InweLeittCiinl
O L
Tweede Blad
Woensdag 21 Maart 1923
Verlies van nationaal vermogen,
Een kijkje in de effectenwereld.
Onder liet opschrift „De doadëndans
der Mdllio'eneït^ bevatte 't Hbld. 'n in
teressant artikel over de verwoestingen,
t'do door de crisis der laatste jaen in ons
•laitioiiaal vermogen, voor zoo var het den
vorm van effectenbezit heeft aangenomen,
zijn aangericht.
Wij ontleenen daaraan hot volgende:
Daiair is in de eerste plaats het bezit
'nfn Russische waarden. Wol is dit niet door
ib crisis van 1920/21 een non-valeuir ge-
vorden, Maar. indirect heeft men toch met
iezelfde factoren te doen, n.l. den invloed'
.un den ocrleg en zijn gevolgen. De direc-
ie der Nederlandtsohe Bauik heeft inder-
*jd, met het oog op eventueel© stappen bij
b'Russische regeerang (die toen nog niet
verbolsjewiekt waseen enquête in ge
teld naar den omvang van het -Neder-
Janjdsoh bezit aan Russische fondsen. Zij
Vwa.nl t-ot het respectabele bedrag van een
milliard NederLandsohe guldens, nog afge
zien van do Nederlands öhe belangen bij
het Russische bankwezen, de potraleum-
aijverhedd, den hautaamkoop in Rusland',
I5tc.
In de jaren vóór deal oorlog stonden 4
pCt. Russen boven de 90 pOt. Thans is
de noteering tusschen 1 en 4 pCt. Sic
transit
Nu hebben de Russen weliswaar hun
nchulden „geannuleerd^. Maar het is geen
haar beter met OoStenrijiksöhe, Hongaar-
Ache fondsen, etc.,, waarin ons land even
eens tientallen milli-cenen. heeft belegd, tn
waarvan de waarde as weggesmolten door
iet uiteenrukken van het vroegere staats
verband en door de depreciatie der va-
iita.
En dan de veie fondsen met „nieuw
jCigor', vooral Russische én Duitsche, die
liet in de officdeele no-teering staan, maar
waarop vele milldoenen goede Neder-
>anids'che .guldens zijn verlenen. Om niet
ie spreken van het bezit aan Marken,
kronen enz., waarop naar sdbaitting een
verlies is geleden tusschen de 500 en 1000
miililioen gulden.
Men meet in den letterlijken zin tus
schen de regels door lezen, wanneer' men
zich volledig rekenschap - wil geven van de
sommen, die in industrieel e waarden ver
loren zijn gegaan. Immers zijn tal van
groote zaken, wier kapitaal geheel ver
dwenen is, inmiddels geliquideerd. Wat
echter te zeggen van koersen als 394 pCt.
in 1920 voor Westersuikei', tegen thans 115,
Jurgens 328, thans 55, Ver. Hoillandisohe
Sigarenfabrieken 326 in 1918 en nu 13 pCt.,
Philips Gloeilampen, die twee jaar gele-
'ien 1025 pCt noteerden en die na een bui
teling tot 158 pOt. in 1921, thans op 245
pOt. staan.
Het is in tal van andere afdeeJinjgen
van hetzelfde laken een pak. Koninklijke
Petroleum, welke van boven de 1000 terug
zijn gegaan tel 328 met een mager herstel
tot 408 pCt., ^ffandelsvereeniging „Am
sterdam", die van 1003 tot 308 pGt. zijn
gevallen en momenteel 475 pCt. staan
deze koersen en zoovele andere zijn spre
kende voorbeelden van den fictieven rijk
dom in de „boom"-jaren en van de sinds
dien ingetreden ontnuchtering, vooral als
wij de noteering met de prijzen vóór den
oorlog vergelijken. Dan immers treft ons
het merkwaardige feit, dat na het iumid-
dels ingetreden gedeeltelijk herstel som
mige koersen volstrekt niet veel la.ger no-
teeren dan vóór den oorlog, enkele zelfs
belangrijk hooger dan destijds, zoo dat
men mag aannemen, dat de tegenwoordige
prijzen in vele gevallen weer vrij normale
toekomstverwachtingen weerspiegelen.
