Dagblad voor Leiden en Omstreken. ABONNEMENTSPRIJS In Leiden en buiten Leiden waar agenten gevestigd zijn Per kwartaal f2.50 Per week *....10.19 Franco per post pér kwartaal ......f2.90 4de JAARGANG. - DONDERDAG 14 JUNI 1923 - No. 959 BureauHooigracht 35 leidan - TeUni 1278 - Postrekening 58936 AO VEItTENTiE-PRIJS Gewone advertentiën per regel 22# cenfji Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief. - Bij contract, belangrijke reductie. Kleine advertentiën bij vooruibbeta^ ling van ten hoogste 30 woorden, worde® dagelijks geplaatst ad RO cerit. V Stroomingen, maar geen bron. Onder den titel: Twee-en-dertig stroo mingen en niet ééne bron is dezer dagen, een boekje verschenen, dat algemeene be langstelling verdient. Het is van de bandj van den heer H. J. van der Munnik, en uitgegeven bij Kok te Kampen. De schrijver wijst op het verbazing wekkende feit, dat bij alle verloren cre- diet in staatshoofden, diplomaten, regee ringen, banken en menschen één crediet ongeschokt is gebleven, n.l. hot z e 1 f- crediet. Het vertrouwen in andere menschen mag een gevoeligen knak hebben gekre gen, het vertrouwen in zichzelf is ge bleven. Bij sommigen gaat dit vertrouwen zelfs zoo ver, dat ze spreken van gelooven in zichzelf. Een kenmerkende eigenschap van dezen tijd van malaise en dus van onzeker heid van zich niet op zijn gemak ge mak gevoelen, is dat religieuze groepen en richtingen als paddestoelen uit den grond rijzen. Allen dienen ze zich aan als nieuwe,; nieuwere en nieuwste weg tot beter schap, geluk en vrede en allen komen ze hierin overeen, dat ze den mensch toe roepen: herneem uzelf, geloof weer in uzelf, hervorm uzelf. De schrijver ziet alleen in ons land, niet minder dan 32 nieuwe religieuze groepen of richtingen die ieder voor zich het ware middel tot uitkomst aan de tob bende menschheid aanbieden, en die al len de oplossing van het wereldraadsel, liet zieleprobleem en de menschelijke mi sère zoeken in den mensch zelf. Die stroom van stroomingen wordt dan kort en zakelijk bespröken en dan 'komt de schrijver tot de conclusie, dat bij al deze stroomingen, die geen kwaad woord voor den mensch en geen goed woord voor onzen God hebben, de bron ontbreekt. Dat wil dus zeggen dat die strooniin- gen niet duurzaam kunnen zijn. Voor 't grootste gedeelte loven zo van elkanders water, voor een ander deel. van het afvalwater der voorgaande en dood- geloopen stroomingen. Maar een bron hebben ze niet. Stroomingen, doelloos rondkolkend wa ter, geen bron, geen monding. Stroomingen, maar geen stroom. Het water dat uit een bron afkomstig is, is klaar, frisch, zuiver. Het geeft een zuiver spiegelbeeld. Het leert ons, dat we zijn kinderen des doods, tenzij we tot de bron van het le vende water onzen toevlucht nemen. Maar dat wil de mensch niet. En wat de geestelijke stroomingen van onzen tijd stuwt is eigenlijk alleen het hoopelooze pogen de schuld v a n z i ch af te schuiven. Men vindt er geen woord over schuld en straf, zonde en berouw, vloek en ver geving, hel en hemel, maar wel over edele menschen, het diepste zelf, den wil tot hooger leven, enz. De mensch wil niet als zondaar fungeeren. In hem zit de koningstrek: zichzelf te zijn. „Zijn val heeft hem van den konings- manifl beroofd en nu is het droevig te zien hoe hij met de lompen der ellende rondzwerft als ware het purper en her melijn. Maar van zijn koningschap heeft hij een restant behouden: het geloof in zich zelf en het „Je maintiendrai" van zijn besmet blazoen. Dat restant is nog sterk genoeg om in enkele jaren 32 geestelijke wondorboo- men te zien opgroeien. Maar het is zielig om te zien hoe daar menschen in klim men, die