UIT DE QüffiGEVIHG
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Predikbeurten Ned. Herv
Kerk 's voorm. half 10 ds. de Bruin en
's nam. half 7 ds. Veldhoen.
Evangeliesqtiegeb. Voorm. half 10 en
nam. half 7 ds. Kat van Vlaardingen.
Oudshoornsche Weg. Vrm. 10 uur: ds.
Deelman.
Marthastichting vrm. 10 uur: ds. Kui-
peri van Vlaardingen.
Geref. Kerk (Raadhuisstr.) vrm. half
10 en nam. 6 uur ds. Schouten (Hooftstr.)
vrm. half 10 preeklezen en nam. half 7.
ds. Wientjes.
Chr. Geref. Kerk voorm. half 10 en nam
half 7 uur: ds. Croes, van IJmuiden.
Burgerlijke Stand. Gebo
ren: dochter van A. A. Hofland geboren
Stigler zoon van D. A. Goudberg geboren
Gillebaard zoon van M. van Wieringön ge
boren van Winkel "zoon van H. W Borgers
geboren Roodenrijs dochter van E. van den
Bosch geboren slapper zoon van A. J. C.
Koenekamp göborcn Bik dochter van C.
Goedhart geboren Broer dochter van G. van
Brummen geboren Littooij.
Overleden: N. van der Aa, echlgenoo'te
van J. de Jong, 57 jaar J. C. Prins jm. 5
maanden M de Borst wed. van P. Muijder-
"wi.ik 75 jaar.
Gehuwd: C. Broer jm. 24 jaar en S. P.
van Nelde jd 26 jaar D. J. Meerveld jm
24 jaar en G H. de Rijnsburger jd. 18 jaar
P. Hoogstraten jm. 30 jaar en M. M van Muis
winkel wed- 37 jaar.
HAZERSWOUDE.
Vrijdag 1 Juni a.s. des v.m.
tussehen 9 en 10 uur zal er gelegenheid zijn
tob kostelooze inenting. Men vervoege zich
hiertoe aan de Ziekenbarak.
Maandag 2S Mei a.s. des
n.m. half acht, zal er ten Raadhuizo aan
besteding plaats hebben van krooswerken
en grasverpachting van de Westeinde-,
Loete- en Boorweg.
Ten n a d e e 1 e van de da
mes H. zijn uit een schuur nabij het woon
huis twee rijwielen ontvreemd.
Bij Mej. de Wed. V. is on
der het vee mond- en klauwzeer geconsta
teerd.
Een driejarig kind van
den heer S. geraakte in een onbewaakt
oogenblik te water. De heer L. v. A., die
juist passeerde mocht het genoegen sma
ken, de kleine behouden op het droge te
brengen.
Predikbeurten Ned.
Herv. Kerk voorm. half 10 en nam. half
7 Ds. Luuring.
Gereij. Kerk voorm. half 10 en nara. 2
uur Ds. Ruys van Lisse (Voórb. H. A.)
HILLEGOM.
De Anti Revolutionaire
KiesvÊ'reeniging alhier hield Woensdag
avond een openbare vergadering waarin
als sprekers optraden de keeren J. O. Ver
meer (No. 1 van de lijst) en G. Baas Kzn.,
uit Amsterdam.
De heer Vermeer sprak over den politieken
toestand iti het algemeen, daarbij in het.
licht stellende hoe er bijna geen beginsel
doch uitsluitend belangenpolitiek wordt
gevoerd, althans door de linksche partijen.
De heer Baas besprak in "liet bijzonder
de gemeentepolitiek, ook de plaatselijke,
waarbij hij den nadruk legde op het on
verantwoordelijke optreden der Staatk.
Geref. Partij.
Wij zijn te lang kleine partij geweest,
aldus spr., om aan andere kleine partijen
het recht te betwisten met een eigen lijst
uit te komen; alleen rijst de vraag of van
dit recht mag worden gebruik gemaakt
wanneer het zeker is dat men daardoor
een zetel toebrengt aan de R. K. of S. D.