Dat laatste is .echter stellig niet het
geval ten aanzien onzer scheepvaartmaat
schappijen. Welk eon debacle in de laaibste
jaren! HollandAmerika-Lijn, vóór dien
oorlog 200 pCt„ in 1919 530 pöt-, verleden
jaar tijdelijk beneden pari, thans slechts
14 pCt. daarboven. Koninklijke Neder-
landsche Stocmböot in 1913 135 pCt„ in
1919 287, verleden jaar 40 en nu 70 pCt.,
en, ergst van allen, Koninklijke Holland-
sche Lloyd, in heb laatste vredesjaar 110,
in 1919 231, in het begin van deze week
4 pOt.
Hoeveel de totale verliezen op het Ne-
derlandsche fondsen- en- valutabezib wel
hebben bedragen? Rekening houdonde
met het vaststaande cijfer voor de beleg-
FE8JSULETON
Van hooger Orde.
Naar heb Engelsch.
51)
Toen Jael het licht binnen bracht sche
merde 't mij aanvankelijk alles voor de
oogen. Maar toen zag ik, dat John op
stond en juffrouw March met hem. Haar
3ij de hand houdend, bracht hij haar
door 't vertrek. Met zijn hoofd recht op,
met stralende oogen zijp geheele
uiterlijk als dat van een man, die voor
do gansche wereld de verklaring aflegt,
„dit is 't mijne!"
„Wel?" zei mijn vader, terwijl hij hem
aanzag over zijn bril.
John sprak aangedaan: „Wij hebben
■geen ouders, noch zij noch ik. Zogen
haar, want zij heeft beloofd mijn vrouw
ife zullen zijn." En de oude man zegen-*
de haar, met tranen.
r HOOFDSTUK XIX.
,,'t Was heter, Phineas, dat ge op zulk J
pen regenachtigen dag waart thuis ge-
hieven maar ik hen toch blij, dat je I
bij mc zijt."
John had reden daarom blij tc zijn,
want hij had een pijnlijke boodschap te j
verrichten. Hij was op weg om aan mijn-
gang in Russen en het ietwat rneör specu
latieve bedrag van het Markenverlies,
kemt men tob een totale waardeverminde
ring dn vergelijking met de hoogste koer
sen ra den oorlog van stellig meer dan 2:1/*
milliard. De oorlogswinstibelasting heeft
tot nu toe in het geheel een bedrag van
f 778.57 millioen in de schatkist gebracht.
D.w.z., diat de totale oorlogswinst in ons
land sinds het uitbreken van d'en oorlog
door de belastingautoriteiten. becijferd is
op f 2595 millicen. Veilig mag dus
worden aangenomen, dat hier
te lande minstens evenveel
verloren is aande beurs- en
de valut a-c ris i s, als het ge
heele einde ij fer deroor log s-
winsten heef t bedrage n."
Een gedeelte van drilt verlies is welis
waar fictief, n.l. voor zoover velen zich bij
de stijging der beurskoersen hebben „rijk-
gerekend". Een deel zal weer worden in
gehaald, nu de koersen van cultuurwaar
den, indue trieele aandeelen, rubbers, enz.
zichaanmerkelijk beginmenu te herstel
len.
Men kan verder betoo gen, dat wij er per
.saldo niet op- achteruit zijn gegaan, wan
neer de beurs veriaezen worden gecompen
seerd door de oorlogswinsten, al zijn die
winsten natuurlijk veelal door andere per
sonen behaald dan die, welke hun ver
mogen geheel of gedeeltelijk door d'e beurs
er Ls is hebben verloren.
Er heeft voorts langs anderen weg
(reserveeriuig van bedrijfswinsten, premie-
stortingen op levensverzekeringen, etc.)
•heel wat nieuw© kapitaalsvorming plaats
gehad, die zich aan het Moote oog ont
trekt, maar waaromtrent prof. Honger
interessante berekeningen heeft ge
publiceerd.
Daar staat echter tegenover, dat de
sterke uitbreiding onzer bevolking een be
langrijke vermeerdering van het
nationaal vermogen noodzakelijk maakt,
willen wij er relatief niet op achteruit
gaan. Maar bovendien heeft bovenstaan
de berekening alleen betrekking op de
verliezen, die zich in de b e u. r s koersen
weerspiegelen.
Welke fortuinen zijn niet bovendien ver
loren gegaan in handel en nijverheid, in
vaste goederen etc., die slechts door
noesten arbeid, in een lange on
moeilijke periode van herstel, ingehaald
zullen kunnen worden."
