GEEN PUN NA UW ETEN MEER Brieven uit Sassenheim. IX. Amice! Nu heeft het toch maar weinig ge scheeld of ik had een heel onpleizierigen "Zondag gehad. Want toen ik Zaterdagavond eens ge voegelijk mijn „Nieuwe Leidsche" zou gaan lezen viel mijn oog al spoedig op iet ingezonden stuk van het Bestuur on- ler plaatselijke Ghr. Hist. Kiesver. waar in ik duchtig wordt aangepakt over mijn laalsten brief. Ik heb getracht de kwestie gedurende den Zondag maar te vergeten, maar hen nu toch wel genoodzaakt nog'even op de zaak terug te komen. In de eerste plaats wordt het mij blijkbaar kwalijk genomen, dat ik, die verklaard heb „een hekel te hebben aan anonyme strooibiljetten" zelf een anony- men brief schrijf. Ik geloof echter, amice, dat de vrienden hier eenigszins misslaan. Ik weet wel dat onze Ghr. Hist, vrien den helaas niet op onze „Nieuwe Leid sche" zijn geabonneerd, maar aan het volgnummer dat boven mijn laatsten brief stond, hebben ze toch kuftnen zien, dat ik niet maar eens even een briefje stuurde over de gemeenteraadsverkiezing, maar dat de brieven uit Sassenheim zoo af en toe in ons blad worden opgenomen. Het is de courantenwereld veelal Ae ge woonte dat dergelijke bijdragen met een schuilnaam worden onderteekend. Wij kennen onzen „Veritas", en „Observator" en ook in de Zuid-Hollander wordt, naar ik meen te weten, wel onder dergelijke schuilnamen geschreven. En als ik nu eenmaal zoo nu en dan iets uit Sassenheim schrijf, mag ik toch zeker ook wel wat zeggen van de gehou den gemeenteraadsverkiezing, en toch als „Sassemer" blijven teekenen. Als ik me echter vergis, en in deze verkeerd handel, geef ik de redactie gaarne het recht_mijn waren naam onder dit epistel te plaat sen. i En nu ter zake. In de eerste plaats wordt beweerd dat noch door het Bestuur noch door de Propaganda- Commissie gebruik is gemaakt van het feit dat op de A. R. lijst geen arbeiders-candidaat op een kansbiedende plaats was gezet. Men ontkent echter niet dat dit waarschijnlijk wel gedaan is door arbeiders leden der C. H. partij. Waar ik in mijn schrijven ook niet spe^ ciaal het Bestuur of de Propaganda- Commissie had beschuldigd, behoeven we bier niet verder over te praten. Ik wil hier echter nog wel dit aan toe voegen dat het Bestuur toch blijkbaar van een dergelijke propaganda niet geheel af- keerig was. Op de officieel© aanplakbil jetten toch heette het: Stemt Christelijk Historisch. Lijst 4. Waar afgeweken werd van de gangbare gewoonte om No. 1 aan te bevelen spreekt hieruit mi. een ver langen om van zooveel mogelijk wajletjes te eten. Dat iedere Anti-Revolutionair heel graag zou zien dat 3 A-R. en 3 C.-H. in den Raad werden gebracht spreekt van zelf, ik gevoel zelf gelukikg heel best da[ wij veel dichter staan bij de G.-H. dan bij de Katholieken. En de houding der Sas- senheimsche Katholieke Raadsleden is bij verschillende principieele kwesties zóó geweest dat ik voor de Sassenheim- sche Katholieken al bijzonder weinig sympathie kan gevoelen. Maar dat neemt niet weg dat de één toch nog met meer Katholieken-vrees of Katholieken-antipathie is bedeeld dan den ander. En 't was opmerkelijk dak juist op deze gevoelens werd gespecu leerd. Ook bij de menschen waarvan men ver moedde dat ze bij de Statenverkiezingen op de Staatkundig Ger. lijst hadden ge stemd. Men vraagt nu: welk recht meenen de A. R. op deze menschen te hebben? En beweert verder dat deze menschen in vele opzichten dichter bij de Christelijk-His- torischen staan dan bij de Anti-Revolu tionairen. Ik zou het Bestuur der Ghr. Hist. Kies ver. zeer dankbaar zijn, amice, als het me dit laatste eens duidelijk wilde maken. Deze menschen hebben toch tot aan de Statenverkiezingen van April