InweLeittCiinl O L Tweede Blad Woensdag 21 Maart 1923 Verlies van nationaal vermogen, Een kijkje in de effectenwereld. Onder liet opschrift „De doadëndans der Mdllio'eneït^ bevatte 't Hbld. 'n in teressant artikel over de verwoestingen, t'do door de crisis der laatste jaen in ons •laitioiiaal vermogen, voor zoo var het den vorm van effectenbezit heeft aangenomen, zijn aangericht. Wij ontleenen daaraan hot volgende: Daiair is in de eerste plaats het bezit 'nfn Russische waarden. Wol is dit niet door ib crisis van 1920/21 een non-valeuir ge- vorden, Maar. indirect heeft men toch met iezelfde factoren te doen, n.l. den invloed' .un den ocrleg en zijn gevolgen. De direc- ie der Nederlandtsohe Bauik heeft inder- *jd, met het oog op eventueel© stappen bij b'Russische regeerang (die toen nog niet verbolsjewiekt waseen enquête in ge teld naar den omvang van het -Neder- Janjdsoh bezit aan Russische fondsen. Zij Vwa.nl t-ot het respectabele bedrag van een milliard NederLandsohe guldens, nog afge zien van do Nederlands öhe belangen bij het Russische bankwezen, de potraleum- aijverhedd, den hautaamkoop in Rusland', I5tc. In de jaren vóór deal oorlog stonden 4 pCt. Russen boven de 90 pOt. Thans is de noteering tusschen 1 en 4 pCt. Sic transit Nu hebben de Russen weliswaar hun nchulden „geannuleerd^. Maar het is geen haar beter met OoStenrijiksöhe, Hongaar- Ache fondsen, etc.,, waarin ons land even eens tientallen milli-cenen. heeft belegd, tn waarvan de waarde as weggesmolten door iet uiteenrukken van het vroegere staats verband en door de depreciatie der va- iita. En dan de veie fondsen met „nieuw jCigor', vooral Russische én Duitsche, die liet in de officdeele no-teering staan, maar waarop vele milldoenen goede Neder- >anids'che .guldens zijn verlenen. Om niet ie spreken van het bezit aan Marken, kronen enz., waarop naar sdbaitting een verlies is geleden tusschen de 500 en 1000 miililioen gulden. Men meet in den letterlijken zin tus schen de regels door lezen, wanneer' men zich volledig rekenschap - wil geven van de sommen, die in industrieel e waarden ver loren zijn gegaan. Immers zijn tal van groote zaken, wier kapitaal geheel ver dwenen is, inmiddels geliquideerd. Wat echter te zeggen van koersen als 394 pCt. in 1920 voor Westersuikei', tegen thans 115, Jurgens 328, thans 55, Ver. Hoillandisohe Sigarenfabrieken 326 in 1918 en nu 13 pCt., Philips Gloeilampen, die twee jaar gele- 'ien 1025 pCt noteerden en die na een bui teling tot 158 pOt. in 1921, thans op 245 pOt. staan. Het is in tal van andere afdeeJinjgen van hetzelfde laken een pak. Koninklijke Petroleum, welke van boven de 1000 terug zijn gegaan tel 328 met een mager herstel tot 408 pCt., ^ffandelsvereeniging „Am sterdam", die van 1003 tot 308 pGt. zijn gevallen en momenteel 475 pCt. staan deze koersen en zoovele andere zijn spre kende voorbeelden van den fictieven rijk dom in de „boom"-jaren en van de sinds dien ingetreden ontnuchtering, vooral als wij de noteering met de prijzen vóór den oorlog vergelijken. Dan immers treft ons het merkwaardige feit, dat na het iumid- dels ingetreden gedeeltelijk herstel som mige koersen volstrekt niet veel la.ger no- teeren dan vóór den oorlog, enkele zelfs belangrijk hooger dan destijds, zoo dat men mag aannemen, dat de tegenwoordige prijzen in vele gevallen weer vrij normale toekomstverwachtingen weerspiegelen. Dat laatste is .echter stellig niet het geval ten aanzien onzer scheepvaartmaat schappijen. Welk eon debacle in de laaibste jaren! HollandAmerika-Lijn, vóór dien