KERK EN SOH00L
GEREF. KERKEN.
Tweetal. Te Schildwolde: J. van
Henten to Oldekerk en J. Sybesma te Bu-
rum; to Arum: J. de Koning te Vries en
J. Tonkens te Lutjegast.
Beroepen. Te Blokzijl: G. van Hei
ningen, caricl. te Gouda; te SliedreclitP.
A. Zeilstra te Nieuwveen.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt. Voor TJlrum: H. Velema tc
Kampen.
Bevestiging, Intrede, Afscheid.
D s. A. J. Noorde wier deed Zondag
zijn intrede bij de Ned. Herv. Kerk te
Westerbork, na des morgens bevestigd te
zijn door Ds. J. C. Brunaard van Bloemen-
daal.
D s. D. A. Hoekstra nam Zondag
afscheid van de Ned. Herv. Gem. te Wil
der vank.
Zendingsarbeid.
De in 1S58 opgerichte vereeniging tot
verbreiding van het Evangelie onder vol
wassenen en kinderen te Amsterdam heeft
aangekocht het perceel Keizersgracht 183
bij de Raadhuisstraat om te worden een
centrum van evangelisatie- en endingsazr-
beid, ook voor andere corporaties, die het
zelfde doel beoogen.
Wijdingsuur.
In de Ncd. Herv. Kerk te Meppel zal dit
jaar voor 't eerst op stillen Zaterdag een
z.g. wijdingsuur worden gehouden.
De kerk en de strijd tegen het Alcoholisme.
Wij vernemen dat Enkrateia, Bond van
Prot. Chr. Drankbestrijdersvereenigingen
en de Nat. Chr. Geh. Onth. Vereen., bezig
zijn pogingen in het werk te stellen om de
georganiseerde kerken meer dan tot dus
ver te betrekken in den strijd tegen het
alcoholisme. Waar in Amerika voor dien
strijd zulk een krachtige stoot is gegeven,
juist door de kerken, daar acht men ook
hier den tijd gekomen de kerken hare roe
ping in dezen te doen beseffen.
Er zal een commissie worden gevormd,
uit vooraanstaande mannen en vrouwen
op kerkelijk gebied, die de zaak ter hand
neemt.
lieer Brithwood op de „Mythe", Ursula's
wettigen voogd, mede te deelen, dat zij
hem haar hand had beloofd hem,
John Halifax, den looier. Hij deed dit
ja drong er zelfs opaan om 't te doen
op den dag nadat hij meerderjarig ge
worden was en juist een week, nadat zij
verloofd waren dezen 19den Juni
1801.
Wij kwamen bij het ijzeren hek van
„Mythe House" John aarzelde een
oogenhlik maar trok toen met vaste hand
aan de bel*
„Herinnert ge jo den laatsten keer, toen
we hier ook stonden, John?"
„Zeker!"
Maar zijn gelukkigen glimlach ver
dween spoedige van zijn gezicht en hij
begon pijnlijk ernstig te zien. Men kon
wel vooruit zeggen hoe dit alles hier zou
afloopen. Men kon dat zelfs zien aan
den schuinschen blik van den bediende,
die opschrok bij 't hooren van zijn naam
„mijnheer Halifax".
„Mijnheer Brithwood heeft 't druk,
mijnheer kom liever morgen terug,"
zei de man.
,,'t Spijt mij,' dat ik hem lastig moet
vallen maar ik moet mijnheer Brith
wood vandaag sproken."
En vastberaden volgde John den man
naai' do groote, ledige eetzaal, waar wij
gingen zitten op roodfluweelcn stoelen;
CENT
Het ligt in de bedoeling aan de Syno
den van verschillende kerken een bro- y
chure te zenden van de hand van ds. van
Krevelen, den bij uitstek op dit terrein
deskundige, waarin iets over het werk
der kerken in Amerika op dit terrein ver
teld wordt en waarin enkele l;.jnen wor
den aangegeven, waarlangs ook ten on
zent door de kerken de christelijke drank
bestrijding zou kunnen worden gesteund.
Ook het terrein der inwendige zending
zal niet worden vergeten. Het comité voor
inwendige zending zeide reeds zijn mede
werking toe.
De onderwijzersopleiding.
