Tweede Bladj gGn- Woensdag 30 Mei 1923 's LANDS FINANCIEN. Do Standaard acht den financieolen toestand van ons land buitengewoon don ker. „Door don Voorzitter der A. R. Kamer- club werd, bij de algemeene beschouwin gen over de Staatsbegrooting, het nadeelig verschil tusschen inkomsten en uitgaven voor de volgende jaren geraamd op 100 k 150 millioen per jaar. Men achtte dit des tijds niet vrij van overdrijving. Maar een r.eer voorzichtige raming der Vlootwetsom- missic komt thans tot een tekort van 720 millioen gulden per jaar. En neemt daarbij aan, dat de inkomsten uit heffin gen slechts met 25 millioen per jaar zul len dalen. Wordt deze daling grooter dan 25 millicen, dan wordt ook het tekort van 120 millioen per jaar grooter. En wij verwachten otellïg een grootere daling clan 25 millioen en mitsrdien een grooter tekort dan 120 millioen per jaar. Die uitkomst bij een belastingdruk, die voor de welvaar"; der volgende geslacE- ten dooclend is, omdat geen nieuwe kapi taalvorming meer plaats grijpt, leidt er toch wel toe, om de "donkere wolk meer in het oog te vatten dan den zilveren rand er om heen. Ongegrond pessimisme is verkeerd. On dankbaarheid voor het vele goede dat God ons nog schonk, is zonde. Maar een uit het oog verliezen van den werkelijken toestand kan evenmin tot iets *^>eds leiden. En die werkelijkheid is: a. de belastingen kunnen niet meer ver hoogd worden. b. de bestaande belastingen gaan min der opbrengen. c. zelfs al bleef de opbrengst daarvan op hetzelfde peil, dan nog is er een tekort van ^ongeveer 100 millioen per jaar, dat na tuurlijk verdwijnen moet en alleen door vermindering der uitgaven verdwijnen kan. Linksohe verdraagzaamheid. In Aalsmeer is bij de verkiezing voor den Gemeenteraad de Raad omgegaan: 7 links en 6 rechts. Dit „heugelijke" feit werd op 'n feestavond der vrijzinnigen al dus bezongen: V r ij h e i d. Een lied op de overwinning bij de Ge- mcenteradsverkiezingen te Aalsmeer door de vrijzinnigen op 23 Mei 1923. (Da Cost a's strijdlied zeer vrij gevolgd). Zij zullen ons niet hebben, De dompers van deez' tijd. Godlof, wij werden eind-lijk, Uit hunne greep bevrijd. Zij zullen ons niet hebben, De drijvers van dit oord. Niet om hun slaaf te wezen, bis ,Werd onzen wensch verhoord. Zij zullen ons niet hebben, De drijvers van dit dorp. Wij laten ons niet knechten, Noch strikken in hun worp. Tenzij wij laf verzaakten, Wat in ons bvuist en leeft: „Den drang naar al wat vrij is",) bis Waarvoor de domper beeft. Hij zal ons vast niet voogden, De clerus vati deez'. plek. Onz' geest laat zich niet perken, Noch buigen onze nek. En wie het toch mocht wagen, Onz' vrijheid aan te slaan. Hij zal ons strijdbaar vinden b.'s Vereenigd om onz' vaan. Met al hun zoete woorden, Met al hun zacht geteem, c 4 Met al hun listen, lagen, Met al hun valsch gefleem: Nooit zullen zij ons hebben, Ons zetten naar hun hand. Nooit weder ons ontnemen, bis Ons allerdierste pand. En breken donk're dagen Voor onze vrijheid aan, Dan weiten w onze zwaarden, Ontrollen w' onze vaan. Als vrije mannen, vrouwen, Ons fier dan weer verzet; FEUILLETON Van hooger Orde. Naar het Engelsch. 91) Zij zien, dat ik vooruit ga, ter wijl anderen achteruit gaan dat mijne fabrieken alleen met volle kracht werken en dat ik meer handen aan het werk heb,- dan ik gebruiken kan. Elke Week moet ik wegzenden, die zich bomen aanmelden. Zij zullen dien ouden roep weer aanhef fen dat mijn machine het handwerk heeft vernietigd. Zoo ziet gij, niettegen staande al wat Guy zegt van onzen voor spoed, dat zijn vader toch niet keelor Snaai op een bed van rozen slaapt." ,,'t Is slecht - wreed!" „Heelemaal niet. 