Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE LEIDSGHE COURANT
ArBON^ES»ENaTS8>MIJ8
Tp lln Leiden en butten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Rer kwartaalf2.50
Per week f O.1t!
Franco per post per kwartaal ......f2.90
4ile JAARGANG. - WOENSDAG 2 MEI 1923 - No. 924
BureauHooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936
ADVERTENTIE. PH1J9
^Gewone advertentiën per regel 22K cen&
ingezonden Medédeelingen, dubbel tariefi
p&j contract, belangrijke reductie.
Kleine advertentiën bij voojuitbetag
ling van ten hoogste 30 woosden, ordeal
dadelijks eenlaatst ad 50 cent.
Dit nummep bestaat uit twee
bladen.
V Antwoord aan Ds. Barth.
Zelfs een zoo interessant© discussie als
mot Ds. Barth kan niet eindeloos worden
gerekt en daarom zullen wij piet het ma
ken van een paar korte opmerkingen bij
liet schrijven van Ds. Bartn (.zie tweede
blad) besluiten.
Het komt ons voor, dat Ds. B. ook nu
weer do hoofdzaken waarom het bij deze
discussie ging ontwijkt.
Dit blijkt al dadelijk uit wat gezegd
wordt omtrent de heiliging van den Dag
dos Heeren.
Het feit dat in een der anti-revolutio
naire bladen in de rubriek „Vragenbus"
een minder principieel antwoord werd ge
geven, wordt aangevoerd als- bewijs hoe
ver do A. R. partij is afgegeleden, ter
wijl alles wat in de bladen en in redevoe
ringen, in Staten en Raden gedaan wordt,
om do ontheiliging tegen te gaan, met het
gevolg dat de anti-revolutionairen van
alle kanten als onverdraagzamen worden
gehekeld, eenvoudig wordt verwaarloosd.
Spreekt hieruit soms liefde voor do A.
R. partij of is hier do onbroederlijke cri-.
tiek aan he.t woord?
Do belangrijke beginselen mooten bij
do begrooting worden behandeld zegt Ds.
B. en dat, terwijl we juist hebben aange
toond hoe de heer Idenhurg bij do al
gemeen© beschouwingen over
de begrooting krachtig de invoering
van de doodstraf had bepleit.
Maar al was dit niet het geval, dan nog
is hier geen reden voor verwijt.
Het is toch niet noodzakelijk, dat de
leiders van een partij elk jaar weer al
hunne wenschen op het rijtje af opnoe
men?
Als Ds. Kersten 20 jaar in de Kamer
sitting heeft en hij vestigt nu eens op dit
en dan weer op dat hoofdpunt de aan
dacht, gaat het dan aan hom ontrouw
aan zijne beginselen te verwijten?
Ook op dit punt moet de beschuldiging
van Ds. Bartli als ongegrond wor-
den
Wat het tooneel betreft heeft Ds. B. in
derdaad den schijn zeer sterk tegen zich.
Als de A. R. zich als een man tegen de
toöneelsubsidies keeren dan gaat het toch
alle perken te buiten om in dit verband
aok van de A. R. partij te spreken.
Wij nemen onmiddellijk aan dat Ds. B.
hier geen kwaad heeft bedoeld, maar de
in druk is dan toch maar gewekt.
Dat Ds. B. niet de bedoeling had do
lachlust op te wekken, nemen wij gaarne
aan.
Maar het feit blijft, dat na de mededee-
ling dat Ds. van Lummel tot belijdenis
van schuld had opgewekt, de zinsnede
volgde: „zóóver is het nu gekomen", wat
een deel van de vergadering aanleiding
gaf, daarover te lachen.
Wij blijven vragen: hadden de aange
haalde uitspraken, voor den spreker en
zijne partijgenooten die zeggen de A. R.
partij ondanks alles lief te hebben, geen
reden moeten zijn voor blijdschap en
dankbaarheid.
