Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE LEIDSCHB COURANT
AiliÏK'iitiEnife.&iTAIPiKlJd
In Leiden en buiten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal f 2.50
Per week f 0.19
Franco per post per kwartaal f 2.90
4tie JAARGANG. - ZATER3AG 2 JUNI 1923 No. 949
BureauHooigracht 35 leiüen - TeUni 1278 - Postrekening 58936
Dit nummer bestaat uit twee
bladen.
Voorheen on thans.
De lieer J. G. W i r t z Cz. te Oegst-
geest, die sinds jaren zitting heeft in het
Centraal Comité van Anti-Revolutionaire
Kiesvereenigingen en die in de Provincie
Groningen langen tijd een vooraanstaande
plaats innam in ons partijleven, schreef
enkele artikelen over de vraag of het ge-
wenscht is en noodig bij de aanbeveling
van candidalen de door de Kiesvereeni-
gihgen gestelde volgorde streng te hand
haven.
Wij geven die artikelen een vooraan
staande plaats, waaruit echter niet volgt
dat wij het met den inhoud in alles eens
zijn.
De heer Wirtz is voor wat hij schreef
zelf verantwoordelijk wat trouwens ook
uit de onderteekening blijkt.
Ik lees geregeld vijf antirevolutionaire
bladen en in alle vijf heb ik klachten ge
lezen over den afloop der verkiezingen:
niet over het getal candidaten, dat geko
zen werd, want dat is, wat Kamer, Staten
en Gemeenteraad betreft, over het heele
land gerekend, bevredigend; maar wel
over misbruiken, die ingeslopen zijn.
De Standaard noemde er in het
nummer van 30 Mei een vijftal: Zetel-
jacht, gemis aan contact tusschen Kies-
vereeniging» en kiezers; afwijking van de
volgorde; terzijde schuiven van vetera^
nen; intrigeeren.
Onder deze vijf is er een, dat alleen kan
plaats hebben bij onze tegenwoordige
verkiezing n.l. het afwijken van de volg
orde. Van de overige vier kan men met
den Prediker zeggen: „Hetgeen er ge
weest is, hetzelve zal er zijn, en. hetgeen
er gedaan is, hetzelve zal er gedaan wor
den: zoodat er niets nieuws is onder de
zon."
'k Heb de politiek nooit gezocht, maar
'k ben. al jong in den politieken strijd ge
haald, zoodat ik nu ongeveer 40 jaar heb
meegedaan en kan daardoor heel wat
voorbeelden van zeteljacht bijbrengen.
't Is vele jaren geleden, dat ik in een
openbare vergadering van Patrimonium
sprak over den achterstand in sociaal op
zicht ook bij onze partij. Een goede ken
nis van me zei na afloop daarvan: „Ik
zal het er nog wel dikker opleggen, maar
ik doe het morgen in een huishoudelijke
vergadering, dan komt het niet in de
krant en dus komen de hooge oomes het
niet te weten en die heb je toch noodig
om "vooruit te komen." Hij heeft dat be
ginsel trouw in toepassing gebracht en is
tot eer en aanzien gekomen.
Een ander klaagde in een gesprek on
der vier oogen over alles en nog wat. Ik
antwoordde: „Wel man, je schrijft vaak
in de krant; zet het daarin, dat helpt mis
schien". En wat hoorde ik toen? 'k Dank
1© wel, want dan kom ik stelling niet,
Waar ik wezen wil." Persoonlijk is hij er
wel bij gevaren: hij zit in het gestoelte
aer eere.
'k Laat het bij deze twee voorbeelden,
aaar ik kan ze heel gemakkelijk met an-
iere vermeerderen.
Gemis aan contact tusschen bestuur en
kiezers.
Slechts één voorbeeld wil ik hiervan
«^even uit lang vervlogen dagen. Het geldt
-en district, waar onze partij bij een ver-,
^iezing voor de Tweede Kamer steeds
heel dicht bij de zege kwam, maar die
niet kon behalen.
Het bestuur besloot toen eens een her
vormde candidaat te stellèn om daar-r
door misschien een paar honderd her
vormde kiezers te winnen. Alzoo geschied
dede candidaat was hervormd, hij was
predikant en had zijn kinderen steeds
^aar de openbare school gestuurd. Wel
was er op zijn eerste standplaats een
echool met den Bijbel, maar die ging van
Ie Gereformeerden uit en waar do keus
stond tusschen een gereformeerde en een
spenbare school, koos dominé de laatste.