't Is heel natuurlijk f- 't is de straf, welke iemand krijgt voor ket succes. Maar 't zal wel overgaan; we «uilen er zoo weinig mogelijk om geven." „Maar ben je zelf veilig? ik bedoel leven," want een plotselinge vrees be ding mij een vrees, niet ongewettigd degens meer dan één gebeurtenis in dit Jaar dit verschrikkelijk jaar 1825. „Veilig? ja en hij sloeg zijn «ogen op, „ik geloof, dat mijn leven geen gevaar loopt als ik werk te doen heb. Maar, ter wille van anderen, heb ik toch 1 En trouw aan onze strijdleus: bis „Ons schrijft de kerk geen we t." J. F. L. Is het niet meer dan schandelijk! „D e Nieuwe Meerbod e", ons anti-rev. orgaan voor Haarlemmermeer noemt in een beschouwing over den uitslag dit lied luguber. Waarlijk, deze betiteling is niet te kras! KEEK EM SCfrSÖÖL NED. HERV. KERK. Aangenomen. Naar Nijega-Elahui- zen: H. Mondt, docts. te 's-Gravenhage. GEREF. KERKEN. Beroepen. Tc Molenaarsgraaf-Brand- wijk: J. H. Donner Jzn., cand. te Goes. CHR. GEREF. KERK. Beroepen. Te SliedrechtT. A. Bak ker te 's-Gravenhage. GEREF. GEMEENTE. Bedankt. Voor Amsterdam: H. A. Minderman te Dirksland. EVANG. LUTH. KERK. Beroepen. Te Pekela: Joh. J. Simon te Weesp. Bevestiging, Intrede, Afscheid. Cand. W. Doorenbos deed Zondag intrede bij de Geref. Kerk van Midwolda naar aanleiding van Jac. 1: 2122, na des morgens bevestigd te zijn door den consu lent, Ds. N. Postema. Het afscheid van D s. W. H. van H e u v e n van de Ned. Herv. Gem. to Hemelum c.a. is bepaald op 1 Juli en zijn bevestiging on intrede te Nijkerkerve>en op 8 Juli. Bevestiger is Ds. W. G. C. Beere- kamp van Leeuwarden. Zondag nam D s. G. v. Wolfswin kel onder grc^>te belangstelling afscheid van de Ned. Herv. Gem. te Welsrijp, welke gemeente hij 11 jaar mocht dienen. Zondag nam D s. T h. G. C. R a p- p a r d afscheid van de Ned. Herv. Gem. te Maartensdijk m^t eei^ predikatie over Markus 13: 31, die door een zeer groote schare werd aangehoord. Na het einde der predikatie sprak Ds. Klomp, van West broek, namens Gemeente en Kerkeraad den vertrekkenden leeraar toe, waarna hij do gemeente verzocht hem Ps. 1214 toe te zingen. Da. W. B i e s h a a r te 's-Gravenhage dié benoemd was tot directeur van den Geref. Zendingsbond, heeft die benoeming niet aangenomen. Ds. A. Steyling. Ds. A. Steyling, emer. pred. te Apel doorn, is wederom zooverre hersteld, dat hij Gereformeerde Kerken, die hulp behoe ven in den Dienst des Woords, gaarne wil helpen. Ds. G. J. v. d. Vegt. Ds. G. J. v. d. Vegt, Geref. pred. te Ha ren, moet wegens lichaamszwakte ©enigen, tijd rust nemen. Ds. D. Vrieling, em. pred. aldaar, zal voor zoover mogelijk hoogst waarschijnlijk den dienst (les Woords waarnemen. Jubileum. D s. G. E. Meloen, Ned. Herv. pred. te Kloetinge, herdacht Zondag met een predikatie over Hand. 4: 12 zijn 40-jarig nmbts-jubileum. Dc jubilaris werd toege sproken door burgemeester Zande©, waarna de gemeente hem toezong Ps. 121: 4. Aan het einde der godsdienstoefening vertolkte ouderling J. Oele de dankbaarheid der ge meente, waarop hartelijke toespraken volgden van Ds. Feijkes, namens den ker keraad te Colijnsplaat; van Ds. Drost, van Wemeldingc namens het Classicaal Bestuur, en van Ds. Steinz, namens den kerkeraad van Goes. Den jubileerenden pastor werd daarna staande toegezongen Gezang 91: 3. Voor dien stond Ds. M. te Korbenhoef en te Colijnsplaat. Met het uitspreken cener gedachtenis rede naar aanleiding