AP.-fractie.
Een zevental personen stelden vragen,
die door de beide sprekers uitvoerig wer
den beantwoord.
Predikbeurten Ned. Herv
Kerk vrm. 10 en nam. 4.30 uur: ds. J. G.
V. v. Bemmel.
Geref. Kerk Voorm. 10 en nam. 5 uur:
ds. J. van Herksen; 's avonds behande
ling Gat. Vr. en Antw. 20.
Chr. Geref. Kerk Voorm. 10 en nam. 5
uur: Leesdienst.
Donderdag nam. 2.30 uur: Huwelijksin
zegening door ds. v. d. Ven te Lisse.
Burgerl. Stand. Onder-
trouwd: J. M. van Steyn en G. G. van Reep
W. Smit en K. Veldh. v. Zanten.
Getrouwd: A. S. v. d. Hulst en M. Lam
morse.
Bevallen: G. Th. PouwHartman z.
T. Kolkter Heidè z. H. Holleman
van Kooten d. C. van der Zandenvan
Etten d. G. Gerritsenvan Renselaar
z. H. v. d. BurgFennis d. M. A.
JonkheerKenselaar d.
Overleden: M. E. de Nooij, wed. van C.
van Dijk 85 j.
KATWIJK AAN ZEE.
Van den ia e e r Pronk s t i erf
een paard. Het werd naar het gebouw
voor noodslachtingen van den keurings
dienst vervoerd. Het dier werd echter af
gekeurd en het cadaver is verbrand.
KATWIJK AAN DEN RIJN.
Vlugge handel met go ede
prijzen en matigen aanvoer. Dat is in het
kort gezegd de toestand in den bloemen
handel. De snijbloemen van den kouden
grond komen zeer langzaam met het koude
weer en dit is wel de oorzaak dat ook de
prijzen zich zoo kunnen handhaven. Pioe
nen gaan graag weg tegen f 5—6 per 100.
Verder gaan alle andere soorten naar ver
houding. De variëteiten van heden zijn
Lupinen, Anjers, Trolliums, Papavers,
Irissen.
KOUDEKERK.
Tot Poldermeester van
den Hondsdijkschen Polder is herkozen
de heer D. Reijneveld.
Predikbeurten Ned
Herv. Kerk voorm. 9.30 en nam. 6.30 uur
Ds. Israel.
Geref. Kerk voorm. 9.30 en nam. 6,30
uur Ds. Haspers.
Do or Ingelanden van den
Lagewaardschen polder is tot poldermees
ter herkozen de heer J. Koot en voor den
Hoogewaardschen polder de heer G. de
Regt.
LEI MUI DEN.
Predikbeurten Ned. Herv
Kerk vrm. 9.30 uur ds. v. d. Flier.
Geref. Kerk vrm. 9.30 uur en nam. 0.30
uur de Eerw. heer v. d. Spek, van Voor
burg.
LEIDERDORP.
Onze dorpsgenoot den
heer C. Swcris, slaagde te Leiden voor het
einddiploma Electrotecliniek van het Ge
nootschap „Mathesis Scientiarum Geni-
trix."
Land» en Tuinbouw
Veiling te Voorhout en No or d w ij-
kerhout op 25 Mei, onder directie van
Holland's Bloembollenhuis: E.N.- Spring
Glory f 1.95; E.N. Poèticus Ornatus (2 j.)
f 0.32; E.N. Bic. Victoria fC.42; E.R. Lady
Derby f 0.62; E.W. l'Innoncence f 0.4-4; E.
R. Giganthea f0.52; E.R. Gertrude f0.36;
E.B. Potgieter f0.34; Cr. Purperea Gran-
diflaro f 0.16: Cr. Maximiliaan f 0.08; E.B.
Schotel f 0.38; E.R. Moreno f0.30; D.R.
