VERKEERT ONZE LANDBOUW IN
EEN TOESTAND VAN CRISIS?
Op deze in de Tweede Kamer gestelde
vraag werd door den Minister van
Binnenlandsclie Zaken en
Landbouw liet volgende geantwoord:
Er is in bet gevoerde debat de
vraag gesteld, öf de landbouw verkeerde
in een toestand van crisis, ja dan neen.
Dit is eenigszins een quaestie van ap
preciatie, en nu is het misschien niet on
geschikt, dat ik aan do hand van de
laatste gegevens over 1922 even een me-
dedeeling doe, hoe in de verschillende on-
derdeelen van het landbouwbedrijf naar
die verslagen de toestand is.
Men zal dan zien, dat er hier zijn licht
zijden, elders donkere punten, zoodat, ik
herhaal het, al of niet toegepast op het
woord: crisis, dit is een quaestie van
appreciatie.
Vooreerst de akkerbouw. "Wat betreft
het graan, bleven de oogstresultaten van
bet telen van graan achter bij die van
het niemand van de geachte deskundi
ge afgevaardigden zal het willen tegen
spreken abnormaal rijke oogstjaar
1921. Dio resultaten kunnen ook voor
1922 over het algemeen bevredigend ge
noemd worden Laat ik dit met eenige ge
tallen adstrueeren.
Van wintertarwe werd gemiddeld per
hectare geoogst 35,6 ÏI.L.; van zomertarwe
38,1 H.L.; van rogge 29.9 H. L.; van win-
tergerst 49 H.L. en van zomergerst 45,8
H.L.; van haver 39,9 H.L. Behalve voor
haver was de opbrengst hooger dan het
gemiddelde van 1911 tot 1920.
Hoe was het met het stroo? Dat^bleef
meestal kort, zoodat de opbrengst niet
hoven het middelmatige kwam. Nu waren
de prijzen van het graan iets hooger dan
in 1921, behalve voor rogge, terwijl de
stróoprijzen abnormaal hoog waren, tot
f 50 en hooger per 10CO K.G., zoodat deze
la'atsle omstandigheid den financieelen
resultaten van den graanoogst zeer ten
goede gekomen is, en de conclusie 'is niet
te gewaagd, dat deze omstandigheid oor
zaak is geweest, dat ten slotte de finan-
cieele Tesultaten niet onbevredigend wa
ren.
Wat de peulvruchten aangaat, waren de
oogstresultaten van de veldboonen en de
erwten hoven het gemiddelde van de door
mij reeds genoemde periode 19111920.
Do prijzen waren voor de veldboonen iets
hooger dan in 1921. Die der erwten wa
ren zoodanig, dat do teelt daarvan een
der meest loonende was. Dus ook voor de
peulvruchten kan men zeggen dat de fi-
nancieele resultaten bevredigend waren.
Hoe staat het met de handelsgewassen?
Het koolzaad, het mosterdzaad, het
kanariezaad, het blauwmaanzaad en de
karwij gaven bevredigende oogstresulta
ten, terwijl de prijzen hoog waren. Hier
uit is af te leiden, dat de financieele uit
komsten goed waren.
Wat het vlasoogst betreft, is er een te
genstelling tusschen het noorden en het
zuiden. In het zuiden is de oogst mis
lukt in het noorden was het matig, maar
de prijs was veel beter dan in 1921.
Wat de aardappelen aangaat, kan
men gerust zeggen, dat de oogst overvloe
dig was, maar de prijzen waren slecht.
De financieele uitkomsten waren dan ook
niet best. Maar nn treft het, dat, zooals
vooral in de zandstreken gebruikelijk is,'
do aardappelen voor de mesterij van var
kens werden gebruikt en zij zoodoende,
evenals de rogge, door de voordeelen,
welke die mesterij opleverde, nog eenigs
zins bevredigende prijzen opbrachten.