van Rom. 12: 46, herdacht D s. Th. S ch ar t en te Gouda, Zondag den dag waarop hij voor 25 jaar zijn predikambt bij de Luthersche Ge meente aanvaardde, na afloop waarvan hij door Ds. Gras uit Rotterdam waardeerend werd toegesproken. - Zending. De Algem. Ned. Zendingsconferentïe zal dit jaar te Amsterdam worden gehouden op Maandag 22, Dinsdag 23 en Woensdag 21 October. In verband met het regeerings jubileum van de Koningin zal zij gewijd worden aan een overzicht van den groei gedurende de laatste maand, als ik van en naar de Coltkambank ga dit bij me gedragen." Hij toonde mij een klein pistool. Ik schrok hevig. „Weet je vrouw dat?" „Natuurlijk. Maar zij weet ook, dat ik 't niet gebruiken zal als 't niet hoogst noodig is, en ook, dat de wetenschap, dat ik zoo iets bij me heb, wat hier en daar wel bekend is, mij mag verhinderen 't ooit te gebruiken. God geve dat! Maar, kom, laat ons hier niet meer over spre ken." Hie hield op en zag met 'n droeven blik over het zonnige dal, waarvan het groot ste deel reeds zijn eigendom was. Want het geld, dat hij kon missen uit zijn zaak, daarmee speculeerde hij niet, maar hij had een aartsvaderlijk genoegen om dat, te beleggen in land, vooral ten behoeve van zijn fabrieken en voor degenen, die daaraan verbonden waren. „Mijn arm volk zij zouden mij nu toch beter moeten kennen!" „Wat zult gij er tegen doen?" „Niets, 't laten uitsterven!" i We stapten van dit onderwerp af en praatten vroolijk nog een uur lang over allerlei diugen. John Halifax zag er uit als een „gezegend" man. Gezegend en gelukkig ook was bij dien ganschen dag, vooral bij den maaltijd van het Zendingswerk in Ned. Oost- en West-Indië gedurende die 25 jaren. Algemeene Synodale Commissie der Nederlandsche Hervormde Kerk. XII. Een schrijven van het classikaal be stuur van Leeuwarden met verzoek om eenheid te brengen in de rechtsbedeeling met betrekking tot de approbatie van be roepen, wordt na hetgeen daaromtrent reeds door de Alg. Synodale Commissie is overwogen, voor kennisgeving *aangeno- men. De kerkeraad van Leiden heeft verzocht adhaesie te betuigen aan zijn adres, ge richt tot de Protestantsche kerken in Amerika betreffende den toestand in het Roergebied. Aan den kerkeraad zal wor den bericht, dat de Synodale Commissie aan dat adres geen adhaesie kan betui- Do secretaris geeft eenige inlichtingen betreffende Nederlandsche landarbeiders in Noord-Frankrijk. Een predikant zal worden uitgenoodigd voor hun geestelijke belangen te zorgen, indien hun aantal al thans groot genoeg zal zijn. In het Weekblad zal een aanschrijving worden opgenomen, dat aan de bepalin gen betreffende het uitbrengen van beroep binnen den bepaalden tijd de hand moet worden gehouden. Verscheidene stukken worden voor ken nisgeving aangenomen. Aan de schenkers van boekwerken voor de bibliotheek der Synode is dank betuigd. Tot leden der Spoedcommissie worden benoemd de h.h. F. Tammens en Kr. Tim- mers; tot hun secundi de h.h. G. E. M. Picard en H. Veenman. Nadat de h.h. dr. Aalders en C. Sr van Paassen afscheidswoorden hebben ge sproken, herdenkt de president, dr. Wey- land, in hartelijke bewoordingen, in 't bij zonder den secretaris, die wegens onge steldheid een verloftijd van drie maan den heeft. Hij dankt den secretaris ad. voor zijn arbeid en sluit de vergadering. EyangeÜsch-Luthersche Synode. Na lezing en vaststelling van de notu len der vorige zitting bracht ds. De Meijere in de zitting van gisteren namens de comm. van rapport over het financieel beheer der syn. commissie