j.l. steeds bijna allen A. R. gestemd, en ik weet beusch niet waarom ze nu in eens zooveel dichter bij de G. H. staan dan bij ons. Men zegt: Wij hebben die menschen op onze beginselen gewezen! En dat is na tuurlijk steeds het recht van iedere poli tieke partij. Maar toch kunnen er om standigheden zijn, waaronder het voor een paar zoo nauw verwante partijen als €e G. H. en de A. R .niet verstandig is iom te trachten elkaar zieltjes af te win nen. Zoo was het bij de vorige gemeente raadsverkiezing en zoo was het ook nu. Ik zal dit nog nader met de cijfers aan- toonen. Maar indien het werkelijk waar was dat men alleen getracht had stemmen te winnen door de menschen te wijzen op de C. H. beginselen dan zou ik graag over de zaak heenstappen. Ik moet echter tot mijn spijt volhouden dat dit niet zoo is. Vast staat, wat ik in mijn vorigen brief schreef, n.l. men be weerde dat: de heer Speelman absoluut geen kans htad, dat de 3de A. R. zetel beslist zeker waS, en dat bet daarom ging tusschen den 3den G. H. of den 6den Ka tholiek. En ik kan me nog niet voorstellen dat het Bestuur der C. H. kiesvereeniging. zelf werkelijk van de houdbaarheid v«m deze redeneering overtuigd was. Men schrijft nu: onze cijfers berustten op den uitslag der Statenverkiezing. In de eerste plaats wil ik opmerken dat deze becijfering dan toch zeer oppervlakkig in elkaar was gezet, daar er heel wat men schen in onze gemeente zijn die wel ge stemd hadden voor de Staten, maar nog geen kiezer waren voor den gemeente raad. Maar zelfs als we de cijfers der Statenverkiezingen als basis nemen gaat de hierboven aangehaalde rédenee- ring niet op. Het Bestuur der G. H. Kiesver. is toch wel wat erg naief als het schrijft dat de Vrijz. Dern. op eigen kracht onmogelijk een zetel konden veroveren. De heeren zijn toch geen vreemdeling in Jeruzalem? En dan weten ze toch zeker even goed als ik en elk Sassenheimer die eenigszins meeleeft, dat de heer Speelman, bij een gemeenteraadsverkiezing alle linksche stemmen op zich vereenigt? Dat er bo vendien onder de leden dér Herv. Kerk altijd nog wel eenige kiezers zijn die voor Kamer en Staten G. H.stemmen, maar voor den Gemeenteraad steeds den heer Speelman steuoen. En dat ten slotte al'.ijd nog gerekend moet worden met de kans dat hij ook n-og door enkele Katholieken wordt ge steund? Waar nn volgens de Statenver kiezingen de kiesdeeler 131 zou zijn, en door de gezamenlijke linksche partijen 96 stemmen werden uitgebracht, was de kans zeer klein dat de heer Speelman bij de gemeenteraadsverkiezingen niet de be- noodigde 98 of 99 stemmen zou halen. Op grond van de cijfers der Statenver kiezingen zouden voorts de G. H. boven hun tweeden zetel een overschot hebben van 19, de A. R. boven hun derden zetel een overschot van 69, en de Katholieken hoven hun vijfden zetel een overschot van 51. Ik laat nu de 17 Staatkundig Geref. stemmen maar even buiten beschouwing. Blijkt hieruit niet duidelijk genoeg dat de derde C. H. candidaat geen kans maakte tenzij ten koste van de A. R.? En is ook niet duidelijk dat de A. R. tegenover de Katholieken geen stemmen te missen hadden? Bovendien weet ik dat door het Bestuur der A. R. Kiesver. nauwkeurige becijfe ringen zijn gemaakt op grond van de lijst van menschen die voor den Gemeente raad zouden stemmen. Volgens deze be rekening was het verschil tusschen de A. R. en de Katholieken eerder nog kleiner dan grooter. Maar genoèg over al deze cijfers. Laat ik echter aan het Bestuur der G. H. Kies ver. deze vraag stellen: Indien u meende dat er kans was op een Chr. Protestantsche meerder heid in den Raad, waarom vroeg n dan niet eens een on derhoud aan met het Bestuur der A. R. K i e s v e r.? Het is