Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
4tie JAARGANG. - WOENSDAG 6 JUNI 1923 - No. 952
BureauHooigracht 35 Leiden - Tel. !nt. 1278 - Postrekening 58936
AIÜONIVEfföERITSPBIJS
In Leiden en buiten Lelden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal f2.50
Per week f 0.19
Franco per post per kwartaal ......f2.90
Cit nummer bestaat uit twee
bladen»
Nabetrachting.
I.
Voor wij zelf op do artikeler. van den
heer Wirtz een korte nabetrachting geven
laten wij hier eerst volgen wa1* de Kro
niekschrijver van de N. Pr. Gr. Grt. j.l.
Zaterdag schreef.
Het staat in zoo nauw verband met
bet door den heer Wirtz behandelde on
derwerp en het is ook voor deze omge
ving zoo ten volle van toepassing, dat wij
liet onzen lezers niet willen onthouden.
„Als men mij vraagt, of ik tevreden
ben over den gang van zaken, (bij de Ge
meenteraadsverkiezing), dan kan ik daar
op geen bevestigend antwoord geven.
En dat wel om deze reden, dat de dis
cipline in onze partij hier en daar te
wenschen overliet. Ook in ons gewest is
er in sommige gemeenten onderlinge
strijd geweest, heeft men zich niet-gehou
den aan de uitspraak van de kiesvereeni-
ging, en voorkeurstemmen gegeven in zoo
groot aantal, dat de volgorde verbroken
werd. Nu komen er altijd eenige voor
keurstemmen. De wet geeft het recht
daartoen en elke candidaat heeft wel on
verstandige vrienden, die hem in het
stemhokje speciaal willen bedenken.
Erg wordt het echter, als er voor voor
keurstemmen gewerkt wordt. En nog
erger, als men met aparte lijsten komt.
Over de schuld van deze gebeurtenis
sen wil ik niet spreken.
Ook vindt men het verschijnsel bij on
geveer alle partijen. Ik vond een hoofd-
rtikel in „Het Volk", waarin geklaagd
werd over deze dingen in de partij, die
tot nog toe de discipline er zoo goed wist
in to houden.
Maar huurmans leed verzacht hier niet.
Want juist onze partij behoorde deze
dingen niet te kennen.
Het is mogelijk, dat een bestuur van
een kiesvereeniging ontactisch handelt.
Het doorvoelt de verhoudingen in de ge
meente niet voldoende en raakt het ver
hand met het kiezerscorps kwijt. Ook kan
het gebeuren, dat het bestuur op een ver
gadering van de kiesvereeniging overrom
peld wordt. Soms valt het voor dat hij
een candidaatstelling een klein aantal le
den aanwezig is en dan heeft men er ook
wel in onzen kring, die zich zelf zoeken
en dat doen onder den schoonen schijn
van mooie woorden als „democratie" en
meer van die frasen, en die weten dan een
beslissing nit te lokken, waarbij op de
verdiensten van mannen, lie de gemeente
lang gediend hebben, niet voldoende gelet
wordt.
Dat werkt dan ontstemming en als de
betrokken persoon of zijn vrienden zich
hij de nitspraak niet weten neer te lej»*
gen, dan heeft men de poppen aan het
dansen.
In kleinen kring spelen natuurlijk per
soonlijke vooroordeelen een veelal groote
rol. Ook van den antirevolutionair kan
men zeggen, dat niets menschelijks hem
vreemd is.
Ik wil nn zelfs eens aannemen, dat de
sohuld steeds ligt hij de kiesvereeniging
of bij het bestuur. Maar zelfs dan nog,
geloof ik. moeten wij ons hoeden voor een
ingaan tegen wettige hesluiten onzer or
ganisatie. Ziet men, dat een besluit mis
was, niets verhindert ons om een nieuwe
vergadering bijeen te roepen en nog eens
over het geval te spreken.
Maar is eenmaal de lijst klaar en inge
diend, dan behooren wij ons allen bij de
zaak neer te leggen.
Juist degenen, die leven bij het Woord
van God. moesten het verstaan, dat het
liever ongelijk en schade lijden voor nie
mand kwaad kan. Integendeel, men wint
er altijd hij, ock al verliest men een ze
teltje in den raad.
