van meer ingrijpende be zuinigingsmaatregelen, waarvan zij het bewijs kunnen zien in het ministerieel© zienoffer, dat hun wordt voorgeworpen. Aan den anderen kant hebben de voor standers van de Vlootwet zich te ver heugen in een wet, die hun een vloot voorspiegelt. Als die vlieger tenminste opgaat! Want wij kunnen ons nog niet voor stellen, dat er onder de kerkelijke frac ties, die daaraan haar sanctie moeten geven, een zoodanig gemis aan zin voor realiteit is, dat er in het geheel geen twij fel zou rijzen aan de uitvoerbaarheid van een dergelijk „program". Het water wast, en de fouten en gebreken van het tegen woordig bewind komen steeds helderder aan den dag. Hoe langer de inkeer uit blijft, des te zwaarder zullen zij worden gewroken. „Crisis aan financiën", heet het thans. Crisis aan financiën was echter de chro nische ziekte van het ministerie Ruvs de Beerenbrouck. Alleen de acute aanvallen worden steeds heftiger. Daarom zal de bereidwilligheid oon den vacanten zetel in te nemen thans ook veel geringer zijn dan twee jaren geleden bij het aftreden van mr. De Vries. Met belangstelling zal men uitzien naar deneene, die het zal bestaan om na de inwilliging van de ontslagaanvrage zijn leege plaats in dit ministerie te be zetten- De gevolgen voor het Kabinet. Over de gevolgen van het heengaan van Minister de Geer, laat het H d b 1. zich als volgt uit: Het wil er bij ons echter niet in, dat de meerderheid van de rechterzijde in deze zal staan achter de meerderheid van de regeering. De uitingen van de Room- sche pers naar aanleiding van het vloot- rapport zijn vrij duidelijk geweest en maken het haast ondenkbaar, dat niet al thans de meesteRoomsche Tweede-Ka merleden achter den heer De Geer zouden staan. Zoodat er, achter het apert ge worden kabinetsconflict, o. i. zeer waar schijnlijk ook nog een latent conflict zit tusschen de meerderheid in de regeering en een meerderheid in de Tweede Kanier. Het conflict is dus van zoo ernstigen en diepgaanden aard, dat wij zouden wil len vragen: Moeten wij, op het oplossen daarvan, wachten tot den r derden Dins dag in September? Om dan, door een ka binetscrisis of een Kamerontbinding, wel licht het begrootingswerk in de war te sturen. Is het niet beter, dat de Tweede Kamer in buitengewone vergadering wordt bijeengeroepen, opdat de regeering aanstonds wete, of zij daar nog een meer derheid heeft? Daar. Want in het land heeft zij die, naar onze vaste overtuiging, althans in deze zaak, niet meer. De meerderheid van het volk staat stel lig niet achter de tien, maar achter den éénen man. De Telegraaf spreekt in denzelfden geest en zegt dat het Kabinet bezig is zichzelf te ontwrichten. „Want wien het ook bereid moge vin den zich als minister van financiën voor de zegekar van „Onze Vloot" te laten bin den, gelijkertijd heeft het kabinet Ruijs de felste oppositie van een groot deel onzes volks legen zich ontketend. De zelfoverschatting, waarmede zij den heer De Geer van zich vervreemdde, zal zich gevoeliger wreken, dan de geheele ministerraad zich op dit oogenhlik blijkt bewust te zijn! Rücksichtlose offers als dit eerste ple gen zich tienvoudig te WTeken en wel oens sneller dan iemand durfde vermoe den!" STADSÜSEUWS Institueering van de Geref. Kerk te Oegstgeest. Gisteravond kwamen in gebouw „Irene" de Geref. Br. en Zusters bijeen ter ver kiezing van ambtsdragers en- voor de ver dere regeling van de institutie der Geref. Kerk. Ds. Bouwman als predikant dezer wijk, opent de vergadering, door te laten zingen Ps. 75; 1 en bet lezen van Efeze 2 en gaat voor in gebed. Na het welkom toegeroepen te hebben aan de broeders en zusters, wordt direct overgegaan tot be handeling van verschillende zaken. Aller eerst doet Ds. B. voorlezing van de namen der broeders en zusters, die alsnog wen- schen te blijven bij de Geref. Kerk van Leiden en Rijnsburg. Daarna leest hij voor de lidmatenlijst