veroordeeld zijn, om de tak ken door te zagen, waar ze zelf op zijn geklommen. Reddingsboeien, maar het touw dat ze aan wal moet trekken is in de hand van den schipbreukeling zelf. Zuurstof-appa raten, maar die de ongelukkige zelf moet hanteeren. Brandemmers, maar zonder Modern." Het is een tragisch maar natuurge trouw beeld, dat de heer v. d. Munnik geeft van de 32 nieuwe stroomingen, van dit troosteloos amalgama van mensche lijke vindingen, dat den armen, ter -dood wankelenden mensch wordt voorgehou den. 1 Maar daarbij blijft het niet. Hij wijst niet alleen op de bron-looze stroomingen, maar gewezen wordt ook op de eenige Bron waaruit voortdurend en volop het water des levens kan worden geput. Hij toont niet alleen de twee-en-dertig kudden zoekende naar een bron, maar ook den Herder, die den weg naar de bron kan wijzen. Worde dit mooie boekje, gekocht, ge lezen, verspreid. V Geen repristinaiie, Van veel heteekenis schijnt ons de rede door. den heer H. Golijn uitgsproken op de jaarvergadering der vereeniging van Christelijke werkgevers en de vereeniging van den Ghristelijken Middenstand. Wat m deze rede allereerst aantrekt is de nuchterheid en de klaarheid waar mede de problemen die thans de aan dacht vragen worden gesteld en bespro ken. Duidelijk wordt uiteengezet, dat niet het jaar *1918 het keerpunt is op sociaal terrein, maar dat we dat keerpunt vinden in het laatste gedeelte van de 19e eeuw. Met de jaartallen 1918 en 1919 wordt aangegeven het tijdelijke het inciden- teele, terwijl de laatste jaren der 19e eeuw, die een zoo machtige verandering op sociaal gebied te aanschouwen ga ven, spreken van het meer blijvende, het historische. Deze onderscheiding is van belang. Dat er een streven is om zich tegen ex cessen die van het revolutiejaar .en de periode van schijn-welvaart die daarop volgde, het gevolg waren te verzetten is verklaarbaar, maar niet te verdedigen is dat men zich stelt tegen de sociale wet geving. Met klem wordt elke gedachte aan re- pristinatie herstel van wat onhoud baar gebleken en dus afgeschaft is op sociaal terrein teruggewezen. Verzet tegen het icidenteele mag niet overslaan tot verwerping van het essen- tieele. Geen repristinatie. Zulk een pogen zou, afgezien van de vraag in hoeverre dit den Christen ge oorloofd zou zijn, tot volslagen onvrucht baarheid zijn gedoemd. Het spreekt vanzelf, dat de heer Colijn zich niet tot een n -e g a t i e f advies be- Opgeroepen werd tot nieuwe werk zaamheid. Klagen alleen, waarbij clan vaak een vergelijking met wat anderen weder vaart en daardoor ook de dankbaarheid achterwege blijft, baat hier niet. Een desertie uit de organisatie al evenmin. Alleen een sterke organisatie kan in vloed oefenen. Zal de maatschappelijke organisatie de gewraakte staatsbemoeiing overbodig makeiv dan is organisatie een eer ste vereischte. En dan moeten aan die organisatie ook niet de middelen worden onthouden om te werken en te strijden, waarhij begin en einde behoort te zijn: Soli Deo Gloria! Moge dit woord onder onze Christelij ke werkgevers en middenstanders weer klank vinden. ST&0SÜIEOTS NATIONAAL CONCOURS uitgeschreven door de Gem. Zangver. Zang zij onze leus. De opening vond niet plaats onder begunstiging van een heerlijke zomer zonneschijn. Een drenzige motregen viel neer, en in dit opzicht zou men terecht kunnen zeggen, dat het concours „Natio naal" was. Met dat al dacht de energieke jonge gastvrouw „Zang zij onze leus" er niet aan, het hoofd te laten hangen, en met moed ving men hedenmorgen aan. De opening. De eerste indruk, dien wij bij het bin nentreden van „de Graanbeurs" kregen, was, dat „Zang zij onze leus" en als uit voerend