De „Vereen, v. onderw. personeel aan
Protestantsch-Christelijke Kweekscholen in
Nederland", de „Bond van. R. K." Kweek
scholen" en de „Kweekschoolbond", geza
menlijk omvattende het personeel van alle
kweekscholen in Nederland, hebben zicli
tot den minister van Onderwijs gewend
met een adres, waarin gezegd wordt:
le. dab zij met ingenomenheid kennis
hebben genomen van het voornemen, tob
heb instellen van een school-eindexamen
aan kweekscholen, die daarvoor in aan
merking komen;
2e. dat zij het een ramp zpuclen^ achten
voor de huidige ondei wijzersoplèïding, in
dien deze overeenkomstig het door som
mige bladen verspreide denkbeeld, tot een
drie-jarige werd gereduceerd;
„dat het evenwel wenschelijk zou zijn,
dat ook voor de Rijkskweekscholen de
mogelijkheid geschapen werd, die. feitelijk
reeds voor de andere kweekscholen bestaat
om aan die inrichtingen een drie-jarigen
parallel-cursus te verbinden voor leerlin
gen, die met goed gevolg een school voor
uitgebreid lager onderwijs of drie klassen
eener Hoogere Burgerschool hebben door-
loopen;
dat het huns inziens in het belang der
opleiding zijn zou, indien een voorberei
dende klasse kon worden verbonden aan
de kweekscholen voor leerlingen uit plaat
sen, waar geene of onvoldoende gelegen
heid bestaat tot het volgen van uitgebreid
lager of middelbaar onderwijs."
Do hoofdbesturen der genoemde vereeni-
gingen verzoeken den minister, te willen
bevorderen, dat bij den uit te vaardigen
algemeenen maatregel van het bestuur tot
wijziging der onderwijzersopleiding:
1. de vierjarige kweekschoolopleiding be
houden blijve;
2. ook voor de Rijkskweekscholen de
mogelijkheid tot het vormen van een drie
jarigen parallel-cursus worde geopend;
3. voor de kweekscholen in bepaalde,
telkens door den minister te beoordeelen,
gevallen de gelegenheid worde geschapen,
om een voorbereidende klasse aan hare
inrichting te verbinden.
Leesboek over den Schoolstrijd.
Op de algemeene vergadering van den
schoolraad van de Scholen met den Bijbel,
gehouden April 1921, werd door het be
stuur der Christelijke School te Lisse, een
voorstel ingediend tot 't uitgeven van een
leesboek, bestemd voor do hoogste klasse
der Christelijke School, over den school
strijd, gedurende de laatste 80 jaren. Het
resultaat van een gehouden prijsvraag is
droevig geweest. Slechts één antwoord was
ingekomen en dit beantwoordde nog niet
aan het doel. Het bestuur der school heeft
zich in verbinding gesteld met ds. De Geus
te Do Lemmer. Hij raadde aan het voor
stel opnieuw in te dienen bij „De Unie"
en te trachten gezamenlijk met den
Schoolraad, Geref. Schoolverband en Chr.
Nat. Schoolonderwijs het beoogde doel te
bereiken. Het bestuur heeft daarop een
desbetreffend voorstel voor de algemeene
vergadering der Unie op 3 April a.s. inge
diend.
De Zomertijd.
Naar gemeld wordt is te Amsterdam
een vergadering gehouden van commissa
rissen der Yereenigingen voor Vreemde
lingen Verkeer, aangesloten bij de Alge
meene Nederl. Vereeniging voor Vreem
delingenverkeer (A. N. V., V.)
Aldaar is do volgende, motie aangeno-
we zaten daar, langer dan vijftien minu
ten, to kijken naar den grooten herto-
kop, met 't gewei en do zilveren flacons
en drinkbekers.
„Zoo gaat 't niet", zei John en trok
aan de bel.
„Hebt ge uwen meester gezegd, dat ik
hier was?"
„Ja, mijnheer," en we zagen den grijns
lach. waarmee de knecht binnen kwam
om de hoeken van zijn mond verdwij
nen.
„Hoe spoedig mag ik de eer hebbed
hem te spreken?"
„Hij zegt, mijnheer, dat u mij uw
boodschap maar zeggen moet."
John dacht even na zeide toen:
„Zeg uw meester, dat ik zelf hem moet
spreken; 't is een belangrijke boodschap,
anders zou ik hom niet komen lastig val
len en ophouden."
„Zeer goed mijnheer."