Kastanjebloem f 0.26; E.B. Queen of the
Blue f 0.42;'E.B. Grand Maitre f 0.4-4; E
B. Johan f 0.31; E.W. La Grandessc f 0.37;
E.R. La Victoire f0.48; E.R.- Garribaldi
f 0.73; E.R. Leonard f0.22; E_R. Gen. Pel-
lisier f 0.36; E.R. l'Ornament Rose f 0 32,
E.W. Aren tine Arendsc f 0.35; EW Nim
rod f 1.20.
Alles per regel. Gewas over 't algemeen
vrij goed. Spring Glory zeer goed en Pur
perea extra best.
Belemmering van het Onderwijs
door wettelijke voorschriften.
Door den Minister van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen is liet volgende
schrijven aan den Onderwijsraad en aan
de inspecties van Middelbaar, Voorberei
dend Hooger en Nijverheidsonderwijs ver
zonden.
Het trekt mijn aandacht, dat in den
laatster^ tijd in vergaderingen en in do
pers herhaaldelijk wordt geklaagd, dat
door de wettelijke voorschriften, in de
laatste jaren tot stand gebracht, en in de
toepassing, welke aan die voorschriften
gegeven wordt, de vrijheid van handelen
op het gebied, van het Voorbereidend- Hoo
ger en Middelbaar onderwijs en eveneens
bij het Nijverheids- en Handelsonderwijs
in toenemende mate en meer dan bepaald
noodig is, beperkt wordt. Ook vonden die
klachten al een en andermaal in de ver
gaderingen van beide Kamers der Staten-
Generaal weerklank.
Ook al neem ik in aanmerking, dat in
dergelijke klachten soms overdrijving kan
schuilen en dat zij wel eens van een ver
keerde voorstelling der zaak uitgaan, zoo
zou ik toch gaarne onderzocht willen zien,
of niet in bepaalde gevallen meer vrijheid
zou kunnen worden verleend, dan de
thans vigeerendo voorschriften toelaten.
Blijkt dit inderdaad hier of daar mogelijk,
dan zou ik gaarne aan dien wensch naar
meer vrijheid tegemoet willen komen.
Eenige concrete gevallen met betrekking
tot 't voorbereidend hooger en middelbaar
onderwijs, die ten deze, naar het mij aan
vankelijk voorkomt, althans overweging
verdienen, mogen, hieronder volgen:
1. Kan aan de gemeentelijke en bijzon-
dei-e scholen worden toegestaan hoogere-
eventueel lagere wedden toe te kennen,
dan het personeel aan Rijks lioogere bur
gerscholen ceteris paribus geniet, indien
de meerdere kosten komen ten laste van
de school- en gemeentebesturen?
2. K&n aan de gemeente- en schoolbestu
ren worden toegestaan zelve regelen te
treffen voor de klassensplitsing van ge
subsidieerde bijzondere gymnasia en lioo-
gere burgerscholen, indien de kosten dier
regeling, voor zooveel zij boven die van de
Rijksregeling uitgaan, ten laste komen
van bedoelde besturen? (v.g.l. art. 8 bis,
2e lid en art. 168 quinquies, tweede lid,
der Hooger Onderwijswet, zoomede art.
36 bis, tweede lid, en art. 45 ter veertien
de lid, der Middelbaar Onderwijswet.)
3. Kunnen de voorwaarden van toelating
tot de hoogere burgerscholen zoodanig
worden herzien, dat ook dienaangaande
grootere vrijheid wordt verkregen?
4. Kan aan de besturen van gesubsidi
eerd bijzondere gymnasia en hoogere bur
gerscholen meer vrijheid worden gelaten
met betrekking tot de inrichting van het
leerplan (den lesrooster
5. Kunnen bescheiden, waarvan de in
zending thans is voorgeschreven, met na
me wat betreft do controle op de uitgaven
van de besturen der bijzondere gymnasia
en hoogere burgerscholen wellicht ten
deele vervallen?