bewind het kranige bestuur voor een zeer goede regeling had zorg gedra gen. De zaal was smaakvol met draperiën gesierd, en ondanks de groote belangstel ling heerschte er volmaakte orde. Tusschen palmengroepen was het fraaie vaandel van „Zang zij onze leus" opgesteld. Nadat geruimen tijd op enkele perso nen was gewacht, nam de heer A. Groe- n e v e 1 d, voorzitter van het uitvoerend comité, het woord. Het was spr. een eer al de aanwezigen met eenige woorden welkom te mogen heeten. Tot groot leedwezen van de vereeniging was de voorzitter van het eere-comité 'Jhr. Mr. Dr. N. C. de Gijselaar door uit- landigheid verhinderd, het concours te openen, dóch de loco-burgemeester Mr. J. C. van der Lip, hd zich bereid ver klaard in diens plaats het eere-voorzit- terschap te aanvaarden, waarvoor het bestuur zeer erkentelijk is. Het was een groote zet op het schaak bord van „Zang zij onze leus" dit con cours te houden, doch door den moreelen en finantieelen steun van velen is de voor bereiding een succes geworden. In de eeTste plaats zegdo spr. dank aan H. M. de Koningin en Z. K. Hoogheid den Prins der Nederlanden voor het schenken van hun model-medailles. Verder aan de politie, die toestemming verleende tot het opmarcheeren naar het concoursterrein met ontplooide banier en muziek. De Vereeniging voor vreemdelingenver keer schonk een bronzen medaille, waar voor spr. dankte evenals voor de vele me dailles van andere corporaties en perso nen, welke reeds eerder waren geschon ken. Nadat spr. den heer A. Backer, gérant van „Den Burcht" voor zijn medewer king had gedankt, richtte hij woorden van hulde tot den secretaris van het uit- voerend-comité, de heer J. J. van der Kamp, die met zijn kennis van alles en allen veel tot het slagen van de voorberei dingen had bijgedragen. Vervolgens deelde spr. de namen der jury mede n.l. Jac. Bonset, Bernard Dia mant, F. E. A. Koeberg, J. G. Striening en Bart Verhallen alle namen, die voor zichzelf spreken. Onder applaus van de aanwezigen deelde spr. ten slotte mede, dat door en kele Leidscke zangers aan het bestuur van „Zang zij onze leus" een zilveren eerekruis was toegekend, als blijk van waardeering voor de groote praestatie welke de jonge vereeniging door het hou den van dit concours levert. De voorzitter van het eere-comité, Mr. J. G. van der Lip, hierna het woord verkrijgende, memoreerde de groote te leurstelling waarmede dit concours is aangevangen, n.l. de verhindering van den hooggeachten burgemeester dezer ge meente. Als eenvoudig wethouder wilde spr. echter de eervolle taak van de opening van dit concours op zich nemen. Nooit heeft spr. aan muziek en zang „gedaan", maar toch kan hij evenals iedermensch waardeeren en bewonderen de heerlijke gaven die hierin worden ge boden. Muziek en zang heffen ongetwijfeld den mensch op van het platvloersche tot hoo- gere sfeeren en brengen ons nader tot Hem, die muziek en zang ons heeft inge plant. Daarom kon spr. het waardeeren, dat de jonge vereeniging, die toch reeds zulk een uitstekenden naam heeft verworven, voor het eerst na 20 jaren te Leiden een natronalen zangwedstrijd heeft georgani seerd. Hulde bracht spr. aan het bestuur en uitvoerend comité voor den durf om dit concours te houden. Een grooto eer yöor de vereeniging noemde hij het, dat cLs^Koniriklijke fami lie door het schenken van medailles van haar belangstelling had blijk gegeven. Spr. wenschte de vereeniging toe, dat dit coucours in alle opzichten zou mogen slagen, en alle deelnemers een aangename herinnering aan de oude sleutelstad zou den mogen bewaren. Met den slotwensch, dat de wedstrijd mocht bijdragen tot verheffing der sclioo- ne kunst, de