Toen hij later een andere standplaats
kreeg, stuurde hij zijn grooter geworden
kinderen naar een neutraal instituut, hoe
wel er in diezelfde plaats meer dan één
christelijk instituut was, ook wel met een
hervormd man aan 't hoofd.
De Socialisten zorgden er voor, dat deze
Gingen onder de kiezers bekend werden
.on toen bleek, dat het bestuur der Kies-
vereeniging het contact met de antirevo
lutionaire kiezers verloren had: tegenover
de aanwinst van enkele hervormde stem
men stond het verlies van vele gerefor
meerde.
Het terzijde schuiven van veteranen is
'een zoo algemeen verschijnsel, dat ik geen
bepaalde voorbeelden behoef te noemen.
Wanneer men do moeite wil doen de
oude notulenboeken op te slaan, zal men
gemakkelijk een vrij lange lijst kunnen
maken van de namen' der mannen, die
telkens weer zich een candidatuur lieten
welgevallen voor Tweede Kamer, Provin
ciale Staten of Gemeenteraaddie dan
«.vond aan avond gingen spreken en die
toen de evenredige vertegenwoordiging
kwam en kans bood op een plaats in
't geheel niet meer in aanmerking kwa
men of een plaatsje konden krijgen onder
aan de lijst. Hier zouden namen genoemd
moeten worden en dus doe ik dit niet.
Intrigeeren. Wanneer alle brieven be
waard waren, die tusschen Dr. Kuyper
de besturen van de Kiesvereenigingen en
particuliere personen gewisseld zijn, zou
den er heel wat staaltjes van dat intri
geeren voor den dag komen. Ik hoop, dat
ze verbrand zijn en dat degenen, die ze
nog bezitten, ze zullen verbranden; ik zie,
dat ik zelf ook geschreven stukken van
dien aard bezit, maar ik zal ze ten vure
doemen.
Waarom ik dit schrijf?
Omdat de indruk gewekt is, bedoeld of
niet bedoeld, dat de genoemde zonden spe
ciaal in onze dagen openbaar geworden
zouden zijn.
Daartegen kom ik op: het jonge geslacht
is op politiek gebied niet beter, maar ook
volstrekt niet slechter dan het oude: de
zonden mogen zich in andere vormen
openbaren; het zijn in den grond der
zaak precies dezelfde zonden als vroeger
enze zullen, helaas! wel blijven be
staan.
Wil men telkens en telkens weer de
zeteljacht, het terzijde schuiven van de
veteranen en het intrigeeren als zonden
aanduiden; ik vind het uitstekend, mits
men het niet voorstelle als iets nieuws,
dat alleen ten laste komt aan het tegen
woordig geslacht.
Het gemis aan contact kan men moei
lijk als een zonde beschouwen; 't is alleen
een bewijs, dat het niet altijd gelukt de
rechte mannen op de rechte plaatsen te
krijgen.
En het afwijken van de volgorde acht
ik heelemaal geen kwaad; daarover ech
ter in een volgend artikel.
J. C. WIRTZ Cz.
V Landbcuw.
Op een andere plaats in dit blad heb
ben wij in extenso opgenomen wat door
den heer A. C o 1 ij n in de Tweede Ka^
mer omtrent de opheffing van het Depar
tement van Landbouw werd opgemerkt.
De heer Colijn, een man van ervaring
op dit gebied en die niet gewoon is groo-
te woorden te gebruiken, sprak het onom
wonden uit, dat door de overbrenging van
Landbouw naar Binnenlandsche Zaken
ten ongunste van het platte
land is gewijzigd.
Wij kunnen niet beoordeelen of wat de
heer Colijn opmerkte geheel juist is.
Oppervlakkig bezien zijn we geneigd te
zeggen dat 't toch weinig verschil maakt of
Landbouw met Handel en Nijverheid ver^
eenigd is, dan wel of het bij Binnenland
sche Zaken is gevoegd.
Als echter de practijk het tegendeel
leert, dan zal het verstandige politiek zijn
daarmee rekening te houden.
Bezuiniging is uitstekend.
Maar er is ook een zuinigheid die de
wijsheid bedriegt.
En vooral in deze critieke tijden nu
meer dan ooit voor behoud en uitbreiding
van het afzetgebied gewaakt dient te
worden, mogen we ons op dit gebied door
de bezuinigingsidee niet laten leiden.