Opgemerkt zij, dat deze vraag, voor zoo
veel het personeel betreft, wellicht samen
hangt met punt 1.
Een merkmaardig geval.
De heer Vroegop te Groningen, oud-
Zeeuw, geboren te Oud-Vosmeer, schrijft
wekelijks in onze „Nieuwe Provinciale"-
treffende herinneringen uit zijn veelbe
wogen leven als chef van de Middernacht
zending te Enschedé, Groningen, enz.
Hier volgt er oen van.
Bij het doorbladeren van aanteekenin-
gen uit vervlogen jaren in de dagboeken
der Middernachtzending, vind ik de ge
schiedenis van Hertha S.
Toen wij haar leerden kennen was ze
veertien jaar en woonde in het huis baars
vaders, die houder was van een berucht
café.
Ik mag niet zeggen in welke stad; veel
minder in welke straat.
Ook noem ik haar anders, dan ze eigen
lijk heet.
.Want ze is nog in leven en niemand
die deze regelen leest, mag raden, wie ik
bedoel.
De nadere kennismaking met Hertha
S. ging al heel wonderlijk toe.
Wo stonden op post voor haars vaders
•huis, in eenherfstnacht met onaange
naam weer.
Het stormde en regende. "Wegens den
krachtigen wind was met de parapluie
niets te beginnen, waarom we dit overi
gens zoo nuttige voorwerp maar thuis ge
laten hadden. Met druipende hoeden en
in glimmende regenjassen stonden we op
de stoep van een huis, naast het beruchte
café, do weinige voorbijgangers observee-
rend. die prangden tegen den wind in bf
draafden voor den wind uit, en waarvan
sommigen ons aankeken met blikken, die
schenen le vragen, of het ons in 't hoofd
geslagen was, om in zulk een weer daar
te gaan blauwbekken.'
Eensklaps troffen driftige stemmen on
ze ooren; nog een oogenblik en drie ma
trozen verschenen, alle drie beschonken
en "recht op de inrichting van S. afsteve
nend.
Ze waren gekleed in ,.stormcostuum".
De staarten van hun zuidwesters hingen
neer op hun nliejassen en één droeg zelfs
•de hooge zeelaarzen, die hij'zulk een uit
rusting passen.
„Hou je maar koest, jullie! Niks voor
je te verdienen! We gaan dien schurk
maar even een pak op zijn falie leveren!"
Zoo sprak de voorste, en de deur open-
stoolend, trad hij binnen, voor we iets
zeggen konden, op den voet gevolgd door
de beide anderen.
We merkten al spoedig, dat do komst
der matrozen inderdaad weinig vredelie
vende bedoelingen had; want daarbinnen,
ontstond een twistgesprek, dat elk oogen
blik heviger werd en ten slotte overging
in een vechtpartij, zooals af le leiden viel
uit een hevig gestommel en het over den
grond rollen van stoelen en tafels.
Plots vloog de deur open en naar bui
ten stoof gillend, in wilden angst, Hertha.
Met beide handen één onzer bij den arm
grijpend riep ze uit: „O, mijnheer, help,
help, ze vermoorden mijn vader!"
De woorden waren er niet uit, of écn
der broeders, iemand met een Petrus-
karakter, stond al binnen en wij achter
hem. Men kan toch een mensch niet in
zijn onmiddellijke nabijheid laten ver
moorden!
De positie, waarin S. zich "bevond, was
werkelijk critiek.
Twee der zeelui hadden den worstelen
den kellner beet, hem belettend, zijn haas
te Kuip te komen; de derde had S. achter
over op den grond liggen en poogde zijn
pols, die het slachtoffer met de kracht
der wanhoop omkneld hield, los te wrin
gen. IA. de hand van den varensgezel
blonk een mes.
Onze „Petrus" handelde snel.
Nog zie ik den man met het mes over
den grond rollen als een bal en S. over
eind krabbelen met een gelaatzoo wit als
krijt. Met een rappen sprong stond hij
achter de toonbank en greep in iedere
liand een flcsch., om .deze als wapen te
gebruiken.
