VERKEERT ONZE LANDBOUW IN EEN TOESTAND VAN CRISIS? Op deze in de Tweede Kamer gestelde vraag werd door den Minister van Binnenlandsclie Zaken en Landbouw liet volgende geantwoord: Er is in bet gevoerde debat de vraag gesteld, öf de landbouw verkeerde in een toestand van crisis, ja dan neen. Dit is eenigszins een quaestie van ap preciatie, en nu is het misschien niet on geschikt, dat ik aan do hand van de laatste gegevens over 1922 even een me- dedeeling doe, hoe in de verschillende on- derdeelen van het landbouwbedrijf naar die verslagen de toestand is. Men zal dan zien, dat er hier zijn licht zijden, elders donkere punten, zoodat, ik herhaal het, al of niet toegepast op het woord: crisis, dit is een quaestie van appreciatie. Vooreerst de akkerbouw. "Wat betreft het graan, bleven de oogstresultaten van bet telen van graan achter bij die van het niemand van de geachte deskundi ge afgevaardigden zal het willen tegen spreken abnormaal rijke oogstjaar 1921. Dio resultaten kunnen ook voor 1922 over het algemeen bevredigend ge noemd worden Laat ik dit met eenige ge tallen adstrueeren. Van wintertarwe werd gemiddeld per hectare geoogst 35,6 ÏI.L.; van zomertarwe 38,1 H.L.; van rogge 29.9 H. L.; van win- tergerst 49 H.L. en van zomergerst 45,8 H.L.; van haver 39,9 H.L. Behalve voor haver was de opbrengst hooger dan het gemiddelde van 1911 tot 1920. Hoe was het met het stroo? Dat^bleef meestal kort, zoodat de opbrengst niet hoven het middelmatige kwam. Nu waren de prijzen van het graan iets hooger dan in 1921, behalve voor rogge, terwijl de stróoprijzen abnormaal hoog waren, tot f 50 en hooger per 10CO K.G., zoodat deze la'atsle omstandigheid den financieelen resultaten van den graanoogst zeer ten goede gekomen is, en de conclusie 'is niet te gewaagd, dat deze omstandigheid oor zaak is geweest, dat ten slotte de finan- cieele Tesultaten niet onbevredigend wa ren. Wat de peulvruchten aangaat, waren de oogstresultaten van de veldboonen en de erwten hoven het gemiddelde van de door mij reeds genoemde periode 19111920. Do prijzen waren voor de veldboonen iets hooger dan in 1921. Die der erwten wa ren zoodanig, dat do teelt daarvan een der meest loonende was. Dus ook voor de peulvruchten kan men zeggen dat de fi- nancieele resultaten bevredigend waren. Hoe staat het met de handelsgewassen? Het koolzaad, het mosterdzaad, het kanariezaad, het blauwmaanzaad en de karwij gaven bevredigende oogstresulta ten, terwijl de prijzen hoog waren. Hier uit is af te leiden, dat de financieele uit komsten goed waren. Wat het vlasoogst betreft, is er een te genstelling tusschen het noorden en het zuiden. In het zuiden is de oogst mis lukt in het noorden was het matig, maar de prijs was veel beter dan in 1921. Wat de aardappelen aangaat, kan men gerust zeggen, dat de oogst overvloe dig was, maar de prijzen waren slecht. De financieele uitkomsten waren dan ook niet best. Maar nn treft het, dat, zooals vooral in de zandstreken gebruikelijk is,' do aardappelen voor de mesterij van var kens werden gebruikt en zij zoodoende, evenals de rogge, door de voordeelen, welke die mesterij opleverde, nog eenigs zins bevredigende prijzen opbrachten. De suikerbieten gaven bevredigende oogstresultaten; waar het gewas coöpera tief verwerkt is, kan van de financieele uitkomsten nog niets met zekerheid wor den gezegd. Aan de suikermaatschappij geleverd, werd betaald 14 5, 16 gulden, en het is misschien niet onvoorzichtig te veronderstellen, dat, daar de suikerprij- .zen zijn opgeloopen, de coöperatief ver werkte een hoogeren prijs zullen opleve ren. Wat de veeteelt betreft, dien ik te spre ken over rundvee, paarden, varkens