Het moet ons altijd weer treffen, dat als
de apostel Paulus in den brief aan de Fi-
lippenzen vermaant: doet geen ding
door twisting of ij dele eer,
maar door o o t m o e d i g h e i d-a c li-
te de een den ander uitnemen
de r dan zich zelve, hij dit gevoelen
aanprijst met te wijzen op onzen Hee-
re Jezus Christus, Die zich zeiven
vernietigd heeft, de gestaltenis eens
dienstknechts aangenomen hebbende en is
den menschen gelijk geworden.
Welk een vernedering en welk een ge
hoorzaamheid, zelfs tot den dood des
iruises.
Maar is het een nederlaag geweest?
Neen, de grootste overwinning, die kon
worden behaald. Want er staat: daar-
m heeft hem God uitermate verhoogd,
irlem is daarom alle% macht gegeven in den
hemel en op de aarde.
En wij, die deze dingen weten en er
van getuigen, behooren wij niet dagelijks
?ms te oefenen in zelfverloochening, .in
■sen zich geven, in het dragen ook van on
gelijk?
Dat geldt voor heel het leven.
Onze partij strijdt niet voor kleine din
gen maar voor de komst van Gods Ko
ninkrijk; zij heeft de dure roeping ont
vangen om op alle gebied van het leven
pleiten voor de gehoorzaamheid Gods.
Ook voor het bestuur van de gemeente.
En nu weet ik wel, dat het moeilijk is
om terugzetting, en dan nog wel geheel
onverdiend, te moeten verdragen, dat het
geval zich kan voordoen zelfs, dat tijde
lijk een, die zich zijn plaats in het be
stuur der gemeente waardig toonde, wij
ken moet voor een, die met verkeerde
middelen zich op den voorgrond weet te
schuiven, maar hce dit ook moge zijn,
wie zich verloochent wint altijd.
En de zaak is dan eerst in orde, als wij
de geestelijke kracht bezitten, om nimmer
harder le werken voor het welslagen van
onze partij, dan wanneer wij persoonlijk
getroffen worden en ongelijk moeten ver
dragen.
Ik zeg niet, dat dit gemakkelijk is.
Wij kunnen het gemakkelijk zeggen te
gen anderen en zelf moeilijk in toepas
sing brengen, maar onze bede moet toch
zijn, dat wij voor zulk een houding de
kracht mogen ontvangen.
En al was er nu ook maar ééne gemeen
te, waar de zaken niet goed liepen, dan
zou er voor ons allen Teeds reden te over
zijn om ons te verootmoedigen.
Ons leven wordt verscheurd
door het gemis aan geestelijke
kracht.
Er is in onze dagen zooveel hoog
moed onder do menschen. Allen meenen
geroepen te zijn om te regeeren. Allen
hebben het druk over de redding van de
wereld. Met de hoogste idealen wordt om
gesprongen, alsof niets gemakkelijker is
te hereiken dan de volmaaktheid.
En dat terwijl de geestelijke inzinking
in do wereld zoo ernstig is en de onmacht
om waarlijk iets goeds te werken zoo
groot.
Welnuals men zeggen moet, dat
onze partij zich in dit opzicht niet onder
scheidt van de wereld, dan is het zout
wel smakeloos geworden.
Dan kunnen wij onze roeping niet ver
vullen, die lijnrecht ingaat tegen den
dwazen geest van onzen tijd.
Ik beschuldig niemand.
Ik neem aan, dat wij allen in ons recht
waren. O, zeker, daar ontbreekt gewoon
lijk niets aan. Maarde zaak was niet
in orde.
En daarom moeten wij ons allen schul
dig gevoelen.
En allen om vergeving vragen.
En allen ons voornemen, om zoo gauw
mogelijk door onze trouw goed te ma
ken wat door ontrouw bedorven
werd."
V Qnjuisteconclusei.
Op de algemeene vergadering van de af-
deeling Leiden der Democratische Partij
besprak de voorzitter, de heer A. I. Wit-
mans, den uitslag van de Gemeenteraads
verkiezing.
Uit het feit dat deze jeugdige partij
twee van hare candidaten gekozen zag,
concludeerde spreker, dat het hoofddoel
der Dem. Partij: het brengen in één poli
tieke organisatie van democratisch ge
zinde Nederlanders van verschillendo
godsdienstige richting en liet verbreken
van de tegenwoordige onjuiste politieke
scheidingslijn, voor zoover deze nog
wordt beheerscht door de z.g. antithese,
de instemming heeft van een groot aantal
kiezers.
Het is duidelijk, dat deze conclusie niet
juist kan zijn.
Immers van het hoofddoel der Dem.