De suikerbieten gaven bevredigende
oogstresultaten; waar het gewas coöpera
tief verwerkt is, kan van de financieele
uitkomsten nog niets met zekerheid wor
den gezegd. Aan de suikermaatschappij
geleverd, werd betaald 14 5, 16 gulden, en
het is misschien niet onvoorzichtig te
veronderstellen, dat, daar de suikerprij-
.zen zijn opgeloopen, de coöperatief ver
werkte een hoogeren prijs zullen opleve
ren.
Wat de veeteelt betreft, dien ik te spre
ken over rundvee, paarden, varkens en
schapen. De rundveemesterij op stal was
niet winstgevend wegens de hoogere in
koopprijzen van mager vee in het najaar
van 1921, maar de vetweiderij gaf bevre
digende resultaten. Hetzelfde is het geval
met de melkerij en de zuivelbereiding;
op de inzinking in het voorjaar volgde
een hetere eindperiode.
Het is niet te ontkennen, dat met liet
fokken en het houden van paarden veel
is verloren.
Daartegenover staat, dat de mesterij
van varkens flink rendabel was, hoewel^
het optreden van de varkenspest, de vlek
ziekte en andere ziekten de goede uitkom
sten van deze mesterij op niet geringe
wijze heeft verkleind.
Bij de schapen was de fokkerij weinig
winstgevend, maar de weiderij goed loo-
nend.
Wat nu do tuinbouw aangaat, gaf in
de eerste plaats de bloembollencultuur be-;
vredigende uitkomsten en gaf de teelt van
potplanten matige resultaten. De teelt van
snijbloemen was financieel bevredigend.
Do teelt van ooft mocht naar omstandig
heden goed worden genoemd en, wat de
Boskoopsche cultuur aangaat, ten gevol
ge van een sterke inkrimping en de wij
ziging van het bedrijf was zij beter dan
voor eenige jaren. De zoogenaamde rand-
bedrijven zijn wel voor een belangrijk
deel verdwenen en ten gevolge daarvan
gingen de koop- en de pachtwaarde van
den grond achteruit. Het stemt tot ver
heugenis, dat de Aalsmeersche teelt van
vormboomenj die vóór eenigen tijd tot on
dergang gedoemd scheen, den laatsten
tijd weer eenigen opbloei vertoont. Ter
wijl de zaadteelt in het algemeen sterk
is ingekrompen, vertoont zij den laatsten
tijd weer een neiging tot uitbreiding. Het
isc te betreuren, dat het grootste gedeelte
van het afzetgebied verloren ging.
Wat de fruitteelt betreft, is het niet te
ontkennen, dat de teelt van zacht en klein
fruit de laatste jaren zeer winstgevend
was. Het harde fruit gaf twee jaren ach
tereen overvloedigen oogst en, zooals
vroeger ook het geval was, werd mede
hierdoor de prijs gedrukt, zoodat deze
teelt de laatste twee jaren financieel niet
gunstig kon worden genoemd.
En eindelijk de groententeelt. De teelt
in warme kassen en warme bakken was
ook in 1922 nog winstgevend, terwijl
daarentegen de koude glascultuur in het-r
zelfde jaar voor het eerst slecht was.
Om te besluiten, was de volle-grondcuU
tuur, do productie van den groven tuin-*
bouw in 1922 zoo, dat zij voor de telers
groote verliezen heeft opgeleverd. In dit
geval kan nu werkelijk van een malaise
worden gesproken. Zij heeft helaas, of-;
schoon zij nog niet van langen duur is,
reeds verschillende slachtoffers gemaakt,
daar dit bedrijf veelal wordt uitgeoefend
door weinig kapitaalkrachtige personen.
Als ik het medegedeelde samenvat, kom
ik bij het stellen van de vraag, of er in
den land- en tuinbouw een crisis heerscht
tot do conclusie: in den landbouw zijn de
prijzen der voornamste akkerbouwpro
ducten sinds het midden van 1921 aan
merkelijk achteruitgeloopen en, al daalden
de arbeidsloonen in 1922 wederom met
ongeveer 15 pet. en waren de kunstmest
stoffen voor geschikte prijzen te krijgen,
de productiekosten zijn niet in die zelfde
mate gedaald.