toch al tijd Beter en prettiger om deze dingen open en rond met elkaar te bespreken. Ik weet uit zeer goede bron dat in de Be- stuursverg. der A. R. Kiesver., zelfs zon der dat u de kwestie had aanhangig ge maakt, de zaak zeer ernstig is besproken, maar men moest tot de conclusie komen dat het onmogelijk was. Zooals- ik in mijn vorigen brief reeds schreef de uitslag heeft de A. R. leiding voikomen in 't gelijk gesteld, 't Was niet onmogelijk geweest dat èn de heer Speel man èn de zesde Katholiek waren geko zen. Én ook had de uitslag kunnen zijn dat nigt de derde A. R. maar wel de derde G. H. zijn intrede in den Raad had ge daan. Ik zie trouwens dat deze bewerin gen door het Bestuur der G. H. niet wor den aangevochten. Dat men van G. H. zijde heeft ingezien dat de A. R. geen stemmen hadden te ver liezen, en dat men daarom de zaak heeft laten rusten, is niet waar. Van enkele van onze propagandisten vernam ik dat zelfs op den dag1 van de verkie zing, vlak voor het stembu reau verschilleden© kiezers nog met de hierboven genoemde argumenten werden bewerkt. Het spijt mij dat het Bestuur der C. H. Kiesver. achter mijn schrijven een zekere wraak .zoekt omdat de Chr. Hist. Partij in tegenstelling met de A„ R. over al zoo hard vooruitgaat. Ik hoop mij al tijd te kunnen verblijden in den voor spoed mijner vrienden. Ik zou niets lie ver zien dan dat de C. H. partij nog eens zoo sterk groeide dat niet alleen in Sas senheim, maar ook in ons Parlement door G. H. -met A. R. een meerderheid kon worden gevormd. Ik vrees- echter dat we de vervulling van dit ideaal wel niet zullen heieven. Het Bestuur schrijft dat in onze ge meente beide partijen ten zeerste op el kaar1 zijn aangewezen, maar dit geldt niet alleen voor den Sassenheimschen Raad maar voor alle christelijke actie op poli tiek en maatschappelijk terrein, 't Is mij altijd een oorzaak van blijdschap ge weest dat heide partijen in onzen Raad steeds zoo nauw hebben samengewerkt. En altijd betreur ik het dat niet op alle terrein even nauw wordt samengewerkt. Wat zou het niét kostelijk wezen, amice, als onze Chr. Hist, vrienden b.v. eens in konden zien dat een A. R. blad toch heel wat nader aan ze verwant is dan een z.g. neutraal?? orgaan. Wat zou er ook op ander terrein door een nauwere samen werking dikwijls niet veel kunnen worden bereikt, waar nu door versnippering en splijtzucht kracht wordt ingeboet. Ik her haal het, ik draag), geen greintje wraak in mij om, en wil graag .steeds en overal samenwerken. 1 Maar dat verhindert niet dat we elkaar wel eens even op de vingers mogen tik ken als er iets gebeurt, wat tusschen twee zoo nauw verwante families -niet voor mocht vallen. Daarover in eigen kring maar te kankeren, zonder de andere par tij gelegenheid te geven om te weten te komen wat er gezegd wordt, en zich zoo noodig te verantwoorden, is m.i. niet goed. 1 V| De manier waarop we. m den laasten tijd in verschillende plaatsen nog al eens door de C. H. vrienden worden bestreden, heeft vele A. R. pijn gedaan. Ik hoop, amice, dat door het Bestuur der G. II. Kiesver. niet bedoeld is qns op .minder faire wijze te benadeelen. Zooals ik reeds zei, ik gevoel er veel meer voor, om, al is het dan ook gescheiden, tegen de gemeen schappelijke vijanden op te rukken. Ei' is in dat opzicht nog genoeg te doen! SASSEMER. Ned. Bond van J. V. op Geref. Grondslag^ Men schrijft ons: De Standaard d.d. 19 Mei j.l. vermeldt onder het hoofd „De ontslagneming van Ds. J. E. Vonkenberg" het volgende: Onverbeterlijk. De jassendief, die er z'n werk van maak te uit leeszalen jassen' weg te nemen, welke practijken bij o.a. te Dordrecht, Gorkum, Leiden en Tiel had uitgevoerd, in welke laatste plaats hij