Is het niet een verblijdend verschijnsel
als de leiders opwekken tot het belijden
en laten van zonden en tot het vasthou
den aan de beproefde beginselen?
En kan dat ooit als een argument wor
den gebruikt om te bewijzen hoever men
wel is afgegleden?
Het spijt ons, dat Ds. B. zioK op de
wijze van wat Groen over samenwerking
met Rome schreef, heeft afgemaakt,en
dat hij zich geen rekenschap geeft van
do groote verantwoordelijkheid die in dit
opzicht op de leiders der grootero par
tijen drukt.
Groen heeft hoewel zijn invloed nog
betrekkelijk gering was, die verant
woordelijkheid 'wel degelijk gevoeld.
En daarom heeft hij -ondanks zijne
bezwaren tegen Rome toen hij zag den
geweldigen stroom van ongeloof en revo
lutie die ons land bedreigde, toch samen
werking op politiek gebied niet afge
keurd, maar verdedigd.
En het is om diezelfde reden, dat onzé
voormannen met Roomsche en Chr. His
torische ministers in een Kabinet hebben
zitting genomen en evenals Ds. Ker
sten - wat de groote hoofdzaken betreft
aan dit Kabinet hun steun bobben toege
zegd.
Moet dat worden afgekeurd?
Moot de leiding van 's lands zaken, ter
wijl men in de gelegenheid is dit te voor
komen, gegeven worden in handen van
do partijen die staan op het standpunt
van de volkssouvereiniteit.
Is dat te verantwoorden?
Het gevaar, dat ons van Roomsche zij
de bedreigt, zegt Ds, B., ligt op politiek
terrein.
Wij ontkennen dat.
Do kracht van Rome ligt in de Kerk,
in do stelselmatige prediking van hare
beginselen^ in de rustelooze propaganda
'enniet te vergeten in hot loslaten
.van do Gereformeerde beginselen.
Als we Rome willen bestrijden, 'dan
zullen we dat moeten doen, door hare b e-
iginselen te bestrijden en door bij ons
volk de band met het Woord te verster
ken, zonder daarom samenwerking, waar
®oodig, te schuwen.
Zóo dacht Groen er over, en zoo oor
deelt ook Ds. Jansen, die nu met zooveel
instemming wordt aangehaald, maar die
meermalen tegen het verbrokkelend optre
den van de S G. P. ernstig waarschuwde.
Bij alle donkerheid van deze dagen is
het nog een verblijdend verschijnsel dat
in de benedenlagen van ons volk het A.
R. beginsel nog zooveel aantrekkings
kracht heeft.
En als Ds. B. dat beginsel bepleit dan
staan wij aan zijne zijde, onvoorwaarde
lijk.
Maar wanneer liijmeent dat daaruit
voortvloeit dat do Overheid geen roeping
zou hebben te vervullen ten opzichte van
den socialen nood onzer dagen, dan gaan
wij niet mot hem accoord.
Wij erkennen volmondig dat wij ons
hier bevinden op een terrein vol voet
angels en klemmen.
Maar wij zijn oven stellig overtuigd,
dat een Overheid die om die moeilijkhe
den te ontwijken het oud-liberale laat-
maar-loopen-systeem toepast, liare hoo-
ge, goddelijke roeping verzaakt.
En wij beschouwen het als de onver
gankelijke eere van de A. R. partij dat
zij op dit gebied is voorgegaan.
Dat het optreden van de A. R. partij
niet zonder fouten is en gebreken, het is
ons bekend.
Dat het noodzakelijk is altijcl weer de
vaan van het begiiisel omhoog te houden,
wij stemmen het toe.
Dat er naast de vele vijanden die zij
telt ook vrienden zijn, die haar hare fei
len toonen, wij kunnen het niet anders
dan toejuichen.
Maar dat er vrienden zijn, mannen
die de A. R. partij zeggen lief te hebben,
die geen middel onbeproefd laten om
baar af te breken, dat smart ons.