Partij, het verbreken van de tegenwoor
dige politieke scheidslijn werd hij de Ge
meenteraadsverkiezingen zoo goed als niet
gerept.
Deje partij dankt haar succes niet aan
hare beginselen, maar aan de populariteit
van den eersten candidaat en voorts aan
hare speculatie op de onnadenkendheid
van de massa door te werken met beloften
van belastingverlaging.
Eigenlijk ook maar gelukkig voor de
Democratische Partij.
Want wij twijfelen geen oogenhlik of
het optreden van hare candidaten in den
Raad zal zijn een bevestiging van
de door haar onbruikbaar geoordeelde
politieke antithese.
STAOSBIÏEÜt&S
40-Jarig jubileum Leidsche Ambachts
school.
Hedenmiddag te half drie had op fees
telijke wijze de opening plaats van het
nieuw gebouwde gedeelte van de Am
bachtsschool.
Zooals onze lezers uit de verschillende
hieromtrent verschenen berichten hebben
kunnen zien, valt dit feit samen met het
40-jarig jubileum der school, die in Lei
den en omgeving zulk een zeldzame po
pulariteit mag bezitten.
Die populariteit, en het medeleven door
do Ambachtsschool vooral in de laatste
jaren ondervonden, geven ons zekerheid
dat wij velen een genoegen doen met eeni
ge mededeelingen omtrent het ontstaan
en de ontwikkeling van de hoogst nuttige
inrichting.
Zooals ouderen zich zullen herinneren
bestond hier ter plaatse toen reeds een
vereeniging onder den naam „Bouwkunst
en Vriendschap". Door deze vereeni
ging was het, dat de eerste stappen wer
den gedaan om een Ambachtsschool te
stichten.
Zij vormde daartoe een comm., die tot
taak zou hebben stichtingsplannen te ont
werpen en middelen tot derzelver uitvoe
ring aan te wijzen.
Gelijk echter de naam der vereeniging
reeds uitspreekt, bewoog de vereeniging,
die inmiddels 150 leden telde, zich in
hoofdzaak op het terrein der bouwkunst,
waarom de comm. het noodig oordeelde
een nieuwe vereeniging op le richten, on
der den naam van „De practische am
bachtsschool".
De comm. bleek juist te hebben gezien.
Talrijk waren de bewijzen van sympa
thie, zoowel van de zijde der burgerij als
van de gemeentelijke autoriteiten.
Er kwam dan ook al aanstonds „schot"
in het werk.
Door vrijwillige bijdragen wist de ver
eeniging in korten tijd het vooral voor
dien tijd niet onaanzienlijk bedrag van
f 3000 hijeen te brengen, terwijl ook de
plaatselijke departementen van de Mij.
tot Nut van 't Algemeen en de Mij. tot be
vordering van de Nijverheid in verschil
lenden vorm hun medewerking verleen
den.
Van het gem. best. werd de beschikking
verkregen over eenige lokalen van het
voormalig Caecilia Gasthuis, alsmede
over een bedrag van f 1800 voor de in
richting der lokalen en een jaarlijksche
subsidie van f2500.
Zoo was dan, dank zij de medewerking
van verschillende zijden, de basis gelegd
voor een verdere ontwikkeling van de
plannen der comm., on kon op de eerste,
in 1882 gehouden algemeene ledenverga
dering een vast bestuur worden benoemd
hetwelk bestond uit de heeren: Prof. dr.
P. J. v. Bemmelen, voorz.; W. A. v. Lith,
2de voorz Prof. dr. M. J. do Goeje, J.
Filippo, penn.; L. Maas, P, Marks, H.'W.
F. Bakker, J. G. Timmermans en A. L.
de Stukier, secretaris, van welke nog
maar enkelen in leven zijn.
Het beschermheerschap werd opgedra
gen aan wijlen Z. K. H. Prins Alexander
der Nederlanden, die het tot aan zijn
dood heeft wahrgonomon, waarna H. M.
de Koningin Regentes als beschermvrou
we optrad.
Op 1 Mei 1883 had de aanstelling
plaats van den heer A. J. v. Achterberg
als directeur, en van 2 leerkrachten, n.l.
de heeren Verstraaten (timmeren) en
Wildenburg (smeden-hankwerken). Voor
de twee vakken waarin toon onderwijs
werd gegeven, meldden zich 34 leerlingen
aan.
In 1887 werd het leerplan uitgebreid
met het vak huisschilderen, in 1886 met
het vak meubelmaken.
Als gevolg van het steels groeiende
aantal leerlingen ontstond echter al spoe
dig gebrek aan schoolruimte.