gesnapt werd, was voor waardelijk veroordeeld en in do sticliting- van het Leger des Heils te Lunteren on dergebracht. Nu hij daar eenige dagen heeft doorgebracht, is hij ontvlucht, met medenemingvan een jas. onder hot oog te brengen, wat b.g.n. vcr- eenigingen Uit het oog ve:«orenlicbben. Hoogachtend, Een jongeling. Ingezonden Mededeelingen Alleen zij die de kwellingen en folterin gen van maagpijn, overlading en ongemak ken na het gebruik van voedsel verduurd hebben, zijn in staat de wonderlijke ver lichting die door Gebismureerd Magne sium wordt gebracht, behoorlijk op prijs te stellen. De uitwerking is zoo snel en on feilbaar dat elk spoor van pijn binnen eert paar minuten verdwenen is. Gebismu reerd Magnesium is ongetwijfeld het beste middel dat U kunt krijgen voor aandoe- ningeimder spijsvertering. Het maakt het zuus onschadelijk, doet de gisting en de vorming van gassen ophouden en stelt de maag in staat haar werk te verrichten zonder belemmering. Koop nog heden een flacon Gebismureerd Magnesium bij Uw apotheker, gebruik er een half theelepeltje van in een beetje warm water, onmiddellijk na het nuttigen van voedsel, of wanneer pijn wordt opgemerkt, en dan vergeet gij er spoedig aan dat gij ooit last hebt gehad van zooiets als indigestie. Gebismureerd Magnesium Depot, Nassaukade 314, Am sterdam. Verkrijgbaar bij alle goede Apo thekers en Drogisten, o.a. bij: REYST EN KRAK. 3761 Gisteravond vergaderde de 'ring Gro ningen; van den Bond van J. V. op G. G. om den toestand te bespreken inzake de ontslagneming van Ds. J. E. Vonkenberg als Bondsdirecteur. In de vergadering werd naar voren gebracht, dat, hoe we ook mogen denken over het subsidie- vraagstuk, het toch blijft te betreuren dat door de critiek, uitgebracht op den directeur, de quaestie dusdanig werd ver troebeld, dat enkelen hun persoonlijke grieven luchtten onder het motto „prin cipieel tegen de subsidie". Daardoor wordt een atmosfeer geschapen, die reeds voor de Bondsvergadering velen deed ver gelen wat Ds. Vonkenberg voor den Bond heeft gedaan. Hoewel het de vergadering leed deed dat Ds. Vonkenberg als Bonds directeur meende te moeten bedanken, stemde het toch tot blijdschap, dat Ds. V., hoewel niet langer als directeur van den Bond kunnende blijven, toch den Bond zal blijven dienen. Als resultaat der besprekingenwerd de volgende motie aangenomen, die per tele graaf aan Ds. V.. werd toegezonden: De vijf Gereformeerde Jong'elingsver- eenigingen te Groningen hijeen in buiten gewone ringvergadering, met droefheid kennis genomen hebbende van de ondank baarheid en liefdeloosheid van eenige Bondsmaklcers, z;ooaIs die zich uitte in critiek betreffende den. persoon van den Bondsdirecteur, herinneren alle welden kende leden van den Bond aan den groot-: schen arbeid van Ds. J. Vonkenberg ge durende 35 jaar voor ,den Bond verricht; hopen dat in de toekomst onzer ver- eenigingen jneer nobele overwegingen alle kleingeestige en hatelijke 'persoonscritiek zullen doen verstommen en dat dankbaar-^ beid plaats zal maken voor waardeering. verzekeren Ds. Vonkenberg van haar hartelijke liefde en ongeschokt vertrou wen, overtuigd zijnde dat onze leider steeds heeft gezocht het welzijn van den Bond." Motie en tolichting zijn voorzichtig ge steld, maar toch zóó, dat een ieder'er uit kon lezen, dat de Ontslagname van Ds. J. E. Vonkenberg1 in verband moet staan met de subsidie-quaestie, speciaalhnet den critiek die daarover op den directeur is uitgebracht. Daaromtrent is officieel niets bekend, veeleer het tegendeel: Ds. Von kenberg verklaarde reeds 3 jaar geleden voornemens te zijn geweest na korteren of langer eh tijd terug te willen keer en tot den Dienst des Woords. Dat