Met instemming hebben wij gelezen,
dat Ds. B. bepleit: „ver e e ni gin g
van allen, die op d e n p o s i t i e-
ven grondslag van 't Protes
tantisme sta a n."
Dit lijkt ook ons noodzakelijk.
In dezen tijd, nu de revolutie-theoriën
steeds meer om zich heen grijpen is het
noodzakelijk- meer dan ooit, dat de belij
ders schouder aan schouder staan.
Maar juist daarom betreuren wij bet
optreden van Ds. B. en zijne vrienden.
En juist daarom schijnt het ons onver
klaarbaar dat hij niet volgt het voor
beeld van zijn collega Ds. Jansen die ook
de critiek niet spaart, maar die toch tel
kens weer het parool geeft: stemt
anti-revolutionair!
STADSNSEUWS
Leidschc Burgerwacht.
Do jaarlijksche algemeen© vergadering
zal worden gehouden op Donderdag 3
Mei des avonds te 8 uur in den Foyer
van de Stadsgehoorzaal.
De agenda bevat a.m.: Ingekomen stuk
ken. Jaarverslag 1922 van den Secreta
ris. Jaarverslag 1922 van den Penning
meester. Verslag Kascommissie 1922. Be
noeming Kascommissie 1923. Verkiezing
van drie bestuursleden (de heeren J.
Veldman, A. Bisschop en L. Zitman moe
ten dit jaar aftreden maar zijn terstond
herkiesbaar). Mededeelingen betreffende
de Schietoefeningen met scherp te Kat
wijk.
Na de vergadering zal uitreiking der
Prijzen plaats hebben van de op 17, 20 en
24 April gehouden Schietwedstrijden met
Marga-patronen.
Het Muziek-ensemble „Bobetfce" heeft
evenals de vorige maal zijne medewerking
toegezegd.
Wegens de slechte hoedanigheid der
Margapatronen is de wedstrijd te Kat
wijk om het kampioenschap 1923 voorloo-!
pig uitgesteld.
3 Ocfober-vereenïging. J-—~Vr
De 3 October-vereeniging houdt haar
statuaire algemeene vergadering op Don
derdag 25 Mei 1923 des avonds te half 9
in de groote zaal van het Café-Restaurant
„In den Vergulden Turk".
Naast de gewone agendapunten zal een
definitief plan voor de a.s.
feestviering worden vastgesteld.
Wij wokken tot groote opkomst op.
Pdei-feesf.
Socialisten: en Communisten Hebben
ook hier ter stede het 1 Mei-feest op de
gebruikelijke wijze gevierd.
De Communisten hielden 's middags en
's avonds in de Graanbeurs matig be
zochte vergaderingen, waar resp. de hee
ren Dr. J. A. N. Knuttel en J. A. van
Dis, het woord voerden.
De Soc. Democraten hadden de Stads
gehoorzaal afgehuurd waar 's morgens
een kinderfeest werd gehouden, terwijl
's middags Mevr. Miedema-Zondervan
meer speciaal voor de vrouwen liet woord
voerde.
Het glanspunt van den dag werd ge
vormd door een optocht met ontplooide
banieren en praalwagens die in den laten
namiddag werd gehouden.
De optocht beantwoordde niet aan de
verwachtingen die vele kijkers blijkbaar
koesterden en nog mindei: aan de eischen
door de Volk-redactie in de „Notenkra
ker" gesteld.
Do banieren van partij en vakbeweging
werden door een betrekkelijk klein getal
leden gevolgd.
De groote meerderheid gevoelde blijk
baar niets voor een demonstratie waar
van men de beteekenis niet begreep.
En bij hen die nog wel in den stoet
meeliepen was van geestdrift bitter wei
nig te bespeuren.
Het was een vrij magere en slappe be
tooging die een scherp contrast vormde
met de betoogingen zooals die voorheen
wel werden gehouden.