oorlog 200 pCt„ in 1919 530 pöt-, verleden jaar tijdelijk beneden pari, thans slechts 14 pCt. daarboven. Koninklijke Neder- landsche Stocmböot in 1913 135 pCt„ in 1919 287, verleden jaar 40 en nu 70 pCt., en, ergst van allen, Koninklijke Holland- sche Lloyd, in heb laatste vredesjaar 110, in 1919 231, in het begin van deze week 4 pOt. Hoeveel de totale verliezen op het Ne- derlandsche fondsen- en- valutabezib wel hebben bedragen? Rekening houdonde met het vaststaande cijfer voor de beleg- FE8JSULETON Van hooger Orde. Naar heb Engelsch. 51) Toen Jael het licht binnen bracht sche merde 't mij aanvankelijk alles voor de oogen. Maar toen zag ik, dat John op stond en juffrouw March met hem. Haar 3ij de hand houdend, bracht hij haar door 't vertrek. Met zijn hoofd recht op, met stralende oogen zijp geheele uiterlijk als dat van een man, die voor do gansche wereld de verklaring aflegt, „dit is 't mijne!" „Wel?" zei mijn vader, terwijl hij hem aanzag over zijn bril. John sprak aangedaan: „Wij hebben ■geen ouders, noch zij noch ik. Zogen haar, want zij heeft beloofd mijn vrouw ife zullen zijn." En de oude man zegen-* de haar, met tranen. r HOOFDSTUK XIX. ,,'t Was heter, Phineas, dat ge op zulk J pen regenachtigen dag waart thuis ge- hieven maar ik hen toch blij, dat je I bij mc zijt." John had reden daarom blij tc zijn, want hij had een pijnlijke boodschap te j verrichten. Hij was op weg om aan mijn- gang in Russen en het ietwat rneör specu latieve bedrag van het Markenverlies, kemt men tob een totale waardeverminde ring dn vergelijking met de hoogste koer sen ra den oorlog van stellig meer dan 2:1/* milliard. De oorlogswinstibelasting heeft tot nu toe in het geheel een bedrag van f 778.57 millioen in de schatkist gebracht. D.w.z., diat de totale oorlogswinst in ons land sinds het uitbreken van d'en oorlog door de belastingautoriteiten. becijferd is op f 2595 millicen. Veilig mag dus worden aangenomen, dat hier te lande minstens evenveel verloren is aande beurs- en de valut a-c ris i s, als het ge heele einde ij fer deroor log s- winsten heef t bedrage n." Een gedeelte van drilt verlies is welis waar fictief, n.l. voor zoover velen zich bij de stijging der beurskoersen hebben „rijk- gerekend". Een deel zal weer worden in gehaald, nu de koersen van cultuurwaar den, indue trieele aandeelen, rubbers, enz. zichaanmerkelijk beginmenu te herstel len. Men kan verder betoo gen, dat wij er per .saldo niet op- achteruit zijn gegaan, wan neer de beurs veriaezen worden gecompen seerd door de oorlogswinsten, al zijn die winsten natuurlijk veelal door andere per sonen behaald dan die, welke hun ver mogen geheel of gedeeltelijk door d'e beurs er Ls is hebben verloren. Er heeft voorts langs anderen weg (reserveeriuig van bedrijfswinsten, premie- stortingen op levensverzekeringen, etc.) •heel wat nieuw© kapitaalsvorming plaats gehad, die zich aan het Moote oog ont trekt, maar waaromtrent prof. Honger interessante berekeningen heeft ge publiceerd. Daar staat echter tegenover, dat de sterke uitbreiding onzer bevolking een be langrijke vermeerdering van het nationaal vermogen noodzakelijk maakt, willen wij er relatief niet op achteruit gaan. Maar bovendien heeft bovenstaan de berekening alleen betrekking op de verliezen, die zich in de b e u. r s koersen weerspiegelen. Welke fortuinen zijn niet bovendien ver loren gegaan in handel en nijverheid, in vaste goederen etc., die slechts door noesten arbeid, in een lange on moeilijke periode van herstel, ingehaald zullen kunnen worden." KERK