A. WAALS ZOMERKLEEDING VOORDEELIGE AANBIEDINGEN GROOTEN r -TJfS-jEg gjMUL- OJI gemeentelijke Aankondiging, GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP., Aan den gemeentelijken Vischwinkel Vischmarkt IS (Telef. 1225) is Zaterdag cn voorzoover voorradig Zaterdagavond verkrijgbaar SCHELVISCH a f 0.10— f 0.15 en SCHOL a f 0.15f 0.2, per pond N. C. DE GIJSELAAB, Burgemeester Leiden, 13 Juli 1923.. MAATREGELEN TER VOORKOMING VAN VERSPILLING VAN DUINWATER Burgemeester èn Wethouders van Leiden Brengen bij dezen ter algemeene kennis, dat, in verband met de droogte en buiten gewoon hooge temperatuur het verbruik van duinwater abnormaal is toegenomen, xoodat tijdig maatregelen dienen genomen te worden om de aanvoer van duinwater regelmatig te verzekeren, Te dien einde is de druk op de water leiding eenigszins verminderd. Zij noodigen de ingezetenen mitsdien dringend uit cene gepaste zuinigheid in het gebruik van duinwater te betrachten en van hun zijde elke waterverspilling tegen te gaan. N. C. DE GIJSELAAB, Burgemeester VAK STB I JEN, Secretaris. Leiden, 13 Juli 1923.. AGENDA. lederen Woensdagavond van 7J4—8XA tinr. Rechtskundig Bureau Chr. Beet. Bond. Steenechuur 15. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van Maandag 9 tot en met Zondag 15 Juli waargenomen door de apotheek van den heer M. Boekwijt, Visch markt 8, Telefoon 552. De apotheek van het Ziekenfonds tot Hulp der Menschheid is steeds geopend, doch alleen voor leden van dit fonds. Het burgemeesterschap van Rotterdam. Volgens de Zwolsche Gt. heeft de regee- ring mr. H. van der Vegte, G.-H. lid van Gedeputeerde Staten van Overijssel, bij herhaling doch te vergeefs, verzocht zich beschikbaar te stellen voor do betrekking van burgemeester van Rotterdam. Rapport der Com missie-Barge. Het rappoTt der Commissie-Barge ns aan den bondsvoorzitter, baron van Wijn bergen, overhandigd. Het .wordt nu aan de leden van het Bondsbestuur rondge wonden. De rangschikking der officieren. Op de vragen van den heer Duymaer van Twist betreffende de uiteenloopende resultaten van den arbeid der commis- siën in eersten en tweeden aanleg voor de rangschikking van de officieren der infanterie antwoordde de Minister van Oorlog: Bij de beantwoording van de vraa< worde vooropgesteld, dat inzake de toe passing van de regelen, voor de commis- siën in eersten en tweeden aanleg onder punt 6, juncto punt 3 van de Rangschik kingsregeling gegeven, "ran geen „vaste normen" kan worden gesproken in den zin van objectieve maatstaven, aangezien de beoordeeling vergelijkend is en daarbij het subjectief oordeel van den beoordee- laar dient te spreken. De dezerzijdsche aanschrijving van 18 Nov. 1922, aan de Kamer overlegd bij de beantwoording van de vragen van den heer Duymaer van Twist, kan slechts worden beschouwd als aanwijzing om zooveel mogelijk gelijke toepassing van de beginselen der rangbe- achikkingsregeling te bevorderen. Het resultaat van den arbeid van de commissie in eersten aanleg voor de rangschikking van de officieren bij het wapen der infanterie was, dat ingedeeld waren kapiteins luitenants in categorie A. 122 171 in categorie B. 170 300 in categorie G. 19 21 terwijl de rangschikking door de com missie in tweeden aanleg ten gevolge heeft gehad, dat ingedeeld werden: kapiteins luitenants in categorie A. 163 259 in categorie B. 120 210 in categorie C. 20 17 Uit deze opgave moge blijken, dat door de commissie in tweeden aanleg, wat de kapiteins, resp. luitenants aangaat, niet een aantal van 133, resp. 209 officieren meer in categorie A. werden ingedeeld dan door de commissie in eersten aanleg, zooals uit de gestelde vraag zou zijn af te leiden, doch dat deze aantallen bedra gen resp. 41 en 88. Naar het oordeel van den Minister kan gelet op het groot aantal