Vóór alles is noodig dat aan de belan
gen van land- en tuinbouw volle aan
dacht kan worden geschonken.
Desnoods zelfs door de oprichting van
een afzonderlijk departement.
Land- en tuinbouw mogen van finan-
cieele en politieke handelingen niet de
dupe worden. -
•/Vak beweging.
Met onze Christelijke vakbeweging gaat
het bergafwaarts.
Het schijnt haast alsof de snelle groei
van voor enkele jaren door een even
snelle inzinking zal worden gevolgd.
Het ledental van de bij het Christel.
Nationaal Vakverbond aangesloten orga
nisaties dat in 1921 dicht de 75000 na
derde is nu reeds teruggeloopen tot bene
den de 60.000.
Dat deze achteruitgang tevens ver-;
zwakking beteekent behoeft geen be
toog.
Onze vakbeweging bedoelt te zijn een
schild voor de zwakken.
En naarmate dat schild kleiner wordt
en minder weerstandskracht bezit zal ook
de positie van hen die het wenscht te be-
schefmen meer worden bedreigd.
Onze vakbeweging bedoelt de toepas
sing en doorwerking van de Christelijke
beginselen ook op het terrein van den ar
beid.
En het gevaar bestaat dat met de ver
zwakking van die vakbeweging onze be
ginselen meer nog dan thans tusschen de
revolutionaire theorieën van de meest
conservatieve en de uiterste linksche ele
menten, in de knel zullen komen.
Niet genoeg kan daarom op versterking
van de Christelijke vakbeweging worden
aangedrongen.
Laten de onverschilligen niet langer
koud en gevoelloos blijven.
En zij die deserteerden, laten zij onder
het vaandel van de Christelijke vakorga.-
nisatie terugkeeren.
V Vliegende winkels.
Het euvel van de vliegende winkel en
de wijze waarop deze winkels in de belas
tingen kunnen worden betrokken is reeds
lang in studie.
Met vliegende haast gaat het niet.
Er is een tiental jaren over gepraat,
met het resultaat dat de Minister van
Binnenlandsche Zaken in de Memorie
van Antwoord op de Staatsbegrooting kon
meedeelen:
„De vraag, in hoever vliegende win
kels als zoodanig zouden zijn te betrek
ken in gemeentelijke belastingheffing,
maakt een punt uit van overleg tusschen
de Departementen van Financiën en van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw, in
verband met de voorgenomen herziening
van de wettelijke bepalingen betreffende
de forensenbelasting."
En de Minister voegde er aan toe dat
hij zich vleit met de hoop dat binnen een
niet ver verwijderd tijdstip het resultaat
van dat overleg tot een voorstel van wet
zal kunnen leiden.
't Begint dus te dagen.
De heer van Wijnbergen echter die
deze zaak ter sprake bracht kwam door
deze toezegging niet in een jubelstem
ming.
„Niet ver verwijderd tijdstip", wat be
teekent dat eigenlijk, zoo vroeg hij. Wil
dat zeggen dat een in te dienen wetsont
werp nog in den loop van het volgend zit
tingsjaar kan worden behandeld?
De Minister hield zich in de ruimte.
Een besliste toezegging wilde hij
niet doen.
Indien de voortei1 euen niet bedriegen,
zoo zeide hij, dan is 't niet onmoge-
1 ij k dat de indiening in het volgend zit
tingsjaar zal plaats hebben.
Inorde is de zaak dus neg niet
Maar onze middenstanders
toch den moed nog niet op te gever:
V Herstel mogelijk?
De Tweede Kamer heeft deze week een
beslissing genomen, die een ietwat pijn
lijk karakter draagt.
Bij de behandeling van. het ontwerp-
pensioenwet, stelde Mevr. Bakker-Nort
een bepaling voor, ten gunste van de
overblijvende zuster, welke de huishou
ding bestierde van eenen ambtenaar, die
overleed, zonder weduwe of wee
zen na te laten.
Het amendement werd door den Minis
ter welwillend bejegend en aan alle zijden
der Kamer gunstig ontvangen.
En het zou zonder twijfel met groote
meerderheid zijn aangenomenals niet
de heer Win termans een spaak in het
wiel had gestoken.