Ofschoon nu deze feiten er zi;]n, kan
niet worden gezegd, dat in het algemeen
een toestand is ingetreden, welke met den
naam van crisis moet worden aangeduid.
In de zuivere akkerbouwbedrijven, waar
de teelt van aardappelen een hoofdrol
speelt, gaven do lage prijzen van het
laatste product in 1922 vrij aanzienlijk
nadeel. De daling van den graanprijs in
1921 werd gecompenseerd door een over
vloedigen oogst en in 1922 door abnor
maal hooge strooprijzen en de prijzen
van de handelsgewassen maakten de teelt
winstgevend.
In de gemengde bedrijven, akkerbouw
en veeteelt, en in de veehouderijbedrij
ven kan nog minder van een crisis wor-;
den gesproken. En wat den tuinbouw be
treft, voor de meeste takken was tot op
beden de toestand minder gunstig dan in
vorige jaren, maar toch niet zoo, dat deze
in vergelijking met veel andere takken
van bestaan buitengewone reden tot kla
gen hebben.
De groententeelt lijdt, behoudens enke
le speciale teelten, sterk onder de gewij
zigde omstandigheden. Ik merkte reeds
op, in verband met het verlies van het
voornaamste afzetgebied is hier een over
productie van grooten omvang aanwezig,
die waarschijnlijk alleen door inkrimping
van dat deel en door bevordering van
grooter afzet tot kleiner afmeting zal zijn
terug te brengen.
Zzsaaaa—omea—kbhhmbb—naai
BJii liet Ssssial® Leweta
Uit de sigarenindustrie.
De Ned. R. K. vereeniging van Sigaren
fabrikanten heeft aan den Minister van
Buitenlandsche Zaken een adres gezonden
waarin gewezen wordt op de verdubbeling
van het sigareninvoerrecht door Dene
marken en den Minister wordt verzocht,
aan dezen maatregel de aandacht te
schenken, wijl nu den invoer in dit land
van sigaren uit Nederland wordt belet.
Dezo vereeniging, waarbij ook aangeslo
ten zijn de It. K. fabrikanten uit alle dee-
len des lands, hield tevens een algemeen©
vergadering, ter bespreking van de collec
tieve arbeidsovereenkomst, zooals dezo
door d© afgevaardigden der patroonsver
bonden: na langdurige onderhandelingen
met da vijf samenwerkende organisaties,
voorloopig was aanvaard.
Do overeenkomst, die zal gelden tot 1
Februari 1924, werd goedgekeurd.
Uit de typografie.
In de algemeen© vergadering van den
Alg. Ned. Typografenbond werd aangeno
men het voorstel dat een door het hoofd
bestuur en Bondsraad aangenomen nieuwe
of gewijzigde arbeidsovereenkomst slechts
zal verworpen kunnen worden beschouwd,
wanneer zich 2/3 der uitgebrachte stem
men er tegen verklaren. Besluit de bonds
vergadering dat een dergelijke beslissing
aan een referendum moet worden onder
worpen, dan zal daarvoor eveneens 2/3 der
stemmen' noodig zijn om de verwerping
van kracht te verklaren.
In den vervolge kan dus geen arbeids
overeenkomst worden verworpen, of er
moeten zich 2/3 der op de bondsvergade
ring uitgebrachte stemmen tegen verklaard
hebben.
Uit het bakkersbedrijf.