officieren, dat voor indeeling in aanmerking kwam, n.l. ongeveer 311 ka piteins en 492 luitenants dan ook niet van een „geheel uiteenloopend resultaat" worden gesproken, in het bijzonder, wan neer in aanmerking wordt genomen, dat de commissie in tweeden aanleg zich naar het oordeel van den minister te recht op het standpunt heeft ge- Ipaatst, dat tal van officieren-specialist, die voor het leger behouden moeten blij ven en die aanvankelijk in categorie B. waren ingedeeld, naar categorie A. moes ten worden overgebracht, aangezien in hun gespecialiseerden werkkring op hun behoud voor den dienst in de eerste plaats prijs moet worden gesteld. Dc stemming vcor de Eerste Kamer. De Voorzitter van het Centraal Stem bureau, gezien art. 144 Ta der Kieswet, maakt bekend dat de in dit artikel bedoel de openbare zitting van het Centraal stembureau van de beslissing over de gel digheid der lijsten en over de handhaving van de ontwerp voorkomende Candida ten zal worden gehoudeaup Dinsdag 17 Juli maak gebruik van onze Bass gedurende onzen rarea HAARLEMMERSTRAAT 132-136 1923 des voormiddags 11 uur in de voor malige Raadszaal ten. Stadhuize. Naar wij vernemen zal de stemming niet op 27 Juli a.s. plaats hebben. eyiYOLAüii DE VERKLARING VAN BALDWIN. Engeland zal antwoorden. Geen breuk met Frankrijk. De met zooveel spanning verbeide ver klaring van Baldwin is gisteren in de beide Huizen van Engeland afgelegd. Baldwin zelf voerde het woord in heb Lagerhuis, terwijl Curzon het Hoogerhuis op de hoogte stelde. Ondanks de groote hitte, waaronder vele loden van het Huis klaarblijkelijk te lij den hadden, bleef geen plaats onbezet. De tribunes waren eveneenb stampvol, evemzoo de voor de diplomaten bestemde plaatsen. Ook in het Hoogerliuis waren do buitenlandsche diplomaten goed vertegen woordigd. De groote verwachtingen die van de ver klaring werden gekoesterd, zijn niet in ver vulling gegaan. Frankrijk is niet los gela ten, een van een ommekeer van de Engel- sche politiek is geen sprake. Toch mag men de rede van Baldwin geeuszins als onbeduidend en nutteloos betitelen. Ook nu weer is in sterke mate geaccentueerd de afkeuring van de Roer- politiek, terwijl en dit is het kardinale punt van de verklaring Engeland zelf de beantwoording van de Duitsche nota ter hand neemt. Do inhoud van Baldwin's verklaring be antwoordde in hoofdzaak aan hetgeen daaromtrent was uitgelekt. Het hoofdthe ma van de verklaring was dat Engeland Frankrijk opnieuw een kans wil geven, om de entente te behouden. Baldwin begon reeds terstond met er op to wijzen, dat het geschil tusschen Engeland en Frankrijk niet betrekking heeft op het doel, dat bei de landen op het oog hebben, doch wel op do wijze, waarop dit doel kan worden be reikt. Beide landen wienschen schadever goeding te verkrijgen en het herstel van Europa en de verzekering van den vrede te verwerven. Er bestaat echter een ernstig meeningsverschil, omtrent de wijze warop dit kan worden bereikt, en Baldwin gelooft, dat de door Frankrijk toegepaste methode niet --alleen geen resultaat heeft, maar bovendien ver nietigend is voor het te verkrijgen doel. Hij herinnerde er aan, dat Duitschland in zijn nota van 7 Juni heeft voorgesteld, dat een internationale commissie DuitBchland's betaligsvermogen zal onderzoeken. Wij ge- looveut niet, aldus Baldwin, dat op dit voorstel geen acht moet worden geslagen. Italië deelt in dit opzicht Engeland's op vatting. Aangezien Frankrijk en België geen neiging hebben getoond om het ini tiatief te nemen voor een antwoord op de laatste Duitsche nota, lieeft Engeland be sloten, dit te doen en het zal den tekst van zijn antwoord har raadpleging aan de geallieerden voorleggen, voordat het ver zonden wordt. Het voeren van vriendschappelijke be sprekingen, aldus de premier, hoe