EN SOH00L GEREF. KERKEN. Tweetal. Te Schildwolde: J. van Henten to Oldekerk en J. Sybesma te Bu- rum; to Arum: J. de Koning te Vries en J. Tonkens te Lutjegast. Beroepen. Te Blokzijl: G. van Hei ningen, caricl. te Gouda; te SliedreclitP. A. Zeilstra te Nieuwveen. CHR. GEREF. KERK. Bedankt. Voor TJlrum: H. Velema tc Kampen. Bevestiging, Intrede, Afscheid. D s. A. J. Noorde wier deed Zondag zijn intrede bij de Ned. Herv. Kerk te Westerbork, na des morgens bevestigd te zijn door Ds. J. C. Brunaard van Bloemen- daal. D s. D. A. Hoekstra nam Zondag afscheid van de Ned. Herv. Gem. te Wil der vank. Zendingsarbeid. De in 1S58 opgerichte vereeniging tot verbreiding van het Evangelie onder vol wassenen en kinderen te Amsterdam heeft aangekocht het perceel Keizersgracht 183 bij de Raadhuisstraat om te worden een centrum van evangelisatie- en endingsazr- beid, ook voor andere corporaties, die het zelfde doel beoogen. Wijdingsuur. In de Ncd. Herv. Kerk te Meppel zal dit jaar voor 't eerst op stillen Zaterdag een z.g. wijdingsuur worden gehouden. De kerk en de strijd tegen het Alcoholisme. Wij vernemen dat Enkrateia, Bond van Prot. Chr. Drankbestrijdersvereenigingen en de Nat. Chr. Geh. Onth. Vereen., bezig zijn pogingen in het werk te stellen om de georganiseerde kerken meer dan tot dus ver te betrekken in den strijd tegen het alcoholisme. Waar in Amerika voor dien strijd zulk een krachtige stoot is gegeven, juist door de kerken, daar acht men ook hier den tijd gekomen de kerken hare roe ping in dezen te doen beseffen. Er zal een commissie worden gevormd, uit vooraanstaande mannen en vrouwen op kerkelijk gebied, die de zaak ter hand neemt. lieer Brithwood op de „Mythe", Ursula's wettigen voogd, mede te deelen, dat zij hem haar hand had beloofd hem, John Halifax, den looier. Hij deed dit ja drong er zelfs opaan om 't te doen op den dag nadat hij meerderjarig ge worden was en juist een week, nadat zij verloofd waren dezen 19den Juni 1801. Wij kwamen bij het ijzeren hek van „Mythe House" John aarzelde een oogenhlik maar trok toen met vaste hand aan de bel* „Herinnert ge jo den laatsten keer, toen we hier ook stonden, John?" „Zeker!" Maar zijn gelukkigen glimlach ver dween spoedige van zijn gezicht en hij begon pijnlijk ernstig te zien. Men kon wel vooruit zeggen hoe dit alles hier zou afloopen. Men kon dat zelfs zien aan den schuinschen blik van den bediende, die opschrok bij 't hooren van zijn naam „mijnheer Halifax". „Mijnheer Brithwood heeft 't druk, mijnheer kom liever morgen terug," zei de man. ,,'t Spijt mij,' dat ik hem lastig moet vallen maar ik moet mijnheer Brith wood vandaag sproken." En vastberaden volgde John den man naai' do groote, ledige eetzaal, waar wij gingen zitten op roodfluweelcn stoelen; CENT Het ligt in de bedoeling aan de Syno den van verschillende kerken een bro- y chure te zenden van de hand van ds. van Krevelen, den bij uitstek op dit terrein deskundige, waarin iets over het werk der kerken in Amerika op dit terrein ver teld wordt en waarin enkele l;.jnen wor den aangegeven, waarlangs ook ten on zent door de kerken de christelijke drank bestrijding zou kunnen worden gesteund. Ook het terrein der inwendige zending zal niet worden vergeten. Het comité voor inwendige zending zeide reeds zijn mede werking toe. De onderwijzersopleiding. De „Vereen, v. onderw. personeel aan Protestantsch-Christelijke Kweekscholen in Nederland", de „Bond van. R. K." Kweek scholen" en de „Kweekschoolbond", geza menlijk omvattende het personeel van alle kweekscholen