en schapen. De rundveemesterij op stal was niet winstgevend wegens de hoogere in koopprijzen van mager vee in het najaar van 1921, maar de vetweiderij gaf bevre digende resultaten. Hetzelfde is het geval met de melkerij en de zuivelbereiding; op de inzinking in het voorjaar volgde een hetere eindperiode. Het is niet te ontkennen, dat met liet fokken en het houden van paarden veel is verloren. Daartegenover staat, dat de mesterij van varkens flink rendabel was, hoewel^ het optreden van de varkenspest, de vlek ziekte en andere ziekten de goede uitkom sten van deze mesterij op niet geringe wijze heeft verkleind. Bij de schapen was de fokkerij weinig winstgevend, maar de weiderij goed loo- nend. Wat nu do tuinbouw aangaat, gaf in de eerste plaats de bloembollencultuur be-; vredigende uitkomsten en gaf de teelt van potplanten matige resultaten. De teelt van snijbloemen was financieel bevredigend. Do teelt van ooft mocht naar omstandig heden goed worden genoemd en, wat de Boskoopsche cultuur aangaat, ten gevol ge van een sterke inkrimping en de wij ziging van het bedrijf was zij beter dan voor eenige jaren. De zoogenaamde rand- bedrijven zijn wel voor een belangrijk deel verdwenen en ten gevolge daarvan gingen de koop- en de pachtwaarde van den grond achteruit. Het stemt tot ver heugenis, dat de Aalsmeersche teelt van vormboomenj die vóór eenigen tijd tot on dergang gedoemd scheen, den laatsten tijd weer eenigen opbloei vertoont. Ter wijl de zaadteelt in het algemeen sterk is ingekrompen, vertoont zij den laatsten tijd weer een neiging tot uitbreiding. Het isc te betreuren, dat het grootste gedeelte van het afzetgebied verloren ging. Wat de fruitteelt betreft, is het niet te ontkennen, dat de teelt van zacht en klein fruit de laatste jaren zeer winstgevend was. Het harde fruit gaf twee jaren ach tereen overvloedigen oogst en, zooals vroeger ook het geval was, werd mede hierdoor de prijs gedrukt, zoodat deze teelt de laatste twee jaren financieel niet gunstig kon worden genoemd. En eindelijk de groententeelt. De teelt in warme kassen en warme bakken was ook in 1922 nog winstgevend, terwijl daarentegen de koude glascultuur in het-r zelfde jaar voor het eerst slecht was. Om te besluiten, was de volle-grondcuU tuur, do productie van den groven tuin-* bouw in 1922 zoo, dat zij voor de telers groote verliezen heeft opgeleverd. In dit geval kan nu werkelijk van een malaise worden gesproken. Zij heeft helaas, of-; schoon zij nog niet van langen duur is, reeds verschillende slachtoffers gemaakt, daar dit bedrijf veelal wordt uitgeoefend door weinig kapitaalkrachtige personen. Als ik het medegedeelde samenvat, kom ik bij het stellen van de vraag, of er in den land- en tuinbouw een crisis heerscht tot do conclusie: in den landbouw zijn de prijzen der voornamste akkerbouwpro ducten sinds het midden van 1921 aan merkelijk achteruitgeloopen en, al daalden de arbeidsloonen in 1922 wederom met ongeveer 15 pet. en waren de kunstmest stoffen voor geschikte prijzen te krijgen, de productiekosten zijn niet in die zelfde mate gedaald. Ofschoon nu deze feiten er zi;]n, kan niet worden gezegd, dat in het algemeen een toestand is ingetreden, welke met den naam van crisis moet worden aangeduid. In de zuivere akkerbouwbedrijven, waar de teelt van aardappelen een hoofdrol speelt, gaven do lage prijzen van het laatste product in 1922 vrij aanzienlijk nadeel. De daling van den graanprijs in 1921 werd gecompenseerd door een over vloedigen oogst en in 1922 door abnor maal hooge strooprijzen en de prijzen van de handelsgewassen maakten de teelt winstgevend. In de gemengde bedrijven, akkerbouw en