Spoedig kwam de man terug om te zeg
gen, dat mijnheer Brithwood voor vijf
minuten te spreken was in de rechtszaal.
Hij bracht ons over de binnenplaats,
(waar wij juist twee dames zagen uitrij
den, van wie eene John Halifax vroolijk
met de hand groette) naar 't bureau
van den magistraat. Daar sprak mijnheer
Brithwood recht.
In 't eerste vér trek zat een flinke, jon
ge kerel een strooper, waarschijnlijk
men ter indiening bij de Eerste Kamer.
„Vertegenwoordigers van Vreemdelingen
verkeer uit alle deelen des lands, verkla
ren dat handhaving van den zomertijd
van groot belang is voor het Vreemdelin
genverkeer en verzoeken het voorstel-
Braat niet aan te nemen."
Het ontwerp-Soon.
In het gisteren verschenen A f d e e-
lingsverslag der Tweede Kamer i. z.
het wetsvoorstel van den heer Boon tot
wijziging der Kieswet enz., verklaarden
vele leden niet met deze gelegenheidswet
geving in t© stemmen. Bij geen der vroe
ger begane informaliteiten is gepoogd, de
ze door een wetswijziging goed te maken
en inmenging der Staten-Generaal in een
loopende verkiezing achten zij onge-
wenschfc. Verscheiden hunner kunnen hun
stem niet aan het voorstel geven, anderen
waren niet ongeneigd uit overwegingen
van ridderlijkheid alle partijen de haar
toekomende kansen te geven.
In overweging werd gegeven het thans
bij art. 1 voorgestelde bijamendement op
te nemen in het aanhangige regeeringsont-
werp tot wijziging dezer wet.
In zijn gelijkertijd verschenen Nota
van Antwoord betoogt de voorsteller,
dat bij niet-ingrijpen1 van den wetgever
een tienduizend kiezers practisch hun
stemplicht niet kunnen uitoefenen, noch
(wegens den stemplicht) zich den gang
naar do stembus kunnen besparen. Aan
den aandrang om art, 1 van zijn voorstel
terug té nemen, geeft de voorsteller ge
volg. Voorts wijzigt hij zijn ontwerp aldus,
dat reeds tot stand gebrachte verbindingen
van lijsten in bedoelden kieskring worden
gevestigd en verbinding van nog in te die
nen lijsten met andere wordt uitgesloten.
Wijziging van de Tabakswet?
Naar „Het Huisgezin" verneemt, wordt
door de règeering ernstig overwogen een
wijziging te brengen in de Tabakswet in
dien zin, dat alleen de kistjes gebandé-
rolleerd zullen moeten worden oh. niet
meer de losse sigaren.
De J. V. en de Staatssubsidie.
Op de bondsbestuursvergadering van
den Ned. Bond van J. V. op G. G. is in
zake de Overheidsbijdrage de volgende
mededeeling vastgesteld en door allo be
stuurders getc-ekend:
Het Bondsbestuur bijeen op 9 Maart
1923, heeft kennis genomen van dc geheele
zaak der Rijksbijdrage, deelt mede, dat
de gang van zaken deze is geweest:
1. Bij Kon. Besluit van 24 Dec. 1920 werd
aan den Bond een Rijksbijdrage toege
kend van f 1500, welk bedrag Jan. 1921
aan den Bondsdirecteur is toegezonden en
wolk bedrag door den4 Penningmeester on
der het hoofd „giften" is ontvangen cn ge
boekt.
2. In Febr. 1922 werd opnieuw een be
drag van f 780 ontvangen als Rijksbijdrage
over het jaar 1921, welk bedrag wederom
door den Bondsdirecteur is ontvangen en
afgedragen aan den Penningmeester en
door deze eveneens is geboekt.
3. Ten derde ligt thans bij den Penning-
mester een mandaat groot f 3000 geda
teerd 31 Januari 1923, welk mandaat nog
niet is geïnd.
4. Van het feit dat f 780 in Febr. '22
was ontvangen is door het Moderamen
mededeeling gedaan op de vergadering
van het Bondsbestuur in Nov. 1922.
5. Van het feit dat in Jan. '21 f 1500
was ontvangen is noch aan het Bondsbe
stuur, noch in den Bond mededeeling ge
daan.