Na afloop van de rondwandeling werd
in do Stadsgehoorzaal een demonstratie
vergadering gehouden, waarin Mr. M.
Mendels het woord voerde.
Gistermiddag omstreeks 3 uur had
op het terrein van de Leidsche Kalkzand
steenfabriek - aan de Rijnkade alhier een
droevig ongeval plaats.
De 41-jarige L. J. E. geraakte bij het
verplaatsen van eenige zwaarbeladen lor
ries bekneld tusschen twee dezer vervoer
middelen, tengevolge waarvan zijn rech
terkniebeen ter 'hoogte van de knie werd
verbrijzeld.
De Eerste-Hulpdienst verleende hulp en
vervoerde den getroffene naar het Acad.
Ziekenhuis. Van schuld of misdrijf is
geen sprake.
De afd. Leiden van den Christelijke
Typografenbond, hoopt op Dinsdag 8 Mei
haar 15-jarig bestaan te herdenken, door
het houden van een vergadering in „Pre
diker".
Bij liet te 's-Gravenhage afgenomen
examen acte L. O. zijn o.a. geslaagd de
heeren W. J. M. Zandvliet, Leiden, E, S.
de Jong, Leiden en S. de Vries te Alphen
a./d. Rijn. De twee laatstgenoemde hee-f
ren zijn leerlingen van de Chr. -Kweek
school alhier.
Naar wij vernemen ligt het in het
voornemen liet Burgerlijk Armbestuur
over te brengen naar Gravesteiju.
In verband met den aanleg van da
electrische tram wordt het aehtergedeel-:
te van het thans in gebruik zijnde ge
bouw aan den Hoogewoerd, geamoveerd,
terwijl hot overblijvende gedeelte, dat dan
een hoekhuis wordt zeer geschikt is om
daar een winkel te vestigen.
Bovendien schijnt de loods van de voor
malige Centrale keuken, waar thans de
uitbetaling der gelden plaats heeft, niet
te voldoen.
Verhuizing is dus noodig.
Naar wij vernemen zou het in de be
doeling liggen alleen het voorgedeelte van
Gravesteijn voor het B. A. te bestemmen.
Met het achterste gedeelte schijnen B. en
W. andere, nog niet bekende plannen, te
hebben. 'ffZTj-L
Naar men ons meldt zal a.s. Maan
dag de Sumatraansche volkstentoonstel-
ling door Prof. Nieuwenhuis in de La
kenhal georganiseerd, worden gesloten.
Voor hen, die tot nu toe verzuimden
deze zeer interessante verzameling te
gaan zien, een aansporing om zich als
nog voor dit doel naar de Lakenhal.te be
geven,. V?' -
B1ÜNEB1LAÜO
De onhoudbare ioesiand in het Tuinbouw
bedrijf.
Door den heer Deckers zijn aan de Mi
nisters van Binnenlandsclie Zaken en
Landbouw en van Financiën de volgende
vragen gesteld:
Is het den Minister bekend, dat eenige
der tuinders, aan wie indertijd op advies
der Regeeringscommissie voor kweekers-
crediet een voorschot is gegeven met
Staatsgarantie, liet geleende geld moesten
gebruiken ter betaling van hun aandeel
in het verlies, door coöperatieve zoute-
rijen geleden;
dat deze tuinders thans tengevolge
van de tuinbouwcrisis in bijzondere
moeilijkheden verkeeren, daar het geleen
de geld niet onmiddellijk aan hun bedrijf
ten goede kwam;
dat verschillende1 hunner niet in staat
zijn de rente van hun „RegeeringscTe-
diet" te betalen;
dat het reeda voorkwam, dat niet tot
betaling in staat zijnde tuinders er door
officieele, onverbiddelijk volgehouden be
dreiging met faillissement, toe werden ge
bracht een deel van hun inventaris tot
schade van hun bedrijf te verkoopen
of elders geld te leenen, alléén om hun
rente te kunnen betalen;
dat heel in het bijzonder te Pijnacker,
waar vooral zgn. „zouterijcrediet" werd
verleend, door verscheidene bedreigingen
groote onrust ïs gebracht onder de tuin
bouwende bevolking;
dat nog bij schrijven van 19 'April 1923
aan een oppassend voorschotnemer al
daar eenig uitstel werd geweigerd in dezo
bewoordingen: „Blijft u in gebreke, dan
zal aan de bank onherroepelijk opdracht
worden gegeven uw faillissement aan te
vragen", zulks hoewel de man zal kun
nen betalen zoodra hij ter veiling een doel
zijner producten verkocht en daarvoor de
opbrengst ontvangen zal hebben?.