van de nieuw te institueeren Geref. Kerk van Oegstgeest. Br. Wirtz kan door bijzondere omstan digheden niet aanwezig zijn waarvan me- dedeeling wordt gedaan door Ds. B„ die tevens wijst op den arbeid van Br. W-, als Voorz. der plaatselijke Ver. voor Chr. Be langen in deze zaak verricht. Dit wordt door Br. de Graaf nog bevestigd. De voor- loopige commissie deelt mede bet wen- schelijk to achten bij de stemming reke ning te houden met de Morsch, door uit die wijk ook een of meerdere ambtsdragers te kiezen. Vervolgens gaat men over tot stemming van ouderlingen en diakenen. Ds. B. deelt mede dat de ouderlingen en diakenen die van Oegstgeest zitting hebben te Leiden, alsnu aftreden, zoodat een geheel vrije stemming plaats zal hebben, zonder tal vorming. Nadat enkele broeders, eenige vragen gesteld hebben, betreffende vrou wenkiesrecht, candidaatstelling en instita- eering welke door Ds. Bouwman worden beantwoord, wordt tot stemming overge gaan. Gekozen worden tot ouderlingen de br. J. C. Wirtz, C. de Graaf, T. v. Egmond en; A. T. Kraan. Na twee vrije stemmingen en eene her stemming werden tot diabenen gekozen de broeders A. C. Breebaart, J. den Ouden en P. Smit. Namens de voorloopige commissie werden nog enkele zaben medegedeeld, be treffende den dienst in de Rehoboth-bapel. Ie. de zitplaatsen zullen bij trekking ge kozen en toegewezen worden j 2e. reserveering van de plaatsen op den avond van opening op Vrij flag 10 Augus tus O 3e. bevestiging van ambtsdragers op dien avond; 4e. betreffende den aanvang van de dien sten in het vervolg, wordt besloten deze te bepalen op 10 uur v.m. en half zes n.m.; 5e. worden liefhebbers of gegadigden ge zocht voor organist (e.); 6e. worden enkele dingen bekend ge maakt, betreffende het houden van col lecten; dat in het najaar een bazaar voor verschillende doeleinden zal gehouden wor den en eindelijk daf er nog oen nadere be slissing genomen moet worden betreffende concierge of koster. Ds. Bouwman spreekt tenslotte een kort slotwoord tot de vergadering, waarin hij haar de beste wenschen en den zegen des Heeien op haren arbeid toebidt en sluit dan de vergadering met dankzegging na dat staande gezongen was: Ps. 72: 11. Schietwedstrijden Leidschs Burgerwacht. Op 21 Juli a_s. des n.m. tusschen 3 en 8 uur hebben do schietwedstrijden plaats van de Leidsche Burgerwacht op de ba nen te Katwijk. Er wordt geschoten in 3 af deelingen. De 4 beste schutters van iedere afdee- ling zullen op Zaterdag 28 Juli a.s. des njn. 6.30 uur kampen om de zilveren Beker geschonken door den voorzitter der Leidsche Burgerwacht, Mr. P. A. Pijn- acker-Hordijk. Het geheel staat onder leiding van den len luitenant P. H. Steenhauor. Te 's-Gravenhage slaagde voor het examen kantoorstenograaf systeem Pont, mej. A. Thomas, alhier. Prof. dr. G. Heering alhier zal op het congres inzake Kerk en Oorlog, dat 18 en 19 Oct. te Den Haag wordt gehou den, een inleidend woord spreken over: De Kerk als het geweten der samenle ving. Bij Kon. besluit van 10 Juli is, met ingang van 17 September, aan m r. W. van der Vlugt, wegens het bereikt hebben van den 70-jarigen leeftijd, eervol ontslag verleend als hoogleeraar aan de rijksuniversiteit te Leiden, met dankbe tuiging voor de gedurende vele jaren aan die universiteit bewezen gewichtige diensten. Bij Kon. besluit van 10 Juli is, met in gang van 17 September, aan dr. J. P o e 1 s, wegens het bereikt hebben van den 70-jarigen leeftijd, eervol ont-; slag verleend als buitengewoon hooglee-» raar aan de rijksuniversiteit te Leiden, met dankbetuiging voor de in die betrek king bewezen diensten. De heer H. L. C. Bik, is geslaagd voor het diploma Boekhouden, Handelsrekenen en Handelskennis, afgenomen door da Vereeniging van Leeraren in de Handels wetenschappen. Gistermiddag had onder groote be^ langstelling op „Rhijnhoff" de begrafenis plaats van den heer N. de Zwart, in le-i ven aTohitect alhier en oud-onder-com.