nuttig deze ook mogen zijn, blijkt niet in alle gevallen tot positieve resultaten to kunnen leiden. Het wordt duidelijker, dat de houding van de voornaamste be trokken mogendheden helderder gedefi nieerd dient te worden en indien de toe stand in de voorgaande uiteenzetting juist werd geschetst, dan kan deze niet met rust worden gelaten totdat hij zich zelf herstelt. Ik geloof, dat er algemeene in stemming zal zijn met de volgende voor stellen. Dat do periode van conflicten moet wor den beëindigd; dat de eindeloozo bezetting van gebied van bet eene land door een ander land in vredestijd een zeldzaam en betreurens waardig verschijnsel is, waaraan zoo spoe dig mogelijk een eervol einde dient te wor den gemaakt; dat de schuldenaar niet alleen moet wor den opgevorderd tot voldoening van zijn schuld, maar ook in staat moet worden ge steld deze schuld te kunnen voldoen; dat dit betaJingsvermogen, indien er twijfel daaromtrent bestaat, getoetst en vastgesteld dient te worden; dat verdere pogingen dienen te worden gedaan om deze doeleinden te bereiken. De vrede kan niet zonder meer worden verworven; het herstel moet verzekerd worden voor en aleer er een oplossing wordt gevonden voor de drie groote kwesties 1. de betaling van de schadeloosstelling; 2. de oplossing van de kwestie der inter- geallieerde schulden; 23. de verzekering van een gepacificeerd Europa. Op deze kwestie dient de aandacht van de wereld te worden gericht'. Baldwin legde zijn verklaring met zekere angstvalligheid af. Mien kon zien, dat hij een van buiten geleerden tekst voordroeg. Verschillende passages van zijn rede werden met instem ming begroet, zoo de verklaring, dat Ita lië Engeland's opvatting deelt. Na het afleggen van deze verklaring door Baldwin, stond Bamsay Macdonald op en drukte namens do linkerzijde de vu rige hoop uit, dat de regeering er in mocht slagen voor het door haar te ontwerpen antwoord de instemming van de andere geallieerden te ontvangen. Spreker stelde daarbij de volgende drie vragen: 1. Kan het antwoord op de Duitsche nota terstond worden opgesteld? 2. Zal de regeering dit antwoord, alvo rens het naar Berlijn wordt gezonden, ook ten overweging aanbieden aan de Ame- rikaansche regeering? 3. Zal over de onderhavige kwesties de bat kunnen worden gevoerd? Op de eerste vraag antwoordde de pre mier, Baldwin, dat er zonder verwijl zal worden aangevangen met de opstelliug van een antwoord. Het antwoord op de tweede vraag stelde de Britsche premier tot heden uit. Met betrekking tot de derde vraag gaf hij de toezegging, dat, nog voor het sluiten van deze parlementszitting, het Lagerhuis gelegenheid zal hebben voor een debat. Men is van oordeel, dat het antwoord in den loop der volgende week gereed zal zijn, doch, aangezien de tekst eerst aan de geallieerden wordt voorgelegd, zal het wel tot het einde van dezen maand duren, alvorens het antwoord werkelijk wordt afgezonden. De ontvangst in België. Gisteravond zeyen uur werd de Belgi sche minister van Buitenlandsche Zaken in kennis gesteld met den tekst van Bald win's verklaringen in het Lagerhuis. Hij had daarna een onderhoud met den pre mier. De algemeene indruk, welke deze verkla ring te Brussel heeft gemaakt, is vrij gunstig. Baldwin erkent het gemeenschap pelijk doel der geallieerden, hetwelk in de verkrijgig der schadeloosstelling, en hij doet pogingien te geraken tot een collec tief antwoord op do jongste Duitsche nota. Men is van meendng, dat Baldwin's rede den weg opent 'tot nieuwe onderhandelin gen, welke tot een accoord zullen kunnen voeren» HET LAUSANNE DRAAIBORD. De conferentie van Lausanne, welke haar naam van „conferentie van verrassingen" eer aandoet, staat al weder op een keer punt. De besprekingen over eenige kwes ties, welker regeling ruen eenige dagen