veeteelt, en in de veehouderijbedrij ven kan nog minder van een crisis wor-; den gesproken. En wat den tuinbouw be treft, voor de meeste takken was tot op beden de toestand minder gunstig dan in vorige jaren, maar toch niet zoo, dat deze in vergelijking met veel andere takken van bestaan buitengewone reden tot kla gen hebben. De groententeelt lijdt, behoudens enke le speciale teelten, sterk onder de gewij zigde omstandigheden. Ik merkte reeds op, in verband met het verlies van het voornaamste afzetgebied is hier een over productie van grooten omvang aanwezig, die waarschijnlijk alleen door inkrimping van dat deel en door bevordering van grooter afzet tot kleiner afmeting zal zijn terug te brengen. Zzsaaaa—omea—kbhhmbb—naai BJii liet Ssssial® Leweta Uit de sigarenindustrie. De Ned. R. K. vereeniging van Sigaren fabrikanten heeft aan den Minister van Buitenlandsche Zaken een adres gezonden waarin gewezen wordt op de verdubbeling van het sigareninvoerrecht door Dene marken en den Minister wordt verzocht, aan dezen maatregel de aandacht te schenken, wijl nu den invoer in dit land van sigaren uit Nederland wordt belet. Dezo vereeniging, waarbij ook aangeslo ten zijn de It. K. fabrikanten uit alle dee- len des lands, hield tevens een algemeen© vergadering, ter bespreking van de collec tieve arbeidsovereenkomst, zooals dezo door d© afgevaardigden der patroonsver bonden: na langdurige onderhandelingen met da vijf samenwerkende organisaties, voorloopig was aanvaard. Do overeenkomst, die zal gelden tot 1 Februari 1924, werd goedgekeurd. Uit de typografie. In de algemeen© vergadering van den Alg. Ned. Typografenbond werd aangeno men het voorstel dat een door het hoofd bestuur en Bondsraad aangenomen nieuwe of gewijzigde arbeidsovereenkomst slechts zal verworpen kunnen worden beschouwd, wanneer zich 2/3 der uitgebrachte stem men er tegen verklaren. Besluit de bonds vergadering dat een dergelijke beslissing aan een referendum moet worden onder worpen, dan zal daarvoor eveneens 2/3 der stemmen' noodig zijn om de verwerping van kracht te verklaren. In den vervolge kan dus geen arbeids overeenkomst worden verworpen, of er moeten zich 2/3 der op de bondsvergade ring uitgebrachte stemmen tegen verklaard hebben. Uit het bakkersbedrijf. De Hoofdbesturen der gezellenorganisa- ties in het bakkersbedrijf welke de Lan delijke Arbeidsregeling voor het bakkers bedrijf hebben, aanvaard, zïjn door het hoofdbestuur van den Algemeenen Bond, welke het contract niet teekende uitgenoo- digd tot een debat in door laatstgenoem de organisatie belegde openbare vergade ringen te Botterdam en Den Haag. De uitgenoodigde besturen! hebben echter daarvoor bedankt, maar deden daartegen over het voorstel, eiene voor gezamenlijke rekening te houden vergadering te beleg gen op oui. de volgende voorwaarden: le. Het te bespreken onderwerp zal zijn „De Arbeidsregeling in het Bakkersbe drijf en wat daarmede verband houdt." 2é. Het gesprokene ter vergadering zal stenografisch worden opgenomen en het verslag in belanghebbende kringen worden verspreid. 3e. De beschikbare plaatsen, behalve voor de besturen der verschillende pa troons en gezellenorganisaties, worden in genomen door do leden der gezellenbonden! in gelijke verhouding. GEMENGD NIEUWS Bootje gezonken. Zaterdagmiddag, omstreeks half vio?4 vertrokken, meldt „de Leeuw. Crt.", vier vrienden, te Leeuwarden woonachtig, met een bootje, voorzien van een aanhang- motor, in de richting van Warterfa, om tot Maandagmorgen bij Eernewoude te gaan varen en visschcn. In het bootje had men de noodige kam- peerartikelen, dekens, epz. en ook 'viscli- netten meegenomen, zoodat