Gelukkig werd het bestuur, dat reeds
plannen had ontworpen tot het stichten
van een nieuw gebouw, tot uitvoering
daarvan in staat gesteld door een inge
zetene die het belangrijke bedrag van
f 40.000 als renteloos voorschot beschik
baar stelde.
Do nieuwe school aan den Haagweg,
die 160 leerlingen telde, werd reeds in
1893 in gebruik genomen.
Dank zij de krachtige leiding van den
directeur, den heer v. Achterberg, kwam
de inrichting meer en meer het ideaal
nabij: een volledige opleidingschool te
zijn voor alle vakken.
Vooral na de opening der nieuwe
school ging het in snel tempo vooruit.
Verschillende vakken, zooals bouw- en
werktuigkundig teekenen, landteekenen
kennis van stoomwerktuig, materialenken-
nis, meubelmaken, boetseerx, houtsnijden
en -draaien, machinebankwerken, verven,
hout- en marmerschilderen en penseel-
schilderen werden nog aan het onderwijs
toegevoegd.
De belangstelling groeide als het war©
bij den dag, en niet het minst had de
school haar bloei te danken aan de
practische resultaten waarvan haar leer
lingen in de practijk genoten, en die on
der vakgenooten eigenlijk de beste recom
mandatie vormden.
Onder degenen die het onderwijs niet
van het begin af hadden kunnen volgen
ontstond dan ook behoefte aan meer theo
retische kennis, 't geen de aanleiding was
dat in de herfst van 1911 een avondschool
voor volwassenen tot stand kwam.
Was het onderwijs, zooals de naam
„practische ambachtsschool" uitdrukt tot
nog toe van uitsluitend practischen aard
geweest, in 1917 werd dit anders, toen op
verlangen van den inspecteur van het M.
O. het voortgezet l.o. werd toegevoegd,
teneinde het onderwijs der school in over
eenstemming te brengen met andere am
bachtsscholen.
In 1917 had nog een belangrijke uit
breiding van het leerplan plaats door de
opleiding voor het examen voor assi
stent-machinist ter koopvaardij.
Daar het aantal leerlingen nog steeds
bleef toenemen, en de uitbreiding der vak
ken op zichzelf reeds meer plaatsruimte
eischte, werd reeds in 1915 behoefte ge
voeld aa neen nieuw gebouw, het gebouw
dat hedenmiddag werd geopend.
Dat deze uitbreiding zoolang is uitge
bleven, valt uitsluitend te wijten aan den
wereldoorlog, met de aankleve van dien.
In 1921 eerst kon de aanbesteding plaats
hebben, tegelijk met het aanschaffen van
belangrijk© onderwijsmiddelen en van
een centrale verwarmingsinstallatie.
Dit is het verloop van de ontwikkeling
der ambachtsschool, die, begonnen met 34
leerlingen, er thans 300 telt.
Een prachtig resultaat, voor het berei
ken waarvan naast Rijk, gemeente en
provincie, dank en hulde moet worden
gebracht aan de oprichters, aan hen die
haar belangeloos financieel steunden, aan
de leeraren en niet het minst aan den
wakkeren directeur, den heer v. Achte-
berg die vandaag evenals de school, zijn
40-jarig jubileum viert.
Het woningtekort.
De heer Dubheldeman heeft aan
den gemeenteraad verzocht, de volgende
vragen tot B. en W. te mogen richten:
I. Beschikt het college van B. en W.
over statistische gegevens, waaruit blij
ken kan, hoe groot het woningtekort in
Leiden nog is, dit in verband met de ge
vestigde gezinnen binnen deze gemeente;
en zoo niet, zijn B. en W. dan bereid, een
onderzoek daarnaar in te stellen?
II. Zoo uit het onderzoek mocht blijken
dat het woningtekort niet is opgeheven,
zijn B. en W. dan ook bereid, een onder
zoek in te stellen, naar de oorzaak van de
veelvuldige dubbelbewoning, speciaal van
die woningen, die slechts ingericht zijn
om één gezin te herbergen?
III. Beschikt het college ook, over sta
tistische gegevens in zake de onder de
werking der Huurcommissiewet tot stand
gekomen huurverhoogingen in de ge
meente Leiden?
TV. Zoo neen, is het college dan bereid,
met medewerking van de Huurcommissie,
zich deze gegevens zoo spoedig mogelijk
te doen verschaffen, en daarvan dan me
de deeling te doen aan d enraad?