in Nederland, hebben zicli tot den minister van Onderwijs gewend met een adres, waarin gezegd wordt: le. dab zij met ingenomenheid kennis hebben genomen van het voornemen, tob heb instellen van een school-eindexamen aan kweekscholen, die daarvoor in aan merking komen; 2e. dat zij het een ramp zpuclen^ achten voor de huidige ondei wijzersoplèïding, in dien deze overeenkomstig het door som mige bladen verspreide denkbeeld, tot een drie-jarige werd gereduceerd; „dat het evenwel wenschelijk zou zijn, dat ook voor de Rijkskweekscholen de mogelijkheid geschapen werd, die. feitelijk reeds voor de andere kweekscholen bestaat om aan die inrichtingen een drie-jarigen parallel-cursus te verbinden voor leerlin gen, die met goed gevolg een school voor uitgebreid lager onderwijs of drie klassen eener Hoogere Burgerschool hebben door- loopen; dat het huns inziens in het belang der opleiding zijn zou, indien een voorberei dende klasse kon worden verbonden aan de kweekscholen voor leerlingen uit plaat sen, waar geene of onvoldoende gelegen heid bestaat tot het volgen van uitgebreid lager of middelbaar onderwijs." Do hoofdbesturen der genoemde vereeni- gingen verzoeken den minister, te willen bevorderen, dat bij den uit te vaardigen algemeenen maatregel van het bestuur tot wijziging der onderwijzersopleiding: 1. de vierjarige kweekschoolopleiding be houden blijve; 2. ook voor de Rijkskweekscholen de mogelijkheid tot het vormen van een drie jarigen parallel-cursus worde geopend; 3. voor de kweekscholen in bepaalde, telkens door den minister te beoordeelen, gevallen de gelegenheid worde geschapen, om een voorbereidende klasse aan hare inrichting te verbinden. Leesboek over den Schoolstrijd. Op de algemeene vergadering van den schoolraad van de Scholen met den Bijbel, gehouden April 1921, werd door het be stuur der Christelijke School te Lisse, een voorstel ingediend tot 't uitgeven van een leesboek, bestemd voor do hoogste klasse der Christelijke School, over den school strijd, gedurende de laatste 80 jaren. Het resultaat van een gehouden prijsvraag is droevig geweest. Slechts één antwoord was ingekomen en dit beantwoordde nog niet aan het doel. Het bestuur der school heeft zich in verbinding gesteld met ds. De Geus te Do Lemmer. Hij raadde aan het voor stel opnieuw in te dienen bij „De Unie" en te trachten gezamenlijk met den Schoolraad, Geref. Schoolverband en Chr. Nat. Schoolonderwijs het beoogde doel te bereiken. Het bestuur heeft daarop een desbetreffend voorstel voor de algemeene vergadering der Unie op 3 April a.s. inge diend. De Zomertijd. Naar gemeld wordt is te Amsterdam een vergadering gehouden van commissa rissen der Yereenigingen voor Vreemde lingen Verkeer, aangesloten bij de Alge meene Nederl. Vereeniging voor Vreem delingenverkeer (A. N. V., V.) Aldaar is do volgende, motie aangeno- we zaten daar, langer dan vijftien minu ten, to kijken naar den grooten herto- kop, met 't gewei en do zilveren flacons en drinkbekers. „Zoo gaat 't niet", zei John en trok aan de bel. „Hebt ge uwen meester gezegd, dat ik hier was?" „Ja, mijnheer," en we zagen den grijns lach. waarmee de knecht binnen kwam om de hoeken van zijn mond verdwij nen. „Hoe spoedig mag ik de eer hebbed hem te spreken?" „Hij zegt, mijnheer, dat u mij uw boodschap maar zeggen moet." John dacht even na zeide toen: „Zeg uw meester, dat ik zelf hem moet spreken; 't is een belangrijke boodschap, anders zou ik hom niet komen lastig val len en ophouden." „Zeer goed mijnheer." Spoedig kwam de man terug om te zeg