het zwaarbe laden was en slechts weinig boven water uitstak. Het van voren opspattende buiswater werd voortdurend door de dekens en kus sens, die daar lagen opgestapeld, opge zogen, waardoor het bootje steeds zwaar der 'belast geraakte, zoodat het in het Langdeel bij de Langemeer in de diepte schoot. De inzittenden kwamen in het water terecht en de heer Grimm, een van de in zittenden, waarschijnlijk onder de drij vende netten. Hij was de eenige, die kon zwemmen, doch dit heeft hem niet gebaat De andere drie personen konden zich spartelende boven water houden, totdat de heer A. Koopal met zijn motorboot „Leentje" te hulp schoot en hen redde. Inmiddels snelden eenige schippers met een bootje te hulp en trachtten met do nog drijvende vischnetten naar Grimm te dreggen, hetgeen na eenigen tijd gelukte. Dr. Maathuis, van Warga, die met zijn motorboot voorbij voer, heeft gedurende uur getracht, de levensgeesten weder cp te wekken, helaas tevergeefs. De 29-jarige heer Grimm laat een weduwe met een twee-jarig kindje na. Moordaanslag op een veldwachter. Te IJselmonde is door P. van "W. Zon dagavond een poging tot moord gedaan op den gemeenteveldwachter K. Er werden vier schoten gelost die alle misten. Later werd v. W. gearresteerd. Maandagmorgen is hij gevankelijk naar Dordrecht gevoerd. „Tel." Een inbraak zonder resultaat. Ongeveer een kwartier buiten Steenwijk aan den rijksweg naar Meppel wonen een zaam zonder eenige andere huisgenooten op een boerderij de beide halfbroeders II. Fransen en H. Poortman. Laatstgenoemde bevond zich Maandag op de markt te Steenwijk. Zijn alleen thuis zijnde broer ontving toen van een tot nu toe onbekend persoon een briefje van den volgenden inhoud: „Uw broer ernstig ongeluk gehad, kom dadelijk in de stad", 't Briefje had de oa- derteekening van dr. I. de Vries. Deze on- derteekening bleek later valsch te zijn. Fransen spoedde zich naar Steenwijk en dr. De Vries. Aldaar kwam de onwaar heid dadelijk aan het licht. Dr. de Vries begreep dat er onraad in het spel was on waarschuwde een paar politiemannen. De zen begaven zich onmiddellijk op weg naar genoemde woning. Aldaar aangekomen bleek dat er door verbreking van een deur was ingebroken. In de woonkamer was een kabinet opengebroken en alles door elkaar gehaald, terwijl de inhoud van de drie la den over den vloer lag verspreid. Niets wordt vermist. Waarschijnlijk hebben de dieven onraad gemerkt en zich den tijd niet gegund, de andere kasten té doorzoeken. Zoodoende bleef hun buit nihil en werd hun zoo listig in elkaar gezet plan verijdeld. „Hbld." Nederlandsch advocaat opgelicht. Een zwendelaar, te Berlijn woonachtig en zich noemende Kaufmann Max Knöchel heeft naar de Tel. ontleent aan de Vossische Zeitung onlangs kans gezien een Nederlandsch advocaat in Den Haag f 2500 afhandig te maken. Het was niet de eerste keer, dat Max Knöchel zijn oplichterspractijken uitoefen de; hij kwam reeds meer met de politie in aanraking. En wel voor het volgende feit. Hij wist zich twee^ jaar lang als directeur van een mijnbouwmaatschappij te handha ven. In deze functie pleegde hij een aantal verduisteringen, waardoor hij in de gevan genis kwam. Na zijn straftijd te hebben uitgezeten, vestigde Kaufmann Max Knö chel zich als Rechtsanwalt Dr. Kunze in de Linkstrasse te Berlijn. Het spreekt van zelf, dat hij dezen titel en naam niet liet ontbreken op zijn postpapier. Trouwens, hij hield er als Rechtsanwalt een heel kan toor op na. In één woord; naar den schijn te oordeelen, was hij een volkomen bona fide advocaat. y Op zekeren dag schreef hij aan een ad vocaat in Den Haag, dat hij in Nederland een concern wilde oprichten