De Hoofdbesturen der gezellenorganisa-
ties in het bakkersbedrijf welke de Lan
delijke Arbeidsregeling voor het bakkers
bedrijf hebben, aanvaard, zïjn door het
hoofdbestuur van den Algemeenen Bond,
welke het contract niet teekende uitgenoo-
digd tot een debat in door laatstgenoem
de organisatie belegde openbare vergade
ringen te Botterdam en Den Haag. De
uitgenoodigde besturen! hebben echter
daarvoor bedankt, maar deden daartegen
over het voorstel, eiene voor gezamenlijke
rekening te houden vergadering te beleg
gen op oui. de volgende voorwaarden:
le. Het te bespreken onderwerp zal zijn
„De Arbeidsregeling in het Bakkersbe
drijf en wat daarmede verband houdt."
2é. Het gesprokene ter vergadering zal
stenografisch worden opgenomen en het
verslag in belanghebbende kringen worden
verspreid.
3e. De beschikbare plaatsen, behalve
voor de besturen der verschillende pa
troons en gezellenorganisaties, worden in
genomen door do leden der gezellenbonden!
in gelijke verhouding.
GEMENGD NIEUWS
Bootje gezonken.
Zaterdagmiddag, omstreeks half vio?4
vertrokken, meldt „de Leeuw. Crt.", vier
vrienden, te Leeuwarden woonachtig, met
een bootje, voorzien van een aanhang-
motor, in de richting van Warterfa, om tot
Maandagmorgen bij Eernewoude te gaan
varen en visschcn.
In het bootje had men de noodige kam-
peerartikelen, dekens, epz. en ook 'viscli-
netten meegenomen, zoodat het zwaarbe
laden was en slechts weinig boven water
uitstak.
Het van voren opspattende buiswater
werd voortdurend door de dekens en kus
sens, die daar lagen opgestapeld, opge
zogen, waardoor het bootje steeds zwaar
der 'belast geraakte, zoodat het in het
Langdeel bij de Langemeer in de diepte
schoot.
De inzittenden kwamen in het water
terecht en de heer Grimm, een van de in
zittenden, waarschijnlijk onder de drij
vende netten. Hij was de eenige, die kon
zwemmen, doch dit heeft hem niet gebaat
De andere drie personen konden zich
spartelende boven water houden, totdat
de heer A. Koopal met zijn motorboot
„Leentje" te hulp schoot en hen redde.
Inmiddels snelden eenige schippers met
een bootje te hulp en trachtten met do
nog drijvende vischnetten naar Grimm te
dreggen, hetgeen na eenigen tijd gelukte.
Dr. Maathuis, van Warga, die met zijn
motorboot voorbij voer, heeft gedurende
uur getracht, de levensgeesten weder cp
te wekken, helaas tevergeefs.
De 29-jarige heer Grimm laat een
weduwe met een twee-jarig kindje na.
Moordaanslag op een veldwachter.
Te IJselmonde is door P. van "W. Zon
dagavond een poging tot moord gedaan op
den gemeenteveldwachter K. Er werden
vier schoten gelost die alle misten. Later
werd v. W. gearresteerd. Maandagmorgen
is hij gevankelijk naar Dordrecht gevoerd.
„Tel."
Een inbraak zonder resultaat.
Ongeveer een kwartier buiten Steenwijk
aan den rijksweg naar Meppel wonen een
zaam zonder eenige andere huisgenooten
op een boerderij de beide halfbroeders II.
Fransen en H. Poortman.
Laatstgenoemde bevond zich Maandag
op de markt te Steenwijk. Zijn alleen thuis
zijnde broer ontving toen van een tot nu
toe onbekend persoon een briefje van den
volgenden inhoud:
„Uw broer ernstig ongeluk gehad, kom
dadelijk in de stad", 't Briefje had de oa-
derteekening van dr. I. de Vries. Deze on-
derteekening bleek later valsch te zijn.
Fransen spoedde zich naar Steenwijk
en dr. De Vries. Aldaar kwam de onwaar
heid dadelijk aan het licht. Dr. de Vries
begreep dat er onraad in het spel was on
waarschuwde een paar politiemannen. De
zen begaven zich onmiddellijk op weg naar
genoemde woning. Aldaar aangekomen
bleek dat er door verbreking van een deur
was ingebroken. In de woonkamer was een
kabinet opengebroken en alles door elkaar
gehaald, terwijl de inhoud van de drie la
den over den vloer lag verspreid. Niets
wordt vermist. Waarschijnlijk hebben de
dieven onraad gemerkt en zich den tijd niet
gegund, de andere kasten té doorzoeken.