gen, dat mijnheer Brithwood voor vijf minuten te spreken was in de rechtszaal. Hij bracht ons over de binnenplaats, (waar wij juist twee dames zagen uitrij den, van wie eene John Halifax vroolijk met de hand groette) naar 't bureau van den magistraat. Daar sprak mijnheer Brithwood recht. In 't eerste vér trek zat een flinke, jon ge kerel een strooper, waarschijnlijk men ter indiening bij de Eerste Kamer. „Vertegenwoordigers van Vreemdelingen verkeer uit alle deelen des lands, verkla ren dat handhaving van den zomertijd van groot belang is voor het Vreemdelin genverkeer en verzoeken het voorstel- Braat niet aan te nemen." Het ontwerp-Soon. In het gisteren verschenen A f d e e- lingsverslag der Tweede Kamer i. z. het wetsvoorstel van den heer Boon tot wijziging der Kieswet enz., verklaarden vele leden niet met deze gelegenheidswet geving in t© stemmen. Bij geen der vroe ger begane informaliteiten is gepoogd, de ze door een wetswijziging goed te maken en inmenging der Staten-Generaal in een loopende verkiezing achten zij onge- wenschfc. Verscheiden hunner kunnen hun stem niet aan het voorstel geven, anderen waren niet ongeneigd uit overwegingen van ridderlijkheid alle partijen de haar toekomende kansen te geven. In overweging werd gegeven het thans bij art. 1 voorgestelde bijamendement op te nemen in het aanhangige regeeringsont- werp tot wijziging dezer wet. In zijn gelijkertijd verschenen Nota van Antwoord betoogt de voorsteller, dat bij niet-ingrijpen1 van den wetgever een tienduizend kiezers practisch hun stemplicht niet kunnen uitoefenen, noch (wegens den stemplicht) zich den gang naar do stembus kunnen besparen. Aan den aandrang om art, 1 van zijn voorstel terug té nemen, geeft de voorsteller ge volg. Voorts wijzigt hij zijn ontwerp aldus, dat reeds tot stand gebrachte verbindingen van lijsten in bedoelden kieskring worden gevestigd en verbinding van nog in te die nen lijsten met andere wordt uitgesloten. Wijziging van de Tabakswet? Naar „Het Huisgezin" verneemt, wordt door de règeering ernstig overwogen een wijziging te brengen in de Tabakswet in dien zin, dat alleen de kistjes gebandé- rolleerd zullen moeten worden oh. niet meer de losse sigaren. De J. V. en de Staatssubsidie. Op de bondsbestuursvergadering van den Ned. Bond van J. V. op G. G. is in zake de Overheidsbijdrage de volgende mededeeling vastgesteld en door allo be stuurders getc-ekend: Het Bondsbestuur bijeen op 9 Maart 1923, heeft kennis genomen van dc geheele zaak der Rijksbijdrage, deelt mede, dat de gang van zaken deze is geweest: 1. Bij Kon. Besluit van 24 Dec. 1920 werd aan den Bond een Rijksbijdrage toege kend van f 1500, welk bedrag Jan. 1921 aan den Bondsdirecteur is toegezonden en wolk bedrag door den4 Penningmeester on der het hoofd „giften" is ontvangen cn ge boekt. 2. In Febr. 1922 werd opnieuw een be drag van f 780 ontvangen als Rijksbijdrage over het jaar 1921, welk bedrag wederom door den Bondsdirecteur is ontvangen en afgedragen aan den Penningmeester en door deze eveneens is geboekt. 3. Ten derde ligt thans bij den Penning- mester een mandaat groot f 3000 geda teerd 31 Januari 1923, welk mandaat nog niet is geïnd. 4. Van het feit dat f 780 in Febr. '22 was ontvangen is door het Moderamen mededeeling gedaan op de vergadering van het Bondsbestuur in Nov. 1922. 