Maar het kwam er voor ons meer op
aan, dan voor hem.
Ik zag den op den grond geworpen
candidaat-moordenaar zich oprichten en
een stoel grijpen, terwijl een der twee
overweldigers van den kellner eenzelfde
mes trok als zijn kameraad had gehad.
Beiden keerden zich tegen ons; maar
thans verschenen twee nieuwe figuren ten
tooneele tweo politiemannen, in de vuist
een gummistok.
Een kwartier later marcheerden de zee
lui tussehen de agenten naar het bureau
van politie, en wij, zat van emotie, gingen
naar huis.
Het gebeurde liet niet den minsten in
druk na bij S. Een paar dagen later
schold hij ons weer uit als gewoonlijk.
Maar wel scheen het Hertha getroffen
te hebben.
Vóór den avond der ruzie hadden we
't meisje maar een enkele maal heel
vluchtig gezien en een boozen blik uit
haar donkere oogen opgevangen.
Van dén dag .af, dat „Petrus" feitelijk
haar vader gered had, hadden zich li aar
gevoelens ten opzichte van ons blijkbaar
gewijzigd.
Ze begon met ons te praten; vroeg ons,
waarom we haar vader geholpen hadden
ofschoon we probeerden „hem arm te ma
ken"; of we „vroom waren", of we een
hekel aan haar hadden, omdat zij niet
„vroom was", of we het goed zouden vin
den, dat vader en zij „naar de hel gin
gen?'1
Hit was niet altijd even gemakkelijk
op haar naïeve vragen een antwoord, te
vinden.
Maar de verhouding werd gedurig ver
trouwelijker en dankbaar benutten wij
de gelegenheid om het meisje met het
Evangelie der zaligheid bekend te ma
ken. -
Ergens in ons vaderland woont een
handelsreiziger, die zich verheugt in het
kostelijk bezit van een lieve vrouw, Her
tha S., en vijf bloeiende spruiten.
Hij leeft in het kerkelijke en politieke
leven mee met hart en ziel.
^Iedereen komt gaarne in het gezellige
gezin.
Ook broeder „Petrus".
En als hij er zit, met een kleuter op
elke knie, dan denkt hij dankbaar terug
aan de vechtpartij in de inrichting
van S.
Jammer, dat het met S. zelf zoo droevig
afliep.
Hij eloeg de ha.nd aan eigen leven.
Maar voor de dochter werd het wilde
tooneel ten zegen.
Toen vader zelfmoord pleegde, bleef zij,
de moederlooze van haar prille jeugd al,
alleen over; maar de Middernachtzending
trok zich haar lot aan en bezorgde haar
een plaats als tweede meisje in een deftig
ge, Christelijke familie.
Later werd ze eerste dienstbode.
Toen hulp in de huishouding.
Ze deed belijdenis, werd gedoopt, kreeg
kennis aan den handelsreiziger, en is af
en toe de vriendelijke gastvrouw^van
broeder Petrus, die intusschen weduw
naar werd zonder kinderen te bezitten, en
die gaarne in den levendigen en warmen
kring een paar daagjes doorbrengt.
,,'t Is 't merkwaardigste geval, dat ik
in de Middernachtzending %beleefd. heb",
zegt hij vaak: „God is wonderlijk, ook
als Hij zegent".
En onze grijze broeder heeft gelijk.
Ons Babbelhoekje.
Beste jongens en meisjes.
Dat zal een korte brief worden ditmaal.
Zelf heb ik heel weinig tijd om te schrij
ven en daar het aantal briefjes niet groot
was deze week, heb ik ook niet zooveel
ruimte noodig voor onze correspondentie.
Ik zal hier nu dadelijk de corresponden
tie laten volgen en om te voorkomen dat
ons hoekje wat al te klein zou worden,
geef ik aan het slot een stukje dat ik in
de Rotterdammer vond en dat; ik
wel de moeite waard achtte het over te
nemen.