van een twaalf tal fabrieken, waarvan hij de rechtskundi ge adviseur was. Hij verzocht den advo caat de voorbereidende werkzaamheden te verrichten en zegde hem een honorarium van niet minder dan 7000 gulden toe. Kor ten tijd daarna ontving de Haagsche ad vocaat een schrijven van een zekeren Rechtsanwalt Dr. Knöchel evenals Dr. Kunze de vroegere Kaufmann Max Knö chel waarin deze 'hem mededeelde, dat hij eveneens bij het op te richten concern was geïnteresseerd en' ook voor andere aangelegenheden naar Nederland moest ko men. Hij zou dan aldus deelde Rechts anwalt Dr. Knöchel in genoemd schrijven mede tevens den advocaat bezoeken om eenige nadere bijzonderheden over het be treffende concern met hem to bespreken. Terloops verzocht hij den Haagschen rechts geleerde in een goed pension een kamer voor hem te reserveeren. Dit geschiedde en eenige dagen later arriveerde de Berlijn- sche Rechtsanwalt Dr. Knöchel in Den Haag en nam zijn intrek in het pension, waar de huur der kamer door den advo caat in Den Haag reeds vooruit betaald was. Nadat hij den advocaat eenige keeren had bezocht en verschillende aangelegen heden betreffende het op te richten con cern met hem had besproken, vroeg Knö chel den Haagschen advocaat 2500 gulden ter leen, welk bedrag hij voor rekening van het concern moest uitgeven, naar hij zeide. De rechtsgeleerde gaf het geld en zag dr. Knöchel nooit meer terug. Toen hij te Ber lijn inlichtingen inwon, kwam de oplich terij aan het licht. Men vermoedt, dat Knöchel naar Berlijn teruggekeerd Tot dusver is men er echter niet in ge slaagd hem op het spoor te komen. De vroegere secretaris van Didam. Het is nu reeds eenige maanden geleden, dat de gemeente-secretaris van Didam, H. van Uum, spoorloos verdween. De meest vreemde geruchten deden den laatsten tijd de ronde en beweerd werd, dat de ver miste in Amerika zou zijn herkend door een landgenoot. Noch het een, noch het ander schijnt het geval. Men neemt nu aan dat de secretaris overleden is. Droevig verschijnsel. Het is een droevig verschijnsel van onzen tijd, dat het aantal zelfmoorden niet al leen onder volwassenen toeneemt, maar dat ook de berichten over zelfmoorden, door tinderen bedreven, steeds talrijker worden. Te Weenen hebben zich op één dag weer twee gevallen van zelfmoord-poging door kinderen voorgedaan; nadat pas kort gele den een 12-jarig meisje daar uit de derde verdieping van een schoolgebouw gespron gen is. In het park te Weenen werd een 13-jari- ge schooljongen aangetroffen, met twee snijwonden van 3} c.M. lang aan den lin ker onderarm, die hij zichzelf met een scheermes had toegebracht, met de bedoe ling aldus een einde aan zijn leven te ma ken. Als reden voor zijn daad gaf hij aan, dat hij door zijn onderwijzer beknord was en, dit niet kon verdragen. Op den avond van den zelfden dag sprong e<en 13-jarig meisje in het Donauka- naal. Zij kon echter door een voorbijgan ger gered worden. Het meisje verklaarde, zich van het leven te hebben willen beroo- ven, omdat zij haar blouse had gescheurd en daarom vreesde, door haar moeder ge straft te zullen worden. Dichtende Kamerleden. Bij de behandeling van de Huurwetten de vorige week in do Eerste Kamer nam de hoer van der Hoeven de vrijheid zijne stemming in het volgende puntdicht weer te geven: Het amendement-Oud V/as een fout. En het wordt wel heel erg Door het advies van Mr. v. Berch. Slagvaardig interrumpeerde M x. M e n- d e 1 s: Mr. van der Hoeven, U kunt op uw dichtkunst niet snoeven. En daarop weer het antwoord van M r. van der Hoeven: Ik wil beproeven Nooit te snoeven. Duitsche rekenles. Theodor Thomas geeft onder het op schrift: Eine