5. Van het feit dat in Jan. '21 f 1500 was ontvangen is noch aan het Bondsbe stuur, noch in den Bond mededeeling ge daan. 0. Hierover werd in de Bondsbestuurs vergadering van 9 Maart j.l. uitvoerig ge discussieerd, daar de zaak van buiten af ter kennisse van eenige bestuursleden was gebracht. Het oordeel van het Bestuur was dat de zaken niet hadden mogen worden verzwegen en spreekt over dat zwijgen zijne afkeuring uit. Zoowel de Bondsdirecteur als de Bondspenningmees- fer erkenden dat dit een veruiin was, en spraken daarover hun oprecht leedwezen uit. Daarbij voegden ze de verklaring, dat hunnerzijds geenerlei opzet in het spel was geweest. Het Bondsbestuur wensclit deze verkla ring te accepteeren maar daarbij ook na drukkelijk uit t© spreken dat voortaan inzake alle aangelegenheden van den Bond volledige openbaarheid moet worden betracht, waardoor in liet vervolg derge lijke onverkwikkelijke geschiedenissen kun nen worden voorkomen. 7. Het Bondsbestuur verklaart nadruk kelijk dat alle drie de sommen f 1500, f 780 en f 3000 wel zijn ontvangen of wat de f 3000 betreft nog zullen worden ont vangen en ook zijn geboekt, maar dat over hij was zwaar geboeid en zag er ge melijk uit; en vlak bij de deur stond een meisje met een kind op den arm en God zij haar genadig! zonder ring aan den vinger te huilen; oen andere, on gunstig uitziende kerol, half dronken met een politieagent naast hem, vroeg ons luid om „een slokje". Dit waren de menschen, die Richard Brithwood-Esquire, magistraat van 't land van te rechten en te straffen had, overeenkomstig zijn eigen rechtsge voel en zijn kennis van de wetten van zijn land. Hij zat achter zijn schrijftafel, geheel en al magistraat, terwijl hij zijn klerk achter zich zoo krachtig dicteerde, dat we heidon reeds binnen waren en John 't vertrek al was doorgestapt, voor hij ons zag of ons scheen te zien. „Mijnheer Brithwood!" „O, mijnheer Halifax goeden morgen." John beantwoordde dezen groot, welke blijkbaar bedoeld was om le toonen, dat hij, die hem gaf geen wrok koesterde; dat 't ook onmogelijk was, dat zulk een hoog heer, als Richard Brithwood Esqui re, in zijn publieke functie, wrok kon koesteren tegen zulk een minderwaardig individu, als John Halifax. „Ik zou u gaarne enkele oogenblikken willen spreken." hei aanvaarden van 'de gelden en aff« eventueel later ons van Rijkswege too te 'enden gelden de beslissing van den Bond in zijn geheel zal worden gevraagd. Vervolgens wordt nog met eenparige stemmen heb volgende voorstel van heb moderamen aangenomen: Heb Bondsbestuur 'roepb uiterlijk Sep tember dezes jaars een huishoudelijke Bondsvergadering bijeen in het centrum des lands, waarin de vraag over aanvaar den of niet aanvaarden der Overheidsbij drage onderwerp van breedvoerige discus sie kan zijn ten einde den Bond in de ge legenheid te stellen aan het eind der ver gadering eene beslissing te nemen. Dit voorstel zal ter jaarvergadering wor den gebracht. De „Amsterdammer". Het Gomité-Gerrelsen (vroeger Zijp) uit de obligatie-houders van de Amster-* dammer heeft gisteravond te Amsterdam vergaderd. Op grond van juridische ad-i viezen adviseerde de betreffende comatt»* sie een gerechtelijke actie tegen ond- commissarissen en commissarissen te be-" ginnen. Voorts werd medegedeeld, dat de Standaar d-directie het door haar ingenomen standpunt blijft handhaven. De desbetreffende commissie adviseerde het bekende aanbod van deze directie af te wijzen en tot stichting van een nieuw, onafhankelijk Chr. dagblad over te gaan. Over beide voorstelen zal door aan-i deelhouders schriftelijk worden gestemd. Een Zwifscr over ons land. Een Zwitserscli journalist, die met een gezelschap industrieelen de Jaarbeurs en Marken bezocht, heeft zich o.a. aldus uit-i