er in het afgeloopen jaar. critiek is geweest, wie zal het ontkennen? Schreef niet Dr. J. Waterink in het Geref. Theol. Tijdschrift over de stemmen uit Zuid- Holland en Friesland, die wat stroef klonken? Maar zooals de Groninger toelichting het voorstelt n.l. dat persoonlijke grieven gelucht werden onder het motto „princi pieel tegen de subsidie", is vooral voor onze trouwe Friezen een diepe beleedi- ging. 1 f Ook is wat de Ring Groningen daarover schrijft totaal bezijden de waarheid. Want lo. is de subsidie princi pieel reeds «ruim 2 jaar geleden, zoowel in Zuid-Holland als in Friesland bespro ken, dus vóór nog één stem van critiek vernomen werd. 2o. Zou de critiek onder dit motto Ds. Vonkenberg niet 'raken, maar alleen het geheele bondsbestuur, (behalve E. Visser), dat immers geen en kel principieel bezwaar had tegen aan vaarding der Staatssubsidie. Met Groningen zijn wij ook dankbaar voor het grootsche werk, dat Ds. Vonken berg in deze 35 jaar heeft verricht, én er zal ook niemand gevonden worden, die niet vol waardeering spreekt over de j machtige organisatie, die onder zulke eminente leiding, is tot stand gekomen. In zooverre kunnen we de Groninger' motie van harte onderschrijven. Het an dere gedeelte kan ons om de bovenge- noemde redenen in 't geheel niet bekooren en kan slechts dienen tot een twistappel, die tot nog toe in den Bond v. J. V. op Geref. gr. gelukkig vermeden is. GEKIEI5GB3 NIEUWS Inbraak te Apeldoorn. In den nacht van Zaterdag op Zondag, omstreeks 12 uur heeft een onbevoegde zich toegang verschaft tot de woning van den alleen wonenden heer D. in de Twist- straat te Apeldoorn. De heer D., door het gestommel wakker geworden, zag een manspersoon voor een door hem opengebro ken kast met het geldkistje van den heer D. in de hand. EJen worsteling om het bezit van het geldkistje volgde. Op het hulpge roep van den heer D. verschenen eenige buren, die den inbreker overmanden en hem vasthielden tot de inmiddels gewaar schuwde politie verscheen. De dader H. is overgebracht naar het politiebureau en aldaar in verzekerde bewaring gesteld. Het vermoeden bestaat, dat meerderen bij dezen inbraak zijn betrokken, vandaar dat door de recherche een uitgebreid on derzoek wordt ingesteld. DE HERDERSFLUIT. „Eens ging ik langs het lage riet, Dat riüscben kan en anders niet, Toen langs mijn pad een herder kwam, Die één van deze halmen nam En dien besnoeide en besneed. En maakte tot zijn dienst gereed. Door dit gekorven riet, dat 'Als dood hij in zijn banden had, Dien stemmeloozen stengel zond Hij straks den adem van zijn mond, f En als hij blies, oo zong bet riet, En, als hij zweeg, verstomde 't lied: De zoete, pas ontwaakte stem Bestond en leefde slechts door hem. .Zoo gaf ik gaarne wensch en wil In 's Heeren hand en hield mij stil, Zoo dan, als door een rieten fluit, Bij zwijgend eigen stemgeluid, Gods adem door mij henen* blies, Hoe groote winst bij kleen verlies!" JAC. v. d. WAALS. WAT EEN KROKODIL* VERSCHALKT. In een der jongste vergaderingen van het zoölogisch genootschap te Londen trad een kleurling naar voren, en deponeerde op de bestuurstafel een grooten zak. Nadat de voorzitter den aanwezigen had medegedeeld, dat deze man op de aan krokodillenrijke terreinen langs liet Tan- ganjikameer het beroep van jager uit oefende, verzocht bijhem de vergadering te willen toonen, wat hij in de maag van een enkelen krokodil had gevonden. De man toonde achtereenvolgenself zware koperen armbanden, drie uit ijzer- draad vervaardigde armbanden, een uit glasparelen geregen halsketting, veertien voor- en acliterpooten van verschillende dieren, drie rugwervels, een' lang touw, achttien steemen van verschillende grootte en