V. Zijn B. en W. eveneens bereid mede
te deelen, hoe groot in do gemeente het
aantal bewoonde, onbewoonbaar ver
klaarde woningen is?
Een kijkje bij de recherche.
Meermalen kwamen in onze rubriek
„Stadsnieuws" berichten voor, waarbij op
de een of andere wijze onze politie-re-
cherch© te pas kwam, en bij het lezen
waarv. do aandachtige lezer zich wel eens
zal hebben verwonderd over de handige
manier waarop zij de langvingerige, of
met andere voor de maatschappij gevaar
lijke ondeugden behepte natuurgenooten
weet op te sporen, om ze vervolgens aan
de rechterlijke macht over te leveren.
Ook persmensehen, al staan zij van het
eerste vreemdigheidje niet te kijken,
hadden al eens een ongeloovig, nieuws
gierigen blik geworpen in de richting van
de vertrekken waar het administratieve
werk der recherche wordt verricht, waar
een deel van Hermandad's getrouwen
waakt voor de veiligheid der burgerij.
Dank zij de goede verstandhouding tus-
schen pers en politie werd eerstge
noemde dezer dagen in de gelegenheid
gesteld eens een kijkje te nemen in de
recherche-afdeeling waar de resultaten
der opsporingen worden vastgelegd, hetzij
op de gevoelige plaat van het photo-toe-
stel, dan wel in de rapportenboeken.
We stelden ons voor, iemand te zien
binnenleiden, die een mededeeling had te
doen aan den dienstdoenden inspecteur.
De man was bestolen.
Wie de dief was?
Neen dat wist de man natuurlijk niet.
Hoe hij er uit zag?
Ook dat niet.
Of hij dan geen enkel kenteeken kon
opgeven, aan de hand waarvan de dader
zou kunnen worden aangewezen?
Neen ja toch tenminste als het
de man was die de aangever er van ver
dacht, dan zou hij een stukje van een
zijner vingers missen.
Ziezoo, dat is alvast iets.
De inspecteur begeeft zich naar een
bureau, trekt een lade open waarin een
volledig kaartsysteem is geborgen.
„U sprak van een vinger, nietwaar?"
„Jawel mijnheer."
De hand van den inspecteur gaat tas
tend over de vele ruitertjes, en bij de „V"
van deze of die kleur gekomen staat zij
stil ende aangever staart op een wel
geslaagde photo van een verdachte, die
inderdaad een stukje van zijn vinger
mist.
„Kent u deze, meneer? (of juffrouw).
En dan wordt het onderzoek voortgezet,
heel dikwijls met het gevolg dat de ver
dachte binnen een minimum van tijd
wordt geïnviteerd tot een bezoek aan het
politiebureau.
Het spreekt van zelf dat liet samenstel
len van deze verzameling heel wat moeite
heeft gekost. Alleen uit Leiden, zoo ver
telde ons de inspecteur zijn een 1400 fo
to's aanwezig, waarvan er 1000 in de
laatste twee jaren zijn vervaardigd.
Behalve het zooeven aangehaalde
kaartsysteem waarin de volledige signale
menten zijn gerangschikt, zijn eenige
foto-albums aanwezig.
Deze foto's zijn in hoofdzaak in twee
i groepen to onderscheiden, n.l. 1 van
ADVERTENTIE-PttlJS
Gewone advertentiën per regel 22H cenfc
Ingezonden Mededielingen, dubbel tariefc
Bij contraot, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij vooruitbeta
ling van ten hoogste 30 woorden, worden
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
nachtverblijvers, verdachten en „oude be-'
kenden", 2. in het Buitenl. verblijvende
inwoners die een foto hebben achterge
laten.
Deze voorzorgsmaatregel ten opzicht©
van de laatste categorie is in de eerst©
plaats bedoeld als hulpmiddel bij even
tueel in te stellen onderzoeken b.v. hij on
gelukken en vermissingen.
In deze albums komen alleen foto's
voor, zonder dat er de naam van den
persoon is bijgeschreven, zoodat voor
noodeloos inblikken door onbevoegden
geen vrees behoeft te bestaan.
Een machtig opsporingsmiddel is dft
vooral in den laalsten tijd meer op den
voorgrond getreden methode waarbij vin
gerafdrukken worden genomen.
Ons werd een formidabele hoeveelheid
vingerafdrukformulieren getooid, die
naar het getuigenis van den inspecteur
reeds belangrijke diensten hadden bewezen
Deze formulieren, die er uitzien alsof
ze een voor een door een paar zwarte
schoorsteenvegershanden zijn toegetakeld,
worden van den naam, het cijfer, van den
verdachte voorzien.