gelaten: „Wij hebben gebruik gemaakt van stoomtram, trekschuit en motorboot. Het landschap was voor onsï bergbewo ners, een verrassende aanbbk en wij hadden gelegenheid den ongekenden ijver en het technische vernuft der bewoners die de natuur onder het juk der bescha ving brachten, te bewonderen". IS DAT NU ZOO ERG? Is dat nou zoo erg? vraagt de N. R. O. Dat van dien Da. Tlieesing van Middelie? De man houdt als men weet „avondle zingen" over „De groote Fabel", „De oude God is gestorven" en zooal meer en daar over nu staat Waterland op stelten. De deftige N. R. C. spot er wat mee: Wanneer wij over het volgende een Amerikaansche inplaats van in een Hol- landsclie krant schreven, zouden wij aan pakkende ondertitels geen gebrek hebben. Naast het portret van een langen, ma- geren man met ccn bril zou met koeien van letters gedrukt staan: Een pre dikant wegens dwaalleer aangeklaagd Waterland in o p s ch u d.d in g. Z ij n ort hodoxe collega 's w ij zen hem ter lielle. Een vrij- ■zinnig ambtgenoot wraakt hem. Pastoor Perquin bemoeit er z i ch mee. Maar het betreft hier niet den Nieuw- Yorkschen, ketter dr. Percy S. Grant, maar slechts een Noord-Hollandschen do minee een dus houden wij onze kapitaio letters in de kast. Wat, zoo vraagt het Fr. Dgbl., heeft die man toch gedaan? Wel, in zijn lezingen heeft hij den volke gezegd, dat: De God's Zoon „van dc christelijke leer" hier historisch en in werkelijkheid niet heeft bestaan; dat zijn Opstanding als historisch feit een fabel ïs; dat als heF Avondmaal niet bestond, geen modern mensch 't meer invoeren zou; dat de christelijke leer, de ouderwetsche dan, lijnrecht in strijd is met de moderne na tuurwetenschap; dat do evangeliën on historische tendenzgeschriften zijn; dat, maar genoeg hiervan. 't Is kort zoo saam te vatten: Dat onze Bijbel één groot fabelboek is er een gevaar voor het heden en voor de toekomst. „Is dat nu zoo erg?" vraagt do N. R. C. Maardat hebben de moderne pre dikanten nu al zestig jaar lang den volke ingeprent Ja, juist, dat is zoo verschrikkelijk: Nu al zoovele jaren lang wordt in de Kerk, die naar Christus' Naam is ge noemd, Zijn werk als Borg en Middelaar verloochend; wordt Hij als Gods Zoon ontkroond en onttroond; ja wordt Zijn bestaan ontkend. Zie, dat is de gruwel in de Kerk. Waar het liberalisme, owe weten heb vanouds, om gnuift. „Zeker zeker spreek op," terwijl hij hem magistraal 't oor toekeerde. „Pardon, mijn zaak is persoonlijk," zei John, naar den klerk ziende. „Hier zijn geen persoonlijke zaken," antwoordde de squire uit de hoogte. „Zal ik u dan ergens anders spreken? Want ik moet de eer hebben van een onn derhoud met u en wel terstond!" Hij gaf den klerk een wenk, om 't ver-i trek to verlaten. „En, Jones, zend al de anderen naar 't huis van bewaring, tot morgen; 't is bijna drie uur. Deze schurken kunnen toch niet eischen, dat zij een gentleman van zijn diner afhouden" Ik veronderstel, dat dit sloeg op hen, die buiten stonden; ten minste wij von-< den goed 't zoo op te vatten. -[ „Nu u mijnheer misschien wilt 1 u uw boodschap zeggen; hoe vlugger hoo beter" i ,,'t Zal niet lang ophouden, 't Is eem I voudig een kwestie van vorm; toch meen-* do ik, dat 't mijn plicht was, de eerst® te zijn, die u op den hoogte kwam stollen, j Mijnheer Brithwood ik heb de eer u J een boodschap te brengen van uw nicht juffrouw Ursula March." „Ik heb niets met haar noodig ik j wil haar gezicht nooit meer zien 1 d® de helleveeg." v (Word-fc vervolgd.) TABAK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5