verslag van haar bevindingen uit. De commissie heeft alles wat beirekking heeft op de finan ciën, nauwkeurig onderzocht en in volkom men orde bevonden. Zij stelt voor, de re kening en de begrooting goed te keuren, het weduwenpensioen te bepalen op f 400, de syn. commissie te machtigen zoo noo dig f 5000 te gelde te maken en de finan- cieele commissie, vooral den lsten pen ningmeester, mr. Loman, te danken voor het uitstekende en zuinige beheer. De sy node neemt bij acclamatie deze voorstel len aan. Dr. Rust rapporteert over de voorstel len van curatoren van Jiet seminarium om wijziging te brengen in het reglement op het seminarium en in het reglement op de toelating tot het predikambt. De be doeling is, dat de aanstaande predikanten bij het kerkgenootschap, die niet te Am sterdam studeeren, zullen worden inge schreven, na hun propaedeutisch examen, in. het seminarium. Zij zullen zich' dan in verbinding met de hoogleeraren hebben te stellen, en zoodoende zich eenige jaren onder hun leiding plaatsen met bestudee- ring der vakken op het seminarium gedo ceerd. Voorts, dat in de eischen voor de toela ting zullen vervallen: de ethiek en de godsdienst van Israël, omdat, onder het nieuwe academische statuut, deze vakken reeds tot het candidaatsexamen behoo- ren, en in plaats van twee preekschetsen een schets over een op te geven cateche tisch onderwerp; en eindelijk in plaats van een examencommissie van 14 leden er een te nemen van zeven. Het eerste voorstel wordt aangenomen met 19 stemmen tegen 2; het tweede bij acclamatie aangenomen; het derde ver worpen met 15 tegen 6 stemmen.* Ds. Theesing verdedigt zich. Het Religieus Socialistisch Verbond heeft te Rotterdam een bijeenkomst ge houden, waar o.a. D r. H. J. D. R. Thee sing uit Middelie-Kwadijk, tegen wien, gelijk bekend, een aanklacht is ingediend, sprak over: „Verboden Christendom". De ze rede wa-s, zooals de heer Leisting in zijn openingswoord zeide, het antwoord op een aanklacht, die tegen Dr. .Theesing is ingediend. De mensch is, zoo ving Dr. Theesing zijn rede aan, een natuurlijk wezen. Hij is een deel der natuur. Maar hij is meer, want hij is een geesCelijk wezen. van Jiet fabrieksvolk. Het deed 't hart goed to hooren met welk een vreugde zij den meester begroetten en den jongen meester ook, dio op dezen dag voor de eerste maal als zoodanig werd voorge steld; daar de firma voortaan zou hee- ten „Halifax en Zoon". En hoe gelukkig was de vader toen hij des avonds in het midden van zijn kinde ren stond, wachtend op „Guy's bezoe kers". „John ziet er goed uit van avond," zei Ursula, terwijl zij bij me kwam zitten. Uit haar kalmen blik zou men niet heb ben vermoed, dat zij wist, wat John mij dezen morgen gezegd had, dat zij wist. Maar zij beiden, in hun volmaakte eensgezindheid, hadden een wondere kracht een wondere onbezorgdheid. Daarom, te midden van al hunne zor gen, was haar gezicht zoowel als 't zijne, kalm en helder. John glimlachte terwijl hij bij ons kwam staan en zeide met zichtbaar genoegen: „En ge hebt mijn broche toch tenslotte voorgedaan zie ik?" „Ja, maar en zij schudde haar hoofd „denk aan je belofte." „Phineas, deze vrouw van mij is een ij-dele vrouw. Zij weet, dat haar waarde „ver bovon robijnen is", of zelfs dia-: manten. Neen, mevrouw Halifax, wees niet bang; ik zal je geen juweelen meer "Uit den geest der mensehen is ontsproten alle wetenschap, allo vrijheid, ale godsdienst. Wij zien een voortdurend stijgen van het lagere tot het hoogere in wetenschap en vrijheid; een opgaande lijn die nooit verbroken wordt. Dit standpunt mag echter, waar het de ontwikkeling van den godsdienst betreft, niet worden uitgesproken, tenminste niet in de Herv. Kerk, want daar gaat men uit van de fictie, dat eenmaal is ge openbaard de waarheid, waarboven geen andere waarheid meer mogelijk is. Er is geen ontwikkeling meer denkbaar, nadat de Christelijke leer aan de menschheid is geopenbaard. Als men dus aanneemt, dat in het traditioneel Christendom de hoog ste waarheid is geopenbaard, dan komt men tot vier conflicten. 