Eerst de briefjes dus:
„B o s c h v i o o 11 j e" Lisse. Neen ik heb
er nog niets van geïioord, en zal 't daarom
maar op een andere manier in orde maken
Warm was liet niet, maar 's middags viel
het toch nog mee.
„Waterlelie" Lisse. Dat heb je niet
getroffen Maandag. Ga je nu op een an
deren keer nog naar A? Ik heb die ruïne
nog nooit bezocht en weet er dan ook niet
veel van.
„D ik Tro m" Leiden. Goed zoo. Al is
het briefje dan wat klein, ik vind het toch
prettig als je schrijft. Van school hoor ik
dan later wel eens.
„Watergeus" Leiden. Is het een ver
haal uit een of ander boek dat je over
moet schrijven? Misschien kan ik het wel
gebruiken, maar als jo 't nu over schrijft
en 't wordt niet geplaatst, dan is 't jam
mer van je werk.
M. G. Koudekerk. Leuk dat je nog met
die optocht mee kon fietsen.. De uitslag
was niet zooals we gehoopt hadden, maar
dat is nu eenmaal niet anders. Heeft je
Moe geen onaangename gevolgen van de
reis gehad?
S. en C. W. Woubrugge. En heb jullie
nog veel genoegen gehad ondanks het min
der mooie weer? Dat was toch geen trek
schuit, waar C. mee ging varen?
„Junior" Neen, dat was geen
lange vacantie. Een Pinkstervacantie lijkt
me wel zoo aardig dunkt mc. Enfin het
gaat nu al weer hard naar de groote va
cantie.
„Vergeet mij nietje" Wassenaar.
Heb je nog veel schik gehad dat avondje?
Gelukkig dat je met zooicts niet van het
weer afhankelijk bent, want dan had. het
er minder goed uitgezien.
„Batavier" Leiden. Dat was nogeen9
een buitenkansje. Eerst een middag uit
en dan nog uit logeeren bij een jarige!
Hoe oud is Grootmoeder nu al geworden?
„Anneke" Leiden. De eene verrassing
volgde dus op de andere. Ik kan me best
begrijpen dat je Moe blij is, hoewel ze
over den uitslag zeker niet al te goed te
spreken is. Ik heb je Vader nogeens zien
fietsen 's avonds.
„Z i 1 v e r p e e r t j e" Leiden, 't Was
geen erg mooi weer om uit te gaan. Ge
lukkig dat het tenminste 's middags nog
wat opknapte. Voor velen was het een
groote teleurstelling, dat het zonnetje
zich zoo weinig liet zien.
„Jonge C o r r i e" Leiden. Ik had je
zeker niet goed begrepen. Je zou ook met
al die nichtjes in de war raken. Neen erg
mooi was liet niet, maar met Hemelvaarts
dag was het toch nog erger.
„N a r c i s" Boskoop. Dat was dus ©en
heele reeks van ongelukken. Ja, zoo gaat
het vaak. Van uitstel komt heel licht af
stel. Ik ben blij dat jc weer beter bent en
dat je weer geschreven hebt.
„E 1 z a b e" Leiden. Je was niet het
eenige nichtje dat in den. Lakenhal was.
Anderen schreven er ook over. Ja, 't is
v/el de moeite waard daar ©en kijkje te
nemen en de schatten die daar zijn te be
wonderen.
„Roodkapje" Leiden. Er zijn er heel
wat die tweeden Pinksterdag teleurgesteld
werden, 't Is daar anders heel mooi, in
dat prachtige boscli. Wat aardig dat jul
lie bij de juffrouw op bezoek mocht.
„H a r t e d i e f j e" Leiden. Zoo, zoo, je
eerste spoorreis gemaakt! Ja, dat gaat
hard. Veel tijd om rond te kijken heb je
niet. Dat gaat in de tram beter, 't Spijt
me, dat ik de vorige week je briefje over
't hoofd heb gezien.