Deze afgevaardigde wilde n.l. meer
hebben dan het amendement van me
vrouw Bakker bood. Dies stelde hij een
sub-amendement voor, dat de gunst van
dit buitengewoon pensioen ook zou ten
deel vallen aan de zuster, die de huishou
ding bestierde van haren broeder, die
welweezen naliet
De Minister moest deze gedachte on
aannemelijk verklaren, omdat bij zooda
nige regeling het pensioen der zuster zou
gevonden woTden ten koste der wee
zen; want het totaal pensioenbedrag is
in de wet vastgelegd.
De heer Wintermans liet zich echter,
niet overtuigen en hij wist het zelfs zoo
ver te brengen dat zijn voorstel met een
kleine meerderheid werd aangenomen.
Het onvermijdelijk gevolg was, dat de
Minister nu genoodzaakt was, Liet op deze
wijze verknoeide amendement van Mevr.
Bakker onaannemelijk te verklaren.
En zoo geviel bet, dat een zoowel door
don Minister als door de meerderheid van
de Kamer gewenschte bepaling, moest
worden afgewezen.
Er is in dit besluit, hoewel op zichzelf
onafwendbaar, iets dat schrijnt.
Vandaar onze vraag of het niet moge
lijk is wat door het parlementair gevoel
bedorven werd, door het ministerieel
verstand te herstellen.
V Landontginning.
Bij de behandeling van de voorgestel
de wijziging van de Landbouwbegrooting
werd er door den jieer Weitkamp krach
tig op aangedrongen de zaak der ont
ginningen ter hand te nemen.
Het bezwaar dat er geen geld is, zoo
meende hij, behoeft bier niet te wegen.
„De gaafheid van den gulden zal er
niet onder lijden, zeer waarschijnlijk
door verbeteren.
Ook de heer van Lonkhuizen is van de
zelfde opinie. Hij schrijft in het Kerst
nummer van De Veldbode:
„Daarom moeten wij zoeken naar
middelen en wensch ik ook even het
denkbeeld aan de hand te doen om van
de nu reeds voedsel opleverende en zeer
waarschijnlijk geen rente opleverende
domeingronden in N.-W. Noordbrabant
een gedeelte te verkoopen."
Die grond ik was zoo vrij hem eens
to gaan bezien en te gelijk te taxeeren -i-.,
lijkt mij, voor zooverre ik verstand van
grond heb, een' waarde te kobben van
f 3000 tot f 3500 per H.A. Voor f 3p00 is
hij goedkoop.
Als men dar nu bij wijze van proef een
100 of 200 H.A. in kavels van 2 tot 8 H.A.
aan den slag bracht, dan zou er een mooi
bedrag gebeurd worden, waarmede dan
weer gronden, die nu niets opleveren,
productief zouden kunnen gemaakt wor
den.
Zeer waarschijnlijk leveren die gron
den geen 2pct. op van datgene, wat ze
bij verkoop zouden opbrengen, en zeer
waarschijnlijk zijn er in die streken lui
genoeg, die behoefte hebben aan «enige
expansie.
Ik zou er op willen wijzen, dat ik hier
niet uitsluitend denk aan het ontginnen
van heide. Men zou met dit geld ook an
dere improductieven of weinig opbren-
genden gronden kunnen verbeteren, b.v.
de gronden, gelegen onder bet waterschap
Haselt en Zwartsluis.
Sedert jaren wordt b.v. in deze Kamer
besproken de bemaling van bet Meppeler-
diep, en steeds wordt tegenover dit plan
door den betrokken Minister een welwil
lende houding aangenomen, maar daar
bij blijft het. De gronden in die streek
kunnen vijf-, zoo niet tienmaal zooveel
meer opbrengen dan nu. Tevens is in die
streek geweldige behoefte aan expansie.
Zoo zijn er in ons land voorbeelden
voor het grijpen; bv. de gronden aan den
mond van de Eems bij Amersfoort
Wanneer wij nu weten, dat de niets
opleverende grond in ons land een opper
vlakte beslaat van de geheele provincie
Gelderland en misschien Utrecht er nog
wel bij, dan moet toch alles in het werk
gesteld worden, om hier iets te doen."
Dit schijnt ons een woord op zijn pas.
De Minister overweegt.
Laten we hopen dat het niet bij over
wegen blijft.
aaa—aa—
STADSNIEUWS
HET GEBOUW VGRAVENSTEiN.
Mien schrijft ons:
Maandagmiddag zal in dien gemeente
raad een voorstel aan de orde komen om
een gedeelte van he tgebouw 's-Graven-
stein op het Pietersekrkhof te verhuren
aan do firma Burgersdijk en Nieooxans.