1. Het conflict tusschen de traditionee- lo Christelijke leer en de wetenschap. De traditioneele Christelijke leer leert, dat het heelal de aarde is. Zij laat voorts de mogelijkheid van wonderen open. Zoo zou Josua eens de zon hebben doen stilstaan. De wetenschap heeft echter aangetoond, dat er geen wonderen zijn, doch on ver breekbare natuurwetten. 2e. Is er het conflict tussCfoen de Chris telijke leer en het zedelijk bewustzijn. De oude Christelijke leer spreekt van een zondeval. Van de grondlegging der wereld af, is vastgesteld, wie wel en wie niet in den hemel zullen komen. Die gedachten- gang is strijdig met wat in ons leeft, als zedelijk bewustzijn. Wij kunnen er niet toe komen ons als een willoos werktuig te beschouwen. Er is een stem in ons, die zegt, dat wij niet geneigd zijn tot alle kwaad, maar dat wij kunnen stijgen tot het goede. 3e. Is er het conflict tusschen het Chris tendom en de levenservaring van den mensch. Het Christendom zegt: „Er is oen God, die voor ons mensehen- per soonlijk zorgt. Er is de voorzienigheid Gods, die waakt". Maar als wij te rade gaan met de levenservaring, dan komt er twijfel. Mensehen, wie het goed gaat, kunnen deze leer gemakkelijk onderschrij ven. Maar wie in de achterbuurten heeft rondgekeken, zal zijn mond wel houden. 4e. Het conflict gaat tusschen het over geleverde Christendom en het verlangen der mensehen naar maatschappelijke rechtvaardigheid.' Door de eeuwen heeft het officieele Christendom niet gesproken van de rechtvaardigheid, die komen moest op aarde. Het heeft alle onderdrukking laten bestaan. Men heeft partij gekozen, maar niet de.partij van Jezus Christus van den vernederde, maar omgekeerd. Spreker besprak daarna deze stellingen in den breede en lichtte ze toe." Dat is wel een in-droevig verschijnsel. Maar weinig minder droevig is zeker, dat oen orgaan als do Gereformeer de Kerk in verband met deze leertucht- kwestie kan schrijven: „Die eene man zal nu aangepakt wórden, omdat hij wat krasser heeft uitgesproken wat door vele anderen in beginsel reeds lang was uitgesproken en omdat hij met wat meer gerucht geloochend heeft wat reeds velen voor hem loochenden en nog met hem loochenen. En op wat grond zal dit geschieden? Op dezen grond, dat hij, de leer onzer Kerk te na kwam? Dan willen wij onmiddellijk als zijn ad vocaat optreden en aanvoeren, dat hij daarin waarlijk niet alleen staat, want dat niet alleen Modernen, maar ook vele Or thodoxen het doen, inclusief de volgelingen van dr. Kuyper, die onze belijdenis op het stuk van Kerk en Overheid ^ontrouw wer den." Mensehen die brutaal het Christendom, loochenen en bestrijden op één lijn ge steld, met de mannen van den Gerefor meerden Bond. Het is wel kras. Congres voor Inwendige Zending. Met het oog op het Congres voor Inwen dige Zending, dat van 1921 Juni te Am sterdam gehouden wordt, is de algemeene vergadering van het Nederlandsch Bijbel genootschap gesteld op Maandag 18 Juni. Op den avond van dien dag zal prif. dr. van Nes uit