ge leden verwachtte, hebben gisteren na lang durige onderhandeling met Ismet Pasja, tot het afbreken van de conferentie geleid, klaarblijkelijk, omdat de geallieerden geen resultaat verwachtten van verdere bespre- Allereerst gaat het om de ontruiming van de zee-engten door de geallieerde oorlogs schepen- De Turken eischten^ dat zes weken na ratificatie van het vredesverdrag door de regeering van Angora, in welk tijdsbestek Constantinopel en Gallipoli zouden moeten zijn onruimd, niet slechts geen geallieerde militairen meer op Turksch grondgebied zullen staan, maar ook geen geallieerde oorlogsschepen meer in de Turksche wateren zullen vertoeven. De geallieerden, d&rentegen, eischen dat iedere geallieerde mogendheid het recht zal hebben tot aan de ratificatie van do overeenkomst in zake de zee-engten, twee kruisers in do zee-engten te houden. De staking to Berlijn geëindigd. Do bedrijfsraden der verschillende metaalfabrieken hebben zich thans in ver binding gesteld met de betrokken directies met het oog op do hervatting van den ar beid. Over het algemeen zullen de stakers heden zonder meer wederom in dienst wor den genomen. Moeilijkheden doen zich slechts daar voor, waar de arbeiders zon der toestemming der vakvereenigingen in staking zijn gegaan. De metaalarbeiders bond komt wel is waar voor de belangen dezer arbeiders op, maar kan op grond der arbitrale uitspraak niet eischen, dat zij weer aangenomen worden. Bij dc eergisteren gehouden stemming zijn slechts 87.493 stemmen uitgebracht tegen 129.000 bij de vorige stemming. Het uurloon der metaalbewerkers be draagt deze week 12.500 mark in de hoog ste loonklasse. De Gulden Sporenslag. De Gulden Sporenslag is gisteren in veel Belgische steden en dorpen 'plechtig her dacht. Te Brussel hadden de gewone relletjes plaats, die zich telkens voordoen, wanneer de Vlamingen op straat manifesteeren. Ex- werd heel wat door de Brusselsche Belgen gescholden. Toen- hun voorraad scheldwoor den was uitgeput, begonnen zij het nieuwe Belgische Volkslied, de „Marsaillaise" te zingen. In het „Vlaamsche Huis" op de Groote Markt was aan een venster het portret van dr. Borms uitgestald met als eenigs op schrift het xv oord „amnestie*". To Antwerpen werd de gulden Sporen slag officieel gevierd en er was meer en thousiasme dan bij welk nationaal Belgisch feest ook. Een nijlpaard op tournée. Ter gelegenheid der Gayaïit-f eesten wordt te Douai kennis gehouden Tot de voornaamste attracties behoort ©en circus, waar o. a. een groot nijlpaard vertoond wordt. Den lOden Juli, zoo meldt de „Petit Pari sian" verbrak deze sierlijke viervoeter, plotseling van vrijheidszin bezield, de tra lies van zijn kooi en ging een straatje om, tot grooten schrik der feestvierenden. Het circuspersoneel heeft groote moeite gehad, den gelegenheidstourist. weer in zijn bassin terug te krijgen. KORTE BERICHTEN. Do Pasteurdag ten bate van de Fran- 'sche laboratiria heeft 7.000.000 franc opge bracht. Berichten uit Saragossa. verluiden, dat overstroomingen, veroorzaakt door hevige onwedei-s, aanzienlijke schade hebben teweeggebracht in geheel Aragon. Van ver schillende zijden wordt hulp naar de be dreigde streken gezonden. De openirg der conferentie van Sinaia (van de landen aangesloten bij de Kleine Entente) is definitief vastgesteld op £8 Juli Tot de deelnemers behooren Nintsjitsj, Benesj en Duka. Volgens bericht uit Rome is de vroe gere kamera f ge vaardigde, Ferrari, gearres teerd onder beschuldiging, gewapende ben den te hebben georganiseerd tegen den staat. Dc Fransche Minister van Oorlog heeft beslist, dat de revue van 14 Juli, de Nationale feestdag dit jaar in verband met de hitte, niet zal plaats hebben. fitEBK Eü SCHOOL Alg. Syn-Gue der Ned. Herv. Kerk. De Synode zal zich op de Prestyteriaan- eche conferentie, die van 2124 Juli te Zürich gehouden wordt, doen vertegen woordigen door Prof. dr. H. M. v. Nes te Leiden. Jhr. Mr.