Zoodoende bleef hun buit nihil en werd hun
zoo listig in elkaar gezet plan verijdeld.
„Hbld."
Nederlandsch advocaat opgelicht.
Een zwendelaar, te Berlijn woonachtig
en zich noemende Kaufmann Max Knöchel
heeft naar de Tel. ontleent aan de
Vossische Zeitung onlangs kans gezien
een Nederlandsch advocaat in Den Haag
f 2500 afhandig te maken.
Het was niet de eerste keer, dat Max
Knöchel zijn oplichterspractijken uitoefen
de; hij kwam reeds meer met de politie in
aanraking. En wel voor het volgende feit.
Hij wist zich twee^ jaar lang als directeur
van een mijnbouwmaatschappij te handha
ven. In deze functie pleegde hij een aantal
verduisteringen, waardoor hij in de gevan
genis kwam. Na zijn straftijd te hebben
uitgezeten, vestigde Kaufmann Max Knö
chel zich als Rechtsanwalt Dr. Kunze in
de Linkstrasse te Berlijn. Het spreekt van
zelf, dat hij dezen titel en naam niet liet
ontbreken op zijn postpapier. Trouwens,
hij hield er als Rechtsanwalt een heel kan
toor op na. In één woord; naar den schijn
te oordeelen, was hij een volkomen bona
fide advocaat.
y Op zekeren dag schreef hij aan een ad
vocaat in Den Haag, dat hij in Nederland
een concern wilde oprichten van een twaalf
tal fabrieken, waarvan hij de rechtskundi
ge adviseur was. Hij verzocht den advo
caat de voorbereidende werkzaamheden
te verrichten en zegde hem een honorarium
van niet minder dan 7000 gulden toe. Kor
ten tijd daarna ontving de Haagsche ad
vocaat een schrijven van een zekeren
Rechtsanwalt Dr. Knöchel evenals Dr.
Kunze de vroegere Kaufmann Max Knö
chel waarin deze 'hem mededeelde, dat
hij eveneens bij het op te richten concern
was geïnteresseerd en' ook voor andere
aangelegenheden naar Nederland moest ko
men. Hij zou dan aldus deelde Rechts
anwalt Dr. Knöchel in genoemd schrijven
mede tevens den advocaat bezoeken om
eenige nadere bijzonderheden over het be
treffende concern met hem to bespreken.
Terloops verzocht hij den Haagschen rechts
geleerde in een goed pension een kamer
voor hem te reserveeren. Dit geschiedde en
eenige dagen later arriveerde de Berlijn-
sche Rechtsanwalt Dr. Knöchel in Den
Haag en nam zijn intrek in het pension,
waar de huur der kamer door den advo
caat in Den Haag reeds vooruit betaald
was.
Nadat hij den advocaat eenige keeren
had bezocht en verschillende aangelegen
heden betreffende het op te richten con
cern met hem had besproken, vroeg Knö
chel den Haagschen advocaat 2500 gulden
ter leen, welk bedrag hij voor rekening van
het concern moest uitgeven, naar hij zeide.
De rechtsgeleerde gaf het geld en zag dr.
Knöchel nooit meer terug. Toen hij te Ber
lijn inlichtingen inwon, kwam de oplich
terij aan het licht.
Men vermoedt, dat Knöchel naar Berlijn
teruggekeerd
Tot dusver is men er echter niet in ge
slaagd hem op het spoor te komen.
De vroegere secretaris van Didam.