Zijn de Ministers niet van oordeel, dat
door dit optreden de credieten aan ver
schillende bedrijven niet zullen verzeke
ren wat Regeering en Volksvertegenwoor
diging er van verwachtten, n.l. de in
standhouding, maar juist het omgekeerde
zullen brengen, t. w. de vernietiging, of
althans ernstige benadeeling?
Zijn de Ministers bereid een en ander
te onderzoeken, maatregelen te nemen,
opdat tuinders, die buiten hun schuld
niet tot rentebetaling in staat zijn, niet
met ondergang worden bedreigd en in af
wachting van den uitslag van het onder
zoek de bedreigingen met faillissement te
doen intrekken?
De wijziging van de Pensioenwet 1922.
Blijkens het Voorloopig Verslag der
Tweede Kamer over 't wetsontwerp tot
wijziging van de Pensioenwet 1922 waren
vele leden van oordeel, dat de Regeering
deze gelegenheid had belmoren te benut
ten om nog meerdere veranderingen in de
Pensioenwet 1922 aan te brengen, omdat
reeds nu zou zijn gebleken, dat zonder
redelijken grond in sommige gevallen ten
gevolge dezer wet pensioenen worden ver
leend, die te boog zijn in verband met de
bewezen diensten.
Verscheidene leden vestigden er de aan
dacht op, dat de Regeering zich met den
pensioenraad op het standpunt stelt, dat
de wet de pensioenkosten op alle ambte
naren geleidelijk laat drukken, alleen be
perkt door de evenredigheid der inkomsten
Verplicht men, aldus de leden hier aan
het woord, ieder ambtenar tot het storten
van bijdragen voor weduwen- en weezen-
pensioenen, dan is liet logisch, hen, die
geen weduwe en weezen nalaten, in de
gelegenheid te stellen een ander persoon
aan te wijzen, die na zijn dood in het ge
not wordt gesteld van het pensioen, dat
hij zich door die bijdragen verzekerd
heeft.
De regeling van liet voorgestelde artikel
91a is in dit verhand ten eenenmale on
voldoende. Zij mist alle beginsel.
Sommige leden meenden van deze ge
legenheid gebruik te mogen maken van de
hernieuwde vraag of de regeering reeds
maatregelen in overweging heeft genomen
in het belang der oud-gepensionneerden.
Naast de in het wetsontwerp behandel
de artikelen werden nog vele andere arti
kelen ter sprake gebracht, welker uitvoe
ring aanleiding tot het maken van opmer
kingen en het voorstellen van wijzigingen
heeft gegeven. De Commissie van Rappor
teurs merkt op, dat eenige punten, welke
bij het afdeelingsonderzoek ter sprake
zijn gebracht, haar voorgekomen zijn
thans buiten behandeling te moeten blij
ven, wijl zij de hoofdbeginselen der Pen
sioenwet betreffen, waarover bij de vast
stelling dier wet uitvoerig van gedachten is
gewisseld en die ten slotte in gemeen over
leg zijn vastgesteld.