0. Hierover werd in de Bondsbestuurs
vergadering van 9 Maart j.l. uitvoerig ge
discussieerd, daar de zaak van buiten af
ter kennisse van eenige bestuursleden was
gebracht. Het oordeel van het Bestuur
was dat de zaken niet hadden mogen
worden verzwegen en spreekt over dat
zwijgen zijne afkeuring uit. Zoowel de
Bondsdirecteur als de Bondspenningmees-
fer erkenden dat dit een veruiin was, en
spraken daarover hun oprecht leedwezen
uit. Daarbij voegden ze de verklaring, dat
hunnerzijds geenerlei opzet in het spel
was geweest.
Het Bondsbestuur wensclit deze verkla
ring te accepteeren maar daarbij ook na
drukkelijk uit t© spreken dat voortaan
inzake alle aangelegenheden van den
Bond volledige openbaarheid moet worden
betracht, waardoor in liet vervolg derge
lijke onverkwikkelijke geschiedenissen kun
nen worden voorkomen.
7. Het Bondsbestuur verklaart nadruk
kelijk dat alle drie de sommen f 1500, f 780
en f 3000 wel zijn ontvangen of wat de
f 3000 betreft nog zullen worden ont
vangen en ook zijn geboekt, maar dat over
hij was zwaar geboeid en zag er ge
melijk uit; en vlak bij de deur stond een
meisje met een kind op den arm en
God zij haar genadig! zonder ring aan
den vinger te huilen; oen andere, on
gunstig uitziende kerol, half dronken
met een politieagent naast hem, vroeg
ons luid om „een slokje".
Dit waren de menschen, die Richard
Brithwood-Esquire, magistraat van 't
land van te rechten en te straffen
had, overeenkomstig zijn eigen rechtsge
voel en zijn kennis van de wetten van
zijn land.
Hij zat achter zijn schrijftafel, geheel
en al magistraat, terwijl hij zijn klerk
achter zich zoo krachtig dicteerde, dat we
heidon reeds binnen waren en John 't
vertrek al was doorgestapt, voor hij ons
zag of ons scheen te zien.
„Mijnheer Brithwood!"
„O, mijnheer Halifax goeden
morgen."
John beantwoordde dezen groot, welke
blijkbaar bedoeld was om le toonen, dat
hij, die hem gaf geen wrok koesterde;
dat 't ook onmogelijk was, dat zulk een
hoog heer, als Richard Brithwood Esqui
re, in zijn publieke functie, wrok kon
koesteren tegen zulk een minderwaardig
individu, als John Halifax.
„Ik zou u gaarne enkele oogenblikken
willen spreken."
hei aanvaarden van 'de gelden en aff«
eventueel later ons van Rijkswege too
te 'enden gelden de beslissing van den
Bond in zijn geheel zal worden gevraagd.
Vervolgens wordt nog met eenparige
stemmen heb volgende voorstel van heb
moderamen aangenomen:
Heb Bondsbestuur 'roepb uiterlijk Sep
tember dezes jaars een huishoudelijke
Bondsvergadering bijeen in het centrum
des lands, waarin de vraag over aanvaar
den of niet aanvaarden der Overheidsbij
drage onderwerp van breedvoerige discus
sie kan zijn ten einde den Bond in de ge
legenheid te stellen aan het eind der ver
gadering eene beslissing te nemen.
Dit voorstel zal ter jaarvergadering wor
den gebracht.
De „Amsterdammer".
Het Gomité-Gerrelsen (vroeger Zijp)
uit de obligatie-houders van de Amster-*
dammer heeft gisteravond te Amsterdam
vergaderd. Op grond van juridische ad-i
viezen adviseerde de betreffende comatt»*
sie een gerechtelijke actie tegen ond-
commissarissen en commissarissen te be-"
ginnen.
Voorts werd medegedeeld, dat de
Standaar d-directie het door haar
ingenomen standpunt blijft handhaven.
De desbetreffende commissie adviseerde
het bekende aanbod van deze directie af
te wijzen en tot stichting van een nieuw,
onafhankelijk Chr. dagblad over te gaan.
Over beide voorstelen zal door aan-i
deelhouders schriftelijk worden gestemd.
Een Zwifscr over ons land.
Een Zwitserscli journalist, die met een
gezelschap industrieelen de Jaarbeurs en
Marken bezocht, heeft zich o.a. aldus uit-i
gelaten: „Wij hebben gebruik gemaakt
van stoomtram, trekschuit en motorboot.