Het is nu reeds eenige maanden geleden,
dat de gemeente-secretaris van Didam, H.
van Uum, spoorloos verdween. De meest
vreemde geruchten deden den laatsten tijd
de ronde en beweerd werd, dat de ver
miste in Amerika zou zijn herkend door
een landgenoot. Noch het een, noch het
ander schijnt het geval. Men neemt nu aan
dat de secretaris overleden is.
Droevig verschijnsel.
Het is een droevig verschijnsel van onzen
tijd, dat het aantal zelfmoorden niet al
leen onder volwassenen toeneemt, maar
dat ook de berichten over zelfmoorden,
door tinderen bedreven, steeds talrijker
worden.
Te Weenen hebben zich op één dag weer
twee gevallen van zelfmoord-poging door
kinderen voorgedaan; nadat pas kort gele
den een 12-jarig meisje daar uit de derde
verdieping van een schoolgebouw gespron
gen is.
In het park te Weenen werd een 13-jari-
ge schooljongen aangetroffen, met twee
snijwonden van 3} c.M. lang aan den lin
ker onderarm, die hij zichzelf met een
scheermes had toegebracht, met de bedoe
ling aldus een einde aan zijn leven te ma
ken. Als reden voor zijn daad gaf hij aan,
dat hij door zijn onderwijzer beknord was
en, dit niet kon verdragen.
Op den avond van den zelfden dag
sprong e<en 13-jarig meisje in het Donauka-
naal. Zij kon echter door een voorbijgan
ger gered worden. Het meisje verklaarde,
zich van het leven te hebben willen beroo-
ven, omdat zij haar blouse had gescheurd
en daarom vreesde, door haar moeder ge
straft te zullen worden.
Dichtende Kamerleden.
Bij de behandeling van de Huurwetten
de vorige week in do Eerste Kamer nam
de hoer van der Hoeven de vrijheid
zijne stemming in het volgende puntdicht
weer te geven:
Het amendement-Oud
V/as een fout.
En het wordt wel heel erg
Door het advies van Mr. v. Berch.
Slagvaardig interrumpeerde M x. M e n-
d e 1 s:
Mr. van der Hoeven,
U kunt op uw dichtkunst niet snoeven.
En daarop weer het antwoord van M r.
van der Hoeven:
Ik wil beproeven
Nooit te snoeven.
Duitsche rekenles.
Theodor Thomas geeft onder het op
schrift: Eine Rechenslunde een schetsy-
je in de Vorwarts, waarin hij volgens het
„Yad." laat zien, hoe onmogelijk de prij
zen in Duitschland zijn.
De leeraar Jacob Spitter kijkt vol ver
twijfeling rond in zijn schoolklas. Hij is
zenuwachtig en wanhopig. Hij zegt:
Laat de prijzen huiten beschouwing, jon
gens! Of ik nu zeg: Een ei kost acht
pfennig cf acht mark, heeft niets met de
Tekentheorie te maken. Ik geef maar
voorbeelden. Nu niet aföivalen. Nu, Hans
Menller, de tafel van acht!
Acht, zestien, vier en twintig, twee
en dertig, veertig, zes en dertig.
Halt, onzin, Hans Müller! Hoeveel is
zesmaal acht?
Geen antwoord.
Als je zes eieren koopt van acht
pf mark, bedoel ik per stuk
Alle jongens praten tegelijk.
Niemand geeft antwoord. De leeraar
strijkt nerveus met de vingers door de
haren.
Dus jullie kunt je niet indenken,
dat een ei acht mark zou kosten. Goed
dan. Laten we dan zeggen, dat een luci
fer acht pfennig kost.
Meneer! Een doosje lucifers kost 80
mark. Er zitten 50 lucifers in, die kosten
dus bijna 2 mark per stuk.
Alle kinderen lachen.
-■Ja, wat zal is dan als voorbeeld ne
men?
Meneer! De dollar staat op 36.000
Dan kan ik toch de tafels niet leeren!
Nu! Stil zijn! Niet allemaal tegelijk
praten. Wat kan jullie do dollar schelen?