„Eekhoorntje" Leiden. Nu begrijp
ik hoe de vork in de steel zit. Ik dacht dat
ik haar briefje over 't hoofd had gezien.
Noen, heel erg is 't niet gelukkig. Je raad
sels hoop ik te gebruiken.
„Blondine" Koudekerk. Wel gefelici
teerd hoor, met do verjaardag van het
tweetal. Jammer dat B. niet kon schrijven.
Ik hoop dat hij gauw weer beter wordt.
„Jan van Galen" Koudekerk. Was
het naar die inspuiting of viel 't nogal
mee? De volgende week hoop ik weer op
een briefje, hoor!
„Wilde Bob" Leiden. Je was erg laat
ditmaal, zeker ook al door de Pinksterva
cantie. Dat gebeurt meer; hoe meer tijd,
hoe meer uitstel en hoe later klaar.
„De kleine generaal" Leiden! Je
bent toch niet gesneuveld, dat ik een1 paar
maal niets van je hoorde? Heb je veel plei-
zier in Katwijk of is het te guur om te
genieten!
"f
De oplossing van de raadsels was
1. Ingezonden door „J u n i o r": V e r-
geet als het mooi weer is,
Oom Felix niet.
Onderdeelen: Taxi, oog, water, leest,
Toon, Vaals, Oom Folix, mier, thee, ei.
2. Ingezonden door „Waterlelie"; Ti-
mot h e u s."
Onderdeelen:' som, mes, mot, hut, huis.
3. Ingezonden door „Watergeus": Pink'
4. Ingezonden door „Loukie": Mond.
1, Voor de grooteren
Mijn geheel bestaat uit 55 letters.
53, 19, 47, 49, 25, 40, 1, 31, 39 is een rot~
seneiland.
2, 38, 34, 35, 9, 26, 23, 5 een stuk land
dat zich ver in zee uitstrekt.
Bij 15, 33, 29, 27, 42 begint het kanaal
van 14, u 12, 43.
6, 7, 41, 39, 13, 21, 12, 30 een Egyptische.'
binnenzee.
37, 52, 4, 34 leven in de bosschen.
31, 22, 3 een rivier in Egypte.
Te Rotterdam heeft men een groote 28,
10, 17, 16, 51, 24, 55, 20.
Het 36, 48, 54, 11, 19, 23 gaat tegen-'
woordig zeer snel.
Een 32, 44, 46, 50, 18, 8, 20, 45 vervangt
©en brug.
II. Voor de kleineren:
Mijn gelicel bestaat uit 26 letters.
Een goede 3, 11, 14, 12 is beter dan een
verre' vriend.
23, 15, 4, 10, 24 is niet oud.
24, 18, 5, 16, 2, 20, 25, 21, 12 kan men ou
spoedig per tram bezoeken.
Een 9, 10, 15, 9 vindt men aan een ketel.
3, 19, 26, 13, 22. 16, 6 vindt men onder in
't schip.
Een 1, 15, S, 17, 7, 26 is onkruid.
Vele groeten
Oom FELIX.
DE SLAAF VAN TEN SIRDAR.
In Indië woonde een vorst of Sirdar,
die er verscheidene slaven op na hield.
Ali was een hunner, die meermal n de
slagen van den hardvochtigen Sirdar
moest verduren. Wanneer dan de bloedige
striemen gloeiden op Airs rug branddo
dc wraak in zijn hart jegens den onbarm-
hartigen meester.
Eens op een heeten dag was in Ali's na
bijheid een klein meisje komen spelen, dat
hem vertrouwelijk naderde en hem oen
sappige vrucht kinderlijk oprecht aanbood.
Ali had schik in het lieve kind, dat
steeds den slaaf opzocht, die niet wist wat
het was dat de kleine naar hem dreef.
Hij wist niet, of de vaardigheid, waar
mee hij uit b'amboe fluitjes sneecl, dan wol
de snelheid, waarmee hij het kind op zi n
sterke schouders in een ren over alle hin
dernissen heendrocg,. hem de gunst van
het kind had doen verwerven.