Het andere deel, dat aan het Gerecht
grenst, venschen B. en W. te bestemmen
om e>r het Burgerlijk Armbestuur onder te
brengen.
Tegen dit laatste kan mrr.s inzie: s
al te zeer bezwaar besteV'el e
tegen het voorstel voor wat betreft c
verhuur aan genoemde firma. M.L behoo..
dit deel van het gebouw geen andere be
stemming te krijgen dan dat het voor het
publiek ter bezichtiging wordt gesteld.
's-Gravenstein toch is een der merk
waardige gebouwen van Leiden, niet al
leen wat liet uiterlijk aangata, doch voor
al wat betreft het inwendige. Het is een
oude gevangenis. En nu wordt, gezien de
verschillende cellen, die in het gebouw
aanwezig zijn, het gevangeniswezen uit
vroeger dagen nergens beter geïllustreerd
dan juist in 's-Gravenstein
Het is nu ongeveer een 20 jaar geleden,
dat ik het voorrech thad dit egbouw te
mogen bezichtigen. Ik zag daar toen don
kere, van zware steenen gebouwde cellen,
afgesloten door zware eiken deuren met
zware ijzeren sloten. Een dezer cellen wes
bestemd voor gevangenen, die, naar men
mij toen mededeelde, veroordeeld waren
om den hongerdood te sterven. Een groote
steenen paal was daar aanweig, waarop
eten werd gekookt, om door den geur van
het eten den ter dood veroordeelden het
lijden nog ondragelijker te maken.
Het wil mij voorkomen dat, nu eenmaal
dit gebouw is vrijgekomen, het als monu
ment uit vroeger dagen volkomen tot zijn
recht dient te komen. Er wordt tegen
woordig zooveel gedaan om Leiden aan
trekkelijk te maken voor vreemdelingenbe-
zoek. Mij dunkt door dit gebouw voor het
publiek toegankelij kte stellen, en ik neem
daarbij aan dat de militairen tijdens hun
verblijf in het gebouw deze cellen niet
hebben vernield, zal Leiden een aantrekke
lijkheid voor vremedelingen meer bezitten.
Wel is waar derft de gemeente dan f 750
huur per jaar, doch door, evenals bij de
Lakenhal, op door-de-weekscke-dagen een
kleinen toegangsprijs te heffen, zal de ge
meente deze f 750 niet geheel behoeven te
missen. En ook al was dit het geval, dan
nog beteekent dit geen ramp voor de ge
meente.
Aangezien het aan het Gerehct grenzen
de deel zal worden bestemd voor het Bur
gerlijk Armbestuur, kan misschien de con
cierge of een andere beambte van deze
instelling tevens worden belast om de be
zoekers rond te leiden, zoodat een afzon
derlijke ambtenaar daar uiet voor noo
dig is.
Moge do gemeenteraad Maandag de
juistheid van mijn betoog inzien, niet al
leen door het voorstel tot het aangaan van
een huurovereenkomst af te stemmen, doch
tovens door oen voorstel te doen en t© be
sluiten. dit merkwaardige gebouw voor het
publiek toegankelijk te stellen.
Demping van de Mare.
B. en W. stellen aan den G cmeeivteraad
voor, de volgende punten alsnog aan do
agenda van de Maandag te houden raads-
vergadcri: toe te voegen een voorstel:
ADVERTENTIE-PUIJS
Gewone advertentiën per regel 22H cenU
Ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief,
:Bij contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij voomitbeta*
ling van ten hoogste 30 woord prj
dageli iks ge*:Ig.a.ts; 1 - o c©-;!
Aan het Zoeklicht
Beiden, 2 Juni 1923.
Of het Liberale strijdlied, dat in Aals
meer door de vrijzinnigen met zooveel
geestdrift gezongen werd, letterkun-
d i g e waarde heeft, weet ik niet.
Ik vermoed van wel.
Want bij de vrijzinnigen is het ver
stand en de wijsheid en de karmis
Maar ik behoor tot de „dompers", tot
de „temers" en de „valsche flemers", zoo
als het strijdlied zegt, en dus past mij
geen oordeel.
Maar verdienste heeft dit lied in
elk geval.
Er blijkt in de eerste plaats uit hoe de
vrijzinnigen over ons, de „fijnen", den
ken.
En in de tweede plaats wordt hier nu
eens met ronde woorden gezegd, hoe ze
over z i ch z e 1 f denken.