Zoo, staat-ie op 36.000? Hoe weet je
dat, Mortiz?
Van m'n zuster, meneer. M'n zuster
hééft dollars!
Zoo, mooi. De leeraar wordt moe.
W enomen dus aan, dat eieren 800 mark
per stuk kosten. Dan moet jullie de twee
nullen wegdenken. Hoeveel kosten dan
zes eieren, Hans Müller?
Mijn moeder koopt geen eieren. Wij
koopen altijd eierpoeder.
Dat heeft er niks mee te inaken,
Hans! Neem aan, dat wo rijk zijn en
zes eieren kunnen koopen a 800 mark en
dat we dan de nullen wegdenken wat
kosten ze clan?
Hans zwijgt.
Jij, Kohier.
Dan moet ik eerst weten, voor hoeveel
of ik ze weer zou kunnen verkoopen en
of ik per dozijn rabat krijgt, want als ik
dan toch rijk hen, koop ik er liever
twaalf met rabat.
Daar hebben we hier niks mee te
maken, Peter Kohier! de prijs is en blijft
acht! Wat kosten nu zes eieren?
7200 Mark! roept Kohier.
Ezel! Zesmaal acht, is dat twse en
zeventig?
Nee, maar hij inkoop 800 mark is
de verkoopprijs twaalf volgens de ver
eeniging van kleinhandelaren.
Je bent een aap, Peter Kohier!
Op dit oogenblik komt de kleine Alfred
Richter binnen. Hij krijgt een standje,
dat hij zoo laat is. Alfred gaat zitten en
fluistert zijn buurman wat in.
Meneer! Meneer! roept Hans Mül
ler, Alfred zegt, dat de dollar net op
41.000 is gekomen. Nu is er van den eier-;
prijs niets te zeggen!
Hou nu toch je mond! Ik heb met
al die bijomstandigheden niets te maken.
Ik neem nu maar eens aan, dat een ei
800 mark kost. Basta!
Dan moet u toch eerst inlichtingen)
hebben van het bureau voor prijscontrole!
Maar vóór dat u antwoord hebt, kost een)
ei al weer veertienhonderd roept Klein-1
böhl. i!
Mond houden! Ik heb het niet over.
het bureau voor prijscontrole; wij stel-»
len hier even de prijzen vast!
Als u dat doet, wordt u gearesteerd
wegens woeker!
Nu wordt de leeraar woedend.
Goed, kwelgeesten, goed, beulsknech
ten! Wat kan men dan wel koopen vooi
800 mark?
Een potlood! roept Alfred Richter.
Een kaars, roept Armin Viertel.
Goed. Een kaars dan. Ik koop di
zes kaarsen a 8 mark. De nullen wegdc.1
ken. Wat moet ik dan betalen?
Maar u kunt maar één kaars tege-»
lijk krijgen, meneer!
Waarom?
Kaarsen zijn in de distributie erf dan
moet je ook nog zeeppoeder meebrengen.
Zes kaarsen is hamsteren! roept1
Kleinhöhl.
Algemeene opschudding.
Richter spreekt het egen, je kunt wel
zes kaarsen tegelijk koopen. Hij weet wel
twee adressen tegelijk. Hoogloopendo
ruzie.
Daar gaat het belletje. Het rekenuur is
cm.
RECHTZAKEN
KA NT O M GE P. C »*J T^TE j-E IDEM.
Als waarnemend Kantonrechter fungeert
Mr. B. Vos. Voor de openbare zitting
komen op de rel voor 65 zaken
Ph. V. te Leiderdorp, is beklaagd
van het laten losloopen van een hond,
welke 's avonds laat iemand een gat uit
de bovenbroek heeft gebeten.
Do Ambtenaar, overwegende, dat meerde
ren last hebben van het dier, eischt drie
boeten van f 20, of 3 x 5 dagen.
A. v. VI.,-veehouder te Ter Aar, is be
klaagd een rund vervoerd te hebben, dat
lijdend was aan mond- en klauwzeer.