verscheiden stekels van een egelvisch. Het touw was gebruikt om een pak dicht te snoeren, dat een drager getran sporteerd had. De man en zijn pak waren spoorloos verdwenen, alleen liet onver teerbare touw bleef over als bewijs van de tragedie, die zich in den krokodillenbek bad afgespeeld. Bij deze gelegenheid vertelde en lid van het genootschap de volgend© amusante episode, waarvan hij in Afrika getuige was geweest. Een inboorling had een groo ten krokodil geschoten en smaakte de sen satie in de maag van het monster een beurs te vinden met vijftig gouden souve- reigns, waarschijnlijk het loon van een zwarten mijnwerker, die, op weg naar huis, door een krokodil was verslonden. Buiten zich zelf over dit buitenkansje, snelde de jager met zijn schat weg. Niet lang echter duurde de vreugde. Spoedig verscheen het hoofd van den stam en nam de beurs met inhoud als „kroonrecht" in beslag. INGEZONDEN (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie) Leiderdorp, 29 Mei 1923. Geachte Redacteur. Beleefd verzoek ik U eenige plaatsruimte in Uw veelgelezen blad. Bij voorbaat mijn hartelijken d,ank. In Uw blad van Maandagavond 1.1. staat een bericht van de Geref. Jongelings-Ver- eenigingen „Obadja" en. „Ds. Bavinck". Deze voreenigingen schrijven kennis ge nomen te hebben van het bedanken van Ds. Vonkenberg als bondsdirecteur en vra gen het Bondsbestuur hem tot Eere-voor- zittér van den Bond te benoemen ten einde hem zoodoende voor den Bonds- arbeid te behouden. M. de R. Het verbaast mij dat genoemde vereenigingen dit voorstel willen en zul len doen. Ik verwijs naar ons Geref. Jon gelingsblad No. 37 van 18 Mei j.l., waarin een artikel- staat met opschrift „Noch be doeld, nocli gezegd"'. Hierin staat dat Ds. V onkenberg noch bedoeld, no eb g e- z e g d beeft zijn ontslag als bondsdirec teur te nemen. Ds. B.. heeft op de ge houden Bondsvergadering te Groningen medegedeeld, dat hij aan zijn, van den be>- ginne aan, gekoesterd voornemen, dat ook aan het Bondsbestuur bekend was, hoopt uitvoering te geven en weer als Dienaar des Woords een Geref. Kerk wil gaan dienen, en dat hij rsa aanneming van een beroep wensebt op te houden bondsdirec teur te zijn. Dan pas zal Ds. V. ontheffing van zijn functie vragen. Alzoo kom ik tot de volgende conclusies: lo. dat er- bij genoemde twee Vereeeni- gingen geen goede kennis genomen kan zijn van het bedanken als bondsdirecteur; 2o. dat er bij haar alzoo voorloopig geen sprake kan zijn om boven genoemd voorstel te doen; en 3o. dat het goed lezen vaw ons „Jonge lingsblad" ook nuttig kan zijn. Met deze toelichting meende ik even RECHTZAKEN t KANTONGERECHT TE LEIDEN. Voor de openbare zitting komen 91 za ken op de rol, voor niet-openbare behande ling 3 zaken. B., verlofhouder te Leiden, is ge dagvaard voor verkoop van andere dan sterken drank, met een. te hoog gehalte (IS pet.). Dr. van Eek wordt ia deze zaak gehoord om zijn meoning te zeggen of een gehalte van 18 pet. sterke drank is of niet.. Getuigo -heeft -dezen drank niet onder zocht, doch wil wel als zijn meening ver klaren, dat 18 pet. zeker sterken drank ge noemd kan worden. Do Kantonrechter heeft hier onlangs nog gehoord een vérklaring van een des kundige, ie beweerde, dat beneden 35 pot. geen sterken ctrank is, terwijl in hoogste uitspraak dit gehalte al eens op 22 pet. ge bracht was. De Inspecteur Eskens hoopte in 't belang van de beambten, belast met de opsporing van overtredingen inzake de Drankwet, dat liierin een uitspraak zal worden ge daan. De Directeur van den Keuringsdienst te Groningen heeft volgens de kranten be paald, dat beneden. 