Fier klonk het uit de vrijzinnige kelen
en met geestdrift werd het herhaald:
„Ons schrijftdeKerk geen wet"
Voor mij is dat niets nieuws.
Ik wist het reeds lang.
Maar in verkiezingsdagen zijn er altijd
nog vrijzinnigen die zich met de witte
das tooien en in zijn program spreekt de
Vrijheidsbond zelfs van de groote 'betee-
kenis van de religie.
Maar men weet het nu: „Ons, Vrijzin
nigen, schrijft de KeTk geen wet".
OBSERVATOR
a. tot beschikbaarstelling van gelden
ten behoeve van de kosten van rioleering
en ophooging van een tprreiu bmoorden
den Maresingel;
b. tot overname in eigendom en onder
houd bij de gemeente van een sloothclft
en bermstrook, kad. beleed Sortie K No.
2777 ged.
Tertoelichting merken B. en V hier
bij op
„Zooals wij uwe vergadering in ons
overzicht van hetgeen in Leiden v-in ge-
meentowege op het gebied van verruiming
van werkgelegenheid reeds is gedaan cn
nog wordt gedaan, mededeelden (Ingek.
Stukken no. 130 van dit jaar), was weldra
een voorstel van ons College te verwach
ten, strekkende tot rioleering en ophooeing
van een terrein benoorden den Maresingel.
De daarvoor noodige plannen zijn thans
gereed. Het bedoelde terrein beslaat, de
^erceelcn Sectie N nis 134 en 136, groot
km. 2 H.A., beide eigendom der gemeen
te, en grenst, wat het noordelijk deel be
treft, ten westen aan de bebouwing van
„Ons Belang" en „de Goede Woning",
waarvan de grondslag in 1920, oveneens in
het belang van werkverschaffins. we1 op
gehoogd en gerioleerd.
De toegang tot het terrein wodt ge
vormd door het mede aan de gemeente toe-
behoorende perceel Sectie K no. 2775,
waarover de toekomstige 15 M. breede
straat zal worden geleid. Aanleg over le
volle breedte is voorlcopig nog niet moge
lijk, omdat daarvoor zoowel aan de Fri
als aan de Zuidzijde van het perceel Sec
tie K no. 2777 oenige huizen in den weg
staan. De eigenaar dier perceelen is in
middels bereid de hem toebehoorendc sloot
lielft met aangrenzende bermstrook zonder
kosten zijnerzijds aan de gem. af te staan,
onder voorwaarde, dat de gmeeente voor
een behoorlijke afscheiding zorg draagt.
Aldus kan de toegang tot het achterliggen
de terrein reeds over een breedte van pl.m.
12 M. worden aangelegd. Verder zal het
werk gepaard gaan met het dempen van
twee polderslooten en van een boezem-
sloot, waarvoor de vergunning van den
Grooten en Kleinen Stadspoldcr, resp. van
het Hoogheemraadschap van Bijnland zal
worden gevraagd.
Do kosten van deze demping, rioleering,
ophooging en bijbehoorende werken wor
den globaal geraamd op pl.m. f 95000.
Het is de bedoeling het werk volgens open
bare aanbesteding te doen uitvoeren, met
de gebruikelijke bepaling, dat do werklie
den voor 80 zullen worden aangewezen
en ter beschikking gesteld door of namens
de Arbeidsbeurs.
Wij geven u alsnu in overweging te bo
sluiten
a. een bedrag van f 95000.te onzer bo-
schikking te stellen voor de uitvoering
van bovenomschreven werkzaamheden,
door vaststelling van den hierbij overge-
legden suppletoiren begrootingsstaat
dienst 1923;
b. in eigendem en onderhoud zonder be
taling van koopsom, bij do gemeente over
te nemen de betreffende 3loothclft en
bermstrook ,dee>l uitmakende van het per
ceel Sectio K no. 2777 ter grootte van
pl.m. 100 M2."
Afscheidscollege Prof. van der Vlugt.
Onder buitengewone belangstelling, zo»
wel van studenten als hoogleeraren, ter
wijl behalve de minister van onderwijs,
kunsten en wetenschappen mede tegen
woordig waren curatoren en de senaat,
benevens vertegenwoordigers van studen
ten-corporaties, hield prof. mr. W. van de>t
Vlugt gistermiddag zijn afscheidscollege
met oen rede over „twee leuzen van den
dog."
Na een inleiding ovor do vraag, tot hoe
ver voorspellingen nopens do toekomst on-