Beklaagde heeft cr niets van gemerkt;
het dier had nog goed gegeten.
Na de deskundige gehoord te hebben,
werd tegen beklaagde geëischt f 10 of 5
dagen. Beklaagde kon er niets tegen in
brengen; hij kon er ook niets aan doen.
A. P., veehouder te Noordwijker-
h o u t, wordt beklaagd van het toevoegen
van water aan melk, wat tot een percen
tage van 7 volgens den Directeur v. d. keu
ringsdienst, Dr. v. Eek, was geconstateerd.
geklaagde ontkent, waarom de zaak
werd aangehouden om gptuicp
te hooren.
J. W. D. I., Caféhouder te L e id. e n,
is beklaagd, dat hij, zonder dat hij daartoe
gerechtigd was, sterken drank heeft ge
tapt.
Do vergunning, voorheen van V. E. te
Lpiden, was ingetrokken door B. en W.,
en, daar beklaagde toch doorging, eischte
de Ambtenaar f 30 boete of 10 dagen.
Kapitein van Hasselt komt weder als se
cretaris van de Militie-Commissie om te
getuigen tegen eenige jongens, die to
Rijnsburg niet voor den Keur-ingsraad wa
ren verschenen.
Twee jongens waren verschenen, tegen
wie f 2 of 2 dagen werd geëischt.
J. L., loodgieter te Leiden, heeft op
een dak mostiek gesmolten of gekookt wat
de verordening verbiedt.
Beklaagde noemt dit een zaak van huis-
lioudelijken aard, wat r.e kantonrechter
niet ernstig kon nemen. Hem wordt echter
ten laste gelegd asphalt koken, terwijl hij
mostiek heeft gekookt, wat heel wat an
ders is.
De Ambtenaar vroeg beklaagde te ver-
oordeelen zonder hem straf op te leggen.
S. Dr., los arbeider te Leiden heeft
met dobbers en zonder vergunning van
den pachter van het water, gevischt.
Beklaagde heeft vergunning van B. en
"W. en was in den waan dat het water van
Leiden was, zoodat hij er onwetend inge-
Toopen is.
Getuige Spaargaren verklaart, dat het
water door hem gepacht is, waarom f 5 of
5 d. wordt geëischt.
JII., tapper te Leiden heeft na slui
tingsuur neg 2 bezoekers in zijn zaak ge
had. Hij kon ze er niet uitkrijgen, en ze
wilden eerst niet betalen ook.
De Ambtenaar meende dat hij er tocli
maar voor had moeten zorgen en eischte
f 3 boete.
J. Th. B., slager te Leiden is beklaagd
dat hij een gehaktmachine niet voldoende
beschermd heeft, zooals de arbeidsinspec
tie hem voorschrijft.
Beklaagde zegt, dat hij de voorgeschre
ven verbeteringen heeft doen aanbrengen,
doch, dat dié er afgehaald waren, om de
machine schoon te maken, toen de verba
lisant kwam. Dit bevestigde ook G. Filip-
po, die in de zaak werkzaam is. De zaak
wordt aangehouden om den verbalisant te
hooren.
\V. W., schipper te Leiden, werkloos,
heeft met dobbers gevischt zonder vergun
ning en zonder acte.
't Was om iets te verdienen te doen ge
weest. Eisch f 5, doch de kantonrechter zal
nog eens zien-.
J. W. M., letterzetter, te Leiden, is
boven zijn theewater geweest.
Hij heeft dat opgeloopen op een par
tijtje, waar bier gedronken was.
Eisch f2. i
L. vrouw van D., te Leiden, hoeft'
boven haar winkel geen kenteeken gehad,
dat zij margarine verkocht, terwijl dit
moest omdat zij zulks deed.
Eisch f3.
J. W. Br., Koopman te Leiden, heeft
zonder vergunning met zijn wagen een
standplaats ingenomen.
Eisch 1.