Rechenslunde een schetsy- je in de Vorwarts, waarin hij volgens het „Yad." laat zien, hoe onmogelijk de prij zen in Duitschland zijn. De leeraar Jacob Spitter kijkt vol ver twijfeling rond in zijn schoolklas. Hij is zenuwachtig en wanhopig. Hij zegt: Laat de prijzen huiten beschouwing, jon gens! Of ik nu zeg: Een ei kost acht pfennig cf acht mark, heeft niets met de Tekentheorie te maken. Ik geef maar voorbeelden. Nu niet aföivalen. Nu, Hans Menller, de tafel van acht! Acht, zestien, vier en twintig, twee en dertig, veertig, zes en dertig. Halt, onzin, Hans Müller! Hoeveel is zesmaal acht? Geen antwoord. Als je zes eieren koopt van acht pf mark, bedoel ik per stuk Alle jongens praten tegelijk. Niemand geeft antwoord. De leeraar strijkt nerveus met de vingers door de haren. Dus jullie kunt je niet indenken, dat een ei acht mark zou kosten. Goed dan. Laten we dan zeggen, dat een luci fer acht pfennig kost. Meneer! Een doosje lucifers kost 80 mark. Er zitten 50 lucifers in, die kosten dus bijna 2 mark per stuk. Alle kinderen lachen. -■Ja, wat zal is dan als voorbeeld ne men? Meneer! De dollar staat op 36.000 Dan kan ik toch de tafels niet leeren! Nu! Stil zijn! Niet allemaal tegelijk praten. Wat kan jullie do dollar schelen? Zoo, staat-ie op 36.000? Hoe weet je dat, Mortiz? Van m'n zuster, meneer. M'n zuster hééft dollars! Zoo, mooi. De leeraar wordt moe. W enomen dus aan, dat eieren 800 mark per stuk kosten. Dan moet jullie de twee nullen wegdenken. Hoeveel kosten dan zes eieren, Hans Müller? Mijn moeder koopt geen eieren. Wij koopen altijd eierpoeder. Dat heeft er niks mee te inaken, Hans! Neem aan, dat wo rijk zijn en zes eieren kunnen koopen a 800 mark en dat we dan de nullen wegdenken wat kosten ze clan? Hans zwijgt. Jij, Kohier. Dan moet ik eerst weten, voor hoeveel of ik ze weer zou kunnen verkoopen en of ik per dozijn rabat krijgt, want als ik dan toch rijk hen, koop ik er liever twaalf met rabat. Daar hebben we hier niks mee te maken, Peter Kohier! de prijs is en blijft acht! Wat kosten nu zes eieren? 7200 Mark! roept Kohier. Ezel! Zesmaal acht, is dat twse en zeventig? Nee, maar hij inkoop 800 mark is de verkoopprijs twaalf volgens de ver eeniging van kleinhandelaren. Je bent een aap, Peter Kohier! Op dit oogenblik komt de kleine Alfred Richter binnen. Hij krijgt een standje, dat hij zoo laat is. Alfred gaat zitten en fluistert zijn buurman wat in. Meneer! Meneer! roept Hans Mül ler, Alfred zegt, dat de dollar net op 41.000 is gekomen. Nu is er van den eier-; prijs niets te zeggen! Hou nu toch je mond! Ik heb met al die bijomstandigheden niets te maken. Ik neem nu maar eens aan, dat een ei 800 mark kost. Basta! Dan moet u toch eerst inlichtingen) hebben van het bureau voor prijscontrole! Maar vóór dat u antwoord hebt, kost een) ei al weer veertienhonderd roept Klein-1 böhl. i! Mond houden! Ik heb het niet over. het bureau voor prijscontrole; wij stel-» len hier even de prijzen vast! Als u dat doet, wordt u gearesteerd wegens woeker! Nu wordt de leeraar woedend. Goed, kwelgeesten, goed, beulsknech ten! Wat kan men dan wel koopen vooi 800 mark? Een potlood! roept Alfred Richter. Een kaars, roept Armin Viertel. Goed. Een kaars dan. Ik koop di zes kaarsen a 8 mark. De nullen wegdc.1 ken. Wat moet ik dan betalen? Maar u kunt maar één kaars tege-» lijk krijgen, meneer! Waarom? Kaarsen zijn in de distributie erf dan moet je ook nog zeeppoeder meebrengen. Zes kaarsen is hamsteren! roept1 Kleinhöhl. Algemeene opschudding. Richter spreekt het egen, je kunt wel zes kaarsen tegelijk koopen. Hij weet wel twee adressen tegelijk. Hoogloopendo ruzie. Daar gaat het belletje. Het