Leiden spreken over: „Het Bijbelgenootschap en de Inwendige Zen ding." Uit het Sociale Leven Het Nationaal Arbeidssecretariaat Het referendum in het Nationaal Ar beidssecretariaat over de aansluiting bij de Roode Vakinternationale is thans afge- loopen. Naar de Tribune meldt, is de aan sluiting met een duizend stemmen, meer derheid aangenomen. geven." Zij had ze niet noodig. Zij stond te midden van hare drie zonen met den lach van eene Cornelia. De gasten kwamen binnen en John verliet mij om zijn plichten als gastheer te vervullen. Geen gemakkelijke plicht, gelijk ik spoedig bemerkte. Want de tij den waren moeilijk en de mensehen niet op hun gemak. Allen, behalve de lucht hartige jonge lieden, zagen er ernstig uit Het jaar 1825 was het jaar van de pa nieken. Daar de oorlog was opgehouden, was plotseling de handel, in zijn slecht- sten vorm, ongezond uit de kracht ge groeid. Speculaties groeiden overal op als paddestoelen, bloeiden even en ver dwenen dan weer. Dan volgde de onder gang niet van honderden, maar van dui zenden, van alle standen en klassen. Dit jaar en deze maand van 't jaar, deed zien, doordat vele oude firma's, vooral bankiers, sprongen, dat de algemeene „krach" juist begonnen was. Zelfs in on ze afgelegen, landelijke omgeving werd het gevoeld, ook onder onze gasten van dezen avond, onder eenvoudigen en voor namen. Alleen een man, in de positie van mijnheer Halifax, kon zulke heterogene elementen bijeen brengen. Stadsmen- schen en plattelanders, dissenters en Anglicanen, beroepsmcnschen cn zaken- menschen. John durfde dat wol cn Staking te Schiedam. Aan de glasfabriek „De Schie" die kort geleden weer in werking is gesteld, heeft een 20-tal aanvangers het werk gestaakt. Zij eischen een betere loonregeling. Do glasblazers zijn aan het werk gebleven. Daar zij echter ook het werk der jongen# moeten verrichten, lijdt de productie on-* der de staking, terwijl ook het loon det volwassen arbeiders daardoor vermin-* dert. - -( Malaise in de glasindustrie. Do glasfabriek „Uto" te Schiedam heeft haar bedrijf, dat op coöperatieve leest ie geschoeid, stopgezet. De regeering en d« gemeente zijn niet genegen de onderne* ming financieel te steunen, waardoor do directie verliezen lijdt, die zij niet langer kan dragen. 150 glasblazers zijn hierdoör werkloos geworden. Het verbruik aan electrische energie. Bolgens een uitvoerige becijfering be droeg bet totale verbruik van electrisch® energie over de geheele aarde ongeveer 100.000 milliard kilowat uren, waarvan 85 voor kracht en slechts 15 voor ver lichting. Bijna precies de helft dier enorm® hoeveelheid wordt in Amerika verbruikt, waar de electrifies tie het verst is doorge drongen en waar watervallen en goedkoopo steenkool de toepassing ook veel gemakke lijker maken dan elders over zoo grooto uitgestrektheden mogelijk zou zijn. Na Amerika komt Duitschland met 8.6, Japan met 6.9, Engeland met 6.4, Frankrijk met 5.4, Canada met 5.1 millard K.W.U. Ons land verbruikte 343.000.000 K.W.U. In Zwitserland en Scandinavië werden meer dan 92 van de electrische energie gebruikt voor fabrieken en sporen, ter wijl Japan slechts 72 daarvoor gebruik te en aldus betrekkelijk het grootste deel voor licht toepast. Ons land wordt bij de kleine verbruikers gerekend, zooals het bovenstaande cijfer voor het totale ver bruik reeds duidelijk doet ui tin men. Merkwaardig is dat Amsterdam alleen, van die 343.000.000 K.W.U. 110.000.00o K. W.U. verbruikte, waarbij dient opgemerkt te worden, dat hot verbruik over het ge heele land in