Verscheidene leden meenden bij deze
gelegenheid de aandacht te moeten vesti
gen op een euvel, dat zich onder de heer
schappij der nieuwe Pensioenwet heeft
ontwikkeld en dat allerwege een bedenke-
lijken omvang is gaan aannemen: het ont
trekken van geheele groepen van amhtena
ren aan de werking der Pensioenwet door
middel van het sluiten met deze ambtena
ren van een burgerrechtelijke arbeids
overeenkomst.
Evenals de oude pensioenregeling der
burgerlijke ambtenaren mist ook de Pen
sioenwet 1922 de bepaling welke de mili
taire Pensioenwetten wel kennen, dat bij
de regeling van bet pensioen rekening
moet worden gehouden met de zoogenaam
de keerkringtoelage van militairen, die
een gedeelte van hun diensttijd binnen
de keerkringen hebben doorgebracht. Gaar
ne zou men thans een zoodanige bepaling
in de wet zien opgenomen.
Een onwaar bericht. v
Het „Vaderland" meldde gisteren, dat
de Regeering zich zou tevreden stellen
met de aanneming van de Vlootwet zonder
vaststelling van datum van uitvoering.
Wint zij dit pleit aldus genoemd or
gaan dan zal er een nieuwe Minister
van Marine moeten komen, daar de heer
Westerveld op dadelijke uitvoering blijft
staan.
Wij hebben dit bericht onder voorbe
houd overgenomen.
Naar de Haagsche redacteur van do
„Msbd." uit de beste bron vernam, is het
bericht van a tot z onwaar.
Bezuiniging.' -V
Naar de „Res.bode" verneemt, hebben
B. en W. van 's-Gravenhage tot de ver
schillende directeuren van de bedrijven,
een circulaire gericht, waarin met nadruk
wordt geconstateerd, dat bij het opmaken
van de begrootingen voor 1924 opnieuw de
meest mogelijke bezuiniging moet worden
toegepast.
B. en W. schrijven daarin dat, gezien
den financieelen toestand in 't algemeen,
een daling der uitgaven noodzakelijk is,
omdat de belastingen nog meer moeten
worden verlaagd.
Verder wordt de verwachting uitgespro
ken, dat de eindpijfers der verschillende
begrootingen nog lager zullen zijn dan
voor 1923 en wordt medegedeeÜ, dat een
begrooting, welke hooger is, niet zal wor
den goedgekeurd, tenzij er uitvoerig bij
wordt toegelicht, welke bijzondere omstan
digheden een stijging noodzakelijk maak
ten.
STATER-GENERAAL
EERSTE KAMER.
Begroeiing van Arbeid.
Aan de orde is de behandeling der be
grooting van Arbeid, Handel en Nijver
heid voor 1923.
D heer Wittèrt van Hoogland
(R.-K.) bespreekt de sociale verzekering.
Spr. gevoelt zich nauw verwant aan do
beginselen des ministers, doch hij is het
met dezen niet eens, dat thans een debat
over de sociale verzekering niet gewenscht
zou zijn. De minister heeft dit reeds vroe
ger verklaard, doch dat heeft voor herrw
zeiven teleurstelling gebaard en we weten
thans niet welken weg hij uit wil. Zelfs de
Ziekteverzekering he^ft hij niet kunnen in
voeren door de ontstentenis der bedrijfs^
vereenigingen, die haar zouden moeten hel»
pen uitvoeren. Spr. verwacht dus stijgende
teleurstelling in hef beleid des ministers^
als hij die verzekering niet invoert los var
zijn andere plannen. Zoo deed minista'
Lely ook met de Ongevallenverzekering.
Dat de algemeeno regeling der social<
verzekering in 3 jaar zou kunnen tot stam?
komen, zooals de minister mogelijk noemt
acht spr. uitgesloten. Maar intusschej
wordt de ziekteverzekering steeds dringens
der noodig, staat dan ook op het program
van actie van alle partijen.
Spr. verheugt zich intusschen, dat cU
minister niet instemt met de nota der afd.
Arbeidsverzelcering van zijn departement
over de sociale verzekering. Dat geeft ten
minste nog hoop.