Hoe ook, het meisje had zich aan hem
gehecht; het was bij hem, wanneer hij ar
beidde; het bewees hem vriendschap; on
het had verzachting gebracht in zijn lot.
Menigmaal reeds had haar kleine l.and
de vuist haars vaders den Sirdar, tegen
gehouden, wanneer de ruwe man Ali dreig
de te slaan.
De Sirdar hield ontzaglijk veel van zijn
meisje, van Sarina. En dat wist Ali en nu
en dan kwam bij deze de gedachte op,
zich te wreken op zijn meester, ti r dib
kind te dooden. Steeds werd die gedachte
echter gedood door de liefde tot do klein©
Sarina, die onder do palmen speelt,- aan
den stroom, waarin Ali olijven wasiht.
Zie, hoe handig zij een schoonen krans
vlecht, dien ze straks lachend den slaaf
om het hoofd zal leggen. Zou wel iemand
van den Indus tot den Ganges, van den
hoogen Himalaja tot den diepen Oceaan,
zulke kransen kunnen toovcren?
Ali kan het niet gelooven.
En een korte wijle rust zijn strecler.de
blik op de liefelijke gestalte van het kind
dat als een zonneglans verlicht zijn don-
ker pad.
Maar opeens komt ontzetting over den
slaaf.
Zijn starend oog heeft een vreemden,
langen tak ontdekt, uit de kruin van den
palm neerhangend, vlak boven Sarina's
hoofd.
Die tak leeft.
Beurtelings verkort en verlengt hij zfefï.
Die tak is een dier; het is de naia, de,'
vreeselijke vergiftige slang van Indië.
Ali, als slaaf, heeft geen wapen in den
gordel.
Binnen zijn bereik is zelfs geen bamboe
stok, geen accacia-tak, niets, waarmee een
geoefende hand de slang ©en doodelijken
slag zou kunnen toebrengen.
Een beweging van het kind zou liet mon
ster on haar doen toeschieten en zijn.)
giftanden in haar vleesc-h boren. Toeroepen'
kan Ali zijn lieveling dus. niet. Maar elke
seconde kan haar laatste zijn; hij moet
dus snel handelen.
Onder ©en gillenden angstkreet voelt Sa
rina zich aangegrepen en weggeslingerd,
wel eenige meters ver. Wat er gebeurt,
weet zij niet. Als zij echter na de buite
ling zich opricht, ziet zij op kleinen af
stand een afschuwelijk toonccl.
De maja is met bliksemsnelheid op Ali.
neergeschoten en heeft hem een feilen
beet in den schouder toegebracht. Maar de
ter dood veroordeelde zal althans zorgen,
dat dit giftig ondier Sarina niet meer be-'
laagt. Hij heeft de slang kort onder den
gezwollen nek beetgegrepen en sleept haai
ofschohn haar glibberig grauw lichaam
zich om zijn borst en lenden kronkelt, naar.
©en boomstam, waartegen hij haar den
sissenden kop verplettert.
Afgrijzen heeft Sarina als verlamd. v
Doch Ali, het stuiptrekkend monster
van zich werpend, nadert het meisje met
geruststellend gebaar.
„Ga naar uw vader, groet hem van Ali;
en zeg, dat Ali voor u gestorven is. En
laat ik u nog eenmaal aan mijn hart mo-,
gendrukken." w
Onstuimig prangen Ali's sterk© armen
zijn bemind meisje tegen zijn borst; en
de dochter van den Sirdar drukt haar be»^
traand gezichtje tegen dat van haar'e
vaders slaaf.
Enkele uren later was Ali een lijk, door^
©on heuvel van bloemen omgeven, waarop^,
de tranen van den Sirdar en van Sarina
parelden, waar gewoend werd over heti*
verlies van een man die zijn leven gesteld*
had voor het kind van zijn harden mee^
ter.