Muziek speciaal ook te Lei den, verklaarde spr. het coucouts voor geopend. (Applaus). Nadat do eerewijn was aangeboden, en van het Eere-comité en de leden van „Zang zij onze leus" door den heer Joh. Geytenbeek een tweetal photo's waren ge nomen, werd dö Burcht het feestter rein beklommen, waar de ontvangen de vereeniging een tweetal liederen ten gehoore zou brengen. Het Comité had voor een uitstekende regeling zorg gedragen. Een drietal houten tenten waren op geslagen voor zangers, jury en pers. Desondanks was een verblijf op het ter rein verre van aangenaam. De wind joelde in de hooge Burcht- boomen, de regen wisselde van suizenden motregen tot kletterende stortbuitjes. Gezien de omstandigheden bood „Zang zij onze leus" nog meer dan verlangd kon worden. Vooral het nummer „Lente-Geboort" (hoewel minder toepasselijk) werd met veel ambitie gezongen. Het zingen werd echter door do weer omstandigheden zeer bemoeilijkt. Later werd het iets beter, zoodat het programma (in do morgenuren) kon wor den afgewerkt. Inzake de prijstoekenning werd do vol gende maatstaf aangelegd: Hoogst aantal te behalen punten: 700. Eerste prijs min. 490 punten; tweedo prijs 420; derde prijs 350 punten. (Vervolg 3e pagina). i Leger des Hei is. Vandaag is de groote Evangelisatie tent, vanwege het Leger des Heils, bij molen de Valk, gereed gekomen. De eerste Samenkomst, waarin Kolo nel Feentra uit Amsterdam zal optre den, zal hedenavond te 8 uur aanvangen, nadat vooraf een groote optocht, begeleid door een muziek-corps, door de stad zal zijn gehouden. Deze optocht zal worden opgesteld bij het Invalidenhuis aan den Hoogen Rijn dijk, en zal zijn weg nemen langs Br ee straat, Prinssesekade en Steenstraat, langs de Binnenvestgracht naar de-tent. Het ligt in de bedoeling om meerdere van deze optochten door de stad te doen houden, o.a. op a.s. Donderdag 21 en Za terdag 23 Juni. Bij den optocht van hedenavond zal het plaatselijk muziekcorps, door muzi kanten uit andere plaatsen worden ter zijde gestaan, terwijl de laatste twee da gen, Zaterdag 23, en Zondag 23 Juni het bekende Haagsche corps aanwezig zal zijn. lederen avond treden, naar men ons verzekerde, verschillende sprekers op, w.o. vele bekende hoofdpersonen uit de Leger des Heils-arbeid hier te lande. Bij de opening van hedenavond is als spreker uitgenoodigd de heer W. Pera, wethouder dezer gemeente. Algemeene Neder!. Bond van Handels- en Kantoorbedienden. Maandagavond vergaderde de Alg. Ned. Bond van Handels- en KantoorlV dienden, afdeeling Leiden. Naar aanleiding van het verslag door de afgevaardigden naar het Bondscon- gres uitgebracht, werd vastgesteld, dat de bondsleiding in uitstekende handen is en do organisatie alleszins in de ge wensch te richting zich ontwikkelt. Het ledental, zoowel van den geheelen Bond als van de afdeeling Leiden op zich zelf, toont een aanmerkelijken vooruit gang. Tengevolge van de ledenaanwas en het toenemen der bestuurswerkzaamheden werd het bestuur met twee leden uitge breid. In het afgeloopen jaar werd aan de werklooze colega's door den Bond uitge keerd tot een bedrag van f43.727.33. In deze bijeenkomst werd verder een begin gemaakt met de inleidende bespre kingen over de te vormen vak-centrale van alle hoofdarbeiders in Nederland. Aan de practische verwezenlijking hier van zal de bond in de naaste toekomst een werkzaam aandeel nemen. Door de vergadering werd besloten in de komende periode pogingen te doen tot het verkrijgen van een behoorlijk gere gelde zeven-uur-winkelsluiting. De wen- schelijkheid werd betoogd in overleg to treden met die gemeenteraadsleden, die genogen zijn deze pogingen te steunen. Namens het