de laatste twee jaren sterk toeneemt. In ons land wordt ongeveer 20 voor licht, gebruikt en do rest voor kracht Do andere genoemde kleine landen konden gemakkelijk boven ons land ko men, omdat zij over groote hoeveelheden arbeidsvermogen in water beschikken, dat op zeer goedkoope wijze in electrische energie omgezet kan worden, terwijl heb opwekken met steenkool noodzakelijk duur moet blijven, waar tegenwoordig slechts hoogstens 13 van de totale chemische energie der steenkolen in electrisch ar beidsvermogen omgezet, wórdt. Ook dient opgemerkt te worden, dab men wel mag rekenen, dat. juist in die landen het electrisch bedrijf het best ren- deerend is, waar het grootste deel der energie "gebruikt wordt voor kracht en niet voor licht, daar de lichtverbruiker slechts op enkele uren van den dag en dat nog sterk wisselend stroom afneemt, terwijl do fabrieken, spoorwegen en andere, ver voermiddelen kunnen zorgen voor een vrij regelmatig cn continubedrijf. Wegens de veiligheid en de juistheid van regeling cn ook wegens het rendement in licht is het electrische licht te verkiezen boven allo andere methoden van verlichting en zal het percentage er voor zonder twijfel stij gen. Por hoofd der bevolking bedroeg het verbruik ongeveer: Zwitserland 700 K.W.U Canada 612, N.-Amerika 472, Noorwegen 493, Zweden 364, Z.-Afrika 199, Frankrijk .147, Duitschland 141, Nederland 52 K.W.U. Van de totale bevolking gebruikt, in Canada meer dan 38 electrisch licht en N. Amerika 36.8 Dan komen achtereen volgend: N. Zeeland, Japan, Denemarken. (29.8 Zwitserland, Scandinavië, N. Foundland, België (19.7 Australië, En geland, Duitschland (14.5 Nederland (!4 De totaio capaciteit der electricitcitsop- wekkers bedraagt ongeveer 46.500.000 KW., waarvhn twee derde op rekening der be drijven met stoombedrijf en een derde uib de wateroentrales wordt verkregen. Ons land bezat in 1920 van het totaal ongeveer oen half procent, terwijl België driemaal zooveel heeft, hetgeen verklaard kan wor den uit de „zware industrie" van dit land. In totaal rekent, men, dat 5 van de wa terenergie nuttig wordt omgezet, zoodat zonder twijfel de toeneming er van in do eerstkomende tijden, waarin zuinigheid oen dure plicht is, zeer sterk zal zijn. S hij deed 't. Maar hoewel John, door zijn persoonlijken invloed, deze mensehen van verschillenden stand, vriendschappelijk in zijn huis deed bijeenkomen, kon hij toch dezen avond te wolk niet wegnemen, welke over allen scheen te hangen een wolk zoo zwaar, dat niemand lust gevoel* do er op te zinspelen zelfs. Men sprak over allerlei dingen. Natuurlijk viel ook het gesprek op onze buren. Ik bleef zitten luisteren naar mijnheer Herbert Oldtower, die 't vreemd vond, dat Lord Luxmore het kasteel zoo schandelijk liet vervallen en dat hij al begonnen was do dennenbosschen rondom te hakken: „Dos-» act cn, eeuwen ouder dan zijn titel 't is formeel heiligschennis! En daar de bezit ting reeds is vermaakt, ia 't werkelijk roof, aan den erfgenaam gepleegd! Maar ik hoor, dat men met Lord Ravenel alles doen kan hij is een zelfzuchtige, cyni* j scho. ijdele wellusteling!" „Werkelijk u heeft 't mis, mijnheer Herbert!" riep mijnheer Jessop van Nor* Ion Bury. „Hij doet zaken met mij d.w z. er zijn enkele arme katholieken in deze streek, wien ik geld van hem geef.'^ Neen zeker, hij moge cynisch wezen *v misschien ijdcl de meeste mensehen^ van stand zijn dat maar Lord Ravenol is niet zoo als zij vader is 't wol mijn*' heer Halifax?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5