Het landschap was voor onsï bergbewo
ners, een verrassende aanbbk en wij
hadden gelegenheid den ongekenden ijver
en het technische vernuft der bewoners
die de natuur onder het juk der bescha
ving brachten, te bewonderen".
IS DAT NU ZOO ERG?
Is dat nou zoo erg? vraagt de N. R. O.
Dat van dien Da. Tlieesing van
Middelie?
De man houdt als men weet „avondle
zingen" over „De groote Fabel", „De oude
God is gestorven" en zooal meer en daar
over nu staat Waterland op stelten.
De deftige N. R. C. spot er wat mee:
Wanneer wij over het volgende een
Amerikaansche inplaats van in een Hol-
landsclie krant schreven, zouden wij aan
pakkende ondertitels geen gebrek hebben.
Naast het portret van een langen, ma-
geren man met ccn bril zou met koeien
van letters gedrukt staan: Een pre
dikant wegens dwaalleer
aangeklaagd Waterland
in o p s ch u d.d in g. Z ij n ort
hodoxe collega 's w ij zen
hem ter lielle. Een vrij-
■zinnig ambtgenoot wraakt
hem. Pastoor Perquin
bemoeit er z i ch mee.
Maar het betreft hier niet den Nieuw-
Yorkschen, ketter dr. Percy S. Grant,
maar slechts een Noord-Hollandschen do
minee een dus houden wij onze kapitaio
letters in de kast.
Wat, zoo vraagt het Fr. Dgbl., heeft
die man toch gedaan?
Wel, in zijn lezingen heeft hij den
volke gezegd, dat:
De God's Zoon „van dc christelijke
leer" hier historisch en in werkelijkheid
niet heeft bestaan; dat zijn Opstanding
als historisch feit een fabel ïs; dat als heF
Avondmaal niet bestond, geen modern
mensch 't meer invoeren zou; dat de
christelijke leer, de ouderwetsche dan,
lijnrecht in strijd is met de moderne na
tuurwetenschap; dat do evangeliën on
historische tendenzgeschriften zijn; dat,
maar genoeg hiervan.
't Is kort zoo saam te vatten:
Dat onze Bijbel één groot fabelboek is
er een gevaar voor het heden en voor de
toekomst.
„Is dat nu zoo erg?" vraagt do N. R. C.
Maardat hebben de moderne pre
dikanten nu al zestig jaar lang den volke
ingeprent
Ja, juist, dat is zoo verschrikkelijk:
Nu al zoovele jaren lang wordt in de
Kerk, die naar Christus' Naam is ge
noemd, Zijn werk als Borg en Middelaar
verloochend; wordt Hij als Gods Zoon
ontkroond en onttroond; ja wordt Zijn
bestaan ontkend.
Zie, dat is de gruwel in de Kerk.
Waar het liberalisme, owe weten heb
vanouds, om gnuift.
„Zeker zeker spreek op," terwijl
hij hem magistraal 't oor toekeerde.
„Pardon, mijn zaak is persoonlijk,"
zei John, naar den klerk ziende.
„Hier zijn geen persoonlijke zaken,"
antwoordde de squire uit de hoogte.
„Zal ik u dan ergens anders spreken?
Want ik moet de eer hebben van een onn
derhoud met u en wel terstond!"
Hij gaf den klerk een wenk, om 't ver-i
trek to verlaten.
„En, Jones, zend al de anderen naar
't huis van bewaring, tot morgen; 't is
bijna drie uur. Deze schurken kunnen
toch niet eischen, dat zij een gentleman
van zijn diner afhouden"
Ik veronderstel, dat dit sloeg op hen,
die buiten stonden; ten minste wij von-<
den goed 't zoo op te vatten. -[
„Nu u mijnheer misschien wilt 1
u uw boodschap zeggen; hoe vlugger hoo
beter" i
,,'t Zal niet lang ophouden, 't Is eem I
voudig een kwestie van vorm; toch meen-*
do ik, dat 't mijn plicht was, de eerst®
te zijn, die u op den hoogte kwam stollen, j
Mijnheer Brithwood ik heb de eer u J
een boodschap te brengen van uw nicht
juffrouw Ursula March."
„Ik heb niets met haar noodig ik j
wil haar gezicht nooit meer zien 1 d®
de helleveeg." v
(Word-fc vervolgd.)
TABAK