Hoofdbestuur werd een schrijven voorgelezen waarin werd mede gedeeld, dat de voorzitter der afdeeling gekozen wa'j tot lid van den Bondsraad, vertegenwoordigende het district Zuid- Holland. Boor een dor bestuursleden werd een van veel studie en inzicht getuigend re feraat gehouden over „De invloed van de Westersche beschaving op een Indone sisch volk". Nadat door een der leden, die de tro pen uit eigen ervaring kent, het gespro kene nog nader was aangevuld, speciaal wat betreft de beoefening van het hand werk en de kunstwaarde dezor voorwer pen, werd de goedbezochte vergadering met een kort woord gesloten. De Mare. De Provinciale Zuid-Hollandsche Arche ologische Commissie heeft aan den ge meenteraad van Leiden opnieuw een adres gezonden, waarin zij zegt met pijnlijke verbazing kennis te hebben genomen van het verslag der raadszitting, waarin ter sprake kwam het plan, om, mede ter ver mindering van de werkloosheid, over te gaan tot do demping van de Mare. In den breede zet zij uiteen, hoe nood lottig de uitvoering van dit plan zal zijn, daar de historisch geworden plattegrond van Leidon erdoor vernield en eon prachtig stuk stadsschoon voor altijd erdoor bedor ven wordt, zonder dat hiertegenover eenig noemenswaardig voordeel uit het oogpunt van het verkeer wordt gewonnen. Het historische stadsbeeld De Mare, een tak van de Leede, vormde de waterverbinding met het Noorden, die vooral in de middeleeuwen van gewicht was. De uitmonding van de Mare in den hier weder vereenigden Rijn leverde een geschikt strategisch punt, waar de Burg verrees, en een punt van economisch be lang, waar zich nederzettingen vormden, die ten slotte tot een afzonderlijk rechts gebied, de stad Leiden, werden samenge voegd. Over den Bijn ontstond aan de Mare bet Maredorp, dat in de 14de eeuw met Leiden werd vereenigd. De laatste schout van het dorp gaf zijn naam aan de nog bestaande Jan Vossensteeg. De Mare is steeds hoofdzakelijk een wa terverbinding met de meren geweest. Do verbinding te land in deze richting was slechts van ondergeschikt belang, kreeg nooit de heteekenis van hoofdverbindingen als do Breestraat, de Hoogewoerd, de Haar lemmers traat. Door de Mare te dempen ontneemt men aan dit gedeelte zijn historisch karakter en in zekeren zin zou Leiden, de stad aan de Leede, haar naam hiermede verloochenen. Het stadsschoon. Reeds is het aantal grachten, die haar schoonheid onge rept hebben mogen bewaren, zeer beperkt. Elke verdere verminking van deze cigen- Nederlandsche stadsaspecten is een onver antwoordelijke daad, die zich zal wreken. Een tintelond grachtje, half verscholen on der het loover van wuivende boomen, de spelingen van zon en schaduw over water vlak on wallekant dio bekoorlijkheden zal men ruw-weg vernietigen en., de vreora delingen verjagen, die juist hierom de stad plegen te bezoeken. En wat stelt men voor dezo schoonheid in de plaats? De lage huizen, die totnogtoe in evenre digheid stonden tot de breedte van den wal, zullen aan do n. wijden verkeersweg :n pover figuur maken, vooral als de bocmen Aan het Zoeklicht Leiden, 14 Juni 1323. In Het Volk van gisteravond wordt melding gemaakt van het feit dat de Nij- meegsche agent van dat blad dezer da gen maar even 102 nieuwe abonné's op-i gaf. De man krijgt lioe kan hot anders een woord van welverdiende hulde. „Maar zoo wordt daaraan toege voegd hoe beschamend is dit niet voor onze partijgenooten in andere plaatsen, die onder veel voordeeliger omn standigheden werken en van wie wij zel- den of nooit iets hooren." Dit zal wel waar zijn. Maar, zoo dacht ik toen ik dit las, ii wat die Nijmeegsche correspondent var Het Volk deed, niet veel meer be