-- mandant van de brandweer. Aan de groeve werd het woord gevoerd door den commandant der brandweer, den heer P. J. Verhoog, door den heer v. Kleef namens de vrijwillige brandweer, en door den heer Gerritsen, als Voorzit-» ter van de woTiingbouwvereen. „Ons Be lang" voor welke vereeniging de overle-- dene veel gedaan heeft. Behalve de genoemde sprekers werden bij de plechtigheid opgemerkt de heer Stam, een deputatie uit de Vrijwillige Brandweer, een tweetal brandwachts, het bestuur van de Leidsche Hulpbank der Maatschappij van "Weldadigheid en het bestuur van de Volkswcningbouwvereeni- ging „Ons Belang". Be oudste zoon dankte namens de fa-» milie voor de laatste eer, den overleden© bewezen. Blijkens een in dit nummer voorko-s mende advertentie, bestaan er in onze ge-» meen te plannen om te korren tof. opricht tin g van een H u u r cl e r s b o n cl. De wijziging der Huurwetten, moet tot het vormen van dit plan den stoot hebben gegeven. Bewijzen van sympathie met d© oprichting van bovengenoemd en bond, kan men toezenden aan bet kantoor van het Ned. Incasso-bureau, Oude Singel alhier. Zaterdag 21 Juli a.s. herdenkt de heer G. H. Lens den dag. waarop hij voor 40 jaren zijn zaak opende in Huis houdelijke artikelen, rietwerken, kinder wagens, reisartikelen etc. Aanvankelijk gevestigd in het perceel Nieuwe Rijn 51 bleek al spoedig, dank zij de reëele wijze van zakendoen dezer firma, dat de zich steeds uitbreidend© clientèle een omzetting der zaak noodig maakte. In den loop der jaren word de winkel dan ook verplaatst naar Nieuw© Rijn 34, waar de zaak thans nog is g©-» vestigd. Be heer Lens mocht in den loop der jaTen ondervinden de waarheid van d© woorden van den Prediker „Een goed© naam is beter dan olie". I Do degelijkheid was een der grondslag gen, waarop deze firma steeds heeft ge* bouwd, en deswegen kwam de recomman datie als van zelf. Voor enkele jaren kwam er „nieuw bloed" in de zaak door een associatie, ent sindsdien is de vooruitgang van de fa. Lens en Co. bijkans nog grooter gewor-4 den. In 1917 werd een nieuw magazijn ge-» opend in perceel Nieuwe Rijn 45. Ongetwijfeld zal het de algemeen ge-» achte firma, en niet het minst nok den oudsten firmant en oprichter, die nog steeds „in zaken is" niet aan belangstel-* ling ontbreken. BINNENLAItë^ Burgemeester van Rotterdam. Naar wij vernemen heeft ook de heer De Bordes, burgemeester van Bussum, die was aangezocht voor het burgemeester schap van Rotterdam, gemeend hiervoor t© moeten bedanken. De Rijks-draadlooze en de particuliere. Hot gaat met de pari !-uliere draadlooz© telefonie in ons land, r cvnigen. tijd van moedgevende ontwikkcl.ng, den laatster» tijd allerminst naar wensch, zegt de Rot terdammer. Voor zoover de draadlooze telefonie ge bezigd wordt voor het genoegen van radio amateurs, gaat het wel. Het toenemend aantal draadlooze concerten en de steeds aangroeiende belangstelling voor dit mo- dornste aller communicatie-middelen leve ren 't bewijs, dat op dit terrein iets te be reiken valt hetwelk moed geeft om steeds verder te gaan. De vereeniging voor Ra- dio-telegrafie is een der bloeiendste van ons land en geeft behalve een mooi maand blad ook een zeer aantrekkelijk week blaadje uit. Zoodra we ons echter op pmctisch ge bied begeven, worden, do resultaten min der bemoedigend. Tal van banken, die zich ©en radio-toe^ t stel hadden aangeschaft om op gezette uren de Amsterdamsche effecten-berichten draadloos te kunnen opnemen, hebben bust toestellen reeds weer moeten opruimen om dat ongehinderde opname steeds moeilij ker werd, enj daardoor de betrouwbaarder^ hoewel minder vlugge weg van de draad-^ telefonie boven de draadlooze werd ver-', kozen. Met den draadlooaen persdienst schijnt het nu dezelfde richting uit te gaan. &inds ©enigen tijd is dc Rijkstelegraaf

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 1