Dit cijfer sluit aan op een kaartje, dat
weer in een ander kaartenrek is onderge
bracht, en waarop tevens de betiteling
van het „ambacht" voorkomt, zoodat de
laatstgenoemde verzameling in staat stelt
om met een oogopslag de verhoudingscij-
fers van de verschillende misdrijven te
overzien.
Dat men bij kennisnemen van deze ver
houdingen tot andere conclusie komt dan
men aanvankelijk zou denken, bleek ons
gisteren, waar b.v. het aantal zedenmis
drijven angstwekkend groot was, terwijl
dat van zakkenrollerspractijken zeer
klein bleek t© zijn.
Zooals ons werd medegedeeld is d©
Leidsche recherche de eerste, die aan
haar opsporingsmiddelen een dergelijk©
inrichting en uitbreiding heeft gegeven.
Vanzelf drong zich telkens de gedachten
aan ons op: wat moet onze recherche zich
behelpen, vooral wat de inrichting van
haar fotographisch atelier betreft.
Des te meer waardeeren wij het initia
tief en den ijver der recherche die zij aan
den dag legde, en waarvan wij eenige van
de vele resultaten zagen.
Kome spoedig het nieuwe gebouw aan do
Zonneveldstraat gereed, opdat zi;i nog
meerdere uitbreiding aan haar werk zal
kunnen geven, en ondervinde zij steeds
die waardeering en medewerking der bur
gerij waarop zij krachtens de beteekenis
van haar werk ten opzichte van de pu
blieke veiligheid, ten volle aanspraak
heeft.
Evangelische Conferentie.
Gisteren werd in gebouw „Prediker*-
alhier een eendaagsche conferentie ge
houden van verschillende Evangel'satte-
lichamen in dit gewest.
Te drie uur werd een goed bezochte
samenkomst gehouden, waarbij verschil
lende sprekers het woord voerden en men
elkander opwekte tot den Evangelisch en
arbeid. Het onderwerp voor den geheelen
dag was eigenlijk: Opbouwing der geloo-
vigen, zooals ook verschillende sprekers
het in de openbare avond-samenkomst
uitdrukten.
In deze samenkomst, die te half acht
aanving en die eveneens vrij goed bezocht
was, werd het woord gevoerd door br.
v. Polen van de Evangelisatievereon.
„Luk 14:23" te Scheveningen, door Ds.
v. Beek van de Baptistcnkerk te Den
Haag en door br. Vlietstra van de Evan
gelisatie te Rotterdam.
Ambachtsschool.
Wij vestigen de aandacht onzer legers
op de onder de advertentiën aangekon-
diged tentoonstelling van door de leerlin
gen der Ambachtsschool vervaardigde
voorwerpen.
De ervaring van vorige jaren loerde dat
het rijkelijk de moeite loont de hier ver-
vardigde werkstukken in oogenschouw t©
nemen en wij twijfelen dan ook niet of
er zal over gebrek aan belangstelling niet
geklaagd behoeven te worden.
Vereen, van Industriee'en.
Uit het ons niet toegzonden verslag
over het jaar 1922 van de Leidsche Ver
eeniging van Industrieelen blijkt dal niet
minder dan 74 firma's, gerangschikt in
zes groepen, zijn aangesloten.
Algemeen voorzitter is de heer Ch. van
Spall, directeur van de Leidsche Duinwa
termaatschappij, secretaris m:, P. M.
Trapman.
Wat de lotgevallen der Vereeniging be
treft, waren het vooral drie onderwerpen,
die de aandacht gedurende het vereeni-
gingsjaar opeischten, n.l.: lo. het Insti
tuut van den controleerenden geneesheer,
als hoedanig werd benoemd dr. J. Boer,
die op 1 Juni 1922 zijn werkzaamheden.
aanving. 2o. De zakelijke belasting op het
bedrijf. De onbillijkheid van deze belas
ting, onbillijk reeds alleen hierom, omdat
zij niet over het geheele land is ingevoerd j
word op verschillende wijzen gedemon- J
streerd en de actie er tegen had reeds dit
resultaat, dat er bij do rijks- en do ge-
meentelijke organen al oen kentering in
do waardeering dezer heffing is geko-
men. 3o. De qitaostio der Electriciteitsta-
r reven. De verhouding tusschon d©