- H. v. Lennep te Vordqp heeft ontslag genomen als lid van den Raad van Beroep voor de pred. tTactementen in de Ned. Herv. Kerk. Het lid der Synode, D s. D. Z o e t e te Lemmer, zal wegens ziekte de in dezen zomer te houden vergadering niet kun nen bijwonen, en worden vervangen door zijn secundus, Ds. G. v. Dijk te An- jum. Voorts is dr. P. Smit, pred. te Heu- men door de Synode aangezocht, een on derzoek in te stellen in Noord-Frankrijk, en naar aanleiding daarvan te advisee- ren of en hoe in de geestelijke verzorging van Ned. Protestanlsclie landarbeiders aldaar is te voorzien. In een Synagoge. In de „Amsterd. Kerkbode" «chrijft Ds. W. J. J. Velders, missionaris-prediknt on der de Joden te Amsterdm, over een be zoek door hem gebracht aan een synagoge in de hoofdstad: De groote Synagoge aan het Daniël Meyerplein was in reparatie; er moest vergaderd worden in het kleine gedeelte. Maar ik wilde eens graag den sabbath aan vang mee doorbrengen in de Synagoge. „Het is toch een openbare samen komst?" informeerde ik bij den koster. En als deee w>ardige jncu <nii op dit punt had gerust gesteld,'stapte ik de sjoel (sy- nagoge) binnen waar de Kille (gemeente al gedeeltelijk tegenwoordig was. De eerste indruk was die, welken ik vroeger had als ik eens. na onzen kerk dienst, een modern prediker in de Her vormde kerk ging beluisteren. In een ge bouw met honderden zitplaatsen, was er hier en daar één bezet. Net wittebrood, w.'tar een enkele krent in zit en dan toch voor krentenbrood verkocEl wordt. In de kleine synagoge, die toch nog flink ruim is, zaten of stonden geen hon derd joden. Af en toe kwam er een nieuwe bezoeker bij, en boven achter de tralies ontdekte ik eenige vrouwen-figuren. Vanzelf trekt ieder nieuwe bezoeker bij zoo'n klein getal de aandacht en vooral als die nieuweling een „goy" is. Een groep joden, staande in 2 banken, achteraan, hadden mij het eerst onder schot. Want, ofschoon de voorlezing van het voorge schreven gedeelte al begonnen was cn do aanwezigen daar werktuigelijk mee in stemden, door in hooger of lager toonaard iets mee te dreunen, dat verhinderde ons groepje niet om „oggenebbes" (uitroep van verbazing), voor mij goed hoorbaar, te zeg gen. Zij schenen er niet aan te clenken om mij een gelegenheid om te zitten aan te bieden en daarom ging ik naar het groepje en vroeg of men hier ook zitten mocht. „Ja, ja, natuurlijk; o, as 't u blieft" en ik kreeg een heele bank; alleen. Becht tegenover het gordijn, waarachter de wetsrollen bewaard worden; is een ver hevenheid gemaakt, waarop rabbijnen en gazan (voorzanger) zetelen als zij geen dienst hebben. Er wordt ook wel vanaf dat podium gelezen en voorgezongen, maar tocli dikwijls verlaten zij die verheven plaats om bij het „koor" te staan. En het „koor" (uitsluitend kerkelijk meei'derjarige jon gens en grooteren van het mannelijk ge slacht) heeft zijn plaats in de ruimte, die er is tusschen het podium en het gordijn waarachter de wetsrollen bewaard worden. De ralrijn in toga en fluweelen baret, was klaar en zette zich gemakkelijk in een hoekje op het podium. Hij maakte hand- groetjes naar de dames en knikte beneden eenigo mannen toe. De gazan (voorzan ger) deed de talles (gebedsmantel) om; bracht zijn lichaam in beweging en zette dan met een flinke tenoi'stem het gebed in, dat bij den aanvang van den sabbath gezongen wordt, (Ps. 95, 96, 97, of 89.) Van' het Hebreeuwsch, dat gezongen wordt, is niets te verstaan, uitgezonderd de herha lingen. Uit het gebedenboek van een jood, die voor mij zat, heb ik mee gelezen, maar toen was uit zijn blik op te merken, dat hij het niet vertrouwde. Van zoo'n liurgischen dienst heeft