35 pet. geen sterken drank is, wat ook verklaard is door een deskundige. Do zaak werd aangehouden voor nader onderzoek, waarover dan Dr. v. Eek rap port zal uitbrengen. Beklaagde heeft het gekocht in dc ver onderstelling dat het IS pet. althans min der. dan 20 pet. sterkte was. L. van E., landbouwer te Leiderdorp heeft een kalf doen slachten, zonder den keuringsdienst er kennis van te geven. De keurmeester Den Hertog, was den slager tegengekomen, die een kalfsvel in een zak had, waardoor hij aan de weet kwam, waar de overtreding plaats gevon den had. De zaak werd aangehouden om getuigen te hooren. P. S., koopman te Leiden, is aange klaagd onvoldoende uitgeweken te -hebben op den weg onder de gemeente Stompwijlc, waardoor een handwagen in het water ge reden werd met zich nemend den bestuurder dier wagen, een 14-jarigen jongen. Beklaagde heeft wel den wagen aangere den, doch reed half spoor, terwijl de jon gen niet ver genoeg uitweek. Hij heeft zijn plicht gedaan door de jongen uit het wa ter te halen, in de kar te gooien en op een nabijgelegen molen to brengen. Het 14-jarig ventje, dat het ongeval ge troffen had, gaf een omstandig verhaal van het gebeurde, wat wel wat afweek van de verklaringen van beklaagde, waarna nog een getuige gehoord werd. Om een niet verschenen getuige te hoo- ren, werd de zaak aangehouden tot over 14 dagen. Hierna kwamen aan de orde een 25-t.al zaken van ge dagvaarden, die niet versche nen waren voor de keuring van de Nat. Militie. Een achttal was verschenen, waaronder vergeetachtige^, verhinderden en te laatgekcmenen. Als getuige was aanwezig de kanitein- fcecretaris van den keuringsraad W. K. van Hasselt. Voor de niet omgekomenen werd geëischt- f 5 of 5 dagen voor die welke te laat kwamen f 3 of 3 dagen. J. Z.} arbeider te Leiderdorp, üs beklaagd dat hij een paar meisjes van de Oudewetering afkomstig heeft gegrepen van een fiets, waardoor zij kwamen te val len. J. B., militair thans in dc Harskamp heeft er aan medegedaan, doeh het was louter een lolletje. Eisch f 15 of 5 dagen. A. van Scii., te Noord wijk, heeft met zijn vrachtautoeen jongen met een hand kar aangereden. Uit het getuigenverhoor blijkt dat beklaagde voldoende gewaar schuwd heeft, waarom de ambtenaar vrij spraak verzocht. Beklaagde had niet verwacht dat het nog een rechtzaak zou zijn geworden, wanr, als ze naar htm toegekomen hadden, was hij niet ongenegen geweest, de schade aan de wagen te vergoeden. De Kantonrechter merkte' op dat hij zulks nog kon doen. Hiervoor verklaarde beklaagde nu fees telijk te bedanken. Tegen B. Sn., chauffeur te 's-Gravenhage die in de bo.'ht bij het Groene Kerkje een andere auto had aangereden, werd vrij spraak gevraagd, wegens gebrek aan be wijs. Tegen W. J. v. N., te Noordw ij k e r- li o u t, niet verschenen, werd wegens het "rijden op een fiets, meevoeren van een paard aan een te lang touw f 5.of 5 dagen geëischt. Th. v.' W., kweeker te Noord w ij k, heeft zonder vergunning met prikkeldraad zijn eigendom langs den weg afgezet. Nu heeft hij vergunning. Eisch f 2.— of 1 dag Joh. v. Z„ te Leiden, boorde f 4.— of 4 dagen tegen zich eiscbcn. P. R., bloemkweeker te Warmond, is bekeurd, omdat hij zonder vergunning heeft gepeurd. Het blijkt dat beklaagde wel degelijk vergunning bad, doch dat hij zonder acte had gevischt Hierop volgde vrijspraak, doch dc mb- tenaar kon nog wel eens een andere dag vaarding zenden. P. J. B., te Leiden, die niet als ge-; tuige verschonen was in een zaak, waar voor hij gedagvaard was,-hoorde f 20.—4 of 10 dagen eisclien. 't Móest maar eens uit zijn dat wegblij ven, al gaf beklaagde een aannemelijke reden op. Hierna kwamen nog een aantal lcer- nlichtszaken waarvan de uitspraak werd I bepaald op over 14 dagen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 6