schamend voor o n s? Waar zijn bij o n s de vrijwilligers, die willen meewerken onze pers tot blosi te brengen en den heilloozen invloed van do vrijzinnige, de socialistische en do z g. neutrale pers te fnuiken? Is die Nijmeegsche agent ock xt-or ons niet een diep beschamend voor beeld? ny^ETWAXpa, w»»rachtér hun gevels giootfmdpMs ve*v Korgen zïjn, worden omeehakfc. '-I9 slechts naar straten als de Van der Werff- straat of de Zijdgracht om een indruk to krijgen van de zielloosheid, welke ontstaat tengevolge van de louter negatieve daad, die het dempen eener oude stadsgracht i*. Er staat bovendien aan de Maro een van Leiden's fraaiste monumenten, de sierlijke door Arent van 's-Gravcnsandc in IC33 1649 gebouwde koepelkerk. .De bouwmees ter ontwierp haar aan een Ingzaam van de waterzijde af stijgend pleintje, dat echter zijn werking in verband met de kerk ten eenenmale moet verliezen en op een slop zal gaan gelijken, zoodra do Mare rot een steenvlakte is geworden. Het verlceer. De Mare ligt niet in de asrichting van de stad en zal nooit een hoofdader van het verkeer worden Bovendien zou dit toch niet tot in het hart der stad worden gevoerd, maar vaslloopen bij de Haarlemmerstraat, waar het im mers langs de Vrouwensteeg en de Don- kersteeg geheel nr.v -■1-loerd^ v.?i zou vinden^ Trouwens, ïïezien an, •iccers- weg, schiet ook de gedempte Mare in breedte nog te kort en bij de uilmonding in de Haarlemmerstraat komt de R.-K. kerk dwars in den weg te staan. Zal het verkeer te land dus niet gebaat zijn, dat te water zal door de uitvoering van het plan bepaald worden geschaad: de schepen uit Haarlem, Noordwijk, Kil- legom, enz. worden dan tot een moeilijken omweg genoopt; dit zal een veelvuldig openen van de Blauwpoortsbrug cn du3 wederom zij het op een andere plaats belemmering van bet rüdcnd verkeer medebrengen. Er is voorts gewezen op het gevaar, dat de demping een ongunsligen invloed zal hebben op de waterverversching der an dere grachten. Het komt de Commissie voor dat de hier geuite vrees gegrond is, en dat dus ook uit dit oogpunt de voorgenomen maatregel verwerpelijk moet worden ge' acht. De Commissie treedt niet in een bcoot- deelicg van de vraaag der arbeidsverschaf fing als motief voor de uitvoering vau groote stedelijke werken, maar is er ten sterkste van overtuigd, dat die niet be hoort te geschieden voor de uitvoering van werken van zeer twijfelaachtig nut, en zeer zeker niet, wanneer deze op zoo krasse wijze de historische ontwikkeling van het stadsplan schenden en het schoono stads beeld vernietigen. - Nu de beslissing in den raad is aange houden, verzoekt hem de Commissie met den grootsten aandrang het plan tot dem ping van de Mare niet goed te keuren. Maandag is door de Haagsche po litie aldaar gearresteerd de 17-jarige D., die zich ook hier verschillende malen had schuldig gemaakt aan zakkenrol lerij. Hij is naar hier overgebracht. Bij de politie alhier zijn inlichtin gen te verkrijgen betreffende een rijwiel dat dezer dagen door een nonchalant eigenaar in een der leeszalen alhier is laten staan. Door zekere V., afkomstig uit* Bijn- acker, is bij do politie aangifte gedaan, dat hij op den Haagweg door B. is mis handeld. Van een afbraakterrein aan den Heerensingel worden 2 ijzeren schoor steenplaten vermist. De slooper V., wiens eigendom zij zijn, heeft de politie ervan in kennis gesteld. Met ingang van 1 Juli a.s. zal de autodienst ZoeterwoudeLeidon worden uitgebreid met een zestal ritten naar den Hooge-Rijndijk tot café „Ik leer nog", zoodat er dus tusschen het Dorp en den Hoogo-Rijnöijk ook een verkeersmid del is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 1