men. na een half uur genoeg. Vooral dc oneer biedigheid der gemeente is hinderlijk. Men. loopt van z'n plaats, spreekt iemand aan en dreunt ondertusschen iets mee uit het gebed. Een paar maakten een uitzonde- rig. Door hun devote houding, zoowel bij zitten als staan gaven zij den indruk, dat hun ziel bezig was met de dingen waarover zij hoorden, lazen en zongen. Toen ik weg wilde gaan, vroeg ik zachtjes aan een uit de groep, die zijn blik niet-van mij af hield „wordt hier vanavond niet ge preekt?" Dat was een vragen naar den be kenden weg, maar ik wilde hem eens hoo»- ren. Hij keek mij door zijn bebrild oog ietwat grijnzend aan en zei: „nee". Ik ging weg, maar mijn bespieder uit de groep volgde mij op den voet. Ik vertraag; de de pas om hem gelegenheid te geven mij in te halen, dan konden wij samen eene praten. Maar hij verstond bepaald' mijn bedoeling, want vlak bij mij, sloeg hij een nauw straatje in; keek nog eens om, en.... was verdwenen. Wat zou die man denken, willen, gaan doen? Zou hij nog eens mijn weg kruisen Gemeenteraad Rijnstol (Slot.) 10. B. en. W. stellen voor aan d ai" 0r wijzeres hl de handwerken aan de t scliool eervol ontslag te verleerien met- in gang van 1 Oct. '23 a.s., onder toekfcrLraj? van een. tijdelijk wachtgeld om bij even tueel vertrek van de verplichte onderwijl zeres, weer van haar diensten verzekerd te zijn. De heer H. G. Jonker verzoekt een geheime zitting, daar de heer P. Kort Sïl eenige persoonlijke opmerkingen wenscht te maken. Na heropening deelt do heer J. S c h o- neveld mede, dat deze poging tot be zuiniging, waardoor indirect ook op het bijzonder onderwijs wordt bezuinigd, door hem zeer toegejuicht wordt. Spr. betreurt het genoeg, dat het bij zonder ondeiWijs zich regelt naar het O. L. O., welke bepaling uit de wet behoort te verdwijnen. Van harte gaat spr. met dit voorstel mee, want op alle onderkus cliënt bezui nigd te worden. Het voorstel van *3. en W. wordt met' algemeene stemmen aangenomen. Een door B. en W. met de gemeente Oegstgeest gesloten overeenkomst, om trent een door die gemeente te verleeweni bijslag voor kinderen uit Oegstgeest, die hier de O. L. school bezoeken, .wordt met alg. stemmen goedgekeurd. 12. De Voorz. deelt mede», dat B. W. de mogelijkheid hebben, overwogen om aan het Bijk een subsidie te vragen- Op verzoek van dr. Jonker licht do Y o o r z. nader toe, dat in benarde om standigheden waarin de gemeente verkeert de kosten voor ondei*wijs in 't bijzonder drukken. In dit geval is het mogelijk dat het Bijk een jaar op jaar te bepalen sub sidie verleend. Wethouder S. Schone veld leest het desbetreffend artikel uit de L. O. wet voor. Met alg. stemmen wordt besloten tot het doen van een aanvraag om subsidie. 13. Op voorstel van B. en W. wordt met algemeene stemmen machtiging verleend tot wijziging van de begrooting 1922, we gens overschrijding van^ diverse posten', terwijl tevenB besloten wordt een uitgaaf van ruim f 2000, voor aanschaffing van: nieuwe watermeters, door een leening te dekken. 14. Voor behandeling van een verzoek tot wijziging van een aanslag H. O. vani den heer C. D. v. d. Vijver, gaat de Raad- wederom in goheime zitting. Na heropening van de openbare vergade ring stellen B. en W. voor het verzoek af te wijzen en den aanslag te handhaven. Het voorstel, met de stem van den heer v. d. G u g t e n tegen, wordt aangenomen» Rondvraag Dr. H. G. Jonker verzoekt den Voorz. in de volgende vergadering een voorstel te doen, cm een vast bedrag too te staan: voor het houden van jubileumfeesten. Gewoonlijk werd na afloop van feeste lijkheden de gemeente verzocht, het be staand tekort bij te passen. Spr. acht het? beter met die gewoonte te breken. De Voorz. antwoordt, dat dit een punt'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 2