Spr. critiseert verder het stelsel-Groene-
veld tot herziening van de sociale verzeke
ring. Dat komt neer op een verkapte
Staatspensioneering, niet op verzekering.
De nota der afd. Arbeidsverzekering nu
beweegt zich in dezelfde richting.
Spr. zet uiteen, dat unificatie van do
verzekeringen slechts schijnbaar bezuini
ging zal opleveren. Gaat men er toch tco
over, dan dient men er voor te waken, dat
niet een deel der kosten van de werkgevers
op de arbeiders wordt afgewenteld.
Spr. meent, dab de organisatie van de
unificatie va-n de verzekeringen ontzag
lijke moeilijkheden zal opleveren waarbij
samenwerking van patroons en werklieden'
door de web moet worden bevorderd door
heb in heb leven roepen van publiekrech
telijke organisaties. Spr. zet de mogelij-
heid en wenschelijkheid hiervan nader
uitvoerig uiteen.
Ten slotte waarschuwt spr. tegen de
methode van werken van het departement
om in kleinigheden zijn heil te zoeken etf
ook tegen do gewoonte om, zooals bij dé
ontwerp-Radenwet, bij nota van wijziging
het stelsel eener wet geheel om te werpen
Ook bij de Landbouw-ongevallenwet is
aulks gschied. Waarom ook is met de in
voering hiervan tot 1 Mei gewacht? En
waarom zijn nog niet de maatregelen tot'
uitvoering er van verschenen?
Ook de bewering, dat de administratie
kosten van de Raden van Arbeid ongeveer
5 millioen zouden bedragen, bestrijdt spfl
Hij komt tot pl.m. 4 millioen. Daardoo*
geeft men voedsel aan de oppositie tegel
do sociale verzekering.
De heer Slotemaker do Bruine
(C.-H.) vraagt naar de samenstelling
van den Hoogen Raad van Arbeid, waar
bij slechts één vertegenwoordiger van do
groot-industrie is gekozen. Spr. vraagt
mot de Ver. van Fabrikanten een herzie
ning van die samenstelling. Dan vraagt'
spr. inlichtingen omtrent den post van 11
ton voor tuberculosebestrijding. Kan dé
minister niet aangeven, welke sanatoria
gedeeld hebben in de 7Vi ton subsidie?
Wat nu de t. b. c.-bestrijdmg zelve be
treft, vraagt spr. uit dezen post ook to
steunen de plannen van Prot. Christcljjko
kringen tot oprichting van sanatoria.
Spr. betreurt eveneens, dat de ziekte
verzekering nog niet tot stand is gekomen'
hoewel de desbetreffende wet reeds 10
jaar geleden in het Staatsblad werd op
genomen. De vertraging der invoering
schrijft spr. toe aan de noodzakelijkheid
van wijziging waarbij de coalitie vooral
op verruiming van de macht van het par
ticulier initiatief zou willen aangestuurd
zien. En blijkens de onderhandelingen tus
schen regeering én Hoogen Raad van Ar
beid wil de regeering ook op belangrijké
wijziging aansturen. Spr. geeft uitvoerig
enkele bijzonderheden omtrent het beloop
der desbetreffende onderhandelingen.
Spr. dringt daarbij er op aan het part:-
culier initiatief ruimer macht te geven bij
de uitvoering der wet en geeft daarbij een'
warme aanbeveling voor het beginsel, dat'
de belanghebbenden zelf hebben te zorgen'
dat zij de premie betalen.
De heer Heerkens Th ijs sen (R.-K.)M
vraagt een zoo spoedig mogelijke wette- j
lijke basis voor de werkelooslieidsverzeke-
ring. Hij hoopt echter, dat do Ministef
daarbij het begrip verzekering zal hoog j
houden. Wie zal de kosten moeten dragen
yan de controle op do uitvoering van hei»
WerkelooSheidsbesluit 1917