rekenuur is cm. RECHTZAKEN KA NT O M GE P. C »*J T^TE j-E IDEM. Als waarnemend Kantonrechter fungeert Mr. B. Vos. Voor de openbare zitting komen op de rel voor 65 zaken Ph. V. te Leiderdorp, is beklaagd van het laten losloopen van een hond, welke 's avonds laat iemand een gat uit de bovenbroek heeft gebeten. Do Ambtenaar, overwegende, dat meerde ren last hebben van het dier, eischt drie boeten van f 20, of 3 x 5 dagen. A. v. VI.,-veehouder te Ter Aar, is be klaagd een rund vervoerd te hebben, dat lijdend was aan mond- en klauwzeer. Beklaagde heeft cr niets van gemerkt; het dier had nog goed gegeten. Na de deskundige gehoord te hebben, werd tegen beklaagde geëischt f 10 of 5 dagen. Beklaagde kon er niets tegen in brengen; hij kon er ook niets aan doen. A. P., veehouder te Noordwijker- h o u t, wordt beklaagd van het toevoegen van water aan melk, wat tot een percen tage van 7 volgens den Directeur v. d. keu ringsdienst, Dr. v. Eek, was geconstateerd. geklaagde ontkent, waarom de zaak werd aangehouden om gptuicp te hooren. J. W. D. I., Caféhouder te L e id. e n, is beklaagd, dat hij, zonder dat hij daartoe gerechtigd was, sterken drank heeft ge tapt. Do vergunning, voorheen van V. E. te Lpiden, was ingetrokken door B. en W., en, daar beklaagde toch doorging, eischte de Ambtenaar f 30 boete of 10 dagen. Kapitein van Hasselt komt weder als se cretaris van de Militie-Commissie om te getuigen tegen eenige jongens, die to Rijnsburg niet voor den Keur-ingsraad wa ren verschenen. Twee jongens waren verschenen, tegen wie f 2 of 2 dagen werd geëischt. J. L., loodgieter te Leiden, heeft op een dak mostiek gesmolten of gekookt wat de verordening verbiedt. Beklaagde noemt dit een zaak van huis- lioudelijken aard, wat r.e kantonrechter niet ernstig kon nemen. Hem wordt echter ten laste gelegd asphalt koken, terwijl hij mostiek heeft gekookt, wat heel wat an ders is. De Ambtenaar vroeg beklaagde te ver- oordeelen zonder hem straf op te leggen. S. Dr., los arbeider te Leiden heeft met dobbers en zonder vergunning van den pachter van het water, gevischt. Beklaagde heeft vergunning van B. en "W. en was in den waan dat het water van Leiden was, zoodat hij er onwetend inge- Toopen is. Getuige Spaargaren verklaart, dat het water door hem gepacht is, waarom f 5 of 5 d. wordt geëischt. JII., tapper te Leiden heeft na slui tingsuur neg 2 bezoekers in zijn zaak ge had. Hij kon ze er niet uitkrijgen, en ze wilden eerst niet betalen ook. De Ambtenaar meende dat hij er tocli maar voor had moeten zorgen en eischte f 3 boete. J. Th. B., slager te Leiden is beklaagd dat hij een gehaktmachine niet voldoende beschermd heeft, zooals de arbeidsinspec tie hem voorschrijft. Beklaagde zegt, dat hij de voorgeschre ven verbeteringen heeft doen aanbrengen, doch, dat dié er afgehaald waren, om de machine schoon te maken, toen de verba lisant kwam. Dit bevestigde ook G. Filip- po, die in de zaak werkzaam is. De zaak wordt aangehouden om den verbalisant te hooren. \V. W., schipper te Leiden, werkloos, heeft met dobbers gevischt zonder vergun ning en zonder acte. 't Was om iets te verdienen te doen ge weest. Eisch f 5, doch de kantonrechter zal nog eens zien-. J. W. M., letterzetter, te Leiden, is boven zijn theewater geweest. Hij heeft dat opgeloopen op een par tijtje, waar bier gedronken was. Eisch f2. i L. vrouw van D., te Leiden, hoeft' boven haar winkel geen kenteeken gehad, dat zij margarine verkocht, terwijl dit moest omdat zij zulks deed. Eisch f3. J. W. Br., Koopman te Leiden, heeft zonder vergunning met zijn wagen een standplaats ingenomen. Eisch 1.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 6